Amstecdamsche !Beucs
De crisis-bestrijding en de landbouw.
Jm veicnden Stukken
Land- en Tuinbouw
ü'/is
HJ'A
69
8 'V,
35
64%
1^»
41 Vu
9%
69%,
Van heinde en verre waren hedenmorgen
per auto en andere gelegenheid voor de
lezing, welk ir. H. D. Louwes voor de ver-
eeniging van oud-leerlingen van de rijks-
landbouwwinterschool zou houden, naar
Schagen gekomen.
De voorzitter, de heer P. Blaauboer, open
de de druk bezochte vergadering met een
woord van welkom aan den spreker, aan de
eere-leden, de heeren Smeding, Lienesch en
Visser, aan den voorzitter der Holl. Maatsch.
van landbouw, den heer P. Stapel en aan
den heer H. Koster, voorzitter der commis
sie van toezicht. Ook heette spr. welkom de
dames van de leden der vereeniging van
oud-leerlingen van het landbouwonderwijs.
Het onderwerp aldus spr. is geboren
geworden door den nood der tijden. Spr.
constateerde weinig opleving. Het is de
regeering niet gelukt, verlichting te bren
gen in de benarde tijdsomstandigheden; in
tegendeel, wij zien gebeuren, dat enkele
takken van landbouw, die nog bevredigend
genoemd konden worden, zooals de tarwe-
teelt, teruggeloopen zijn tot een peil, die
niet meer loonend is.
Na deze woorden sprak de heer Louwes
zijn rede uit.
De titel van het onderp, aldus spr., staat
er zoo eenvoudig en nuchter; in werkelijk
heid had er ook wel zoo ongeveer kunnen
staan: een beschouwing over 's werelds
beloop! Zoo uitgebreid en althans het ge-
heele economische leven omvattend is dit
onderwerp. Daarbij is de toekomst der
landbouwcrisiswetgeving niet los te mken
van haar verleden en van haar heden. Wil
men de toekomst dus onder de oogen zien,
dan kan niet worden nagelaten eerst ver
leden en heden in vogelvlucht te bekijken.
Komt men dan eindelijk tot de toekomst,
dan zal men daarbij herhaaldelijk gebruik
moeten worden gemaakt van de woorden
„wanneer" of „indien". Daardoor vervalt
veel van de stelligheid van het betoog;
waar echter ook ten opzichte van de eco
nomische toekomst geldt, dat wij in raad
selen wandelen, daar zal die meerdere
stelligheid wel tot de vrome wenschen
blijven behooren.
Op grond van deze dingen heb ik er van
af gezien mijn lezing samen te vatten in
een aaneengesloten betoog; in de volgende
punten heb ik de gedachten zooveel
mogelijk in logisch verband neergelegd.
Ik vlei mij niet met de hoop daarbij volle
dig te zijn geweest, mogen die punten wor
den opgevat in den zin, zooals ik ze heb
bedoeld: een aansporing tot eigen naden
ken, een waarschuwing voor eenzijdigheid.
t De landbouwcrisispolitiek.
I. Het doel der landbouwcrisispolitik is
door prijsregelende werking en productie
voorschriften een zoo doelmatig mogelijke
uitoefening van het Nederlandsche land
bouwbedrijf in zijn meest uitgebreiden zin
akkerbouw, veehouderij, tuinbouw,
boschbouw mogelijk te maken.
Uitkeeringen in eens, toegekend in ver
band met den individueelen welstand,
passen in dit beleid niet en zijn voor zijn
goede ontwikkeling noodlottig.
II. Bij het nastreven van dit doel gaat
het niet in de eerste plaats om de indivi-
dueele boeren- en tuindersbelangen, maar
om het algemeen belang, dat de voortzet
ting eener intensieve bodemexploitatie
vordert.
Behalve om stoffelijke belangen gaat het
hierbij ook om geestelijke, sociale en staat
kundige waarden, daar deze allen in ge
vaar komen, als Nederland zijn boeren
stand in belangrijke mate zou verliezen.
