DE REACTIE IN BELG IE.
!Bucqediike Slaaa
DE GEBROEDERS „GOCHEM"
Een angststemming, maar toch vertrouwen in de toekomst.
De belangrijke verklaringen van eerste-minister van Zeeland,
mede over het Fransch-Belgisch accoord.
Hitier spreekt te Karlsruhe.
De Duitsche politiek realis
tisch. Locarno vroeg zware
opofferingen.
Redevoering van Goering.
Militaire wandelingen naar
Berlijn onmogelijk, noch te
land, noch in de lucht.
Ernstig auto-ongeluk bij
Leuven.
-t Sant noemde Z.Exc. een zoo perfiden aan
val op de overheid, dat hij mr. Van Vessem
niet zou durven vragen, of deze wellicht de
schrijver ervan was. Maar, aldus de mi
nister, durft hy het libel voor zyn verant
woording nemen? De bewindsman ver
klaarde nog, dat de nieuwe wet tegen de
particuliere weerkorpsen, die er komt, niet
zal kunnen worden ontdoken.
In tweede instantie zeide mr. Van Ves
sem, dat de N.S.B.-ers zoo schrijven uit in
nerlijke bewogenheid met de misstanden.
Hoongelach en interrupties waren het ant
woord uit de Kamer. Mr. van Vessem zcide
niet, of hij het pamflet voor zijn rekening
nam. Dit deed den minister, die zeer krach
tig was, opmerken, dat mr. Van Vessem een
slechte zaak op slechte wijze had verdedigd
en dat, wie zwijgt, toestemt.
Daarna heeft de Kamer nog een begin
gemaakt met de behandeling van de Onder-
wysbegrooting, waarbij de heer Ossendorp
(s.d.) afkeurde, dat de regeering het voor
bereidend onderwijs aan het particuliere
initiatief overlaat. Hij verdedigde voorts den
achtjarigen leerplicht.
(Van onzen correspondent.)
Brussel, 11 Maart 1936.
Meer en meer komt men hier tot het
besef, dat de overrompelende houding
van het Hitleriaansche Duitschland, bij
het eenzijdig verbreken van het Locar-
nopact en de bezetting van den linker-
Rijnoever, onder de bevolking een
ware angststemming heeft te weeg ge
bracht. Men verwacht nieuwe onrust
wekkende gebeurtenissen. Er hangt als
iets van bestendige onzekerheid in de
lucht, waartoe de verklaringen van den
Franschen premier, Sarraut, in zijn ra
diorede, nogal wat heeft bijgedragen.
De Fransche regeeringsleider betoogde
immers dat de nieuwe voorstellen van
Hitier niet aannemelijk waren en dat
zy' niet eens in overweging kunnen
worden genomen.
De bladen hebben zich ingespannen om
aan te toonen dat de toon van Eden's rede
in het Lagerhuis rustiger is, maar de wind
waait te Brussel vooral uit het Zuiden en
men moest zich dan ook niet verwonderen
dat geheel deze week reeds veel meer de
posito's werden weggehaald van de Spaar
kas dan er op geplaatst en dat de rijen van
wachtende -personen voor de loketten van
de postchequekantoren eindeloos zijn ge
worden. Doch dat zijn slechts verschijnse
len, welke met een beetje verandering in
de berichten ook van karakter zullen ver
anderen.
Geheel de Belgische pers is het eens om
de verklaringen van de regeeringsleden
goed te keuren, waar dezen met kracht pro
testeeren tegen het eenzijdig besluit van de
Duitsche regeering, een vrij aangegaan ac
coord, dat dus geen diktaat is, en dat zelfs
grootendeels aan Duitsch initiatief is te
danken, te verbreken en maatregelen te
treffen die Europa voor het voldongen feit
stellen.
De eerste minister, de heer van Zeeland,
heeft dit, in de rede welke hij heeft uitge
sproken, gisternamiddag, in Kamer en Se
naat, en die onder een religieuse stilte werd
aangehoord, eveneens onderlijnd.
Een andere verklaring die in België met
de grootste geestdrift werd vernomen, was
deze van den Engelschen premier Eden,
waar deze in het Lagerhuis plechtig heeft
verzekerd dat Engeland in den geest van
het Locarnopact zelf, België en Frankrijk
zou ter hulp komen, indien deze landen
werden -aangevallen, alvorens de kwestie
van de wederbezetting van den linker-Rijn-
oever door de Duitsche troepen is opgelost.
