Zoo'n Migraine? Publicaties ^Buitenland De Provinciale ambtenaren en de B. V. L. IEFDE EN POLITIEK britsche SOLDATEN OVERVALLEN INDISCH DORP. Ze hadden echter het verkeerde voor. DE VERDWENEN WAPENS. ZEVEN PERSONEN LEVEND BEORAVEN. Een uit zeven personen bestaand gezin is levend bedoiven bij een aardverschuiving, waardoor zijn woning, in de provincie Kogeindo in China geheel bedolven werd. ZONDERLINGE HUWELIJKS ANNONCE. EEN KOSTBARE LADING. Unden vJiSSj/P°Hti<*eleide naar van de kaïïhn °efenen op het uitPakken gevenvarfucwi Y00r werpen, weike een beeld g n van 4000 jaren Chineesche kunst. WIEN KRITGT ROOSEVELT ALS TEGENCANDIDAAT? HAUPTMANN'S LEVENS GESCHIEDENIS. ALKMAARSCHE COURANT van VRIJDAG 26 JULI 1935 ERNSTIG MIJNONGELUK IN BR. INDIE. DUEL TUSSCHEN PINEDO EN DE LA TORRE. Vergadering Prov. Staten N.H. Economisch-Technologische dienst. Pachtershiesrecht bepleit Vandaag verkiezing leden Eerste Kamer. JeuitieUM De Londensche Daily Herald" meldt met trroote koppen, dat Britsche soldaten eensen- cationeelen overval op een dorp bij Jubbul- oore in Centraal-Indië hebben gedaan. Een dorpsbewoner zou bij dit incident zijn ge dood terwijl 12 dorpsbewoners zwaar en gedeeltelijk licht gewond zouden zijn. Io verband hiermede zou het eerste oatal- Son van het betrokken regiment uit Liverpool Consigne hebben gekregen in de kazerne te blijven en zouden de civiele en militaire auto riteiten een onderzoek instellen. Soldaten van een ander regiment zouden «atrouilledienst in de kazerne uitvoeren. De gouverneur der centrale provincies heeft een rapport naar Londen geseind en bereidt een uitvoerig rapport voor den onderkoning V°Een te Simla van het hoofdkwartier van het leger ontvangen mededeeling meldt, dat gisteren in het dorp Karodi een vrouw door een soldaat zou zijn lastig gevallen, zoodat lij alarm had gemaakt De dorpsbewoners hadden daarop den soldaat aangevallen, die Zich thans in een ziekenhuis bevindt. Den volgenden dag zou een afdeeling van het regiment een ander dorp. Benda genaamd, dat zij echter voor Karodi hielden, hebben overvallen, waarbij 13 dorpsbewoners ge wond werden. Een hunner is later aan zijn kwetsuren overleden De correspondent van de „Daily Herald" meldt, dat bij het eerste incident drie sol daten waren betrokken en bij het tweede veertig soldaten, die zich met hockeysticks en knuppels hadden gewapend. Bij dit laatste in cident zouden zij ook nog een hut m brand hebben gestoken en slechts een hevige regen bui zou het dorp voor geheele vernieling hebben bewaard. De gewonde dorpsbewo ners zouden tien van de soldaten herkend hebben. Inzake de raadselachtige verdwijning der wapens in Le Havre meldt de Parijsche „Paris Soir", dat de politie inlichtingen ont vangen heeft, waaruit zou blijken, dat de 310 kisten niet in de haven van Buenos Ayres hadden gelegen, totdat zij naar Le Havre werden teruggezonden Integendeel zouden zij dadelijk naar Paraguay zijn doorgezon den, waar de verwisseling met zand en steenen zou zijn geschied. Het raadsel van de aanwezigheid van steenen uit het Parij sche plaveisel en zand uit de omgeving van Parijs is daarmede echter niet opgelost. De aardverschuiving was veroorzaakt door 2ware regens. In de „Müncher Neueste Nachrichten" komt de volgende advertentie voor: „Zuiver Arische arts, 52 jaar oud, lid van den Tannenbergbond, wensch te trou- yen, een gezonde zuiver Arische, huis- noudelijke, niet-eerzuchtige jonge vrouw, die op schoenen met lage hakken loopt, geen oorringen draagt en gewend is aan zwaar werk, bij voorkeur onbemiddeld". ^kruiser Suffolk is gisteren te Ports- aangenomen