8 Gevaarlijk spel Onbevoegd uitoefenen van de geneeskunst? BROEK OP LANGENDIJK „Schuttevaer" naar de Wierin- germeer. Arrondissemente Rechtbank te Alkmaar. verkeerd, dan was dit doodelijke ongeluk ver moedelijk niet gebeurd. Pleiter haalde hierbij den Hoogen Raad, dat eischt een normaal aan een desbetreffend en beroemd arrest van rijden van den wielrijder. Door dit arrest wordt verdachte volkomen gedisculpeerd. Ook de aanwezigheid van een eventueelen verpestenden alcoholreuk in de auto trachtte pleiter aan de hand van dr. Baert de la Faille voldoende te verklaren. Dat ééne glaasje cognac kon geen beslissendefl invloed hebben uitgeoefend. Ook de politie had dienaangaan de niets verzwarends gerapporteerd. Ten slotte achtte pleiter geen' grove schuld aan wezig en concludeerde hij vrijspraak, sub sidiair in het meest ongunstige geval een lichte geldboete, zoo de rechtbank nog een licht symptoom van schuld aanwezig mocht achten. Repliek werd niet geleverd en de uitspraak bepaald op Dinsdag 11 Juni. Voorzitter van de Vereeniging voor psychisch onderzoek en toe gepast Magnetisme, met vier me dewerkers, voor 't Kantongerecht De voorzitter van de reeds 25 jaar in de hoofdstad werkzame Vereeniging voor psychisch onder zoek en toegepast Magnetisme, de heer L. Groeneweg, heeft gistermiddag met vier medewerkers terechtgestaan voor den kanton rechter mr. Hartafeld. Hun was onbevoegd uitoefenen van de geneeskunst ten laste ge legd, o.m. door handoplegging. De heer Groeneweg voerde te zijner ver dediging aan, dat hij geen magnetiseur is in de daaraan algemeen gegeven beteekenis. Hij hield hem of haar, die zich tot hem wendt, in dien zin, dat hij leiding geeft aan het innerlijk proces, dat zich in dien persoon afspeelt. Zuiver paedagogische arbeid dus. Handoplegging als geneesmidder is door hem niet gebruikt; als regel gebruikt hij de vingertoppen. De heer Groeneweg deelde voorts mede, niet financieel aan de Vereeni ging verbonden te zijn; wel is hij meermalen bijgesprongen om tekorten te suppleeren, eenig onderzoek wordt door hem niet ver richt, ook stelt hij geen diagnose. Zijn werk zaamheid op het' onderhavige, oefent hij niet uit als bedrijf of beroep; hij wordt daartoe slecht gedreven uit noodzaak om de lijdende menscnneid te helpen. Ook de verklaringen van de andere ver dachten geschiedden in gelijken zin. Mede gedeeld werd nog, dat er .wel menschen zijn, die geld geven, doch dat <Je inkomsten van de Vereeniging niet voldoende zijn om de kosten te dekken. m De ambtenaar van i het O. M. achtte het ten laste gelegde bewe zen. Waar hier z. i,:|pfake is van ernstige negatie "'van hetgeen wettelijk is verboden, èischte hij tegen elk der-verdachte honderd gul de n boete. De verdediging. De verdediger, mr. H. P. Loggere, voerde aan dat de arbeid, door de verdachten op het onderhavige gebied gepresteerd, uitslui tend van paedagogische beteekenis is en niet de actieve daad van den geneeskundige. Zij wekken het individu slechts op tot eigen actie, tot zelfgezondmaking. De paedagogie staat buiten de medische wetenschap, zij behoort tot de vakken, die de geneesheer niet behoeft te kennen om de ge. neeskunst te kunnen uitoefenen. Hier is al. leen sprake van psychische hulp, van een inductie op het onderbewustzijn van den mensch. PI. beriep zich voorts op uitspraken van prof. Gunning te Utrecht en voerde aan, dat onder magnetisme verstaan kan worden het voedings- of ondersteuningsmid del om eigen levenskracht mede te deelen aan een ander individu, teneinde dit op te wekken tot zelfgenezing. Ten onrechte neemt aldus pl. de Hooge Raad het standpunt in dat personen, die aldus hande len, de geneeskunst uitoefenen. Zij geven slechts door middel van hun vingers, als geleidraden voor het dierlijk magnetisme, dat zij in zich hebben, dit toni cum over aan het individu, dat het noodig heeft. Het eenige antwoord, dat verdachten geven aan diegenen die zich tot hen om hulp wenden is: „Ik zal het probeeren U te helpen Jladioptoqtamma Vrijdag 7 Juni. HILVERSUM, 301 M. (8.