DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Uit den Alkmaarschen Raad. No. 116 138e Jaargang Het ie te vreezen, dat de hekkensluiter van het Sportpark niet de hekkensluiter geweest is van alle ambtenaren, die nog om verhooging van salaris zullen vragen Als de Muziektuin niet drukker bezocht wordt, zal de pachter zelf er nog eens den kraaienmarsch moeten blazen. Er bestaat, na deskundig onderzoek, alle hoop, dat de Groote Kerk niet zal instorten voor de ministers, die de verdeeling der restau ratiekosten bespreken, het samen eens zijn geworden. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.— franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur: C. KRAK. Zaterdag 16 Mei 1936 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Laten wy beginnen te memoreeren, dat de burgemeester by den aanvang der zit ting terwijl alle raadsleden zich van hun zetels verhieven een woord van dank en waardeering heeft uitgesproken voor wijlen den heer Dr. J. Postma, directeur onzer Ge meentelijke Handelsschool, die na een korte, maar hevige ziekte zoo onverwacht zijn werkzaamheden heeft moeten staken. Terecht werd hij geschetst als een stoere werker, die veel van anderen, maar ook van zichzelf eischte, die de belangen van het handelsonderwijs en speciaal van de hem toevertrouwde school op zoo eminente wijze gediend heeft en die door zijn hoogstaande karaktereigenschappen door allen die hem gekend hebben in dankbare herinnering wordt gehouden. Door zijn ontydigen dood heeft Alkmaar Inderdaad een zijner beste, meest toegewij de en zeldzame eigenschap in dezen tijd een zijner bescheidenste ambtenaren ver loren. De Raad is zoo menigmaal gekenschetst als een hoogst ernstig college, wiens leden als het ware zwaar van gedachten over het gemeenschapsbelang ter vergadering togen, wier.'weloverdachte woorden vol wijsheid waren en wier daden dan ook door een stenograaf voor het boek der stedelijke historie moesten worden opgeteekend opdat latere geslachten daarvan nog met bewon dering zouden kunnen kennis nemen. Dat ziet er heel gewichtig uit, maar dat is ten slotte allemaal theorie. De werkelijkheid is, dat iedere man een volwassen kwajongen is en dat het den een beter gelukt dat voor de buitenwereld te verbergen dan den ander. Zoo nu en dan wordt de lust om die kwa jongen nog eens eventjes de baas te laten spelen zelfs een raadslid blijkbaar te mach tig en zoo konden wij in de jongste verga dering weer meemaken, dat de heer Stoutjesdijk een stem kreeg als leeraar in het Engelsch aan de Handelsschool en dat de heer Govers door den een of anderen grappenmaker als curator van het Stedelijk Gymnasium werd aangewezen. Wy nemen geen oogenblik aan, dat zooals booze tongen beweren deze raads leden op zichzelf gestemd hebben. Er schuilt natuurlijk onder de leden de een of andere gast, die omdat de stemming toch geheim is, door dergelijke grapjes den Raad in een vroolijke bui tracht te brengen en hoewel ook dit natuurlijk zijn goede zijde heeft, mogen wij ons toch afvragen of in het alge meen by stemmingen waar het soms op één enkele stem aankomt dergelijke, we zouden haast zeggen kinderlijke, verrassin gen wel op hun plaats genoemd kunnen worden. De congierge van het Sportpark had te weinig salaris en het was gelukkig voor hem, dat hy er niet alleen zoo over dacht, maar dat ook B. en W. en de meeste raads leden van die opinie waren. Daardoor maakte hij een goede kans zijn inkomen te vergrooten en B. en W. hebben in een bijlage uitvoerig uiteengezet wat deze man, niet alleen op gewone dagen, maar ook nog op Zon- en feestdagen zoo allemaal te doen heeft, waarbij er de na druk op werd gelegd, dat hij 's morgens en 's avonds de