(Buitenland Stad en Omgeving. ALKMAARSCHE COURANT van DONDERDAG 27 JUN11! Spaansche tegenstellingen. ROEMEENSCH KABINET IN GEVAAR? Geruchten te Boekarest. NOG MAAR 12 ITALIANEN IN ABESSYNIE. HET VASTGELOOPEN CANADEE- SCHE VRACHTSCHIP. BRITSCH STOOMSCHIP IN VERBODEN WATEREN. Weer vrijgelaten. DYNAMIET ONTPLOFT. Zestien arbeiders gedood in Texas. MATUSCHKA'S DOODVONNIS BEVESTIGD. DE MODERNE ZEESLANG. De rijke vreemdeling, die vermoord werd. WERPT GEEN BLOEMEN! Wegens het daaraan verbonden gevaar verboden. DISTRICTS-ARBEIDSBEURS. Voor kleino tuli De mottk J (Van onzen Spaanschen correspondent). Nog niet zoo heel lang geleden heeft men iemand in het openbaar kunnen hooren be weren1, dat de Spanjaarden „het grofste, lui ste en onzedelijkste volk ter wereld waren". iDe brave man die dit zeide, is ongetwijfeld te goeder trouw geweest. Hij verzekerde, dat hij zjjn ongunstig oordeel grondvestte op eigen Ondervinding en aanschouwing. In deze on dervinding en aanschouwing school echter een ontzaglijke fout, waarvan de brave man in zijn kinderlijke braafheid zich niet bewust was. Hij was namelijk slechts eenige weken in Spanje geweest en kende nog niet voldoen de Spaansch om zonder vergissingen post zegels te kunnen koopen. Zooals zooveel oppervlakkige en onoordeelkundige bezoekers van vreemde landen was de man op enkele treffende uitingen van het volksleven afge gaan, en zonder nadere studie, zonder dieper- gaande vergelijking, baseerde hij zijn oordeel op eenige bedelaars, slenteraas en allerlei ge spuis, waarmede hij blijkbaar in aanraking was gekomen. Het is overigens wel merk waardig, dat zulk onervaren reizigers als door een of andere geheimzinnige wet der zwaartekracht altija in zonderlinge buurten en sloppen terecht komen, en daarna van meening zijn dat wat zij gezien hebben het zuivere beeld des lands is Herhaaldelijk kan men ook een uitspraak hooren die volkomen in strijd is met boven- enoemd oordeel. Het oordeel is dan onver- eeld gunstig en even eenzijdig. Men hoort dan dat de Spanjaarden de hoffelijkste, voor- komendste menschen ter wereld zijn, onbaat zuchtig, bereidwillig en hulpvaardig. Men prijst hun innerlijke voornaamheid, hun in getogenheid, de zedigheid van de vrouwen en meisjes, en1 de deugdzaamheid en den burgerzin van het Spaansche volk. Gewoonlijk berusten die uitspraken op en kele, afzonderlijk staande gevallen. Het zijn pittoreske bijzonderheden uit een korte reis in een volkomen vreemd land. Men heeft eens in een tram geen pasmunt gehad en kreeg dit van een beleefden passagier, men heeft eens stamelend den weg gevraagd en werd een kwartier lang begeleid, men wist geen ge schikt hotel en werd tot de deur gebracht, men kende tot nu de Spaansche vrouwen alleen van foto's uit de krant en had eens een charmante overbuur in den trein. Uit deze kortstondige ervaringen maakte men zijn op getogen reisverhaal dat, naar men meende, de waarheid dekte. Het leven en de Spaansche maatschappij waren volkomen afgesloten gebleven voor de dieper gaande waarnemingen. Men had een opgedirkte Zigeunerin voor een echte Spaan sche genomen en verrukt een foto gemaakt die met het onderschrift „Spaansche gratie" in een of ander krantje van een reisvereeni- ging kwam te prijken, tot groot vermaak van degenen, die sinds jaar en dag dit juffertje bij den ingang van een bekend historisch bouwwerk hebben zien ronddrentelen op