—12.— 4.—8.—en 11.—12.— VARA, de AVRO van 12.-4.- en de VPRO van 8.II.uur). 8.Orgelspel Johan Jong. 8.30 Gr.pl. 10. Morgenwijding-VPRO. 10.15 Deel. J. vaat Oog-en. 10.35 Pianorecital A Rubinstein. 11.Vervolg deel. 112» Gr.pl. 12.— Gr.pl. 12.30 Kovacs Lajos en zijn orkest en gr. pl, 2.10 Pianorecital D. v. d. Stan. 2.30 Voordracht J. Hess. 3.— Gr pl. 3.10 AvrcwiecibdS o. 1. v. E- Meenk. 4.Gr.pl. 4.30 Orgelspel C Stejm. 5.Voor de kleintjes. 5.30 VARA-orkest olv. H. de Groot. 6.Deel. F. Nienhuys. 6.15 Verv concert. 7.Lezing Jan de Roods. 7.20 VARA-orkest olv. Hugo de Groot. 7.50 Vaz Dias en SOS-ber. 8.Ds. F. Dijken»De Profeten. 8.50 Care! v Leeuwen Boomkamp, cello en Henr. Bosmans, piano. 9.20 Lezing dr. C- J. Bleeker. 9.50 Verv. concert. 10.Vrïjz. Godsd. Pers bureau en Vaz Dias. 10.15 Voordr. 11.Jazzmuziek en gr.pl. 11.30— 12.Gramofoonmuziek. HUIZEN, 1875 M. (NCRV-uitz 8.Schriftlezing en meditatie. 8.15 —9.30 Gr.pl. 10.30 Morgendienst olv. ds. J. Nauta. 11.—12 Orgel concert G. Snijders. 12.15 Grpl 12.30 Ensemble v. d. Horst. 2. Gr.pl. 2.30 Chr. Lectuur. 3.-3.45 Concert, alt, viool en piano. 4.— Verv. concert. 5.Gr.pl. 5.45 Cel lo recital J. Aerts. 6.30 Causerie A. J. Herwig. 7.Politiebcr. en Ned. Chr. Persbureau. 7.15 Gr.pl. 7.30 Causerie drs. P. J. Mecrtens. 8. Vaz Dias. 8.05 NCRV-erkest olv. P. v. d. Hurk. 9.Causerie dr. J. H. Kernkamp. 9.30 Verv. concert mmv. F. de Nobel, piano. 10. Vaz Dias. 10.30-11.30 Gr.pl. DR01TWICH, 1500 M. 10.35 10.50 Morgenwijding. 11.05 Cause rie. 11.20 Orgelspel R. New. 11.50 Voor de scholen. 12.10 A. van Dam en zijn orkest. 12.50 BBC-dans- orkest olv. H. Hall. 1.35 Concert door A. Alldritt, alt en B. Humby, piano. 2.20 Voor de scholen. 3.20 Schotsch Studio-orkest. 4.05 Dans muziek (gr.pl.) 4.35 E. Colombo en zijn orkest. 5.35 E. Pini's Tango orkest. 6.20 Ber. 6.50 en 7.05 Le zing. 7.25 Cesnbalorecital A. Ehlers. 7.50 BBC-dansorkest o.l.v. H. Hall. 8.35 BBC-orkest olv. B. Neel. 9.35 Anona Winn en haar „Four Winners". 9.50 Ber. 10.20 Causerie. 10.35 BBC-Theater-orkest olv. S. Robinson. 11.35—12.20 H. Roy en zijn Band. RADIO PARIS, 1648 M- 7.20 en 8.20 Gr.pl. 12.35 Symph.-concert o. I. v. Gaillard, mmv. zangsoliste. 8.20 Operetteconcert. 10.55 Dans muziek. KALUNDBORG, 1261 M. 12.20 2.20 Concert uit rest. Ritz. 3.50 —5-50 M- Hanseij's orkest, 8,20 Kamermuziek. 8.50—2,20 Dansmu ziek door de jongeren. KEULEN, 456 M- 6.35 Orkest en koorconcert. 12.20 Uit Frank fort: Gevar. concert. 2-35 Quatre- mains. 4.20 Bach-eoncert. 5,20 Or kestconcert olv. Artz. 7.20 Concert, 8.35 Uit Koningsbergen: Dans- en marschmuziek. 9.50 „Unter der Fahne schreiten wir", koorwerk, II.20—12.20 Orkestconeert en «o- listen. ROME, 421 M. 9.15 Concert m. m v. trio en sopraan. 10-20 Gevar. progr. BRUSSEL, 322 en 484 M, 322 M.t 12.20 Gr.pi. 12.55 Salonorkest olv. Walpot. 1.50-2.20 en 5.20 Gr.pl. 6 50 Salonorkest olv. Walpot- 8,23 „Vlanara-Vonken", revue-progr. 10 3011.20 Cabaretprogr, 484 Mt 12.20 Gr.pl. 12.40 Accordepnmu- ziek. 12-50 Omroeporkest olv. Dou- liez. 1.50—2.20 Gr.pl. 5.20 Fran- sche muziek. 6.05 en 6.35 Gr.pl. 6.50 Pianorecital. 8.20 Concert m m. v. piano-duo en Kleinorkest 9.35 Mandoline-concert. 