Een verwaarloosde boerenstand is zeer
moeilijk zoo het al mogelijk is te her
scheppen. Engeland toont dat metterdaad.
De prijsregelende werking.
II. De noodzakelijkheid der prijsregelen
de werking van de landbouwcrisiswetge
ving rust vooral op drie feiten. Deze zijn:
a. Een ontredderde wereldmarkt, waar
op landbouwproducten worden verhandeld
tegen prijzen, lie met de productiekosten
geen verband houden.
b. Een verstard binnenlandsch kosten-
peil, veroorzaakt o.a. door:
de samenwerking van patroons en ar
beiders in de z.g. beschutte bedrijven. Dit
systeem wankelt; zie bouwbedrijven en
typografie;
den politieken invloed der vakvereeni-
gingen en van het lagere overheidsperso
neel;
ons stelsel van sociale voorziening, voor
al by de werkloosheidsverzekering, de
steunvérleening en de arbeidsbemiddeling;
de vroegere politieke lusteloosheid van
een groot deel van den Ne derlandschen
boerenstand.
c. Het verloren gaan van vrijen afzet in
het buitenland, waardoor de leiding geven-
den invloed van een groote vrije markt op
de boeren-producenten verloren ging en
zonder Overheidsbemoeiing stuipachtige
veranderingen zich zouden voltrekken,
(voorbeeld: de Nederlandsche varkenshou
ders konden hun varkensproductie wel
aanpassen, toen de groote, vrije Londen-
sche markt in zijn prijzen aangaf of te veel
of te weinig aanbod was; zy kunnen dit
niet als bij Regeeringsbesluit op één dag
die invoer met b.v. 50 pet. wordt vermin
derd).
De landbouwcrisiswetgeving.
IV. De weg, waarlangs de landbouwcri
siswetgeving zich heeft ontwikkeld, was de
eenige, die metterdaad begaanbaar was.
Men bedenke daarbij, dat:
a. wij zelf en de openbare meening heel
wat dingen nu anders en helderder zien,
dan bijv. in 1930'32, toen de fundamen
ten moesten worden gelegd;
b. de machtsontwikkeling van onzen
boerenstand op het terrein der politiek en
der openbare meening van een geheel an
dere is dan voor enkele jaren.
V. Het landbouwcrisisbeleid is er wel in
geslaagd den voortgang van de Nederland
sche landbouwbedrijven te bewerken en
heeft daarmede het algemeen belang ten
zeerste gediend.
Het is er niet in geslaagd voor den e-
derlandschen boer-ondernemer een be
hoorlijk bestaan te behouden. Deze is
financieel zwaar getroffen bij harden ar
beid en heeft velerwegen de grootste
moeite zijn gezin een sober bestaan te ver
schaffen.
orzaken hiervan zijn:
a. het te laat en onvoldoende ingrijpen;
b. de beneden alle verwachtingen ge
daalde wereldmarktprijzen;
c. het in zoo sterke mate afknijpen van
onzen agrarischen export;
d. het niet verbreken van den ban der
versterde kosten.
VII. De noodzakelijkheid van de landbouw
crisiswetgeving wordt door regeering,
volksvertegenwoordiging en openbare
meening vry algemeen aanvaard. De vraag
voor de toekomst is dus niet zoozeer: zal er
een landbouwcrisiswetgeving zyn maar,
wel: hoe moet die wetgeving zijn?
De aanpassing moet bestreden
worden.
VIII. In het heden en de nabije toekomst
moet sterk worden bestreden de stelling,
dat een vermindering van het totaal be
drag der landbouwcrisishulp noodig is
terwille van de noodige aanpassing in ons
economisch leven. De landbouwenden
stand is bij de aanpassing nog steeds een
heel eind vooruit; als men elders dien
achterstand heeft ingehaald, kan over een
verdere aanpassing over de geheele linie
worden gesproken.
IX. De Nederlandsche boerenstand moet
streven naar betere prijzen en lagere be
drijfskosten, opdat de onbevredigende po
sitie van den Nederlandschen boer en tuin
der als ondernemer zoo spoedig mogelijk
wordt verbeterd.
