Gevaarlijk spel 67 JAAR EN LENIG ALS EEN KAT. Hoewel zij stijve gewrichten had, toen zij 57 jaar was. De Alkmaarsche kaasmarkt REORGANISATIE ZUIDERZEEWERKEN. ST0MPETOREN Bond van Boerinnen. AUTOBUSDIENSTEN DEN HELDER ROTTERDAM. De transfer-onderhande lingen met Duitschland. ALGEMEENE NED. ZUIVELBOND. Ontstemming over de melksteun- beperking. Het jaarverslag. NOOIT MEER LAST ALS PRESTO WAST „Als je stilt", I Kunt ge Uw teenen aanraken, zonder Uw knieën te buigen? Zoudt ge dit kun nen doen als ge 67 jaar zijt? Er is geen enkele reden waarom ge dit niet zoudt kunnen, indien ge dezelfde methode als deze dame volgt om „fit" te blijven. Zij schrijft: „Toen ik 56 jaar was begonnen polsen en enkels op te zwellen. Ik was niet meer in staat mijn hoofd te draaien. Waar ik er niets voor voelde een „echte oude dame" te worden, besloot ik een proef met Kruschen Salts te nemen. Ik heb het nu regelmatig 10 jaar lang ge nomen en ik ben volkomen gezond. Ik wandel dagelijks 3 a 4 R.M. of zelfs meer en kan gemakkelijk mijn teenen aanra ken, zonder mijn knieën te buigen, wat ik een prachtig resultaat vind, want in twee maanden ben ik 67 jaar. Vandaag vroeg men mij nog hoe ik het klaar speelde er zoo uitstekend te blijven uit zien. Mijn antwoord was: Ik ben een „Kruschenist". Mevr. E. M. P. Er is een zekere, veilige weg om „fit" te blijven: „De kleine dagelijksche do sis". Kruschen is een wetenschappelijke samenstelling van zes minerale zouten, die Uw afvoerorganen in prima conditie houden, zoodat alle afvalstoffen, die Uw bloed verontreinigen en Uw gezondheid in gevaar brengen, langs de natuurlijke wegen volkomen worden verwijderd. Stralende gezondheid voor één cent per dag. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijg baar bij alle apothekers en drogisten a 0.90 en 1.60 per flacon, omzetbelasting inbegrepen. Let op, dat op het etiket op de flesch zoowel als op de buitenverpak king, de naam Rowntree Handels Maat schappij voorkomt. Een Duitsche beschouwing. In de „Berliner Volkszeitung" treffen we een aardige beschrijving van een Alkmaar- schen kaasdag aan; de bewondering voor deze traditioneele instelling is uit iedere regel te lezen. Donderdagavond. De ruitertjes van het klokkenspe' van de oude Waag op de Kaas markt marcheeren hun ronde. Het is zeven uur. Aan den voet van de wondermooie voor malige kloosterkerk, die reeds sedert het begin van de 17de eeuw de controle-commis sie van de kaasmarkt herbergt, en sedert dien tijd den naam Waag draagt, wordt het levendig. Van alle kanten komt het aange- rold( wagen na wagen, volbeladen met gele reuzenappelen. Krachtige handen formeeren uit de stapels keurige kaas-compagniën, waar ter bescherming tegen het weer een zeil doek overheen geworpen wordt. Morgen om 10 uur verneemt men, begint de pret. De morgenzon werpt een zilveren licht over de slanke punt van de eeuwenoude Groote Kerk. Bij dit weer wordt half Hol land gelokt door de drukte van de kaas markt, en tusschen de keelgeluiden van het Nederlandsch hoort men de zangerige taal der Franschen, het gemoedelijke idioom der Rijn landers en het breedgerekte Engelsch. Op- koopers en boeren verhandelen. Er worden vingerdikke zuilen uit de kaas geboord, die met neus en tong geproefd worden. Daar- tusschen door bewegen zich mannen in witte kleeding, de hemden stijf gesteven, op het hoofd strooien hoeden met lange waaiende linten: gele, groene, blauwe, roode. Het zijn de kaasdragers. Wanneer de koop gesloten is en door handslag bekrachtigd, komen zij in actie. Op berries in verschillende kleuren worden minstens 80 kazen, elk van vier pond, weggedragen. Naar het waaghuis! Daar wachten zware weegschalen met