DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Duitschland.
29 Maart 1936: Locarnostemmina in
Wordt het weer 90 procent?
Ho. 70
Heer aanhang op Wilhemplatz.
Het Locarno-conflict.
Maandag 23 Maart 1936
Hitler's zesde redevoering.
„Ik wil 25 jaar vrede in
Europa", zegt de dictator
in BresEau.
138e Jaargang
Rosenberg op het
verkiezingspad.
De Amerikaansche over
stroomingen.
De oorlog in Oost-Afrika.
Ernstige aanrijding onder
Lent.
ALKMAARSCHE
URANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon-
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bjj vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—
franco door het geheele Ryk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN:
Van 15 regels f 1.25, elke regel meer f 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK.
De competente instanties van het
Berlynsche stadsbestuur, in de eerste
plaats de directie voor het onderhoud
van parken en plantsoenen, hebben be
sloten den Wilhelmplatz, het plein tus-
schen het Hotel Kaiserhof, het voor
malige hoofdkwartier van de nationaal-
socialistische propaganda te Berlijn, en
de rijkskanselarij, het centrum van de
Duitsche regeering, waaraan tevens 't
rijksministerie van propaganda is gele
gen, een andere gedaante te geven.
De boomen zijn reeds gekapt en wat er
van rhododen-dronperken nog over was
gebleven, is geheel verdwenen. Over
enkele dagen zal de direct tegenover
de rijkskanselarij gelegen helft van het
plein reeds zijn bestraat.
Nog in den laten herfst van 1935 waar
schuwde een bordje de wandelaars met de
woorden: „Versch gezaaid grasveld, niet
betreden". En het gras gedijde heerlijk
achter een 15 c.M. hoog balustradetje. De
Berlijners zijn gedisciplineerd en houden
van hun parken. Maar 30 Januari en 7
Maart j.L verzamelden zich zulke men-
schenmenigten tegenover de rijkskansela
rij,, dat er eenvoudig geen sprake meer van
was, dat deze duizenden en nog eens dui
zenden op de trottoirs en de geplaveide pa
den konden staan.
Het gras en het perk rhododen-drons
tegenover het balkon, waarop de Führer
verscheen, ja zelfs het massief ijzeren ba
lustradetje kwamen letterlijk onder den
voet en zelfs een gedeelte van het hooge
hekwerk rondom het standbeeld van gene
raal Von Schwerin werd verbrijzeld.
En men wacht thans op den 29sten
Maart. Dien Zondagavond zal de luidspre
ker op den Wilhelmplatz de binnenkomen
de stembusresultaten verkondigen en het
is daarom maar goed, dat het plein wordt
bestraat. Want iedereen verwacht, dat het
aantal ja-stemmers overweldigend zal zzijn.
Er is in de bladen reeds op gewezen,
dat het bij dit stembusgedoe evengoed als
of vele partijen tegenover elkander ston
den, gaat om het volk. Hitier is altijd een
meester geweest in het bespelen van het
„klavier der volksgunst" en misschien heeft
hij zijn meesterschap zelfs in zijn opposi-
tietijd en de eerste jaren van de geweldige
worsteling om de macht niet zóó tentoon
gespreid, als juist in deze dagen, waarin
hijzelf per vliegtuig van den eenen hoek
van het uitgebreide rijk naar den anderen
snelt, het klaarspeelt, om na zijn rede van
7 Maart haast eiken dag een nieuwe rede te
houden.
En uit elke nieuwe rede weet de pro
paganda het een of andere bijzondere ge
zegde te voorschijn te halen, dat dan in
vette letters van de dagbladen of den voor
bijgangers op straat op de aanplakzuilen
wordt voorgehouden. Een van de markant
ste uitingen is wel de volgende:
„Als wij vandaag in een oorlog werden
gestooten, kost iedere 30 c.m.-granaat 3000
mark en als ik daar nog anderhalf duizend
bijleg, dan heb ik daarvoor een arbeiders
woonhuis, en als ik een millioen van zulke
granaten op een hoop leg, dan is dat nog
lang geen monument. Als ik echter een
mililoen van zulke huizen heb, waarin ar
beiders kunnen wonen, dan zet ik mij een
monument!" (Dit punt hebben de Fran-
schen sterk aangevallen met:
Jawel, maar hij bouwt niet, hij maakt
munitie!)
