J \IJ JZi Lars Hartsen. ALKMAARSCHE COURANT van VRIJDAG 16 OCTOBER 1936 Verplichte uitvoerkeuring voor groenten en fruit. De A.N.W.B. over de gewijzigde motor- en rijwielbeschikking. Vleeschvergiftiging in het Westland. £attd; en JuiH&oum BOTERNOTEERING. Pe commissienoteering voor Nederland- sche boter is voor de week van 19—24 Oct. vastgesteld op 0.61 per K.G. In verband met de in voorbereiding zijnde regeling voor de verplichte keu ring van uit te voeren roode-, witte- en savoyekool, spruitkool, bloemkool en druiven, waarvan de invoering te ver wachten is op Maandag 19 October a.s. en waarvan de uitvoering zal worden opgedragen aan het uitvoer-controle- bureau voor groenten, fruit en aardap pelen te 's-Gravenhage, wordt het na volgende onder de aandacht van be langhebbenden gebracht: Van 19 October af zal alleen uitvoer van genoemde producten kunnen plaatsvinden, indien de zendingen zijn vergezeld van een „certificaat", waaruit blijkt, dat de produc ten voldoen aan onderstaande eischen: a. „gezond": vrij van plantaardige- en dierlijke aantasting en van andere teeltge breken; b. „gaaf": vrij van hagel-, vorst- en wind- beschadiging; c. „zuiver": vrij van aangewende ziekte- bestrijdingsmiddelen en verontreinigingen; d. „rijp": in een zoodanige graad van rijp heid verkeerend, dat het in goeden toestand ter plaatse van bestemming aankomen re delijkerwijze mag worden verwacht; e. „versch": in een zoodanigen staat van verschheid verkeerend als met het oog op het product en de bestemming wensche- lijk is. Bij de keuring zal speciaal op het navol gende worden gelet: Druiven: druiven moeten zijn vrij van lam en practisch vrij van doode stelen, ter wijl de rypheid zoodanig moet zijn, dat de smaak aan redelijke eischen beantwoordt. De verpakking moet geschieden in schoo- ne kisten, voldoende voorzien van houtwol en papier, waarvan de netto-inhoud 4 of 7 y, KG. bedraagt, tenzij het juiste netto-ge- wicht op de verpakking staat aangegeven. Roode-, witte- en savoyekool: roode-, wit te- en sovayekool moeten vast zijn en geen scheuren vertoonen, verder ontdaan van overtollig blad en stronk. Het gewicht moet tenminste 3 ons per stuk bedragen met uit zondering van witte herfstkool, waarvoor het minimum-gewicht op 1% K.G. is ge steld. De sorteering naar grootte moet gelijkma tig zyn, terwijl de kool, voor zoover niet los verladen, moet worden verpakt in nieuwe zakken of daarmede gelijkwaardig mate riaal. Spruitkool: spruitkool moet voldoende vast zijn, practisch vrij van luis en slakken en vrij van vuil en grond. Verpakking moet geschieden in nieuwe zakjes of daarmede gelijkwaardig mate riaal, waarvan de netto-inhoud 5 of 10 K.G. bedraagt, tenzij het juiste netto-gewicht op de verpakking staat aangegeven. Late bloemkool: late bloemkool moet vol doende wit en vast zijn en gelijk gesorteerd naar kwaliteit. De minimum-doorsnede bedraagt van 1 Sept,-1 Nov. 14 c.M., 1 Nov.-20 Nov. 13 c.M., 20 Nov.-l Dec. 12 c.M., 1 Dec.-31 Jan. 10 c.M. Voor zoover niet los verladen moet de verpakking geschieden in „schoone" solide kratten, welke ten hoogste 20 stuks mogen bevatten. De veilingen zullen bij de keuring en het afgeven der formulieren geheel worden in geschakeld. Voor producten, welke aan de gestelde eischen beantwoorden, zullen de veilingen, indien de verlading voor rechtstreekschen uitvoer plaats heeft, in hun onmiddellijke nabijheid „certificaten" afgeven. Vindt de verlading voor rechtstreekschen uitvoer el ders plaats, dan verstrekken de veilingen „verklaringen" (voorloopige keuringsbewij zen) en draagt het uitvoer-controle-bureau zorg voor het afgeven der certificaten. Uit den aard der zaak zal dit hoofdzakelijk plaats vinden in de havenplaatsen Rotter dam en Amsterdam, waar exporteurs zich voor verkrijging van een