10,30— 11.20 Populair concert. DEUTSCrlLANDSENOER, 1571 M. 8-35 „Deutsche Tanze und Marsche aus 10 Staaten", muzikaal spel. 9.50 Concert uit Hamburg o. I. v. E. Jochum. 10.20 en 11.05 Ber. II.20—12.20 Populair concert uit Stuttgart olv. J. Scbroeder. GEMEENTELIÏKE RADIO- DISTRIBUTIE- Lijn 1Hilversum. Lijn 2: Huizen. Lijn 3: Keulen 8.12.05, Parijs Radio 12.05—13.40, Brussel vL 13 40—14.20, D.sender 14.20— 15.20, Parijs Radio 15 20—16.20, D.sender 16.2017.20, Keulen 17.20—18.50, Brussel Fr. 18.50— 19.20, D.sender 19.20—20.35, Keu len 20.35—21.50, Beromunster 21.50-22.35, Parijs P. P. 22.35— 23.20 en Leipzig 23.20-24.—. Lijn 4: Parijs Radio 8.05—8.50, Droitwich 10.3511.05, Lond. Reg, 11.05—11.20, Droitwich 11.20-^ 13.20, Lond. Reg. 13.20—15.20 Droitwich 15.20—18.20, Brussel Fr. 18.20—18.50, Lond. Reg. 18.50 19.50, Droitwich 19.50—21.35, Luxemburg 21.3522.35 en Droit wich 22.35—24.—. I dat U zichzelf beter maak". De handopleg ging heeft geen andere beteekenis #an de lepel, die naar den mond wordt gebracht om er pap in te gieten. Pl. drong tenslotte aan op vrijspraak of ontslag van rechtsvervol ging- In overleg met den kantonrechter werd hierna besloten dat alsnog getracht zal wor den, een te Wormer woonachtigen arts te hooren. Deze arts heeft in drie gevallen pa tiënten naar de Vereeniging verwezen, om dat behandeling van deze gevallen naar zijn meening het werk zou moeten zijn van den paedagoog en niet van den medicus. De verdere behandeling van de zaak werd in dit verband voor onbepaalden tijd geschorst. JUooiMcuud 7lieuws Vanwege de schippersvereeniging Schut tevaer, afd. Langendijk, werd op Dinsdag 4 Juni een propaganda-tocht georganiseerd door den Wieringermeerpolder. Om omstreeks half negen werd in een 2- tal bussen der Habo de tocht aanvaard van af de veiling te Broek, terwijl door den Lan gendijk bij tijd en wijle werd gestopt tot het opnemen der verschillende deelnemers, waar na over Nieuwe Niedorp en Winkel werd ge reden naar Kolhorn, waar een motorboot van den heer A. Kamps gereed lag om het gezelschap, dat inmiddels was aangegroeid tot een 40-tal personen, te voeren over ae ka nalen van het nieuwe land. In de nieuwe sluis werd door den voor zitter der afdeeling, den heer J. Hoogland, het welkom toegeroepen aan de verschillende genoodigden, waaronder afgevaardigden der banne aan den Langendijk, veilingleiders, afgev. v.d. bevrachtingscomm. en afd. Alk maar benevens de leden, waarna spr. uiteen zette, dat het doel dezer excursie was een zich nader op de hoogte stellen van de ka- nalisatiewerken. Toen zich daarna de sluisdeuren openden, werd het nieuwe land binnengevaren en koers gezet langs het dorp Middenmeer naar het expeditiebedrijf Meerhoeve, waar de heer List, bedrijfsleider, een beeld liet zien van wat er alzoo in dit bedrijf tot stand gebracht kan worden wat betreft het drogen der ver schillende zaden en het doelmatig gebruik der emballage. Vervolgens werd gevaren naar Medemblik. Onderweg gaf de geleider der Wieringermeer-directie een uiteenzetting van het in cultuur brengen der gronden. Na het bezichtigen der havenwerken van Medemblik werd de tocht voortgezet over de Terp naar Middenmeer, waar in hotel Smit een koffiemaaltijd was aangericht Tijdens dezen maaltijd werd door verschil lende heeren het nuttige van dezen propa ganda-tocht naar voren gebracht. Jlechlszaken Zitting van Dinsdag 4 Juni. De eerste verdachte Bakker overleden. Op 30 April j 1. moesten terecht staan Jan B. en Adolf St., beiden bewoners van Wie- ringen, die zich hadden schuldig gemaakt aan diefstal van