eiligheidswegk £uchUuxact der K.N.A.C. 20.27Oct 1Q35 slsïïtïïi."1^ »««ta Bem,s Hoe de Onderwijs-uitgaven verlaagd worden Binnenland. Een en ander uil hel Voorloop,s Vers(as dg Tweede Kamer over dil welson,wt,r„ Omzetting bij U.L.O.-scholen- Pgeheveo. Zooals de bepaling thans luidt, Tolmuren omlaag toenemend ruilverkeer. Hngen^zaMaterf* denkbeeld'g> dat men leer- subsidie n J1 °yergaan' alleen om het meenden Hp i iez®n- 'n ie^er geval, zoo 7a 1 nnh i aan woord zijde leden. vierjarige u.l.o- Verschenen is het voorloopige verslag nopens het wetsontwerp tot verlaging van de openbare uitgaven voor het onderwijs. Aan dit verslag wordt het volgende ontleend: Salarissen. De regeering heeft haar voornemen aan gekondigd, de ambtenaarssalarissen met 5 pCt. te verlagendeze verlaging zal worden toegepast op alle salarisnormen: op grond- salarissen, op bijslagen, op periodieke ver- hoogingen, enz. Dit is, naar de meening van deze leden, voor de onderwijzers kwalijk te aanvaarden. Opheffing kweekscholen. Vele leden verzetten zich tegen deze denk beelden, waarbij zij er op wezen, dat de h b^.-opleiding toch gevolgd zou moeten worden door een speciale opleiding voor on derwijzer, een ander soort kweekschool dus. Zulk een opleiding zou dus niet goedkooper, maar integendeel duurder zijn dan de be staande. Ook meenden zij. dat het u l.o. zich een afzonderlijke en eervolle plaats heeft ver overd voor leerlingen, die geen behoefte hebben aan de h.b.s.-opleiding, hetgeen in het bijzonder voor het platteland geldt. Wellicht zijn er te veel u.l.o.-scholen, maar algeheele opheffing zouden zij verderfelijk achten. Ontslag gehuwde onderwijzeressen. In het belang van de werklooze onderwij zers, in het belang ook van het onderwijs, verklaarden verschillende leden zich voor standers van het ontslag van de gehuwde onderwijzeressen, waardoor voor 1937 een bezuiniging van een millioen gulden zou worden verkregen. Weer andere leden, die ook hunnerzijds meenden, dat de gehuwde vrouw niet in de school thuis hoort, betwijfelden echter, of de bezuiniging, die hierin gelegen is, niet over dreven is. Bijdragen buitengemeenten. Sommige leden herhaalden de opmerking, weergegeven in het voorloopig verslag be treffende het wetsontwerp tot verlaging der openbare uitgaven, dat de voorgestelde rege ling van de bijdragen van buitengemeenten in de kosten van hoogere burgerscholen en gymnasia geen verLging, doch slechts een andere verdeeling der openbare uitgaven teweeggebracht. Ten aanzien van de Subsidieregeling voor bijzondere hoogere burgerscholen en gymnasia. verklaarden verschillende leden dat bij hen overwegende bezwaren zijn blijven bestaan tegen het voorgestelde n de artikelen I en 5, volgens hetwelk schenkingen van particulie ren aan scholen indirect voordeelen aan het Aijk zouden opleveren. Naar het oordeel van de hier aan het woord zijnde leden recht vaardigt de nood der tijden niet, ook niet tijdelijk, een maatregel, die de bevoegdheid geeft tot confiscatie van gelden, welke par ticulieren aan de schoolbesturen hebben ver strekt of nog zullen verstrekken om dezen in de voor hun rekening blijvende lasten tege moet te komen. Wil men op het bijzonder middelbaar en voorbereidend hooger onderwijs bezuinigen, dan stelle men de besturen, die bij particu lieren hebben aangeklopt en zelfs met parti culiere gelden de gebouwen en terreinen ge heel schuldvrij hebben gemaakt, niet ten achter bij andere besturen, maar men bezui- nige over de geheele linie door bij voorbeeld de percentages van het Rijkssubsidie in de kosten van de gebouwen te verlagen. Bij artikel 13 drong men er op aan het getal 65 voor een vijfjarige school terug te brengen tot 60. Ook bij artikel 6 werd aan gedrongen op een bepaling, dat niet in eens het geheele subsidie zou vervallen, doch slechts een evenredig gedeelte, indien de school minder dan 60, respectievelijk 100 leerlingen zou tellen. Eenige leden drongen wederom aan op een wettelijke bepaling, waarin ook voor ge meentelijke hoogere burgerscholen en gym nasia zou worden voorgeschreven heffing van een schoolgeld, niet lager dan de Rijks regeling. Omzetting van 5-jarige in 3-jarige H.B.