zoek naar den goedgeloovigen buitenlander, die voor een paar stuivers het „voorrecht" krijgt haar te fotografeeren Spanje leent zch gemakkelijk tot krasse, eenzijdige uitspraken. Men neme bijvoor beeld de goede manieren. Ik kan mij heel goed voorstellen dat iemand na een reis van een maand door Spanje de vaste meening heeft, dat de Spanjaarden het ongema- nierclste volk ter wereld zijn. Men zal hebben opgemerkt, dat de Spanjaarden, die men in de hotels ontmoet, vrij onaangename tafel- fewoonten hebben, gewoonten en hebbel ij k- eden die men ten onzent bij kinderen zelfs niet duldt. Men zal hebben opgemerkt, dat Spanjaarden vrijwel nooit voor iemand uit den weg gaan op straat, en dat het lawaaieri ge, schreeuwerige menschen zijn. Een nog attenter toeschouwer zou begrepen hebben, dat de Spanjaarden zelf niet voor niets af gunst en baatzucht als nationale zonden hebben gebrandmerk in hun literatuur. Wie let op de slenteraars, die urenlang in café's redeneerende en gesticuleerende man nen, het getreuzel van personeel in zaken en officieele instellingen, is geneigd de Span jaarden lui en vadsig te noemen. Wie echter dek leine, magere boeren in de felle zon op hun akkers ziet zwoegen, wie wegwerkers heeft gezien in den granietachtigen grond, wie iets naders weet van de talloozen ge schriften van Spaansche literatoren en man nen van wetenschap, wie de prachtige mo derne wegen en grootsche bouwwerken be wondert, is geneigd het Spaansche volk een ijverig, nijver en arbeidzaam volk te noemen. Wie op straat bijna omvergeloopen, ter zijde geduwd, op de teenen getrapt, bijna over reden of afgesnauwd wordt, smaalt op den ongeschoren lompen Spanjool. Wie echter den onbekenden voorbijganger om een inlich ting heeft gevraagd, zal zeer onder den druk komen van zijn hulpvaardigheid, waar men schier verlegen van wordt. Wie alleen let op de zeer geverfde en ge poederde Spaansche vrouwen en meisjes, die den wansmaak zelfs zoover drijven dat zij haar kostelijke zwarte haar met kunstmidde len bewerken tot het een zebra-achtig voor komen heeft gekregen, dat een zwakke na bootsing is van het begeerde blonde, zal haar voor domme ijdeltuiten houden. Maar wie de Spaansche vrouwen en meisjes, uit de pro vincie en uit de groote steden wat nader heeft leeren kennen door persoonlijken om gang en in het huiselijk verkeer, zal woorden te kort komen voor zijn lofprijzingen voor ihaar deugden, beminnelijke eigenschappen en vaak treffende schoonheid. Wie het ongeluk kig getroffen heeft in een hotel en dagenlang groote roode vlekken op zijn armen en elders heeft, die hem herinneren aan een hoogst on- aangenamen, onrustigen nacht, zal verwoed schimpen op de Spaansche onreinheid. Wie oog heeft voor de keurige wijze, waarop de meeste hotels worden onderhouden, zal hoog opgeven van de Spaansche zindelijkheid. 'Een zeer geschikt middel om zichzelf op te voeden tot een sceptische houding tot alle verhalen over Spanje, is het lezen van een dozijn boeken over Spanje van meer of min der vluchtige bezoekers. Merkwaardig groot is het aantal menschen, dat naief genoeg is hun onbeduidende indrukken te boek te stellen uit te geven. Men zou uit de Fransche, Engelsche, Duitsche en helaas Neerland- sche reisbeschrijvingen een grappige bloem lezing van zotte mededeelingen over Spanje kunnen verzamelen. Zulke dwaze mededee lingen vinden echter altijd een belangstel