certificaat in ver binding kunnen stellen met de bijkantoren van het uitvoer-controle-bureau aldaar (te lefoon Rotterdam 15152, telefoon Amsterdam 48204). Voor certificaten moet betaling worden gevorderd volgens onderstaand tarief: voor druiven 12 ct per 100 K.G. netto of gedeelte daarvan; voor roode-, witte- en savoyekool 3 ct. per 100 KG. netto of gedeelte daarvan; voor spruitkool en voor bloemkool 3 ct. per 100 K.G. netto of gedeelte daarvan. Het minimumtarief bedraagt 0.10 pet certificaat. !Binne*i£a*id Dat vele weggebruikers kosten zul len moeten maken om te kunnen vol doen aan de nieuwe verlichtings- eischen voor auto's, rijwielen enz. zal natuurlijk in deze moeilijke tijden verre van toegejuicht worden, zoo schrijft ons de A. N. W. B. Maar aan den anderen kant mogen wij toch ook geenszins over het hoofd zien, dat het verkeer bij avond veel veiliger zal worden, wanneer werkelijk alle voertuigen aan de nieuwe eischen vol doen. En als wij dan verder nog be denken, dat de verkeersongevallen statistiek nog steeds stijgt, dan komen wij wel tot het inzicht, dat de regee ring moeilijk anders kon handelen, dan zij gedaan heeft bij het samenstel len van de nieuwe verkeersregels, waarvan de uitvoeringsvoorschriften dezer dagen in de gewijzigde motor en rijwielbeschikking zijn gepubli ceerd. Na 1 Januari 1938 zullen alle koplampen van auto's en motorfietsen en alle rijwiel achterlichten moeten behooren tot een goedgekeurde soort en ten bewijze daar van voorzien zijn van een merkteekentje. Insiders weten hoe noodig deze maatregel is, welke in andere landen reeds lang be staat. Dat men ook de plaats van de lichten nauwkeurig omlijnt, valt eveneens toe te juichen. Het zou zelfs toe te juichen zijn, indien de heel groote motor: 'jtuigen niet alleen verplicht werden aan de ach terzijde een extra-licht te voeren, doch ook van voren, onmiddellijk hun „ware gedaante" zouden verraden. Ook het roode rijwielachterlicht moet als een groote verbetering worden be schouwd, vooral nu het ook gecombineerd moet zijn met een reflector, zoodat men indien het licht dooft toch nog eenige bescherming overhoudt. Dat men daarom ook het witte spatbord handhaaft, is uit stekend, maar wij zijn heelemaal 'niet te spreken over de verplichting om het ach terlichtje op dat witte spatbord te beves tigen. Hier heeft, naar onze meening de wetgever het illustere voorbeeld van Homerus gevolgd en even gedommeld. Het is immers in de practijk niet mogelijk aldaar een lantaarn duidelijk te bevesti gen en bovendien maakt men het op deze wijze onmogelijk om de dynamo te voor zien van een lichtbron (welke dan juist uitermate soliede en practisch kan zijn). Het achterspatbord is het meest kwets bare deel van de fiets en daardoor het minst geschikt om een lichtbron te dra gen. Naar onze meening aldus de A. N. W. B. zal dit voorschrift ten spoedigste moeten worden gewijzigd. De nieuwe remvoorschriften zijn als een verbetering te beschouwen, aldus de A. N. W. B. Wij zijn echter nog niet voldaan, want de eischen zijn toch nog altijd tamelijk laag te noemen. Op den duur zal men deze ongetwijfeld nog moeten opvoeren. Toe te juichen v#lt ook, dat in het ver volg langs den weg zal blijken waar een maximum-snelheidsvoorschrift eindigt. Maar ook te dezen aanzien zijn wij niet voldaan, want dezelfde eisch mag met hetzelfde recht worden gesteld bij par keerverboden, inhaalverboden, enz. Het is noodig ook het einde hiervan aan de weg gebruikers duidelijk te maken en dit kan op een eenvoudige manier gebeuren door de achterzijde van het bord te benutten dat het verbod aangeeft voor het uit de tegenovergestelde richting komende ver keer. Resumeerenct willen wij niet nalaten onze ingenomenheid te betuigen met vele van de nieuwe voorschriften in de motor en