-scholen. Vele leden konden zich in het geheel n i e vereeniging met het voornemen van de re geering, een aantal Rijks hoogere burger scholen om te zetten in scholen met driejari gen cursus. Naar hun meening zullen vooral de kleine plaatsen en het omringende platte land den weerslag van den voorgenomen maatregel ondervinden. Tegen het stelsel van driejarige hoogere burgerscholen als zoodanig voerden de hier aan het woord zijnde leden aan, dat aan dergelijke scholen naast het u.lo. steeds minder behoefte blijkt te bestaan. Ten aanzien yan de bezuiniging, welke de mgeering beoogt, meenden de hier aan het woord zijnde leden, dat deze zeer gering 2al zijn. Verscheidene leden verwonderden zich over bet optimisme van de regeering ten opzichte van de volgzaamheid van de besturen der bijzondere H. B. S. om het Rijksvoorbeeld le volgen. Heeft, zoo vroegen zij, de erva ring bij het lager onderwijs eenigen grond gegeven voor zulke blijmoedige verwach tingen? Het onthoofden van openbare mid delbare scholen, terwijl de bijzondere scho len in dit opzicht geheel vrij blijven, achtten Z1J in hoog mate onbillijk. Verscheidene leden waren met de regee- ring van oordeel, dat aan de abnormaal sterke bezetting van het eerste leerjaar van u'-°- -scholen een einde moet komen. Den in artikel 3 yan paragraaf 6 gestelden eisch entten zij evenwel veel te lioog. Zou de paling thans in alle gestrengheid werken, dan zouden naar berekend is, 54 pet. van 't nnlr^ii a a' u -scholen moeten worden tusschen een drie- en een school. en'het nX ."0°dzakelijke verzachting rifre ïchrÏÏÏn1? fc«schen drie- en vierja- er on aan te bereiken, drongen deze leden een nf «Iaan drie-)arige scholen in de klas- hnnJli l, e te e'schen 6/12 en in de hoogste klasse 1/5 van het totaal aantal leerlingen. Bezoldiging van jeugdig Ha( onderwijspersoneel. let stemde vele leden tot voldoening, dat ae regeering, gehoor gevende aan den ster ken aandrang uit de kamei', haar voorstel tot invoering van het kweekelingenistituut heeft prijsgegeven. Met het thans voorgedragen voorstel konden verscheidene leden zich echter even min vereenigen. De regeering kondigt nu haar voornemen aan, aan alle onderwijzers tot hun vier en twintigste of vijf en twintig ste jaar een jaarwedde van 500 toe te ken nen. Aan de critiek op het voornemen, dat dee maatregel alleen voor de onderwijzers bij het lager onderwijs zou gelden, is de re geering in zooverre tegemoet gekomen, dat deze bepaling van kracht zal zijn voor jeugdige ambtenaren, onderwijzers en werk lieden in overheidsdienst. Hoe weinig deze leden ook met het stelsel van de regeering konden instemmen, toch wilden zij niet nala ten, de jeugdsalarissen niét op 500, maar ten minste op 800 op 850 te stellen. Moet men tot bezuiniging komen, dan is het, beter de totale uitgaven aan salarissen bil lijker te verdeelen. Indien de regeering van oordeel is, dat een zeker bedrag aan salaris sen niet kan worden overschreden, dan is 't beter, de vrij hooge u.l.o-marge omlaag te drukken. De verhouding van de salarissen van onderwijzers bij het g.l.o en het u.l.o en van de hoofden van scholen bij het g.l.o is niet goed. Naar de meening van sommige leden staat het nog geenszins vast, dat het niet verkieslijker is, van den weg van verzwaring van de leerlingenschaal een ruimer gebruik te maken. Boventallige