(Buitenland
Stad en Omgeving.
ALKMAARSCHE COURANT van DONDERDAG 27 JUN11!
Spaansche tegenstellingen.
ROEMEENSCH KABINET IN
GEVAAR?
Geruchten te Boekarest.
NOG MAAR 12 ITALIANEN
IN ABESSYNIE.
HET VASTGELOOPEN CANADEE-
SCHE VRACHTSCHIP.
BRITSCH STOOMSCHIP IN
VERBODEN WATEREN.
Weer vrijgelaten.
DYNAMIET ONTPLOFT.
Zestien arbeiders gedood in Texas.
MATUSCHKA'S DOODVONNIS
BEVESTIGD.
DE MODERNE ZEESLANG.
De rijke vreemdeling, die
vermoord werd.
WERPT GEEN BLOEMEN!
Wegens het daaraan verbonden
gevaar verboden.
DISTRICTS-ARBEIDSBEURS.
Voor kleino tuli
De mottk
J (Van onzen Spaanschen correspondent).
Nog niet zoo heel lang geleden heeft men
iemand in het openbaar kunnen hooren be
weren1, dat de Spanjaarden „het grofste, lui
ste en onzedelijkste volk ter wereld waren".
iDe brave man die dit zeide, is ongetwijfeld te
goeder trouw geweest. Hij verzekerde, dat hij
zjjn ongunstig oordeel grondvestte op eigen
Ondervinding en aanschouwing. In deze on
dervinding en aanschouwing school echter
een ontzaglijke fout, waarvan de brave man
in zijn kinderlijke braafheid zich niet bewust
was. Hij was namelijk slechts eenige weken
in Spanje geweest en kende nog niet voldoen
de Spaansch om zonder vergissingen post
zegels te kunnen koopen. Zooals zooveel
oppervlakkige en onoordeelkundige bezoekers
van vreemde landen was de man op enkele
treffende uitingen van het volksleven afge
gaan, en zonder nadere studie, zonder dieper-
gaande vergelijking, baseerde hij zijn oordeel
op eenige bedelaars, slenteraas en allerlei ge
spuis, waarmede hij blijkbaar in aanraking
was gekomen. Het is overigens wel merk
waardig, dat zulk onervaren reizigers als
door een of andere geheimzinnige wet der
zwaartekracht altija in zonderlinge buurten
en sloppen terecht komen, en daarna van
meening zijn dat wat zij gezien hebben het
zuivere beeld des lands is
Herhaaldelijk kan men ook een uitspraak
hooren die volkomen in strijd is met boven-
enoemd oordeel. Het oordeel is dan onver-
eeld gunstig en even eenzijdig. Men hoort
dan dat de Spanjaarden de hoffelijkste, voor-
komendste menschen ter wereld zijn, onbaat
zuchtig, bereidwillig en hulpvaardig. Men
prijst hun innerlijke voornaamheid, hun in
getogenheid, de zedigheid van de vrouwen
en meisjes, en1 de deugdzaamheid en den
burgerzin van het Spaansche volk.
Gewoonlijk berusten die uitspraken op en
kele, afzonderlijk staande gevallen. Het zijn
pittoreske bijzonderheden uit een korte reis in
een volkomen vreemd land. Men heeft eens
in een tram geen pasmunt gehad en kreeg dit
van een beleefden passagier, men heeft eens
stamelend den weg gevraagd en werd een
kwartier lang begeleid, men wist geen ge
schikt hotel en werd tot de deur gebracht,
men kende tot nu de Spaansche vrouwen
alleen van foto's uit de krant en had eens een
charmante overbuur in den trein. Uit deze
kortstondige ervaringen maakte men zijn op
getogen reisverhaal dat, naar men meende,
de waarheid dekte.