even zware gewichten. Het gewicht wordt zorgvuldig genoteerd. Heden zoowel als voorheen heerscht hier het principe, zooals dat in fraaigekrulde letters nog uit den tijd van den 80-jarigen oorlog op de muur prijkt: „Een valsche waghe is den Heere eenen grouwel. daar en teghen een vol ghewicht is syn wol- behagen!" Uit de vlak daarbij op een groot bord opgeteekende omzetten blijkt, dat met zulke goede oude koopmansprincipes nog sfeeds de beste zaken gedaan kunnen wor den. Wel is de wereldcrisis niet spoorloos aan de Edammer voorbijgegaan: de tegen woordige omzet op de wekelijksche markt van ongeveer 360.000 to< 400 000 pond, dat zijn ongeveer 100.000 kazen, is slechts twee derden van den vooroorlogschen omzet. De Duitscher, die met zooveel belang stelling het leven en bedrijf van de Alk maarsche kaasmarkt volgt, wordt dan aange klampt door een vliegenden handelaar, die hem een kaasje w:l verkoopen en die een werklooze, die in Hamburg het koekebak- kersvak leerde, blijkt te zijn. Men bespreekt de mogelijkheid, een baantje als kaasdrager te krijgen. Daarop wordt den Duitscher uitgelegd, dat dit eereberoep alleen door ge boren Alkmaarders mag worden uitgeoefend en dat die kleuren van linten, berries en ge wichten de gilden van dit beschermde bedrijf aanduiden. Dan wordt de Duitsche bezoeker meegenomen naar een kaaspakhuis. De leek kijkt hulpeioos rond. Hem zijn al die duizenden en duizenden kazen precies gelijk aan elkaar. Maar er zijn fijne ver schillen. Daar zijn de jonge kazen; één tot twee maanden oud, die door Duitschland gevraagd worden; daarginds, reeds een beetje grijzer, liggen de meer belegen kazen, drie tot zes maanden oud, waarvoor Frank rijk zich interesseert; de negenmaandskazen, en die van meer dan twee jaar oud worden uitsluitend naar Engeland verzonden. Ten slotte wordt de bewondering van den bezoeker opgewekt door het verfraaiïngs- proces, dat de naar het buitenland verkochte exemplaren ondergaan, wanneer op een draaischijf de schimmelige korst wordt ver wijderd, en de kazen er na een bad in paraf fine glanzend rood uitzien. Eindelijk maakt hij ook nog kennis met de speciale behande ling voor verzending naar de tropen, waar de Edammer kaas, die men ook in overzeesche gebieden niet missen wil, in een prachtig décor verschijnt; JUooinciaal Tlieuws Voortzetting inpoldering verant woord geacht. Verschenen is de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer betreffende het ont werp van wet tot vaststelling van de begroo ting van inkomsten en uitgaven van het Zui- derzeefonds voor het dienstjaar 1935. Wij lezen er o.a. in: Al dient volgens aan voortzetting der in poldering het gezond maken van de Rijks financiën vooraf te gaan, zulks zal niet be hoeven te beletten, onmiddellijk door te gaan met de uitwerking van de plannen tot inpoldering van den N.O.-polder; bereids is opdracht gegeven tot het met bekwamen spoed voorbereiden van een volledig uitvoe ringsplan met daarbij behoorend financieel werkprogram. Zoodra de regeering het oogenblik geko men acht, de werkzaamheden ten plaatse aan te vangen, zal de minister niet nalaten gevolg te geven aan de herhaaldelijk geda ne toezegging om te komen met voorstellen tot uitvoering van bepaalde werken voor de Noordoostelijke inpoldering en daarbij een uiteenzetting te geven van de mogelijkheid het plan zóó uit te voeren, dat de kosten van landaanwinning ongeveer 2500 per H.A. (behuisd) zullen bedragen. De minister meent, dat het aangaan van een verplichting tot een jaarlijksche uitgave van 10 a 12.000 voor de inpoldering, verantwoord mag worden geacht. In aanmerking dient te worden genomen, dat indien met de uitgifte van gronden in de Wieringermeer in hetzelfde tempo wordt voortgegaan als thans, d.i. 2500 tot 3000 H.A. j>er jaar, te zijner tijd een te langdurige onderbreking daarvan zal intreden, indien niet tijdig cultuurrijpe gronden in den N.O.