DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Dr. Colijri's nieuwe regeering.
Economische zaken gesplist.
DE „NIEUWE*' REGEERDERS.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIENi
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
No. 178 Dit nummer bestaat uit twee bladen Directeur: C. KRAK.
Woensdag 31 Juli 1935
HET RESULTAAT.
-
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Officieel werd hedenochtend acht uur medegedeeld
Dr. Colijn heeft als volgt zijn kabinet gereconstrueerd
Buitenlandsche Zaken: Jhr. Mr. A. C. D. DE GRAEFF.
JustitieMr. J. R. H. VAN SCHAIK.
Binnenlandsche ZakenMr. J. A. DE WILDE.
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen:
Dr. J. R. SLOTEMAKER DE BRUfNE (nieuw).
FinanciënMr. P. J. OUD.
Defensie, ad interim: Dr. H. COLIJN (nieuw).
WaterstaatJhr. Ir. O. C. A. VAN LIDTH DE JEUDE.
Handel en Nijverheid: Dr. Ir. H. C. J. H. GELISSEN.
Sociale Zaken: Mr. M. SLINGENBERG (nieuw).
Koloniën: Dr. H. COLIJN.
Landbouw en VisscherijMr. Dr. L. N. DECKERS (nieuw).
Dr. H. COLIJN, Voorzitter van den Ministerraad.
137e Jaargang
De officieele mededeeling,
Nu Colijn de opdracht heeft
uitgevoerd.
Mr. Slingenberg.
Minister Deckers
als minister van Landbouw.
Uit de pers.
ALKMAARSCHE COURANT.
Onze goudvoorraad is in een week tijds
met ruim f 130 millioen achteruitgegaan,
een vijlde deel van onzen voorraad is verdwe
nen.
Op de valuta-markt heerschte groote on
rust, het bedrijfsleven is zwaarder dan ooit
belast, de credietverleening is in één week
tijds met 113 millioen gestegen en de
metaaldekking is in verband met den goud
voorraad met rond 13 afgenomen.
De geldmarkt is bijna uitgeput en overal
heeft de grootste onzekerheid geheerscht.
Het feit alleen, dat aan dr. Colijn opdracht
tot een kabinetsformatie werd gegeven, heeft
het vertrouwen hersteld en de paniek bezwo
ren.
Waarom was dit alles noodzakelijk? Om
dat men den kapitein van het Schip van
Staat het roer uit handen heeft genomen
zonder zelf te kunnen sturen.
Omdat men zich blind gestaard heeft op de
theoretische beschouwingen en zich in een
politiek avontuur heeft gestort, waarvan men
de gevolgen niet voldoende overzien heeft.
Wie het thans bereikte resultaat bekijkt, zal
zich mqt verwondering afvragen of al die be
roering, al die onzekerheid, al die achteruit
gang noodzakelijk was om dit te kunnen
bereiken.
Een extra-parlementair kabinet, drie katho
lieke ministers, die naar verluidt deel
van de regeering blijven uitmaken geheel
voor eigen verantwoording en buiten elk
overleg met de katholieke kamerfractie.
Een verzwakking dus van den rechtstreek-
schen invloed dier fractie, die haar politieke
wenschen tot dusver te veel genegeerd achtte.
Een simpele verschuiving van zetels in ht
nieuwe ministerie, waarvan bet de vraag zal
zijn of de verandering ook een verbetering
zal wezen, omdat ministers, die door veel
jarige ervaring volkomen op de hoogte van
hun taak waren, zich in een nieuwen werk-
king moeten inwerken.
Een departement gesplitst, een nieuweling
in het ministerie opgenomen, maar geen en
kei bewijs, dat thans een andere sociaal-ecu
nomisch koers gevolgd zal worden.
Als men bekijkt, wat door de houding der
katholieke kamerfractie, naast verlies en on
zekerheid, aan practisch resultaat bereikt is.
dan is dat niet minder dan beschamend vooi
"O1, die al die onrust veroorzaakt hebben
Wat zal die kamerfractie nu doen? Zal
Z'J opnieuw stelling nemen tegen een sociaal-
economisch beleid, dat nog weinige dagen
geleden onaanvaarbdaar geacht werd?
Of zal men nu, doordrongen van eigen on
macht, de fout vermijden zich aan denzelfden
politieken steen te stooten?
Dan zou het beste bewijs geleverd zijn, dat
e om het roer van ons staatsscheepje in
e'gen handen te nemen voor de oppositioneel
groepen nog niet gekomen is.
En alles dus op een afschuwelijke vergis
sing berust heeft.
Het is diep-treurig, dat in een tijd dat
a er samenwerking in het belang van land
en vo"£ 200 dringend geboden is, dergelijke
lergissingen kunnen voorkomen.
