DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Katholieke kerk
BRITSCHE DEFENSIE WORDT
GEORGANISEERD.
Zal de Alkmaarsche Kaasmarkt verdwijnen
No. 121
138e Jaargang
Een rapport over de kwetsbaarheid van slagschepen,
de organisatie van de vloot, het leger en de
luchtmacht, en de voorziening van
levensmiddelen in oorlogstijd.
„BINNEN 24 UUR PARAAT ZIJN".
Noodlottige brand in
boerderij.
Twee kinderen in de vlammen
omgekomen.
tegen NationaalSocialisme.
N.S.B.-ers en andere aanhan
gers van het fascisme wor
den niet toegelaten tot de
Heilige Sacramenten.
Wat heeft men gedaan om dit te verhinderen?
Laat men samenwerken om nog te redden
wat er te redden valt.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprqs per
3 maanden bjj vooruitbetaling voor Alkmaar f 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Los&e nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0.26, grooto
contracten rabat Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur: C. KRAK. Zaterdag 23 Mei 1936 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Sir Thomas Inskip, de onlangs benoem
de minister voor de coördinatie van de
Britsche defensie, heeft in het Lagerhuis
zijn eerste groote rede gehouden, waarin
hij een overzicht gaf van den aard en den
omvang van de taak, waaraan hij zich se
dert de negen weken, dat hij in functie is,
heeft gewijd. De minister stelde het Huis
op de hoogte van de onderzoekingen door
hem ingesteld betreffende de kwetsbaar
heid van slagschepen, de organisatie van
de vloot, het leger en de luchtmacht, en
de levering van levensmiddelen in oor
logstijd. Eveneens van de voorbereidende
maatregelen getroffen om te verzekeren
dat de industrie op voldoende wijze kan
voorzien in de behoeften van de defensie
diensten en in het bijzonder voor de uit
breiding van de luchtmacht.
Sir Thomas begon met een uiteenzetting
van het verschil in opvatting tusschen de
oppositie en de aanhangers der regeering.
Eerstgenoemden meenen, aldus de minis
ter, dat er iets onheilspellends zi'; in de
voorbereidingen, die het land thans moet
treffen, terwijl laatstgenoemden er, even
als ik, van overtuigd zijn, dat de Britsche
verdedigingsplannen geen enkel land ter
wereld zullen verontrusten, doch integen
deel de veiligheid in de wereld zullen ver-
grooten.
De minister wees er verder op, dat aan
gezien de defensiediensten gereed moeten
zijn om deel te nemen aan een collectieve
actie volgens het Volkenbondspact, onder
omstandigheden, welke zich geheel on
voorzien kunnen voordoen, een nieuwe
factor is ontstaan bij de problemen, ver
band houdend met de eischen voor de
voltooiing van het verdedigingstelsel.
Bij zyn bespreking van het werk der
sub-commissies van de „commissie voor
de verdediging van het Britsche rijk",
zeide de minister, dat het onderzoek dezer
commissie zich uitstrekt over de slagsche
pen, de vloot in het algemeen,, de lucht
macht en het leger.
Het heeft een zekere aantrekkelijkheid,
aldus de minister, groote plannen te over
wegen en grootsche beslissingen te nemen,
doch mijn neigingen gaan niet in deze
richting. Nochtans zal ik voor geen enkel
besluit terugdeinzen, hoe belangrijk dit
ook moge zijn, indien ik er maar van
overtuigd ben, dat het noodzakelijk is.
Sir William Beveridge had zich bereid
verklaard, als voorzitter op te treden van
een subcommissie, die een onderzoek in
stelt naar al wat van belang is voor de
Levering van levensmiddelen in oorlogs
tijd, zooals het vervoer, de opslag, de
distributie en de productie in het binnen
land. Alle kanten van de voedselvoorzie
ning zouden in overweging worden geno
men. Voor de defensieproblemen waren
wetenschappelijke onderzoekingen van
groot belang, en voor de opstelling der
plannen werd gebruik gemaakt van de
diensten van vooraanstaande geleerden.
Daarvoor in aanmerking komende
firma's, die zich gewoonlijk bezig houden
met voorziening in de behoeften in tijd
van vrede, waren geclassificeerd, geïn
specteerd en ingedeeld bij de verschillen
de diensten der departementen. Er was
een zorgvuldig plan opgesteld, dat niet
slechts behoeften omvatte als de produc
tie van granaten en onderdeelen van gra
naten, doch ook voorzag in de behoefte
waarop vroeger door Lloyd George en sir
Austen Chamberlain was gewezen, n.1.
