H
HeuiUetoH
etIjelsch
complot
QemeetUeeadeK
Is Léon Blum wel berekend voor zijn taak?
De verwarring-brengende stakingen
eischen enorme physieke kracht.
Wie zal de tekorten betalen?
Voor
„trage
eters".
N.V. RauIC. Kaiser
ALKMAARSCHE COURANT WH DONDERDAQ 18 JUN11936
«ooeeee JLuUopCOQtaHUIta
ZUID* EN NOORDSCHERMER
(Van onzen Parijschen correspondent).
PARIJS, 16 Juni.
Het zijn een paar vreemde, spannen
de, verontrustende weken die Parijs
heeft beleefd, en nu ze achter ons
liggen, en de toestand zich weer heel
wat beter laat aanzien, zal het nog wel
eenigen tijd duren eer het zijn even
wicht heelemaal herkrijgt.
Nog vóór het nieuwe ministerie gevormd
was is de groote stakingsbeweging begon
nen, waarvan wy hier de vorige maal de
eerste verschijnselen bespraken. Op dat
oogenblik was nog niet te voorzien dat ze
zulk een omvang zou aannemen, en zoo
diep zou ingrijpen in het dagelyksch leven
van onze millioenenstad. Als een loopend
vuur heeft ze zich uitgebreid; elk bedrijf is
er op zijn beurt door aangetast. We hebben
zonder benzine gezeten voor onze auto's, de
aanvoer van levensmiddelen aan de Hallen
heeft stilgestaan, en als tijdens den oorlog
hebben we vleeschlooze dagen gekend. Op
een gegeven oogenblik waren alle café's
met hun gezellige terrassen dicht en kon
den bachelors en vreemdelingen nergens
iets te eten krijgen. Thans nog zyn de
groote magazijnen gesloten, en moeten we
met lange haren rondloopen omdat de
kappersbedienden op hun beurt den strijd
voor betere levensvoorwaarden hebben
aangebonden. Het is te begrijpen dat dit
een groote ongerustheid veroorzaakt heeft,
en dat vele huisvrouwen uit angst voor een
wellicht komenden hongersnood aan het
hamsteren zyn gegaan. En de vreemde toe
risten, die hier hun vacantie kwamen door
brengen en profiteeren van het Parysche
seizoen met zyn speciale feestelijkheden,
hebben zich, toen ze in de hotels van bedie
ning en voedsel verstoken bleven, gehaast
een zoo onherbergzame stad, waar de stem
ming revolutionnair werd, den rug toe te
keer en.
Hoe dit alles zoo gegroeid is? De groote
overwinning van het Volksfront bij de laat
ste verkiezingen is er de oorzaak van. Nu
is het ónze beurt hebben de werklieden ge
dacht, wier condities vaak nog zooveel te
wenschen overlaten, en die slecht betaald
worden, en slecht gehuisvest zijn. Ze voor
zagen dat de nieuwe regeering er niet veel
voor gevoelen zou als eerste regeeringsdaad
tegen hen op te treden, en ze hebben daar
van gebruik gemaakt. Het bezethouden van
fabrieken, werkplaatsen, kantoren, waar
door ze de werkgevers verhinderden tot uit
sluiting over te gaan of werkloozen aan te
nemen om hen te vervangen, bleek prach
tig te werken. De patroons, die zich onvol
doende beschermd gevoelden, haastten zich
alle eischen in te willigen. Dat werkte aan
moedigend voor de arbeiders in andere
takken van productie, die nu óók hun kans
gingen waarnemen. Op deze wijze hebben
de werknemers hier een lotsverbetering ge
kregen waarop ze anders nog jaren hadden
moeten wachten, want het Fransche patro
naat behoort tot het minst-verlichte van de
wereld en geeft nooit iets toe, ook al is de
eisch billijk en voor inwilliging vatbaar,
zonder dat het er met het mes op de keel
toe gedwongen wordt. Waren de werkge
vers hier redelijker en menschelijker, dan
was het nooit zoover gekomen.
Maar wanneer zulk een toestand van
agitatie wat langer voortduurt wordt hy ge
vaarlijk. De arbeiders begonnen nu ook van
hun kant te overdrijven, steeds nieuwe
eischen te stellen en te weigeren weer aan
het werk te gaan op de voorwaarden die
hun eigen afgevaardigden hadden bedon
gen en aanvaard. Men kreeg den indruk
dat de beweging, die aanvankelijk uitslui
tend een vakbeweging geweest was, een
politiek karakter kreeg.