De staatscourant van hedenavond
zal de volgende mededeeling bevat
ten:
Wanneer, na ongeveer 14 dagen, het nieu-
e Departement van Landbouw en Yissche-
r'J zal zijn ingesteld, zal de tegenwoordige
®'nister van defensie, dr. Deckers, als hoofd
dat departement optreden
De minister-president, dr. Colijn, zal zich
^dan belasten met het beheer van het de
partement van defensie, totdat in deze func-
he definitief zal zijn voorzien.
De basis van het nieuwe kabinet is in
Zooverre gelijk aan het oude, dat het ook
'hans is samengesteld uit mannen van de
Politieke richtingen die in het parlement ver
tegenwoordigd worden door de R.K., de
A R, de C.H., de V.B, en de V.D.
Haar de Telg. verneemt wordt in parle-
mentaire kringen verwacht, dat voor defen-
®'e wederom een R.K. bewindsman zal wor
den aangezocht.
Men verwacht, dat de Tweede Kamer
'poedig bijeengeroepen zal worden opdat de
regeering de gelegenheid zal hebben door
het afleggen van een verklaring het tijdelijk
verbroken contact te herstellen en de ge
schorste behandeling van het bezuinigings-
ontwerp kan worden hersteld.
Omstreeks negen uur begaf dr. Colijn zich
gisteravond naar den Ruijgenhoek om H.M.
de koningin mede te deelen, dat hij zijn op
dracht aanvaard had. Eerst te kwart over
elf keerde dr. Colijn in zijn woning terug.
Het heeft H.M. de koningin be
haagd, bij besluit van den 31sten
Juli 1935 No. 2:
lo. Het aangeboden ontslag van de
heeren, minister van staat dr. H
Colijn, minister van koloniën; jhr.
mr. A. C. D. de Graeff, minister van
buitenlandsche zaken; dr. J. R. H. v
Schaik, minister van justitie; mr. J.
A. de Wilde, minister van binnen
landsche zaken; mr. P. J. Oud, mi
nister van financiën; mr. dr. L. N.
Deckers, minister van defensie; jhr.
ir. O. C A. v. Lidth de Jeude, minis
ter van waterstaat; dr. ir. H. C. J. H
Gelissen, minister van economische
zaken, niet aan te nemen en met in
gang van 31 Juli 1935:
2o. Op de meest eervolle wijze ont
slag te verleenen aan dr. J. R. Slote-
maker de Bruine als minister van
sociale zaken en hem te ontheffen
van het beheer ad interim van het
departement van onderwijs, kunsten
en wetenschappen met dankbetui
ging voor de vele en gewichtige
diensten door hem aan H.M. en aan
den lande bewezen;
3o. Te benoemen tot minister van
onderwijs, kunsten en wetenschap
pen dr. J. R. Slotemaker de Bruine,
tot minister van sociale zaken mr.
M. Slingenberg, lid van de Eerste
Kamer der Staten-Generaal.
Men zou uit bovenstaande wellicht kunnen
opmaken, dat er dus weinig of niets veran
derd is, dat bijvoorbeeld minister Deckers
defensie houdt en dat het ministerie van eco
nomische zaken niet gesplitst zou worden.
De kwestie is echter iets anders. De konin
gin heeit het ontslag van genoemde mi
nisters niet aanvaard, wat beteekent, dat zij
op dit oogenblik in hun functies blijven. Pas
over eenige dagen zal een nieuw Kon. Besluit
afgekondigd worden, waarin dan zal worden
meegedeeld, dat Economische Zaken gesplitst
is en waarin officieel bekend wordt gemaakt,
hoe de portefeuilles van het geheele mi
nisterie verdeeld zijn.
De nieuwe minister van sociale zaken,
wiens portret men op onze fotopagina vindt
is lid van Ged. Staten onzer provincie en
sedert 1920 voor de Vrijz. Dem. partij lid
van de Eerste Kamer.
Hij is 53 jaar en geboren te Beerta. Hij
doorliep het gymnasium te Winschoten en
studeerde aan de universiteit te Groningen,
waar hij op 23-jarigen leeftijd promoveerde
Nadat hij ook het candidaat notaris-examen
met goed gevolg had afgelegd, vestigde hij
zich als advocaat te Haarlem, waar hij latei
tot notaris benoemd werd. In 1910 werd hij
daar raadslid en in 1913 lid van Prov. Sta
ten In 1916 werd hij gekozen tot lid van
Ged. Staten.
De reorganisatie der Kennemer Eiectr.
Mtp. kwam onder zijn leiding tot stand.
Hij werd voorzitter van het Prov. Eiectr.
bedrijf en heeft krachtig mede gewerkt aan
den opzet van het waterleidingbedrijf, waar
bij hij het initiatief tot overneming van dit
bedrijf door de provincie heeft genomen
Mr. Slingenberg heeft als lid van Ged.
