DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
De oorlog in Oost-Afrika.
De Nederlandsche ambulance in Abessinië.
Abessinië meldt ook een succes.
De besprekingen te Genève.
No. 95
Wat er in het kamp is geschied.
Onder moeilijke omstandigheden
werken,
De toestand in het land.
138e Jaargang
Vliegtuig vernield.
Officier-vlieger gewond.
Onrust in Spanje.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bjj vooruitbetaling voor Alkmaar f 2.—
franco door het geheele Ryk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENT1EN
Van 15 regels f 1.25, elke regel meer f 0.25, groota
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voor dam C 9,
postgiro 37060. Telef- 3320, redactie 3330.
Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Vrijdag 17 April 1936
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Het hoofdbestuur van het Nederland
sche Roode Kruis heeft de dagrapporten
ontvangen van dr. Winckel, den leider
der Nederlandsche ambulance, over de
periode van Maandag 2 Maart tot 21
Maart.
In verband met de mededeelingen
van dr. van Schelven, bij zijn terugkeer
in ons land gedaan, is het interessant
in deze rapporten te lezen, wat in het
basiskamp is geschied gedurende den
tijd, dat dr. van Schelven met zijn een
heid naar het Noorden was getrokken
en daar in zulke moeilijke omstandig
heden verkeerde.
Dr. Winckel
In Dessie.
Op 2 Maart kreeg dr. Winckel in het
kamp te Dessie bericht, dat de colonne van
Schelven op weg naar Kworam te Waldia
was aangekomen.
De volgende dagen werden grootendeels
gevuld met het treffen van voorbereidin
gen voor de reis naar het Noorden door dr.
Winckel. Er was toen ook druk werk in het
hospitaal en in de polikliniek. De patiënten
eischten veel zorg. De polikliniek wordt
steeds druk bezocht en aan het inheemsche
personeel heeft men niet veel. Niemand kan
lezen of schrijven, zoo deelt dr. Winckel
mede, zelfs niet een overigens uitstekende
kracht, die als hun chef werd aangesteld.
Zij kunnen dus niet leeren temperatuur op
te nemen.
Vrijdag 6 Maart bracht de kroonprins
een bezoek aan de ambulance. Dr. Belmonte
was bezig met een operatie en de prins
wilde deze bewerking bijwonen. Het duurde
evenwel niet lang, of de prins vond het
genoeg en vertrok.
Zaterdag 7 Maart zouden dr. Winckel en
de heer de Vries per vrachtauto naar het
Noorden vertrekken, doch des nachts kwam
er een briefje van den secretaris van den
kroonprins, waarin medegedeeld werd, dat
deze reis uitgesteld moest worden. Wanneer
de reis zou kunen doorgaan, moesten de
paspoorten vernieuwd worden.
Dit bericht verontrustte ons in hooge
mate aldus schrijft dr. Winckel, te meer,
daar wij op onderzoek uitgetogen, omtrent
den aard der moeilijkheden geen enkele in
lichting konden krijgen.
Een ultimatum.
Zondag 8 Maart had de ambulance nog
niets vernomen van den secretaris van den
kroonprins. Dr. Winckel stelde toen een ul
timatum:
„Als wij op onzen brief geen bevesti
gend antwoord ontvangen en morgen
niet op reis kunnen, stel ik den Fran-
schen gezant en den afgevaardigde van
het Internationale Roode Kruis te Addis
Abeba met een en ander in kennis".
In antwoord op dit ultimatum kwam er
een briefje van den secretaris van den
kroonprins, waarin medegedeeld werd, dat
den volgenden dag geantwoord zou woideri.
Des Maandags stuurde dr. Winckel een tele
gram aan den keizer met het verzoek in
lichtingen te ontvangen over het lot en den
toestand der beide voorposten.
Met den heer de Vries en den Engelschen
kolonel Holt ging dr. Winckel daarna naar
de stad op zoek naar den kroonprins en
diens secretaris. Er werd verteld, dat zij in
hun holen, hoog in de bergen waren. De
tolk werd er heen gezonden met een briefje,
waarin om een onderhoud werd verzocht.
De tolk komt na een paar uur terug met de
mededeeling, dat de secretaris er niet is en
dat hij het briefje in handen van een ad
junct-secretaris gesteld heeft.
Ongerustheid.
Des middags ging de heer de Vries weder
om naar de stad, om den secretaris te spre
ken. Dit gelukte, doch hij bleek van niets te
weten, alleen dat iedereen belet werd
noordwaarts te trekken.