hekken van het Sportpark moet sluiten. Men zei, dat hij hetzelfde salaris moest hebben als de portier van het Zieken huis en blijkbaar niet alleen omdat deze door zijn functie ook op het sluiten van deu ren en hekken is aangewezen. De heer Stoutjesdijk vond, dat men s mans werkzaamheden wel wat breed a uitgemeten en dat het sluiten van hekken geen zwaar werk is, maar het bleek alras, dat niet op het sluiten de grootste nadruk moest worden gelegd maar op het tyds ip waarop werd gesloten. Het Sportpark wor steeds meer gebruikt en de tijdstippen waar op de congierge de hekken moet openen en dichtdoen, liggen steeds vroeger in den mor gen en later in den avond, zoodat de hekken eigenlijk meer by een symbolische voorstel ling van zaken behoorden en het openen en sluiten daarvan de momenten zijn waar- tusschen deze werker zijn volle arbei s- kracht aan de gemeenschap heeft te geven. Het medelijden met dezen zwaar beproe de was dan ook algemeen en zelfs de heer Stoutjesdijk liet zich overtuigen, dat hier iets was goed te maken zoodat tot verhoo ging van salaris werd besloten. De Stadsautobusdienst had weer een te kort, dat ditmaal over de 4000 besomd werd en den Raad werd als gewoonlijk verzocht dit maar weer te betalen. Maar de Raad, die langzamerhand van deze dure exploitatie genoeg heeft gekregen, was niet meer zoo argeloos en bereidwillig als vroe ger. Er waren thans tal van op- en aanmer kingen op de exploitatierekening en men was er door verhooging van de rente voor de deposito-gelden zelfs in geslaagd het ver liessaldo tot ongeveer 3250 terug te bren gen. Men was over de verkregen inlichtingen nog allesbehalve tevreden, er werden inzake den benzineprijs en het gebruik van stads- gelden voor andere busdiensten allerlei ver moedens geuit, die niemand ten slotte kon bewijzen en waarover men dan ook maar heen gestapt is. De bus rijdt althans op stadskosten thans op haar laatste wielen en met de ge dachte, dat men vele jaren aan deze kost bare exploitatie meer betaald heeft dan noodzakelijk is geweest, heeft men na het laatste bedrijf van dit busdrama het doek laten vallen. Wanneer in de laatst verloopen ja ren, het taxibedrijf terwille van deze bus sen, niet zoo stelselmatig klein gehouden was, zou het stadsverkeer reeds lang een geheel ander karakter hebben gekregen en had men in deze toch al zoo moeilijke tij den duizenden guldens voor onze schatkist kunnen besparen. De minister wenscht op elke 300 werkloo- zen een controleur en Alkmaar verkeert reeds in de droevige omstandigheid, dat men hier bijna vier-en-een-halven contro leur moet hebben. Gelukkig neemt de minister nog met drie genoegen en de behandeling van de vraag wie er nu nog aangesteld en opgeroepen zouden worden heeft er op gewezen, dat deze ambtenaren allesbehalve zeker van hun bestaan zijn. Volgens wethouder van Slingerland zyn er al twee controleurs en behoeft men dus alleen maar den derden den hoofdcon troleur op te roepen. De heer Van Drunen zou er drie willen oproepen en de wethouder had daartegen in zooverre geen bezwaar, dat de reeds aan wezig zijnde dan mee konden solliciteeren en dus automatisch in het bezit van het ver hoogde salaris zouden komen. De heer Van Drunen en zijn fractiegenoo- ten waren daar niet voor en het is vanzelf sprekend, dat men dan veel eenvoudiger deze menschen maar direct het nieuwe sa laris kan presenteeren. Evenwel, er bleek voor deze ambtenaren een zoogenaamd rouleeringssysteem te be staan, een vrij gevaarlijke beweging aange zien het al eens was voorgekomen, dat er een ambtenaar heelemaal weggerouleerd was. Dit schijnt juist een bijzonder goede te zijn geweest en de soc.