lend- aandachtig gehoor vanwege hun een voudig en daardoor sprekend karakter. De waarheid is gewoonlijk zeer ingewikkeld, en de menschen zijn te gemakzuchtig of te wei nig schrander om na een opmerkzaam on derzoek de waarheid uit vele tegenstrijdig heden samen te stellen. Wie een rechtlijnige, felgekleurde voorstelling geeft, boeit de toe schouwers. Ook al vanwege de zucht tot sen satie van de menschen. Een poosje geleden reisde ik met een buitenlandsch journalist, die een serie van volkomen onzinnige artike len over Spanje had geschreven. Op mijn vraag of hij gedurende zijn, inderdaad heel kort, verblijf in Spanje ook slechts een klein gedeelte van zijn mededeelingen uit eigen aanschouwing had opgeteekend, zei hij glim lachend: „De zaak is boeiende kopij te heb ben. De rest is den lezers zelf onverschillig". Spanje heeft op deze wijze heel wat kopij aan het buitenland verstrekt, want zijn ware karakter ligt achter verwarrende tegenstel lingen' verborgen, en de naieve tourist of de handige krantenman zal bij één zijde be perkt blijven. Vandaar het tegenstrijdig beeld, dat men van Spanje geeft, hetwelk door onwillekeurige of naar een bepaalden opzet gekleurde overdrijving gewoonlijk nog versterkt wordt. Volgens geruchten in politieke kringen te Boekarest, zou dezer dagen het aftreden ver wacht kunnen worden van het kabinet van George Tatarescu, hetgeen in verband zou staan met de steeds grooter wordende ver wijdering tusschen Tatarescu en Constantin Bratianu. De correspondent van de Londensche Dai ly Telegraph te Addis Abeba bericht, dat in de afgeloopen drie maanden steeds Italia nen uit Abessynië zijn vertrokken; behalve de leden van het Italiaansch gezantschap te Addis Abeba bevinden zich nog nauwelijks een 12-tal Italianen in het land en deze zijn allen reisvaardig. Het Canadeesche vrachtschip „City of Victoria", dat buiten kaap Crimo in de pro vincie Hokkaido aan den grond was geloo- pen, is verlaten door de bemanning. Kapi tein Brown en de veertig koppen der Cni- neesche bemanning zijn te Hakodate aange komen aan boord van het reddingsvaartuig Azoemamaroe, dat naar Hakodate terugge keerd is na het wrak aan zijn lot te hebben moeten overlaten. Twintig officieren van de „City of Victoria" werden overgebracht naar het zusterschip, de ,City of Vancou- ver". Het Britsche stoomschip „Christina Mol- ler", dat in moeilijkheden was geraakt met de plaatselijke autoriteiten van Tako op Formosa wegens het binnenvaren van de verboden haven, is thans weer vrijgelaten. Het schip is naar Sjanghai vertrokken. In de kalksteenbrekerij van een cementfabriek te Rio Grande in den Mexicaanschen staat Texas zijn 20.000 pond dynamiet, die voor een opblazing moesten worden gebruikt, ontijdig geëxplodeerd. Voozoover men thans kan zien, hebben hierbij tien a zestien aroei- ders den dood gevonden. De Koninklijke Hongaarsche Tafel heeft gisteren bij de behanedling in hcoger beroep van het proces tegen Matuschka in tweede instantie het op 20 November 1934 door het gerechtshof over den bedrijver van spoor wegaanslagen Silvester Matuschka uitge sproken doodvonnis bevestigd en zich bij de beoordeeling van den aanslag en de bepaling van den strafmaat aangesloten bij de in eerste instantie gedane uitspraak. Jaren en jaren, misschien wel eeuwen en eeuwen en waarschijnlijk even lang, als er kranten bestaan, heeft de zeeslang den kom kommertijd