Wetsontwerpen defensiebegrooting afgehandeld. 's Nachts opstaan DE OORLOG IN OOST-AFRIKA. ALKMAARSCHE COURANT van VRIJDAG 14 FEBRUARI 1036 Tweede Kamer Uitvoerige verdediging door dr. Colijn. Aanval van mr. Duijs op de S. D. A. P. en antwoord van ir. Albarda. Oude citaten tellen niet meer. Korting spoorwegpensioenen aangenomen. ^Buitenland Onze ambulance werkt. Overdag felle zon, 's nachts westersche koude. Het wintert in Europa. Duitsche bijbelvertaling. Den Haag, 13 Februari. Nadat negentien afgevaardigden over de wetsontwerpen tot instelling van een defen siefonds en tot vaststelling van de begroo ting hiervan het woord hadden gevoerd, heeft minister C o 1 ij n een rede gehouden. Hij maakte zich al aanstonds heel aardig af van vier sprekers, de heeren VanHouten (c.d.), Arts (k.d.p.), Sneevliet (r.s.) en De Visser (c.p.), wier standpunten, zeide Z.Exc., te ver van het zijne waren ver wijderd, dan dat men met elkaar kon dis- cussiëeren. Toen beide laatstgenoemde leden bij de replieken hiermede niet tevreden bleken, verklaarde Z.Exc., dat, als van twee mannen één te Parijs en de ander in Den Haag stond en beiden geen andere wapenen dan revolvers hadden, zij niet op elkaar moesten gaan schieten, omdat zij elkaar toch niet zouden raken. De minister vertelde voorts, dat hij van 1911 tot 1913 en ook bij de behandeling van de vlootwet als de grootste militarist in ons land over de tong was gegaan en dat hij zich nu te verdedigen had tegen twee fron ten, waarvan Hij volgens het eene te ver, volgens het andere niet ver genoeg gaat. Beiden partijen hield hij voor, dat op de regeering tweeërlei taak rust: zorg voor een behoorlijke bewapening en zorg voor een gezonden financiëelen toestand. Hij legde er voorts den nadruk op, dat de militaire voorzieningen, welke genomen worden, tegen geen enkel bepaald land gericht zijn en dat wij geen onzer naburen verdenken, ons opzettelijk te willen aanvallen. En nie mand zal, naar wij vertrouwen, twijfelen aan wat Z.Exc. hierop liet volgen, namelijk dat de regeering haar voorstellen niet onder den invloed van persbeschouwingen heeft ingediend. Dit in verband met artikelen van den Amerikaanschen journalist Mowrer over de bewapening van Duitschland, on langs in Nederlandsche dagbladen ver schenen. De bewindsman herinnerde verder aan de mislukking der ontwapeningsconfe rentie, aan de hierop gevolgde herbewape ning van Duitschland, gevolgd door een bewapeningswedstrijd van tal van landen, en aan de internationale spanningen, waar mede dit gepaard gaat. Hij ging de ver schillende onderdeelen van het materieel na, waarvan de regeering aanschaffing voorstelt. In den modernen tijd kunnen de strijdkrachten zich met groote snelheid verplaatsen en daarom moeten er in onze grensgebieden kazematten worden gemaakt, van waaruit den vijand het binnendringen in ons land moet worden belet, gedurende welken tijd de mobilisatie erachter redelijk zal kunnen verloopen. Hun, die een perma nente bezetting van de kazematten wensch- ten, antwoordde Z.Exc., dat hier geen geld voor is. Met betrekking tot de vraag, wat een verbetering van de Indische maritieme defensie kost (bij deze wetsontwerpen niet betrokken) deelde de minister nu alleen mede, dat, als de achterstand van het marinematerieel wordt ingehaald en ge zorgd wordt, dat geen nieuwe achterstand ontstaat, hiermede, de salarissen volgens hun tegenwoordige hoogte gerekend, vijftien millioen gemoeid zal zijn. De instelling van het fonds, waartegen zoovelen bezwaar gevoelen, verdedigde de bewindsman met een beroep op den finan- cieelen toestand, welke het onmogelijk maakt, de kosten uit de gewone begro tingsmiddelen te dekken. De leening aan het fonds moet, zooals men weet, in twintig jaar worden