Den volgenden dag werden dringende
telegrammen gezonden aan den Franschen
gezant en aan den vertegenwoordiger van
het Internationale Roode Kruis in Addis
Abeba met het verzoek om inlichtingen
omtrent de positie van de beide voorposten.
Om 1 uur des middags kwam bericht van
het paleis van den kroonprins, dat een
vliegtuig gekomen was om dr. Barkhuus,
den Deenschen arts, die ernstig ziek was en
in de Nederlandsche ambulance verpleegd
werd, naar Addis Abeba te brengen. Om
2 u. was alles gereed en vertrok een vracht
auto naar het vliegveld. Dr. Winckel bege
leidde den zieke.
Dr. Winckel schrijft over dezen tocht
naar het vliegveld het volgende:
„Bij het paleis blijkt niemand aanwezig
te "zijn, om ons een laisser-passer te geven,
in tegenstelling met de afspraak. Onder
weg treffen wij echter den stoet van den
prins, die mij toewenkt, hem te volgen. De
prins blijkt uitgereden te zijn voor schiet
oefeningen en in zijn gevolg passeeren wij
de wacht. Na eenige kilometers houdt de
stoet halt, de secretaris deelde ons nu mede.
dat hij er niet zeker van is, dat het vlieg
tuig komt, maar dat hij een ruiter naar Des
sie zond, om telefonisch te Addis Abeba te
vragen, of het vliegtuig vandaar vertrokken
is. Ons wordt dus aangeraden, op het ant
woord te wachten. Dit doen wij noodge
drongen, ook omdat de weg bestreken
wordt door de mitrailleurs, waarmede de
prins en gevolg schieten. Om half 5 ver
dwijnt de heele stoet plotseling, en wij
weten nog van niets. Daarom rijden wij
maar door naar het vliegveld, komen er om
6 uur aan, en vinden er niets. Om 8 uur
waren wij weer in het kamp, des nachts
kreeg dr. Barkhuus een aanval van acute
hartzwakte".
Dr. Winckel geeft dit korte verhaal, om
te doen zien, hoe men de Nederlanders en
de anderen meent te kunnen behandelen.
Den volgenden dag kwam er een tele
gram van den Negus, waarin werd medege
deeld, dat de beide voorposten in goede
conditie verkeeren en er geen reden was
voor ongerustheid.
De heer de Vries sprak dien dag op het
vliegveld echter dr. Junod en deze vertelde
hem, dat volgens te Addis Abeba ontvan
gen bericht de karavaan der eenheid—van
Schelven door roovers was aangevallen.
Na veel audiënties en geconfereer werd
vergunning verkregen voor dr. Winckel en
den heer de Vries den volgenden dag naar
het Noorden te vertrekken.
De tocht naar het Noorden.
Donderdag, 12 Maart, vertrokken dr.
Winckel en de heer de Vries met twee
vrachtauto's naar Kworam, vervuld van het
feit, dat er ernstige dingen met onze voor
posten gebeuren, zonder dat het gouverne
ment de leiding der ambulance daarvan in
kennis stelt, zelfs na eenige dagen het oir-
baar acht, alleen te seinen, dat alles goed
gaat, zonder te melden, dat een overval
door roovers plaats greep.
Dr. Winckel voegt er aan toe, dat onder
die omstandigheden het handhaven van een
of meer voorposten niet verantwoord is.
„De weg is modderig, zoodat wij
slechts langzaam vooruit komen. Om
1 uur ontmoeten wij een groot aantal
vrachtwagens van de Britsche ambu
lance, met 17 ernstige verwonden, op
weg naar ons basishospitaal. Van hen
vernemen wij details over het bombar
dement en van de verwonding van dr.
van Schelven, zij overhandigden mij
een pakket met brieven, waaronder een
met potlood geschreven, onleesbare
brief van dr. van Schelven".
Den volgenden dag (Vrijdag 13 Maart)
arriveerde het gezelschap te w°ldia-
Daar werd medegedeeld, dat de Neder
landers wegens de onveiligheid op den weg
niet verder kunnen reizen, alvorens uit het
groote hoofdkwartier daartoe vergunning
is gegeven. Men zou dadelijk naar het
hoofdkwartier seinen.
Den volgenden dag was er nog geen be
richt De gouverneur der provincie vertelde
aan dr winckel, dat er geen 100 doch dui
zenden opstandelingen zijn (naar men zegt,
omgekocht door de Italianen) en dat hij
voor de veiligheid der Nederlanders een
klein legertje moet mobiliseeren. Dit kan
echter pas Maandag klaar zijn, zoodat dr.
Winckel twee volle dagen moest wachten.
