GRATIS
leder pak HONIG's VERMICELLI
^Binnenland
DE GEBROEDERS„GOCHEM"
'ftownciaal 'flieuws
bevat ter kennismaking een
hon:g's bouillonblokje
BERGEN
EGMOND AAN ZEE
2WAAG
BENNEBROEK
HOORN
URSEM
HEERHUGOWAARD
ZUIDSCHARWOUDE
loopen. Natuurlijk waren ook in deze zaak
parket en balie het weer oneens.
Rood en groen licht en de schepen
op den IJselmeer.
De Urker visscher Albert K. was door
het kantongerecht te Hoorn veroordeeld
tot 3 boete of 3 dagen ter zake het feit
d,at hij in den nacht van 27 Nov. niet had
gevoerd aan stuur en bakboord van zijn
motorvischboot de voorgeschreven roode
en groene lichten. Van dit vonnis was de
veroordeelde (die dit vonnis onjuist acht
te) in hooger beroep gekomen, geassisteerd
door Mr. Schenkeveld als raadsman en
verdediger.
In deze zaak werd gehoord de rijksveld
wachter Tiesen als getuige a charge en
3 getuigen a décharge op verzoek van den
verdediger.
De rijksveldwachter Tiesen, zich op de
politieboot bevindend, verklaarde de lich
ten niet te hebben waargenomen. Hij had
niets persoonlijks tegen Kr., zelfs kende
hij hem niet. Hij had 't signalement U. K.
27 van het vaartuig op het zeil opgenomen.
De rijkshavenmeester Koelewijn had de
U. K. 27 niet zien varen. Het toezicht was
opgedragen aan de rijks veld wacht en
andere daartoe aangewezen ambtenaren.
Hij verklaarde voorts dat het stuurboords-
licht onmogelijk kon worden gezien van
af de plaats door Tiesen a angegeven, doch
verbalisant handhaafde pertinent zijn
waarneming en procesverbaal. Echter
bleef ook de havenmeester zijn meening
handhaven en kregen deze getuigen a
charge daarover een woordenwisseling.
'n Feit was het echter dat Tiesen voor
een gelijksoortige overtreding 11 proces-
senverbaal had opgemaakt.
Hierop werden de getuigen i décharge,
gehoord.
Hierop kwam de officier aan het woord
om het getuigenverhoor in extenso te rele-
veeren om tot het resultaat te komen dat
naar zijn meening het vonnis in eerste in
stantie zou moeten worden bekrachtigd.
In 'n uitvoerig betoog achtte mr. Schen
keveld, die zijn dank betuigde aan den
officier voor zijn objectieve medewerking,
het feit niet bewezen en concludeerde
derhalve tot vrijspraak en tot herstel van
het gekrenkt rechtsgevoel van zijn cliënt.
Poging tot feitelijke aanranding
der eerbaarheid.
Ter zake dit ernstige zedenmisdrijf had
rekening en verantwoording af te leggen,
de zich in voorarrest bevindende 48-jarige
los werkman Dirk R., wonende te Anna
Paulowna, in welke plaats bedoeld mis
drijf zou zijn gepleegd.
Gerequireerd werd vrijspraak omdat
het wettig en overtuigend bewijs niet kon
worden geleverd.
Mr. van Leeuwen, raadsman en verde
diger, sloot zich gaarne bij dit voor zijn
cliënt zoo gunstig requisitoir aan.
Voorts werd de onmiddellijke invrij
heidstelling gelast.
Hij zat in de penarie.
Een 56-jarige schilder te Uitgeest, Corn.
Br., die zoo men het noemt 18 karaats ge
sjochten was, bedacht een middel om zich
aan contanten te helpen van eenige brand-
assuranties en 31 October j.1. stichtte hij
brand op zijn zolder door een brandende
kaars door papier en eenige flesschen ter
pentijn te omringen. Nadat hij de kaars
had ontstoken ging hij de deur uit en op
reis (ook zijn vrouw had de woning ver
laten) en liet toen het zaakje aan het toe
val over. Inderdaad brak brand uit, doch
ze werd ontdekt door een buurman, die di
rect den veldwachter Bornebroek waar
schuwde. Deze politieman wist den reeds
brandenden zolder te bereiken en het zich
krachtig ontwikkelde vuur te blusschen.