afgelost, maar de minister is niet bang, dat wij, als het materieel niet meer bestaat, er nog voor zullen moeten betalen. Hy noemde eerbiedwaardige leeftijden op, welke verschillende soorten materieel kun nen bereiken, verscheidene de twintig jaar naderend of dien tijdsduur overtreffende. Overigens betoogde hy, dat in zijn voorstel niet, zooals in de vlootwet van '23 een aan schaffingsschema voor vele jaren wordt vastgelegd. Wij vernamen nog, dat onze eigen industrie tachtig percent van het mate riaal voor de marine zal kunnen maken. Welk deel zy van het landmachtmateriaal vervaardigen kan, wordt nog onderzocht. Mr. Duys (partijloos) heeft het noodig gevonden, een'on ver k wikkelij ken aanval'te doen op de S. D. A. F., waarvan hy slechts korten tijd geleden nog deel uitmaakte. Smalend liet hij zich uit over een verkla ring, door ir. Albarda (s.d.) afgelegd, name lijk dat men zich tegen buitenlandsch ge weld behoorlijk moet kunnen verzetten. Hij weidde uit over de dubbelzinnigheid van de S. D. A. P., die inzake de vraag, of zij mili taire landsverdediging geoorloofd acht, geen klaren wijn schenkt. Hij erkende, dat hij zelf vroeger verkeerd had gehandeld, maar zeide, dat hem de oogen waren opengegaan, terwijl die der S. D. A. P. nog maar half open waren. Hij zou haar echter met een watje met sla-olie den slaap uit de oogen wrijven! Mr. Duys prees minister Colijn, die den moed had gehad, in dezen tijd dit wets ontwerp te verdedigen, en kondigde aan, met liefde ervoor te zullen stemmen. Tevoren had de heer A m e 1 i n k (a.r.) de S. D. A. P. als dubbelzinnig bestreden, maar dit was een zakelijke aanval, zooals men van een tegenstander verwachten kan. Mr. Duys echter mist reeds de sympathie van een groot deel der Kamer, omdat hij een zetel bezet houdt, welken hij dankt aan de S. D. A. P., die hij nu bestrijdt. Men neemt voorts in aanmerking, dat hij zich sedert jaren alles behalve door activiteit onder scheidt en eerst weer eens in het geweer kwam, nu hij zijn vroegere partijgenooten kon bestrijden. Vele sociaal-democraten zaten zwijgend, mét roode gezichten. De houding van een groot deel van het overige gehoor was zeer gereserveerd. Maar weini gen lachten om mr. Duys' grapjes. Hoewel de leden der sociaal-democratische fractie en mr. Duys elkaar in den persoonlijken om gang in de Kamer negeeren, heeft ir. Albarda mr. Duys' aanval niet onbeant woord gelaten. Hij herinnerde eraan, dat in vroeger jaren mr. Duys hen in bescherming heeft genomen, die „de buiteling van Troelstra en Vliegen" inzake de landsver dediging niet aanstonds konden meemaken. In een partij conferentie in het voorjaar van 1918 was, naar ir. Albarda onthulde, mr. Duys ertegen om, als ons land zou worden aangevallen, te vechten: „Beter een levende Duitscher dan een doode Nederlander", zeide hy toen Mr. D u y s repliceerde, dat hy zich van citaten van twintig jaar geleden niets aantrok en dat ir. Albarda in zyn jonge jaren door zyn Marxisme Troelstra het leven gruwelijk had verzuurd. De gedachten wisse ling werd, zooals men bemerkt, steeds on verkwikkelijker. Moge een herhaling ervan ons bespaard blijven. Minister Colijn zeide, minder ongunsig dan mr. Duys te denken over het feit, dat ir. Albarda een verzet tegen buitenlandsch geweld aanvaardt De leider der sociaal democraten, aldus de bewindsman, weigert voorloopig nog wel om voor de defensie meer geld te geven, dan de begrooting nu kost, maar, profeteerde Z.Exc., dat komt nog wel. Mr. J o e k e s gaf te kennen, dat hij zou stemmen tegen het ontwerp tot instelling van een defensiefonds, maar, als dit eenmaal is aangenomen, voor de begrooting van dat fonds. Andere leden zijner fractie, die niet eenstemmig is, zijn niet aan het woord geweest. Men weet, dat er