botnetten, eigendom van de vis- scher A. Poepjes. De zaak werd toen aangehoudenomdat Jan B. ziek was, maar deze bleef ziek en zal ook nooit meer door de aardsche gerechtig heid worden getroffen, aangezien hij iimide dèls is overleden. Zijn collega Dolf draaide er nu alleen voor op. Volgens rijksveldwachter de Jong stond de overledene minder gunstig bekoid dan zijn knecht Dolf. De officier achtte thans het bewijs tegen dezen verdachte niet geleverd en requireeide vrijspraak. Een pomologische flesscbentrekker. Gorn. de H-, niet verschenen, maar in (kwaliteit van gefailleerde groentenboer, wo nende te Broek op Langendijk. had zich tot taak gesteld in zijn levensonderhoud te voorzien door het met een royaal gebaar koopen van verschillende partijen voer- bieten op crediet, deze partijen weer zoo vlug mogelijk van de hand te doen en dan de leveranciers naar hun geld te laten fluiten. Maar de hand van Nemessis greep hem en thans was het uur der afrekening aange broken. Verdachte was niet verschenen, wèl eenige bedrogen bietentelers uit diverse dor pen in Westfriesland, alsmede de curator in het faillissement, mr. dr. Buiskool van Schagen- De zes geplunderde groenteboertjes leg den successievelijk getuigenis af tegen den verdachte, die indertijd ook een rol heeft gespeeld bij de aanhouding van den Amster- damschen inbreker op de Baangracht te Alkmaar, Volgens den officier waren er nóg meer slachtoffers en bedroeg de algeheele benadee ling omstreeks 1000. Verdachte zelf zorgde wel dat hij direct betaald werd. Als curiosi teit verhaalde de officier, dat een der bena deelde boertjes zich naar de zitting had wil len begeven om te zien of zij ook „vangen" konden. Maar de officier maakte hem duide lijk, dat van „vangen" wel geen sprake was. De officier, die allerminst van bewondering vervuld is over de brutaliteit en handigheid van dergelijke flesschentrekkers, vorderde 1 jaar gevangenisstraf. Doodelijke aanrijding op den Helderscben weg. Wanneer dr. Hulst, de bekende gerechte lijke lijkschouwer, zich onder de getuigen beyindt, kunnen wij verzekerd zijn, een doodelijke aanrijdingszaak te moeten mee maken. Ook thans was zulks 't geval naar aan leiding van het ernstige feit, dat in den nacht van 3 op 4 Maart j.1. op den Helderschen weg onder de gemeente Zijpe een wielrijder, zekere Tobias Koordes uit de Stroet, 'n muzi kant uit een dans-band, op zoodanige wijze werd aangereden door den 21-jarigen krui denier Klaas Homan uit St. Maartensvlot- brug, dat hij ten gevolge van een schedel- basisfractuur en nog vele andere ernstige wonden al heel spoedig overleed. Dr. Hulst had op last van de justitie op het lijk de sectie verricht en gaf thans verslag van zijn bevindingen, waardoor de doodsoorzaak zou kunnen worden vastgesteld. De verdachte werd verdedigd door mr. C. 'A. de Groot, die zijnerzijds bij de 7 gedag vaarde getuigen a charge 6 getuigen décharge had opgeroepen. Het was een donkere nacht met slecht uk- zicht en de overledene reed in gezelschap van zekeren A Kos, eveneens muzikant, op den rijweg onder de gemeente Zijpe en beiden werden plotseling door een tegemoetkomende auto, die vermoedelijk geen signaal gaf, aan gereden met het voor Koordes zoo noodlot tige gevolg. Toen Kos htm op den weg vond liggen, gaf de ongelukkige geen teeken van leven meer. Volgens Kos zou hij geraakt zijn tegen den schouder. De chauffeur, Joh. v. Es, uit Amsterdam, die die plek des noodlots ook voorbij reed, had kalm gereden in verband met de weers gesteldheid. Hij reed met gedempte lichten een andere auto voorbij en hoorde, na ge passeerd te