Dit toont aan dat Engeland er niet aan
denkt, een politiek op te geven welke voor
België als een hoeksteen is voor zijn veilig
heid en zyn voortbestaan.
Deze verklaring heeft het eerst een straal
van optimisme laten doorschemeren. De
ontwikkeling van de gebeurtenissen is nu
zoo dat men meer vertrouwen heeft, althans
in een nabije toekomst. Intusschen heeft de
burgemeester den maatregel genomen dien
wij reeds hadden voorzien en hij heeft de
twee betoogingen, tegen en voor het
Fransch-Belgisch militair accoord, welke te
Brussel moesten plaats hebben, verboden.
Dat is, zij worden tot een lateren datum
uitgesteld, in de hoop dat dit uitstel ook
afstel zal beteekenen.
De Belgische regeering heeft haar
houding nog niet bepaald.
De Belgische regeering heeft nog in geen
enkel opzicht haar houding vastgelegd, of
zich door verklaringen verbonden, alhoewel
men het als een zekerheid mag voorstellen
dat zij er op staat dat onderhandelingen
zouden worden gevoerd. Zij wenscht vooral
e ereiken, dat de eensgezindheid onder de
andere onderteekenaars van het pact van
r-ocarno, buiten Duitschland, niet zou wor-
en aangetast en neemt als standpunt aan,
voor zich zelf dat België vastbesloten is
deel te nemen aan elke collectieve actie van
deze onderteekenaars.
Pat is ook de thesis welke door den pre
mier van Zeeland vanmiddag werd ontwik
keld in zijn rede, tusschen twee treinen in,
want vanmorgen was de eerste minister pas
uit Parijs teruggekeerd en na de zitting van
het parlement zou hij naar Londen vertrek
ken voor de verdere besprekingen.
De minister heeft betoogd, dat het pact
van Locarno de basis was, met het Volken
bondspact, van de internationale positie van
België, en dat Duitschland tegenover België
niet kan aanvoeren dat het een verdrag
heeft gesloten met Rusland. Wijzende op
de Belgische loyaliteit en op het Belgisch
goed recht der 100 percent bedraagt kwam
de minister dan tot het probleem van het
Fransch-Belgisch militair accoord. Dit heeft
hij zeer behendig gedaan, van de plechtige
gelegenheid en de omstandigheden, die er
zich toe leenden, gebruik makende om de
verklaring, die reeds sedert enkele dagen
werd verwacht, daar hy ze zelf had aange
kondigd, af te leggen.
De heer van Zeeland betoogde, dat, bij
kennisneming van den tekst van het ac
coord, zijn verrassing zeer groot was. De
meeste bepalingen hadden betrekking, zoo
verklaarde hij, op de periode van de bezet
ting van het Rijngebied, door de geallieer
de troepen en bleken totaal verouderd. Van
geheel het accoord bleef er slechts een punt
over, namelijk het contact dat er moest be
staan tusschen de twee legerstaven, om de
voorwaarden te bestudeeren waarin de con-
tracteerende partijen eventueel de interna
tionale verplichtingen zouden uitvoeren
welke zij hebben aangegaan ingevolge de
verdragen. De premier betoogde verder dat,
in deze omstandigheden, overtuigend bleek
dat het contact moest blijven bestaan, dat de
nuttelooze bepalingen moesten verdwijnen
en tevens ook het geheim karakter van de
overeenkomst, opdat alle verwarring zou
worden weggenomen. In overeenstemming
met de Fransche regeering, die, volgens de
verklaring van den premier, het Belgische
standpunt volledig heeft begrepen, heeft er
dan een briefwisseling plaats gehad, die de
brieven van 1920 betreffende het accoord
vervangt en die in werkelijkheid een nieuw
accoord vormt.