- polder beschikbaar kunnen worden gesteld. De minister stemt in met het gevoelen, dat gestreefd moet worden naar het zoo spoedig mogelijk verlagen van het peil van het IJselmeer beneden het thans nog gehand haafde hooge peil van 13 c.M. N.A.P. Daarvoor zijn echter nog verschillende maat regelen noodig in verband met de landsver dediging, de scheepvaart en de waterverver- sching, bepaaldelijk van de Amsterdamsche grachten, bij welke maatregelen ook weder de belangen der drinkwatervoorziening, waarvan boven sprake was, betrokken zijn. Wieringermeer. De tijdelijke Staatsexploitatie in de Wie ringermeer, totdat de gronden voldoende cultuurrijp zijn, zal niet langer worden voortgezet dan noodzakelijk is. De minister kan slechts herhalen, dat de inrichting van het werkdorp door de stich ting „Joodsche Arbeid" inderdaad ten doel heeft een tijdelijke voorziening te treffen, ten einde aan Duitsche Joodsche jongelieden een onderkomen te verschaffen voor de oplei ding tot een werkkring elders, met name in Palestina. De medewerking, welke de regee ring daarbij verleent, draagt eveneens een tijdelijk karakter. Indien derhalve na afloop van de tegenwoordige pacht, waarbij in ge lijke mate als bij de overige pachten in de Wieringermeer een pachtsom wordt geheven en voldaan, een verzoek om verlenging mocht worden gedaan, zal de regeering ge heel vrij staan in haar beoordeeling. Van tewerkstelling van Joodsche uitgewekenen bij boeren buiten het werkdorp is niets be kend. Een wetsontwerp tot reorganisatie van de diensten en lichamen, bij de Zuiderzeewer ken betrokken, kan zeer spoedig aan de Sta- ten-Generaal worden voorgelegd. Dat het zuigen van schelpen, waardoor het weerstandsvermogen van de Texelsche kust zeer zou zijn verminderd, invloed heeft op de geulvorming langs de kust is een on derstelling, welke de minister niet aanneme lijk acht. Dat de afdeeling „Schermeer" van den Bond van boerinnen en andere plattelandsvrouwen in een behoefte heeft voorzien, bleek wederom Woens dagavond uit de groote opkomst der leden in café Kamsteeg. De voorzitster, mevr. van der Laan, toonde zich hierover zeer verheugd en sprak een woord van welkom speciaal tot de medewerkenden van dien avond. Ingekomen was een brief van mevr. ReuseMeins waarin zij schreef, dat wegens «omstandigheden de lessen in het koken op de electrische kachels pas in het najaar gegeven zullen worden. De bond Landbouw en Maatschappij had bericht gezonden over den in Assen te houden landdag ter gelegenheid van de huldiging van den heer Jan Smit. Een bestuursvoorstel om gezamelijk daar heen te gaan werd door mevrouw v. d. Wal becritiseerd. De bond en de afdeeling willen politiek buiten geding houden, zij wenschte daaraan trouw te blijven. Mevr. Klerk stelde voor buiten de afdeeling een gezellig clubje te vor men, en tot 1 Juli de gelegenheid van aangifte te geven, waartoe besloten werd. Met algemeene stemmen werd de voor zitster bij een vrije verkiezing herkozen, in de plaats van mevr. Schermerhorn Kleinschmidt die wegens gezondheids redenen bedankte, werd mevi. Korver benoemd. De secretaresse, mevr. GlijnisScher merhorn, bracht een gezellig verslag van de in Utrecht gehouden hoofdbestuurs vergadering uit. Na eenige liederen met sritaar-begelei- ding van de dames Gerritsen en de Geus kreeg mevr. Kruimel—Stakman het w jord over „de Vredesgedachte." In een met diepe overtuiging uitgesproken rede schetste de spreekster 't ontstaan