Ondergrondsche machten werden aan 't werk
gesteld om de onrust te doen voortduren, en
de werklieden op te stoken. Er begonnen
zich in de straten oploopjes te vormen en
er hadden optochten plaats met roode
vaandels en revolutionnaire emblemen. Dit
alles werd aangemoedigd door de werke
loosheid van de politie, die nergens ingreep
om de orde te handhaven. Trouwens Léon
Blum, de nieuwe minister-president, had
in de Kamer verklaard dat hij niet van
plan was tegenover de arbeiders geweld te
gebruiken. Daarvan profiteerden ze, en de
communisten en syndicalisten, die aanvan
kelijk door de beweging overrompeld wa
ren geworden, en er zoo'n beetje achter
aanliepen, moedigden nu de voortzetting
aan, om hun macht te herkrijgen.
Dat is ten slotte den radicalen, die wel
met het Volksfront meedoen maar toch een
absolute suprematie van de arbeidende
klasse niet wenschelyk achten, te ver ge
gaan. Daladier en de zijnen hebben Blum
te verstaan gegeven dat hy in ieder geval
de orde op straat handhaven moest, en de
ze is daarvoor gezwicht. Vrjjdag en Zater
dag is de politie begonnen, zij het dan ook
heel zachtaardig, de samenscholingen uit
een te drijven en optochten te verbieden.
En daarmee was meteen het gevaar gewe
ken. De communisten deden verzoenende
uitingen, en hun leider Thorez zei op een
meeting dat men een staking moest weten
te beëindigen als de voornaamste eischen
ingewilligd waren. Zoo kwam het einde
van de beweging, en al is de overeenstem
ming nog niet overal bereikt, al duurt de
staking in de groote magazijnen en in de
assurantie-maatschappijen voort, men mag
toch voorzien dat in den loop van de ko
mende week alles weer rustig zal worden en
Parijs zijn gebruikelijk aspect zal hebben
herkregen.
Intusschen is de nieuwe regeering voor
de Kamers gekomen, en na de onvermijde
lijke regeeringsverklaring en het debat
daarover, wat haar de verwachte groote
meerderheid heeft gebracht, heeft ze da
delijk willen toonen wat er veranderd is.
Een eerste reeks van wetsvoorstellen heeft
den arbeiders de verwezenlijking gebracht
van allerlei wenschen die tot dusver pia
vota waren geweest: afschaffing van de
kortingen die de wetsdecreten op loonen,
salarissen en pensioenen hadden ingevoerd,
verlichting van den belastingdruk voor de
lagere inkomers, betaalde vacantie, de
veertigurige arbeidsweek. Dat alles heeft
de Kamer gestemd, en de Senaat zal het
waarschijnlijk de komende week ook wel
aannemen. Contre la force il n'y a pas de
résistance
De groote vraag is nu echter geworden:
wie zal dat betalen? Jouhaux, de machtige
secretaris der C.G.T., heeft becijferd dat
de voordeelen door de arbeiders verkregen
neerkomen op een verhooging van de ar
beidsloon-kosten met 35 Dat wil zeg
gen dat de Fransche fabrikanten, die op de
internationale markt toch al slecht con-
curreeren kunnen omdat ze te duur fabri-
ceeren, hun prijzen zullen moeten gaan
verhoogen, hetgeen de Fransche uitvoeren
opnieuw in ongunstigen zin beinvloeden
zal. Op de binnenlandsche markt zullen ze
door verhooging der contingenten moeten
worden geholpen, waar door het reeds
veel te dure leven nog duurder worden zal.
Deskundigen voorzien dat tal van kleinere
fabrieken, die reeds vrijwel zonder winst
werkten, het niet zullen kunnen volhouden,
en hun deuren zullen moeten sluiten. Als
daardoor de werkgelegenheid opnieuw ver
mindert zullen de arbeiders wc-Jiicht inzien
dat een werklooze niet veel heeft aan bete
re arbeidsvoorwaarden in zyn bedrijf, en
dat hetgeen op zichzelf redelijk en wen
schelyk was in een tijd van crisis als de
onze niet zoo maar du jour au lendemain
kan worden ingevoerd.
