DE OLYMPISCHE DAG.
Het wielercriterium van Scheveningen.
Eén Nederlandsch record verbeterd.
ALKMAARSCHE COURANT van MAANDAG 8 JUNI 1936
Goede sportprestaties over alle linies.
EEN VOL STADION.
Slaats wint den grooten prijs.
Van de Ruit gedistanceerd naar de derde plaats,
SPORT EN WEDSTRIJDEN
(Van onzen eigen verslaggever).
De vierde Olympische Dag is ge
slaagd, zooals ook de drie vorigen
volkomen aan hun doel beantwoord
den. Geslaagd, niet alleen wat de
sportieve prestaties betreft al zijn
die natuurlijknu mmer één maar
ook wat de puolieke belangstelling
betreft, want het Stadion was, tegen
de verwachting in, uitverkocht.
Wel heeft het den geheelen morgen ge
dreigd en viel er tegen den middag een
dreigende motregen, maar juist op tijd
klaarde het weer op en toen de Dag be
ginnen zou, was de wielerbaan al weer
droog en had de wedstrijdleiding slechts
enkele minuten verloren, die naderhand
weer netjes werden ingehaald, 't Gevolg
was, dat het geheele programma precies
op de minuut af geëindigd was.
Wij zeiden echter, dat de sportieve pres
taties de eerste plaats innamen en dat deze
prestaties volkomen aan haar verwachtin
gen beantwoordden.
Wat die prestaties betreft, de athletiek
was in dat opzicht nummer één. En al was
het uit nationaal oogpunt bekeken jam
mer, dat een geimporteerde Duitscher het
nummer 400 M. won en nog wel in den
uitstekenden tijd van 49.1 sec., de Neder
landers hebben een zeer fraai figuur ge
slagen.
Osendarp
Daar was de 100 M. voor heeren,
gewonnen door Osendarp in 10.4 sec.
Hij had een zeer snelle start en zelfs
leek het ons, dat hij iets te vroeg
wegging, oe het ook zij, de Zwitser
Haenni kon hem niet houden en werd
secuur geklopt met groot verschil.
Osendarp was niet de nijdige sprin
ter, zooals Berger in zijn besten tijd
was. Hy liep met groote passen en had
al direct een zeer groote snelheid,
waarbij hij het niet op een korte eind
spurt liet aankomen.
10.4 sec. op een vrij zware baan,
het mag er zijn! Het bewijst, dat
Osendarp een der allersnelste sprin
ters van Europa is.
Maar toch, niet Osendarp zorgde voor de
grootste verrassing, maar v .Beveren, de
harde A. V.er. Terwijl toch iedereen dacht
aan een scherp duel tusschen Osendarp en
Haenni, liep van Beveren ongemerkt zijn
eigen wedstrijd en liet ook den Zwitser
achter zich, zij het met miniem verschil.
Het was jammer, dat Osendarp niet in
de 200 M. startte, want dan had hij ook op
dezen afstand kunnen toonen, de meerdere
van Haenni te zijn. Op medisch advies
spaarde de Hagenaar zich en nu werd
Haenni eerste. Vraag echter niet, hoe!
Want weer was het van Beveren, die de
aandacht trok: hij leverde van het begin af
een feilen strijd met den Zwitser, wist in
den eindspurt zelfs iets voor te komen,
maar had niet de kracht, om de laatste 10
Meter zijn minimale voorsprong te hou
den. Haenni won met misschien 2 d.M.
verschil. Beide sprinters maakten een
fraaien tijd van 21.6 sec. noteeren.
De 400 M. bracht een zeer verdiende
zege aan Baumgarten, den Duitschen Ha
genaar. Hij nam resoluut de leiding en
won onbedreigd in 49.3 sec., wat nog steeds
0.3 sec. boven Paulen's recordtijd is.