tot nu toe een post van vier millioen voor materieel der landmacht op de defensiebegrooting stond en dat deze post nu vervangen wordt door een annuïteit van 3.5 millioen voor materieel voor zee- en landmacht. Maar nu vertelde de minister, dat in 1938 die vier millioen weer naast de annuïteit op de begrooting komt. In dat jaar hoopt men, weer een beetje ruimer in het geld te zitten, omdat dan perspectivische be zuinigingen voelbaar worden. De Kamer zal Dinsdag over de wetsont werpen stemmen. Eerste Kamer. DEN HAAG, 13 Februari. De senaat heeft hedenavond de korting op de spoorwegpensioenen, noodig geoor deeld in verband met den slechten toestand van het pensioenfonds, met 22 tegen 14 stemmen aangenomen. Tegen stemden de sociaaldemocraten, de katholieken De Bruin en Nivard en mr. Van Vessem (N.S.B.) De heer Moltmaker (s.d.) heeft het wets ontwerp bestreden met dezelfde argumen ten, als de heer Van Braambeek in de Tweede Kamer. Hij merkte op, dat het personeel niet de schuld treft van den slechten toestand van het fonds. In dezen geest sprak ook de heer Nivard, volgens wien in vroegere jaren met het fonds ge sold was Mr. Mendels (s.d.) betoogde op juridische gronden, dat de verkregen rechten der gepensioneerden niet wettelijk mogen worden aangaetast, omdat zij een privaatrechtelijke overeenkomst hebben met de spoorwegen, waarin de Staat slechts aandeelhouder is. Prof. De Savornin Lohman (c.h.), over tuigd van de onafwendbaarheid der kor ting, bestreed mr. Mendels evenals jhr. Michiels van Kessenich (r.k.), die een juridisch betoog hield tegen de argumen ten van den rooden senator. Minister Van Lidth de Jeugde verklaarde, dat de pen sioenregeling ongetwijfeld een publiek rechtelijk karakter heeft en dus bij wet mag worden gewijzigd. Z.Exc. vond het niet vruchtbaar, thans te spreken over de oorzaken van de tekor ten in het fonds. Er moest, zeide hij, radi caal worden ingegrepen. De kortingswet, deelde Z. Exc. mede, zal op 1 April 1936 in werking treden. Voor het regenseizoen. Italiaansche voorzorgsmaatregelen. Het agentschap Stefani seint: De beroemde clinicus, senator Castellani, chef van de sanitaire diensten in Oost- Afrika heeft tegenover een correspondent van het agentschap Stefani verklaard, dat de gezondheidstoestanden van het expeci- tiecorps in Somaliland nog steeds voortref felijk zijn. Het aantal zieken is miniem, de hospitalen zijn leeg. Wel is waar zullen over twee maanden de klimaats-omstan- digheden in Somaliland minder goed wor den, omdat dan de moeras-periode begint, maar de Italiaansche regeering heeft vol gens de richtlijnen van den duce de moder ne wetenschap gemobiliseerd met een over vloed van financieele en wetenschappelijke middelen, zonder weerga, in de koloniale expedities van onverschillig welk ander land. Vanaf den aanvang der operaties in Oost- Afrika heeft Mussolini het sanitaire pro bleem beschouwd als even belangrijk als het oorlogsprobleem, zoodat door zijn wil, de soldaten, bestemd voor Oost-Afrika, onderworpen werden aan een zeer strenge sanitaire selectie en niet alleen ingeent zijn tegen pokken, maar ook tegen typhus en cholera. Tevens is het rantsoen der solda ten op wetenschappelijke wijze samenge steld, teneinde het gevaar van scheurbuik en beri beri welke ziekten hun ontstaan vinden in den aard van de voeding, te ver mijden. Bij andere koloniale expedities zijn deze ziekten verschrikkelijk noodlottig ge weest. De soldaten in Somaliland zijn voorts door middel van een zeer gestrenge prophylaxie beschermd tegen het gevaar van moeraskoortsen. Bovendien heeft men een sanitair corps in het leven geroepen, dat gespecialiseerd is in den strijd tegen deze koortsen en dat voorzien is van laza retten, transportmiddelen, zelfs