Zulke uitingen van Hitier zelf of zijn pa
ladijnen zy'n er vele.
Deze successen liggen op elk gebied in t
binnenland en op dat der buitenlandsche
politiek. En nu juist de verwijzing van het
Verdrag van Locarno naar de snippermand
de aandacht bijzonder op de buitenlandsche
politiek heeft gevestigd, knoopt hieraan
ook een goed deel van de verkiezingspro
paganda aan. In groote plakkaten en pro
clamaties in de pers ziet men een vergelij
king tusschen vroeger en thans en dan
leest men: 2 1/2 milliard mark jaarlijksche
herstelbetalingen Duitsche belastingen
verpand Duitsche spoorwegen onder
vreemde controle" en dergelijke dingen,
waar dan een paar dikke strepen door zijn
getrokken.
Men wijst op de voorspellingen in het
binnen- en buitenland bij de aanvaarding
van het rijkskanselierschap door Adolf Hit-
Ier op 30 Januari 1933 en plaatst daartegen
over de jubelende geestdrift van de Rijn-
landscjie bevolking, nu de demilitarisatie
door Hitier is opgeheven en na 17 jaar
weer Duitsche garnizoenen in deze Duit'
scve provincies en landen (Rijnprovincie,
Palts, Hessen, Baden) zijn gelegd. Daarom
ziet men op alle reclamezuilen en aanplak
borden, op schuttingen en in de stations 'n
groot plakkaat: „Duitsch volk, zeg den
Führer dank op 29 Maart!"
Adolf Hitier heeft het wel gemakkelijk
by deze campagne. Hij hoeft niets nieuws
te beloven, doch kan volsfaan met te ver
wijzen naar wat de revolutie van 1918 heeft
beloofd, doch niet heeft gehouden en wat
hij wel heeft vervuld. Natuurlijk heeft Hit-
Ier het ook daarom gemakkelijk, omdat er
geen openlijke propaganda tegen hem kan
worden gemaakt. Ondergronds, van mond
tot mond, wordt Wfel tot neen-stemmer,
aangemaand.
Maar in den nacht van 29 op 30 Maart
zullen weer tienduizenden op den Wilhelm
platz, op het nieuwe plaveisel, staan om
den Führer roepen, dat hij op het balkon
verschijne.
1035 candidaten voor den rijksdag.
Het Duitsche Staatsblad publiceert een
officieele lijst met 1035 Rijksdag-candida-
ten der Nationaal-Socialistische partij, die
gekozen zullen worden volgens de verhou
ding van één afgevaardigde per 60.000
stemmen. De ministers Schacht, von Neu-
rath, Gürthner, von Rübenach en Schwerin
von Krosich komen niet op de lijst voor,
evenmin minister von Blomberg, ingevolge
de militaire wet, die aan leden van het
Duitsche leger elke politieke actie verbiedt.
De op 7 Maart j.1. ontbonden Rijksdag,
die op 29 Maart a.s. opnieuw zal worden
samengesteld, bestond uit 661 afgevaardig
den, die op 12 November 1933 waren geko
zen.
Een beschouwing van Karl Radek.
fa een artikel in de Russische „Iswestia"
onderwerpt Karl Radek het verloop van de
onderhandelingen te Londen en de daar ge
nomen besluiten aan een uitvoerige analyse,
waarin hy 0.m. schrijft:
De voorloopige overgangsvoorstellen, die
de vier mogendheden hebben opgesteld, be
kekenen vooral een tijdelijke legaliseering
van de bezetting van den rechter en linker
Rijnoever door Duitschland. Slechts in een
zone van 20 K.M. ten Oosten van de grens
tusschen België, Frankrijk en Duitschland
zullen zich geen troepen mogen bevinden.