De man stond heden terecht en maakte
een suffen indruk. Hij erkende volledig.
In verband met het gunstig reclassee-
ringsrapport requireerde de officier 9
maanden gevangenisstraf echter voor
waardelijk met 3 proefjaren.
De gemeente-ontvanger van Aals
meer op de verdachtenbank.
In het middaguur stond terecht de 41-
jarige heer Adrianus V., gemeente-ont
vanger te Aalsmeer, aan wien ten laste
was gelegd, dat hij als bestuurder van
een gehuurden auto onder Wieringen 11
September op den Afsluitdijk door niet
behoorlijk naar rechts uit te wijken, bij
het ontmoeten van een tegenligger, be
stuurd door zekeren heer N. van Duren,
hoogst roekeloos en onvoorzichtig, zooals
de klassieke term luidt, dit rijtuig aan te
rijden in zoodanige mate, dat het motor
rijtuig over den kop sloeg en de vader
van den bestuurder, gezegde heer v. Du
ren, tengevolge van de aanrding zoodanig
werd gewond, dat hij gedurende geruimen
tijd niet in staat was zijn werkzaamheden
te verrichten.
De verdachte ontvanger die alle schuld
aan de botsing ontkende, werd in rechten
bijgestaan door Mr. E. Reinhold, advocaat
procureur, te Amsterdam.
In deze zaak waren 7 getuigen a charge
en 1 getuige-deskundige door den officier
gedagvaard, benevens 1 getuige a décharge
door de verdediging.
Volgens verklaring van den verdachte was
ook zijn vrouw, die in positie was, vrij
ernstig gewond door de aanrijding en bloed
de hevig.
De 48-jarige Hendrik v. Duuren, stoom
ketelmaker te Leeuwarden, zat op het on
heilsmoment naast den bestuurder. Hendr.
v. Duuren Jr., inmiddels gedeeltelijk weer
hersteld van den leelijken smak, die hij ge
maakt had, verklaarde, dat de wagen on
middellijk omsloeg. Zijn rechterarm werd
ernstig gewond door de gebroken ruit en
hij moest gedurende 14 dagen in het diaco-
nessenziekenhuis te Leeuwarden behandeld
worden. 4 weken geleden is hij weer aan 't
werk gegaan, doch kon het niet volhouden.
De zoon, bestuurder van den aangereden
wagen, deelde mede, dat naar zijn meening
de bestuurder van den tegenligger, die, zoo
als later bleek, de verwachte was, de schuld
had. De wagen van getuige werd geraakt
aan het linkervoorwiel.
Voorts werden door het O. M. nog als ge
tuigen gehoord de wachtmeesters der mare
chaussee Doornbos en ten Raven. Ze hadden
uit de situatie gedistilleerd, dat de wagen
van verdachte de oorzaak was.
De deskundige dr. Straat uit Leeuwarden
was met goedvinden van den officier niet
verschenen.
De verdachte vermeende, dat de door den
veldwachter geteekende situatiekaart niet
juist was.
De president, mr. Ledeboer, betreurde het,
dat de marechaussees bij de genomen foto's
geen duidelijke teekening hadden gevoegd.
De bloemist v. Zuiverden uit Aalsmeer
verklaarde in het voordeel van verdachte.
Hij zat trouwens naast den bestuurder. Het
bekende spelletje met de miniatuur-autotjes
werd onder het verhoor van dezen getuige
gespeeld.
Eindelijk kwam de officier in deze zaak
aan het woord en eischte 200 boete of 60
dagen. Mr. Reinhold pleitte vrijspraak.
Artikel 250 bis was ook weer
present!