-dem. wilden hem dan ook gelegenheid geven mee te sollici teeren. Vandaar blijkbaar de drie oproepin gen met het gevaar natuurlijk, dat dan een van de thans in functie zijnde ambtenaren weggereorganiseerd zou worden waarvoor de wethouder niet te vinden was. Aan den te benoemen hoofdcontroleur wordt de eisch gesteld, dat hy nimmer zelf steun heeft genoten, wat men in Den Haag blijkbaar als iets oneervols beschouwt, maar dat in dezen tyd den beste kan overkomen. Bovèndien, wie zou er beter op de hoogte zijn van alles waarop hij heeft te letten als een man, die de faits et gestes kent van zoo- velen hunner die hij thans krijgt te contro- leeren. Het voorstel-van Drunen werd tenslotte met 12 tegen 7 stemmen verworpen en men besloot omdat ieder hoopte, dat deze ambtenaren zoo spoedig mogelijk overbodig zullen blijken den uitverkorenen voor- loopig slechts een tijdelijke aanstelling te geven. De heer Appel is een man, die gemakke lijk spreekt en niet schroomt, wanneer de gelegenheid daarvoor gunstig is, propaganda voor zijn beginselen te maken en den Raad ervan te overtuigen, dat het maatschappelijk stelsel waaronder wij leven absoluut uit den tijd is. Wij willen niet zeggen, dat de resultaten van deze propaganda in den Raad tot dus ver bijzonder opmerkenswaardig zijn ge weest, maar het is een feit, dat vooral de heer Woldendorp zich in de laatste raadszit ting tegen elke loonsverlaging en voor ne geering van alle mogelijke regeeringswen- ken verklaarde, dat zelfs de heer Hoytink niet thuis gaf toen de minister met een per soonlijke boodschap op zyn deurtje klopte, dat een man als de heer Vogelaar het er op waagde den minister maar eens te laten zien, dat Alkmaar niet van plan is om alles te slikken en dat de meerderheid van den Raad zich tegen het voorstel van B. en W. verklaarde om opnieuw een hap uit de po- litiesalarissen te nemen. Men vond het nu welletjes, behalve mr. Leesberg, die er op wees, dat wij van de regeering een tegëmoetkoming van 293.000 gevraagd hebben en dus allesbehalve in de positie verkeeren om een hooge borst op te zetten. Wethouder van Slingerland gaf hem aan alle kanten gelyk en de heer Vogelaar viel hen in zooverre by, dat hij een hooge borst in dit geval niet noodzakelijk oor deelde. Waar het op neer komt is tenslotte alleen dit, dat men Den Haag eens moet toonen, dat, hoe arm en afhankelijk men ook is, men niet bereid is een categorie ambtena ren door dubbele korting het leven ondra gelijk te maken en de onomkoopbaarheid van onze politie-agenten op een al te zware proef te stellen. Dat zal den minister nu eens precies ge zegd worden en dat is natuurlijk allemaal mooi, maar de wethouder van financiën is een practisch mensch en heeft nu reeds voorspeld, dat er binnenkort wel een ko ninklijk besluit zal arriveeren waarbij de hooge borsten van niet minder dan zestien onzer raadsleden in een minimum van tyd tot hun normale proporties ineen zullen krimpen. Hetzelfde speelde z<ch,af bij het voor schrift der regeering,dat het loon in werk verschaffing van 0.36 op 0.34 per uur te rug gebracht dient te worden. De heeren Appel en Woldendorp zouden het den minis ter wel weer eens even vertellen, maar zelfs de S.D.A.P. zag geen nut in een vechten te gen de bierkaai, wilde den subsidie niet in gevaar brengen en stelde daarom noodgedwongen voor om aan 's ministers wenschen maar gevolg te geven. De heer Appel klapte met de politieke zweep en beweerde, dat de soc.