Het leven en de Spaansche maatschappij
waren volkomen afgesloten gebleven voor de
dieper gaande waarnemingen. Men had een
opgedirkte Zigeunerin voor een echte Spaan
sche genomen en verrukt een foto gemaakt
die met het onderschrift „Spaansche gratie"
in een of ander krantje van een reisvereeni-
ging kwam te prijken, tot groot vermaak van
degenen, die sinds jaar en dag dit juffertje
bij den ingang van een bekend historisch
bouwwerk hebben zien ronddrentelen op zoek
naar den goedgeloovigen buitenlander, die
voor een paar stuivers het „voorrecht" krijgt
haar te fotografeeren
Spanje leent zch gemakkelijk tot krasse,
eenzijdige uitspraken. Men neme bijvoor
beeld de goede manieren. Ik kan mij heel
goed voorstellen dat iemand na een reis van
een maand door Spanje de vaste meening
heeft, dat de Spanjaarden het ongema-
nierclste volk ter wereld zijn. Men zal hebben
opgemerkt, dat de Spanjaarden, die men in
de hotels ontmoet, vrij onaangename tafel-
fewoonten hebben, gewoonten en hebbel ij k-
eden die men ten onzent bij kinderen zelfs
niet duldt. Men zal hebben opgemerkt, dat
Spanjaarden vrijwel nooit voor iemand uit
den weg gaan op straat, en dat het lawaaieri
ge, schreeuwerige menschen zijn. Een nog
attenter toeschouwer zou begrepen hebben,
dat de Spanjaarden zelf niet voor niets af
gunst en baatzucht als nationale zonden
hebben gebrandmerk in hun literatuur.
Wie let op de slenteraars, die urenlang in
café's redeneerende en gesticuleerende man
nen, het getreuzel van personeel in zaken en
officieele instellingen, is geneigd de Span
jaarden lui en vadsig te noemen. Wie echter
dek leine, magere boeren in de felle zon op
hun akkers ziet zwoegen, wie wegwerkers
heeft gezien in den granietachtigen grond,
wie iets naders weet van de talloozen ge
schriften van Spaansche literatoren en man
nen van wetenschap, wie de prachtige mo
derne wegen en grootsche bouwwerken be
wondert, is geneigd het Spaansche volk een
ijverig, nijver en arbeidzaam volk te noemen.
Wie op straat bijna omvergeloopen, ter zijde
geduwd, op de teenen getrapt, bijna over
reden of afgesnauwd wordt, smaalt op den
ongeschoren lompen Spanjool. Wie echter
den onbekenden voorbijganger om een inlich
ting heeft gevraagd, zal zeer onder den druk
komen van zijn hulpvaardigheid, waar men
schier verlegen van wordt.
Wie alleen let op de zeer geverfde en ge
poederde Spaansche vrouwen en meisjes, die
den wansmaak zelfs zoover drijven dat zij
haar kostelijke zwarte haar met kunstmidde
len bewerken tot het een zebra-achtig voor
komen heeft gekregen, dat een zwakke na
bootsing is van het begeerde blonde, zal haar
voor domme ijdeltuiten houden. Maar wie
de Spaansche vrouwen en meisjes, uit de pro
vincie en uit de groote steden wat nader
heeft leeren kennen door persoonlijken om
gang en in het huiselijk verkeer, zal woorden
te kort komen voor zijn lofprijzingen voor
ihaar deugden, beminnelijke eigenschappen en
vaak treffende schoonheid. Wie het ongeluk
kig getroffen heeft in een hotel en dagenlang
groote roode vlekken op zijn armen en elders
heeft, die hem herinneren aan een hoogst on-
aangenamen, onrustigen nacht, zal verwoed
schimpen op de Spaansche onreinheid. Wie
oog heeft voor de keurige wijze, waarop de
meeste hotels worden onderhouden, zal hoog
opgeven van de Spaansche zindelijkheid.
'Een zeer geschikt middel om zichzelf op te
voeden tot een sceptische houding tot alle
verhalen over Spanje, is het lezen van een
dozijn boeken over Spanje van meer of min
der vluchtige bezoekers. Merkwaardig groot
is het aantal menschen, dat naief genoeg is
hun onbeduidende indrukken te boek te
stellen uit te geven. Men zou uit de Fransche,
Engelsche, Duitsche en helaas Neerland-
sche reisbeschrijvingen een grappige bloem
lezing van zotte mededeelingen over Spanje
kunnen verzamelen. Zulke dwaze mededee
lingen vinden echter altijd een belangstel
lend- aandachtig gehoor vanwege hun een
voudig en daardoor sprekend karakter. De
waarheid is gewoonlijk zeer ingewikkeld, en
de menschen zijn te gemakzuchtig of te wei
nig schrander om na een opmerkzaam on
derzoek de waarheid uit vele tegenstrijdig
heden samen te stellen. Wie een rechtlijnige,
felgekleurde voorstelling geeft, boeit de toe
schouwers. Ook al vanwege de zucht tot sen
satie van de menschen. Een poosje geleden
reisde ik met een buitenlandsch journalist,
die een serie van volkomen onzinnige artike
len over Spanje had geschreven. Op mijn
vraag of hij gedurende zijn, inderdaad heel
kort, verblijf in Spanje ook slechts een klein
gedeelte van zijn mededeelingen uit eigen
aanschouwing had opgeteekend, zei hij glim
lachend: „De zaak is boeiende kopij te heb
ben. De rest is den lezers zelf onverschillig".
