Spoorboekjes Onteigening. N.V. v.h. HERMS. COSTER S Zn. Groote Amerihaansche Automobielmaatschappiien gebruikten meer courantenreclame. Zomerdienst. VOORDAM C 9, ALKMAAR. Glimlachje Sinds jaren gaat men in Amerika na op welke wijze de voornaamste bedrijven reclame maken. Overduidelijk is daarbij nu weer aan het licht gekomen, hoe tal van bedrjjven, en daarbij juist de aller grootste, meer aan couranten-reclame gaan besteden. Hier volgen b.v. de cijfers der voor naamste drie automobielconcerns de General Motors Corporation ver bruikte in 1935 1.264.927 regels meer in couranten de Ford Motor Car Company 1.769.342 regels meer? de Chrysler Corporation 2.746.999 regels meer. De neiging der Amerikaansche business-men om steeds meer cou rantenreclame te benutten is des te opmerkelijker, wanneer men bedenkt dat er geen land is waar zooveel uitstekende magazines zijn en op zoo'n ruime schaal van den omroep gebruik gemaakt kan worden voor reclame. Het feit dat Nederland vrijwel het eenige land is waar iedere familie geabonneerd is op een courant, die thuis door elk lid van het gezin wordt gelezen (en niet als elders in trams of bussen) doet de waarde van 'courantenreclame in Nederland wel bijzonder sterk uitkomen. De Burgemeester der gemeente Oudorp (N.H.) maakt bekend, dat, ter voldoening aan artikel 15 der Onteigeningswet, een afdruk van het Koninklijk besluit van 14 April 1936, no. 27, tot aanwijzing van de perceelen, welke kunnen worden onteigend ten behoeve van den aanleg van een verbindingsweg in de gemeente Oudorp, ten noord oosten van Alkmaar, welk Ko ninklijk besluit is opgenomen in de Staatscourant van 20 April 1936, no. 76, van 14 Mei 1936 tot en met 4 Juni 1986 ter inzage voor een ieder is uedergelegd op de secretarie der gemeente. Oudorp (N.H.), 13 Mei 1936. De Burgemeester voornoemd) W. BOS. milde voorwaarden, die bij dezen vrede werden toegestaan. Wat niet wegneemt, dat voor het element; dat hen een groot deel hunner vrijheden werd ontnomen en zelfs hun taal werd bedreigd; dat op de puinhoo- pen van het door den oorlog verwoeste ge bied een nieuwe welvaart moest worden opgebouwd; dat de imperialisten van Rho- des, die de eindelijke zege niet zagen, sche nen te zegevieren, als uiterlijk teeken waar van Milner, sedert dien tot Lord verheven, het gouverneurschap van de Kaap bleef be- kleeden. Intusschen, de ontvangt, die de drie Bóeren-generaals Botha, de Wet én de la Rey hier te lande en elders ondervonden, gaf duidelijk blijk van de onverminderde sympathie, die voor het verdrukte Zuid- Afrika bestond. Wat intusschen niet weg nam, dat, gelijk begrijpelijk en menschelijk is, met het einde van den strijd ook het einde scheen gekomen van die intense be langstelling, waardoor tot op dat oogenblik de Zuid-Afrikaansche republieken zich voelden gesteund. Maar nu bleek, dat de tegenstand, die nog gedurende den oorlog, waarin Engeland's prestige op het spel scheen te staan, door een groep moedige Engelsche politici en publicisten, onder wie Lloyd George en Stead dienen te worden genoemd, was getoond tegenover de Engel sche annexatie-politiek, haar uitwerking miste. Op den avond van de zegepraal be gon er in het Engelsche volk iets te ont waken. Chamberlain, de vader van de twee ministers, die sedert dien een welverdien de reputatie hebben gekregen, mocht van de politiek van Engeland's „splendid isola- tion" gewagen de gemiddelde Engelsch- man gevoelde het toch anders. En koning Edward was de plotseling zich ontwikke lende diplomaat, die er op uittrok om deze isolatie te breken. Wat alweer het best kon geschieden door verandering