met een lading kunst- natten, welke getaxeerd worden op een aarde van twee tot tien millioen pond ster- ing. Het is waarschijnlijk de eerste keer. dat n ontsch oorlogsschip kunstwerken heeft ervoerd De Suffolk is teruggekeerd om ge repareerd te worden. Door een speciale overeenkomst tusscher. e regeeringen van China en van Groot-Brit- annie a deze zending overgebracht om in "flaar te worden geëxposeerd in Burling- n rtouse, waar een tentoonstelling van Chi- st za' wor^en gehouden. Gedurende de reis waren veel voorzorgen jjwiomen. Na aankomst van de Suffolk zijn e bijna honderd kisten, welke meer dan 1000 tZÏTtlT" inï0"d€n. 0 m- ivoren en seis norcelp n6"' sch!lderiJen. tapijten, weef- juweelen en zeldzame boeken, om^oe^ deskuPd'gen uit China komen £reapUvPnUd"PrieSidentJ H0°Ver te keDn*n heeft van ïo^f f.an Pres'dentsverkiezingen i za ien dee'uemen, wordt herhaal- jk als candidaat genoemd de gouverneur van den staat Kansas, Alf. Landon. prul1 Topek* in (ien staat Kansas wordt er gemeld, dat Herbert Hoover gouver neur Landon had uitgenoodigd tot een con- Miïnn^i Alto in CaiHfornië, voor welke urtnoodigmg Landon heeft bedankt, omdat nij net, naar zijn zeggen, te druk had. Mag niet gepubliceerd worden. Bruno Hauptmann, die onder beschuldi ging van moord op de baby van kolonel Lmdbergh ter dood is veroordeeld en in af wachting van de behandeling van zijn zaak it: hooger beroep is gedetineerd in de gevan genis te Trenton in den staat New Jersey, heeft een autobiographie geschreven „De geschiedenis van mijn leven". De gevange nis-autoriteiten willen echter niet toestaan dat dit boek naar een uitgever ter publicatie wordt gezonden. Hauptmann's advocaat, Lloyd Fisher, ver- klaart dat Hauptmann zijn boek reeds eeni- ge weken geleden voltooid heeft en dat hij had gehoopt door de uitgifte daarvan het geld te kunnen bijeenbrengen om zijn verde diging te betalen. De regenten der gevangenis te Trenton hebben thans toegezegd, dat zij in hun ver gadering van 19 Augustus a s. zullen be sluiten of aan het verzoek alsnog gevolg kan worden gegeven. 33 dooden. Volgens een bericht urt Calcutta zijn bij een mijnongeluk in Giridhi in de provincie Bengalen 33 mijnwerkers om het leven ge komen en 43 gewond. De oorzaak van het ongeluk is waarschijnlijk een brand, die ten gevolge van een ontploffing uitbrak. Gisteren hebben de minister van Finan ciën, dr. Pinedo, en senator dr. Lisandro de Torre van Brazilië geduelleerd op het vlieg veld van Palomar. Op 20 pas afstand schoten zij het magazijn van hun pistool leeg. Geen van beiden werd gewond. Een verzoening had niet plaats. Van gezaghebbende zijde wordt medege deeld, dat dr. Pinedo is afgetreden als minister. In de gisteren onder voorzitterschap van den commissaris der koningin gehouden ver- gadering van de Prov. Staten van Noordhol- 'and kwam bij het verslag van de werkzaam heden der vaste commissie voor de uitbrei dingsplannen in bespreking het uitbreidings- Elan voor Kortenhoef in verband met het be- oud van het natuurschoon bij de Wijde Blik. De provinciale rekening over 1933 gaf den heer Pothuis (s.d.) aanleiding enkele vragen te stellen over splitsing van het ba tig saldo van den gewonen dienst en den ka pitaaldie nst. De heer Slingenberg (Ged.) gaf een ver klaring van deze regeling en zei toe, dat Ged. Staten in de toelichting in den vervol ge een uiteenzetting van de wijze van opma ken der rekening zullen geven. De rekening werd goedgekeurd. Pachterskiesrecht. De heer Ankersmit (s.d.) had een motie ingediend, waarin erop werd gewezen, dat wanneer van verschillende zijden