vliegtuigen, werkplaatsen en andere zeer moderne mid delen, onafhankelijk van de algemeene, sanitaire organisatie. Dezelfde zorgen heeft men voor de troe pen in Erythrea, die toch veel minder door deze gevaren worden bedreigd. Dann zij deze maatregelen heeft zich noch een geval van cholera of pest, noch in Ery threa, noch in Somaliland, voorgedaan, on der de soldaten evenmin als onder de in boorlingen. Intusschen heeft men te Mas- saoea een nieuw groot hospitaal ingericht met een installatie voor desinfectie en met een veterinairen dienst. Het sanitaire corps is verviervoudigd. Senator Castellani zal zijn inspectie naar den gezondheidstoestand ook uitstrekken tot de vloot en de vlootbases aan de Roo de Zee. De laatste etappe van zijn reis zal Assab zijn, van waar hij naar Somaliland zal te- rugkeeren, teneinde persoonlijk de func- tionnering na te gaan van de tegen de ma laria op touw gezette organisatie. Italiaansche tegenspraak. Naar Stefani meedeelt zyn de officieele communique's van de Abessinische regee ring over de Italiaansche operaties be lachelijk: nederlagen worden strategische retraites genoemd, dikwijls fantaseert men dat plaatsen door de Italianen worden be zet, om later te kunnen ontkennen, dat men dit gebied heeft verloren, teneinde het mo reel van de Abessinische troepen te verhoo- gen. Zoo berichtte men enkele dagen gele den, dat Curati was hernomen, dat nooit door de Italianen bezet is geweest. Ter zelfder tijd protesteert men indien een Italiaansche bom zelfs op grooten af stand van een Roode Kruis Ambulance valt, zoo in het geval van de Britsche am bulance, welke nooit door Italiaansche bommen werd getroffen. Een ander fantastisch bericht is, dat de Abessiniërs na een grooten veldslag in Tembien het stoffelijk overschot van 15.000 Italiaansche soldaten en van 4300 Ascari's zouden hebben begraven. Dit alles is onjuist, de juiste Italiaansche verliezen werden nauwkeurig opgegeven in het laatste Italiaansche communiqué, waarin niets werd verbloemd, doch alle ge sneuvelden, Italianen zoowel als inlanders jugt naam en toenaam en land van geboor te zyn genoemd. De Abessinische positie aan het Noordelijk front. Een Italiaan sche uiteenzetting. Het agentschap Stefani maakt melding van een door een deskundige gegeven uit eenzetting omtrent den miliairen toestand van Abessinië aan het Erythreesche front. De positie van Abessinië hier zou de vol gende zyn: In de streek ten Zuiden van Makalle be vinden zich 60.000 manschappen onder commando van Ras Moeloegeta, den mi nister van oorlog. In het Zuiden van Tem bien staan 40.000 man onder bevel van Ras Kassa Darghie. Aan den Beneden-Tacazze liggen 25.000 man onder Ras Imroe, aan den linkeroever van de Setit 35.000 man onder Dedjas Ayeloe, in de omgeving van Dessie 40.000 man rondom den Negus. De slavernij. In een schrijven aan de maatschappij ter bestrijding van de slavernij deelt het Engel- sche departement van buitenlandsche za ken mede, dat volgens een vier weken ge leden ontvangen telegram van den Brit- schen gezant in Addis Abeba het conflict met Italië tot dusverre nog niet geleid heeft tot een stopzeten van de pogingen van den Negus de slavernij af te schaffen. In November zijn in Gore in tegenwoor digheid van den Britschen consul en 35 geboeide slavenhandelaars 108 slaven in alle openbaarheid in vrijheid gesteld. Nog 43 slaven zijn een maand later vrijgelaten, ofschoon de bevolking vijandig staat te genover deze verlichte maatregelen. De Britsche gezant voegt aan zijn rapport toe, dat er reden bestaat te hopen, dat in een niet al te ver verwijderde toekomst de be strijding der slavernij verdere vorderingen zal maken. Januari 1936. Nog zijn wij in Addis Abeba. Vier dagen zyn wij bezig geweest in een hurrie