te brengen in het stelsel, dat men ongetwijfeld aanvanke lijk, teneinde Engeland's positie in Zuid- Afrika te versterken, er had willen voeten. In 1906 leverden de verkiezingen een 'on gekende overwinning voor de liberalen on der leiding van Campbell Bannerman öp, en nu begon een andere politiek tegenover Zuid-Afrika. Een politiek van toenadering, die van de Boerenrepublieken als belang rijk onderdeel van Zuid-Afrika wilden ma ken gelijke trouwe steunpunten van het groote Britsche Rijk, gelijk in den loop der jaren zich Australië en Canada hadden ge toond. Zuid-Afrika zelf begon te ontwa ken; het vroeger door Rhodes en de impe rialisten voortgestane streven naar fede ratie en nauwe samenwerking, won tetrein. Maar in anderen zin dan het aanvankelijk gedacht was. Ondanks den Engelschen in vloed in de Kaapkolonie, die jaren achter een Jameson aan het hoofd van het verant woordelijk ministerie zag, werd aan de federatie een niet uitsluitend Engelschen grondslag gegeven, gevolg reeds dadelijk van het feit, dat Campbell Bannerman, die destijds de methoden van het concentratie kamp als barbarisme had aangevallen, aan de oude republieken verantwoordelijk bestuur gaf, met gelijke rechten voor beide talen. Als gevolg van de herademing, die dientengevolge intrad, ontwikkelde zich nieuw politiek leven en nieuwe belangstel ling. Economische overwegingen, die ook de spoorweg- en de vrachtenpolitiek betroffc-n, brachten de vier groote samenstellende deelen van Zuid-Afrika; de Kaapkolonie, Natal en de beide Boerenrepublieken 'ot hZtkS te meer' naarmatè de S tafrhif f bfSefte' dat 7-'J> tusschen de talrijke en steeds toenemende Naturel len, er stonden op een post van gevaar en dat de ligging der onderdeelen van dien aard was, dat verdeeldheid en particularisa- tie-politiek de schromelijkst denkbare ge volgen konden hebben voor de onderdeelen der gemeenschap. Nadat in 1906 de te Vcr- eeniging beloofde autonomie der Boeren republieken was hersteld, kwam in October 1908 de Nationale Conventie samen, waar aan Jameston deelnam naast Botha en de Wet, die beiden een verschillend element uit de Boerenrepublieken vertegenwoordig den, Het heeft heel wat moeite en overleg gekost om tot de oplossing, die op 2 Fe bruari 1909 werd bereikt te komen; vooral van de zijde van Natal, kolonie met óver wegend Engelsche meerderheid, werd ver tegenwoordiging van elk onderdeel dooi een gelijk aantal leden geëischt, en keuze dier leden niet door de afzonderlijke parle menten, maar door het volk in kiesdistric ten, hetgeen tengevolge zou hebben, dat de overwegende Engelsche meerderheid in be paalde plaatsen zich ook duidelijk zou ken baar maken. De aldus met zorg voorbereide grondwet voor het Zuid-Afrikaansche werd in Sepember 1909, na tevoren door de ver schillende Koloniale Parlementen te zijn goedgekeurd, door het Engelsche Parlement aangenomen; den datum dragend van 20 September van dat jaar, trad zij 31 Mei 1910 in werking. Datgene wat Rhodes en de zijnen hadden gewenscht: Het scheppen in Zuid-Afrika van één groot land, werd op deze wijze bereikt. Maar met een ander uit eindelijk resultaat, dan Rhodes en de zij nen, die voor de Engelsche overmacht had den gestreden, toen konden bevroeden. Het leven der Zuid-Afrikaansche politici is vanaf dat oogenlik niet langs rozen ge gaan. Louis Botha, de krijgshaftige jonge Boeren-generaal, die ook den zedelijken moed had om zich bij de veranderde om standigheden aan te passen, den smaad van hem verweten verraad op zich te laden, heeft het bemerkt. Wat al heeft hij niet moeten hooren over de tegemoetkomend heid, die hij zich