Staten zeer krachtig meegewerkt aan de tot
standkoming van het Waterschap Noord-
Hol landsch Noorderkwartier.
In 1919 bij zijn aftreden als lid van God.
Staten werd mr Slingenberg tot wethouder
van Haarlem gekozen.
De nieuw benoewde minutor. die ridder in
de Orde van den Nederlandschen Leeuw is,
verbond zich in 1914 bij den Vrijw. Land
storm. Hij leidde een compagnie te Haarlem,
werd in 1916 benoemd tot eerste luitenant en
in 1920 tot kapitein, waarna hij op non actief
kwam.
Het schijnt coaigaaias vreemd, dat een mi
nister van Defensie, die zich tot dusverre met
kanonnen en duikbooten heeft bezig gehou
den, plotseling naar het departement van
Landbouw verhuist
Maar dr. Deckers was jarenlang hoofd
inspecteur van de Coöp. Centrale Boeren
leenbank te Eindhoven en secretaris en
rechtskundig adviseur van den R.K. Ned.
Boeren- en Tuindersbond.
In 1912 promoveerde hij aan de universi
teit te Leuven op een dissertatie. De Land
bouwers van den Noord Brabantschen
Zandgrond, bijdrage tot de kennis der maat
schappelijke en economische ontwikkeling van
den Ned Boerenstand in de 19e en 20e eeuw.
Op dit terrein is minister Deckers dus geen
MmAl
Blijkbaar is het feit, dat dr. Colijn een op
dracht tot vorming van een nieuw ministerie
aanvaardde, zoo laat bekend geworden, dat
de ochtendbladen nog niet in de gelegenheid
waren er commentaar op te leveren.
Slechts het Volksblad (soc.-dem.) laat
zich en begrijpelijk in teleurstellenden
zin over het verkregen resultaat urt.
De heer Colijn, zegt het Wad, deelt aan
de Koningin méde, dat hij de opdracht tot
vorming van een extra-parlementair kabinet
van breede samenstelling aanvaardt. Men
moet aannemen, dat hij voor zich het moge
lijk acht, voor zijn regeering en voor zijn
aanpassingskoers voldoende sieun te vin
den.
Het klinkt ongelooflijk.
Is de uitspraak van het Nëderlandsche volk
bij de verkiezingen van de laatste maanden
dan nog niet duidelijk genoeg geweest? Zal
het mogelijk blijken, een crisispolitiek voort
i- dj€ de sociaal-economische toe-
te zetten,Ml
stand niet vermocht te verbeteren,
die
volkshuishouding in het gedrang bracht, die
ieder jaar een nieuw angstwekkend begroo-
tingstekort opleverde? Zal men de met den
dag sterker en bewuster roep om actieve wel
vaartspol itiek, om werkverruiming en koop
krachtherstel, durven negeeren om de, door
de uitkomsten weerlegde, leer van de aan
passing te blijven volgen?
Colijn probeert het opnieuw, doch het»
blijft de vraag, hoe de Kamer hem zal ont
vangen. Met andere woorden: of de katho
lieke Kamerfractie onder het juk door zal
gaan en met enkele tegemoetkomingen kt h<
regeeringsprogram genoegen aal nemen. W
kunnen nauwelijks aannemen, dat wij aul.
een schouwspel te zien zouden krijgen. On
danks het „neen" van den heer Aalberoeji
ondanks de beleedigingen, dfe de katholiek#
partij, de leider van de roomsche fractie en de
inzichten, die de katholieken op het stuk van
de crisispolitiek huldigen, in de afgeloopen
dagen van de volgelingen van Colijn te ver
duren hebben gehad; ondanks de met zeker
heid te verwachten voortzetting van een
koers, die zij nadrukkelijk hebben veroor
deeld, ondanks alles zouden de katholie
ken deze „oplossing" van de crisis slikken?
Het komt ons vooralsnog niet mogelijk voor.
Wij plaatsen hier de foto's van het nieuwe kabinet-Colijn, met uitzondering
van die van mr. Slingenberg, welke men op de fotopagina vindt.
Jhr. mr. A. C. D. de
Graeff, minister van
buitenlandsche zaken.
Mr. J. A. de W11S*
minister van binq,ejj>
landsche zaken*
Dr. H. Colijn, minister-presi
dent, minister van koloniën en
minister van defensie a. i.
Jhr. ir. O. C. A. van Lidth
minister van waterstaat.
de Jende,
Prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruin*,
minister van onderwijs.
Prol. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen, minis
ter van handel en nijverheid.
Mr. P. J. Oud, minister van financiën.
(T
Mr. J. R.
Justitie.
H. van Schaik, minister van
Mr. dr. L- N. Deckers,
luudbouw en YlöêcilSJ'ij.
minister van