om alles in orde te krygen. Thans is een karavaan samengesteld van 250 muildieren. Uit den aard der zaak, vooral tengevolge van het slechte weer, maar ook door vele andere moeilijkheden, die zich telkens voordoen, worden de plannen nog al eens gewijzigd. Maar nu hebben onze plannen eindelijk een vasten vorm aangenomen. De goeragi's de koelies voor de karavaan zyn hier aan gekomen. De kolli worden door hen ge regeld en die van gelijke zwaarte uitge zocht om de muilezels aan weerszijden met een gelijke vracht te beladen. Ik had het twijfelachtige genoegen, te zien, hoe daar bij in een oogwenk my'n met zooveel zorg en moeite gemerkte en opgestelde bagage was verdwenen tusschen de overige massa. In Dessié moet nu weer uitgezocht worden. A la guerre comme a la guerre! Het is ook vooral voor Ir. de Vries een reuze werk. Thans is vastgesteld, dat onder de hoede van Dr. Veneklaas en mij 150 muildieren zullen staan. Dr. van Der Does komt daarna met 100 stuks, want een karavaan van 250 stuks bij elkaar zou te veel verwarring geven. Wij zullen over het traject naar Dessié 10 a 14 dagen doen. (De lezer weet intusschen uit de nieuwsbladen reeds, wan neer wij er aangekomen zyn). De vorige week heeft het zóó 'geregend, dat het heele autoverkeer tusschen hier en Dessié vastgeloopen is. Er zaten hier en daar verspreid 7 trucs van de Engelschen vast en meerdere auto's van Grieken en Armeniërs. Er was sprake van, dat wij onze camions niet zouden kunnen meenemen. In tusschen is het weer wat opgeklaard en zyn wij blij, ze te hebben. Dr. Winckel en Ir. de Vries gaan nu met onze camions en ik als hoofd van de muildieren-karavaan, 't Is overigens een heksenwerk geweest om on zen heelen inventaris in 3 deelen te ver- deelen. In mijn vorigen brief sprak ik daar reeds van. Alle kisten moesten opengemaakt worden en de inhoud moest weer in drie aparte kisten. Morgen vroeg hopen we de 250 muildieren hier op het erf te zien aankomen. Voordat alles opgeladen is, is het zeker 1 of 2 uur of later. We overnachten dan morgennacht voor het eerst in tenten buiten op het veld. Het is hier nu Winter en 's nachts vinnig koud. Dus is het zaak, ons goed in te pak ken. Men moet in dit land erg oppassen. Overdag steekt de zon fel en 's nachts rilt men van de koude. Ik heb hier al twee huisjongens of liever lijfboys afgewerkt. De eerste deugde niet, de tweede heeft zoo'n malaria-aanval ge had, dat hy gister moest worden afgedankt. Intusschen had hij zijn voorschot al te pak ken! Zijn mooie nieuwe khakipak lieten wij hem echter weer teruggeven. Vanavond kreeg ik een nieuwen jongen. Mijnheer de Vries gaf hem een voorschot. Hij moest da delijk naar de stad om inkoopen voor zich zelf te doen. Hij had goede borgen, dus heb ik alle hoop, dat hij morgenochtend op het appèl zal verschijnen. Daar ik nu al een paar dagen mijn boy miste en hier geen waschman bestaat, ben ik vanmiddag zélf aan het wasschen geslagen. Overal hangt goed te drogen. Onderweg zullen we haast geen gelegenheid hebben om te wasschen, omdat wij steeds moetentrekken en wei nig water hebben. Wij zullen dus wel in een toestand van uiterste vervuiling aan komen. Voor menschen van westersche bescha ving zyn de toestanden hier verre van roos kleurig: Weinig kuituur of kunstzin. Men voelt zich hier geestelijk verlaten. Met zie ken en gewonden heeft men al heel weinig deernis. Wij zullen wel moeite hebben, op onzen weg kleine karavanen, die zich voor eigen veiligheid by ons willen aansluiten, van ons af te houden. Want zoo'n groote kara vaan, niet enkel uit Roode-Kruis-bestand- deelen samengesteld, zou wel eens een mikpunt voor de Italianen kunnen worden, hetgeen wij voor eigen veiligheid niet mo gen riskeeren. Volgende dag 11 uur. Nog steeds geen