beheerscht. Maar langzamer hand is zijn verschijnen toch minder veel vuldig geworden en tegenwoordig komt hij nog zelden voor. De menschen zijn criti- scher geworden. Ze weten letterlijk alles, wat er op de wereld gebeurt en ze geven zich er rekenschap van, dat althans neden ten dage geen enkele zeeman zich er op be roemen kan, het monster in de oogen te heb ben geblikt. Er duikt nog wel eens een be richt op en niet lang geleden meenden de opvarenden van een schip in Indië iets te hebben waargenomen, maar de dagen, dat de zeeslang volgens de hardnekkige bewe ringen van stoere pikbroeken urenlang een boot vergezelde, zijn blijkbaar volkomen voorbij. Dit neemt intusschen niet weg, dat de kranten evenals vroeger behoefte hebben aan sensationeel nieuws. En ofschoon dan de zeeslang zoo'n beetje heeft afgedaan, er bestaat en circuleert thans een soortgelijk verhaal, waaraan op gezette tijden de naar pikant en interessant nieuws hunkerende le zers zich welbehagelijk kunnen laven. De moderne zeeslang bezit sentimenteele en dramatische eigenschappen. Het gaat hier om een aandoenlijk en treffend verhaal. Het komt meestal hierop neer, dat een niet al te oppassende jongen naar Amerika weg loopt, daar fortuin maakt en dan als vol wassen en waardig man naar Europa komt, om in zijn vaderland zijn eenvoudige ouders op te zoeken en de plaats weer te zien, waar eens zijn wieg stond. Wanneer hij in zijn geboortedorp belandt, zoek naar de dorps- Saat hij natuurlijk op erberg. Daar zijn de lerberg. Daar zijn de oude kenissen. Nie mand echter herkent hem. Maar hij ziet, dat zijn ouders het beheer over het dorpshotel letje voeren. Ook zij herkennen hem niet. Hij besluit, hen te verrassen en verraadt zijn identiteit niet, doet zich voor als een rijk vreemdeling, die toevallig in het dorp verdwaald is. Het blijkt dat het moederhart, dat in dergelijke verhalen altijd sneller te kloppen begint, als het de nabijheid van het eigen vleesch en bloed speurt, volkomen rustig blijft. Intusschen toch niet heelemaal, naar we zullen zien. Wanneer de zoon zich vermoeid van de lange reis in zijn kamer terugtrekt, smeden de moeder en de vader een boos plan. Ze zullen den rijken vreemdeling van zijn geld berooven en hem zekerheidshalve vermoorden. Zoo gezegd, zoo gedaan, maar als de snoode daad gepleegd is, blijkt uit de papieren in de portefeuille, dat het tweetal zijn eigen zoon heeft vermoord... Volgens een Engelsch journalist ver schijnt dit verhaal sinds de laatste vijf en twintig jaar regelmatig en om de zes maan den in de wereldpers. Het speelt gewoonlijk in een afgelegen dorpje van Oost-Europa of den Balkan, Amerikaansche, Duitsche, Engelsch, Fransche bladen drukken de tra gische geschiedenis steeds weer af. De jour nalist heeft er specimen van in de voor naamste talen en uit de uiteenloopende kran ten. Eenigen tijd geleden prijkte het verhaal nog op de voorpagina van een groote New Yorksche krant. Vier vette koppen stonden er boven. „Ouders dooden hun zoon. Keert na achttien jaar terug. Geeft zich voor vreemdeling uit. Van zijn in Amerika ver gaard fortuin beroofd". Het groote nieuwsagentschap Associated Press had ditmaal voor een Poolsche versie gezorgd. Een ander maakte een Joego-Sla- vische. En tal van kranten gaven het als volgt. „Dit is de geschiedenis van een tra- gischen terugkeer en van de kinderliefde van George Nikolau en hoe