Hier zullen met goedvinden van Duitsch-
land niet nader bepaalde internationale
troepen worden gestationneerd.
Wat de besluiten betreffende verdere on
derhandelingen betreft, moet gezegd wor
den, dat zij zich onderscheiden door een
volstrekte onbepaaldheid. Dit geldt nog
meer voor de kwestie der internationale
conferentie. Wanneer men overweegt, dat
de Londensche Times, die in contactstaat
met een deel van de regeering, verklaart,
dat een zoodanige internationale conferen
tie veel tijd eischt ter voorbereiding en
waarschijnlijk eerst het volgende jaar zal
kunnen worden bijeengeroepen, ontkomt
men niet aan de conclusie, dat deze confe
rentie óogenschijnlijk een pil is, die ten
doel heeft de zenuwen te kalmeeren van die
mogendheden, tegenover wie Hitier geen
bijzondere liefde aan den dag legt. Wanneer
de pil voor Sowjet Rusland bestemd is,
moet gezegd worden, dat deze mogendheid
zeer sterke zenuwen bezit en dat zij niet
de gewoonte heeft te kijken naar den
mond, maar meer naar de handen en
dat zij bij al haar achting voor internatio
nale conferenties en bij alle erkenning van
haar nut, toch ook achting heeft voor hechte
waarborgen, zoowel van andere mogend
heden als van zichzelve. De waarborg van
de veiligheid der Sowjet-Unie is echter in
de eerste plaats gelegen in de bekwaamheid
zichzelf te verdedigen.
Bij een algemeene waardeering van het
Londensche accoord moet gezegd worden,
dat de mogendheden, die deze besluiten
hebben genomen, voorloopig geen weer
stand kunen bieden aan Duitschland. Maar
terwijl zij zich voorbereiden tot onderhan
delingen met Duitschland, hebben zij een
aanvang gemaakt tot onderlinge toenade
ring, welke een nuttige rol kan spelen, als
zij duurzaam is en de mogendheden niet
alleen naar den kant van den Rijn zullen
kijken, maar ook naar andere plaatsen,
waar zich gevaar voor oorlog voordoet.
De voorstellen van Londen.
De „Deutsche Diplomatisch-Politische
Korrespondenz" schrijft: „Meer nog byna,
dan de tekst der Londensche documenten,
verduidelijkt de door Flandin in de Fran-
sche Kamer gehouden rede de gezindheid,
waarmede men met Duitschland onderhan
delingen meent te kunnen voeren. Wanneer
Flandin zich bij het afwijzen van bepaalde,
oorspronkelijk aan Frankrijk voorgestelde
maatregelen op zijn vaderlandsliefde be'
roept, waarover hij geen voorlichting noo
dig heeft, dan kan hij ervan overtuigd zijn,
dat men ook van Duitschen kant weet, hoe
Duitsche eer en Duitsche veiligheid ge
waarborgd kunnen en moeten worden.
Rijkskanselier Hitier, die begeleid
was door ambassadeur von Ribbentrop,
heeft gistermiddag te Breslau een rede
voering uitgesproken, zijn zesde tijdens
de huidige verkiezingscampagne, voor
een menigte' toeschouwers van 40.000
personen, die bijeengekomen waren in
de z.g. „Jahrhunderthall, welke
1913 is gebouwd ter herinnering aan
den vrijheidsoorlog van 1813.
Hitier arriveerde met ambassadeur von
Ribbentrop per vliegtuig om 4 uur. In zijn
redevoering wees hy' allereerst op de ern
stige dagen, die Europa op het oogenblik
doormaakt. Spr. bracht hulde aan de pro
vincie Silesie, die in de geschiedenis moei
lijke tijdperken heeft beleefd en die „syno
niem is met eer, uithoudingsvermogen en
vrijheid".