onderwijzers Verscheidene leden merkten op, dat inge volge lid 1 en 2 van artikel 3 van paragraaf 7 een wachtgelder, die een betrekking als boventallig onderwijzer in vasten dienst aanvaardt en wiens wachtgeld deswege ver valt, bij later ontslag wegens opheffing zijner betrekking geen recht zou hebben op wachtgeld ten Taste van het rijk, met alle gevolgen van dien in verband met herbe noembaarheid als onderwijzer voor rijks rekening. Volgens het tweede lid van dit artikel kan de Kroon zelis in dit geval geen wachtgeld verleenen. Het gevolg hiervan is, dat het aanvaarden van een betrekking als boventallig onderwijzer in vasten dienst door een wachtgelder redelijkerwijs niet meer kan worden geëischt. Zij drongen er daarom op aan, een regeling te treffen, waarbij niet teloor gaan de rechten, welke een wachtgelder bij aanvaarding van een betrekking in vasten dienst aan een vroeger op wachtgeld stellen had kunnen ontleenen. Afgescheiden hiervan, zoo merkten andere leden op, is het een ernstig bezwaar, dat niet vaststaat, wie der onderwijzers van de school boventallig is of zal worden. Dit iot kan een gehuwden onderwijzer treffen, die bij zijn benoeming er op rekende tot het verplicht personeel te behooren en dus bij ontslag wegens opheffing van de betrek king zoowel aanspraak op wachtgeld als recht op benoeming aan een andere school te hebben. De wet dient zulk een staat van rechtsloosheid te voorkomen.^! Het had ce instemming van verscheidene leden, dat de voorgestelde regeling betref fende de schoolgeldregeling zich beter dan de tot dusver geldende bij de draagkracht der ouders aansluit. Opheffing lagere scholen. Wat betreft de beperking van het aantal scholen voor bijzonder g.l.o., stelden ver scheidene leden er prijs op, hun standpunt ten opzichte van de juiste en redelijke betee- kenis van de leden 4 en 7 van artikel 195 der Grondwet nader uiteen te zetten. De kern vraag is deze, of het verschil in positie tus schen openbaar en bijzonder onderwijs tot uitdrukking mag en moet komen daarin, dat de bekostiging van beide soorten van onder wijs niet meer naar denzelfden maatstaf ge schiedt. De regeering beantwoordt dieze vraag bevestigend, wijl de Grondwet in dit opzicht geen rechtsgelijkheid zou vorderen. IT HAPPENED IN OSS. Oude misdaden aan het licht gekomen. Door de gemeentepolitie te Eindhoven werd op verzoek van de gemeentepolitie te Oss aldaar gearresteerd en op transport naar Oss gesteld de oud-Ossenaar A. van Schayk. Bij een verhoor, dat hem op het politiebu reau te Oss werd afgenomen, bekende hij o.m. betrokken te zijn geweest bij den over val met geweldpleging op den 60-jarigen varkenskoopman G. van Hinthum in den nacht van 1 op 2 November 1924, waarbij drie schoten werden gelost, waarvan één van Hinthum in den rug trof. Voor dit feit heeft reeds P. van G. uit Oss zes jaar ge vangenisstraf ondergaan. Ook toentertijd wera van Schayk gearresteerd, doch wegens gebrek aan bewijs op vrije voeten gesteld. Verder verklaarde van Schayk medeplich tig te zijn geweest aan den in 1927 gepleeg den roofoverval op Huysmans in de heide te Oss, die werd mishandeld en van een be drag aan geld en een jachtgeweer werd be roofd. Van Schayk zal op transport naar den Bosch worden gesteld OUDE VROUW NA EEN BRAND VAN SCHRIK GESTORVEN. Gisternacht te ongeveer half drie werd een alleenwonende vrouw aan de Kazerne straat te Oss plotseling gewekt. Zij meen de gekreun te hooren in de woning, welke aan de hare grensde, welke bewoond werd door de ongeveer 80-jarige weduwe Boeyen. Zij ging terstond den schoonzoon van de vrouw, die eenige huizen verder woonde, waarschuwen. Deze wist, geholpen door wethouder Kemps, die inmiddels ook ter plaatse was, de woning binnen te dringen, waarbij zij aanstonds