Toen kwam de y, Eng. mijl en dit
nummer zou een record-verbetering
opleveren. De Limburger Petit dacht
het van den kop af te kunnen doen,
maar hij vergiste zich. Wel bleef hij
500 M. lang de leiding houden en ver
oorzaakte daardoor een hoog tempo,
maar toen was zijn kracht gebroken
en ging de rest hem voorbij. En bij die
rest waren Bouman en Taekema, die
een hevigen strijd leverden. Taekema
bleek de sterkste en won, maar beiden
liepen binnen het record van Paulen,
dat op 1.59,7 stond.
Taekema liep den afstand in 1 min.
59.1 sec. en Bouman deed er 0.2 sec.
langer over.
De rest is gauw verteld: Kaan kwam
voor het eerst weer uit op de horden en
won deze voor Brasser, die bovendien drie
horden afwierp en dus uitgeschakeld werd.
En de beide estafette-nummers waren
voor de voorloopige Nederlandsche ploe
gen, die beiden zelfs 20 M. voorgift gaven
aan al de anderen. Bij de heeren domi
neerde al weer Osendarp, die een onge
looflijk snelle 100 M .liep en bij de dames
was mej .de Vries in pracht-vorm en zorg
de voor de overwinning.
De tijd der heeren was 41.6 sec., waar
mee het nationale record geëvenaard werd
en dat beteekend wat bij 'n scherp staand
record, dat werd aangevallen door een
ploeg met één invaller.
Wielrennen.
Het wielrennen leverde, behalve in de
sprints, goede resultaten op. En de sprints
zouden ook goed geweest zijn als de eerste
serie wat sportiever gereden was. Nu ble
ken Ooms c.s. liever de eer aan twee min
dere krachten over te laten en onderling
uit te vechten, hoe sterk men was, dan
om te probeeren zich te plaatsen.
Van Vliet had natuurlijk in de finale
geen moeite met de anderen en won op
zijn gemak. De tyd was echter niet al t
fraai: 12.4 sec .over de laatste 200 M.
Veel mooier sport kregen we te zien bij
den Olympischen inhaalwedstrijd over
4000 M. tusschen twee ploegen. De „roode"
ploeg was positief sterker, reed bovendien
tactischer en zette al spoedig een tijdelijken
achterstand om in een zeer verdienden 70
M. voorsprong. De tyd was 5 min. 3.6 sec.,
wat zeer fraai was en welke tijd beter was
dan die der Olympische winnaars in dit
nummer en op deze baan (in 1928).
Het tandemnummer was voor Ooms
Leene, die heelemaal geen moeite hadden
met de rest en over de laatste 200 M.
slechts 11.2 sec. deden.
Dat was weer uitstekend werk van den
fanatieken Ooms en den schier reeds tot
de veteranen behoorenden Bernard Leene
De paardensport.
Le hippische sport was weer het slot
nummer van den dag en het is ook wer
kelijk de clou geworden. Met buitengewo
ne interesse heeft het publiek de verrich
tingen der Olympische candidaten gevolgd
en wij mogen concludeeren, dat ons pu
bliek steeds beter op de hoogte komt van
de hippische sport. Dat bleek wel heel
duidelijk bij de dressuurproeven, die op
een zeer hoog peil stonden.
Doch de springnumers voldeden ook
ten volle. Er werd beheerscht gereden en
de ruiters hadden allen hun paard vol
komen in hun macht.
Twee maal werd een parcours met 0
fouten afgelegd: eerst door den heer Kahn
met Espoir, die in military-cross boven
dien een zeer snellen tijd maakte (1.13.4)
en toen door luitenant Greter, die met
Ernica de verhoogde hindernissen vlekke
loos nam. Zijn tijd had iets beter kunnen
zijn (1.19.6).
Maar de ruitersport maakte goede pro
paganda op dezen Olympischen Dag.
De voetbalwedstrijd.
De voetbalwedstrijd tusschen het
Nederlandsche bondselftal en het
Praagsche Sparta zou het hoogtepunt
vormen van den Olympischen Dag.
Helaas, van Nederlandsche zijde beke
ken, is. het geen hoogtepunt gewor
den, want het teamwork der Neder
landers was bepaald teleurstellend.