Wij komen op dit gebied sterker te staan,
omdat meer en meer het inzicht door
breekt, dat een gezond nationaal econo
misch leven slechts zal terug keeren a'- de
belooning in den landbouw genoten en
elders toegekend meer in harmonie worden
gebracht.
De bedryfsvrijheid.
X. Het verlies aan bedryfsvrijheid, de
last van de administratieve voorschriften
en die der controle worden door den land
bouw als een groot ongerief gevoeld, te
meer omdat onjuistheden, willekeur en
hier en daar corruptie niet te vermijden
zyn, ja, onlosmakelijk verbonden zijn met
een groote Overheidsbemoeiing met het
bedrijfsleven.
Het naaste doel, waarnaar de landbouw
crisiswetgeving moet streven is behoud en
verbetering van de productenpryzen by
grootere bedrijfsvrijheid.
By het nastreven van deze doeleinden
moeten wij goed bedenken, dat het eerste
doel behoud en verbetering der prijzen
primair, het tweede vergrooting der
bedryfsvrijheid secundair is en dat het
tweede niet moet worden bereikt ten kos
te van het eerste.
Ook moeten wij ons er voor hoeden bij
de gerechtvaardigde critiek op het be
staande geen bondgenooten te worden van
hen, die het crisisbeleid niet willen verbe
teren doch afbreken en ontredderen.
Het systeem-Smid.
XI. Het stelsel der hoogere invoerrech
ten het systeem Smid bezit dit juiste
fundament, dat het een duidelijk verweer
inhoudt tegen de jarenlang in ons land ge
voerde onjuiste economische- en sociale
politie, die meende bescherming van groo
te bevolkingsgroepen in ons land te kunnen
combineeren met het leggen van allerlei
sociale lasten op de bedrijven en het voe
ren van een vrijhandelspolitiek aan de
landsgrenzen, rijhandel over de landsgren
zen is mogelijk als er ook vrijhandel
heerscht in het binnenlandsch economisch
verkeer; tolmuren in het binnenland roe
pen de tolmuren aan de landsgrenzen on
vermijdelijk op.
Naast dezen juisten theoretischen grond
slag moet ernstig worden onderzocht hoe
het met de practische bruikbaarheid staat.
Hoogere invoerrechten.
XII. Een stelsel van hooge invoerrech
ten zou kunnen brengen:
a. de gewenschte prijzen van die akker
bouwproducten, waaraan wij een te kort
hebben. Het is wenschelijk maatregelen te
treffen tegen prijsinzinking na den oogst
tijd en eveneens om de tarweregeling te
behouden, daar deze een zekerder prijs
brengst dan alleen invoerrechten;
b. de gewenschte prijzen voor de veehou
derijproducten, mits men de gelden heeft
en de exportmogelijkheden om ons te veel
aan zuivel, vleesch en eieren uit te voeren
en mits men de productie weet te beheer -
schen;
c. de gewenschte prijzen voor export
producten van den akkerbouw b.v. za-
derijen, aardappels onder het voorbe
houd by b gemaakt.
XIII. Zoolang Nederland is een zoo
dicht bevolkt land met allerlei versperde
bestaandsmogelykheden, waardoor een te
veel aan ingezetenen in den landbouw een
bestaan moeten vinden, zal ook bij hooge
re invoerrechten op landbouwproducten
moeten worden gehandhaafd.
„de toewijzingen van varkens en koelen
en de bemoeiingen met de pluimveehou
derij".
Gebeurt dit niet, dan is het te vreezen,
dat de veehouders, bij den strijd voor het
behoud van hun veestapel, door te groote
productie de handhaving van een redelijk
prijspeil onmogelijk zullen maken.