Productie van werktuigen en onderdeelen.
Binnen enkele dagen hoopte de minister
orders te kunnen geven voor de noodza
kelijke bespoediging van de productie
daarvan.
De vliegtuigindustrie.
Wat de uitbreiding der vliegtuigin
dustrie betreft, noodig tengevolge van de
verdrievoudiging van de luchtmacht, zei-
de de minister, dat maatregelen werden
genomen om ook in het plan op te nemen
d« automobielfabrikanten, die als ïeserve-
producenten zouden moeten dienen.
Hun is verzocht nieuwe gebouwen op te
richten of tot uitbreiding van bestaande
gebouwen over te gaan, voor rekening
van de regeering. Zij zouden een bepaa
vergoeding ontvangen voor het be
omdat de gebouwen en terreinen,
eigendom der regeering blijven, voor
rend onderhouden en paraat geho
zullen moeten worden.
Naar aanleiding van een vraag
Winston Churchill omtrent de snelheid
der productie en de prioriteit der ïege
ringsorders herinnerde Inskip het Lager
huis eraan, dat de regeering geen dwang
maatregelen had. Churchill was, zeide
Inskip, natuurlijk onder den indruk van
het voorbeeld van buitenlandsche regee
ringen, die feitelijk een groot deel van
haar industrieele stelsels op oorlogsleest
hadden geschoeid, en noodigde de Brit
sche regeering uit desgelijks te doen. Maar
de regeering deed pogingen om goede re
sultaten te bereiken, zonder het normale
bedrijf overbodigen last te bezorgen.
Inskip zeide echter, dat het denkbaar
was, dat de gang van zake de regeering
zou kunnen dwingen in haar houding ver
andering te brengen.
Sir Archibald Sinclair (onafhankelijk
liberaal), wiens interpellatie aanleiding
was geweest tot de rede van Inskip, had
er aan het begin der zitting over ge
klaagd, dat de regeering niet openhartig
is wat betreft haar voorbereiding van de
defensie en haar mededeelingen over den
internationalen toestand in het algemeen.
Hij vroeg de regeering het land en het
Huis beter op de hoogte te stellen van de
werkelijke gevaren dezer situatie. Weini
gen zullen ontkennen, aldus spreker, dat
die gevaren bestaan. Wij zien het lot van
Abessinië, wij beginnen vaag te gevoelen,
hoe de politieke tendenz van Italië is, wij
stellen vast, dat dit land in het nabije
Oosten een dreigende strategische positie
heeft verkregen, gedeeltelijk door de
zwakheid der Britsche regeering.
Verder weg zien wij de expansie-poli
tiek van de militaire partij in Japan, wij
zien ook datgene, wat men de „vlugge en
dreigende herbewapening" van Duitsch-
land heeft genoemd.
Spreker sprak verder van een slechte
leiding bij de defensie en meende, dat be
zuinigd kon worden, indien de Volken
bondsleden elkaar aanvulden en niet
eikaars tegenstanders waren.
De leider der Labour-oppositie Attlee
critiseerde in beginsel de reorganisatie
der defensie en meende, dat het kabinet
de vloot van 1936 aanpast aan de behoef
te van 1914.
Oud-minister Winston Churchill, die na
Inskip het woord voerde, noemde de Brit
sche herbewapening te langzaam en te on
voldoende. De coördinatie-minister, die
moet zorgen voor de uitrusting en de
leveringen, kan niet de andere problemen
behandelen, zooals de handhaving van
het Britsche overwicht in de Middelland-
sche Zee in verband met de nieuw ge
schapen situatie, de combinatie van
luchtmacht, leger en vloot in dat gebied,
de militaire waarde van Rusland, de mo
gelijkheid van invallen van uit de lucht,
waarbij spreker niet alleen dacht aan
bombardementen, maar vooral aan het
overbrengen van groote troepenafdeelin-
gen naar een land, waar niemand gewa
pend is, en waar die troepen dus belang
rijke strategische punten zouden kunnen
bezetten. Ook de bevoegdheid van den mi
nister acht Churchill onvoldoende.
