Amstecdamsche !Beucs De crisis-bestrijding en de landbouw. Jm veicnden Stukken Land- en Tuinbouw ü'/is HJ'A 69 8 'V, 35 64% 1^» 41 Vu 9% 69%, Van heinde en verre waren hedenmorgen per auto en andere gelegenheid voor de lezing, welk ir. H. D. Louwes voor de ver- eeniging van oud-leerlingen van de rijks- landbouwwinterschool zou houden, naar Schagen gekomen. De voorzitter, de heer P. Blaauboer, open de de druk bezochte vergadering met een woord van welkom aan den spreker, aan de eere-leden, de heeren Smeding, Lienesch en Visser, aan den voorzitter der Holl. Maatsch. van landbouw, den heer P. Stapel en aan den heer H. Koster, voorzitter der commis sie van toezicht. Ook heette spr. welkom de dames van de leden der vereeniging van oud-leerlingen van het landbouwonderwijs. Het onderwerp aldus spr. is geboren geworden door den nood der tijden. Spr. constateerde weinig opleving. Het is de regeering niet gelukt, verlichting te bren gen in de benarde tijdsomstandigheden; in tegendeel, wij zien gebeuren, dat enkele takken van landbouw, die nog bevredigend genoemd konden worden, zooals de tarwe- teelt, teruggeloopen zijn tot een peil, die niet meer loonend is. Na deze woorden sprak de heer Louwes zijn rede uit. De titel van het onderp, aldus spr., staat er zoo eenvoudig en nuchter; in werkelijk heid had er ook wel zoo ongeveer kunnen staan: een beschouwing over 's werelds beloop! Zoo uitgebreid en althans het ge- heele economische leven omvattend is dit onderwerp. Daarbij is de toekomst der landbouwcrisiswetgeving niet los te mken van haar verleden en van haar heden. Wil men de toekomst dus onder de oogen zien, dan kan niet worden nagelaten eerst ver leden en heden in vogelvlucht te bekijken. Komt men dan eindelijk tot de toekomst, dan zal men daarbij herhaaldelijk gebruik moeten worden gemaakt van de woorden „wanneer" of „indien". Daardoor vervalt veel van de stelligheid van het betoog; waar echter ook ten opzichte van de eco nomische toekomst geldt, dat wij in raad selen wandelen, daar zal die meerdere stelligheid wel tot de vrome wenschen blijven behooren. Op grond van deze dingen heb ik er van af gezien mijn lezing samen te vatten in een aaneengesloten betoog; in de volgende punten heb ik de gedachten zooveel mogelijk in logisch verband neergelegd. Ik vlei mij niet met de hoop daarbij volle dig te zijn geweest, mogen die punten wor den opgevat in den zin, zooals ik ze heb bedoeld: een aansporing tot eigen naden ken, een waarschuwing voor eenzijdigheid. t De landbouwcrisispolitiek. I. Het doel der landbouwcrisispolitik is door prijsregelende werking en productie voorschriften een zoo doelmatig mogelijke uitoefening van het Nederlandsche land bouwbedrijf in zijn meest uitgebreiden zin akkerbouw, veehouderij, tuinbouw, boschbouw mogelijk te maken. Uitkeeringen in eens, toegekend in ver band met den individueelen welstand, passen in dit beleid niet en zijn voor zijn goede ontwikkeling noodlottig. II. Bij het nastreven van dit doel gaat het niet in de eerste plaats om de indivi- dueele boeren- en tuindersbelangen, maar om het algemeen belang, dat de voortzet ting eener intensieve bodemexploitatie vordert. Behalve om stoffelijke belangen gaat het hierbij ook om geestelijke, sociale en staat kundige waarden, daar deze allen in ge vaar komen, als Nederland zijn boeren stand in belangrijke mate zou verliezen. Een verwaarloosde boerenstand is zeer moeilijk zoo het al mogelijk is te her scheppen. Engeland toont dat metterdaad. De prijsregelende werking. II. De noodzakelijkheid der prijsregelen de werking van de landbouwcrisiswetge ving rust vooral op drie feiten. Deze zijn: a. Een ontredderde wereldmarkt, waar op