XIV. Bij een stelsel van hoogere invoer
rechten zullen:
a. die rogge-, gerst- en boonenverbouwers,
die hun productie in eigen bedrijf opvoeren,
de denaturatietoeslag missen en daardoor
een geregelde inkomst, welke inkomst dan
alleen in het eindproduct zal worden ge
noten;
b. meerdere bedrijfsmiddelen noodig zyn,
daar b.v. voordat een varken, gevoerd van
het duurder graan, kan worden verkocht,
er meer geld in is gestoken, terwijl de
denaturatieslag niet wordt ontvangen.
c. de prijsregelingen voor de akkerbouw
producten aanmerkelijk vereenvoudigd kun
nen worden;
d. prikkels ontstaan de productiviteit van
den eigen bodem, met name van die van het
grasland aanmerkelijk op te voeren.
Welk stelsel.
XV. T.O.V. het stelsel van hoogere invoer
rechten zijn vier standpunten mogelijk en
wel:
a. het stelsel is goed;
b. het huidige stelsel heeft zoo groote ge
breken, dat een overgang naar een
stelsel ook al is dat met risico's ver
bonden gewettigd is;
c. het stelsel kan geleidelijk worden inge
voerd vooreerst met behoud der
teeltregelingen naarmate men de
prijzen der veehouderij producten be-
heerscht;
d. het stelsel is verkeerd.
Mij schijnt het standpunt onder c aan
gegeven, juist.
XVI. De strijd om de twee systemen be
hoeft allerminst tweedracht te brengen in
de gelederen van den Nederlandschen boe
renstand. In zakelijk overleg moet het beste
worden gezocht.
Met alle kracht moet er naar worden ge
streefd, dat de boerenstand zijn rechtmati-
gen invloed verkrijgt op de openbare mee
ning en in de politiek, opdat politiek moge
lijk worde, wat economisch noodwendig is.
(Applaus).
Mackt&edcfUen
DE VEEMARKT.
ALKMAAR, 13 Jan. 1936. Op de heden
gehouden veemarkt waren aanvoer en prij
zen als volgt: 80 Vette koeien 110190,
handel redelijk; 4 Kalveren: gras 2836,
vette 3245 en per K.G. 4560 cent; 51
Nuchtere kalveren (slacht) 515; 327
Vette varkens (per K.G.) 3438 cent Han
del stug.
AMSTERDAMSCHE VEEMARKT.
AMSTERDAM, 13 Jan. 1936. Op de heden
gehouden veemarkt waren aanvoer en prij
zen als volgt: 564 Vette koeien, le kw. 48
52 cent, 2e kw. 4246 cent, 3e kw. 3240
cent per K.G. slachtgew.; 70 Melk- en kalf-
koeien 160195; 117 Vette kalveren, 2e
kw. 6070 cent en 3e kw. 4558 cent per
K.G. levendgewicht; 51 Nuchtere kalveren
4.507.50; 69 Schapen en lammeren,
resp. 16—20 en 12—15; 577 Varkens,
vleeschvarkens, wegende van 90110 K.G.
4647 cent, zware varkens 4546 cent en
vette varkens 4445 cent per K.G. slacht
gew.; 25 Paarden 70—100.
AMSTERDAMSCHE AARDAPPEL
PRIJZEN.
AMSTERDAM, 13 Jan. 1936. Op de heden
gehouden aardappelenmarkt waren de prij
zen als volgt: Zeeuwsche: bonten en blau
wen 2.60—2.90, eigenheimers 2—2.25,
poters 1.70—1.90; Friesche borgers 2
2.25; Andijker bonten en blauwen 2.30
2.50, Drentsche Zandaardappelen 2.10
2.30; Duinzand aardappelen 3.50
3.75. Alles per H.L. De aanvoer bedroeg
185600 K.G.
BROEK OP LANGENDIJK, 13 Jan. '36.
Aanvoer en prijzen waren heden als volgt:
14000 K.G. Uien: gele nep 3.80, gele drie
ling 7090 cent; gele uien 1.60—2.20 en
grove 1.902.30; 1000 K.G. Breekpeen
1.30; 6000 K.G. Roode kool 4.307.40;
3000 K.G. Gele kool 1—/ 7.40; 3600 K.G.
D witte kool 0.70—5, alles per 100 K.G.;
450 stuks Andijvie 0.70—1 en 1200 stuks
Ruige gele kool 0.50.