muildieren te zien. Hoe we vandaag nog moeten wegkomen, is me een raadsel. We zijn al moderne roofridders uitge dost. Het groote geweer om wild te schie ten om zooveel mogelijk den meegenomen voorraad vleesch te sparen, wordt gedra gen door den boy, die ook een stormkring- lantaarn voor zijn rekening heeft. Maar zelf dragen we: Revolver, taschje met patronen veldflesch, gasmasker, kijker, fototoestel, lamp, weitasch, waarin eten voor de lunch. Wij trekken des morgens om half 7 op en dan gaat het in één trek door tot 's avonds 4 uur. We moeten onderweg maar uit het handje eten. Om 4 uur direct tenten op slaan. De koks gaan eten koken. De eerste dagen zullen wij wel maar weinig wild kunnen schieten, daar de streek zeer be volkt is. Dan beleggen we dus maar eeni- ge thalers in schapen, 'k Denk dat alles nog wel mee zal vallen, was we maar eenmaal onderweg zijn. Vanavond zitten we dus nog allen een drachtig te zamen. Morgen zijn we allen verspreid. Dr. VAN SCHELVEN. De sneeuwstormen in Bulgarijë. Uit geheel Bulgarije, doch vooral van de kust worden berichten omtrent de gevolgen van de sneeuwstormen van de laatste dagen ontvangen. Behalve de vele millioenen ma- terieele schade, vermeerdert steeds het aan tal slachtoffers. Volgens mededeeling van de politie zijn gisterochtend 52 personen gevonden die doodgevroren waren. Tezamen met de slachtoffers van het spoorweg-ongeluk, wel ke eveneens op rekening van den sneeuw storm kunnen worden geschreven, maakt dit in totaal 67 dooden. Omtrent het aantal gewonden, dat ver scheidene honderden moet bedragen, heeft men nog geen nadere bizonderheden. Koning Boris, die momenteel in Duitsch land bij zijn zuster, de hertogin van Wuer- temberg vertoeft, heeft zich uitvoerig op de hoogte laten brengen van het ongeluk en heeft een aanzienlijk bedrag ter beschik king gesteld voor de slachtoffers. De telefoonverbindingen met Zuid-Slavië, Griekenland en Turkije zijn nog steeds ver broken. Gesprekken met west-Europa kun nen slechts met groote vertraging via Roemenië worden gevoerd. 84 dooden ten gevolge van de sneeuwstormen. Volgens een mededeeling van het ministe rie van binnenlandsche zaken is het aantal slachtoffers ten gevolge van de sneeuwstor men Donderdag met 32 tot 84 gestegen, waarbij dan nog de 16 slachtoffers van het r« Nachts moeten opstaan, Zenuwachtigheid, Pijn in de Boenen, Duizeligheid, Hoofdpijnen, Verlies van Energie, Branding en Krampen kunnen net gevolg zijn van slecnte werking van de NIEREN. Het doktersrecept Cystex voor komt, gegarandeerd, minder goed werken van de NIEREN •n geelt in 8 dagen volledige voldoening, of U krijgt Uw geld terug. Neem vandaag nog Cystex, Uw apotneker of drogist neeft het. spoorwegongeluk by Asparachovo moeten worden geteld. Men verwacht, dat er nog meer berichten over slachtoffers van het noodweer zullen binnenkomen. De regeering zal de ernstig getroffen ge bieden financieelen en anderen steun yer- leenen. Ernstige stormschade aan de Egyptische kust. Uit Cairo wordt gemeld, dat thans aan de Egyptische kust een zware storm woedt, welke aanzienlijke materieele schade aan richt Ten einde het gevaar voor botsingen te vermijden, hebben verscheidene Britsche kruisers de haven van Alexandrië moeten verlaten, aangezien er te veel schepen lagen. De Britsche mijn veger Lee, welke van Alexandrië op weg is naar Malta heeft radio grafisch assistentie verzocht De kruiser Sus- sex is uitgevaren om de Lee hulp te bieden. De luchthaven van de Imperial Airways heeft door den storm ernstige schade geloo- pen, waardoor vertraging is ontstaan op de luchtlijnen van en naar Engeland, Indië, Australië en Afrika. Uit Smyrna wordt gemeld, dat de straten aldaar blank staan. Het tramverkeer moest worden gestaakt. Ook het