Voortgaande zeide Hitier: „Zooals ik tot
dusverre gedaan heb, ga ik voort eerlijk te
handelen, zonder een compromis te aan
vaarden". Wat de buitenlandsche democra-
tien betreft zeide hy: „Er bestaat geen
regime, gegrondvest op kracht, dat zoo ge
organiseerd is als het thans in Duitschland
aan de macht zijnde regime. Gezegd kan
worden, dat mijn poging Duitschland en
zijn huishouding te redden, geslaagd is. Het
is mogelijk, dat niet alles volmaakt is ge
weest, maar ik kan een leering trekken uit
de feiten en vrees niet verantwoordelijk
heden op mij te nemen zonder mij te ver
schuilen achter meerderheden. De vrijheid
en de eer van Duitschland kunnen geen
enkel nadeel met zich mede brengen voor
een ander volk. Wij willen de anderen niet
doen ondergaan, wat wij zelf ondergaan
hebben".
„Gedurende drie jaren hebben wij ge
tracht te doen verdwijnen, wat onverdrage-
lijk was en wat wij niet meer zullen ver
dragen Nieuwe betrekkingen moeten
tusschen de volkeren tot stand gebracht
worden, op zoodanige wijze, dat zij niet
voortgaan elkander wederkeerig het leven
onmogelijk te maken. Men moet logisch
handelen en jegens elkander de noodige
achting hebben. Is het het scheppen van een
nieuwe orde van zaken, wanneer men een
volk bedreigt, omdat het zy'n eigen souve-
reiniteit opeischt? Wij zullen voor derge
lijke opvattingen niet capituleeren. Wij ge-
looven, dat een van de meest elementaire
grondslagen der betrekkingen tusschen de
volkeren is een elk te laten leven, zooals
het dat wil. Duitschland bedreigt niemand
en stelt geen anderen eisch dan zijn sou-
vereiniteit erkend te zien. Dat is niet de
meening van een man, die Adolf Hitier
heet ,dat is de meening van het geheele
volk".
Hitier besloot zijn rede o.m. met de vol
gende woorden: „Ik wil geen gestes, ik wil
25 jaar vrede in Europa. De andere volken
willen ook, dat de staatslieden vrede sluiten
en geen gestes maken. De buitenlandsche
staatslieden kunnen hun volken vragen of
zij deze opvatting deelen, of zij wenschen,
dat de militaire bondgenootschappen ver
sterkt worden, dan wel of zij niet liever
willen, dat de zinnelooze oorlog tusschen de
volken ten einde komt. Wat mij betreft, ik
heb de vraag aan het Duitsche volk gesteld,
dat thans zijn antwoord moet geven Ik
verdedig de rechten van mijn volk om een
beteren vrede te verkrijgen dan die van
het verleden. Ik roep dit uit voor de ge
heele wereld, en Gij, Duitsch volk, schaart
U achter mij!"
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Tegen de Joden en het communisme.
Rijksleider Alfred Rosenberg heeft te
Zwickau een verkiezingsredevoering uitge
sproken, waarin hij allereerst betoogde, dat
het verdrag van Versailles en dat van Lo
carno door de anderen reeds verbroken
was, omdat zij niet in den voorgeschreven
omvang hebben ontwapend en de veertien
punten van Wilson hebben veronachtzaamd.
Vervolgens sprak hy een phüippica uit te
gen de Joden en het communisme, waarbij
hij dagboekaanteekeningen aanhaalde van
Lord d'Abernon, de Britsche ambassadeur
tijdens de Ruhrbezetting en den Locarno-
tijd in Berlijn. Ten slotte zeide hy, dat
Frankrijk tot dusverre alle voorstellen van
Hitieronaanvaardbaar had gevonden. Niet
de Fransche veiligheid wordt bedreigd, zoo
zeide hij, maar men wil het vrije bestaan
van Duitschland niet. Wil het Duitsche volk
echter vrij zijn, dan zal het een Hitier als
leider moeten kiezen. Buiten- en binnen-
landsche politiek zijn één ondeelbaar geheel.