W ARMENHUIZEN, 11 Jan. 1936. Roode
kool le s. 5.20—7.80, 2 s. 2.60—7.50;
Gele kool le s. 5.20—7.30, 2e s. 3.20—
6.50; D. witte kool le s. 4.30—5.30, 2e s.
2.204.50; Nep 3.70; Drielingen 7080
cent; Uien 1.80—2.10; Grove uien 2.10
2.20; Peen 1.60, kleine Peen 50 cent;
Eigenheimers 2.50.
Aanuvoer: 81600 K.G. Roode kool; 15200
K.G. Gele kool; 17700 K.G. D. witte kool;
625 K.G. Nep; 6250 K.G. Uien; 1375 K.G.
Peen en 600 K.G. Aardappelen.
NOORDSCHARWOUDE, 11 Jan. '36. 3200
K.G. Aardappelen: Eigenheimers 2, BI.
eigenheimers 2.60—2.70, BI. Aardappelen
2.70—3; 17100 K.G. Uien: grove 1.90—
2.30, uien 1.902.10, drielingen ƒ0.80
1, gele nep 3.30—3.90; 96600 KG.. Roode
kool 5.30—7.80, doorschot 3.807.20;
32600 K.G. Gele kool 4.10—7.10, door
schot 3.70—6.50; 54600 K.G. D. witte kool
1.905.10, doorschot 2.10ƒ5, alles per
100 K.G.
£udUoaact
DE POSTVLUCHTEN.
Het K. L. M.-vliegtuig Nachtegaal is op
de uitreis te Rangoon aangekomen.
Het K. L. M.-vliegtuig Kwak is op de
thuisreis te Bangkok geland.
De Oeverzwaluw is op de thuisreis in
Athene aangekomen.
De Perkoetoet is op uitreis te Salloum
aangekomen.
CUBAANSCH VLIEGER VOOR TOCHT
NAAR SPANJE VERTROKKEN.
Luitenant Menendez van de Cubaansche
marine, is gisterochtend vroeg vertrokken
voor een toch over den Atlantischen Oce
aan met Spanje als einddoel.
HET PUBLIEK EN DE SPOOR
WEGEN.
Dezer dagen lazen wij een ingezonden
stuk van een reiziger die last ondervond
toen hij van Haarlem naar Alkmaar wilde
trekken met een autobus, en zooeven zag
ik de klacht van den correspondent over
een autobusdienst naar Heiloo. In storm en
regen stonden reizigers daar ter plaatse te
wachten, terwijl men eenvoudig de stop-
plaats verhuisd had zonder het publiek
daarmede in kennis te stellen. En ik moest
lachen. Een net van spoorwegen doorkruist
ons gansche mooie land. Dat bewoners van
plaatsen welke niet aan een spoorlijn lig
gen, gebruik maken van een autobus, is be
grijpelijk, doch dat het reizend publiek zóó
de voorkeur aan de bus geeft, dat de spoor
wegen met een geweldig verlies moeten
werken, een staatsbedrijf waar natuurlijk
de belastingpenningen voor opgebracht
moeten worden, vind ik meer dan dom. Na
tuurlijk is dit een gevolg van gemakzucht
en onnadenkendheid. Verleden jaar vertel
de mij een dame uit Friesland, dat zy het
betreurde, dat de locaaltrein van Leeuwar
den naar Anjum opgeheven zal moeten
worden en voegde er aan toe, dat ze, toen
ze dit tegen een familielid had gezegd, van
deze een danig standje had gekregen, om
dat zij, wonende in een stopplaats vlak by
het station, toch geregeld gebruik maakte
van de bus, die voor de deur stopte. Is het
niet gemakzucht om die vijf minuten niet te
willen loopen en onnadenkend, dat men
niet bedenkt, mede aan de opheffing van
een goed geregelden spoorwegdienst schul
dig te zijn, terwijl men het betreurt?