Spanje heeft op deze wijze heel wat kopij aan
het buitenland verstrekt, want zijn ware
karakter ligt achter verwarrende tegenstel
lingen' verborgen, en de naieve tourist of de
handige krantenman zal bij één zijde be
perkt blijven. Vandaar het tegenstrijdig
beeld, dat men van Spanje geeft, hetwelk
door onwillekeurige of naar een bepaalden
opzet gekleurde overdrijving gewoonlijk nog
versterkt wordt.
Volgens geruchten in politieke kringen te
Boekarest, zou dezer dagen het aftreden ver
wacht kunnen worden van het kabinet van
George Tatarescu, hetgeen in verband zou
staan met de steeds grooter wordende ver
wijdering tusschen Tatarescu en Constantin
Bratianu.
De correspondent van de Londensche Dai
ly Telegraph te Addis Abeba bericht, dat in
de afgeloopen drie maanden steeds Italia
nen uit Abessynië zijn vertrokken; behalve
de leden van het Italiaansch gezantschap te
Addis Abeba bevinden zich nog nauwelijks
een 12-tal Italianen in het land en deze zijn
allen reisvaardig.
Het Canadeesche vrachtschip „City of
Victoria", dat buiten kaap Crimo in de pro
vincie Hokkaido aan den grond was geloo-
pen, is verlaten door de bemanning. Kapi
tein Brown en de veertig koppen der Cni-
neesche bemanning zijn te Hakodate aange
komen aan boord van het reddingsvaartuig
Azoemamaroe, dat naar Hakodate terugge
keerd is na het wrak aan zijn lot te hebben
moeten overlaten. Twintig officieren van de
„City of Victoria" werden overgebracht
naar het zusterschip, de ,City of Vancou-
ver".
Het Britsche stoomschip „Christina Mol-
ler", dat in moeilijkheden was geraakt met
de plaatselijke autoriteiten van Tako op
Formosa wegens het binnenvaren van de
verboden haven, is thans weer vrijgelaten.
Het schip is naar Sjanghai vertrokken.
In de kalksteenbrekerij van een
cementfabriek te Rio Grande in den
Mexicaanschen staat Texas zijn
20.000 pond dynamiet, die voor een
opblazing moesten worden gebruikt,
ontijdig geëxplodeerd.
Voozoover men thans kan zien,
hebben hierbij tien a zestien aroei-
ders den dood gevonden.
De Koninklijke Hongaarsche Tafel heeft
gisteren bij de behanedling in hcoger beroep
van het proces tegen Matuschka in tweede
instantie het op 20 November 1934 door het
gerechtshof over den bedrijver van spoor
wegaanslagen Silvester Matuschka uitge
sproken doodvonnis bevestigd en zich bij de
beoordeeling van den aanslag en de bepaling
van den strafmaat aangesloten bij de in
eerste instantie gedane uitspraak.
Jaren en jaren, misschien wel eeuwen en
eeuwen en waarschijnlijk even lang, als er
kranten bestaan, heeft de zeeslang den kom
kommertijd beheerscht. Maar langzamer
hand is zijn verschijnen toch minder veel
vuldig geworden en tegenwoordig komt hij
nog zelden voor. De menschen zijn criti-
scher geworden. Ze weten letterlijk alles,
wat er op de wereld gebeurt en ze geven
zich er rekenschap van, dat althans neden
ten dage geen enkele zeeman zich er op be
roemen kan, het monster in de oogen te heb
ben geblikt. Er duikt nog wel eens een be
richt op en niet lang geleden meenden de
opvarenden van een schip in Indië iets te
hebben waargenomen, maar de dagen, dat
de zeeslang volgens de hardnekkige bewe
ringen van stoere pikbroeken urenlang een
boot vergezelde, zijn blijkbaar volkomen
voorbij.
Dit neemt intusschen niet weg, dat de
kranten evenals vroeger behoefte hebben
aan sensationeel nieuws. En ofschoon dan
de zeeslang zoo'n beetje heeft afgedaan, er
bestaat en circuleert thans een soortgelijk
verhaal, waaraan op gezette tijden de naar
pikant en interessant nieuws hunkerende le
zers zich welbehagelijk kunnen laven.