landbouwproducten worden verhandeld tegen prijzen, lie met de productiekosten geen verband houden. b. Een verstard binnenlandsch kosten- peil, veroorzaakt o.a. door: de samenwerking van patroons en ar beiders in de z.g. beschutte bedrijven. Dit systeem wankelt; zie bouwbedrijven en typografie; den politieken invloed der vakvereeni- gingen en van het lagere overheidsperso neel; ons stelsel van sociale voorziening, voor al by de werkloosheidsverzekering, de steunvérleening en de arbeidsbemiddeling; de vroegere politieke lusteloosheid van een groot deel van den Ne derlandschen boerenstand. c. Het verloren gaan van vrijen afzet in het buitenland, waardoor de leiding geven- den invloed van een groote vrije markt op de boeren-producenten verloren ging en zonder Overheidsbemoeiing stuipachtige veranderingen zich zouden voltrekken, (voorbeeld: de Nederlandsche varkenshou ders konden hun varkensproductie wel aanpassen, toen de groote, vrije Londen- sche markt in zijn prijzen aangaf of te veel of te weinig aanbod was; zy kunnen dit niet als bij Regeeringsbesluit op één dag die invoer met b.v. 50 pet. wordt vermin derd). De landbouwcrisiswetgeving. IV. De weg, waarlangs de landbouwcri siswetgeving zich heeft ontwikkeld, was de eenige, die metterdaad begaanbaar was. Men bedenke daarbij, dat: a. wij zelf en de openbare meening heel wat dingen nu anders en helderder zien, dan bijv. in 1930'32, toen de fundamen ten moesten worden gelegd; b. de machtsontwikkeling van onzen boerenstand op het terrein der politiek en der openbare meening van een geheel an dere is dan voor enkele jaren. V. Het landbouwcrisisbeleid is er wel in geslaagd den voortgang van de Nederland sche landbouwbedrijven te bewerken en heeft daarmede het algemeen belang ten zeerste gediend. Het is er niet in geslaagd voor den e- derlandschen boer-ondernemer een be hoorlijk bestaan te behouden. Deze is financieel zwaar getroffen bij harden ar beid en heeft velerwegen de grootste moeite zijn gezin een sober bestaan te ver schaffen. orzaken hiervan zijn: a. het te laat en onvoldoende ingrijpen; b. de beneden alle verwachtingen ge daalde wereldmarktprijzen; c. het in zoo sterke mate afknijpen van onzen agrarischen export; d. het niet verbreken van den ban der versterde kosten. VII. De noodzakelijkheid van de landbouw crisiswetgeving wordt door regeering, volksvertegenwoordiging en openbare meening vry algemeen aanvaard. De vraag voor de toekomst is dus niet zoozeer: zal er een landbouwcrisiswetgeving zyn maar, wel: hoe moet die wetgeving zijn? De aanpassing moet bestreden worden. VIII. In het heden en de nabije toekomst moet sterk worden bestreden de stelling, dat een vermindering van het totaal be drag der landbouwcrisishulp noodig is terwille van de noodige aanpassing in ons economisch leven. De landbouwenden stand is bij de aanpassing nog steeds een heel eind vooruit; als men elders dien achterstand heeft ingehaald, kan over een verdere aanpassing over de geheele linie worden gesproken. IX. De Nederlandsche boerenstand moet streven naar betere prijzen en lagere be drijfskosten, opdat de onbevredigende po sitie van den Nederlandschen boer en tuin der als ondernemer zoo spoedig mogelijk wordt verbeterd. Wij komen op dit gebied sterker te staan, omdat meer en meer het inzicht door breekt, dat een gezond nationaal econo misch leven slechts zal terug keeren a'- de belooning in den landbouw genoten en elders toegekend meer in harmonie worden gebracht. De bedryfsvrijheid. X. Het verlies aan bedryfsvrijheid, de last van de administratieve voorschriften en die der controle worden door den land bouw als een groot ongerief gevoeld, te meer omdat onjuistheden, willekeur