Zonder binnenlandsche vastheid geen bui-
tenlandsch politieke vrijheid, zonder vrij
heid naar buiten is de uitvoering van socia
le rechtvaardigheid onmogelijk. De Duitsche
weg moet gaan door strijd naar de eenheid,
van de eenheid naar de vrijheid en van de
vrijheid naar den grooten binnenlandschen
opbouw. Wanneer dan door daden de Mar
xistische wereld is overwonnen heeft de
nat.-soc. revolutie gezegevierd tot zegen van
onzen tijd en van de komende geslachten.
Eenige honderden dooden.
Terwijl het er eerst den schijn van
had, dat de Amerikaansche overstroo
mingen alweer op den aftocht waren
en het niveau van het water zou gaan
dalen, heeft zich gisteravond over de
veertien Oostelijke staten een nieuwe
vloedgolf uitgestort, met alle gevaren
daaraan voor de bewoonde streken
verboden.
Reeds zijn bij deze overstroomingen 209
personen om het leven gekomen, terwijl de
menigte dakloozen aangegroeid is tot 320.000
en de aan de eigendommen toegebrachte
schade op niet minder geraamd kan worden
dan 250 millioen dollars. Zware regenval
dreigde nieuwe vernieling te brengen in de
reeds overstroomde steden van Nieuw-
Engeland en vooral in Hartford, Connecti-
cut, waar ruim 50 huizenblokken door de
gezwollen watermassa's der weergalooze
overstrooming van de rivier Connecticut
werden getroffen. Hevige sneeuwval in het
Westen van Pennsylvanië belemmerden het
reddingswerk in dat gebied, terwijl de toe
standen in het Noord-oosten van Massachus-
sets en eenige streken van Maine steeds
ernstiger worden.
In de beneden-vallei van de Ohio-rivier
heeft men voorbereidingen getroffen om
tot het uiterste weerstand te bieden aan
het geweld der wassende wateren. Bij alle
ellende komt thans ook nog de vrees voor
gebrek aan drinkwater en voor het om zich
heen grijpen van besmettelijke ziekten.
Met inspanning van alle krachten wordt
intusschen in alle getroffen gebieden, zoo
wel van officieele als van particuliere zijde,
het hulp- en reddingswerk voortgezet.
De situatie der dakloozen in de ver
schillende overstroomde gebieden is van
daag ten gevolge van nieuwe sneeuw- en
regenbuiten ongunstiger geworden. De op
ruimingswerkzaamheden worden door de
slechte weersomstandigheden nadeelig be-
invloed. Het geheele gebied tusschen Ma-
rietta en Cincinnati is vandaag door dê
Ohio-rivier blank gezet. De stad Hartford
staat onder water. Verschillende steden
tusschen Maine en Connecticut zijn ver
stoken van licht ën drinkwater. Bij beschik
king van president Roosevelt zijn vandaag
43 millioen dollars voor hulpverleening be
schikbaar gesteld.
Er ga Alem gebombardeerd.
Naar te Addis Abeba wordt medege
deeld, zijn Italiaansche vliegtuigen over
Erga Alem, in de Sidamo, gevlogen.
Zij hebben verschillende gifgasbom
men laten vallen, tengevolge waarvan
talrijke vrouwen en kinderen gedood
zouden zyn.
Het Noorsche Roode Kruis verzorgt
de slachtoffers. Tevens heeft het een
krachtig protest tot den Volkenbond
gericht, tegen het gebruik van gifgas
sen.
Legerberichten tegengesproken.
De uit Addis Abeba afkomstige berich
ten, volgens welke Ras Kassa en Ras
Seyoem in de vallei van Warri tot den
aanval zijn overgegaan, alsmede die be
treffende de beweerde bezetting van de
Amba Toesjari, in Eritrea, door de Abessi-
niërs, worden tegengesproken. Op het mi
nisterie van oorlog, noch op dat van kolo
niën, is eenig bericht ontvangen, dat met
de Abessinische mededeelingen in overeen-
i stemming is.
Rickett brengt geen vredesvoor
stellen mede.
Naar het Reuter-bureau uit officteöe
bron verneemt, is Rickett met geen enkel
^vmedespkm naar Abessinië gekomen.
Djidjiga gebombardeerd.