in de Sta ten wensehen worden geuit, om het pach terskiesrecht in te voeren. De heer Bomans (r.k.) (Ged. Staten), gaf de gevraagde toezegging. B.V.L. en prov. ambtenaren. Bij de voorgestelde wijziging van het Amb tenarenreglement maakte de heer Schurer (cd.u.) enkele opmerkingen over de bepa ling, dat de ambtenaar, die als lid van den Bijz. Vrijw. Landstorm gevolg geeft aan een oproep der regeering, om vrijwillig onder de wapenen te komen, geacht wordt zijn amb telijke werkzaamheden op wettigen grond te verzuimen. Spr. keurde dit af, omdat de vrijwillige landstorm er toch maar is, om ze kere groepen te beschermen. De heer Wijnkoop (c.p.) gaf ook nog eens aan waarvoor eigenlijk de Vrijw. Land storm zijn inziens in werkelijkheid dient. De heer Rijke (n.s.b.) verklaart te zijn te gen het gewone partij leven en zal daarom tegen deze voordracht stemmen. Toen op de tribune, die weer geheel bezet was, „hou zee" werd geroepen, dreigde de voorzitter met ontruiming van de tribune. De heer Sneevliet (r.s.a.p.) betoogde, dat als men zich keeren wil tegen de vernieti ging van cultureele waarden, waartoe de regeering stelselmatig overgaat, de Staten zich regelmatig moeten verzetten en dus den vacantietoeslag, die Ged. Staten nu willen intrekken, moeten handhaven. Wat den Vrijw. Landstorm betreft, zegt spr., dat er geen partij is. die zoozeer de verwarring versterkt als de N.S.B. Het noodlot van die partij is, dat zij van haar geheele politieke program één verleugening maakt. De heer Van Engelen (k.d.p.) verklaarde te moeten ageeren tegen elke militaire orga nisatie en dus tegen te zullen stemmen. De heer Lambooy (r.k.) verbaasde zich over de loop der debatten. Het is zeer een voudig voorstel en men houdt debatten, die op het Binnenhof thuishooren. Wat nu het punt van bespreking betreft, wilde spr. er alleen op wijzen, dat verreweg de meerder heid van den Vrijw. Landstorm arbeiders zijn. Spr. achtte het voorstel zeer billijk. Wat het terugnemen van den vacantiebijslag be treft, verklaart hij dit zeer billijk te achten Wie het anders wil, kan immers een voorstel indienen. De heer Kooiman (v.d.) verklaarde voor de voordracht te zullen stemmen. De heer Polak (Ged. Staten) merkte op, dat Gedeputeerden over de vacantietoeslag zoo denken als de meeste Statenleden; maar de tijd is er nu niet om toeslag te geven. Wat de bepaling betreft inzake de Vrijw. Landstorm, zei spr., dat de zaak voor Ged. Staten niet anders is dan een regeling van arbeidsvoorwaarden. De voordracht werd in gedeelten in stem ming gebracht. Het gedeelte betreffende den vacantietoeslag werd aangenomen met 56 tegen 16 stemmendat betreffende de Vrijw. Landstorm werd aangenomen met 53 tegen 19 stemmen. Salarisreglement 1920. Vervolgens kwam aan de orde de voorge stelde wijziging va» het salarisreglement 1920. De voorzitter deelde mede, dat Ged. Staten besloten hebben de bepaling betreffende standplaatsaftrek terug te nemen en eerst daaromtrent nader overleg met de regeering te plegen. Verpleging van krankzinnigen De voordracht om het gemeentelijk aan- del in de verpleegkosten van armlastige krankzinnigen te verlagen van 800 tot 750 gaf den heer Droog (r.k.) aanleiding eenige nadere inlichtingen te vragen. Hij had overigens deze voordracht bij de begroo ting zien behandeld. De heer Michels (Ged.) achtte de opmer king juist, dat Ged. Staten met deze voor dracht beter bij de begrooting hadden kun nen komen, maar het streven van het college is, deze zaak zoo spoedig mogelijk voor de gemeenten te regelen. In 1935 zal de ver- pleegprijs gemiddeld 1050 zijn en in 1936 