In deze nieuwe brieven wordt gezegd, dat
de twee regeeringen hun bekrachtiging had
den gehecht aan het militair accoord van 7
September 1920, met het doel de vredes-
waarborgen te versterken. Dit accoord ver
zekerde de technische voorwaarden van een
militaire samenwerking tusschen België en
Frankrijk, bij een niet-uitgelokten aanval
van Duitschland. In 1925 is echter het Lo-
carnoverdrag tot stand gekomen, hetwelk
de verplichtingen inhoudt welke, samen
met deze van het handvest van Geneve, de
eenige zijn die Frankrijk en België verbin
den, en waaraan beide regeeringen meer dan
ooit getrouw blyven. De brieven stellen
dan vast dat van de oude regeling slechts
bet punt moet behouden blijven betreffen
de het contact tusschen de beide legersta
ven. Dit contact wordt bevestigd, met het
doel de uitvoering van de verplichtingen
voortvloeiende uit het Locarnoverdrag te
verzekeren. De tekst zegt dan uitdrukke
lijk: ...dat liet verstaan is dat (jergelijk con
tact geen enkele verplichting van politieken"
aard met zich brengt noch eenigerlei ver
plichting wat betreft de organis&tie van de
landsverdediging voor de eene of de andere
van de betrokken partijen". Deze brieven
zullen te Geneve, zooals de eerste, worden
geregistreerd. Het valt op dat zij -den datum
dragen van 6 Maart, dus de vooravond van
de verbreking van het Locarnoverdrag door
Duitschland.
Vanavond werd reeds in de wandelgan
gen van de Kamer aangekondigd dat Van
Zeeland den tekst van zijn verklaringen no
pens het militair accoord had laten inzien
aan den Vlaamschen burgemeester van Ant
werpen, den socialist Huysmans, den katho
lieken leider Van Cauwelaert en diens par
tijganger Delwaide en dat nu het vraagstuk
van dit accoord als opgelost mocht worden
beschouwd, tot bevrediging van het Vlaam-
sche volk. Men kan moeilijk voorspellen
welke de reactie zal zyn in het Vlaamsche
land, doch een feit zal het wel blijven dat
practisch niet veel is veranderd, want men
gaf er zich goed rekenschap van dat alles
zich tenslotte bij een technisch accoord be
paalde. De verdiensten van deze verklaring
zijn vooral dat alle geheimzinnigheid wordt
weggenomen. Nochtans wordt door de nieu
we houding van de regeering heel wat wind
uit de zeilen genomen van de tegenstanders
van het militair accoord met Frankrijk. De
minister heeft dan verder, ten opzichte van
het hangende internationale probleem, te
kennen gegeven de thesis die wij hooger
vermelden. Hij heeft gewezen op de nood
zakelijkheid een zeker reserve in acht te
nemen, met het oog op de besprekingen,
maar toch latende verstaan dat enkele prac-
tische maatregelen worden voorzien. Wat
België betreft meent men nu met zekerheid
te mogen aannemen dat de huidige jaar
klasse langer onder de wapens zal worden
gehouden in toepassing van de bestaande
militiewet.
Rijkskanselier Hitier heeft gisteravond in
een te Karlsruhe uitgesproken redevoering
o.m. verklaard:
Toen ik op 30 Januari 1933 het bewind
overnam, heb ik mij stellig voorgenomen,
wat ook gebeuren zou, trouw te blyven
aan eenige essentieele punten. Deze punten
zijn: de eer van het Duitsche volk te verze
keren; de rechtsgelijkheid te verzekeren en
de kracht van het Duitsche Rijk weer op te
bouwen, omdat een volk slechts op eigen
kracht kan steunen.
In deze drie jaren, aldus de Rijkskanse
lier, heb ik gedaan, wat geen mensch heeft
kunnen doen. Indien mijn voorgangers in
drie jaren evenveel zouden hebben gedaan,
zou ik er niet geweest zijn.
Ik wensch de geschillen tusschen de vol
ken uit den weg -te ruimen volgens de me
thoden, welke ik in het binnenland heb toe
gepast. Dit is ideologie, maar ik geloof er
aan.
Ik heb geprobeerd de wereld en Duitsch
land te toonen, dat Europa slechts een
klein gebied is, waarin politieke grenzen
kunnen veranderen, doch waarin de gren
zen der volken nimmer veranderen. Als
Duitsch nationalist wil ik een synthese tot
stand brengen tusschen de volken van het
blanke ras.
Ik wil geen enkel volk zijn rechten ont
nemen. Evenmin zal ik ooit toestaan, dat
Duitschland zijn rechten zouden worden
ontnomen.
Hitier verklaarde, dat zijn politiek ratio
neel is en dus realistisch.
Hij zeide een vrede voor den duur van 25
jaren aan te bieden, Deze aanbieding doet
de Rijkskanselier slechts éénmaal.
Vervolgens deed Hitier hevige verwijten
aan het adres van de Joden, waarna hy
sprekende over den oorlog zeide: Wij be
schouwen den oorlog als iets vreeselijks,
maar anderen zien er iets moois in.