en hier en daar corruptie niet te vermijden zyn, ja, onlosmakelijk verbonden zijn met een groote Overheidsbemoeiing met het bedrijfsleven. Het naaste doel, waarnaar de landbouw crisiswetgeving moet streven is behoud en verbetering van de productenpryzen by grootere bedrijfsvrijheid. By het nastreven van deze doeleinden moeten wij goed bedenken, dat het eerste doel behoud en verbetering der prijzen primair, het tweede vergrooting der bedryfsvrijheid secundair is en dat het tweede niet moet worden bereikt ten kos te van het eerste. Ook moeten wij ons er voor hoeden bij de gerechtvaardigde critiek op het be staande geen bondgenooten te worden van hen, die het crisisbeleid niet willen verbe teren doch afbreken en ontredderen. Het systeem-Smid. XI. Het stelsel der hoogere invoerrech ten het systeem Smid bezit dit juiste fundament, dat het een duidelijk verweer inhoudt tegen de jarenlang in ons land ge voerde onjuiste economische- en sociale politie, die meende bescherming van groo te bevolkingsgroepen in ons land te kunnen combineeren met het leggen van allerlei sociale lasten op de bedrijven en het voe ren van een vrijhandelspolitiek aan de landsgrenzen, rijhandel over de landsgren zen is mogelijk als er ook vrijhandel heerscht in het binnenlandsch economisch verkeer; tolmuren in het binnenland roe pen de tolmuren aan de landsgrenzen on vermijdelijk op. Naast dezen juisten theoretischen grond slag moet ernstig worden onderzocht hoe het met de practische bruikbaarheid staat. Hoogere invoerrechten. XII. Een stelsel van hooge invoerrech ten zou kunnen brengen: a. de gewenschte prijzen van die akker bouwproducten, waaraan wij een te kort hebben. Het is wenschelijk maatregelen te treffen tegen prijsinzinking na den oogst tijd en eveneens om de tarweregeling te behouden, daar deze een zekerder prijs brengst dan alleen invoerrechten; b. de gewenschte prijzen voor de veehou derijproducten, mits men de gelden heeft en de exportmogelijkheden om ons te veel aan zuivel, vleesch en eieren uit te voeren en mits men de productie weet te beheer - schen; c. de gewenschte prijzen voor export producten van den akkerbouw b.v. za- derijen, aardappels onder het voorbe houd by b gemaakt. XIII. Zoolang Nederland is een zoo dicht bevolkt land met allerlei versperde bestaandsmogelykheden, waardoor een te veel aan ingezetenen in den landbouw een bestaan moeten vinden, zal ook bij hooge re invoerrechten op landbouwproducten moeten worden gehandhaafd. „de toewijzingen van varkens en koelen en de bemoeiingen met de pluimveehou derij". Gebeurt dit niet, dan is het te vreezen, dat de veehouders, bij den strijd voor het behoud van hun veestapel, door te groote productie de handhaving van een redelijk prijspeil onmogelijk zullen maken. XIV. Bij een stelsel van hoogere invoer rechten zullen: a. die rogge-, gerst- en boonenverbouwers, die hun productie in eigen bedrijf opvoeren, de denaturatietoeslag missen en daardoor een geregelde inkomst, welke inkomst dan alleen in het eindproduct zal worden ge noten; b. meerdere bedrijfsmiddelen noodig zyn, daar b.v. voordat een varken, gevoerd van het duurder graan, kan worden verkocht, er meer geld in is gestoken, terwijl de denaturatieslag niet wordt ontvangen. c. de prijsregelingen voor de akkerbouw producten aanmerkelijk vereenvoudigd kun nen worden; d. prikkels ontstaan de productiviteit van den eigen bodem, met name van die van het grasland aanmerkelijk op te voeren. Welk stelsel. XV. T.O.V. het stelsel van hoogere invoer rechten zijn vier standpunten mogelijk en wel: a. het stelsel is goed; b. het huidige stelsel heeft zoo groote ge breken, dat een overgang naar een stelsel ook