De moderne zeeslang bezit sentimenteele
en dramatische eigenschappen. Het gaat
hier om een aandoenlijk en treffend verhaal.
Het komt meestal hierop neer, dat een niet
al te oppassende jongen naar Amerika weg
loopt, daar fortuin maakt en dan als vol
wassen en waardig man naar Europa komt,
om in zijn vaderland zijn eenvoudige
ouders op te zoeken en de plaats weer te
zien, waar eens zijn wieg stond.
Wanneer hij in zijn geboortedorp belandt,
zoek naar de dorps-
Saat hij natuurlijk op
erberg. Daar zijn de
lerberg. Daar zijn de oude kenissen. Nie
mand echter herkent hem. Maar hij ziet, dat
zijn ouders het beheer over het dorpshotel
letje voeren. Ook zij herkennen hem niet.
Hij besluit, hen te verrassen en verraadt
zijn identiteit niet, doet zich voor als een
rijk vreemdeling, die toevallig in het dorp
verdwaald is. Het blijkt dat het moederhart,
dat in dergelijke verhalen altijd sneller te
kloppen begint, als het de nabijheid van het
eigen vleesch en bloed speurt, volkomen
rustig blijft.
Intusschen toch niet heelemaal, naar we
zullen zien. Wanneer de zoon zich vermoeid
van de lange reis in zijn kamer terugtrekt,
smeden de moeder en de vader een boos
plan. Ze zullen den rijken vreemdeling van
zijn geld berooven en hem zekerheidshalve
vermoorden. Zoo gezegd, zoo gedaan, maar
als de snoode daad gepleegd is, blijkt uit de
papieren in de portefeuille, dat het tweetal
zijn eigen zoon heeft vermoord...
Volgens een Engelsch journalist ver
schijnt dit verhaal sinds de laatste vijf en
twintig jaar regelmatig en om de zes maan
den in de wereldpers. Het speelt gewoonlijk
in een afgelegen dorpje van Oost-Europa of
den Balkan, Amerikaansche, Duitsche,
Engelsch, Fransche bladen drukken de tra
gische geschiedenis steeds weer af. De jour
nalist heeft er specimen van in de voor
naamste talen en uit de uiteenloopende kran
ten.
Eenigen tijd geleden prijkte het verhaal
nog op de voorpagina van een groote New
Yorksche krant. Vier vette koppen stonden
er boven. „Ouders dooden hun zoon. Keert
na achttien jaar terug. Geeft zich voor
vreemdeling uit. Van zijn in Amerika ver
gaard fortuin beroofd".
Het groote nieuwsagentschap Associated
Press had ditmaal voor een Poolsche versie
gezorgd. Een ander maakte een Joego-Sla-
vische. En tal van kranten gaven het als
volgt. „Dit is de geschiedenis van een tra-
gischen terugkeer en van de kinderliefde
van George Nikolau en hoe drie menschen
stierven. Nikolau was jaren en jaren weg
geweest en had in Hongarije het kleine ver
mogen van 10.000 dinaren bijeengegaard".
Dan komt de ontknooping, waarbij ter ver
krijging van een grootere tragiek de ouders
de hand aan zich zelf slaan. En de pientere
redacteur van een Amerikaansche krant had
hieraan nog niet genoeg. Hij beschreef, in
roerende woorden, hoe de 10.000 dinaren
diende voor de plechtige begrafenis van
ouders en kind.... (Msb.).
Wij lezen in den Duitschen „Völkischer
Beobachter" onder het opschrift: „Werpt
geen bloemen!" De leider en Rijkskanselier
en ook andere leidende mannen van het rijk
en van de beweging hebben reeds herhaalde
lijk in het openbaar verzocht af te zien van de
slechte gewoonte („Unsitte") van het bloe-
menwerpen bij feestelijke gelegenheden, daar
deze wijze van bijvalsbetuiging gevaren in
zich sluit. De rijks- en Pruisische minister
van Binnenlandsche Zaken verzoekt derhalve
in een rondschrijven vóór samenkomsten
waaraan op den voorgrond tredende persoon
lijkheden deelnemen, de bevolking voor de
herhaling van dergelijke bijvalbetuigingen te
waarschuwen en zoo noodig met strafmaat
regelen op te treden.