Het helaas steeds nog niet impopulaire
artikel 250 bis strafrecht, dat zoowel op de
agenda van den politierechter als meervou
dige strafkamer wordt aangetroffen, ont
brak ook heden weer niet op de zittingsrol.
Het betrof thans een met 'n ex-marine
matroos, G. J. M. gehuwde vrouw, Jantje M.
te Helder, die zich met deze treurige brood
winning had bezig gehouden. Zij bevond
zich thans in voorarrest en stond heden te
recht buiten tegenwoordigheid van publiek
en andere onbevoegden.
Tegen de verdachte werd gevorderd 1 dag
gevangenisstraf met 1 dag aftrek, alsmede
ter beschikking stelling der regeering voor
den tijd van 3 jaar, waarbij zij zal worden
ondergebracht in een particuliere voor haar
geestelijke gesteldheid passende inrichting.
HET BIERTJE IN ALLE TIJDEN.
Een prachtavond van folkloor.
Lezing D. J. van der Ven.
In een gister door de V. V. V. te Bergen
gehouden lezing heeft de folklorist D. J.
van der Ven een interessante voordracht
gehouden, verduidelijkt door lichtbeelden,
over het bier in alle tijden.
Spreker vertelde van de bierkaaien, de
losplaatsen aan de grachten der steden
waar de bierdragers zelf lang niet de
slechtste klanten waren. Het waren rumoe
rige klanten die zich niet door strafbepa
lingen van het overvloedig gebruik van
bier lieten afhouden. Ook in de ordenan-
tieënstrijd lieten zij zich zoo geducht gel
den, dat het „vechten tegen de bierkaai"
een spreekwoordelijk zware taak werd.
Een groote naam verwierf zich reeds in
1333 een brouwerij te Weesp die naar alle
deelen des lands haar gewaardeerde drank
verzond. Vooral Leiden deed zich te goed
aan het Weesper biertje dat weldra de
bijnaam van „De Vlaamsche dokter" ver
wierf. Ook in Haarlem bloeiden de brou
werijen.
Delft deed in de productie van het ger-
stennat niet onder. Uiterst koppig was het
nat dat in de Prinsenstad gebrouwen
werd. Wie dronken was noemde men ge
beten door den Delftschen hond. De Am-
sterdamsche bierdragers waren van dat
bier goede klanten. „Smerige bierbaar
den" noemde men hen en met afgrijzen
liet menigeen den blik vallen op die baar
den, die er uitzagen alsof ze door stroop
waren gehaald.
Fantastische verhalen sponnen zich om
de bierbrouwerij, die zich door de eeuwen
heen in een geheimzinnige sfeer heeft ge
huld. En de brouwers dachten er niet aan
de spookgeschiedenissen tegen te spreken
en bewaarden daarbij angstvallig hun vak
geheimen. Voor vele brouwers was het
vaste regel, zoo vertelde de heer van der
Ven, om boven de gistkuip een kruis en
een geopende schaar te hangen, naast het
„duivelbannende zout". Zelfs in de acht
tiende eeuw nog spreidde men naast het
bier brandnetels uit om ongunstige in
vloeden van onweer te bezweren. Booze
geesten hadden het volgens de mythen op
den kostbaren drank gemunt en slechts
met behulp van laai en gezang gelukte het,
het bederf tegen te gaan. Zingende brou
wers zijn dan ook later telkens weer het
motief geweest voor dichters, schilders en
zangers. Spreker verduidelijkte dit door
beelden naar schilderijen van Jan Steen en
Frans Hals.
Ook bij het leger en de vloot heeft het
bier vele eeuwen een belangrijke rol ge
speeld.
Prins Maurits zorgde er steeds voor, dat
zijn mannen het toen bekende Rotterdam-
sche bier te drinken kregen. Dit was dun
bier en vrij van belasting. Overigens kon
de 80-jarige oorlog voor een groot deel ge-
financieerd worden met het geld verkre
gen uit de hooge bieraccijnzen voor het
dikke bier, dat wel belast was. Wij lezen
in de kronieken, dat de Geuzen, die in
1574 in de Zeeuwsche wateren rondzwalk
ten, ter juister tijd een koopvaarder te
pakken kregen, waardoor hun een paar
vaten bier in handen viel die hen stimu
leerden bij de verovering van Middelburg.