al is dat met risico's ver bonden gewettigd is; c. het stelsel kan geleidelijk worden inge voerd vooreerst met behoud der teeltregelingen naarmate men de prijzen der veehouderij producten be- heerscht; d. het stelsel is verkeerd. Mij schijnt het standpunt onder c aan gegeven, juist. XVI. De strijd om de twee systemen be hoeft allerminst tweedracht te brengen in de gelederen van den Nederlandschen boe renstand. In zakelijk overleg moet het beste worden gezocht. Met alle kracht moet er naar worden ge streefd, dat de boerenstand zijn rechtmati- gen invloed verkrijgt op de openbare mee ning en in de politiek, opdat politiek moge lijk worde, wat economisch noodwendig is. (Applaus). Mackt&edcfUen DE VEEMARKT. ALKMAAR, 13 Jan. 1936. Op de heden gehouden veemarkt waren aanvoer en prij zen als volgt: 80 Vette koeien 110190, handel redelijk; 4 Kalveren: gras 2836, vette 3245 en per K.G. 4560 cent; 51 Nuchtere kalveren (slacht) 515; 327 Vette varkens (per K.G.) 3438 cent Han del stug. AMSTERDAMSCHE VEEMARKT. AMSTERDAM, 13 Jan. 1936. Op de heden gehouden veemarkt waren aanvoer en prij zen als volgt: 564 Vette koeien, le kw. 48 52 cent, 2e kw. 4246 cent, 3e kw. 3240 cent per K.G. slachtgew.; 70 Melk- en kalf- koeien 160195; 117 Vette kalveren, 2e kw. 6070 cent en 3e kw. 4558 cent per K.G. levendgewicht; 51 Nuchtere kalveren 4.507.50; 69 Schapen en lammeren, resp. 16—20 en 12—15; 577 Varkens, vleeschvarkens, wegende van 90110 K.G. 4647 cent, zware varkens 4546 cent en vette varkens 4445 cent per K.G. slacht gew.; 25 Paarden 70—100. AMSTERDAMSCHE AARDAPPEL PRIJZEN. AMSTERDAM, 13 Jan. 1936. Op de heden gehouden aardappelenmarkt waren de prij zen als volgt: Zeeuwsche: bonten en blau wen 2.60—2.90, eigenheimers 2—2.25, poters 1.70—1.90; Friesche borgers 2 2.25; Andijker bonten en blauwen 2.30 2.50, Drentsche Zandaardappelen 2.10 2.30; Duinzand aardappelen 3.50 3.75. Alles per H.L. De aanvoer bedroeg 185600 K.G. BROEK OP LANGENDIJK, 13 Jan. '36. Aanvoer en prijzen waren heden als volgt: 14000 K.G. Uien: gele nep 3.80, gele drie ling 7090 cent; gele uien 1.60—2.20 en grove 1.902.30; 1000 K.G. Breekpeen 1.30; 6000 K.G. Roode kool 4.307.40; 3000 K.G. Gele kool 1—/ 7.40; 3600 K.G. D witte kool 0.70—5, alles per 100 K.G.; 450 stuks Andijvie 0.70—1 en 1200 stuks Ruige gele kool 0.50. W ARMENHUIZEN, 11 Jan. 1936. Roode kool le s. 5.20—7.80, 2 s. 2.60—7.50; Gele kool le s. 5.20—7.30, 2e s. 3.20— 6.50; D. witte kool le s. 4.30—5.30, 2e s. 2.204.50; Nep 3.70; Drielingen 7080 cent; Uien 1.80—2.10; Grove uien 2.10 2.20; Peen 1.60, kleine Peen 50 cent; Eigenheimers 2.50. Aanuvoer: 81600 K.G. Roode kool; 15200 K.G. Gele kool; 17700 K.G. D. witte kool; 625 K.G. Nep; 6250 K.G. Uien; 1375 K.G. Peen en 600 K.G. Aardappelen. NOORDSCHARWOUDE, 11 Jan. '36. 3200 K.G. Aardappelen: Eigenheimers 2, BI. eigenheimers 2.60—2.70, BI. Aardappelen 2.70—3; 17100 K.G. Uien: grove 1.90— 2.30, uien 1.902.10, drielingen ƒ0.80 1, gele nep 3.30—3.90; 96600 KG.. Roode kool 5.30—7.80, doorschot 3.807.20; 32600 K.G. Gele kool 4.10—7.10, door schot 3.70—6.50; 54600 K.G. D. witte kool 1.905.10, doorschot 2.10ƒ5, alles per 100 K.G. £udUoaact DE POSTVLUCHTEN. Het K. L. M.-vliegtuig Nachtegaal is op de uitreis te Rangoon aangekomen. Het K. L. M.