in 1911 ter conferentie te Londen met de andere dominiale premiers, liet Welgevallen. Maar Botha ging rustig zijn gang. Naar het oordeel van velen ech ter lette hij te weinig op het Hollandsche element, als gevolg waarvan reeds in 1912 generaal Hertzog, de vroegere minister van onderwijs in den Vrijstaat, zijn actie voor de noodzakelijkheid, dat op de scholen het aanleeren van beide talen voor allen ver plichtend zou zijn, begon. Achtte Botha slechts noodig, dat ieder de taal kon kiezen, welke hij als voertaal van onderwijs wilde, en stoven de oude Engelsche imperialisten, die zich als unionisten in de Kaapkolonie kenbaar maakten op, bij het vernemen van Hertzogs' opvatting; dit kon de verwijde ring van Hertzog uit het ministerie ten ge volge hebben, maar deed hem aan het hoofd komen van een nieuwe opkomende partij, die der nationalisten, de natten ge naamd, tegenover de sappen, die de Suid- Afrikaanse partij vertegenwoordigden. Tijdens den wereldoorlog. Onmiddellijk na het uitbreken van den wereldoorlog spitsten zich de tegenstellin gen toe: Botha achtte zich door de loyauteit tegenover Engeland verplicht om Duitsch Zuid-West-Afrika binnen te vallen; mannen als de Wet, die den strijd van nauwelijks tien jaren geleden niet konden vergeten, wilden niet vechten voor het land dat hen onrecht had gedaan en had veroverd. Op harde wijze trad de Unie-regeering op, ge lijk zij kort tevoren met harde hand de spoorwegstaking had neergelegd; velen wer den gevangen genomen; een hunner Jopie Fourie werd zelfs ter dood veroordeeld. Hoezeer de positie van Botha en de door hem geleide nationalisten er op achteruit ging, bleek wel tijdens den oorlog, toen de roep naar het herstel van de onafhankelijk heid der oude republieken sterker werd. Maar de Zuid-Afrikaansche delegatie, die deze opdracht naar Londen medekreeg, vond geen gehoor. En het mocht zijn, dat Botha, nog op betrekkelijk jongen leeftijd kwam te overlijden, wellicht ook strijdens- moede onder de vele aanvallen die hij, ook gedurende zijn verblijf in Engeland, had te verduren gehad, voorloopig bleven de Sap- penisten, nu onder leiding van Smuts aan het bewind. Zij hadden echter om zich te handhaven, den steun der Unionisten noo dig, en uit de gevoerde oppositie putten de nationalisten zoodanige kracht, dat in 1924 Hertzog het bewind kon overnemen, dat tot ook dLvnreCmg-ng der beide PartiJen en ook daarna m zijn handen is gebleven. De fusie tusschen Natten en Sappen. Want, dat is een merkwaardige fusie ee- weest, die zich tusschen de Natten en de Sappen, die elkander vanaf 1919 fel hadden bestreden, met ingang van 1933 voltrok De fusie zelve kwam eerst een jaar later tot stand, maar reeds vanaf Maart 1933 werd over samenwerking tusschen Smuts en Hertzog en beider partijgenooten onderhan deld. Zoo is de Vereenigde Centrale Partij tot stand gekomen, welker programma den nadruk legt op den status van souvereine onafhankelijkheid, gelijk Zuid-Afrika dien volgens de wet van 1934 heeft verworven. Het is deze souvereine onafhankelijkheid, die, al laat zij de feitelijke band met het Britsche rijk ongerept, het hoofdmotief voor de nieuwe partij is. Deze gaat niet in de richting van afscheiding, maar veeleer in die van eerbied om loyauteit ten opzichte van het Britsche Imperium. Dit alles, zoo sprak Smuts in die dagen, is nu dieper in de verschillende kringen van ons volksle ven geworteld dan tevoren; een fundamen teel sentiment geworden, dat onaantastbaar is. Natuurlijk waren en zijn er onder de nationalisten, in het bijzonder in de groep onder leiding van den onverzettelijken Ma- lan, die