Bovendien reikte het gebied van den gou
verneur slechts tot Cobbo, halverwege
Kworam. De gouverneur aldaar zou nieuwe
maatregelen moeten nemen.
Terug naar Dessie.
Onder deze omstandigheden oordeelde dr.
Winckel het beter naar Dessie terug te gaan,
waar zyn aanwezigheid dringend noodzake
lijk was en ir. de Vries werd belast met de
regeling van het terugtrekken der voorpos
ten.
Uit een telegrammenwisseling blijkt ver
volgens, dat de Negus alles d«d om dr. van
Schelven te helpen (de bijzonderheden hier
over heeft men reeds uit het interview van
dr. van Schelven vernomen) om op deze
wijze te trachten goed te maken, wat zijn
opstandige onderdanen misdreven hebben.
Twee dagen later (Dinsdag 17 Maart)
kwam er telefonisch bericht van ir. de
Vries uit Woldia, dat de reis naar Kworam
onmogelijk was en dat hij naar Dessie
terugkeerde.
Den volgenden dag (18 Maart) kwam de
heer de Vries in het kamp aan en rappor
teerde het volgende:
„Zondag 15 Maart zou het escorte voor
den tocht naar Cobbo tegen 12 uur aanwezig
zijn, het was er natuurlijk niet. Ook niet om
3 uur, zoodat ik besloot het erop te wagen,
snel naar Cobbo te rijden. Dit geschiedde,
en om 6 uur werd de plaats bereikt.
Teneinde de bijeenkomst van de com
missie van dertien voor te bereiden, heb
ben Eden, Avenol, Paul Boncour geluncht
tezamen met de Madariaga.
Het standpunt van Abessinië is niet ge
wijzigd, de Negus steunt geheel op den
Volkenbond.
Italië wijst de opening van besprekingen
niet van de hand, doch hecht veel waarde
aan de procedure, teneinde geen gevaar
te loopen de vruchten van de overwinning
te verliezen. Onder de verlangens van
Aloisi staan o.a. de volgende voorwaarden:
lo. de vredesonderhandelingen onder
breken de militaire operaties niet. Rome
schijnt er op te rekenen, dat binnenkort
Addis Abeba wordt bezet.
2o. Italië en Abessinië moeten worden
vrijgelaten direct te onderhandelen: de
Volkenbond spreekt slechts zijn oordeel
uit over de eindresultaten.
Men vermoedt, dat de Madariaga dit
gistermiddag aan de commissie van dertien
zou mededeelen. De commissie moet be
slissen of langs dezen weg in den 'geest
van het Volkenbondspact resultaten kun
nen worden bereikt.
Abessinië verwerpt de Italiaansche
voorwaarden.
De regeering van Abessinië heeft
beslist geweigerd vredesonderhande
lingen met Italië aan te knoopen, in
dien de volgende voorwaarden zouden
worden gehandhaafd:
a. de Volkenbond zal niet aan de on
derhandelingen deelnemen;
b. de Italiaansche vredesvoorwaar
den worden slechts aan Abessinië
en niet aan den Volkenbond be
kend gemaakt;
c. er zal gedurende de onderhande
lingen geen wapenstilstand worden
gesloten en de vijandelijkheden
zullen niet geschorst worden.
Uit Addis Abeba komt het bericht,
dat de Abessinische en de Italiaan
sche troepen slaags zijn geraakt ten
Nooorden van Neghelli. Afgezien van
de moogelijkheid, dat 't bericht onjuist
is en met name de resultaten van de
gevechten, die hebben plaats gevon
den en volgens de Abessiniërs ongun
stig voor de Italianen zijn uitgevallen,
overdreven zijn, was een dergelijke
actie wel te verwachten.
Reeds eerder is generaal Graziani na zijn
expeditie van Dolo uit welke expeditie
zoo weinig tastbare resultaten opleverde
gedwongen geweest, een gedeelte van
de troepen die hij gebruikt had voor de
bezetting van den sector Noordelijk van
Dolo weer terug te trekken, om deze af-
deelingen voor zijn actie op Harrar te ge
bruiken. Op het oogenblik, dat hy zyn actie
in den Oostelijken sector van het Zuidelijk
front wilde beginnen, hadden de Abes
siniërs aanzienlijke versterkingen Noorde-
Vliegtuiggevaar.
Maandag 16 Maart. Te Cobbo gebleven,
wegens vliegtuiggevaar, er kwam wel een
vliegtuig, dat vlak bij de auto bommen
wierp, doch ons miste.