bemerkten, dat er brand was uitgebroken. In de slaapkamer trof men de bejaarde weduwe in bewuste- loozen toestand aan, liggende op den grond tusschen haar bed en een kast. Zij werd overgebracht naar de woning van haar dochter, waar zij gisteravond, vermoedelijk van den schrik en van den ingeademden rook, is overleden. Zij had slechts lichte brandwonden bekomen. De gemeentelijke brandweer wist uitbreiding van den brand te voorkomen. DAK VAN VOETBALKEET INGEZAKT. Jongeman door gloeiende teer getroffen. Gistermorgen zijn enkele jonge werkloo- zen, die in de Kruislaan te Amsterdam bezig waren met het teren van de dakbedekking van een voetbalkeet, aan de Kruislaan, door het dak gezakt. Een der jongelui werd door de gloeiende teer getroffen en liep ernstige brandwonden op. Hij is in het O. L. Vr. Gasthuis opgenomen. EEN AARDIGE PRIJSVRAAG. De N.V. P. de Gruyter en Zoon verspreidt momenteel over geheel Nederland een prijs courant, die alle voordeelen naar voren brengt, die het klant zijn van de Gruyter met zich meebrengen. Hieraan is een prijsvraag verbonden, waaraan iedereen zonder eenige verplich ting kan meedoen. Is de 2e vraag „welk pakje is verkeerd geprijsd" reeds interessant en indien men goed oplet ook gemakkelijk te beantwoor den, de hoofdvraag is niet moeilijk op te lossen. Het meest belangrijke is natuurlijk de kans op 1000 die uitgekeerd wordt aan degene die het juiste aantal heeft geraden en vraag 2 eveneens goed heeft beantwoord. Zijn er meerdere goede oplossers dan wordt de prijs van 1000 verdeeld. Bij meer dan 10 goede inzenders, en dat is van het grootste belang, ontvangt iedereen zonder eenige beperking f 100. Behalve deze ge'dprijzen. ontvangt ieder wiens antwoord niet meer dan 500 van het juiste cijfer afwijkt, 1 pond Dessertkoffie. Een onderhoud met den voorzit ter der Ned. K. v. K. voor België en Luxemburg te Brussel. Een redacteur van de Luxemburger Zeitung heeft te Brussel een onderhoud gehau met den voorzitter van de Neder- landsche Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg, den heer J. B. Vink. De eerste vraag van den interviewer luidde: Hoe staat Uw K. v. K. tegenover het toenemend economisch isolement der volken Het antwoord op die vraag, aldus de heer Vink, is te vinden in de werkzaam heid onzer Kamer. Reeds in 1932 heeft haar economische studiecommissie ge wezen op het gevaar der steeds hooger opgetrokken wordende tolmuren, en op de noodzakelijkheid van een actie tot de verlaging daarvan. Een destijds op breede schaal gehouden referendum, heeft de juistheid van dit standpunt der K. v. K. onderstreept. Vervolgens herinnere men zich de actie onzer Kamer voor het verdrag van Ouchy, hetwelk, al staat de politieke toe stand van den dag aan zijn verwezenlij king in den weg, desalniettemin de be6te formule blijft om de economische toena dering tusschen de landen te bevorde ren, en zelfs de eenige formule om zulks te doen, zonder de zaak te forceeren. Den goeden invloed dezer formule, den geest van Ouchy, vindt men reeds in enkele handelsverdragen van den laat- sten tijd, zoo bijv .in het kortelings ge- loten handelsverdrag tusschen de Bel- gisch-Luxemburgsche tolunie en Ameri ka, en in dat tusschen laatstgenoemde en Zweden. Deze zijn allebei gesloten op de.i grondslag eener wederzijdsche en aanzienlijke vermindering van de in voerrechten. YVat verwacht U voor de toekomst van het verdrag van Ouchy? Het ware mijns inziens beter, te spreken van deformule van Ouchy inplaats van van een verdrag, want het is nimmer geratificeerd. Maar het sim- jiele feit van het tusschen de toegetre den landen b e s t a a n van een formule, strekkende tot „vermindering van de be lemmeringen, welke ten opzichte van den internationalen ruilhandel bestaan" werkt