Men toone mij een enkele plaats in de
wereld, aldus Churchill, waar men ook
maar de geringste verbetering kan con-
stateeren. De herbewapening wordt in een
omvang, die iemand wanhopig maakt,
met geweldige snelheid voortgezet. Geheel
Europa wapent zich en bereid zijn oor
logindustrie voor. Aan het andere eind
der wereld wapent Japan zich en bereikt
een hoogtepunt van nationalistische agi
tatie.
Alle gevaren van een jaar geleden,
vertoonen zich thans in een ernstiger
vorm, de eenige nieuwe factor is het groo
te antagonisme, dat tusschen ons en Italië
is ontstaan. Hoe groot zal het Duitsche
leger, of de Duitsche luchtmacht in 1938-
39 zijn? De resultaten van uw werk zul
len immers pas in die jaren blijken. Waar
om stelt gij niet direct een ministerie van
Munitie in, waar ik de regeering drin
gend om verzocht heb?
Het overwicht van Duitschland ligt in
zijn potentieel en de organisatie zijner
productie. Laat men openlijk spreken en
ons op de hoogte stellen van de reusach
tige afmetingen der Duitsche oorlogspro
ductie.
Sir Thomas Inskip heeft nog ver
klaard, dat de twee voornaamste
doeleinden der regeering zijn:
le. Voorziening in de leemten in
de defensie, ontstaan door de nalatig
heden in de afgeloopen vier of vijf
jaar.
2e.
Voorbereiding van het vormen
van reserves en van den geregelden
aanvoer.
Mocht het onweer bóven onze
hoofden losbarsten, dan zouden wij,
aldus Inskip, waarschijnlijk niet
veel tyd hebben om onze productie
te organiseeren. Het is van vitaal be
lang, dat wij gereed zijn opdat de
productie-capaciteit binnen 24 uur in
elke richting gedirigeerd kan worden,
of verdubbeld en zelfs verdrievou
digd.
Nadat Inskip zijn antwoord had beëin
digd, werd een door de liberalen inge
diende motie, voorstellende den begroo-
tings-post, behelzende het traktement
van den minister van defensie, te verla
gen, met 270 tegen 115 stemmen ver
worpen.
Gisternamiddag heeft in de hooi
bergplaats van de nog nieuwe boer
derij van J. Bussemakers in het ge
hucht Steeg, onder de gemeente
Sevenum in Limburg, een brand ge
woed, waarby twee kinderen van het
landbouwersgezin, een driejarig meisje
en een vijfjarig jongetje, om het leven
zijn gekomen.
Buren ontdekten, dat er rook uit
het dak van het gebouw kwam, waar
op zij toesnelden en de bewoners
waarschuwden. De brandweer werd
onmiddellijk gealarmeerd, die weldra
onder leidingvan burgemeester
Everts ter plaatse was. Toen men met
het blusschingswerk wilde beginnen,
deed men de vreeselijke ontdekking,
dat onder aan de trap de klompjes
van de beide kinderen stonden, zoodat
de kleinen op den hooischelf aan het
spelen moeten zijn geweest.
Alles werd in het werk gesteld om
de kinderen van den vuurdood te
redden, doch tevergeefs. Aangezien
geen hulpgeroep werd gehoord, moet
worden aangenomen, dat de kinderen
door den rook zijn gestikt.
Na een kwartier, nadat eerst de dak
bedekking, bestaande uit asbestplaten,
was verwijderd, werden de verbrande
kinderlichaampjes gevonden door den
heer J. S. Arts, die, gewapend met een
rookmasker, naar boven was geklom
men. Den brand zelf had men vrij spoe
dig onder de knie. Het vuur kon tot
den hooischelf worden beperkt, aan
gezien deze door brandvrije schotten
van de overige gedeelten van de boer
derij gescheiden is.
Deze tragische brand heeft in de
plaats en omgeving diepe verslagen
heid gewekt.
De volgende officieele mededeeling
zal morgen in alle r.k. kerken in Neder
land van den kansel worden voorge
lezen:
De aartsbisschop, de bisschoppen van
Nederland aan de hun toevertrouwde
geloovigen, zaligheid in den Heere!
Beminde geloovigen. Voor ruim twee
jaar hebben wij in een herderlijk
schrijven gewaarschuwd tegen de ge
vaarlijke stroomingen van onzen tijd,
vooral op staatkundig gebied. Ofschoon
ons schrijven duidelijk genoeg was,
hebben sommigen door gewrongen uit
leg daarvan misbruik gemaakt.