pleiten voor een verder gaande on afhankelijkheid; die ook pleiten voor de om zetting van de monarchie Zuid-Afrika in een republiek. Wat in dat opzicht de toe komst brengt, moet worden afgewacht; vaststaand mag wel worden gerekend, dat de verhoudingen thans zoo zijn, dat vóór alles de versterking van de eenheid der Zuid-Afrikaansche Unie wordt nagestreefd. Zuid-Afrika is één ten opzichte van de wen- schelijkheid, die het gevoelt, dat het voor malige Duitsch Zuid-West-Afrika, als man daat in beheer genomen, als vijfde provin- éie aan de Unie zal worden toegevoegd. Eén in de overtuiging, dat Zuid-Afrika is eén territoir voor de blanken, waar mei; aan de Naturellen alle tegemoetkomendheic kan verleenen, die nóodig is om het ras ii stand te houden en dit een behoorlijke le venskans te geven, maar tegelijk om hel de. mogelijkheid te ontnemen om de blan ken, die Zuid-Afrika hebben gemaakt tot wat het thans is, te verdringen. Eén ook in den wensch, dat, zoo mogelijk in af zien- baren tfjd de kroon-kolonie Rhodesia, wel ker beide doelen Noord- en Zuid-Rhodesia reeds geruimen tijd zijn samengevoegd, met de Zuid-AfrikaanscheUnie zal worden ver- eenigd, evenals die wenschelijkheid gevoeld wordt ten opzichte van de door Engeland uitgeoefende protectoraten over de zwarte landen. De regeeringsvorm van de Zuid- Afrikaansche Unie is een gematigde federa tieve, want weliswaar hebben de vier on derdeelen elk hun eigen vertegenwoordi ging, die volgens een uitgebreid kiesrecht wordt gekozen, en staat naast dezen de ver- tegenwoordigger van den gouverneur-gene raal der Kaapkolonie, doch de parlementen dezer vier provinciën behandelen slechts wat men zou kunnen noemen de provinciale aan gelegenheden. Alles wat de wetgeving, het buitenlandsch beleid, de financiën, de weer baarheid betreft, wordt door de Zuid-Afri kaansche Unie beslist. Het parlement zetelt te Kaapstad, waar reeds tijdens het En- gelsch beheer het parlementsgebouw werd gezet; het uitvoerend gezag zetelt te Preto ria, dat sedert ook Pretoria ten deele mij- nenstad is geworden, aan beteekenis heeft gewonnen; het hoog gerechtshof is gevestigd te Bloemfontein, waar zoodoende de oude rustige sfeer bewaard is gebleven. Terwijl naast Kaapstad Durban, het oude Port-Na- tal van de kolonie Natal de belangrijkste havenplaats vormt. Hoezeer het rassen vraagstuk in de Zuid-Afrikaansche Unie een gewichtiger ol speelt, hoezeer de tegenover de Naturellen te volgen politiek, niet slechts in het mandaatgebied, maar ook in de Unie zelve, meer dan eens onderwerp van discus- si is geweest tusschen Kaapstad en Londen, behoeft geen betoog. Ook in dat opzicht is het einde van den strijd tusschen de Natten en de Sappen van overwegende beteekenis geweest, en te meer logisch verklaarbaar, omdat algemeen thans wel wordt ingezien, hoezeer Botha, de verguizing, die hem dien tengevolge ten deel viel ten spijt, den eenig juisten weg heeft ingeslagen om te herstel len na wat in 1902 hopeloos verloren scheen, De huidige situatie. De Zuid-Afrikaansche Unie vormt thans onderdeel van het groote Britsche Impe rium; het is een der vijf, en zeker niet het onbelangrijkste, Dominions. Er is in den loop der laatste kwarteeuw een groote ver- an ering ingetreden in de verhouding, die statuut van WesTmTnsteï^gïidt' dït^j z^n doch door eengSÏÏnscSpelXerKhiai trouw aan de kroon vereenigd en vrijelhk verbonden als leden van het Britsche ge- eenebest van naties. Generaal Hertzog heeft daarop nog eens nadruk gelegd, toen hij een vorig jaar in Europa vertoefde, en als men generaal Smuts de positie van Zuid- Afrika hoort