Bier was tot omstreeks het midden der
17de eeuw de gewone scheepsdrank, zoo
als in vele journalen bevestigd wordt. Op
den zilveren gildestaf van 1697 die thans
in het Groninger Museum wordt bewaard,
staat als een axioma gegrafeerd:
De kluyn verheugt den Man,
En maeckt soldaten sterck.
Maeckt vree daer quaestie is
En geeft den Vijandt werck.
Deze kluyn is het vermaarde „dik bier",
dat herhaaldelijk in de geschiedenis onzer
oorlogen vermeld wordt, in tegenstelling
met het Rotterdamsche „dun bier", dat
volgens de Parival in zijn „Vermaecke-
lijckheden van Holland" in-groote hoeveel
heden aan de dunne bierkaden van me
nige stad werd geladen of gelost en ook
als „Scharrebier" door den gemeenen
man algemeen werd gedronken.
Een veelzijdige rol heeft het bier in ons
volksleven gespeeld en dit is ook nu nog
zoo. Spreker herinnerde aan tal van
folkloristische feesten (Boxmeer, Ter
schelling, de Achterhoek, Brabant, Lim
burg, Gelderland, Groningen, Texel)
waar het gerstenat een bijzondere plaats
inneemt. Zoo gaat het beugelen en boog
schieten in Limburg met biervreugde ge
paard. Ook in de steden wordt bij feeste
lijke gelegenheden, kermissen, enz. het
bier nog lustig gedronken.
Ten slotte wees spr. er op, hoe het voor
de geschiedenis van onze brouwerij van
groote beteekenis mag worden geacht, dat
naar het Nederlandsch Openlucht Museum
op den Waterberg te Arnhem wordt ge
bracht een typisch bak en brouwhuis, dat
hij met een volledige inventaris nog heeft
ontdekt te Ulvenhout in de Baronie van
Breda.
Onder de begeesterende leiding hebben
wij in woord en beeld (er werden een paar
honderd prachtige lichtbeelden vertoond
uit alle deelen van het land) een prachtige
folkloristische reis gemaakt.
Voor den aanvang van zijn aangekon
digde lezing gaf spr. nog een uiteenzetting
van de beteekenis van de folkloor, waarbij
ook aan de gebruiken op Drie Koningen
avond (6 Jan.) werd herinnerd.
Tot groote verrassing van de aanwezi
gen verschenen ter illustratie een tweetal
sterzangers (artisten uit Bergen) op het
tooneel, om onder het gedraai van de
lichtende ster een toepasselijk lied te
zingen.
Het was een buitengewoon interessante
avond en onder enthousiasme der aanwe
zigen sloot de vice-voorzitter om 11 uur
met een woord van dank en het uitspreken
van den wensch, dat de heer v. d. Ven het
volgend jaar bereid zal worden gevonden
een dergelijke lezing te houden.
Bevolkingstatistiek.
Op 1 Januari 1935 bestond het zielen
tal dezer gemeente uit 2887 mannen en
3501 vrouwen, totaal 6388.
In den loop van 1935 vestigden zich in
de gemeente 199 mannen en 456 vrouwen,
totaal 655 personen en werden 53 jongens
en 44 meisjes of totaal 97 kinderen ge
boren.
238 mannen en 440 vrouwen alzoo to
taal 678 personen verlieten de gemeente
in den loop van 1935 terwijl 31 mannen
en 26 vrouwen of totaal 57 personen over
leden.
Door overlijden en vertrek uit de ge
meente verminderde het aantal inwoners
in totaal met 735 personen, terwijl dit
aantal door vestiging in de gemeente en
door geboorte vermeerderde met 752 per
sonen, zoodat het zielenaantal in den loop
van 1935 werkelijk vermeerderde met 17
personen.