van het loe^ en de ellende na den oorlog. Hare n eening, dat de vrouwen die het leven d agen en de jeugd het meest kunnen beïnvloeden, de sterkste tegenweer voor een oorlog kunnen vormen, wist zij op de luisteraars over te irengen. Eenige citaten uit verschillende tijdschriften maakten indruk. Spreekster, innerlijk overtuigd van de macht der gedachte, drong er op aan, de gedachten te richten naar den heiligen vredeswil. Na eenige discussie werd het contri- óutievraagstuk geregeld. Mevr. Heringa deelde mede, dat de vischverkoop tot het najaar wordt stop gezet. Men was van oordeel, dat de waar aan de eischen had voldaan. Mevr. Klerk leerde op aanschouwelij ke wijze, hoe men op de machine kan blijven naaien zonder de spelden uit de stof te verwijderen. Het was al laat toen de voorzitster met eeu woord van dank aan allen, nadat het bondsliedje gezongen was, deze bij eenkomst sloot. Verbindingen van Rotterdam met Amsterdam en den Helder. Gistermiddag is te 's-Gravenhage onder voorzitterschap van jhr. Von Fisenne de 48ste autobuszitting gehouden van een com missie uit Ged. Staten van Zuidholland. Behandeld werd o m. een verzoek van de firma gebrs. Van Koningsbruggen, Loods- racht 22, Den Helder, om vergunning tot et in werking brengen van een autobus dienst van Den Helder over Haarlem, Oegst- geest, Den Haag en Delft, naar Rotterdam en omgekeerd. Mr. Van Leeuwen, uit Alkmaar, onder steunde het verzoek, waarvan inwilliging een groot belang is voor Den Helder, dat voor 95 pet. uit marinemenschen bestaat, van wie velen aan het einde der week naar hun fami lie, elders, gaan, maar dan slechte treinver bindingen hebben. De verzoekster zelf stelt vervoerverboden voor, waardoor voorkomen wordt, dat be staande tramondernemingen e.d. door con currentie als gevolg van inwilliging van het verzoek schade zouden lijden. Van de spoorwegen verklaarde zich mr. De Bruyn tegen inwilliging van het verzoek. £cuuL enJmtdouw Bezwaar tegen formuleering van Nederlandschen kant. Het bericht van den regeerings-persdienst, dat ons voor ons nummer van gisteren ge werd over het afbreken van de onderhande lingen te Berlijn, eischt in verschillende op zichten rectificatie. Leider van de Nederlandsche delegatie was mr. L. A. Ries. Men was het inderdaad na langdurig moeilijk onderhandelen vrij wel eens geworden en beide partijen hadden ieder voor zich zelf een ontwerp-redactie ge maakt van het verdrag. Daarvan verwachtte men ternauwernood nog moeilijkheden. In ieder geval echter stond het reeds vast, dat onze delegatie Woensdagavond zou terug- keeren, daar zij Donderdagmorgen in Den Haag terug moest zijn. Niet uit zekerheid omtrent het slagen waren de plaatsen in den trein gereserveerd, maar omdat het vertrek niet langer kon worden uitgesteld. Het be zwaar tegen de formuleering kwam niet van Duitschen kant, maar van Nederlandsche zijde. Zooals gemeld is, was in de Duitsche redactie een punt opgenomen dat om zijn principieele beteekenis voor de Nederland sche delegatie ten eenenmale onaannemelijk was. Dit punt was bij de onderhandelingen op deze wijze niet ter sprake gebracht. Daar men voor Woensdagavond niet over deze moeilijkheid heen was gekomen, is onze de legatie zonder verdrag huiswaarts gereisd, zooals te voren het plan was. Het Ned. Correspondentiebureau meldt nader: Om te verhinderen, dat een Donderdag avond in de dagbladen verschenen minder juist bericht over het afbreken van de trans feronderhandelingen met Duitschland, de oorzaak wordt van onjuiste voorstellingen omtrent het verloop van zaken, wordt ons nog het volgende medegedeeld: Het principieele punt, dat tot de moeilijk heden en daarmede' tot het opschorten