De directeur van covengenoemd bureau
deelt mede, dat heden staan ingeschreven;
Groep bouwvakken: 1 bouwkundige, 3
opz. teekenaars, 2 bouwk. opzichters, 2 wa
terbouwkundigen, 2 glas in loodzetters, l
glazenwasscher, 1 steenbikker, 1 steenhou
wer, 2 stratenmakers,2 statenm. opperlieden,
1 stuc. opperman, 2 tegelzetters, 6 beton
werkers, 1 betonemailleur, 35 opperlieden,
18 stucadoors, 34 metselaars, 80 timmerlie
den, 14 voegers, 29 schilders, 19 grondwer
kers.
Groep metaalindustrie: 1 autog. lasscher,
18 bankwerkers, 1 carosseriebouwer, 2 con
structiewerkers, 10 electriciens, 3 fitters, 1
fraiser, 2 instrumentmakers, 2 kernmakers, 2
ketelmakers, 7 klinkers, 11 loodgieters, 2
lijnwerkers, 9 machinisten, 3 mach. teeke
naars, 12 metselaars, 1 metaalvijler, 3 me-
taalsiijpers, 15 monteurs, 1 orgelmaker, 2
plaatwerkers, 4 rijwielherstellers, 4 scheeps- j
bouwers, 3 scheepstimmerlieden, 5 smeden,
14 stokers, 1 tandtechniker, 1 voorslaander,
1 vuurwerker, 4 wagenmakers, 2 werktuig
bouwkundigen, 9 ijzerwerkers, 1 zandberei-
der, 2 zanavormers.
Groep voedings- en genotmiddelen: 44 si
garenmakers, 2 kistenplakkero, 1 stripper, 4
tabaksbewerkers. 8 slagers, 10 choc. bewer
kers, 1 suikerbakker, 1 off. choc. dragist, 19
bakkers, 2 bierbottelaars, 1 zuivelbereider
Groep verkeerswezen: 43 chauffeurs, 7
koetsiers, 1 motorschipper, 17 pakhuis
knechts, 16 magazijnbedienden, 5 kellners.
Groep letterzetters (boek- en steendrukke
rijen); 2 letterzetters, 7 boekbinders.
Groep houtbewerking: 19 meubelmakers,
3 meubelstoffeerders, 8 mach. houtbewer
kers, 3 kistenmakers, 1 borstelmaker, 1 beit-
ser. 1 beeldhouwer. 1 kuiper.
Groep landbouwbedrijven: 4 tuinlieden,
20 boerenarbeiders, 4 bloemisten.
Groep handel: 15 vertegenwoordigers, 2
winkelbedienden, 1 etaleur.
Overige beroepen2 wasschers 2 kleerma
kers, 1 rietwerker, 5 schoenmakers, 3 port.
huiskn., 1 kelkbrander, 2 huidenzouters, 4
incasseerders, 5 zakkenstoppers, 1 kapper,
2 ambtenaren ter secretarie, 1 el. tech.
ingenieur, 1 klompenschilder. 1 cartonnage-
bewerker, 14 kantoorbedienden, 4 adminis
trateurs, 1 controleur, 42 transport- en 254
losarbeiders.
Gedeeltelijk werkloos: Metaalindustrie 13,
tabaksindustrie 19, overige beroepen 4. Jeug
dige werkzoekenden beneden 18 jaar in di
verse beroepen 20.
Vrouwelijk personeel: 1 steno-typiste, 5
kantoorbedienden, 2 dagmeisjes, 6 werksters.
OPENBARE LEESZAAL EN
BIBLIOTHEEK,
Langestraat 85.
Nieuwe aanwinsten.
Over vliegtechniek en wereldvluchten.
629.1 V 61.5a Viruly, A. „Alles O.K.!"
„Draaien!"
910.8 G22 Geerke, H. P. Wij vliegen om
de wereld.
910.8 P 19 Parmentier, K- In drie dagen
naar Australië.
Reisbeschrijvingen.
914.5 C 38 Couperus, L. Uit blanke steden
onder blauwe lucht; 2e bun
del.
914.9 R 87 Rutten, F. Polen.
916 B 61 Blaauw, F. E. Op zoek naar
dieren en planten in Britsch-
Oost-Afrika.
918.1 V 15 Vandercook, W. Tam-tam;
een oerwoudstaat in Suri
name.
914.1 H 40 Heerlen als mijn- en industrie
stad. (Gids.) (g.)