De Rijkskanselier wil zich in de toekomst
aan een vreedzame taak wijden: het bou
wen van scholen en sportterreinen en de
verfraaiing van stad en lande.
Frankrijk heeft een bondgenootschap met
Polen, België en Tsjecho Slowakije.
Duitschland heeft niet de bedoeling Po
len, België of Tsjecho Slowakije aan te val
len, evenmin als het van zins is Frankrijk
aan te vallen.
Het Duitsche volk is het meest vredelie
vende volk ter wereld en het heeft slechts
den wensch in vrede te werken.
Aangaande de herbezetting van het Rijn
gebied en zijn nieuwe voorstellen verklaar
de Hitier:
Ik heb de souvereiniteit hersteld over een
stuk Duitsch grondgebied. Ik doe geen af
stand van de heerschappij over 14 1/2 mil-
lioen menschen zonder compensatie en
niets zal mij er toe kunnen brengen dat te
doen. -
Ik bezweer het Duitsche volk mij te hel
pen het te verrdedhfên, in ij zijn vertrouwen'
te schenken. Dan zal Duitschland alle be
proevingen te boven kömen.-
Misschien zullen dan ook onze buren den
weg hebben gevonden, die tot ons voert.
Misschien zal eens het uur slaan, dat wij
elkander over den Rijn de hand zullen toe
steken om samen te werken aan de zaak
van den vrede.
Dit is onze oprechte wensch. Wy doen
onzen plicht.
Duitschland steunt niet op een mensch,
maar op het volk.
Rijksminister Goering heeft in het Schla-
geter Haus te Koningsbergen een redevoe
ring uitgesproken met het oog op de a.s.
volksstemming.
Goering zeide o.m.: Wij herinneren ons
thans met trots en dankbaarheid den strijd
om het Duitsche volk. Duitschland werd
vrij, het Duitsche volk stond op en vond
zichzelf weer. En dat, volksgenooten, is
thans nauwelijks drie jaren geleden.
Hitier kon, zooals Zaterdag, een bevrij
dende beslissing nemen, omdat hij weet,
dat hij dat mag doen, omdat de Duitsche
weermacht sterk genoeg is om een inval
in Duitschland te verhoeden.
Militaire wandelingen naar Berlijn
bestaan niet meer, noch te land noch
in .de lucht. Daarom zou ik plechtig
tegenover de wereld willen verklaren:
Al heeft Adolf Hitier gewapend, al
heeft hij het bevel gegeven met alle
kracht de wapening ten uitvoer te leg
gen, toch heeft hij ons steeds opnieuw
gezegd, dat zulks niet geschiedde om
aan te vallen; zij is er niet om aan te
vallen, zij is niet om anderen kwaad
te doen, zij is niet tot stand gebracht
om te dreigen, doch om ons te be
schermen.
De geheele wereld weet wel, dat Hitier
het eerlijk meent. Als de Franschen het
doen voorkomen alsof wij hun een belee-
diging hebben aangedaan, dan is dat niet
juist. Wy hebben een einde gemaakt aan de
laatste onzekerheid.
Op 7 Maart werd een geweldige stap ge
daan. Er kome wat wil, als één man zal
Duitschland staan en zijn plicht doen tot
den laatsten ademtocht.
Het is toch geen beleediging, indien men
zijn eigen provincies herstelt. Wij hebben
de wereld vrede aangeboden. Vrede moet
evenwel aan twee zijden worden gemaakt.
Wij hebben het onze gedaan.
Thans is het aan anderen het hunne te
doen. Wij kunnen en willen hen niet bein-
vloeden. Wij willen in alle rust en stand
vastigheid de toekomst afwachten. Wij
Duitschers hebben het goede gewild en het
goede zal vruchten afwerpen. Ons lot is het
herstel van de Duitsche eer en van de
Duitsche vrijheid.
Wat de toekomst ook moge brengen, of
Duitschland leeft in eere öf Duitschland
sterft in eere.
Vier dooden.
Te Winxele bij den IJzeren Berg, dat
gelegen is langs den weg van Brussel
naar Leuven, is een auto, bestuurd door
een te St. Joris-Winghe wonenden kip-
penslachter, tegen een langs den weg
staanden boom te pletter gereden.
De wagen sloeg over den kop. De in
zittenden werden uit het voertuig ge
slingerd.