Toch mag deze wedstryd in vele opzich
ten belangrijk genoemd worden. Immers,
het bondselftal was niet het nationale
team. Het was een goede ploeg met proef
neming. Zoo stond Lungen op de midvoor
plaats, Vrauwdeunt op de plaats van
Wels; zoo was op de spilplaats den Hoed
en op de plaats van Paauwe Pellikaan op
gesteld en speelde Pienter in de plaats
van Weber.
't Waren evenzoovele proefnemingen
die lang niet onverdeeld gunstig uitvielen
Het samenspel onderling en tusschen de
linies klopte heelemaal niet en vooral in
het midden was een groote gaping. Daar
bleek den Hoed lang niet de plaats van An
deriessen te kunnen bezetten en van Heel
was tenslotte genoodzaakt, om met den
spil van plaats te verwisselen.
De rest ging matig. Pienter paste zich
vrij goed aan, al leek hij soms wat te lang
zaam, Pellikaan verdedigde beter de aan
vallen, maar was niet zooveel minder dan
Bas Paauwe en in de voorhoede heeft Lun
gen bewezen, dat hij over heel wat trucs
beschikt, maar bij lange na geen Bakhuys
is. En voor Wels hebben wij nog geen
tweede, al was Vrauwdeunt niet slecht.
Waar tenslotte v. Male niet in Brussel
schen vorm was en Smit lang niet op dreef,
daar bleek al gauw, dat dit elftal niet het
spel ontplooide, dat we er van verwacht
hadden.
Echter, een elftal speelt nu eenmaal zoo
goed als de tegenpartij wil. En dat Praag
sche Sparta speelde een uitstekend par
tijtje voetbal, 't Was natuurlijk echt het
spel der Midden-Europeanen: kort en snel
en weinig schotvaardigheid. En daardoor
kwamen er eigenlijk maar twee doelpun
ten, terwijl de meerderheid in het veld
meer doelpunten gerechtvaardigd had.
De Tsjechen speelden een meesterlijk
party tje, waarin het fraaie voetwerk en
het uitstekende kopwerk bewondering af
dwong. Ze vielen steeds met vijf man aan,
maar hadden bij eiken aanval der tegen
partij ook onmiddellijk weer uit de voor
hoede een paar spelers ter versterking te
ruggeroepen. Daarbij wisten zij, wie er bij
ons gevaarlijk waren en waar de zwakke
plekken der Hollanders zat. Beide facto
ren hebben ze uitgebuit.
Er werd vrij forsch gespeeld, maar de
forschheid ontaardde niet in ruwheden,
noch bij de een, noch bij de andere partij,
zcodat scheidsrechter Langenus een vrij
gemakkelijke taak had.
Na afloop bracht het publiek een ovatie
aan de Tsjechen voor hun fraai spel, welke
ovatie ten volle verdiend was.
Het verloop van den strijd.
De Tsjechen hadden een invaller voor
Braine, zoodat hun ploeg er als volgt uit
zag:
Klenovac
Burgr Ctyroky
Kostalek Boecek Srbek
Faszinek Pelcher Zajicek Nejedly Rado
De Hollanders kwamen als volgt uit:
van Male
Caldenhove Pienter
Pellikaan den Hoed v. Heel
Vrauwdeunt Bakhuys Lungen Smit v. Nellen
Het begin was ai direct voor de Tsjechen,
die 'n paar vlotte aanvallen ondernamen,
maar de eerste keer naast schoten en de
tweede keer het schot gemakkelijk gestopt
zagen door van Male. Direct daarop volgde
een goede Nederlandsche aanval, waarbij
van Nellen afgemeten voorzette en Vrauw
deunt inkopte, maar de doelverdediger
tikte den bal tot hoekschop, die heel slecht
door Vrauwdeunt werd genomen en dus
gemakkelijk werd weggewerkt.