drie menschen stierven. Nikolau was jaren en jaren weg geweest en had in Hongarije het kleine ver mogen van 10.000 dinaren bijeengegaard". Dan komt de ontknooping, waarbij ter ver krijging van een grootere tragiek de ouders de hand aan zich zelf slaan. En de pientere redacteur van een Amerikaansche krant had hieraan nog niet genoeg. Hij beschreef, in roerende woorden, hoe de 10.000 dinaren diende voor de plechtige begrafenis van ouders en kind.... (Msb.). Wij lezen in den Duitschen „Völkischer Beobachter" onder het opschrift: „Werpt geen bloemen!" De leider en Rijkskanselier en ook andere leidende mannen van het rijk en van de beweging hebben reeds herhaalde lijk in het openbaar verzocht af te zien van de slechte gewoonte („Unsitte") van het bloe- menwerpen bij feestelijke gelegenheden, daar deze wijze van bijvalsbetuiging gevaren in zich sluit. De rijks- en Pruisische minister van Binnenlandsche Zaken verzoekt derhalve in een rondschrijven vóór samenkomsten waaraan op den voorgrond tredende persoon lijkheden deelnemen, de bevolking voor de herhaling van dergelijke bijvalbetuigingen te waarschuwen en zoo noodig met strafmaat regelen op te treden. De directeur van covengenoemd bureau deelt mede, dat heden staan ingeschreven; Groep bouwvakken: 1 bouwkundige, 3 opz. teekenaars, 2 bouwk. opzichters, 2 wa terbouwkundigen, 2 glas in loodzetters, l glazenwasscher, 1 steenbikker, 1 steenhou wer, 2 stratenmakers,2 statenm. opperlieden, 1 stuc. opperman, 2 tegelzetters, 6 beton werkers, 1 betonemailleur, 35 opperlieden, 18 stucadoors, 34 metselaars, 80 timmerlie den, 14 voegers, 29 schilders, 19 grondwer kers. Groep metaalindustrie: 1 autog. lasscher, 18 bankwerkers, 1 carosseriebouwer, 2 con structiewerkers, 10 electriciens, 3 fitters, 1 fraiser, 2 instrumentmakers, 2 kernmakers, 2 ketelmakers, 7 klinkers, 11 loodgieters, 2 lijnwerkers, 9 machinisten, 3 mach. teeke naars, 12 metselaars, 1 metaalvijler, 3 me- taalsiijpers, 15 monteurs, 1 orgelmaker, 2 plaatwerkers, 4 rijwielherstellers, 4 scheeps- j bouwers, 3 scheepstimmerlieden, 5 smeden, 14 stokers, 1 tandtechniker, 1 voorslaander, 1 vuurwerker, 4 wagenmakers, 2 werktuig bouwkundigen, 9 ijzerwerkers, 1 zandberei- der, 2 zanavormers. Groep voedings- en genotmiddelen: 44 si garenmakers, 2 kistenplakkero, 1 stripper, 4 tabaksbewerkers. 8 slagers, 10 choc. bewer kers, 1 suikerbakker, 1 off. choc. dragist, 19 bakkers, 2 bierbottelaars, 1 zuivelbereider Groep verkeerswezen: 43 chauffeurs, 7 koetsiers, 1 motorschipper, 17 pakhuis knechts, 16 magazijnbedienden, 5 kellners. Groep letterzetters (boek- en steendrukke rijen); 2 letterzetters, 7 boekbinders. Groep houtbewerking: 19 meubelmakers, 3 meubelstoffeerders, 8 mach. houtbewer kers, 3 kistenmakers, 1 borstelmaker, 1 beit- ser. 1 beeldhouwer. 1 kuiper. Groep landbouwbedrijven: 4 tuinlieden, 20 boerenarbeiders, 4 bloemisten. Groep handel: 15 vertegenwoordigers, 2 winkelbedienden, 1 etaleur. Overige beroepen2 wasschers 2 kleerma kers, 1 rietwerker, 5 schoenmakers, 3 port. huiskn., 1 kelkbrander, 2 huidenzouters, 4 incasseerders, 5 zakkenstoppers, 1 kapper, 2 ambtenaren ter secretarie, 1 el. tech. ingenieur, 1 klompenschilder. 