Op 1 Januari 1936 bedroeg het aantal
inwoners dezer gemeente 6405 waarvan
2870 mannen en 3535 vrouwen. Alzoo ver
minderde het aantal vrouwen met 17 en
vermeerderde het aantal vrouwen met 34.
In 1935 werden 46 huwelijken (waar
van een huwelijk in het buitenland vol
trokken) in de registers van den burger
lijken stand ingeschreven. Twee gebore
nen werden als levenloos aangegeven, ter
wijl 3 kindserkenningen plaats vonden,
waarvan 2 kinderen door den vader en de
moeder werden erkend en één kind door
de moeder.
De loop der bevolking.
De bevolking bestond op 1 Januari 1935
uit 1542 mannen en 1420 vrouwen, totaal
2962 personen. In 1935 vermeerdere de be
volking door vestiging van 169 personen en
54 geboorten. Door vertrek verminderde de
bevolking met 158 personen en door over
lijden met 45 personen. Tenslotte vermeer
derde de bevolking dus met 20 personen en
bestond op 1 Januari 1936 uit 2982 zielen, te
weten 1548 mannen en 1434 vrouwen. Het
mannenoverschot verminderde van 122 tot
114. Nog altijd zijn de mannen intusschen
dus, eigenaardig genoeg, in de meerder
heid.
Er had in 1935 één kindserkenning plaats.
Er werden 27 huwelijken gesloten, terwijl
één huwelijk door echtscheiding werd ont
bonden.
Het aantal werkloozen.
Den laatsten tijd is het aantal werkloo
zen weder onrustbarend gestegen. Op 15
November 1935 stonden nog 195 werkloozen
ingeschreven. Op 1 Januari 1936 bedroeg dit
aantal reeds 256. In dien tijd vermeerderde
het aantal werklcoze visschers van 125 tot
149 en het aantal losse arbeiders van 37 tot
57.
Aanbesteding van het gemeente
werk in 1936.
B. en W. hebben Dinsdag het gemeente
werk voor 1936 aanbesteed. Voor het tim
merwerk was laagste inschrijver J. Blaau-
boer met 389 en hoogste J. van der Plas
en H. J. van Workum, beiden met 590.
Voor het metselwerk was laagste inschrij
ver J. Broek met 367 en hoogste gebroe
ders de Graaff met 473. Voor het schilder
werk was laagste inschrijver H. A. de
Goede met 351 en hoogste J. Koeman met
355,75. Het schilderwerk en het metsel
werk werd aan de laagste inschrijvers ge
gund. De gunning van het timmerwerk is
aangehouden.
Overtreding der Loterijwet.
Bij P. Dekker en KI. Gul is een auto
maat in beslag genomen wegens overtreding
der Loterijwet. Door het inwerpen van een
geldstuk in deze automaat had men de kans
een artikel te mogen uitzoeken van 5.10
of 15 maal de waarde van het ingeworpen
geldstuk I
De heer S. Sander 25 jaar bij de
P. T. T.
Nauwelijks heeft de heer F. Snoeks zijn
zilveren jubileum gevierd als ambtenaar
der P. T. T. of reeds vraagt een tweede zil
veren jubileum bij de posterijen de aan
dacht. Op 16 Januari a.s. zal het namelijk
25 jaar geleden zijn, dat de heer S. Sander
bij de posterijen in vasten dienst kwam als
brievenbesteller. Eigenlijk is de heer Sander
al 34 jaar bij de post, maar op 16 Januari
1911 kreeg hij een vaste aanstelling
Een brievenbesteller is uiteraard een po
pulair figuur, vooral in een dorp. Hij is de
brenger van lief en leed, als boodschapper
van hen, die ons niet mondeling kunnen
bereiken. Trouw en accuraat heeft de heer
Sander nu 25 jaar lang de hem toevertrouw
de poststukken in onze brievenbussen gede
poneerd. Voorzoover we tenminste een brie
venbus hebben! Want er zijn, eigenaardig
genoeg, nog velen, die een dergelijk nuttig
voorwerp niet bezitten. Gevolg, vertraging
en last voor de post! Het zou zeker een
groote verbetering zijn, als iedereen, die er
nog geen heeft, ter gelegenheid van zijn
jubileum den heer Sander eens verraste,
door een brievenbus aan te laten brengen.