Den Hoed trachtte tevergeefs het mid
denveld te beheerschen en het gevolg was,
dat de Tsjechische aanvallen vrij talrijk
werden. Beide vleugels hadden bovendien
al te dikwijls vrij spel, en er ontstonden
gevaarlijke momenten voor het Holland
sche doel, waar het achtertrio echter vry
goed meester bleef van het terrein, al was
ze niet heelemaal op het te korte spel der
tegenpartij ingesteld.
Toch kwam de eerste serieuze kans aan
Hollandsche zyde, toen na fraai spel van
Bakhuys en Lungen laatstgenoemde een
pass gaf naar van Nellen, die met een
slechte kopbal de kans voorbij liet gaan.
En daarna zijn hoofdzakelijk de Tsjechen
in het eerste kwartier aan het woord ge
weest, om eindelijk hun meerderheid in een
doelpunt uit te drukken. Eerst maakt Pel
likaan een geweldige fout, maar wist van
Male nog te redden, doch nog geen halve
minuut later wist de rechtsbuiten fraai
voor te zetten naar zijn buurman, die
onberispelijk inschoot.
Het leek er even op, dat Nederland zich
zou herstellen, maar het bleef bij een on
verwacht schot van van Nellen en een
enorme kogel van Bakhuys, die daardoor
in staat werd gesteld door Lungen. Beide
keeren bleek de keeper zeer actief en hield
meesterlijk zijn doel schoon.
Daarna verdween Bakhuys en kwam
Wels binnen de lijnen. En weer werden
de Tsjechen sterker, doch zij schoten niet
genoeg en waren een keer wat ongelukkig
toen een tot vier keer toe ingeschoten bal
steeds weer gekeerd werd.
Met 10 voor Sparta kwam de rust.
Na de hervatting scheen het een oogen-
blik of het Hollandsche enthousiasme het
van de techniek zou winnen, maar helaas,
het duurde niet lang, of een doelpunt
kwam aan den anderen kant, juist in een
Hollandsch overwicht, 't Kwam uit een
fraaien aanval, besloten met een onver
wacht schot, waarop v. Male niet had ge
rekend (02).
Dat was 10 minuten na de hervatting.
Lungen zou direct daarop een tegenpunt
hebben kunnen maken, maar hij faalde
volkomen. De Tsjechen bleven daarna
weer meester van het terrein en al deden
de Nederlanders soms aardige dingen, het
was niet effectvol en het binnentrio was
zyn schot kwijt. Want wel hebben v. Nel
len en Wels in die tweede periode dikwijls
mooie voorzetten gegeven.
Toen kregen wij nog een strafschop,
maar Wels mikte tegen den paal. En verder
was feitelijk alleen Sparta aan het woord
en probeerde nog een paar keer, de score
te vergrooten, wat niet ging.
Tegen het einde liet v. Heel zich door
Paauwe vervangen en tenslotte was ieder
een blij, dat het spel uit was.
Gedetailleerde uitslagen.
De gedetailleerde uitslagen waren:
Athletiek.
100 M. heeren: 1. Osendarp (Trekvo
gels), 10.4 sec.; 2. v. Beveren (A. V. '23),
10.5 sec.; 3. Haenni (Zwitserl.) 10.5 sec.; 4.
Berger (A. V. '23), 10.9 sec.
200 M. heeren: 1. Haenni (Zwitserl.),
21.6 sec.; 2. v. Beveren (A. V. '23), 21.6
sec.; 3. Berger (A. V. '23), 22 sec.; 4. Eike-
ma (A. A. C.)
400 M. heeren: 1. Baumgarten (Trekvo
gels) 49.3 sec.; 2. Bührmann (A. A. V.)
51.8 sec.; 3. Mieghout (A. A. C.) 52 sec.;
4. Woltjer (A. V. '26) 52.5 sec.
Eng. mijl: 1. Taekema (H. A. V.) 1
min. 59.1 sec. (nieuw Ned. record); oud
record 1 min. 59.7 sec. ten name van
Paulen); 2. Bouman (A. A. P.) 1 min. 59.3
sec.; 3. de Ruyter (Volewijckers) 2 min.