Het Nederlandsche publiek zal het ook
eenmaal betreuren, de voorkeur te hebben
gegeven aan het initiatief van particuliere
ondernemingen, die, met welke goede be
doelingen misschien begonnen, niet op kun
nen tegen 'n geregeld staatsbedrijf. Natuur
lijk zal er by de spoorwegen ook wel eens
iets haperen, wie werkt loopt de kans fou
ten te maken, doch naar mijnen vaste over
tuiging zal het publiek in de toekomst be
rouw krijgen, als tenminste de regeering
den moed niet heeft, krachtiger maatregelen
te treffen, om het bedrijf dat aan hare hoede
is toevertrouwd beter te beschermen. Twee
verzuchtingen in één week; de menschen
hebben echter gewoonlijk nog harder leer
school noodig om hun eigen best te leeren
kennen.
U, mijnheer de redacteur, mijn dank voor
de plaatsing.
Stompetoren, 13 Jan. 1936.
L. v. d. WAL—DE BOER.
MONTESSORI-ONDERWIJS
GEWENSCHT?
Geachte Heer Redacteur!
Met groote belangstelling heeft de afd.
Alkmaar van het Ned. Onderw. Genootschap
kennis genomen van de plannen tot oprich
ting van een Montessori Voorber. school
hier ter stede.
Het Genootschap heeft immer groote
waardeering voor oprechte pogingen om
nieuwe banen te betreden in ons onderwijs
systeem, dat niet mag verstarren. In nor
male tijden zou ook deze poging zijn volle
sympathie hebben, indien werkelijk bW
dat een voldoend aantal ouders ber^
waren hun kinderen aan de proef te onfoj
werpen.
Evenwel dwingen de sombere tijden «m
versobering op ieder gebied en speciaal n
dat van het onderwijs. Het bestaande bro?
kelt telkenmale af of houdt zich met moeit
in stand.
't Is daarom, dat de afdeeling tot bea»,
nenheid wil manen en tot overzien van d"
gevolgen, alvorens men overgaat tot h»!
stichten van een nieuwe onderwijsgeleg»^
heid, waaraan momenteel geen dringend"
behoefte bestaat.
De afdeeling wenscht zich niet te
mengej,
in het debat over de methoden en wil fZ
voorkeur uitspraken, noch voor die van d?
Maria Montessori, noch voor die van jvu"
drich Fröbel, welke sinds jaren tot gronk
voldoening in de Alkmaarsche voort»
scholen wordt toegepast. Slechts zy hier vbn
meld, dat het meerendeel der Ned. opvoa.
ders de Fröbelmethode vooralsnog verkiert.
Vast staat evenwel, dat de verkregen reeS
taten tot nu toe nog allerminst hebben be!
wezen, dat de Montessori-methode zooveel
voorkeur verdient, dat het bestaande
goede,
hetwelk door de tijdsomstandigheden reedt
in moeilijkheden verkeert (zie de jaarreke
ningen der R.K., Chr. en Neutrale voorber
scholen) door oprichting van een nieuwe
onderwysgelegenheid zijn bestaansstryd ver-
zwaard moet zien.
Men geve zich bovendien rekenschap van
de consequentie. Kinderen, die een Mont,
Kleuterschool hebben doorloopen, kunnen
zich later, wanneer de leerplichtige leeftijd
is aangebroken, zeer moeilyk aanpassen op
scholen, waarin, gelijk te Alkmaar geschiedt,
klassikaal onderwijs wordt gegeven. Van de
Montess. Kleuterschool naar de Montess.
lagere school is een gedwongen stap. Maar
ook na het doorloopen van de Mont. Lagere
school zyn de zwarigheden niet ten einde.
De practyk heeft uitgewezen, dat de aan-
sluiting van de Mont. scholen met de be-
staande scholen voor Middelb. en Voorber.
Hooger onderwijs zyn eigenaardige, groote
bezwaren medebrengt. Zelfs zoo, dat men
gedwongen is geworden, het Mont systeen
ook voor het voortgezet onderwijs pasklaar
te maken.
't Wil de afdeeling daarom voorkomen,
dat men alvorens tot oprichting over te
gaan, nog eens nauwkeurig dient te over
wegen of het in dezen tijd raadzaam is den
bestaansstrijd van het bestaande goede te
verzwaren en de verbrokkeling van het
onderwijs te vergrooten.