Het zou zijn werk heel wat vergemakkelij
ken en bespoedigen!
De heer Sander is in Egmond aan Zee ge
boren en getogen. Hij kent Egmond en zijn
bevolking op zijn duimpje. Men behoeft
waarlijk geen Boerhave te zijn, voor wien
een adres „Boerhave, Europa", reeds vol
doende was, om bij den heer Sander bekend
te zijn. Hij bezorgt Uw post ook op het juiste
adres, als U tot de minder bekenden dezer
aarde behoort, al luidt het adres ook bij
voorbeeld niet anders dan „Oom Cor en
tante An!"
Trouw en eerlijk heeft de heer Sander
zijn dienst altijd volbracht. Hij zou ook niet
anders kunnen, het hoort immers zoo. Hij
vindt het vanzelf sprekend. En daarom wil
hij ook van een huldiging of iets dergelijks
niets weten. Maar in intiemen kring zal
men hem Donderdag 16 Januari toch niet
vergeten! Wij hopen den heer Sander, die
thans 54 jaar is, nog lang in functie te
zien.
Verplaatst.
De heer J. Timmerman, telegrafist al
hier is overgeplaatst naar het station
Avenhorn.
Tengevolge van een defect aan het
stuur geraakte de auto van den heer A. de
Poel, expediteur te Wieringen, alhier te
water. Gelukkig wisten de eigenaar,
vrouw en kind zich in veiligheid te stellen
waarbij ze slecht lichte blessuren opliepen.
Door een kraanwagen uit Schagerbroek
werd de wagen op het droge gebracht.
*Een 16-jarige jongen van hier, die het
ouderlijk huis had verlaten en te Amster
dam rondzwierf om werk te zoeken is
door de politie aldaar aangehouden en
naar de ouderlijke woning overgebracht.
Loop der bevolking.
Aantal geboorten 49; aantal ingekomen
pers. mannen 26, vrouwen 30, totaal 105 per
sonen; aantal overlijden 16; aantal vertrok
ken personen mannen 47, vrouwen 34, totaal
97 personen. De vermeerdering bedraagt
dus 8 personen.
'7"
Arm gebroken.
Gistermorgen terwijl de schooljeugd der
o. 1. school II zich vermaakte op het
schoolplein aldaar, kreeg het zoontje van
den heer K. alhier, spelenderwijs een duw
van zijn kameraadje waardoor hij tegen
een muur viel en zich ernstig bezeerde.
Een medicus constateerde dat de arm
was gebroken. Eenige weken geleden brak
een ander lid van dit gezin eveneens zijn
arm door een aanrijding onder Egmond.
Huis verkocht.
Het landarbeidersplaatsje aan den
Middenweg Noord tot nu toe bewoond
door de weduwe C. Koomen, is, naar wij
vernemen, door bemiddeling van Klein
Grondbezit overgedragen aan den heer
Snoek voor den prijs van 3300.
Opschudding.
Dinsdagavond omstreeks zeven uur
zagen voorbijgangers rook opstijgen uit de
woning van den heer A. K., die woont naast
den grooten winkel van de fa. R. Luyting.
Men dacht aan brand. Een onderzoek werd
ingesteld bij den bewoner, die thuis was. Het
bleek, dat hier geen sprake van brand was.
De heer K. had een doos tabak te drogen
gezet. Doordat een vonk in de doos was ge
vallen, was een rookontwikkeling ontstaan.
Het bleek dus loos alarm te zijn. Er was
echter nogal wat opschudding veroorzaakt.
BOERDERIJBRAND TE APPELSCHA.
Dienstbode, bij pogingen om het vee
te redden, gewond.