-dem. princi pieel voor arbeidsverslechtering van de minst kapitaalkrachtigen zijn, maar wij le ven niet meer in den tijd dat dergelijke zweepslagen de roode broeders als duiveltjes uit doosjes uit hun stoelen deed springen. Men liet den heer Appel klappen en zal er den minister alleen maar op wijzen, dat door deze regeling sommige werkloozen meer in den steun krijgen dan zij in werk verschaffing kunnen verdienen, wat geens zins de bedoeling van de regeering kan zijn Met de stemmen van den heer Appel en zyn geestverwant tegen werd besloten maar weer te berusten en af te wachten wat er van zal komen. Er is een tijd geweest we schreven toen 1923 dat men Alkmaar een nieuwe attractie in den vorm van een Muziektuin wilde geven. Die tuin was ruim een halve H.A. groot en er was in en buiten den Raad niemand, die er aan dacht, dat wij daardoor een mooi stukje van den Alkmaarschen Hout moesten prijs geven. De tuin kwam er en werd op 6 Mei 1923 door Mr. Leesberg en burgemeester Wende- laar feestelijk geopend. ,Het zingt in ons", zeide mr. Leesberg in de openingsrede, „dat wy met gemeen schappelijke krachten en energie ons geliefd Alkmaar hebben kunnen vereeren met het Muziekpark, dat aan onze voeten ligt en men heeft in Alkmaar reeds van ouds deze plaats van natuurschoon bepaald om het best de muziek tot uiting te doen komen". Dat was in den tijd, dat er nog blijde klanken gehoord werden, maar de crisis kwam en ook de radio en die beide hielpen mede om den Muziektuin te ontvolken, zóó zelfs, dat er ten slotte nog slechts met moeite een pachter gevonden werd, die hierin een bestaantje durfde zoeken. De be langstelling voor den Muziektuin is ver flauwd en het heeft dit jaar nog maar een haartje gescheeld of ook aan het gratis con certeeren van onze divrse corpsen zou een einde zyn gekomen. Wy hebben het altijd, naast crisis en radio, als een der groote oorzaken van deze verminderde belangstelling beschouwd, dat men te weinig propaganda voor dezen tuin gemaakt heeft. Ziehier een schitterende ge legenheid om bij een rustig zitje van zang en muziek en bovenal van de natuur te ge nieten. Ziehier een tuin zooals er weinige in den lande worden gevonden, een gemeente lijke instelling, die bovenaan moest staan in het lystje der Alkmaarsche bezienswaar digheden en die men willens en wetens zoo erstopt, dat geen vreemdeling ze kan op merken. Met groote moeite heeft de pachter ge daan gekregen, dat er zoo nu en dan eens een kleine verbetering mag worden aange bracht en de Alkmaarsche Raad, die in 1923 geen bezwaar had meer dan een halve H.A. af te staan, kan thans niet gedoogen, dat er enkele boomen geveld of enkele boschjes uitgedund worden om den Muziektuin zicht baar voor de voorbijkomende vreemdelin gen te maken. Er is geen aannemer, die een huis zal bouwen en zich tegen het maken van een deur zal verzetten, maar de tegenwoordig Raad van Alkmaar schept wel een muziek tuin, maar wenscht daarna geen gelegenheid tot een behoorlijke entree naar den Kenne- merstraatweg te geven. Men wil den Hout sparen en particulieren geen concurrentie aandoen, maar dan had men geen muziek tuin moeten maken. De tuin is er en de gemeente heeft nu den plicht alles in het werk te stellen om ze zoo bekend en rendabel mogelijk te maken. De oorzaak van al deze besprekingen was een interpellatie Van Drunen, waarbij B. en W. ter verantwoording werden geroepen, omdat de pachter een stukje aangrenzend terrein, dat zuiver afscheiding was, van het struikgewas ontdaan had om er een paar stoelen en tafeltjes neer te zetten in de hoop, dat de tuin daardoor van de zy'de van den straatweg meer de aandacht der passee rende vreemdelingen zal trekken. Deze misdaad diende gestraft te worden en de heer van Drunen wilde zelfs alles weer in den oorspronkelijken toestand laten herstellen. Gelukkig heeft de meerderheid van den Raad zich daartegen verzet, de heer Govers vond de verandering nog zoo slecht niet en de heer Grondsma, die een koopman met ervaring is, zou