1000; daarom achtte spr. het een royaal gebaar om met 1 Januari 1936 de bijdragen voor de gemeenten te verlagen met 50. Ged. Staten wege de belangen van de ge meenten nauwkeurig af tegen die van de pro vincie. De kosten zijn voor de provincie in 1935 900.000. De voordracht werd z.h.st. aangenomen. In de namiddag voortgezette vergadering van de Prov. Staten van Noordholland wer den de voordrachten betreffende subsidie- verleening en wijziging polderreglementen aangenomen. De verordening inzake verlaging van gron den en van den bodem van wateren werd genoemd ,bodemsverlagings-verordening". De heer Bomans (r.k.) (Ged. Staten), deel de mede, dat er verschillende initiatiefvoor stellen met betrekking tot den naam waren ingekomen en dat Ged. Staten den nu aan genomen naam het best achten. Hij is eenigszins duister; maar misschien is dat ve len niet onwelkom. (Vroolijkheid). De her Ankersmit (s.d.) maakte er aanmer- Icing op, dat in de voordracht tot wijziging van de bijz. reglementen van bestuur en van kracht verklaring van het Alg. Waterschajïs- reglement voor Noordholland een brief van een polderbestuur is opgenomen met alle taal- en spelfouten. Het is er toch om te doen de zaken ernstig te behandelen en niet adres santen belachelijk te maken. Bij de voordracht tot vaststelling van het Aanvullend Wegenplan bepleitte de heer an de Vall (s.d.) verbetering van de verbin dingswegen in Noordhollands Noorder kwartier, waarop de heer Bomans nadere be schouwing toezegde. Een raad van advies voor den E. T.-dienst. Tn behandeling kwam nu de voordracht tot instelling van een Econ.-Technologischen dienst en daarvoor een bedrag van 10.000 uit te trekken voor 1935. De heer Slingenberg (v.d.) (Ged. Staten), merkte op, dat in de commissie gevraagd is de instelling van een raad van advies. Ged. Staten zijn tot de conclusie gekomen, dat in derdaad instelling van een aergelijken raad aanbeveling verdient en verklaren voorne mens te zijn de instelling van een raad van advies voor te bereiden. De heer De Jong Schouwenburg (C-H.) sprak zijn voldoening uit over hetgeen deze voordracht wil en verklaarde eveneens prijs te stellen op te zijner tijd nadere mededeeling over den arbeid der commissie. Als deze voordracht wordt aangenomen, zal dus in acht provincies een dergelijk instituut als de Econ.-Technologische dienst zijn tot stand gekomen. Het advies der Koophandel. Kamers van Het advies van de Kamers van Koophandel is volgens spr. volstrekt niet afwijzend. Spr. vraagt voor den in te stellen dienst de meest mogelijke vrijheid. Wat de instelling van een industriebank aangaat, door den heer Van der Walle bepleit, stelt spr. zich op het standpunt van Ged Staten. De heer Asscher (V B.) betoogt, dat men zich geen illusies moet maken, dat de groote nood van het land bestreden of ongedaan zal worden gemaakt door de instelling van een Econ. Technolog. dienst. De Kamers van Koophandel, zegt spr. hebben den brief van Ged. Staten uitvoerig behandeld. Het ant woord bewijst, dat de vertegenwoordigers van handel en industrie het standpunt van Ged. Staten niet deelen. De Kamer van Koophandel te Amsterdam staat niet afwij zend tegenover het denkbeeld, maar tegen over een uitwerking als voorgesteld door Ged. Staten. Spr.'s fractie zal vóór stemmen, echter zonder de minste verwachting, dat het instituut eenige verbetering zal «brengen in den nood van ons volk. De heer Beuzemaker (C.P.) constateerde, dat al verklaart men geen autarkie te willen, deze voordracht een eerste aarzelende stap in die richting is. De heer Schmidt (R.S.A.P.) verklaarde zijn steun aan