Twee automobilisten snelden te hulp,
doch zij troffen slechts de lijken aan
van drie inzittenden, te weten dat van
een poelier uit Thiemen (Tirlemont),
van een poelier uit Brussel en dat van
den bestuurder, wiens identiteit nog
niet kon worden vastgesteld.
Een vrouw, welke achter in den
wagen zat, was zoo ernstig gewond, dat
zij kort na aankomst in een Leuvensch
ziekenhuis overleed. Het parket uit
Leuven is ter plaatse afgestapt.
DOOI IN DE OOSTELIJKE STATEN.
Overstroomingen,
De ontdooide sneeuwmassa's in de Ooste
lijke staten hebben geweldige overstroo
mingen veroorzaakt, vooral in Newhamp-
shire, Vermont, Maine, Pennsylvania, Mas-
sachusetts, Connecticut, New-York en New-
Jersey, is de schade zeer groot.
Tal van personen worden vermist,
scheidene plaatsen in New-England
ten deele onder water. Spoordijken,
gen en woonhuizen zijn vernield.
Het verkeer moest worden stilgelegd.
Ver
staan
brug-
GEEN UITSTEL VAN EXECUTIE MEER
VOOR HAUPTMANN.
Gouverneur Hofman heeft gister bekend
gemaakt, dat hij op het oogenblik niet voor
nemens is Hauptmann een nieuw uitstel
van executie toe te staan.
TYPHUSEPIDEMIE IN ROEMENIE.
Stefani meldt, dat de epidemie van vlek-
hyphus zich steeds verder over het land uit
breidt. Talrijke gevallen zijn voorgekomen
met doodelijken afloop. De epidemie heeft
ook de gevangenis van Vacaresti aangetast,
in Boekarest, waar zich 1300 gevangenen
bevonden. Zij zijn volkomen geïsoleerd.
i
KON ZIJN ARM NIET OPBEUREN.
Nu vry van alle pijn.
„Ik kan niet dankbaar genoeg zijn voor
hetgeen Kruschen Salts voor mij gedaan
heeft. Ik neem iederen morgen op mijn
nuchtere maag de dagelijksche dosis tegen
rheumatiek. In mijn werkkring ben ik
blootgesteld aan weer en wind, terwijl ik
bovendien bijna 20 K.M. per dag moet
fietsen. Het was zoo erg, dat ik mijn arm
niet meer kon opbeuren; mijn beencn
deden mij ontzettend pijn als ik een
kleine afstand gereden had. Nadat ik vrij
wel alles geprobeerd had, en zelfs alle
tanden had laten trekken, raadde een
vriend mij eens een proef met Kruschen
Salts te nemen. In korten tijd verminder
den toen de pijnen en heden ten dage blijf
ik volkomen gezond door mijn dagelijk
sche dosis Kruschen Salts." D. G. T. te B.
Rheumatische pijnen hangen samen met
een overmaat van urinezuur in het bloed.
Dit gevaarlijke zuur ontstaat als gistings
product van afvalstoffen, die zich in het
lichaam hebben opgehoopt. Kruschen
Salts nu spoort de afvoerorganen: inge
wanden, nieren en lever aan tot krachtiger
werking, waardoor de afvalstoffen langs
de natuurlijke kanalen zacht en volkomen
uit het lichaam zullen worden verwijderd.
Het bloed wordt gezuiverd, waardoor de
pijnen afnemen om tenslotte geheel te ver
dwijnen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijg
baar bij alle apothekers en erkende dro
gisten a 0.90 en 1.60 per flacon, omzet
belasting inbegrepen. Let op, dat op het
etiket op de flesch, zoowel als op de bui
tenverpakking, de naam Rowntree Handels
Maatschappij, Amsterdam, voorkomt.
DE ARRESTATIES VAN JAPANSCHE
EMPLOYE'S DER RUSSISCHE
AMBASSADE.
Russisch protest afgewezen.
De Russische ambassade in Tokio heeft
Donderdag bij het departement van buiten-
landsche zaken een protest ingediend tegen
de arrestatie van Japansche employé's der
ambassade, die beschuldigd zijn van spion-
nage ten gunste van de Sowjet Unie.
Van Sowjet-Russische zijde worden deze
arrestaties, die inmiddels tot 11 gestegen
zijn onwettig genoemd.
In zyn antwoord heeft het Japansche de
partement van buitenlandsche zaken er den
nadruk op gelegd, dat de politie met het
oog op de onderhavige, bijzondere omstan
digheden volkomen juist opgetreden is. De
Russische ambassade heeft zich met voor
liefde bediend van de van spionnage ver
dachte Japansche employé's. De ambassade
had uit eigen beweging een einde moeten
maken aan dezen misstand.