den tuin heelemaal tot den Kennemerstraatweg willen doortrek ken, wat werkelijk niet onverstandig zou zyn. Waar overal gelegenheden als deze zoo aantrekkelijk mogelijk worden gemaakt wordt onze muziektuin angstvallig verbor gen gehouden met het motief, dat er geen boompje en geen struikje meer gerooid mag worden en wethouder Klaver heeft allerlei gevallen aangehaald, waarin particulieren of Westerlicht dat geenszins Den Hout ontsiert veranderingen wenschten, die het aanzien van den Hout konden schaden. Ten slotte is de Muziektuin geen particu liere inrichting, maar een kostbaar bezit der gemeente en wy gelooven, dat niet al leen de vreemdelingen maar ook de Alk- maarders zelf er niet het minste bezwaar tegen maken als de ingang naar den Kenne merstraatweg verplaatst wordt en men daar op een mooi terras een uniek buitenzitje zal kunnen vinden. Mr. Leesberg, die in 1923 den tuin een oord van lust en ontspanning noemde, mag zich zeker niet scharen aan de zijde der commissie-leden, die door klein gedoe den schijn wekken, dat zij groote gemeentelijke belangen behartigen. Laat men, als men geen Hout genoeg heeft, de nuttelooze gevangenis opruimen en het terrein daar in den oorspronkelijken toestand brengen. De betrokken wethouder en zijn commissie, die thans elk struikje rond den Muziektuin angstvallig willen sparen, schaden het gemeentebelang en werken er willens en wetens toe mede, dat een onzer mooiste stedelijke scheppingen onbekend is en niet te exploiteeren zal blijken. De heer Van de Vall heeft op het merk waardige feit gewezen, dat er aan het poli tiebureau byna uitsluiten r.k. arbeiders te werk worden gesteld en meende terecht, dat zooiets bij bouw met gemeenschapsgeld niet zal mogen gebeuren. Al waren de cijfers, welke wethouder Van Slingerland ter tafel bracht ietwat minder verontrustend, toch is inderdaad gebleken, dat hier een selectie wordt toegepast, die hoogst betreurenswaardig mag heeten. Wij willen niet zoover gaan als de heer Appel en alles aan ongeoorloofde inmenging van een ambtenaar van de Arbeidsbeurs wijten en wij weten ook wel, dat de aan nemer ten slotte vrij is in het uitzoeken van zijn werkkrachten, maar het zal zeker geen kwaad kunnen, dat door B. en W. te be- voegder plaatse op deze onbehoorlijke selectie eens de aandacht wordt gevestigd. Het bleek, dat iets dergelijks ook by an dere werkzaamheden met gemeenschaps geld b.v. bij den bouw van Rochdale maar dan natuurlijk tegen arbeiders van een andere geloofsovertuiging was voor gekomen en wij zijn het met den heer Ap pel eens, dat iedere bouwvakarbeider, on geacht wat hij gelooft, in staat gesteld dient te worden zijn brood te verdienen. Dat men by den bouw van „Westerlicht" of b.v. van een kerk eigen geloofsgenooten uitzoekt, is, zooal niet steeds te verdedigen, toch te be grijpen, maar een politiebureau is ten slotte een plaats waar niet alleen agenten van diverse politieke pluimage zullen zetelen, maar ook overtreders van zeer verschillen de geloofsrichtingen tijdelijk gedeponeerd zullen worden, het is een plaats waar aller minst naar geloof en politieke richting zal worden gekeken en er is dan ook geen en kele reden, dat er alleen maar r.k. arbeiders aan mogen werken. De heer Grondsma heeft er aan herinnerd, dat het Rijk het vorig jaar 230.000 be schikbaar stelde voor restauratie van de Groote Kerk en dat er niet minder dan 430.000 beschikbaar zouden zyn, als Alk maar een bedrag van 60.000 wilde votee- ren. B. en W. gingen daarop met blijdschap in, maar de vakbonden, die in werkverschaf fing moesten werken, adresseerden en de wethouders maakten plotseling een poli tieke duikeling en waren onder de door den minister gestelde voorwaarden