Des avonds zonder escorte, doch
vergezeld door een Galla-chef den
sprong naar Kworam gewaagd, overdag is
dit niet mogelijk, wegens de vliegtuigen. Na
een uur rijden terecht gekomen in een
moeras (vermoedelijk was de weg door op
standelingen onder water gezet), de auto
zakte tot de lantaarns in de modder, werd
afgeladen en met veel moeite uit de modder
getrokken. Een andere weg was in het don
ker niet te vinden, weshalve ik terugkeerde
naar Cobbo en van verdere pogingen heb
afgezien, daar deze wegen alleen overdag
berijdbaar zijn, en dan kan men juist niet
reizen wegens het vliegtuiggevaar. Wij wa
ren 40 uren aan één stuk in touw geweest.
Van Cobbo teruggereden naar Woldia".
De terugkomst van dr. van Schelven.
Vrijdag, 20 Maart, kwam plotseling een
auto het erf op rijden: „tot onze verrassing
en vreugde bleek het dr. van Schelven te
zijn. Een auto van den keizer had hem van
Kworam tot ons zullen brengen, doch deze
bleef steken, en zoo legde hy het laatste
stuk van den weg of in een vrachtauto met
gewonden, voor onze ambulance bestemd.
Hij maakt het best, is nog wat kort-ademig.
Dr. Belmonte vervaardigde nog een rönt
genfoto van zyn borst
lijk van Neghelli samengetrokken, die deze
plaats bedreigden. De Italiaansche lucht
macht is in deze streek vermoedelijk voort
durend in actie geweest om verrassingen
van Abessinischen kant te kunnen voor
komen en om de troepen op welke manier
dan ook op een afstand te houden. Dat zij
daar, toen Graziani bij Dagaboer en Sasah
Baneh een zeer intensieve actie van de
luchtmacht noodig had, hier in het Noord
westen boven Neghelli hun taak niet vol
ledig konden verrichten is waarschijnlijk,
evenals het waarschijnlijk is, dat de Abes
siniërs onmiddellijk van de gelegenheid
gebruik hebben gemaakt om een Itali
aansche patrouille aan te vallen. Een
kwestie van hinderen dus, waardoor gene
raal Graziani inmiddels weer genoodzaakt
zal zijn de noodige aandacht aan dit ge
bied te besteden. Mogelijk zelfs, dat een
zekere Abessinische bedrijvigheid in den
Westelijken sector van het Zuidelijk front,
generaal Graziani bij Sasah Baneh alreeds
opnieuw vertraging heeft bezorgd. Een
tweede bedreiging van Dolo is wel het
eerste, wat deze generaal te voorkomen
heeft.
De Abessiniërs gaan voort met de bezet
ting van Dessié te ontkenn:en, maar deze
ontkenning zal men wel niet al te ernstig
behoeven te nemen. Over de posities van
de Noordelijke Abessinische legers is niets
naders bekend geworden.
De „Giornale dTtalia" tegen
Engeland.
De „Giornale d'Italia" levert een fel
commentaar op het artikel van de „Times"
van gistered, waarin gezegd werd, dat
Italië in de Europeesche aangelegenheden
steeds minder meetelt tengevolge van de
krachtinspanning, noodig voor de onder
neming in Oost-Afrika. Het doel van het
Times-artikel is volgens het Italiaansche
blad, dat het Engelsche publiek, dat sedert
zes maanden niet meer precies weet, wat
er in Italië en in de geheele wereld ge
beurt, in den greep van een illusie wordt
gehouden.
Engeland zou den invloed van Italië wel
willen uitschakelen om scheidsrechter tus-
schen Frankrijk en Duitschland en daar
door meester over Europa te blijven.
Daarom aldus de Giornale maakt
Engeland gebruik en misbruik van de
Volkenbondspolitiek, maar daar om ook
eischt Italië 'n radicale en definitieve op
lossing van het conflict met Abessinië,
want een dergelijke oplossing zal de mo
gelijkheden voor Italië in Europa tot een
maximum doen stijgen. Engeland heeft een
misrekening gemaakt, toen het zijn vloot
bij wijze van schrikaanjaging naar de
Middellandsche zee zond, een blok van
sanctiestaten vormde en de Abessinische
horden wapende. De laatste gebeurtenis
sen in Europa hebben bewezen, dat het
prestige van Italië groot is. Engeland, zoo
besluit het blad, wil niet met den Volken
bond samenwerken, maar hem beheer-
schen; het werkt niet voor den vrede maar
voor den oorlog.
De bezetting van Dessie.