Nog veel bedenkelijker ziet het er uit in
het staatshuishouden. Daar dekten, in weer
wil van de bezuinigen, die de wetsdecreten
hebben ingevoerd de inkomsten de uit
gaven al bij lange na niet, vooral nu op
nieuw zooveel noodig is voor de aanvulling
en verbetering der bewapeningen. Hoe moet
dat gaan, nu de maatregelen, die de nieuwe
regeering invoert ten gevolge zullen heb
ben dat de uitgaven veel grooter worden,
terwijl de opbrengst der belastingen zeer
vermindert? Er zal niets anders opzitten dan
Vrij naar het Engelsch
door ANNIE S. SWAN.
9)
„Met mij gaat het best, dank u, doctor,
waar de toestand van mijn tante blijft
steeds hetzelfde. Ik maakt me ernstig be
zorgd over haar. Het is zulk een vreemde
ziekte. De helft van den tijd is ze buiten
kennis. Ik geloof niet, dat ze dan lijdt, maar
ze wordt niet beter en niet erger en ze
ziet er zoo vreemd, wasachtig uit. Eenige
oogenblikken geleden heeft ze even ge
tracht met me te praten, maar ze valt on-
widdellijk weer in dien eigenaardigen, suf-
fenden toestand terug, die zoo angstwek
kend is. Het lijkt me onmogelijk, dat het
zoo nog lang kan voortduren".
De goede doctor streek zich nadenkend
over zyn kin.
„Ruthven behandelt haar zeker nog
steeds?"
Alice boog haar hoofd en iets in de uit
drukking van haar gezicht trok de aan
dacht van de schrandere, vriendelijke oogen,
die haar zoo doordringend aanzagen.
»U vertrouwt dr. Ruthven misschien
Biet volkomen? Zou het niet beter zijn, als
we er nog eens een anderen dokter bij
haalden?" opperde hy. „Ruthven is per
slot van rekening nog jong en hij kan nog
niet veel ervaring hebben. Bovendien heeft
hy zich op de universiteit niet bepaald on
derscheiden. Een jonge vriend van mij
kent hem heel goed en wist te vertellen,
dat hy er als de „eeuwige student" bekend
stond. Het lijkt me niet juist, dat een zoo
belangrijk leven als dat van miss Dempster
geheel en al, om zoo te zeggen, ln zijn han
den ligt".
„Zoo denk ik er ook over, doctor maar
wat moet ik er tegen doen?" vroeg ze treu
rig. „De Ruthven's, dat wil zeggen dr.
Ruthven en zijn vader, schijnen hier veel
macht te hebben. Ik ben hier betrekkelijk
een vreemde en ze laten me dat duidelijk
voelen. En man tante scheen, zeker voor
haar ziekte, het volste vertrouwen in hen
te hebben".
Dr. Guthrie zei een oogenblik niets. Hij
had geen ergen hoogen dunk van de Ruth-
vens. Hij beschouwde den vader als een
van die onbeteekenende advocaten, die het
niet veel kan schelen, wat voor soort zaken
ze te behandelen krijgen, zoolang ze er geld
mee kunnen verdienen. In het gerechtshof
had hij eenige, nogal scherpe woordenwis
selingen met hem gehad over gevallen, die
wat met zijn philantropische werken te
maken hadden er. een keer had hy Ruthven
onomwonden gezegd, wat hij van hem
dacht.
De zoon beschouwde hij veeleer als een
dwaas dan een schurk. Maar hijzelf had zoo
weinig met miss Dempster omgegaan, dat
hij niet gerechtigd was om zich met haar
dat men de inflatie, die als gevolg van het
overmatig uitgeven van schatkistbons het
afgeloopen jaar reeds enorme afmetingen
heeft aangenomen men spreekt van der
tien a veertien milliard nog verder op
drijft. Op die wijze is op den duur de franc
niet te houden en zal de regeering wel tot
devaluatie moeten overgaan, hoe krachtig
Blum ook verzekerd heeft, dat hy daarvan
niet weten wil. We moeten afwachten hoe
de financieele voorstellen zullen luiden die
de socialistische minister van financiën, Vin
cent Auriol, tegen Donderdag heeft aange
kondigd, maar dat men er komt met een
prikkelen van de productie als gevolg van
de grootere koopkracht der bevolking ge
looft hier vrijwel niemand. Ook als de franc
niet rechtstreeks gedevalueerd wordt zullen
toch zoodanige beperkende bepalingen ge
nomen moeten worden op den buitenland-
schen handel en de verkrijging van vreemde
valuta's dat een depreciatie van het Fran
sche betaalmiddel in het buitenland niet te
vermijden zal zijn. Men krijgt zoodoende de
nadeelen van een devaluatie zonder de
voordeelen dié er anders dan nog aan ver
bonden hadden kunnen zyn.