rijwielbeschikking. Het wachten is nu op de nieuwe wegenverkeerswet. Men schrijft ons vanwege het beheer van den Vleeschkeuringsdienst Westland: Onder bovenstaanden alarmeerenden kop verschenen in de strekelijke en helaas ook in de groote pers berichten over de gestie van den Vleeschkeuringsdienst in de keu ringskring Westland. Een onderkop luidde: Bedorven vleesch door Keuringsdienst goedgekeurd. Interpellatie in den raad van 's Gravenzande". Nu op deze wijze de goede naam van den Keuringsdienst door het slijk wordt ge haald, wordt het noodig geacht hier de fei ten weer te geven, om te zien wat van al het alarm overblijft. Voorop moet dan gesteld worden, dat, toen de eerste berichten in de pers ver schenen, het hoofd van den Keuringsdienst niet wist waar het over ging. Uit een on middellijk ingesteld onderzoek bleek, dat de interpellant in den gemeenteraad van een „vleeschvergiftiging" niets wist. Ook bij de politie van 's Gravenzande bleek van vergiftiging of van ziek worden na het eten van vleesch niets bekend te zijn. Wel deelde men hem (hoofd van dienst) mede, dat het vleesch betrof van een uit nood geslacht rund, waarover op 16 Juli j.1. des namiddags om half vijf door de politie was opgebeld. Hieronder volgen dan de feiten. Op het slachthuis in Naaldwijk was een levend rund aangevoerd, dat bij onderzoek nog bleek te eten en geen temperatuursver- hooging vertoonde. Na slachting werd in den buikwand een gezwel aangetroffen. Het vleesch is bacteriologisch onderzocht. Er is een kook- en een braadproef van ge nomen en bleek daarna in aanmerking te komen voor „voorwaardelijke" goedkeuring en verkoop onder toezicht (de z.g. vrij- bank). Omdat het midden in den zomer was en om den verkoop te bespoedigen werd goed gevonden de eene helft in,Naaldwijk en de andere helft in 's Gravenzande onder poli tietoezicht, zooals gebruikelijk is, te verkoo- pen. In Naaldwijk verliep de verkoop tamelijk vlot en werden geen klachten vernomen. In 's Gravenzande ging het aanzienlijk lang zamer, totdat tegen den avond het reeds vermelde telefoonbericht kwam, dat het vleesch niet lekker begon te ruiken. Order werd gegeven met den verkoop te stoppen en het vleesch naar de noodslacht- plaats in Naaldwijk te doen terugvoeren. Het vleesch zag er wat versjouwd uit met geringe oppervlakte-verandering, en een wat minder frisschen reuk. Bij hernieuwd bacteriologisch onderzoek bleek het vleesch echter nog kiem vrij. Het werd gekant, een behandeling, die het beste vleesch in den zomer vaak moet ondergaan, zelfs vleesch, dat uit de ijskast komt en gesteriliseerd en vervolgens opnieuw verkocht in Naaldwijk, zonder dat van nadeelige gevolgen iets is gebleken. Uit bovenstaande feiten blijkt toch wel genoegzaam, dat hier niets ongewoons is ge beurd en niets ongerechtigds en dat den Keuringsdienst geen enkele blaam treft. Crisii - publicatie. „ARMENZORG" VERGADERT. 29ste algemeene vergadering te Groningen. Heden is te Groningen onder voorzitter schap van mr. A. J. A. A. baron van Heem stra de 29ste algemeene vergadering aan gevangen van de Nederlandsche vereeni- ging voor armenzorg en weldadigheid. Baron van Heemstra gaf een overzicht van de werkzaamheden der vereeniging in het afgeloopen jaar, waarbij hij deed uitko men met welke groote moeilijkheden men te kampen heeft gehad. Spr. deed hierna eenige mededeelingen over het werk van het nationaal fonds voor bijzondere nooden. Nadat de commissie tot het nazien van de overgelegde rekening en verantwoording rapport had uitgebracht was het woord aan dr. F. S. Meyers uit Amsterdam, die een in leiding hield inzake „het vraagstuk der par ticuliere rust- en verpleegtehuizen" waar aan het volgende is ontleend: In onze huidige samenleving zijn de par ticuliere rust- en verpleegtehuizen, onmis baar, des