Natuurlijke historie.
570 S 34 Schierbeek, A. Van Aristoteles
tot Pasteur; leven en werken
der groote biologen.
570.2 L 69e Löns, H. De eenzame ven.
590 D 45 Dieren, De levende, der wereld
onder leid. van Ch. J. Cor-
nish. 2 dln.
Muziek en tooneel.
780 M 86 Mueren, F. van der. Vlaamsche
muziek en componisten in de
XIXde en XXste eeuw.
787 K 18 Kapp, J. Paganini.
792 B 66 Boehn, M. von. Puppen und
Puppenspiele. dl. 1. Puppen.
792 G 65 Gouwe, W. F. De poppen van
Harry van Tussenbroek.
Geschiedenis.
930 D 83 Droysen, J. O. Das Weltreich
Alexanders den Grossen.
930 N 16 Nat, Geschiedenis van het
oude Oosten.
942 M 34e Maurois, A. Edouard VII en
zijn tijd.
944 M 15 Madelin, L. De Fransche revo
lutie.
948 N 44 Noreden, Der germanische,
und wir; DanemarkNor
wegen—Schweden.
Brochures.
658 V 54 Verkoopen over de toonbank.
658 V 54 Casson, H. Verkoopen door de
etalage.
658 V 54 May, J., en A. Rodrigues. Za
ken doen per telefoon.
658 V 54 Niet zóó, maar zóó; wenken
voor winkelverkoopers.
Naslagbliotheek.
Stz. Gonggrijp, G. F. E. Geïl
lustreerde encyclopaedie van
Nederlandsch-Indië.
VERTROKKEN PERSONEN.
G. Bak, geen, hulp in die huishouding, van
Nieuwpoortslaan 140 naar Ede. T. Kuiper
N.H., z.b., van Kanaalkade 33a naar Bergen
(N.-H.) N. Kok, echtgenoote van Dirk
Groen, O.C., z.b., en zoon, van Achterom 16
naar Egmond aan Zee. A. Groen, echtge
noote van T. van der Rijd, O.C., z.b., en kin
deren, van Landstraat 5 naar Egmond aan
Zee. J. Heijnis, echtgenoote van A. M.
Bijvoet R.K., z.b., van St. Annastraat 45 n.
Haarlem. M. E. C. Vlaming, R.K. zonder
beroep, van Verl. Landstraat 15 naar Bergen
(N.-HN Doets, N.H., hulp in de huis
houding, van Oudegracht 153 naar Hoorn.
G. J. van 't Klooster, R.K., z.b., van v. d.
Kaaijstraat la naar Bergen (N.-H.) J. M.
Leyssen, echtgenoote van H. Hamer, R.K.,
huishoudster, van v. d Kaaijstraat la naar
Bergen (N.-H.) P. Klerk, N.H., carosserie
bouwer, en echtgenoote en dochter, van
Anjelierstraat 7 naar Haarlem. A. Ki ui-
denier, N.H., scheepsklinker, en echtgenoote,
R.K., en kinderen, R.K., van Achterwezel 12a
naar Den Helder. M. W. Jansen, echtge
noote van L. de Groot, R.K., en dochter, van
v. Everdingenstraat 9 naar Akersloot. J.
A. Klaver, R.K., dienstbode, van Nassaulaan
53 naar Opmeer. P. Schuit, R.K., slagers
knecht van Laat 142 naar Velsen, IJmuiden-
Oost. P. M. Zeldenthuis, R.K., dienst
bode, van Koorstraat 49 naar Leeuwarden.
H. Kramer, geen, huishoudster, van v. d.
Meijstraat 13a naar Heiloo. P. de Rover,
geen, zonder beroep, van le Landdwars-
straat 18 naar Amsterdam. P. C. Schagen,
R.K., pakhuisknecht, van Oudorperdijkje 12
naar Schoorl, Schoorldam. R. L. Verhagen,
;een, kok, van Hooftstraat 5 naar Bergen
N.-H.) C. Hoek, R.K., dienstbode, van
Omval 55 naar Bovenkarspel. M. C. Bak-
kum, echtgenoote van J. G. Vrijer, R.K., z.b
en dochter, van Oudegracht 150 naar Den
Helder. A. P. Prins, N.H., koopman, van
Spoorstraat 89 naar Schagen. P. Pieterse,
R.K., schianmaker en echtgenoote en kinde
ren, van Breedstraat 22 naar Bergen (N.-H.)