0.2 sec.
110 M. horden: 1. W. Kaan (H. A. V.)
15.3 sec.; 2. Mesman Schultz (A. V. '23)
15.7 sec.; 3. Jansz (V. en L.) 15.9 sec. Bras
ser, tweede aankomend, gediskw
4 x 100 M. dames: 1. Voorl. Ned. ploeg
(dames Brieger, Koen, Doorgeest en de
Vries) in 50.1 sec.; 2. Rott. ploeg, 20 M.
voorgift, in 50.2 sec.; 3. Brunhilde, 20 M.
voorgift, in 50.3 sec.; 4. A. D. A., A'dam,
20 M. voorgift in 50.4 sec. (A. D. A. stond
n.1. drie loopsters af aan de voorloopige
Nederlandsche ploeg!)
4 x 100 M. heeren: 1. Voorloopige Ned.
ploeg (Klasema, v. Beveren, Berger, Osen
darp) in 41.6 sec. (Ned. record geëven
aard); 2. A. A. C., 20 M. voorgift ,in 41.7
sec.; 3. Gemengde ploeg, 20 M. voorgift, in
42 sec.
Wielrennen.
Sprint wedstrijd over 1000 M. in series
en een finale.
Ie serie: 1. Herbershof in 1 min. 30.8 sec.;
2. Schenk, in 1 min. 32.2 sec.
2e serie: 1. v. Vliet in 1 min. 22.8 seo.J
2. Kropman in 1 min. 23 sec.
3e serie: 1. B. Leene in 1 min. 26.6 sec.j
2. v. d. Voort in 1 min. 26.8 sec.
Finale: 1. v. Vliet (laatste 200 M. in 12.4
sec.); 2. Kropman; 3. Leene; 4. Herbershof.
Olympische inhaalwedstrijd over 4000
M. De ploeg v. d. VoortZwartepoorte—
v. Wees en Kropman loopt 70 M. in op de
ploeg HellemansZwanenburgPeper
kampDuyn en maakt een tijd van 5 min.
3.6 sec.
Tandemwedstrijd over 2000 M. 1. Ooms
Leene (laatste 200 M. in 11.2 sec.);
DuynPeperkamp; 3. Zwartepoortev. d.
Voort; '4. Kropmjmv. d. Vyver.
Hippische sport.
A. Military-ruiters (15 hindernissen,
ma. 1.20 M. hoog).
1. E. Kahn met Espoir, 0 ft. in 1 min.
13.4 sec.; 2. Luit. Tonnet met Danseuse
Rose, 3 ft. in 1 min. 17.6 sec.; 3. Overste
van Voort tot Voorst met Donnizetti, 4 ft.
in 1 min. 16.4 sec.; 4. Luit. Pahud de Mor-
tanges met Icarus, 4 ft. in 1 min. 23 sec.
B. hindernis-ruiters (15 hindernissen
met ma. hoogte van 1.50 M.): 1. Luit. Gre
ter met Ernica, 0 ft. in 1 min. 19.6 sec.;
dhr. Pasman met Dünenbank, 4 ft. hi 1
min. 16.4 sec.; 3. Ritmeester Sirtema van
Grovestins met Godard, 4 ft. in 1 min.
20.4 sec.
W ielrennen.
Onder begunstiging van buitengewoon
fraaie weersomstandigheden werd Zaterdag
op de strandboulevard van Scheveningen,
waar een 100.000 toeschouwers langs het
parcours tesamen waren, voor de eerste
maal een wielercriterium gereden over een
afstand van 100 K.M. waaraan de beste
wegrenners uit Frankrijk, België, Duitsch-
land, Oostenrijk, Luxemburg, Nederland en
enkele andere landen deelnamen. Na een
strijd vol spanning en afwisseling wist van
de Ruit het eerst de finish na 20 ronden te
passeeren met Slaats op de tweede plaats en
den Franschman Bidot derde. Doch Slaats
diende een protest in wegens hinderen, op
het laatste gedeelte door van der Ruit, die
reeds met een krans behangen een eere
ronde had gereden, naar de derde plaats
werd gedistanceerd.