U, mijnheer de Redacteur, beleefd dank
zeggend voor de genoten gastvrijheid.
Hoogachtend,
Het bestuur der afd. Alkmaar cJl
N. O. G.
van Maandag 13 Januari 1936.
OPGAVE VAN NOORDHOLLANDSCH LANDBOUWCREDIET N. V.
(Ontvangen per draadlooze telefoon).
Koers van heden té
1931
1934
1934
1934 A
1930
STAATSLEENINGEN.
4 NederL
4
4 Ned.-lndië
4
5)4 Duitschland
Idem met kettingverklaring
BAN K-IN STELLINGEN.
Amsterd Bank
Handel Mpi) CerL v. 250
Koloniale Bank
Ned. Ind Handelsbank
Rotterd. Bank
INDUSTR. OND. B1NNENL
Alg Kunstzijde Unie
v. Berkels Patent
Calvè Delft CerL
NederL bord ex. 40 afsL
Philips Gloeil. Gem Bezit
Unilever
INDUSTR. OND. BUITENL.
Am Smelting
Anaconda
Betbleh Steel
Cities Service
Steel comm.
U. S. Leatber
CULTUUR MAATSCH.
a. V. A
Java Cultuur
Ned Ind. Suiker Unie
Vorstenlanden
Dito actions
MIJNBOUW.
Alg bxplor. Mij.
Redjang Lebong
PETROLEUM.
Uordtscbe Petr
K.üo retr. t
Per lak
Phillips Oil
Sbell Union
RUBBERS.
Amsterd. Rubber
Deli Bat. Rubber
Hessa Ru. ber
Oostkust
Serbadiadi
lnterc. Rubber
SCHEEPVAARTEN.
Kon. Ned Stoomboot
Scheepvaart Unie
TABAKKEN 1
Deli Batavia
Oude Delij
Senembah
AMER SPOORWEGEN. 1
Atchison iopeka
Southern Railvv CerL
Union Pacific
RNoteering per 50 x) ex coupon
4-Exclaim PROLONGATIE V
'Exdividend.
Vorige
koers
99%,
22%,
24
113'/.
12*'/$
51»/.
8
109
26i/4
4'
6G%
245
'2
loom/u
36
17»/m
Jl'Vis
2'/u
29*%,
241
131
115
24'/,
14 20
168
2 8
pl.m.
1.30
pl.m.
1.45
99%,
99%
99%,
99%
98i-u/u
984-%
22'/,
22%
24%
237,-7,
130%
554 54 j
54%
90
89%
26%
61
247
223
221%
100%
174-7*
30%
2%
2
29»/*
29%
245
214%.5
135
133
119
114 2J
27%
26% 7
15.35
'68
pl.m.
2.00
99%
227.
130
54
89'/i-7.
60
221i 2}
IO6V4
30»/w-f
29V*
254
119-20
1500
pl.B.
2.15
54'/,
t>9V,
221'/,
105'/,-
17%,
30'/,
29V*
244%
136
119%
2«%
15.30
207 V,
21V,
94'/,
237.
9
12'/,
"V,
184%
20'»/,
197
223'/,
95
9%-7*
11 li-V,
35%
b6
2
12%
55
187
2L2
199
69'/*
2231/i 22''/, 223%
113%
69'/,
12
54%
U3V,
09%
12%
54%
202%
113% I
54-J
202%
'ge koer,
\X
2%
I' Li,
N.„.ï.,kNIET oma*EL
Londen 1
Berlijn
Parij.
Brussel (Belga)
Bazel
Kopenhagen
Stockholm
Oelo
Mad ld 1
Italië
pCt Heden 2
Dl.KStN AMbi
Vorige
koers
pCt
M
Koer, op
2 uur
1.46%
27%
59 22%
9 '2%
24.81
47 91
32 50
37 50
36 55
2015
00.00
Mft%
7 2
'9.20
'81
24 88
47 90
12 40
37 40
16 49
20 15
00.00