der onderhandelingen heeft gevoerd, heeft de Nederlandsche delegatie in het geheel niet op het laatste oogenblik verrast; het was tij dens het vergelijken van de door de Neder landsche en door de Duitsche zijde opgestel de verdragsteksten reeds Zondagavond aan den dag getreden, daar uit den Duitschen tekst bleek, dat een eisch werd gesteld, waar over tijdens de mondelinge onderhandelingen niet was gesproken. Zoowel Maandag, Dins dag en Woensdag is over dit punt uitvoerig gedelibereerd. De leider van de delegatie, mr. Ries, had van zijn chef. den minister van financiën, reeds tien dagen geleden om reden van amb telijken aard, opdracht gekregen, om in elk geval op 6 Juni weer in Den Haag terug te zijn. Indien de onderhandelingen, die dan drie weken zouden hebben geduurd, nog niet geëindigd zouden zijn, zouden zij in Den Haag moeten worden voortgezet. Dit werd dan ook reeds 10 dagen geleden aan de Duit sche delegatie medegedeeld, die alle mogelij ke medewerking verleende om de onderhavi ge zaak nog voor 6 Juni te doen afloopen. Zulks zou dan ook het geval zijn geweest, indien de delegatie het omtrent het bekende, principieele punt eens had kunnen worden. Had de leider van de delegatie op grond van zijn overtuiging, dat dit concept-verdrag niet behoorde te worden geparafeerd, ge meend, dat onderhandelingen over het be kende punt, dat drie dagen lang van alle kanten door de beide partijen was bespro ken en voorzien, nog zouden baten, zonder in strijd te komen met de Nederlandsche waardigheid, dan zou hij dit om een spoor kaartje zeker niet hebben gelaten en gemak kelijk den minister van financiën telefonisch verlof hebben kunnen vragen, nog langer in Berlijn te blijven. Donderdag heeft in Den Haag de Alge meene Nederlandsche Zuivelbond (F.N.Z.) onder leiding van zijn voorzitter L. F. Brit zei, Usquert, vergaderd. Er was voor deze vergadering nogal be langstelling van de leden. Onder de aanwe zigen bevond zich ook de inspecteur van het veeteelt- en zuivelwezen, ir. H. G. A. Leignes Bakhoven. De uitvoerige mededeelingen van den se cretaris, den heer J. A. Geluk, betroffen ver schillende onderwerpen. In den afzet der zuivelproducten, waarin op het einde van het vorige jaar eenige ver betering viel waar te nemen, zoodat half Januari het mengpercentage van boter in de margarine tot 15 pCt. kon worden terugge bracht, is sindsdien weer verslechtering ge komen. De verminderde export naar Duitsch land en de toenemende productie in de eerste 4 maanden van dit jaar meer dan 14 pCt. hebben de prijzen weer doen dalen. De eenigszins stijgende boterprijzen van de laatste weken worden veroorzaakt door de betere positie waarin de Engelsche markt verkeert en de gelegenheid sedert 13 Mei om boter in de koelhuizen op te slaan. Bij vergelijking van de boterprijzen met die van het vorige jaar, dient men er op te letten dat deze verleden jaar als gevolg van de compensatieregeling bij den export naar Engeland en België wel iets hooger zijn ge weest dan anders het geval zou zijn ge weest. De prijs zal daardoor in werkelijk heid niet zoo heel veel verschillen van dien van verleden jaar. De kaasprijzen zijn zoo laag dat de pro ductie van 20 en 30 klaas niet meer de onkosten kan dekken. Op de ondermelk, daarin verwerkt, moet geld worden toegege ven. De oplossing van het ondermeikvraag- stuk is nog moeilijker dan van het botervet. Ter vergrooting van het afzetgebied van melk en melkpoeder en ter ondersteuning van de melkbroodactie heeft men vanaf half April de bakkerijen in de gelegenheid gesteld zich van goedkoope melk te voorzien Het zijn vooral de Duitsche betalings moeilijkheden die voor onze zuivelmarkt fu nest zijn. Niet alleen de prijsverlaging maar vooral ook het teloor gaan van onze oude zakenrelaties zijn hiervan de gevolgen. 