-vliegtuig Kwak is op de thuisreis te Bangkok geland. De Oeverzwaluw is op de thuisreis in Athene aangekomen. De Perkoetoet is op uitreis te Salloum aangekomen. CUBAANSCH VLIEGER VOOR TOCHT NAAR SPANJE VERTROKKEN. Luitenant Menendez van de Cubaansche marine, is gisterochtend vroeg vertrokken voor een toch over den Atlantischen Oce aan met Spanje als einddoel. HET PUBLIEK EN DE SPOOR WEGEN. Dezer dagen lazen wij een ingezonden stuk van een reiziger die last ondervond toen hij van Haarlem naar Alkmaar wilde trekken met een autobus, en zooeven zag ik de klacht van den correspondent over een autobusdienst naar Heiloo. In storm en regen stonden reizigers daar ter plaatse te wachten, terwijl men eenvoudig de stop- plaats verhuisd had zonder het publiek daarmede in kennis te stellen. En ik moest lachen. Een net van spoorwegen doorkruist ons gansche mooie land. Dat bewoners van plaatsen welke niet aan een spoorlijn lig gen, gebruik maken van een autobus, is be grijpelijk, doch dat het reizend publiek zóó de voorkeur aan de bus geeft, dat de spoor wegen met een geweldig verlies moeten werken, een staatsbedrijf waar natuurlijk de belastingpenningen voor opgebracht moeten worden, vind ik meer dan dom. Na tuurlijk is dit een gevolg van gemakzucht en onnadenkendheid. Verleden jaar vertel de mij een dame uit Friesland, dat zy het betreurde, dat de locaaltrein van Leeuwar den naar Anjum opgeheven zal moeten worden en voegde er aan toe, dat ze, toen ze dit tegen een familielid had gezegd, van deze een danig standje had gekregen, om dat zij, wonende in een stopplaats vlak by het station, toch geregeld gebruik maakte van de bus, die voor de deur stopte. Is het niet gemakzucht om die vijf minuten niet te willen loopen en onnadenkend, dat men niet bedenkt, mede aan de opheffing van een goed geregelden spoorwegdienst schul dig te zijn, terwijl men het betreurt? Het Nederlandsche publiek zal het ook eenmaal betreuren, de voorkeur te hebben gegeven aan het initiatief van particuliere ondernemingen, die, met welke goede be doelingen misschien begonnen, niet op kun nen tegen 'n geregeld staatsbedrijf. Natuur lijk zal er by de spoorwegen ook wel eens iets haperen, wie werkt loopt de kans fou ten te maken, doch naar mijnen vaste over tuiging zal het publiek in de toekomst be rouw krijgen, als tenminste de regeering den moed niet heeft, krachtiger maatregelen te treffen, om het bedrijf dat aan hare hoede is toevertrouwd beter te beschermen. Twee verzuchtingen in één week; de menschen hebben echter gewoonlijk nog harder leer school noodig om hun eigen best te leeren kennen. U, mijnheer de redacteur, mijn dank voor de plaatsing. Stompetoren, 13 Jan. 1936. L. v. d. WAL—DE BOER. MONTESSORI-ONDERWIJS GEWENSCHT? Geachte Heer Redacteur! Met groote belangstelling heeft de afd. Alkmaar van het Ned. Onderw. Genootschap kennis genomen van de plannen tot oprich ting van een Montessori Voorber. school hier ter stede. Het Genootschap heeft immer groote waardeering voor oprechte pogingen om nieuwe banen te betreden in ons onderwijs systeem, dat niet mag verstarren. In nor male tijden zou ook deze poging zijn volle sympathie hebben, indien werkelijk bW dat een voldoend aantal ouders ber^ waren hun kinderen aan de proef te onfoj werpen. Evenwel dwingen de sombere tijden «m versobering op ieder gebied en speciaal n dat van het onderwijs. Het bestaande bro? kelt telkenmale af of houdt zich met moeit in stand. 't Is daarom, dat de afdeeling tot bea», nenheid wil manen en tot overzien van d" gevolgen, alvorens men overgaat tot h»! stichten van een nieuwe onderwijsgeleg»^ heid, waaraan momenteel geen dringend" behoefte bestaat. De afdeeling wenscht zich niet te mengej, in het debat over de methoden en wil fZ voorkeur uitspraken, noch voor die van d? Maria Montessori, noch voor die van jvu" drich Fröbel, welke sinds jaren tot gronk voldoening in de Alkmaarsche voort» scholen wordt toegepast. Slechts zy hier vbn meld, dat het meerendeel der Ned. opvoa. ders de Fröbelmethode vooralsnog verkiert. Vast staat evenwel, dat de verkregen reeS taten tot nu toe nog