uiteenzeten, verneemt men al n et anders. De eerste conferentie der do miniale premiers, die door de Zuid-Afri kaansche Unie en in haar naam door Botha, werd bijgewoond, was die van 1911; toen werd voor het eerst een uitgebreid en alle mogelijke geheime inlichtingen verschaffend overzicht van Engeland's internationale staatkunde aan de dominions gegeven. Maar voorloopig lieten deze nog na de maatrege len te treffen, waardoor zij zich toen reeds een volledig aandeel in de zeggenschap om trent het buitenlandsch beleid hadden kun nen verwerven. De oorlog, die Engeland's beroep op den steun der dominions noodig maakte, veranderde dit; veranderde het zoodanig, dat reeds in 1917 het rijks-oor logskabinet in het leven werd geroepen, waaraan door vertegenwoordigers der do minions werd deelgenomen. Reeds ter confe rentie van 1921 werd de vrijwel volledige j interne onafhankelijkheid der dominions erkend en in 1923 bevestigd. Maar vooral ter conferentie van 1926 is de grondslag gelegd voor de verhouding, die in 1931 tot het Sta tuut van Westminster heeft geleid, en de oand tusschen het Engelsche moederland .•enerzijds, de dominions anderzijds, in de jogen van de eenen heeft verzwakt, van de anderen heeft versterkt. Verzwakt, wanneer men meende, dat slechts volkomen autori teit van het Engelsche moederland in alle rijkszaken de mogelijkheid zou scheppen tot handhaving van de eenheid. Versterkt, wan neer men zich stelt op het standpunt, dat alleen de algemeene erkenning door deze onderdeelen van gemeenschappelijke belan gen een band kan scheppen die ook voor een ver verwijderde toekomst bindt. Mt Canada heeft Zuid-Afrika behoord tot de dominions, die ongetwijfeld tengevolge van de geschiedenis van Zuid-Afrika het sterkst op de onafhankelijke rechten van de dominions nadruk hebben gelegd. Zuid- Afrika ziet zijn eigen toekomst voor zich, toekomst, die het zich niet denkt onafhan kelijk van Engeland, maar waarin het eigen levensmogelijkheden wil scheppen, die het afgescheiden wil houden van Engelsche po litieke belangen. Vandaar, dat de dominions aan het tractaat van Locarno niet medede- den; vandaar, dat terzake van initiatieven op de Ontwapeningsconferentie door Enge land overleg met de dominions werd ge pleegd; vandaar, dat Engeland terzake van het act van Vier noch ten aanzien van eenig belangrijk punt van buitenlandsch beleid stelling nam zonder met de dominions te hebben overlegd. Wie zich nog herinnert het geestige „Van Dag tot Dag"-artikel van den onvergetelijken Charles Boissevain in 1899 geschreven ter gelegenheid van het uitbre ken van den Zuid-Afrikaanschen oorlog, voorspellende de ontbinding van het groote Britsche Rijk, komt tot de overtuiging, dat weliswaar de daarin gedane profetie niet tot verwezenlijking is gekomen, maar dat langs anderen weg de Engelsche overmacht in de deelen der wereld, die aan het begin dzer eeuw nog onverkort door Londen wer den beheerscht, is ten einde gekomen. Wie had zoodanig resultaat bijkans binnen een kwarteeuw na de Vrede van Vereeniging kunnen verwachten! Ziet men wat de Zuid-Afrikaansche Unie van het oogenblik is, dan ziet men in haar een gebied van een totaal oppervlakte van 11/4 milioen K.M.2., waarvan er 720.000 tot de Kaapkolonie, 260.000 tot den voormali- gen Transvaal, 135.000 tot den voormaligen Oranje Vrijstaat en 90.000 tot Natal behoo- ren, terwijl het onder mandaat staande Duit- sche Zuid-West-Afrika alleen reeds een op pervlakte van 833.000 K.M.2. heeft. De Zuid- Afrikaansche Unie wordt bewoond door een totaal van 6 tot 7 millioen inwoners, waar van ruim IK millioen tot het blanke ras