te meer valt het te betreuren, dat op het betreffende gebied ongewenschte toestanden bestaan, die soms de omschrij ving ontoelaatbaar verdienen, al mag zeker niet worden ontkend dat vele van de bedoelde tehuizen alleszins voldoende kun- inen worden genoemd. Dikwijls gaat het om de verzorging van geestelijke onmondigen of alleen in het leven staande hulpbehoe venden, wier belangen op zeer onvoldoends wijze worden behartigd. (Spreker licht het gezegde met eenige duidelijke voorbeelden toe) hij weet dat hij deze treurige ervaring deelt met andere geneeskundigen en ook met maatschappelijke verzorgers. Waar hier overheidszorg, in het algemeen gespro ken, geheel ontbreekt, is van particuliere zijde getracht in de toekomst verbetering te brengen en heeft zich een commissie ge vormd, waarin vertegenwoordigers van de belangrijkste verplegings-organisaties, ver- eenigingen, welke de belangen van het zie kenhuiswezen behartigen en bovendien de vereeniging van secretarissen voor armwe zen en van de vereeniging van directeuren voor maatschappelijk hulpbetoon, zitting hebben genomen. Het zeer ingewikkelde GEWICHTSGRENZEN VARKENS. De Nederlandsche Veehouderij Centrale maakt bekend, dat het in de bedoeling ligt, de tijdelijke verhooging der gewichts- grenzen, waarbinnen varkens van metalen merk en tatoueermerk moeten zijn voor zien, weder ongedaan te maken. Deze grenzen werden destijds verhoogd wegens de heerschende varkenspest. Met ingang van 2 November a.s. zullen deze grenzen worden bepaald op 10 en 40 K.G. en met ingang van 16 November d.a.v. op 10 en 25 K.G., waarmede dan het oorspronkelijke peil weder zal zijn be reikt. Deze regeling houdt dus in, dat georga- niseerden die ongemerkt biggen boven 10 K.G. in voorraad hebben, deze ten spoedigste en in ieder geval vóór 2 No vember a.s. ter merking dienen op te ge ven. Indien zij niet meer over biggenmer- ken, hetzij ingevolge toekenning, hetzij door overdracht, beschikken, zullen zij die biggen ten spoedigste dienen op te ruimen. Op 16 November a.s. zal ook de boven ste gewichtsgrens weder op 25 K.G. zijn hersteld. Op dat tijdstip zullen varkens boven 25 K.G. dus slechts in voorraad mogen worden gehouden tot een aantal, maxi maal gelijk aan de toewijzing mestvarkens. 's-Gravenhage, 15 October 1936. probleem wordt van verschillende kanten toegelicht en in het bijzonder gewezen op de moeilijkheden verbonden aan het instel len van een enquete, waar de commissie ieder officeele volmacht ontbreekt. Een voorloopig onderzoek, dat ongeveer een 60 van de bedoelde tehuizen omvat, heeft reeds geleerd dat hier de belangen van 3 ver- schilende groepen alle aandacht verdienen. In de eerste plaats de verpleegden, maar daarnaast evenzeer die der exploitanten der tehuizen en van hunne assistenten, ver pleegsters, die veelal ongediplomeerde en soms bedenkelijke hulpkrachten vormen. Naast particulieren maakt ook de overheid op grond van financieele overwegingen ge bruik van de particuliere verpleeginrich tingen, die onder de huidige economische omstandigheden als paddestoelen oprijzen. Wel dient te worden erkend, dat waar de overheid van deze tehuizen gebruik maakt, zij een onderzoek naar hunne bruikbaarheid instelt. In dezen is de gemeente Amster dam het verst gegaan en onlangs is een politie-verordening verschenen, welke het mogelijk maakt een ongeschikte verpleeg inrichting te sluiten, maar de groote meer derheid gaat ongecontroleerd haar gang en tracht een zoo voordeelig mogelijk bedrijf te scheppen, op het gebied van verzorging van hulpbehoevenden dikwijls ten koste van laatstgenoemden. Hier heerschen tra gische toestanden, ook voor de eigenares sen, meestal verpleegsters, die onder de moeilijkste omstandigheden een zeer ge bonden en kommervol bestaan voeren. Hier is in