de voordracht te zullen geven, al was het alleen om de uitvoering mogelijk te maken, die spr. ziet als een voorbereiding van de stichting van een Industriebank. De heer Vlekke (N. S. Bverklaarde, dat zijn fractie de voordracht niet kon steunen, omdat dfeze zaak z.i. moet uitgaan van het landsbestuur en niet van het prov. bestuur. Spr. is het eenerzijds eens met den heer Schmidt. Dus weer een ellendige dag in het voor uitzicht. Heusch niet noodigl Neem een "AKKERTJE" en binnen 'n kwartier voelt Ge U weer frisch en opgewekt en rijt Ge Uw hoofdpijn kwijt. AKKER-CACHETS helpen verrassend snel bij Hoofdpijn, Kies pijn, Zenuwpijn, Rheumatiek, Griep. Per 12 stuks slechts 52 cent. Overal verkrijgbaar. AANSCHAFFING SCHOOLBOEKEN JULIASCHOOL (U.L.O.) Burgemeester en wethouders van Alkmaar brengen ter algemeene kennis, dat de raad dier gemeente in zijne vergadering van 25 Juli 1935 heeft vastgesteld het navolgende besluit: De raad der gemeente Alkmaar: Gezien een adres dd. 29 Mei 1935 van het bestuur der r. k. Meisjesscholen alhier, verzoekende gelden uit de gemeentekas te willen verstrekken voor de aanschaffing van schoolboeken ten behoeve van de onder zijn beheer staande Juliaschool (ulo) aan de Emmastraat; Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders, opgenomen in bijlage nr. 109 tot het verslag van 's Raads handelingen; Overwegende, dat de aanvrage voldoet aan de in artikel 73 der Lager-Onderwijswet 1920 gestelde eischen; Gelet op de artikelen 72 en 75 dier wet, alsmede op artikel 4 der Wet van 4 Augus tus 1933, Stbl.. nr. 414; Besluit: A. de gevraagde medewerking te verleenen; B. de uit het besluit onder A voortvloeiende uitgave te zijner tijd nader te regelen bij suppletoire begrooting. Binnen dertig vrije dagen, te rekenen van heden, kan ieder ingezetene en het betreffen de schoolbestuur in beroep komen bij Ge deputeerde Staten van Noordholland. Alkmaar, 26 Juli 1935 Burgemeester en Wethouders voornoemd, F. H. VAN KINSCHOT, Burgemeester. R. VEENDORP, lo.-Secretaris. De heer Meijer (S. D.) (tot den heer Schmidt): „Dat is je entrée!" De heer Vlekke, voortgaande: „anderzijds met mijn kameraad Asscher". (Vroolijkheid). Antwoord van Ged. Staten. De heer Slingenberg (V. D.), Ged. Staten, wees er in de eerste plaats op, dat deze zeer langdurige beraadslaging is toe te schrijven aan het feit, dat er zooveel nieuwe leden in de Staten zitting hebben. Het is gebruikelijk om in de afdeelingen een standpunt in te nemen en dan in de openbare vergadering slechts een beknopte uiteenzetting te geven. Spr. noemde het ook zeer ongebruikelijk, dat terwijl in de commissie alle leden vóór de voordracht hebben gestemd twee leden, de heeren Stahle en Vlekke, vanmorgen te kennen gaven tegen te zullen stemmen. De instelling van een raad van advies indien de Staten daartoe besluiten is niet iets nieuws, zooals de heer De Jong Schou wenburg meent; de provincie kent zulk een instelling al bij de bedrijven. Ged. Staten zul len er zich over beraden of zij ook de Ka mers van Koophandel zullen uitnoodigen in den raad van advies zitting te nemen. Na ont vangst van het rapport van de leiders van den econ. technolog. dienst zullen Ged. Staten nagaan de beginselvraag van de al of niet instelling van een Industriebank. De heer Vlekke (N. S. B.) ver'Jaarde, dat hij het verslag van de commissie heeft on derteekend, omdat hij het voor „accoord" verklaarde. Dat hij hier een andere meening geeft dan in de commissie is niets bijzonders; ook een oud-gediende, lid van Ged. Staten, heeft in een bepaald geval anders gestemd in de Staten dan hij in de commissie had gedaan. (Gelach). Na replieken werd de voordracht z. h. s. aangenomen. De N. S. B wenschte geacht te worden te hebben tegengestemd. Enkele punten der agenda werden aange houden tot hedenochtend. De vergadering begon om half elf met de verkiezing van leden der Eerste Kamer. door WILLIAM LE QUEUX. 