Het feit, dat de gevaren, waarop wij
toen wezen, duidelijker aan het licht
zijn getreden, maakt het ons tot plicht
nogmaals het woord tot u te richten.
Wij blijven heilig overtuigd, dat de
kerk in ons vaderland in hooge mate
geschaad en dat zelfs haar heilzame
Zooals wij gister in onze stadseditie pu
bliceerden, hebben de leden van den toen
hier vergaderenden Bond van Zuivelfabrie
ken op Coöperatieven grondslag met 124 te
gen 23 stemmen besloten in Alkmaar een
kaasbeurs te stichten en heeft het bestuur
daarna medegedeeld, dat het zich met het
gemeentebestuur over het beschikbaar stel
len van een lokaliteit daarvoor in verbin
ding zal stellen.
Is dit een dreigement om pressie te oefe
nen op het gemeentebestuur opdat dit voor
de markt nog grootere offers zal brengen, de
wik- en weegloonen zal verlagen en de han
del nog vlotter zal doen verloopen?
Menis door de uitspraak van een zoo
machtige groep van fabrikanten voor een
onaangename verrassing gesteld en het heeft
den schijn of zelfs het bestuur vair den Bond
op een zoo definitieve uitspraak niet had ge
rekend.
Alkmaar en de kaasmarkt zijn sedert
eeuwen zoo nauw met elkaar verbonden, dat
het eigenlijk een beetje belachelijk is als op
een vergadering van een producenten-orga
nisatie tusschen twee agendapunten even
een bespreking wordt gehouden of men
voortaan een kaasbeurs dan wel een kaas
markt zal hebben, waarna plotseling de
beurs met overgroote meerderheid van stem
men als de toekomstige handelsplaats wordt
aangewezen.
Men heeft er over laten rapporteereri en
de rapporteur, die de financieele voordeelen
van een beurs sterk op den voorgrond stel
de, durfde ten slotte geen conclusie
trekken omdat ook hij besefte wat de unie
ke marktreclame voor stad en product be-
teekent.
Wanneer een uitspraak als die, welke gis
teren gedaan is een zeer ernstige bedreiging
van onze markt is, misschien zelfs onze
markt in de naaste toekomst heeft uitge
schakeld, had men het dan in Alkmaar zoo
ver mogen laten komen?
Wat deed het gemeentebestuur om dit ge
vaar af te wenden, welke besprekingen zijn
er met belanghebbenden gehouden, welk
offer van beteekenis is er gebracht om Alk-
maar's grootste bezienswaardigheid te kun
nen behouden?
Hoewel de heer Grondsma reeds vroeger
een waarschuwend geluid deed hooren de
batteerde de Raad eindeloos over een paar
verplante struikjes in Den Hout en zag niet
dat onze markt in levensgevaar verkeerde.
Wat hebben de kaasdragers en kaaszet-
ters, de direct belanghebbenden, gedaan om
dezen aanslag op hun bestaan af te wenden?
Wat deed de V.V.V. nu er gevaar dreigde,
dat de vreemdelingen ons weldra in den
steek zullen laten als Alkmaar een stadje
zonder bezienswaardigheden is geworden?
Wat heeft de middenstand gedaan om te
voorkomen, dat eenige duizenden gasten
des Vrijdags onze winkels, lunchrooms en
café's niet meer zullen bevoordeelen?
Wat deed het bestuur van den Coöpera
tieven Bond wanneer het althans zelf
het behoud van deze markt wenschte om
door besprekingen met B. en W. voordeelen
te verkrijgen, waardoor men ter vergade
ring de leden had kunnen beïnfluenceeren?
Welk krachtig geluid is er van B. en W. en
de hoofdambtenaren op het laatste oogenblik
nog ter vergadering zelf gehoord om een
dergelijke ramp voor onze gemeente te
voorkomen?
Er is van dat alles zoo goed als niets ge
bleken en het eenige excuus daarvoor kan
zijn, dat men dezen stemmingsuitslag niet
verwacht had, dat men er min of meer door
overrompeld is geworden.
Wij geloovén, dat een zoo duidelijk uit
gesproken voorkeur der fabrikanten inder
daad een verrassing geweest is, maar dat
hij tot uiting kwam is het bewijs van een
mogelijkheid, welke toch zeker voorzien
had moeten worden.