meerdere richtingen veel opbouwend werk te verrichten. Noodig is de groote massa te bereiken, opdat deze niet zonder deskundige voor lichting een verpleegtehuis kiest en daarom zal in het leven moeten worden geroepen een centraal lichaam van advies en controle waartoe een ieder, die een hulpbehoevende te verzorgen heeft zich wenden kan en dat waarborgen schept op een gebied, waar de ze niet mogen ontbreken. Hierna werd begonnen met de beraadsla ging over het onderwerp „afwenteling van kosten van armenzorg op andere gemeen ten" waarover praeadvies was uitgebracht door de heeren dr. J. G. Ramaker, secretaris i v i'- Heuitlelon Een overwintering op Spitsbergen. 6) Voor Lange Sivert was dit niet noodig. Zonder de minste moeite kwam hij om hoog, eerst in zittende houding en daarr.a °P zijn beenen. De weg naar de sloep ging door kreupel hout en door moerassen. Hy had om de moerassen heen kunnen gaan, doch om den weg te bekorten, trok Sivert maar rechtuit, rechtaan. Het vervelende hiervan was dat hij, toen hij zich goed en wel op het moe- ras bevond, bij iederen stap, tot zijn en e -> er in weg zonk. Het moeras was slechts honderd meter breed, doch toen hy er over wa«, liep het zweet hem over het gelaat, wa"t er was kerelskracht voor noodig, om hij elke schrede zijn voeten weer omhoog *e trekken. - Mikal, die Sivert's spoor had gevolgd, was tet ongeveer een derd'e van het m= ge komen. Daar bleef hij afgemat en Pr<*stf" staan. Hij trok en scheurde en deed zyn h«t, zijn voeten weer omhoog te kry^ oc de modder hield hem beet,alsofeen k gummi was vastgezogen. Sivert keek °m; hij hoorde noodkreten. 'J sj rendier af, keerde terug en op Mik Hij schold en vloekte gedurende den gehee- len weg, en riep: „Houd je mond stumperd, ik kom toch reeds!" Toen hij bij hem was, pakte hij Mikal om zijn midden, hief hem met diens rendier omhoog, en met één ruk, sloeg hij beide op zijn rug, en ging zijn weg. De man was ontzettend sterk. Na verloop van twee etmalen waren de geschoten dieren aan boord en weggestuwd. Nadat dit werk was volbracht, vroeg Sivert zijn drie mannen, of zij de rendierjacht wil den voortzetten, of dat zij de ijsfjord zou den verlaten. Zij waren het er over eens, dat dit laatste wel 't beste was, om voor het geval de ijsbank weer naar het Noorden zou komen opzetten, naar de sloep met Johan Troms en zijn drie mannen uit te zien. Het anker werd gelicht. Daar er een flin ke bries stond, gleed „De Hoop" de ijsfjord uit, voorbij het Daumanseiland, passeerde de Voorlandsund en den volgenden morgen hadden zij het Voorland en de eilanden achter den rug. Lange Sivert was herhaalde keeren in 't kraaiennest op den uitkijk geweest, om naar ijs uit te zien. De lucht was helder en Sivert zag een luchtspiegeling van de ijs- bank, die naar zijn schatting een twaalf tot veertien mijlen van de kust zich scheen uit te strekken. Thans zat hij weer boven en daar hij nu het volle gezicht op het ijs had, riep hij om laag: „Houd af!" „Meer!" „Nog meer!" „Stop! Recht zoo! Welken koers heb je?" „West Zuidwest!" „Houden zoo!" Onderwijl kwam hij naar beneden. Er waaide een flinke Noordelijke wind. „Hoort nu mannen", zei hij. „Ik kan het schijnsel van het ijs zien, dus dit' duidt er op, dat het hoog tijd wordt dat we er tusschen uit gaan. Er is geen tijd te verliezen, want de ijsbank ligt in een cirkel om ons heen, naar het Noorden, naar het Zuiden en naar het Westen. Zet het groot zeil bij en houdt denzelfden koers, Mikal. Over een paar uren hebben we het ijs en dan moeten we maar verder zien. God hel- pe Troms en de drie anderen. Wij moeten hen nu verlaten!" Met lange schreden begon hij boven de kajuit, tusschen laadboom en roef, heen en weer te loopen, bleef dan weer staan, keek naar den hemel en spuwde geweldige ta- baksstralen recht