Al de teekenen wijzen er dus op, dat het
kabinet-Blum weldra voor onoverkomelijke
moeilijkheden zal komen te staan. Daarbij
komt, dat velen ook in de party zich nu
al gaan afvragen of hij eigenlijk wel de ge
schikte man is om in een tijd als deze de
macht uit te oefenen. Theoretisch is hy knap
genoeg, en schrander en vindingrijk, maar
een sterke figuur is hy niet, dat hebben we
by zyn interventies in de Kamer nu al kun
nen constateeren. Het is ook zeer de vraag
of hij physiek in staat zal zijn de ontzaglijk
vermoeiende taak van een eersten-minister
te blijven vervullen. Er wordt dan nu ook
al in het verborgen overlegd wat er ge
beuren moet als hij het eens niet meer blijkt
te kunnen uithouden, en het schijnt, dat in
dat geval sterkere persoonlijkheden als een
Salengro of een Vincent Auriol veel kans
zouden hebben hem op te volgen.
In afwachting van de komende gebeurte
nissen, die zich zoo weinig hoopvol laten
aanzien, is het wel heel jammer dat de on
rust door de omstandigheden gewekt zulk
een noodlottigen invloed heeft op het vreem-
delingenbezoek ter gelegenheid van het Pa
rysche „season". Dit is zeer zorgvuldig voor
bereid om uit alle deelen van de wereld be
zoek te trekken,met de groote baten, die
daaraan verbonden zijn. De voorstellingen
van „Le vray Mistère de la Passion" voor
de Notre-Dame, die de afgeloopen week
gehouden zijn, waren in de puntjes ver
zorgd, en vormden waarlijk een prachtig
schouwspel. Maar er komt niemand en men
heeft al eenige feestelijkheden moeten at
lassen.
Men mag dan ook aannemen dat velen
van hen die uit ontevredenheid rood hebben
gestemd nu al spijt zullen hebben als haren
op hun hoofd om wat ze begonnen zyn. En
als er opnieuw moest worden gestemd zou
de uitslag waarschijnlijk al heel anders
zyn
■s«-;
Paula zorgde voor een
nieuwtjeeen heer
lijk nieuwtje! Vier
kante beschuitjesnet zoo lekker bros als
de beroemde groote beschuit van Paul
C. Kaiser. Voedzaam en gezond9 voor
6 cent met Paula-bon.
De bekende groote ronde beschuit
host 9 ets. voor 9 stuks.
vierkante (nScStdMjt
N.V. PAUL C. KAISER, BESCHUITFABRIEKEN, ROTTERDAM
zaken te bemoeien en dit zei hij aan haar
nichtje.
„Ik ben toevallig kort voordat u uit Col-
chester kwam, by haar geweest op bedel-
bezoek. Ik had geld noodig voor een paar
arme menschen en daar ik van den rijkdom
van uw tante gehoord had, was ik zoo vry
daar een beroep op te doen. Ze heeft me
niet heel hartelijk ontvangen en me weg
gestuurd met het aanbod van een half pond
wat ik, geloof ik, geweigerd heb. Toen
heeft ze me weer bij zich geroepen en een
enveloppe overhandigd, die ik niet geopend
heb, voordat het laat in den avond was.
Tot mijn groote verwondering vond ik er
een chèque van honderd pond in".
Alice Harman glimlachte.
„Dat verbaast me! Ik had nooit geweten,
dat ze zoo vrijgevig was. Maar ze spreekt
altijd zeer waardeerend over u. Ze zou u
vandaag ook wel onvangen hebben, als ze
daartoe in staat geweect was. Maar ik be
twijfel het sterk, of ze wel zoó rijk is, als
de menschen denken. Ik geloof het niet,
tenminste ik heb sinds ik hier kwam, vijf
weken geleden, niets gezien, wat erop
wees".