Gisteren brak een hevige brand uit in de
groote boerderij, bewoond door den heer F.
Dijkstra te Appelscha, welke in eigendom
toebehoort aan den heer J. Zwart, wonende
te Winkel (N.H.) De plaatselijke brandweer
kon tegen de vuurzee weinig uitrichten,
zoodat zij assistentie vroeg en kreeg van de
motorspuit uit Oosterwolde. Met vereende
krachten slaagde men erin het voorhuis en
een bijschuur te behouden. Verder brandde
alles af. Men slaagde erin het vee te red
den. De dienstbode, mej. C. v. d. Meer uit
Appelscha, die hierbij behulpzaam was, be
kwam vrij ernstige brandwonden. Een vier
tal koeien kreeg eveneens brandwonden.
De schade wordt door verzekering g-dekt.
GRIEP IN DE KAZERNE.
Te Groningen.
In het Groningsche garnizoen heerscht
momenteel de griep onder de soldaten. De
ziekenzaal ligt vol en enkele patiënten zijn
naar het Academisch ziekenhuis overge
bracht. De nachtelijke oefeningen zijn in
verband met de ziekte afgelast.
De noodige maatregelen zijn door de mi
litaire autoriteiten genomen.
INBRAAK TE HOOGEZAND.
400 ontvreemd.
Naar eerst thans bekend wordt, is in den
nacht van Zondag op Maandag door verbre
king van een glasruit ingebroken in het ma
gazijn en kantoor van de kruidenierszaak
van den heer L. Wolters te Hoogezand. Een
bedrag van 400 gulden is uit de kassa ont
vreemd. Van de daders viel geen spoor te
ontdekken.
LANDDAG R.K. STAATSPARTIJ.
Op 2 Februari in de Apollohal te
Amsterdam.
Naar wij vernemen zal door de onder
staande sprekers op den Landdag der R.K.
Staatspartij te Amsterdam op Zondag 2
Februari 1936 in de Apollohal een rede wor
den gehouden: Z.Exc. Jhr. Mr. Ch. J. M.
Ruys de Beerenbrouck, minister van Staat,
oud-voorzitter van het bestuur van de R.K.
Staatspartij; Mgr. dr. H. A. Poels, hoofdaal
moezenier van den arbeid; mr. M. P. L.
Steenberghe, oud-minister van economische
zaken; mr. C. M. J. F. Goseling, voorzitter
van de R.K. Staatspartij.
MAN OVERREDEN DOOR
KAN GEERTREIN.
Gisteravond is een man op den Gustoweg
bij de Nieuwe Haven te Rotterdam door een
rangeertrein overreden. Het bleek te zijn A.
Meynstra, verblijfhoudende in een klein lo
gement aan de 2de Lombardstraat te Rotter
dam. De man heeft onder invloed van ster
ken drank verkeerd en is tegen den trein
opgeloopen en zoodoende onder de twee
laatste wagens geraakt. Zijn lijk is overge
bracht naar het ziekenhuis aan den Coolsin-
gel. De machinist had van het ongeluk niets
gemerkt.
63. Voorzichtig ging hij op zijn knieën liggen en begon
met angstig gezicht en groote oogen de hond aan te kij
ken. Nu hij juist dat verhaal van die wilde stier aan de
jongens gedaan had, was hij wel verplicht zijn lessen in
praktijk te brengen. De hond liet een vervaarlijk ge
grom hooren en daarbij kwam een gebit te voorschrijn
om van te rillen. „Pas op baas, straks haps hij een stuk
uit je neus", riep een van de jongens.
64. Alsof de bulldog het gehoord had, nam hij^op het
zelfde oogenblik een sprong en zat boven op Pummels.
Wolken zand stoven op en het werd een gevecht van
belang. Pit noch Pat durfden tusschenbeide komen.
Eindelijk had de hond den broek van boer Pummels
beet; en na rukken en trekken stond hij eensklaps met
een deel van dat kleedingstuk in zijn bek.
I.