3) Een oogenblik was hij overbluft. Wat be kkende dat? Was Salcedo op het laatste °ogenblik tot andere gedachten gekomen ^as hij naar een ander hotel gegaan? Jn dat geval had hij Danecourt dit laten we- kn, hetzij in de club of in Brown's Hotel. ^'J besloot onmiddellijk naar beide adressen le gaan om te vragen of er eenig bericht *°or hem was. Plotseling schoot hem iets te binnen. Ver- oderstel dat Salcedo om de een of andere int" had besloten om een anderen naam het register te vermelden en dat hij had *geten dit zijn vriend te melden, riet was een wanhopig geval, want Sal- £do vergat nooit iets en was uiterst nauw- }Jrig- Toch maken de zorgvuldigste men- dikwijls fouten. Vor vroe£ om het register. Er waren den 'gen avond weinig gasten aangekomen l daardoor duurde het onderzoek slechts ij1-In het hem zoo bekende handschrift [hij den naam George Madden. om--Was duidelijk dat hij öf vergeten had zjjn schuilnaam op te geven öf dat hij, ande van de club naar net hotel, plotse ling, om de een of andere reden besloten had om zijn werkelijken naam niet op te ge ven. Wat de reden was, dat zou hij later van Salcedo wel hooren. In ieder geval moest hij nu naar mijnheer Madden vragen. Hij stond op het punt dit te doen, toen hij een fluisterend gesprek hoorde van twee personen, die dichtbij hem stonden. Hij hoorde het volgende: „Madden", merkte de grootste der twee mannen op, „wij kunnen wel aannemen, dat dit een valsche naam is. De man was zon der twijfel een vreemdeling". „Daarmee ben ik het eens", antwoordde de andere. „De dokter zegt, dat hij ongeveer vier uren dood was, toen zij hem vonden, Hij moet omstreeks vier uur vannacht ver moord zijn, toen het doodstil in het hotel was". Dit gesprek was voor Danecourt de op lossing van het geval, dat hij niet begreep. Waarom had Salcedo hem niet gemeld dat hij een anderen naam had aangenomen? Natuurlijk was hij van plan geweest hem dit 's morgens te laten weten, doch zijn dood had dit plan in duigen doen vallen. Hij verliet het hotel. Wat een gelukkig toeval, dat hij dat gesprek had gehoord, want hij moest verzwijgen dat hij den doode kende. Toen hij op zijn kamer in Brown's hotel kwam, nam nij een lucifer en verbrandde het kaartje, dat de geheimzinnige vreemde ling voor hem had afgegeven. Toen dit ge daan was, ademde hij vrijer. Zijn volgende stap had iets geheimzin nigs. Hij ging met de ondergrondsche spoor van Doverstreet naar King's Cross. Daar nam hij een taxi en reed naar Islington. Nadat hij daar den wagen had verlaten, wandelde hij naar het postkantoor en ver zond een telegram. Dit was geadresseerd aan miss Zita Bet- tini, Hotel Bristol, Brighton en het luidde: „Kan tot mijn spijt afspraak niet nako men. Onze vriend Felix stierf heden. Telefo neer heden vier uur naar mijn hotel. D." Daarna ging hij naar zijn club, geschokt door de tragische gebeurtenis in het Hotel Majestic. Salcedo had blijkbaar een be langrijke mededeeling voor hem en dat deze hem niet had bereikt, zou van zeer groot belang kunnen zijn, voor hem en voor de vrouw, die hij had gezworen te beschermen. Hij doorliep de ochtendbladen, maar be halve de vermelding van het vinden van een lijk door den hoteldirecteur, werden geen inlichtingen gegeven. Als bijzonderheid werd vermeld, dat de politie