zijn, een klap en zag dat die auto de wielrijders, eveneens door hem op gemerkt, greep. Deze getuige had geconsta teerd, dat de verdachte naar alcohol rook. fauiMetm Uit het Engelsch van PAUL TRENT door ADA VAN ARKEL 50) „Zullen we van onderwerp veranderen? Ik wil je raad inwinnen". Valda ging. op de leuning van zijn stoel zitten. Een oogenblik rustte haar hand op zijn schouder. „Ik ga je beschouwen als mijn grooten broer, mag ik?" „Ja", antwoordde hij, maar het meisje voelde zich verkillen bij die spoedige toe stemming. „Vóór moeder stierf heeft ze me een be lofte afgedwongen een belofte, die ik niet wilde geven. Ben ik daardoor gebonden?" „Een belofte is heilig, vooral wanneer ze gegeven wordt onder zulke omstandighe den". „Maar als het nakomen van die belofte nu eens verkeerde resultaten had", drong ze aan en hij kon zien hoe angstig ze op zijn antwoord wachtte. „Is dit niet een vraag die je aan een-gees telijke moet doen? Ik durf er niet in beslis sen''. ,Je zult toch wel een meening hebben?" „Je moeder zou je toch niet binden door een belofte, die je kwaad zou doen?" Zelfs het interieur van de auto stonk er naar. Toen echter de veldwachters er geen aanmeTiluMg <*p maakten, had de getuige er óók mei mei gerept, maar later toch over die aangelegenheid een brief geschreven, die zich bij de stukken bevond. Ook 'n paar an dere inzittenden in de Amsterdamsche auto hadden de alchollnchl waargenomen. De getuige.HL Klos, één der inzittenden, kon verklaren, dat de auto's met gedimde lampen haddien gereden. Het weer was slecht. Gehujge fean niet constateerendat Klaas H. alcohol had gébruikt. Hij zelf had ook bier gedronken. Tenslotte werd gehoond: !e luitenant van Hulst van de militaire motorbrigade, die de auto van verdachte had onderzocht. De remmen en stuumrkhting waren m orde, maar die koplampen verbogen «n beschadigd. Positief verklaarde deze getuige echter, dat ds rijwielrefkcioran niet wenkten; dit is wel een verlichtende, doch niet een van schuld ontheffende omstandigheid, daar verd. toch de fietsers had moeten zien, zei luitenant v. d Huist. Van de 6 getuigen' a décharge werd aller eerst gehoord de vader van verdachte, de heer Aris Homan, caféhouder te St Maar- tensvlotbrug, die vei klaarde, dat zijn zoon geen drankmisbruiker is, wel was hij al eens wegens ordeverstoring in staat van dronken schap bekeurd. Dien avond had Klaas niet veel gedronken, welke veronderstelling ech ter den president reden gaf tot twijfel. Volgens de moeder van verdachte. Grietje Leegwater, had Klaas weinig gedronken. De reusachtige wagenmaker Gorn. Brouwer verklaarde voorts, dat Klaas dien avond tijdens de aanwezigheid van getuige in kwa liteit van controleur van 8 tot 12 uur slechts 'n glas cider had gedronken. Om half één was verdache vertrokken. Deze verklaarde trouwens zelf, 1 cognacje te hebben geconsu meerd. De inzittende Piet Molenaar in de auto van verdachte verklaarde, dat verdach te in behoorlijken toestand verkeerde. De laatste getuige a décharge, Pieter Kuilman, eveneens passagier, natuurlijk met de noodige dames, die thuis gebracht moesten worden, kon ook niets verontrustends omtrent den alcoholischen toestand van verdachte mede- deelen. De officier, het woord bekomende, rele veerde, dat schulddelicten altijd moeilijk zijn te bewijzen en spr. gaf hier aanstonds toe, dat verdachte verschillende voordeelen kon boeken, zooals de donkere wegen, het ont breken van een rijwielpad, zoodat deze weg ook moet worden gebruikt door wielrijders. In het nadeel van verdachte was het droge wegdek en een meer dan voldoende licht