zeker reeds in de goede richting. Al hebben op dit oogenblik ook tegen gestelde tendenzen de overheid, deze formule bewijst als het ware, dat zulks slechts tijdelijk moet zijn. De formule van Ouchy zal zeker den kop weer opste ken misschien gewijzigd naar de be hoeften van het oogenblik, maar zij heeft zonder den minsten twijfel een rol te vervullen bij het herstel van de wereld economie, elke men nolens volens toch ter hand zal dienen te nemen. Welke rol zullen onze landen daar bij spelen? Het is geen toeval, dat de voorvech ters van de formule van Ouohv waren de staatslieden van het Groothertogdom, van België en van Nederland! Integen deel: men moet dat zien als de ontwik k ling van den drang tot toenadering tusschen deze drie buurlanden, die in onderscheidene opzichten een op elkaar gelijkende economische structuur heb ben, in andere opzichten elkanders eco nomisch complement vormen. Deze drang tot toenadering openbaart zich op velerlei gebied en een instelling als de N derlandsche K. v. K. te Brussel is er trotsch op, deze steeds krachtig te be vorderen. Zij doet dit in haar dagelijksch werk, door het verstrekken "an inlichtingen Inzake de commercieele mogelijkheden, zoo in het eene land als het andere, waartoe de K. v. K. over een formidabele documentatie beschikt. Doch ook in meer algemeenen zin ligt het aanwakke ren van het geloei der noodzakelijkheid eener nauwere samenwerking tusschen deze drie landen, die het verdrag van Ouchy onderteekenden, op den weg on zer Kamer van Koophandel. Want zulk een toenadering zal, naar wij vurig ho- per., Let begin zijn van een algemeene toenadering tusschen de volkeren, en, last but not least, zij zal den grondslag vormen van een herstel van het zaken leven en van een toename in het ruil verkeer. En het herstel van de wereldwel vaart? Wij kunnen ons geloof te dien op zichte niet beter formuleeren dan door te zeggen, dat de komende welvaarts periode geboren zal worden uit de coör dinatie van de afzonderlijke pogingen, welke wij thans in tal van landen onder nomen zien worden om uit het econo mische moeras te komenm i n d e r b e- lemmeringen, meer ruilver keer, dan .rijn de economische prae- missen voor de toekomen le periode van welvaart, welke wij tegemoet gaan K.L.M. OP DE BRES VOOR LUCHTVAARTPROPAGANDA. Nieuw restaurant op Schiphol. De opvolprezen K.L.M., die haar geheele organisatie zooals het een commercieele onderneming betaamt in dienst heeft ge steld van het publiek en zich in dit verband in de loop der jaren 'n groote schare vrienden heeft verworven, die voor hun reizen bij voor keur van haar service gebruik maken, gaat krachtig voort op den ingeslagen weg om het aantal dergenen, die eenmaal onder de be koring der luchtvaart gekomen, tot de rijen der luchtreizigers zijn toegetreden, met spron gen vooru't te doen gaan. In dit licht bezien is het van de leiding een daad van wijs beleid geweest om naast het be kende K.L.M.-hotel op den Ringvaartdijk bij het vliegveld Schiphol een nieuw restaurant te doen verrijzen, dat plaats biedt aan 250 a 300 personen. Aan de buitenzijde den indruk gevend van een langgerekte loods, biedt het in frissche kleuren gehouden en met eenvoudige midde len tot stand gebrachte interieur den bezoe kers een unieke gelegenheid om onder het genot van een kopje koffie of van meer geest rijk vocht het bedrijvig gedoe der hoofdstede lijke luchthaven gade te slaan, terwijl mede een moderne keukeninrichting er borg voor staat, dat ook de verwendste magen ten volle zullen kunnen worden bevredigd! Het was de voorzitter van den Raad van Bestuurder K.L.M., de heer ir. A. Wurfbain, die tijdens het voorbezoek van een aantal persvertegenwoordigers aan dit restaurant, dat door de geschenken van vele milde