meende een be langrijke aanwijzing te bezitten, doch van welken aard die was, werd niet vermeld. Tegen lunchtijd wandelde hij naar Hotel Majestic en trad de eetzaal binnen. Wel licht ontmoette hij een kennis en hij was er van overtuigd, dat de moord het onderwerp van gesprek zou zijn bij de aanwezigen. Hij hoopte meer te hooren dan het korte bericht, dat de couranten hadden verspreid. Het geluk diende hem, want de eerste, die hij ontmoette, was zijn oude schoolmakker Vincent Power. Power had van alles bij de hand gehad, doch was nu journalist en had naam gemaakt als amateur-detective. Power zat te eten in gezelschap van een heer met een sterk Amerikaansch accent, dezelfde, die den overledene den vorigen avond als Lomax in de bar had aangespro ken. Het was opmerkelijk van den handigen journalist, dat hij den eenigen persoon van het hotel had ontdekt, die iets van den ver moorden Madden afwist. Op uitnoodiging van Power voegde Dane court zich bij hen en bijna onmiddellijk bracht de jonge diplomaat het gesprek op het onderwerp, waarin hij zooveel belang stelde. „Een broerde geschiedenis; ik geloof niet, dat het Hotel Majestic de openbaarheid erg aangenaam zal vinden", merkte hij op. „Ik vermoed dat je als gewoonlijk reeds aan het speuren bent, Vincent? Men zegt, dat de po litie een aanwijzing heeft. Je zult wel we ten, wat dat is Ja, Power wist dat en deelde fluisterend aan zijn vriend de ontdekking van het beursje mede. „Weet men reeds, wie hij is?" vroeg Dane court. Power schudde zijn hoofd. „Neen, nie mand kent hem". Danecourt vond dat zeer vreemd. Hij wist, dat Salcedo of Madden zeker twee keeren gedurende de laatste drie jaren in Hotel Majestic had gelogeerd. Maar hij herinner de zich ook, dat zijn voorkomen bij die ge legenheid verschilde met thans. Toen had hij een glad geschoren gezicht. Bij de laat ste ontmoeting in Slavonië droeg hij een baard en een knevel. „Mijnheer hier is vrij zeker, dat hij den zelfden man vijf jaren geleden in Palermo heeft ontmoet, hij noemde zich toen Lo max", merkte Power op, terwijl hij naar den Amerikaan wees. „Het was vast en zeker dezelfde", beves tigde de Amerikaan. „Ik was daar toen eeni ge dagen in zijn gezelschap en Jk heb hem onmiddellijk herkend en hij begreep ook wel, dat ik zeker van mijn zaak was, toen ik hem gisteren aansprak. Hij probeerde om mij te overbluffen door te vertellen, dat hij Mad den heette, maar dat deed hij niet handig en hij ging er van door zoo gauw hij kon". Danecourt wist dat deze man de waarheid sprak. Lomax was ook een van de schuil namen, die hij meermalen gebruikte. Maar natuurlijk hield hij zijn mond. „De arme kerel was vermoedelijk iemand van den geheimen dienst of iets dergelijks", merkte hij onverschillig op. „Er is nog iets geheimzinnigs met een actentasch", merkte Power nu op. „Bij zijn aankomst hier gaf hij haar af aan het bu reau om in de safe op te bergen. De politie heeft de tasch geopend en alles wat zij vond waren een paar haarborstels en een exem plaar van de Parijsche Gaulois van giste ren. Die tasch diende natuurlijk voor het opbergen van belangrijke documenten". Power gaf zijn theorieën ten beste. „Toen de tasch in bewaring werd gegeven, waren de documenten er niet in, want zij konden er natuurlijk niet uitgenomen zijn toen de tasch in de safe lag. Zij moeten er dus door Madden zijn uitgenomen". Gerald Danecourt vervolgde: „En öf hij gaf ze onderweg af aan iemand, die hij kon vertrouwen öf hij nam ze mede naar zijn slaapkamer en werden zij medegenomen door de moordenares". (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 9