voor zich uit hieruit bleek zijn humeur, want anders spuwde hij altijd over de verschansing en eindelijk ging hij op de spil zitten en keek strak voor zich uit op het dek. Plotseling barstte ny los en riep: „Satan heeft de hand in het spelDe duivel hale mij! Heb je ooit van zoo'n rotte zaak gehoord, dat je een sloep met vier man moet achterlaten De sloep ja wat duivel kan mij feitelijk die sloep schelen maar het volk! En die verdoemde Ber- ner, heeft die niet ook een zes of zeven kin deren en een vrouw en die Baldsnes, die heeft een huis vol! Hoe, in Godsnaam moet dat gaan Ik m^g barsten, als ik niet groote lust heb om ook maar hier te blijven! Heere God, wat een geval! Als een hond werken en alles doen wat je kunten dan toch den kamp verliezenMaar laat mij maar in Tromsö komen.1 Zoolang Lange Siveit nog zijn handen kan roeren hoe het ook loopt de vrouwen en kinderen zullen dan toch te eten hebben!" IN TROMSO. Met iederen dag die voorbij ging, werd in Tromsö de spanning grooter. Evenals in de meeste steden, woonden in Tromsö de kleine luiden aan den buiten kant der stad, over den afstand van Hands- jordnaes tot Macks bierbrouwerij. Bij Handsjordnaes begint de Hands- jordsbaai. Hierin loopt een rivier uit, die de weinige huizen die destijds daar stonden, van water voorzag. Eenige schreden van deze rivier, een eindje van de baai, staat 'n lang gebouw van twee verdiepingen, het welk in den volksmond „de Hel" heette. Dit huis werd gedeeltelijk verhuurd als pakhuis, waarin goederen werden opgesla gen, gedeeltelijk als woningen. De bewo ners waren hoofdzakelijk menschen, die door het armbestuur werden onderhouden. De naam werd zoo algemeen gebruikt dat, indien iemand naar den een of ander vroeg, en men antwoordde, hij woont „in de Hel", dit adres voldoende was. Het was niet zonder reden, dat dit huis zoo werd genoemd, want herrie en ruzie waren daar aan de orde van den dag. Er waren dikwijls tien of twaalf gezinnen in onder gebracht, zoodat ieder van hen slechts over een zeer beperkte woonruimte be schikte. Hier woonde ook Berner Jörgensen's vrouw met zes kinderen. Zij heette Kristine, was in Tromsö geboren, middelmatig van ge Handsjordnaes: „Naes" is een in zee uit stekend punt land of rots, wat wij „kaap' noemen. stalte, met een bleek uiterlijk. Zij tapte zoo wel een gleis bier, als een borrel. Zij woonde in „de zaal" het grootste ver trek van het geheele huis. Daarom kon Kristine ook nog gasten herbergen, want 't gebeurde nog al eens, dat eenige van de be zoekers te veel hadden gedronken zoodat Kristine, als het avond werd en de gasten niet meer vast op hun beenen stonden, on danks haar zes kinderen, toch nog voor drie of vier man plaats kon maken. Het was November geworden en Kristine en haar kinderen wachten zij wachten op hulp van Spitsbergen zjj wachten op Lange Sivert en „De Hoop" en zij wachten op hun man en vader. Het zag er niet zoo mooi uit want, of schoon zoo nu en dan de drank macht over Kristine kreeg, wist zij maar al te goed, wat in Tromsö een winter met z'n dikbe- vroren ruiten beteekende. Het eerste wat men iederen morgen als het vroor, in „de Hel" kon hooren, was het loskloppen van het (js in de regentonnen, om koffiewater te krijgen. Nu het zich zoo ernstig liet aanzien, be gon Kristine er over te denken, hoe zij de zaak wel moest aanpakken. Haar man im mers was maar matroos, en had zoodoende alleen zijn aandeel in de opbrengst van de vangst, en geen loon. Natuurlijk kon zij een beetje borgen, In dien er slechts bericht kwam dat het schip, waarop de mannen aan boord waren, een goede vangst had gehad. Maar nu was het moeilijk iets op crediet te krijgen en dik wijls moest zjj op haar vraag e.n hard „neen" hooren. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1936 | | pagina 9