installatie met behoorlijk gezichtsveld. Bij goed opletten had hij dus de wielrijders tijdig kunnen opmerken, zoowel door zijn eigen auto, als door de verlichting van den tegen- officier meende dus met dezen stand van zaken, dat verdachte niet de noodige voorzichtigheid had betracht, vooral ook, om dat hij blijkbaar al zijn aandacht had gecon centreerd op den tegenligger, waarvan de fietser de dupe werd. De officier maakte hier gebruik om éen woord van deernis te spreken met" het Slachtoffer en de nagelaten betrekkingen. De officier keurde het ook af, dat jongelui op zoo'n laat nachtelijk uur meisjes thuis brengen. Ten slotte achtte de officier in casu 'n flinke boete, 150, subs. 60 dagen, vol doende. Mr. de Groot sprak bij den aanvang van zijn pleidooi een woord van diepe deernis voor de nagelaten vrouw en kinderen van het slachtoffer en gewaagde, dat verdachte niets onbeproefd had gelaten, om den nood van die nagelaten betrekkingen te lenigen. Voorts trachtte pleiter meer uitvoerig aan te toonen, dat grove schuld hier in elk geval niet aanwezig was. Pleiter overlegde een serie artikelen van dr. Baert de la Faille, handelende over het criteria, die bij aanrij dingen noodwendig naar voren moeten komen. Scherpe critiek oefende pleiter voorts uit op den ellendigen toestand van den Helder- schenweg, die voor automobilisten een ware autoval kan worden genoemd. Mede bracht pleiter ter sprake de onvoldoende veiligheid, die de grootendeels onbruikbare rijwielreflectoren geven. Ook was hier weer aanwezig de ongelukkige omstandigheid, dat twee fietsers in den nacht op een zóó ge vaarlijken weg naast elkander reden, 'n ge- zelligneidsdrang, die den linker wielrijder zoo noodlottig is geworden. Wanneer de fiet sers achter elkander hadden gereden en de reflectoren in behoorlijken toestand hadden „Zij vond het niet kwaad, moeder had maar één passieik hield van haar en wil doen wat goed is". „Ik kan er niet over oordeelen zonder alles te weten, maar naar wat je me vertelt, ge loof ik, dat je je belofte moet houden", zei hij ernstig en zij wendde haar hoofd af. Waarom had ze die vraag gedaan? Ze had vooruit kunnen weten wat hij zou ant woorden. Ze had hem te dineeren gevraagd met het vaste voornemen om te trachten hem verliefd te maken, maar tot nu toe had ze nog geen enkel van die vrouwelijke verlei dingskunstjes toegepast, die meestal zooveel succes hebben. Had ze den moed om het te doen? Een gevoel van schaamte hield haar terug, maar slechts voor korten tijd. Eindelijk liep ze naar een groote rustbank en ging er op liggen met de handen achter het hoofd. Ze hield een sigaret tusschen de lippepn en haar oogen rustten op hem, oogen, vol uitdagend verlangen. „Valda, je ziet er gewoon verrukkelijk uit", riep hij impulsief. „Het doet me plezier dat je dat vindt. Kom hier naast me zitten". Hij gehoorzaamde werktuigelijk en een zachte hand greep de zijne. „Guy, ik weet niet wat ik zonder jou zou moeten beginnen. Ik voel me zoo ongelukkig en eenzaam. Alleen als jij bij mij bent leef ik. We zullen altijd vrienden blijven". „Dat- hoop ik". Hij voelde hoe haar hand beefde en hij trachtte de zijne los te maken, maar tevergeefs. Ze klampte zich aan hem vast en haar oogden ontmoetten de zijne, oogen niet langer verlangend, maar vol passie. „Guy", fluisterde ze. Én opeens sloeg ze haar armen om zijn hals en kuste zijn lippen. Een oogenblik vocht hij tegen de verleiding, die hem over mande, maar het ging boven zijn krachten en hij gaf haar kus op kus. „Guy, ik heb je lief met hart en ziel". Ze had tranen in de oogen en had alles verge