'Voor zoover het den export binnen het raam der betalingscontingenten betreft, zou dit niet noodig zijn, indien men de garantie regeling in stand had gehouden, die van 24 Sept. 34 tot 7 Febr. 35 voor de zuivelproduc ten gold. Het is te hopen dat de regeering spoedig tot herstel van deze risicoregeling overgaat, opdat tenminste kan worden uitgevoerd, wat volgens de betalings-contingenten nog moge lijk is. De plannen, welke het vorige jaar door het C.Z.B. ontworpen zijn om te komen tot een betere verdeeling van lusten en lasten der contingenteering, hebben nog geen resul taat opgeleverd. Gememoreerd werd het meerdere overleg dat thans plaats heeft met de drie Centrale Landbouw Organisaties. Als eerste resultaat hiervan is het vet-vraagstuk opnieuw in stu die genomen. Ümilteim Uit het Engelsch van PAUL TRENT door ADA VAN ARKEL - 51 „Je hebt me gezegd, dat de baron in den Duitschen Geheimen Dienst is. Heb je Fur- ber wel eens met den baron samen gezien?" „Ze hebben elkaar misschien wel eens bij mijn moeder thuis ontmoet". „Valda, wees eerlijk tegen me. Bedenk dat je de dochter van 'n Engelsch marine-offi cier bent. Het is van veel belang dat ik te ■weten kom of er connecties bestaan tus schen Furber en den baron. Er moet een spion zijn, een officier van de Engelsche marine". „Verdenk je Furber?" „Ja", zei hij kortaf. „Heb je daar reden voor? Het is een heel ernstige beschuldiging, die je daar doet. Menigeen zou denken, dat je hem ver denkt uit jalouzie tenzij je bewijzen hebt". Ze zweeg in afwachting. „Ik heb geen bewijzen maar ik geloof, dat jij ze hebt", voegde hij er bij. Doch zij lachte slechts en het was van opluchting. Ze verlangde op het oogenblik niet, dat Furber zou worden ontdekt, want dan zou de verbreking yan zyn xerloying met Stella het gevolg zijn. Die verloving moest duren tot zij tijd gehad had om Guy geheel in te palmen. „Ik geloof, dat Fuiter dat draadlooze rapport aan den baron heeft gegeven", ging hij voort. Valda gaf geen blijk van verrassing. Ze was gewoon haar gedachten te verbergen en glimlachte heel oprecht. „Het zou eenig zijn als je dat kon bewij zen. Dan zou er geen reden meer zijn om dit ellendige spionnenwerk voort te zeggen. Je moet het wel haten". „Het is geen prettig werk, maar al zou mijn naam vanavond schoon gewasschen werden, dan zou ik er toch mee doorgaan". „Hoe is dat mogelijk?" „Er is nu geen tijd om mijn beweegrede nen uit te pluizen. Er staat vooveel op het spel, dat ik geloof dat zelfs spionnenwerk nu eervol is. Eerst haatte ik er mezelf om, maar nu kan het me niets meer schelen. Er staan groote dingen te gebeuren en ik ben blij, dat ik mijn land kan helpen". „Ik had gedacht, dat je geen excuus voor een spion zoudt vinden". „Dat hangt af van de motieven, die de spion heeft. Als het uit liefde voor zijn land is „Of uit haat jegens een ander land", viel zij hem snel in de rede. „Neen, dat zou geen excuus zijn alleen patriottismeJe hebt mij mijn vraag over Furber nog niet beantwoord „Dat kan ik ook niet. Laten we over wat anders praten. Wil je, dat ik morgen den admiraal ga bezoeken?" „Goed. Ik zal thuis blijven tot je telefo neert. Nu moet je weggaan, ik ben moe". Hij stond dadelijk op en zij ging met hem mee naar de vestibule. „Ik heb je belofte, Valda", zei hij ernstig. „Je hebt vanavond een groot geheim gehoord. Zul je zwijgen?" „Ja, op één voorwaarde", zei ze. „En die is?" „Dat je me kust". Hij keek haar ernstig aan en raakte toen haar voorhoofd met zijn lippen aan. Maar ze sloeg haar armen om zijn hals en kuste hem