gevers in een bloemenhof scheen herschapen en waar zich op het daarvoor ingerichte podium een orkestje deed hooren, gelegenheid vond. er op te wijzen dat gedurende de laatste jaren het bezoek aan het vliegveld Schiphol mei sprongen is vooruitgegaan. Werd in 1931 een getal van 136.023 bezoekers bereikt, in 1934 was dit reeds gestegen tot 247048, terwijl het voor 1935 wordt geschat op ruim 300.000 Vooral in den zomer van 1935 is het bezoek bijzonder groot geweest. Op Schiphol en Waalhaven zijn tot 1 October 1935 resp 292.385 en 192.000 bezoekers geweest tegen resp. 206.947 en 121.000 in dezelfde periode van 1934. Hierbij zijn nog niet inbegrepen de duizenden, die op mooie middagen en avonden de terrassen en de veranda van het K.L.M.-hotel op den Ringvaartdijk bevolken. Meer en meer wordt Schiphol het doel van uitstapjes van gezelschappen, vereenigingen en scholen. Tot heden was op het vliegveld eigenlijk geen geschikte gelegenheid om voor deze gezelschappen een koffiemaaltijd of avondeten op te dienen. Bij uitzondering werd soms van een der hangars gebruik ge maakt, waar b.v. eens een gezelschap van 2500 menschen een koffiemaaltijd werd opge diend, doch vanzelfsprekend was deze ruimte niet altijd beschikbaar, zoodat de nieuwe in richting in een lang gevoelde behoefte voor ziet. Ir. D. Roosenburg te 's-Gravenhage, die op zijn terrein reeds verscheidene malen belang rijk werk voor de K.L.M. tot stand bracht, heeft ook dit restaurant, dat gistermiddag voor het publiek is opengesteld, ontworpen. Ook de bouw is onder zijn leiding geschied. De afmetingen van het gebouw zijn: lengte 31 meter, breedte 6 meter en hoogte 8 me'er De wand aan de zijde van vliegveld en hotel bestaat uit drieledige deuren, welke geheel geopend kunnen worden. Mocht men zulks wenschen, dan bestaat er gelegenheid tot dansen, terwijl men bij mooi weer op het ruime terrasbalcon kan gaan zit ten. Uit het restaurant heeft men een zeer goed uitzicht over het vliegveld; de gerieflijke inriching zal ongetwijfeld ook andere bezoe kers dan de reeds genoemde gezelschappen trekken. Bij de bezichtiging onder geleide van ir. Roosenburg gaven, behalve ir. Wurfbain, mede van hun belangstelling blijk de heeren mr. L. H. Slotemaker, secretaris van de K.L.M.A. van der Pauw, chef van de af- deeling Vervoer; W. H. E. Nieuwenhuys, chef van het passagekantoor; I. A. Aler. chef van den vlieg-technischen dienst; G. Spit, chef van den lijndienst; A. Thomson, stationschef op Schiphol; U. F. M. Dellaert, havenmeester van de luchthaven, alsmede en kele officials van het vliegveld Croydon. DE NACHTEGAAL NAAR INDIE. Hedenmorgen te 5.20 uur is de „Nach tegaal" met 4 passagiers van Schiphol naar Indië vertrokken. Het toestel is om 7.35 uur na post te hebben bijgeladen uit Leipzig vertrokken. Hier 6tapte nog één passagier in. Weggebruikers, die zondigen tegen de ge schreven of ongeschreven wetten van een vlot en veilig verkeer, zou men in drie groe pen kunnen verdeelen: de onervarenen, de onoplettenden en de onverschilligen. Voor de laatste categorie is geen ander kruid ge wassen dan scherpe politie-maatregelen, om dat die onverschilligheid een vorm is van onwil, voortspruitend uit verregaand egoïsme. Maar naar we mogen veronder stellen, staat het anders met hen en zij zijn talrijk die onwillend en onwetend de regels van het soms niet eenvoudige, mo derne verkeersspel overtreden, netzij wat hun manier van rijden, hetzij wat de uitrus ting vdn hun voertuig betreft. Zij zullen volkomen geneigd zijn, de dwalingen huns weegs in te zien, te herstellen en tegen reci dive te waken, wanneer zij slechts op doel treffende en gepaste wijze op die tekort komingen opmerkzaam worden gemaakt. Het is tot deze categorieën „verkeerszondaars", dat de