even spoedig tegen de restauratie als zij er zich eerst vóór verklaard hadden. De heer Grondsma hekelde de houding der vakorganisaties, die in dezen tijd lie ver moeten laten werken dan steun trekken en evenals de Raad zelf maar eens wat water in den wijn moeten doen. Hij noemde de vakbondactie, ondanks de protesten van wethouders en raadsleden, de oorzaak, dat niet aanstonds dit aanbod geaccepteerd was en wij kunnen zijn zienswijze begrijpen, omdat in de tweede bijlage de wethouders hun afwijzend standpunt motiveeren met de opmerking, dat zij met de vakbonden van oordeel zyn, dat op deze wijze de terugkeer tot normale verhoudingen wordt bemoei lijkt. Wethouder van Slingerland wees er op, dat men eerst later tot de ontdekking kwam, dat de restauratie niet door het Werkfonds zou geschieden en dat het werk in gewone uitvoering niet duurder zou komen, de heer Appel wilde het loon van betere dagen handhaven en noemde den heer Grondsma een volgeling van onze in geheel verkeer den koers varende regeering. De burge meester en dat was belangrijker heeft medegedeeld, dat de minister nog met zyn ambtgenoot van Onderwijs overlegt en dat er nog steeds geen resultaat is verkregen. In de vacature van leeraar aan de Han delsschool werd tijdelijk de heer van Ame- rongen benoemd, hoewel er van soc. dem.« zijde op werd gewezen, dat door deze be noeming omdat ook mevrouw van Ame- rongen in gemeentedienst is een onge- wenschte cumulatie van gemeentelijke func ties en salarissen werd geschapen. De burgemeester achtte, met het oog op het op handen zijnde examen, het behoud van den reeds in dienst zijnden leeraar ge- wenscht en wees er op, dat hier slechts van een tijdelijke benoeming kan worden ge sproken. Ten slotte waren twee dominé's, een vrouwelijke van de Remonstrantsche ge meente en een mannelijke van de Geref. kerk, als candidaten voor een plaats als curator aan het gymnasium aangewezen. Zoowel Da. Rappold als Ds. van Meyen- feldt bleken in den Raad de noodige sup porters te hebben en er was dan ook groote belangstelling, wie van hen beiden als over- Er werden belangrijke weddenschappen afgesloten op mej. Rappold, niet alleen om- winnaar over de eindstreep zou komen, dat zij een vrouw is, maar ook omdat zy op de eerste plaats stond, maar er volgde on middellijk na de start een nek aan nek race, waarbij bleek, dat men de krachten van den heer Von Meyenfeldt leelijk onderschat had, daar hij slechts één stem te laat aan de finish was verschenen. De heer Govers, die onverwacht aan de race had deelgenomen, werd gedisquali- ficeerd, omdat hij toch geen kans had en toen werd voor den tweeden keer gestart met het resultaat, dat beide candidaten te gelijkertijd op de plaats van bestemming bleken gekomen. Negen tegen negen was de stand, toen de burgemeester de bel luidde voor de laatste ronde. Een allerspannendste race, de kam pioenen liepen elkaar om beurten voorbij en haalden elkaar weer in en opnieuw stonden zijn eendrachtelijk voor de jury, die er ten slotte geen raad meer mee wist. Ware de heer Bulens één minuut vroeger ter vergadering verschenen, dan zou de strijd ten gunste van mej. Rappold beslist zyn. Thans besloot de jury de candidaten maar te laten loten, met het gevolg, dat Ds. von Meijenfeldt het hoogste aantal oogen kreeg en dus tot curator van het Gymna sium benoemd werd. Mej. Rappold moge zich troosten met de gedachte, dat zij een eervolle nederlaag heeft geleden. Natuurlek Is 'I prachtig mts avan kljkan naar onsa plaatlas-mat-'n-praatla ovar vatlig varkaar. En toch habban vra nog Havar, dai a aa ovar,laat. mHs.a dan maar yH a,éH al dia wankan k> praeti/k brangt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 1