hartstochtelijk. „Het zegel op mijn belofte. Goeden nacht, Guy". „Goeden nacht, Valda", antwoordde hij nerveus. Hij raakte zijn gezicht met de hand aan toen hij op straat was, want zijn wangen brandden. Die laatste kus, daar kon hij niets aan doen, maar de anderenHij verweet zichzelf opnieuw wat er gebeurd was. Hij zag in, dat hij met bijna duivelsche handigheid in de verleiding was gebracht en dat weinig mannen de verzoeking zouden hebben kunnen weerstaan. Hij liep langzamer toen hij dacht aan de groote gebeurtenis van dien avond, Valda had zijn geheim ontdekt. Zou de admiraal hem kwalijk nemen wat er gebeurd was? Hij had haar niets verteld, maar zij had juist geraden Misschien zou Sylvester thuis zijn en hij verlangde er naar te praten met iemand, aien hij vertrouwen kon. Hij ver haastte zijn tred en was blij, te zien, dat er licht was in de zitkamer. Sylvester, die zijn vermomming had af gelegd, zat in een leunstoel met een pijp tusschen de lippen en een whisky soda naast zich. Hij was zeer benieuwd naar wat er gebeurd was, maar deed geen vragen. Valda Glyn was een buitengewoon verstan dige vrouw en hij kon er op rekenen, dat zij geen fouten zou begaan. Hallam ging zitten en stopte machinaal zijn pijp. „Heeft u me iets te vertellen?" vroeg Sylvester. „Heel veel. Juffrouw Glyn weet alles. Ik zweer u, dat het niet mijn schuld is. Zij heeft het in haar macht om mij volkomen te verraden. „Dat zal ze niet doen", antwoordde Syl vester vlug. „U schijnt niet eens zoo verbaasd te zijn. Ziet u wel in hoe ernstig of het is? Ik wil, dat de admiraal haar morgen spreekt". „Een prachtig idee... Juffrouw Glyn is een zeer mooie vrouw, een buitengewone vrouw". „Dat ben ik met u eens". „Een vrouw met diepe hartstochten. Zult u me niet onbescheiden vinden als ik door ga?" „Ga verder, als het u blieft", antwoordde Guy, een weinig koel. „Als zij een man liefhad, zou ze bereid zijn elk offer voor hem te brengen. Ze zou gewillig haar leven voor hem geven". „Dat geloof ik wel". „Ze zou niets doen om den man, waar ze van hield, te benadeelen. Begrijpt u wat ik bedoel?" Guy antwoordde niet, maar hij was rood geworden. „Fr is niets om je over te schamen, wan neer men de liefde van een vrouw heeft veroverd. In dit geval is het een groot ge luk voor Engeland. Begrijpt u me?" „Ik geloof het wel, maar ik haat de ge dachte om iets verschudigd te zijn aan aan „Aan een vrouw. Maar in het spel, dat wij spelen, is het uw plicht van ieder voor deel partij te trekken. Ik heb u gezegd, dat juffrouw Glyn een vrouw is met diepe harts tochten. Zooals ze liefheeft, zoo zal ze ook haten. In een jaloersche bui acht ik haar tot alles in staat. Het is daarom maar ge lukkig, dat juffrouw Cameron niet in Lon den is. Zal ik het eens ronduit zeggen?" „Ik houd niet van dit gesprek. Ik vind het niet in den haak" „Maar het is noodig. U moet oppassen, dat u juffrouw Glyn niet beleedigt. Ik vraag u niet om haar het hof te maken „Als u dat gedaan had, zou ik u de ka mer hebben uitgegooid. Ik mag dan een spion zijn, maar ik ben nog niet heelemaal een ploert", viel Guy driftig uit. „Zullen we over wat anders praten? Heeft u al een manier bedacht om de oor logsplannen in uw bezit te krijgen een manier, die de baron en de prins natuuurlijk overtuigend zullen vinden?" „Alleen door de brandkast in de kamer van den admiraal te forceeren. Ik kan den baron zeggen, dat ik hulp moet hebben. Hij zal wel zijn menschen van allerlei soort hebben en dus ook wel een, die inbrekers werktuigen kan hanteeren. Ik zal den baron voorstellen, dat ik 's nachts met zoo'n kerel tracht in te breken". .(Wordt yervojgd);.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 7