„Ah, maar u kent de gewoonten van gie
rige menschen niet. Miss Harman. Het zou
me niets verwonderen, als ze een groot for
tuin naliet en ik hoop, dat ze aan u ge
dacht heeft, die haar met zooveel toewij
ding verzorgd heeft en daar zoo weinig
vriendelijkheid voor terug gekregen hebt.
Voordat u kwam, was ze heel eenzaam,
met nauwelijks een vriend in haar huis".
Alice schudde het hoofd.
„Ze doen, alsof ze aan haar gehecht zyn
Vrijdag 19 Juni.
HILVERSUM, 301 M. <8.—12.—
4.-8.— en 11.—12.— VARA, de
AVRO van 12.—4.— en de VPRO
van 8.11.— uur). 8.Gr.pl. 10.
VPRO-morgenwijding. 10.15 Voor
dracht en gr.pl. 12.— Kovacs Lajos'
orkest. 2.Groninger Orkestver.
In de pauze: Causerie voor tuin-
liefhebbers. 4.Gr.pl. 5.Kin
deruur. 5.30 De Notenkrakers. 6.15
E. Walis' orkest. 7.— De Muggen
plaag aan het IJselmeer. 7.20 Gr.pl.
7.50 Ber. ANP., SOS-ber. 7.56 Gr.pl.
8.Ber. 8.05 De waarheid der re
ligie. 8.30 Zang en piano. 9.
Groote menschen thuis. 9.30 Verv.
concert. 10.De Utrechtsche Uni
versiteit. 10.30 Gr.pl. 10.45 Avond-
wijding. 11.Jazzmuziek (gr.pl.)
11.30—12.— Gr.pl.
HILVERSUM, 1875 M. (Alg. progr.
NCRV). 8.— Schriftlezing. 8.15
9.30 Gr.pl. 10.30 Morgendienst. 11.—
12.Zang en piano. 12.15 Gr.pl.
I.Ensemble van eter Horst. 2.30
Chr. Lectuur. 3.Gr.pl. 3.153.45
en 4.— Het „Haagsche Trio". 4.30
Gr.pl. 5.— OrgelspeL 6.— Gr.pL
6.30 Voor tuinliefhebbers. 7.— Ber.
7.15 Literaire causerie. 7.45 Repor
tage. 8.— ANP-ber. 8.15 Chr. Ora
torium-Vereen. Utrecht, het NCRV-
orkest en solisten. 9.— Causerie
„Historisch Den Haag". 9.30 Verv.
concert. 10.15 ANP-ber. 10.20
II.30 Gr.pl.
DROITWICH, 1500 M. 11.20—11.50
Orgelspel. 12.10 Gr.pL 12.50 Dans
muziek. 1.35—2.20 Birminghamsch
Philh. strijkorkest. 3.203.50 Voor
dracht. 4.15 E. Colombo's orkest.
5.05 Gr.pl. 5.35 Vocaal en instru
mentaal concert. 6.20 Berichten. 6.50
Koorconcert. 7.10 Voor tuinliefheb
bers. 7.30 Muzikale dialoog. 7.50
Alfredo Campoli's Trio. 8.20 Het
Café Colette orkest en solisten.
9.05 Causerie over dialecten (met
gr.pl.) 9.25 Piano-recitaL 9.50 Ber.
10.20 Causerie over Kano-Toerisme.
10.40 Oratoriumconcert. 11.50—
12.20 Dansmuziek.
RADIO PARIS, 1648 M. 7.20 en 8.35
Gr.pl. 11.20 Orkestconcert. 2.50
Gr.pl. 4.20 Solistenconcert. 5.50 Or
kestconcert. 9.05 Operettemuziek.
11.051.05 Orkestconcert.
KEULEN, 456 M. 6.50 en 12.20 Or
kestconcert. 1.35 Omroepklein-
orkest. 2.35 Gr.pl. 4.20 Koorconcert.
6.20 Omroeporkest. 7.20 Zang en
voordracht. 8.30 Voor soldaten. 10.50
Concert. 11.20—12.20 Orkestconcert.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.:
12.20 Gr.pl. 12.50 Klein-orkest. 1.50
—2.20 Gr.pl. 5.20 Salon-orkest. 6.50
en 7.20 Gr.pl. 8.25 Omroeporkest en
gr.pl. 10.30—11.20 Dansmuziek. 484
M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Salon-orkest.