spoorwegverkeer moest tijdelijk worden stopgezet Het nood weer was zoo hevig, dat het zeewater over de kaden heen de stad is binnengestroomd. Het noodweer in Turkije. Ten gevolge van de koude en de hevige sneeuwstormen zijn te Adrianopel zeven personen om het leven gekomen. Een orkaan heeft te Moedania twaalf hui zen verwoest Men verkeert in groote ongerustheid over het lot van eenige schepen, die zich op de Zwarte Zee moeten bevinden. Ook sneeuwstormen in Griekenland. Ook in Griekenland heeft het de laatste dagen hevig gesneeuwd en vele dorpen zijn door de sneeuw van de buitenwereld afge sneden. Nabij Larissa werden 40 personen door de sneeuw bedolven, 30 werden gevonden, 10 worden nog vermist Men is erin geslaagd de telefonische ver bindingen en de spoorlijnen te herstellen, behalve de verbinding tussch enCaloniki en IstamboeL In Macedonië reeds 35 dooden. De sneeuwstorm, die Dinsdag en Woens dag in noord-Griekenland heeft gewoed, heeft vele dooden geëischt. In Macedonië zijn waarschijnlijk 35 menschen om het leven gekomen. Eenige visschersvaartuigen zijn gezonken, waarbij verscheidene visschers zijn verdronken. Gisteren is de temperatuur overal milder geworden. Het noodweer boven de Adrlatische Zee. Vele dooden. Het noodweer, dat gisternacht boven het zuidelijk deel van de Adriatische Zee heeft gewoed, heeft minstens tien visschers het leven gekost die met hun booten waren uit gevaren. Aannemelijk voor nationaal- socialistische Duitschers. De „Times" meldt, dat de Evangeli sche bisschop van Bremen, dr. Weide- mann, op een conferentie van kerke lijke autoriteiten te Bremen heeft me degedeeld, dat een groep mannen zich bezighoudt met een nieuwe Bijbelver taling, die meer aannemelijk zal zijn voor nationaal-socialistische Duitschers. De bisschop zeide, dat het niet gaat om den Luther van gisteren, maar om den Christus van vandaag. Een Duitscher sluit een boek, waarin wordt gezegd, dat de wet van Mozes voor hem is gegeven. Voor de mannen, die de nieuwe vertaling verzor gen, is het Evangelie van Johannes het uit gangspunt van den BijbeL Als nationaal-socialisten gevoelen zij zich tot dit Evangelie aangetrokken, omdat de brengers van de Goddelijke boodschap daarin in een verbitterden strijd tegen het Joodsche volk worden geteekend. De nieu we vertaling aldus Weidemann zal verschillende kwesties ophelderen voor hen, die naar den Bijbel verlangen, en zy zal tot den Bijbel terugbrengen degenen, die zich er niet langer mede konden vereeni gen. Op dezelfde conferentie heeft de predi kant Roser uit Bremen de kwestie bespro ken, of Christus van Joodsche of wel van Arische afstammeling was. Roser zeide, dat Galilea geen zuiver Joodsch land is ge weest en dat het leven van Christus niets anders dan een strijd van toenemende he vigheid tegen de Joden is geweest. De brieven van Paulus zijn volgens de zen predikant hartstochtelijke documenten tegen het Jodendom en bewijzen, dat het oorspronkelijke Christendom de meest ra dicale tegenstander van het Jodendom is geweest. De „Times" herinnert er in dit verband aan, dat Weidemann, die tot de „Duitsche Christenen" behoort, in Januari 1934 door rijksbisschop Mueller is benoemd. Zijn eer ste rede in die functie besloot hij met de woorden: „Het hakenkruis op de borst en het kruis van Christus in het hart". DE TOESTAND IN GRIEKENLAND. De kroonraad bijeen. In den kroonraad heeft de koning een uitvoerige uiteenzeting gegeven van den politieleen toestand, zooals deze zich na zijn beraadslagingen met de verschillende par tijleiders ontwikkeld heeft. De koning deed een beroep op de vaderlandsliefde der aan wezigen en riepen op het land een duur zame regeering te geven. Hy wees verder

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 9