Negentien Italiaansche vliegtuigen
hebben gedurende meer dan één uur
de stad Djidjiga hevig gebombardeerd.
Het aantal slachtoffers zou vry bpog
Het bombardement van Irgudftün.
Abessinische kringen verklaren, dat die
Italiaansche luchtmacht voortgaat met het
werpen van gasbommen.
In een communiqué van de regeerfng
van Ethiopië wordt medegedeeld, dat de
burgerbevolking van Irgaalem sterk te ly-
den heeft gehad onder het bombardement
van Vrijdagmorgen. De Noorsche ambulan
ce heeft de slachtoffers ten getale van 27
in verpleging opgenomen.
Nota van Abessinië ontvangen.
De Volkenbondsraad heeft een nota ont
vangen van de regeering van Abessinië,
waarin deze verklaart de vredesoproep van
den Raad binnen het kader van den Vol
kenbond te aanvaarden. De Abessinische
regeering is van meening, dat de princi-
pieele aanvaarding door de Italiaansche re
geering van de oproep gegeven is om pe-
troleumsancties te vermijden en voegt hier
aan toe, dat nog geenerlei onderhande
lingen met Italië zyn geopend. Abessinië
is nog sterk en in staat zich te verdedigen,
aldus ten slotte deze nota.
Britsche ambulance gebombardeerd?
Een onder bevel van Kelly staande
afdeeling van de Britsche ambulance
zou te Sjilga, op 30 K.M ten Noorden
van het Tsana-meer, in het Westen van
Gondar, gebombardeerd zijn.
Een doode, één zwaar gewonde.
Autobestuurder, die doorreed,
later gearresteerd. Drankmisbruik
schijnt niet vreemd aan dit on
geluk.
In den nacht van Zaterdag op Zon
dag, omstreeks twaalf uur, heeft een
auto op den Rijksweg Arnhem
Nijmegen in den Koudenhoek onder
Lent, een ernstige aanryding veroor
zaakt, waarby één persoon op slag
werd gedood en een tweede ernstig
gewond.
Op den berm van den weg waren op dat
tijdstip gezeten de 21-jarige mijnwerker
J. M., en zijn 32-jarige vriend J. K., beiden
uit Treebeek, die per fiets op weg waren
naar Hoogeveen. Zij waren een oogenblik
afgestapt om een boterham te nuttigen.
Plotseling naderde in razende vaart uit de
richting Nijmegen een auto, welke een
slingerende beweging maakte en vervol
gens over een afstand van honderd meter
den berm van den weg op vloog, met het
noodlottig gevolg, dat de twee mannen
werden gegrepen. J. M. werd op slag ge
dood, terwijl zijn metgezel J. K. werd op
genomen en in een sloot terecht kwam.
De auto, die het ongeluk had veroor
zaakt, is onmiddellijk doorgereden, zonder
dat de inzittenden zich om het lot der
slachtoffers hebben bekommerd.
Het gebeurde werd echter spoedig door
omwonenden opgemerkt, die dadelijk de
politie te Eist waarschuwden, welke spoe
dig aanwezig was. Ook het parket uit
Arnhem onder leiding van Mr. J. E. Th. C.
Baron Speijart van Woerden, begaf zich
zoo snel mogelijk naar de plaats van het
ongeluk.
Het lijk is in beslag genomen en overge
bracht naar de algerreene begraafplaats.
De zwaar gewonde K., die o.a. een hersen
schudding had bekomen, is naar het zie
kenhuis te Nijmegen vervoerd.
De auto te Arnhem opgespoord.
Zondagmiddag te twaalf uur is de
gemeentepolitie van Eist erin geslaagd
den wagen, waarmede de aanryding
is geschied, op te sporen in een garage
te Arnhem, terwijl de twee inzitten
den, de heeren U. en M., afkomstig uit
Apeldoorn, konden worden aange
houden.
Dit was geen eenvoudig werk, aangezien
men niet over gegevens omtrent het voer
tuig beschikte. Slechts was op de plek van
het ongeluk wat groene lak gevonden. Nu
f