I.60 Zang. 2.—2.20 Gr.pl. 5.20 Trio-
concert. 6.10 en 6.35 Gr.pl. 6.50
Piano-recital. 7.35 Gr.pl. 8.20 Sym-
phonieconcert en zang. 10.3011.20
Gr.pl.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.30 Radio-tooneel. 9.30 Beethoven-
concert. 10.20 Ber. 10.40 Nieuws uit
Amerika. 10.50 Fluit en cembalo.
II.05 Weerber. 11.20—12.20 Dans
muziek.
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Keulen 8.-8.45, Norman-
dië 8.45—10.05, Keulen 10.0511.20
Parijs R. 11.20—13.05, Brussel VL
13.0514.20, Keulen 14.2015.20,
Parijs R. 15.20—17.20, Brussel Fr.
17.2017.50, Parijs R. 17.5018.20,
Keulen 18.20—20.20, Lond. Reg.
20.2021.35, Brussel Fr. 21.35—22.20
Brussel VI. 22.20—22.40, Weenen
22.40—24.—.
Lijn 4: Brussel VL 8.—9.20, Lond.
Reg. 10.3511.20, Droitwich 11.20—
13.15, Lond. Reg. 13.15—16.15, Droit
wich 16.15—18.20, Stuttgart 18.20—
18.50, Parijs R. 18.50—19.50, Droit
wich 19.50—21.05, Luxemburg 21.08
—22.50 en Lond. Reg. 22.50—24.—,
(Vervolg).
Voorts was het mevr. S1 o o t e n opge
vallen, dat de controleur voor de werk
loozen, de heer Kromhout, nog in dienst is,
wat zij overbodig vond in verband met het
geringe aantal werkloozen in de gemeente.
De voorzitter antwoordde, dat de
controle geschiedt op eisch van den minis
ter, die toch wel medezeggenschap mag
hebben voor het toestaan van de rijks
subsidie.
Mevr. S1 o o t e n wilde er bij den minister
op zien aangedrongen, dat de werkloozen
het geld, hetwelk zij misschien zoo nu en
dan gedurende een paar dagen kunnen ver
dienen, mogen behouden boven de steun
gelden.
De voorzitter merkte op, dat de be
staande regelingen toch getroffen zijn met
het oog op de lands- en gemeentefinanciën.
De heer Van derLaan zag in de mee
ning van mevr. Van Slooten wel iets
billijks. Spr. zou willen, dat het steunbedrag
voor de dagen waarop gewerkt wordt, wordt
ingehouden.
De voorzitter zette de geldende rege
ling uiteen en meende, dat daar voorloopig
niets aan te veranderen is.
Mevr. Slooten meende, dat de minister,
wiens bedoeling is tot bezuiniging te komen,
wel op andere wijze daartoe kan geraken.
De heer Heinis vroeg of de gemeente
niet van den controleur af kan, nu er op het
oogenblik slechts een paar steuntrekkers
zijn.
Jawel, zei de voorzitter, maar dan
stellen wij de subsidie voor de werkver
schaffing in de waagschaal. Maar boven
dien, straks na den hooitijd, zullen er weer
meer werkloozen komen.
De heer Vaalburg vond de contro>(
op de werkloozen niet afkeurenswaardig.
De voorzitter zei, dat de controle ooH
wel noodig is gebleken, de goeden niet te nd
gesproken.
Voorts meende mevr. Slooten, dat da
Noordeinder weg noodzakelijk verbeterd
dient te worden.
De heer Posch erkende, dat de weg
zeer slecht is, maar het is voor de Noord*
eindermeer niet mogelijk dien in goeden
staat te brengen. Vanwege de provincie tal
niet meer dan het werkloon betaald worden,
de materiaalkosten ad 2500 blijven voot
den polder en daar komt dan nog het vol
gende jaar ongeveer 1000 by. Voor den
kleinen polder, die meerdere wegen heeft te
onderhouden, is het niet mogelijk den weg
goed te maken.
De voorzitter verzekerde, dat B. en
W. volle aandacht aan den weg hebben ge
schonken en zeker niet zullen nalaten tot
verbetering mee te werken, indien dezd
door den polder wordt ondernomen.
Mevr. Slooten gaf in overweging
gemeente Graft om medewerking te vragen)
deze heeft groot belang bij den weg.
De heer Schot vroeg verbetering van
den weg in Driehuizen.