1 cartonnage- bewerker, 14 kantoorbedienden, 4 adminis trateurs, 1 controleur, 42 transport- en 254 losarbeiders. Gedeeltelijk werkloos: Metaalindustrie 13, tabaksindustrie 19, overige beroepen 4. Jeug dige werkzoekenden beneden 18 jaar in di verse beroepen 20. Vrouwelijk personeel: 1 steno-typiste, 5 kantoorbedienden, 2 dagmeisjes, 6 werksters. OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK, Langestraat 85. Nieuwe aanwinsten. Over vliegtechniek en wereldvluchten. 629.1 V 61.5a Viruly, A. „Alles O.K.!" „Draaien!" 910.8 G22 Geerke, H. P. Wij vliegen om de wereld. 910.8 P 19 Parmentier, K- In drie dagen naar Australië. Reisbeschrijvingen. 914.5 C 38 Couperus, L. Uit blanke steden onder blauwe lucht; 2e bun del. 914.9 R 87 Rutten, F. Polen. 916 B 61 Blaauw, F. E. Op zoek naar dieren en planten in Britsch- Oost-Afrika. 918.1 V 15 Vandercook, W. Tam-tam; een oerwoudstaat in Suri name. 914.1 H 40 Heerlen als mijn- en industrie stad. (Gids.) (g.) Natuurlijke historie. 570 S 34 Schierbeek, A. Van Aristoteles tot Pasteur; leven en werken der groote biologen. 570.2 L 69e Löns, H. De eenzame ven. 590 D 45 Dieren, De levende, der wereld onder leid. van Ch. J. Cor- nish. 2 dln. Muziek en tooneel. 780 M 86 Mueren, F. van der. Vlaamsche muziek en componisten in de XIXde en XXste eeuw. 787 K 18 Kapp, J. Paganini. 792 B 66 Boehn, M. von. Puppen und Puppenspiele. dl. 1. Puppen. 792 G 65 Gouwe, W. F. De poppen van Harry van Tussenbroek. Geschiedenis. 930 D 83 Droysen, J. O. Das Weltreich Alexanders den Grossen. 930 N 16 Nat, Geschiedenis van het oude Oosten. 942 M 34e Maurois, A. Edouard VII en zijn tijd. 944 M 15 Madelin, L. De Fransche revo lutie. 948 N 44 Noreden, Der germanische, und wir; DanemarkNor wegen—Schweden. Brochures. 658 V 54 Verkoopen over de toonbank. 658 V 54 Casson, H. Verkoopen door de etalage. 658 V 54 May, J., en A. Rodrigues. Za ken doen per telefoon. 658 V 54 Niet zóó, maar zóó; wenken voor winkelverkoopers. Naslagbliotheek. Stz. Gonggrijp, G. F. E. Geïl lustreerde encyclopaedie van Nederlandsch-Indië. VERTROKKEN PERSONEN. G. Bak, geen, hulp in die huishouding, van Nieuwpoortslaan 140 naar Ede. T. Kuiper N.H., z.b., van Kanaalkade 33a naar Bergen (N.-H.) N. Kok, echtgenoote van Dirk Groen, O.C., z.b., en zoon, van Achterom 16 naar Egmond aan Zee. A. Groen, echtge noote van T. van der Rijd, O.C., z.b., en kin deren, van Landstraat 5 naar Egmond aan Zee. J. Heijnis, echtgenoote van A. M. Bijvoet R.K., z.b., van St. Annastraat 45 n. Haarlem. M. E. C. Vlaming, R.K. zonder beroep, van Verl. Landstraat 15 naar Bergen (N.-HN Doets, N.H., hulp in de huis houding, van Oudegracht 153 naar Hoorn. G. J. van 't Klooster, R.K., z.b., van v. d. Kaaijstraat la naar Bergen (N.-H.) J. M. Leyssen, echtgenoote van H. Hamer, R.K., huishoudster, van v. d Kaaijstraat la naar Bergen (N.-H.) P. Klerk, N.H., carosserie bouwer, en echtgenoote en dochter, van Anjelierstraat 7 naar Haarlem. A. Ki ui- denier, N.H., scheepsklinker, en echtgenoote, R.K., en kinderen, R.K., van Achterwezel 12a naar Den Helder. M. W. Jansen, echtge noote van L. de Groot, R.K., en dochter, van v. Everdingenstraat 9 naar Akersloot. J. A. Klaver, R.K., dienstbode, van Nassaulaan 53 naar Opmeer. P. Schuit, R.K., slagers knecht van Laat 142 naar Velsen, IJmuiden- Oost. P. M. Zeldenthuis, R.K., dienst bode, van Koorstraat 49 naar Leeuwarden. H. Kramer, geen, huishoudster, van v. d. Meijstraat 13a naar Heiloo. P. de Rover, geen, zonder beroep, van le Landdwars- straat 18 naar Amsterdam. P. C. Schagen, R.K., pakhuisknecht, van Oudorperdijkje 12 naar Schoorl, Schoorldam. R. L. Verhagen, ;een, kok, van Hooftstraat 5 naar Bergen N.