be- hooren; Duitsch Zuid-West-Afrika door bij kans 200.000 inwoners en een blanke bevol king, die met 10 pCt. is overeen te brengen. Gesteld, dat te eeniger tijd Rhodesia en de protectoraten van Bechuanaland, Basoeto- land en Swazi en Nyassaland in het noor den van Natal tot de Zuid-Afrikaansche Unie zouden gaan behooren, dan zou deze omvatten een gebied dat bij een toename tot 4 millioen K.M.2. zijn bevolking matiger zou zien stijgen en in elk geval het zwarte e ement zou zien toenemen. Ziet men naar de verhouding van blanken en zwarten dan blijkt, dat in Natal waar ook de Aziaten zijn. het blanke element slechts 1/10 deel der be- volking uitmaakt; in den Oranje Vrijstaat is het met 60 pCt. het sterkst. Welke da juiste verhouding is tusschen het Holland» sche en het Engelsche element, is uiteraard niet zoo gemakkelijk vast te stellen, omdat hier niet uitsluitend de taal de overheer- schende factor is, maar zelfs de Engelsche statistieken van een tiental jaren geleden gaven 40 boeren tegenover 35 Engelschen toe, welke verhouding volgens sommigen niet te geflatteerd is, wanneer men haar op 50 tegenover 25 stelt. Hoe dit zij, Zuid-Afri. ka is, tengevolge van den natuurlijken rijk- dam aan mineralen, bezig zich te ontwik kelen in geheel anderen zin dan de oude voortrekkers ook maar een oogenblik heb ben kunnen denken. Zuid-Afrika is land van diamant en van goud, en van het laat ste vooral, ja relatief gesproken, het rijkst produceerende goudland te wereld. Men stelle tegenover elkander het cijfer van ruim 100 millioen gulden in 1896 en dat van ruim 400 millioen in 1920, en men bedenke, dat op 7 tot 8 milliard gesteld wordt de waarde, die tusschen 1886 en 1919 aan den Zuid-Afrikaanschen bodem is ontnomen. Daartegenover is de landbouwvoortbrenging uiteraard niet in gelijke mate gestegen, al treft men ook hier een vereerdering van de welvaart aan, die met de ontwikkeling van diamant- en goudindustrie verband houdt. Hierbij komt nog, dat Zuid-Afrika kolen bevat voor de eigen industrie; dat de bodem koper en tin oplevert. En vooral dient niet vergeten te worden, dat de vee teelt van de Zuid-Afrikaansche Unie tot de belangrijkste der wereld behoort; dat, in net bijzonder inhet zuidelijk gedeelte van de Kaapkolonie de fruitteelt bloeit en de wijn bouw een belangrijke tak vormt. Natal is bovendien een land, waar suikerriet, thee, kinine, tabak geplant kan worden. Was Kaapstad met het daarachter gelegen Zuid- Afrikaansche land eens de wisselplaats der schepen, het leeft thans een eigen leven, waarin het weliswaar niet geheel onafhan kelijk is van de overige wereld welk an is dat tegenwoordig wel? maar waarin het richting geeft aan eigen bestemming. Van Kaapstad in het Zuiden tot aan de Limpopo-rivier in het noorden, van Dur an in het oosten tot aan de westelijke grenzen van de Kaapkolonie, ja, eigenlijk to aa die van den Atlantischen Oceaan waai vierkleurige vlag, waarin het embleem v de Union Jack niet is vergeten. De strijd om deze vlag vormt op zichzelf een episo e het leven der Zuid-Afrikaansche Unie. a de kleuren van die vlag brengen in nering, dat het Nederlandsch initiatief a stoot heeft gegeven tot de eerste open e ging van Zuid-Afrika, en dat het de taaie volharding, vrijheidszin en geestkracht oer voortrekkers van 1836 is geweest, °ie v/onder, dat de levenskrachtige Zuid-A" - kaansche Unie in zich sluit, heeft mog gemaakt. Dat is een gedachte, die in 1936 met bied vervult tegenover de wilskrach ïg mannen, vrouwen en kinderen van WÈÊM Hier vader!U had uw boterhammen vergeten!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 10