De voorzitter zei, dat reeds maat
regelen in dezen zijn getroffen.
De heer Schot vroeg voorts pogingen ta
doen tot het beschikbaar stellen van een
voetbalterrein voor de jeugd te Driehuizerv
die nu dat spel beoefent, dikwijls tot hinde#
van de omwonenden.
De voorzitter antwoordde, dat bal
meentebestuur medewerking zal verleenen,
als op behoorlijke voorwaarden een terrein
kan worden gehuurd.
Namens de visschers bracht de heef
Schot dank voor den steun van gemeente
wege by de aanschaffing van zy voor hnft
bedrijf. Hierna sluiting.
umuo»irinumjs?inMws*i
Dr. Guthrie en haar kamenier Dalgleish,
laat me niet met rust. We liggen voortdu
rend met elkaar overhoop. Zij is jaloersch
op my en ik vertrouw haar niet. O, ik ver
zeker u, dat dit huis op het oogenblik een
waar slagveld is, waar alle menschelijke
hartstochten elkaar bestrijden. Ik voel me
heel eenzaam. Als Christina Caldwell er
niet was, zou ik het bijltje er misschien
heelemaal by neer leggen".
„Dus Christien blijkt goed te bevallen",
vroeg dr. Guthrie, die het meisje bij miss
Dempster aanbevolen had.
„Ze is een juweel trouw gewillig en voor
komend en bezit een opgewekt humeur,
dat me dikwijls uit mijn sombere stemming
haalt, als ik meer dan gewoonlijk gedepri
meerd ben".
„Ik ben blij zulk goed nieuws over Chris
tina te hooren. Ik dacht al, dat ze er zeer
gelukkig uitzag, toen ze me open deed".
„Ze is ook heel dapper. Zij is een in
dringster evenals ik zelf en ze maken het
haar in de keuken niet gemakkelijk.
Dalgleish haat haar absoluut en tracht
altijd gemeene dingen over haar karakter
en opvoeding te insinueeren. We hebben al
heel wat heftige woordenwisselingen over
het onderwerp Christina gehad. Het meisje
is, geloof ik, wel op mijn hand en de eeni
ge vriendin, die ik op het oogenblik heb".
„Uw positie is zeker verre van aange
naam, maar toch vind ik, dat u dr. Ruth
ven den eerstvolgenden keer, dat hij komt.
moet zeggen dat u het wenschelyk acht een
consult voor uw tante aan te vragen. Dat
wordt toch heel dikwijls gedaan, zelfs in
gevallen, die zich veel minder ernstig laten
aanzien dan deze ziekte".
„Dat zal ik dan maar doen. Hy kan «ïfc
oogenblik komen. Ik heb nog andere ver
denkingen, die ik nauwelijks durf uit t*
spreken. O, dr. Guthrie, dit zijn heel moei
lijke weken voor my geweest en het lykt
wel of ik heelemaal veranderd ben. In Col*
chester heb ik veel geleden, maar er
heerschte daar altijd vrede met myn lieven
vader. Nog nooit van te voren heb ik met
zulke onaangename menschen omgegaan,
waarvan ik er een paar bepaald slecht
vind. Deze schijnbare modellen van liefde
en toewijding, die hier zoo lang al in be
trekking zijn, zijn in werkelijkheid allen
gieren, die azen op wat ze later krijgen
zullen. Ze haten elkaar allemaal. O, die
atmosfeer hier in huis is verschrikkelijk".
Dr. Guthrie keek haar diep medelijdend
aan.
„Mijn lieve, ik heb ontzettend met u te
doen, maar vergeet niet, dat u misschien
geroepen bent om een goed werk te ver
richten. U kunt tenminste de bedienden
in het oog houden. Denk eens even na, hoe
slecht de oude dame er nu aan toe ge
weest zou zijn, wanneer u niet als door de
Voorzienigheid hierheen gezonden was om
haar by te staan".
Alice schudde haar hoofd. Op hetzelfde
oogenblik deed de voordeurschel haar som
beren galm door het huis weerklinken.
„Daar is de dokter! Ik moet nu gaan",
zei ze zenuwachtig. „Ik ben er liefst bfj
gedurende zijn bezoeken. Ik verlaat haar,
voor zoover dat mogelijk is, geen oogenblik
en slaap zelfs bij haar op de kamer".
Wordt vervolgd.