-H.) C. Hoek, R.K., dienstbode, van Omval 55 naar Bovenkarspel. M. C. Bak- kum, echtgenoote van J. G. Vrijer, R.K., z.b en dochter, van Oudegracht 150 naar Den Helder. A. P. Prins, N.H., koopman, van Spoorstraat 89 naar Schagen. P. Pieterse, R.K., schianmaker en echtgenoote en kinde ren, van Breedstraat 22 naar Bergen (N.-H.) M. Barhof, R.K., strijkster, van Oudorper dijkje 50 naar Duitschland. A. Adrichem, R.K., dienstbode, van Luttik-Oudorp 58a n. Heiloo. Niet vertrokken van Heiligland 10 naar Purmerend J. J. Komen, RK., koopman in allerlei en echtgenoote N.H., en kinderen, R.Kweder ingekomen aan het adres Heilig land 10. J. van Twuijver, R.Klos arbei der, van Luttik-Oudorp 80a naar Amsterdam. F. C. van Son, R.Kkoopman, van Ritse voort 35 naar Beverwijk. W. Vledder, H.A.E.A., dienstbode, van Stationsstraat 85 naar Oudorp. C. Bertha Koch, geen, hulp in de huishouding, van Westerweg 49 naar Heiloo. C. Bierens, N.H., slagersknecht, van Spoorstraat 54, naar Graft. U. Kamp stra, R.K., beambte N. S., en echtg., van Snaarmanslaan 44, naar Broek op Langen- Ook in den moestuin vinden we weer vi werk, dat gedaan moet worden. Het don weer der laatste dagen is uitstekend geac voor het uitdunnen van al van onlangs zaaide groentensoorten. Kroten dunnen uit totop 10 c.M., Brusselsche lof tot op 1 12 c.M. en peen tot op 5 c.M. Sluitkoolsi ten, n.1. roode, savoye en witte kool mo< nu aan de groei zijn. Wanneer dit het ge is, geven we ze een paar maal een overben ting met Chilisalpeter, b.v. 2 tot 4 kilo 100 vierk. meter, met een tusschentijd van dagen. We strooien deze kunstmest om planten en onder de bladeren om verbram te voorkomen. In plaats van Chilisalpe kunnen we ook zwavelzure ammoniak gebi ken, waarvan we, in verband met het hooi stikstofgehalte, ongeveer 1/4 minder kunt nemen. Van de koolsoorten kunnen we nog spruitkool, late groene savoye, bloemkool en boerenkool planten. Verzi ook niet omstreeks de langste dag, dus on veer dezen tijd, andijvie te zaaien. Dit is late groentesoort, waarmee we heel wat le gekomen land kunnen beplanten. Wann we na een week weer zaaien, hebben we zeer late andijvie. Voor het laatste leggen nu doperwten en peulen. Hiervan nemen echter nu de vroege soorten, omdat deze zoo hoog worden als de latere en daarc eerder hun opbrengst geven. We leggen nog wat sla- en snijboonen voor late oog waarvoor we liefst stamboonen gebruik We kunnen zelfs begin Juli op een besc liggend rabat nog stamboonen leggen, wa van we, bij gunstig najaarsweer nog kunnen plukken. De in den vollen grond geplante tomaten worden van een stevige voorzien, waaraan de stengel, met het oog het zwellen, zeer losjes wordt aangebond< Alle zijscheuten worden er tijdig uitgebrok< opdat alle groeikracht de hoofdstengel en daaraan groeiende vruchttrossen ten goe zal komen. We kunnen nog tomaten uitpla ten, wanneer we maar in het bezit zijn v krachtige planten of deze van een kweek kunnen betrekken. De eerstgelegde stoksn en slaboonen bginnen al te klimmen, waar we ze moeten helpen, opdat de ranken in daarvoor bestemde stokken en niet do elkaar groeien. Rammenas kan nu word gezaaid voor wintergebruik. dijk. G. M. H. Lübbers, R.K., van He 17a, naar Schoonebeek. W. van Ene geen, z.b. en gezin, van Druivenlaan 4 naar Oudorp. T. Zorgman, geen, schee; bouwk. teekenaar, en