allerminst hebben be! wezen, dat de Montessori-methode zooveel voorkeur verdient, dat het bestaande goede, hetwelk door de tijdsomstandigheden reedt in moeilijkheden verkeert (zie de jaarreke ningen der R.K., Chr. en Neutrale voorber scholen) door oprichting van een nieuwe onderwysgelegenheid zijn bestaansstryd ver- zwaard moet zien. Men geve zich bovendien rekenschap van de consequentie. Kinderen, die een Mont, Kleuterschool hebben doorloopen, kunnen zich later, wanneer de leerplichtige leeftijd is aangebroken, zeer moeilyk aanpassen op scholen, waarin, gelijk te Alkmaar geschiedt, klassikaal onderwijs wordt gegeven. Van de Montess. Kleuterschool naar de Montess. lagere school is een gedwongen stap. Maar ook na het doorloopen van de Mont. Lagere school zyn de zwarigheden niet ten einde. De practyk heeft uitgewezen, dat de aan- sluiting van de Mont. scholen met de be- staande scholen voor Middelb. en Voorber. Hooger onderwijs zyn eigenaardige, groote bezwaren medebrengt. Zelfs zoo, dat men gedwongen is geworden, het Mont systeen ook voor het voortgezet onderwijs pasklaar te maken. 't Wil de afdeeling daarom voorkomen, dat men alvorens tot oprichting over te gaan, nog eens nauwkeurig dient te over wegen of het in dezen tijd raadzaam is den bestaansstrijd van het bestaande goede te verzwaren en de verbrokkeling van het onderwijs te vergrooten. U, mijnheer de Redacteur, beleefd dank zeggend voor de genoten gastvrijheid. Hoogachtend, Het bestuur der afd. Alkmaar cJl N. O. G. van Maandag 13 Januari 1936. OPGAVE VAN NOORDHOLLANDSCH LANDBOUWCREDIET N. V. (Ontvangen per draadlooze telefoon). Koers van heden té 1931 1934 1934 1934 A 1930 STAATSLEENINGEN. 4 NederL 4 4 Ned.-lndië 4 5)4 Duitschland Idem met kettingverklaring BAN K-IN STELLINGEN. Amsterd Bank Handel Mpi) CerL v. 250 Koloniale Bank Ned. Ind Handelsbank Rotterd. Bank INDUSTR. OND. B1NNENL Alg Kunstzijde Unie v. Berkels Patent Calvè Delft CerL NederL bord ex. 40 afsL Philips Gloeil. Gem Bezit Unilever INDUSTR. OND. BUITENL. Am Smelting Anaconda Betbleh Steel Cities Service Steel comm. U. S. Leatber CULTUUR MAATSCH. a. V. A Java Cultuur Ned Ind. Suiker Unie Vorstenlanden Dito actions MIJNBOUW. Alg bxplor. Mij. Redjang Lebong PETROLEUM. Uordtscbe Petr K.üo retr. t Per lak Phillips Oil Sbell Union RUBBERS. Amsterd. Rubber Deli Bat. Rubber Hessa Ru. ber Oostkust Serbadiadi lnterc. Rubber SCHEEPVAARTEN. Kon. Ned Stoomboot Scheepvaart Unie TABAKKEN 1 Deli Batavia Oude Delij Senembah AMER SPOORWEGEN. 1 Atchison iopeka Southern Railvv CerL Union Pacific RNoteering per 50 x) ex coupon 4-Exclaim PROLONGATIE V 'Exdividend. Vorige koers 99%, 22%, 24 113'/. 12*'/$ 51»/. 8 109 26i/4 4' 6G% 245 '2 loom/u 36 17»/m Jl'Vis 2'/u 29*%, 241 131 115 24'/, 14 20 168 2 8 pl.m. 1.30 pl.m. 1.45 99%, 99% 99%, 99% 98i-u/u 984-% 22'/, 22% 24% 237,-7, 130% 554 54 j 54% 90 89% 26% 61 247 223 221% 100% 174-7* 30% 2% 2 29»/* 29% 245 214%.5 135 133 119 114 2J 27% 26% 7 15.35 '68 pl.m. 2.00 99% 227. 130 54 89'/i-7. 60 221i 2} IO6V4 30»/w-f 29V* 254 119-20 1500 pl.B. 2.15 54'/, t>9V, 221'/, 105'/,- 17%, 30'/, 29V* 244% 136 119% 2«% 15.30 207 V, 21V, 94'/, 237. 9 12'/, "V, 184% 20'»/, 197 223'/, 95 9%-7* 11 li-V, 35% b6 2 12% 55 187 2L2 199 69'/* 2231/i 22''/, 223% 113% 69'/, 12 54% U3V, 09% 12% 54% 202% 113% I 54-J 202% 'ge koer, \X 2% I' Li, N.„.ï.,kNIET oma*EL Londen 1 Berlijn Parij. Brussel (Belga) Bazel Kopenhagen Stockholm Oelo Mad ld 1 Italië pCt Heden 2 Dl.KStN AMbi Vorige koers pCt M Koer, op 2 uur 1.46% 27% 59 22% 9 '2% 24.81 47 91 32 50 37 50 36 55 2015 00.00 Mft% 7 2 '9.20 '81 24 88 47 90 12 40 37 40 16 49 20 15 00.00

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 12