M. Barhof, R.K., strijkster, van Oudorper
dijkje 50 naar Duitschland. A. Adrichem,
R.K., dienstbode, van Luttik-Oudorp 58a n.
Heiloo. Niet vertrokken van Heiligland 10
naar Purmerend J. J. Komen, RK., koopman
in allerlei en echtgenoote N.H., en kinderen,
R.Kweder ingekomen aan het adres Heilig
land 10. J. van Twuijver, R.Klos arbei
der, van Luttik-Oudorp 80a naar Amsterdam.
F. C. van Son, R.Kkoopman, van Ritse
voort 35 naar Beverwijk. W. Vledder,
H.A.E.A., dienstbode, van Stationsstraat 85
naar Oudorp. C. Bertha Koch, geen, hulp
in de huishouding, van Westerweg 49 naar
Heiloo.
C. Bierens, N.H., slagersknecht, van
Spoorstraat 54, naar Graft. U. Kamp
stra, R.K., beambte N. S., en echtg., van
Snaarmanslaan 44, naar Broek op Langen-
Ook in den moestuin vinden we weer vi
werk, dat gedaan moet worden. Het don
weer der laatste dagen is uitstekend geac
voor het uitdunnen van al van onlangs
zaaide groentensoorten. Kroten dunnen
uit totop 10 c.M., Brusselsche lof tot op 1
12 c.M. en peen tot op 5 c.M. Sluitkoolsi
ten, n.1. roode, savoye en witte kool mo<
nu aan de groei zijn. Wanneer dit het ge
is, geven we ze een paar maal een overben
ting met Chilisalpeter, b.v. 2 tot 4 kilo
100 vierk. meter, met een tusschentijd van
dagen. We strooien deze kunstmest om
planten en onder de bladeren om verbram
te voorkomen. In plaats van Chilisalpe
kunnen we ook zwavelzure ammoniak gebi
ken, waarvan we, in verband met het hooi
stikstofgehalte, ongeveer 1/4 minder kunt
nemen. Van de koolsoorten kunnen we
nog spruitkool, late groene savoye,
bloemkool en boerenkool planten. Verzi
ook niet omstreeks de langste dag, dus on
veer dezen tijd, andijvie te zaaien. Dit is
late groentesoort, waarmee we heel wat le
gekomen land kunnen beplanten. Wann
we na een week weer zaaien, hebben we
zeer late andijvie. Voor het laatste leggen
nu doperwten en peulen. Hiervan nemen
echter nu de vroege soorten, omdat deze
zoo hoog worden als de latere en daarc
eerder hun opbrengst geven. We leggen
nog wat sla- en snijboonen voor late oog
waarvoor we liefst stamboonen gebruik
We kunnen zelfs begin Juli op een besc
liggend rabat nog stamboonen leggen, wa
van we, bij gunstig najaarsweer nog
kunnen plukken. De in den vollen grond
geplante tomaten worden van een stevige
voorzien, waaraan de stengel, met het oog
het zwellen, zeer losjes wordt aangebond<
Alle zijscheuten worden er tijdig uitgebrok<
opdat alle groeikracht de hoofdstengel en
daaraan groeiende vruchttrossen ten goe
zal komen. We kunnen nog tomaten uitpla
ten, wanneer we maar in het bezit zijn v
krachtige planten of deze van een kweek
kunnen betrekken. De eerstgelegde stoksn
en slaboonen bginnen al te klimmen, waar
we ze moeten helpen, opdat de ranken in
daarvoor bestemde stokken en niet do
elkaar groeien. Rammenas kan nu word
gezaaid voor wintergebruik.
dijk. G. M. H. Lübbers, R.K., van He
17a, naar Schoonebeek. W. van Ene
geen, z.b. en gezin, van Druivenlaan 4
naar Oudorp. T. Zorgman, geen, schee;
bouwk. teekenaar, en echtg., van 2e Kanai
straat 8 n. Zaandam. C. Luking, N.f
teekenaar Rijkstelegraaf, en gezin, van v.
Houtenkade 46, naar Heiloo. -— J. Horna
N H., marinier, van Kinheimstraat 25, na
Rotterdam. C. Pauw, N.H., diensttxx
van Kennemerstraatweg 175, naar Oudoi
J. J. Luitjes, E.L., dienstbode, v. Nieu
poortslaan 56, naar Haarlem. P. H. v;
Zwanenburg, e,en, los arbeider, van le K
naalstraat 15, naar Oudorp. B. Beren
sen, schoenmaker, van Hekelstraat 27, na
Nijmegen. A. A. Groot—Klaver, R.K.,
b., van Westdijk 17, naar Akersloot.