echtg., van 2e Kanai straat 8 n. Zaandam. C. Luking, N.f teekenaar Rijkstelegraaf, en gezin, van v. Houtenkade 46, naar Heiloo. -— J. Horna N H., marinier, van Kinheimstraat 25, na Rotterdam. C. Pauw, N.H., diensttxx van Kennemerstraatweg 175, naar Oudoi J. J. Luitjes, E.L., dienstbode, v. Nieu poortslaan 56, naar Haarlem. P. H. v; Zwanenburg, e,en, los arbeider, van le K naalstraat 15, naar Oudorp. B. Beren sen, schoenmaker, van Hekelstraat 27, na Nijmegen. A. A. Groot—Klaver, R.K., b., van Westdijk 17, naar Akersloot. Rademaker, geen, slagersknecht, van Ach te straat 62, naar Hterhugowaard. E. 1 van den Idsert, R.K., huishoudster, v< Snaarmanslaan 143, naar den Helder. H. C. Slotboom, N.H., winkelier, Gasthui straat 5a, naar Bergen. Wed. A. J. We tendorp, N.H., z.b., van Comansstraat naar Becmster. J. M. de Viet, N.H., ve pleegster, van Wilhelminalaan 11, na; Haarlem. G. KeizerNijmeijer, N.E van Forestusstraat 5, naar St. Pancras. - K. Brands, geen, bakker, en gezin, v- Schoolstraat 4, naar Amsterdam. 1 Huisman, H.A., z.b., van Uitenboschstra, 91, naar Purmerer.d. M. M. Brück, R.K dienstbode, van Nassaulaan 9, naar Berge INGEKOMEN PERSONEN. C. van der Neut—Rol, N H., Keizerstra 28, van Bergen. E. P. Bek, R.K., z.1 Hoogstraat 8, van Nijmegen. E. de Boe R.K.,, z.b., Breedstraat 53, "2n Hoogwou Helena Maria Smittel, R.K., geen, St. tionsweg 60, van Egmond aan Zee. - Wed. L. F. Janssen, keukenjuffrouw, gee van Amsterdam. H. A. Fuhrman, hul in de huish., R.K., van Velsen. J. H. vs der Hoeve, huiskn.-kellner, R.K., van Ar sterdam. C. T. van den Brink, broede onderwijzer, R.K., van Oudenbosch. - G. Soecker, banketbakker, R.K., van Zam voort. A. van Appelen, kapper, (o.), R.K van Nijkerk. P. J. Nagengast, typograa R.K., van Leeuwarden. M. Nastelin; dienstbode, R.K., van Hensbroek. J. Bock, klerke Ned. Sp. R. K., van den He der. L. Sluizer en dochter, bouwk. inspe teur, geen/N. I., van Haarlem. M. Vlaar, zonder beroeg, R.K., van Berge N. H. KI. Kistemaker, N.H., Kruislaan 14, va Heiloo. Wed. B W. v«n der Velde; N H., Kruislaan 14, van Amsterdam. i J. Bos, geen, kantoorbediende, Luttik Oi dorp 53, van Rijswijk. J. C. A. Lobacl R.K., monteur, en echtg., Westerweg 104, van Heiloo. P. Mantel, N.H., huishoue ster, Baanpad 19, van Zaandam. A. Tel stra, R.K., huishouodster, Kinheimstraat van Berkhout. Wed. M. Zwart, N.H Kruislaan 14, van 's Gravenhage. I Kort, geen, wagenlichter Ned. Sp., en gezii Rochdalestraat 38, van Den Helder. 1 Koopman, N.H., z.b., Westerweg 91, va Rheden. C. A. Vennik, N.H., kellne Nieuwesloot 59, van Amsterdam. K. c Hart, N.H., kruidenier, en gezin, Bisscho Bottemanneplein 3, van Oudkarspel. f A. Stegeman, R.K., scheepstimmerman, Boi zemsingel 9, van Haarlem. J. Zwaan, b., Kruislaan 14, van Naarden. C. van Asperen Vervenne, N.H., telefoniste, Kruislaan 14, van Hilversum. M. M. va Koot, geen, z.b., Zocherstraat 16, van An sterdam. D. in 't Veld, geen, machinii N.S., en gezin, Houtmanstraat 28, van De Helder. Wed. S. Sindorf, R.K., Ernmr straat 12, van Amsterdam. S. Bekken N.H., huishoudster, Noorderkade 23, va Heerhugowaard. H. C. Dekker—v. Hoof Verdronkenoord 47, van Heemskerk. 1 Baatenburg, G.K., leerl. verpleegster, Wil helminalaan II, van Amsterdam. C. va Twuijver, R.K., los werkman, en gezir Spanjaardstraat 9a, van Bergen op Zoom.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 7