K. N. A. C. zich richt met de con crete uitvoering van een geheel nieuw idee: de Rijdende Verkeerspaedagoog. ,,^eet die man, dat zijn stoplamp niet werkt?" „Zou die midden op den weg fiet sende, eerzame huisvader beseffen, dat hij het snellere verkeer tot lawaaimaken dwingt?" „Als die rijder zélf eens in de gaten had, wat voor gevaarlijke situatie hij schept door te laat ieekens te geven „Zou de be stuurder achter die gedimde koplampen weten, dat zijn spotlight zoo fel verblindt?" Overwegingen als deze, die bijna iedere automobilist onderweg bij zich zelf maakt, vormden de basis, waarop het idee van den „Rijdenden Verkeerspaedagoog" tot ontwik keling kwam. In het kader van de door haar georganiseerde Vijfde Jaarlijksche Veilig- heidsweek (2027 October a.s.) laat de K.N.A.C. in de groote steden en op de druk ke buitenwegen een auto rijden, welke spe ciaal tot het geven van verkeersadviezen is ingericht adviezen van algemeenen aard, gericht tot iederen weggebruiker en toege diend, niet in de courant, niet in een voor dracht, maar op Den Weg verzoeken tot één bepaalden weggebruiker, hem overge bracht op het goede psychologische moment; het tijdstip, waarop hij door onnadenkend heid een verkeersfout begaat, of juist heeft begaan Boven op de auto is een toestel aange bracht. dat het mogelijk maakt, elk ge- wenscht exemplaar van een aantal borden met korte, kernachtige adviezen van ver- keerstechnischen aard tusschen twee vaste borden te brengen. De bovenste der twee permanente teksten luidt: De K. N. A. C. verzoekt U:, de onderste die onder het verwisselbare bord Dank U! De bediening van het bordenstelsel, licht en rammelvrij uitgevoerd en stof en water dicht in een kast gesloten, geschiedt met hulp van een staalkabel-systeem van de voorste passagierszitplaats af; elk bord kan „a 1'instant" worden geheschen en weer in ruststand gebracht De kast boven op het dak en de verwisselbare borden achter haar glazen vensters, dragen de opschriften op voor- en achterzijde, en het geheel, in spre kende kleuren geschilderd en 's avonds hel der verlicht, zal niet nalaten zoowel van tegenliggers als van achterliggers de ge- wenschte aandacht te trekken. De verkeerspaedagoog zal als regel op zijn dak voeren een verzoek van algemeene strekking; hij zal in onze steden vragen om „meer stilte", hij zal op natte bebladerde wegen waarschuwen tegen „slipgevaar", hij zal 's avonds aanmanen „niet te verblinden", maar telkens als de situatie dat wensehelijk en toelaatbaar maakt, zullen zijn verzoeken tot den enkeling worden gericht. Zoo is het mogelijk, dat de automobilist, die vergeten heeft een richtingaanwijzer in te trekken, op een gegeven oogenblik wordt voorbijgereden door een wagen, die hem daarop opmerk zaam maakt, zoo zullen midden-op-den-weg rijders worden verzocht „meer rechts te houden", zoo zal de verkeerspaedagoog een stille, maar daarom niet minder opvallende waarschuwing lanceeren aan het adres van eigenaars van gedoofde koplamp of achter lamp. Daar de „Bemanning" van den wagen be staat uit zeer goed onderlegd en gedrild personeel, mag met grond worden verwacht, dat deze nieuwe vinding van de K. N. A. C. krachtig zal bijdragen tot bevordering der verkeersveiligheid, tot het verminderen van de ergernis en de ongevallen, welke door on oplettendheid en nonchalance van de ver schillende categorieën weggebruikers wor den veroorzaakt. Wanneer de proef met den „rijdenden ver keerspaedagoog" tijdens de a.s. veiligheids- week aan de verwachting voldoet en de loyale medewerking van het publiek kan daartoe niet worden gemist zal worden overwogen dit opbouwend werk te conti- nueeren, eventueel daaraan uitbreiding te geven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1935 | | pagina 7