Rademaker, geen, slagersknecht, van Ach te
straat 62, naar Hterhugowaard. E. 1
van den Idsert, R.K., huishoudster, v<
Snaarmanslaan 143, naar den Helder.
H. C. Slotboom, N.H., winkelier, Gasthui
straat 5a, naar Bergen. Wed. A. J. We
tendorp, N.H., z.b., van Comansstraat
naar Becmster. J. M. de Viet, N.H., ve
pleegster, van Wilhelminalaan 11, na;
Haarlem. G. KeizerNijmeijer, N.E
van Forestusstraat 5, naar St. Pancras. -
K. Brands, geen, bakker, en gezin, v-
Schoolstraat 4, naar Amsterdam. 1
Huisman, H.A., z.b., van Uitenboschstra,
91, naar Purmerer.d. M. M. Brück, R.K
dienstbode, van Nassaulaan 9, naar Berge
INGEKOMEN PERSONEN.
C. van der Neut—Rol, N H., Keizerstra
28, van Bergen. E. P. Bek, R.K., z.1
Hoogstraat 8, van Nijmegen. E. de Boe
R.K.,, z.b., Breedstraat 53, "2n Hoogwou
Helena Maria Smittel, R.K., geen, St.
tionsweg 60, van Egmond aan Zee. -
Wed. L. F. Janssen, keukenjuffrouw, gee
van Amsterdam. H. A. Fuhrman, hul
in de huish., R.K., van Velsen. J. H. vs
der Hoeve, huiskn.-kellner, R.K., van Ar
sterdam. C. T. van den Brink, broede
onderwijzer, R.K., van Oudenbosch. -
G. Soecker, banketbakker, R.K., van Zam
voort. A. van Appelen, kapper, (o.), R.K
van Nijkerk. P. J. Nagengast, typograa
R.K., van Leeuwarden. M. Nastelin;
dienstbode, R.K., van Hensbroek. J.
Bock, klerke Ned. Sp. R. K., van den He
der. L. Sluizer en dochter, bouwk. inspe
teur, geen/N. I., van Haarlem. M.
Vlaar, zonder beroeg, R.K., van Berge
N. H.
KI. Kistemaker, N.H., Kruislaan 14, va
Heiloo. Wed. B W. v«n der Velde;
N H., Kruislaan 14, van Amsterdam. i
J. Bos, geen, kantoorbediende, Luttik Oi
dorp 53, van Rijswijk. J. C. A. Lobacl
R.K., monteur, en echtg., Westerweg 104,
van Heiloo. P. Mantel, N.H., huishoue
ster, Baanpad 19, van Zaandam. A. Tel
stra, R.K., huishouodster, Kinheimstraat
van Berkhout. Wed. M. Zwart, N.H
Kruislaan 14, van 's Gravenhage. I
Kort, geen, wagenlichter Ned. Sp., en gezii
Rochdalestraat 38, van Den Helder. 1
Koopman, N.H., z.b., Westerweg 91, va
Rheden. C. A. Vennik, N.H., kellne
Nieuwesloot 59, van Amsterdam. K. c
Hart, N.H., kruidenier, en gezin, Bisscho
Bottemanneplein 3, van Oudkarspel. f
A. Stegeman, R.K., scheepstimmerman, Boi
zemsingel 9, van Haarlem. J. Zwaan,
b., Kruislaan 14, van Naarden. C.
van Asperen Vervenne, N.H., telefoniste,
Kruislaan 14, van Hilversum. M. M. va
Koot, geen, z.b., Zocherstraat 16, van An
sterdam. D. in 't Veld, geen, machinii
N.S., en gezin, Houtmanstraat 28, van De
Helder. Wed. S. Sindorf, R.K., Ernmr
straat 12, van Amsterdam. S. Bekken
N.H., huishoudster, Noorderkade 23, va
Heerhugowaard. H. C. Dekker—v. Hoof
Verdronkenoord 47, van Heemskerk. 1
Baatenburg, G.K., leerl. verpleegster, Wil
helminalaan II, van Amsterdam. C. va
Twuijver, R.K., los werkman, en gezir
Spanjaardstraat 9a, van Bergen op Zoom.