De oorlogscorrespondent van het Duit-
sche nieuwbureau meldt dat in Dessie
Fitaorarie Zeur Hailoe is aangekomen,
zoon van Dedjas Hailoe Boerroe, die aan
het oordelijk front tegen de Italianen had
gestreden en die thans zyn onderwerping
kwam aanbieden. Hy werd begeleid door
talrijke onderchefs en gewapende krijgs
lieden.
Vooruitgeschoven Italiaansche afdeelin-
gen bevinden zich reeds ten zuiden van
Dessie.
Abessiniërs melden nieuwe over
winning.
Het Abessinische oppercommando aan
het zuidelijk front melde, dat op 9 April
heftige gevechten hebben plaats gehad ten
noorden van Neghelli.
De Italianen, aldus deze Abessinische
mededeeling, zijn daarbij teruggeslagen.
Zij hebben 321 blanke officieren en man
schappen en 19 Somalisoldaten op het
slagveld achtergelaten.
De Abessiniërs zouden zes vrachtauto's
met munitie en een wagen met 12 ma
chinegeweren hebben buitgemaakt. Hun
verliezen zouden 17 dooden en 25 gewon
den hebben bedragen. Zy zouden hun
tegenstanders volkomen verrast hebben.
Italiaansche vliegtuigen boven
Addis Abeba.
Hedenochtend verschenen twee Ita
liaansche vliegtuigen boven de hoofdstad
op geringe hoogte en wierpen roode en
gele pamfletten omlaag. De bevolking
dacht eerst, dat dit gifgas was. De bevol
king toonde zich evenwei niet zoo ver
schrikt als de vorige keeren.
De inname van Dessie.
De oorlogscorrespondent van het Duit-
sche Nieuwsbureau deelt mede, dat de
Europeanen, die zich te Dessie bevonden,
de stad hebben verlaten. Een deel van de
bevolking heeft voor den aankomst van de
Italianen de huizen van Europeanen, con
sulaten en ziekenhuizen verwoest. In de
stad werd nog een aanzienlijke hoeveel
heid oorlogsmateriaal gevonden.
Verder is de Fitaurari Zeuf Hailoe, een
zoon van den bekenden Dedjas Hailoe
Boeroe, die aan het noordelijk front tegen
de Italianen heeft gestreden, met ver
scheidene onderaanvoerder en gewaen-
den te Dessie aangekomen, om zijn onder
werping aan de Italianen aan te bieden.
Voortuitgeschoven posten van de Ita
lianen bevinden zich reeds ten Zuiden van
Dessie.
Badoglio regelt de kinderarbeid.
Maarschalk Badoglio heeft een edict
uitgevaard, waarby verboden wordt,
dat kinderen beneden 14 jaar gebruikt
worden voor handenarbeid, welke
hun krachten teboven gaat. Verder
mogen deze kinderen niet te ver van
hun familie arbeiden.
Harrar ingenomen?
Van welingelichte zyde wordt ver
nomen, dat de Italianen gisteren Harrar
hebben bezet.
Een bevestiging van dit bericht is
evenwel nog niet ontvangen.
Den Helder, 17 April. Heden
morgen te half twaalf is het schoolvlieg-
tuig S 10, dat bestuurd werd door den
officier-vlieger J. Vonk, by het landen
op het vliegveld de Kooy zoo ongeluk
kig neergekomen, dat het toestel geheel
vernield werd. De bestuurder werd ge
wond.
Nieuwe incidenten.
De begrafenis van den luitenant der civiele
garde, die tijdens de ongeregeldheden van
Dinsdag j.1. werd gedood, heeft aanleiding
gegeven tot nieuwe fascistische betoogingen,
te Madrid.
Vanuit een in aanbouw zynd huis hebben
onbekend gebleven personen, een aantal
schoten op den begrafenisstoet gelost. De
civiele garde beantwoordde het vuur. Twee
personen zouden gedood en verscheidenen
gewond zyn.
In de wijk, waar de schietpartij heeft
plaats gehad, is de bewaking verscherpt, en
civiele garden met de revolver in de vuist
fouilleerden alle voorbijgangers, die met
de handen in de hoogte moesten loopen.
Steeds nieuwe schietpartijen te Madrid.
Na den reeds gemelden aanval op een be
grafenisstoet hebben in verschillende deelen
der stad nieuwe schietpartijen plaats gehad.
In totaal zyn tot dusver drie personen ge
dood en ongeveer vijftig gewond. Het is
echter nog mogelijk, dat het doodental nog
zal stijgen. Allen bij het incident gedurende
de begrafenisplechtigheid zijn volgens ver
klaringen van ooggetuigen 800 schoten ge
wisseld.
Talrijke arrestaties.
In verband met de bloedige botsingen,