ten, behalve dat dit de man was, dien ze bo ven alles begeerde. Ze speelde nu geen co- medie. Ze was alleen een levende, liefheb bende vrouw, en hij een man in wien het bloed der jeugd vurig stroomde. Eindelijk trok hij zich terug en zijn ge zicht stond verlegen. Het was krankzinnig heid, dat hij deze vrouw kuste, terwijl zijn geheele hart aan Stella behoorde. Hij ver oordeelde zich zelf scherp om deze zwak heid, Valda zou hij niet veroordeelen. Weer vielen zijn oogen op haar. Haar boezem hijgde en ze kon hem niet aanzien. „Wil je je niet tevreden stellen met mij? Ik weet dat je van Stella houdt. Je hebt haar nu lief, maar ik zal maken dat je haar ver geet. Ben ik niet even mooi als zij? Kijk me aan, Guy". „Ik ben een ploert geweest", zei hij wan hopig. „Neen, ik heb alleen schuld, lieveling. Maar ik houd zoo van jeen ik ben zoo gelukkig. Dit was een oogenblik de hemel voor me; Ik wist niet dat er zulk een geluk bestond. Ik heb nooit om iemand anders ge geven. Toen ik je voor het eerst zag, heb je mijn hart meegenomen en altijd behouden sinds dien tijd". „Ik mag niet naar je luisteren, Valda, we moeten elkaar niet meer zien". „Heb je nu een afkeer van me?" vroeg ze smeekenx „Ik haat mezelf". „Je bent de beste man van de wereld de eenige man voor mij. Laat dit geen ver andering tusschen ons brengen. Ik zal niet meer zoo dwaas zijn. Je bent de eenige vriend, dien ik in de wereld heb". Ze wachtte op zijn antwoord; er hing zooveel van af van wat hij nu zou zeggen. HOOFDSTUK XXIX. Guy schaamde zich en verachtte zichzelf om zijn zwakheid. Maar zelfs nu, nu hij Valda in al haar bekoorlijkheid zag, begon zijn hart vlugger te kloppen. Hij stond op en haar oogen volgden hem. „Ga nog niet weg", fluisterde zij. „Ik heb me als een lafaard gedragen, Vaida, kun je me vergeven?" „Ik heb niets te vergeven. Ik wilde dat je me zoudt kussen. Ik geloof dat ik altijd verlangd heb dat je dat zoudt doen", zei ze droomerig. „Ik schaam me voor mezelf". „Daar heb je geen reden voor. We hebben niemand kwaad gedaan We zijn beide vrij geheel vrij We hebben jegens niemand iets misdreven". „Ik begrijp mezelf niet. Ik houd van Stella. Al mijn gedachten zijn bij haar en toch „Je bent ook maar een mensch. Ik zal je toonen dat ik gelijk heb. Je zult Stella spoe dig vergeten zijn". „Nooit", riep hij hartstochtelijk. Er speelde een glimlach om haar mond en er was een zegepralende uitdrukking in haar oogen een zegepraal, die ze niet trachtte te verbergen. Ze was vanavond bo ven verwachting geslaagd. Guy had haar in zijn armen gehad. Hij had haar harts tochtelijk gekust. Haar eenigste vrees was, dat hij haar voortaan zou vermijden. Maar ze had een machtig wapen, want hij was in haar macht. In ieder geval moest hij haar morgen weer opzoeken. Hij zou het zijn plicht achten den admiraal te vertellen dat zij hun plan om den baron te bedriegen, had ontdekt. En dan zou admiraal Langton haar ongetwijfeld willen spreken. „Heb je wat van Stella gehoord?" vroeg hij plotseling. „Neen, verwachtte je, dat ze zou schrij ven? Je weet toch dat ze me nu haat". „Is Furber nog in de stad?" „Ik geloof het wel. Waarom vraag je „Je kent Furber al een tijd. Wie heeft je aan hem voorgesteld?" „Dat weet ik niet meer", antwoordde ze niet op haar gemak. „Valda, ik geloof dat je jokt. Wie is de baron?" Haar eerste opwelling was om boos te worden, omdat hij haar van een leugen be schuldigde. Ze wist werkelijk niet meer wie haar het eerst met Furber in kennis had ge bracht. „Ik geloof, dat mijn moeder me aan hem voorstelde". (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 6