De tijd was 2 uur 42 min. 23.8 sec.
De volledige uitslag luidde:
Ltn. Greter, de winnaar van den wedstryd met verhoogde hindernissen.
SLAATS.
1. Slaats (Nederland); 2. M. Bidot (Frank
rijk) half wiel; 3. Van der Ruit (Neder
land) gedistanceerd; 4. Loncke (België); 5.
d. Broek (Nederland); 6. Duerloo (Bel
gië); 7. W. Vroomen (Nederland); 8. Dictus
(België); 9. F. Vervaecke (België); 10. Gij-
sen (Nederland); 11. Vaessen (Nederland);
12. J. Gommers (Nederland); 13. A. Billiet
(België); 14. Kemper Horemans (België);
15. Hosmus (Nederland); 16. M. Vroomen
(Nederland); 17. C. Wals (Nederland); 18.
Peek (Nederland); 19. Clignet (Nederland);
20. Velraeds (Nederland).
De strijd.
Het parcours was verre van gemakkelijk;
er zaten enkele zeer lastige bochten, met
hoeken van 90 graden in, plus aan het an
dere eind een keerpunt, een zoogenaamde
hairpin.
Natuurlijk moesten de renners met free
wheel rijden, anders zou het pedaal al zeer
gemakkelijk in een bocht met den grond
in aanraking kunnen komen. En tusschen
deze bochten lag als een kaarsrecht stuk, de
boulevard, die dus telkens heen en terug
moest worden gereden.
Dank zij ook de uitstekende organisatie
verliep alles, zoowel voor als tijdens den
wedstrijd zeer vlot. Ongevalletjes vonde
natuurlijk wel plaats. Maar ze waren
niet van ernstigen aard.
Lekke banden zijn nog al eens voorgeko
men en als wij één slachtoffer willen noer
men, dan is het Jean Aerts, die in de 12e
ronde plotseling uit het peleton verdwenen
was en tot op dat moment een puike koers
had gereden.
Maar laten wij van den beginne af ver
tellen. Vanzelfsprekend werd de eerste ron
de van 5 K.M. in een zeer snel tempo gere
den. In 7 min. 34.2 sec. ging men door met
Jean Aerts aan den kop. Reeds direct noteer
den wy, dat Albert van Schendel, een der
Nederlandschen deelnemers aan de Ronde
van Frankrijk achter was gekomen, naar wij
later vernamen door ongemak met de ket
ting, waardoor hij later moest opgeven.
De Alkmaarder Metz was intusschen al
van de boulevard verdwenen wegens ban-
denpech. De gemiddelde uursnelheid van de
eerste ronde bedroeg 41 K.M., rijkelijk
hoog, doch dat zou later wel verminderen.
Want in de tweede ronde werd een tijd van
7 min. 42 sec. genoteerd. Toen lag van der
Ruit aan den kop van een groot peleton. In
de derde ronde nam Slaats een voorsprong
van 200 meter met direct daarachter volg
den van Schyndel, Gijzen en Danneels. Ook
nu was de tijd nog zeer snel n.1. 7 min. 41.4
sec. Fournier staakte den strijd en het was
toen dat Albert van Schendel afstapte. Het
peleton was inmiddels ver uit elkaar gerukt
doch uitlooppogingen hadden voorlooplg
geen succes. Steeds was er wel iemand fe
vinden, die allen weer bijeen bracht.
Na de vijfde ronde kwam Jean Aerts het
eerst door in een tijd van 8 min. 2.8 sec. en
na de zesde ronde was het Horemans (7 m.
58.1 sec. die het eerst de finish passeerde.
Inmiddels waren er al weer uitvallers te
noteeren. Zoo zagen we A. Vaessen niet
meer. Ook van den Heuvel verdween, ter
wijl de eenige Zuid-Afrikaan Kisling uit de