Naar verluidt bestaan er van Japansche
zijde voornemens een krachtig tegenprotest
te doen hooren.
OENTSJIDA OVERLEDEN.
Graaf-Yaioeya Oentsjida, lid van het Ja
pansche hoogerhuis, is gisteravond om 8 uur
50 overleden in den leeftijd van 72 jaar.
Oentsjida is minister van buitenlandsche
zaken geweest in vijf kabinetten. Voorts is
hij Japansch ambassadeur geweest in
Weenen, Washington en Petrograd (thans
Leningrad geheeten en heeft hy als ver
tegenwoordiger van Japan het Kelloggpact
onderteekend. In 1931 werd hij president van
den Zuid-Mandsjoerijschen spoorweg, kort
voor de uitbarsting van het Mandsjoerijsche
incident. Een jaar later, toen Japan uit den
Volkenbond trad, werd hij minister van
buitenlandsche zaken.
AANSLAGEN EN BRANDSTICHTINGEN.
In Madrid is op den professor en sociaal-
democratischen landdagafgevaardigde Jime-
nez Asua een pistoolaanslag gepleegd. De
chauffeur van de auto, waarin de professor
zat, werd gedood. Jimenez Asua zelf bleef
ongedeerd.
In den afgeloopen nacht is voorts te
dezer stede het huis van een geestelijke, be
nevens een kapel in brand gestoken. Voorts
werden in eenige zaken vernielingen aan
gericht.
KOEDIJK (Febr.)
Geboren: Pieter Joannes z. van J. W.
Nagelhout en P. G. Duin. Trijntje En
geltje d. van J. van de Sluijs en van M.
Doorn. Johanna Maria d. van B. J. Ap
pel en W. Fritsma.
Getrouwd: Nicolaas van Loenen en
Helena Nellie Hartland. Abraham Riek-
wel en Grietje Zeeuw. Dirk Raat en Cor-
nelia Riekwel. Adrianus Jozef Gouds
blom en Aafje Rood.
Overleden: Maria Egmond, 44 j., echt-
genoote van C. Dol. Hiltje Ploeger, 35 j.,
echtgenoote van P. v. Esseveld.
173. Ze besloten zoo'n vergrootglas, dat ook fijn als
brandglas kon dienen, voor gezamenlijke rekening te
koopen. Ze zouden het ieder dan om beurt mogen ge
bruiken.
174. Ze gingen nu het eerst op zoek naar een voorwerp
waarop ze hun brandglas konden probeeren. „Kijk", zei
Pat, en hij wees op een oud heertje dat op een bank zijn
krantje zat te lezen. „We moeten zien dat we achter
dien bank komen".
HEERHUGOWAARD (Febr.)
Geboren: Johannes Petrus z. van J.
Tamis en D. Boots. Johannes Theodorus
z. van P. J. Mul en E. A. Kos. Margaretha
Agatha d. van C. Korver en J. Sneekes.
Johannes z. van J. Pols en L. Rus. Divera
Elisabeth d. van W. Groot en E. Dekker.
Petrus Theodorus z. van A. A. Loos en M.
Dekker. Jan z. van W. Borst en J. Schui
temaker. Wouterus z. van C. J. de Vries
en E. J. Groot. Tljmen z. van C. Silver
en T. Dekker. Henricus Theodorus z. van
P. Brink en J. Mul. Alida Margaretha d.
van J, Buter en A. C. Bakker. Klazina
d. van A. F. Merlijn en A. Snijders. Ni
colaas z. van J. Snoek en C. A. Laan. Jo
hanna Cornelia d. van T. Ottenbros en M.
J. Schilder.
Overleden: Doortje Kuijs, echtg. van
N. van Stralen, 26 j. Engelina Maria op
't Veld, 3)4 m. Maria Johanna Sinnige, 3
jaar. Dirk Voorthuizen, 58 j. Hendrika
Appel, 34 j., echtg. van J. Pankras. Breg-
je Bleeker, 80 j., wed. van C. Bruin. Jo
hannes Mul, 62 j., echtg. van J. Mulder.
Antje Booy, 81 j., wed. van A. de Groot.
Getrouwd: Hendrik Rentelaar te Ha
renkarspel en Jannetje Alida Vader.