Misschien is het feit, dat vele fabrikanten
medestemden, die in Purmerend de beurs
bezoeken en anderen, die evenmin iets met
onze markt hebben uit te staan, een factor,
die het gevaar minder dreigend maakt dan
het zich op 't eerste oogenblik liet aanzien.
Misschien is het nog niet te laat, misschien
kan er nog propaganda voor behoud van
onze markt gemaakt worden al is het dui
delijk, dat zooiets na de thans gevallen uit
spraak veel moeilijker is dan wanneer het
daarvóór gebeurd was.
Wellicht kunnen ook de handelaren nog
wat bereiken wanneer zy duidelijk hun
voorkeur voor het koopen op de markt de-
monstreeren.
Er is in de pers genoeg op het gevaar ge
wezen, er zijn pro- en contra-beschouwingen
over kaasmarkt en kaasbeurs gehouden, wij
hebben duidelijk naar voren gebracht wel
ken slag Alkmaar zal treffen als er een
uitspraak mocht komen zooals er thans in
derdaad een is verschenen.
Alkmaar, dat met den kaashandel eeuwen
lang door dit traditioneel gebeuren is ver
bonden, Alkmaar, dat zijn bekendheid aan
zijn wereldberoemde markt ontleent, dat
zich een plaats, vgroyecd heeft, in, de rij der
steden welke de vreemdelingen niet mogen
overslaan, dreigt zijn grootste bezienswaar
digheid te verliezêneri dat is een fèit van
zoo groote beteékenis, dat wij alsnog het ge
meentebestuur en allen, die bij het behoud
van de markt ook maar eenigszins geïnte
resseerd zijn, zouden willen toeroepen:
tracht te redden, wat er nog te redden is!
Spreek nog eens met de fabrikanten,
breng desnoods belangrijke offers, doe al
het mogelijke om dit besluit ongedaan te
maken, want het verlies van onze kaasmarkt
is het zwaarste verlies, dat Alkmaar ooit
zou kunnen lijden.
werking grootendeels onmogelijk zou
gemaakt worden, als de beweging van
het nationaal-socialisme de overhand
zou krijgen.
Daarom verklaren wij, als herders uwer
zielen, die diep onze verantwoordelijk
heid gevoelen, dat zij, die aan deze par
tij in belangrijke mate steun verleenen,
niet tot de Heilige Secramenten kunnen
worden toegelaten.
De volgzaamheid, dierbare geloovi
gen, die gij zoo dikwijls in moeilijke
omstandigheden betoond hebt, doet ons
vertrouwen, dat gij ook nu naar het
woord van uw bisschoppen zult luiste
ren.
En zal dit, ons herderlijk schrijven,
op Zondag 24 Mei a.s. in alle tot onze
kerkprovincies behoorende kerken, als
mede in de kapellen, waarover een
rector is aangesteld, onder de vastge
stelde heilige diensten op de gebruike
lijke wijze worden voorgelezen.
Gegeven te Utrecht, den 6den Mei
1936.
Volgen de onderteekeningen: dr. J.
de Jong, aartsbisschop van Utrecht; P.
A. W. Hopmans, bischop van Breda; A.
F. Diepen, bischop van 's-Hertogen-
bosch; dr. J. H. G. Lemmens, bisschop
van Roermond; J. P. Huybers, bisschop
van Haarlem.
Wij herinneren eraan, dat in den brief
van de r.k. bisschoppen, van 11 Februari
1934 o.m. gezegd werd:
De bisschoppen mogen en zullen niet
dulden, dat personen, die functies bek'.ee-
den, welke meer direct aan hun rechtsmacht
zijn onderworpen of als vertegenwoordiger
der katholieke actie kunnen worden be
schouwd, ijveren voor fascisme, of nationaal
socialisme, of zich bij een dier groepen aan
sluiten. Zoowel aansluiten als actie verbie
den wy aan onze priesters, geestelijke per
sonen, aan leden van kerk en armbesturen,
aan leiders van katholieke organisaties of
instellingen, alsook aan al degenen, in het
katholieke onderwys werkzaam, en voor
zoover zij aan de bischoppelijke rechtsmacht
onderworpen zyn.
Het dagblad „De Tijd" her.nnert er
aan, dat graaf De Marchant et d'An-
sembourg destijds heeft verklaard z.cb
uit de N.S.B. te zullen terugtrekken,
als dit verbod zou worden afgekondigd.
'f