£and= en Jjüh&ouw
£uchluaatt
4
kennemerland.
De inschakeling van silo's
en kunstmest op grasland-
bedrijven.
«5;
De dure levenservaringen
van Humphrey Ward.
HET BEZOEK VAN CIANO AAN
HONGARIJE.
De zakelijke beraadslagingen tusschen den
Italiaanschen minister van buitenlandsche
zaken, Ciano en de Hongaarsche regeering
zijn gistermorgen begonnen met een lang
durig onderhoud in het gebouw van den
minister-president, waaraan werd deelge
nomen door Daranyo en von Kanya.
Besproken werden de beide landen direct
interesseerende problemen, o.m. de voorbe
reiding van het bezoek van Horthy aan Ro
me en het tegenbezoek van Italiaansche
zijde. Voorts werd gesproken over wijziging
der handelsverdragen in verband met de
devaluatie van de lire.
DE ZOON VAN ROOSEVELT VERLOOFD.
De zoon van president Roosevelt, Franklin
Roosevelt, heeft zich verloofd met Ethel
Dupont, een nicht van den president van
den raad van beheer van het concern Du-
pont de Nemours.
De familie Dupont heeft de candidatuur
van Landon bij de president-verkiezingen
krachtig gesteund en verzet zich steeds
krachtig tegen de maatregelen der „New
Deal". I
GOUDSMOKKELARIJ OP GROOTE
SCHAAL.
Drie buitenlanders in Frankrijk
gearresteerd.
Op het Oosterstation te Parijs zijn drie
buitenlanders gearresteerd, die in hun
van dubbele bodems voorziene koffers
voor 600.000 franken aan gouden munten
over de grens wilden smokkelen.
De politie had de drie personen gade
geslagen, toen zij tegen hoogen prijs pro
beerden goud op te koopen.
In hun passen zijn den laatsten tijd 15
stempels geplaatst bij grensoverschrij
dingen.
GECOMPLICEERD TREINONGELUK
IN BELGIE.
Drie treinen tegen elkaar gebotst.
In dichten mist zijn op den weg Valen-
ciennes-Jemappes drie electrische treinen
tegen elkaar gebotst. Een twaalftal personen
werd licht gewond. De materieele schade is
aanzienlijk.
VANDALISME IN DITTSCHLAND.
Monument van Mendelsohn Bartholdv
vernield.
Het in 1892 te Leipzig opgerichte monu
ment voor den componist Mendelsohn Bar-
tholdy is van zijn voetstuk genomen en stuk
geslagen.
VERBETERDE STEMCUFERS VAN
DE ZAAK-SALENGRO.
Naar thans wordt gemeld is de interpel
latie inzake Salengro in de Fransche Kamer
met 421 tegen 63 stemmen beëindigd en niet,
zooals eerst werd gemeld met 427 tegen 103.
EINDE DER STAKING TE
BIRMINGHAM.
De staking te Birmingham, welke Dins
dag j.L is begonnen, is thans vrijwel beëin
digd. Van de 7000 stakers hebben Zaterdag
1500 het werk hervat en de overigen zouden
heden weer aan den arbeid gaan.
DRAMA IN EEN KAZERNE IN
FRANKRIJK.
Zaterdagnacht heeft in een kazerne te
Toulouse een Senegaleesch soldaat een
Fransch soldaat gedood en een ander le
vensgevaarlijk gewond. Na een hevig ge
vecht werd de Senegalees door de wacht
overmeesterd.
KARDINAAL PACELLI TE NAPELS
TERUGGEKEERD.
Zaterdagochtend is de kardinaal-staatsse
cretaris, Pacelli, van zijn reis naar de voor
naamste steden van de Ver. Staten terugge
keerd. Hij arriveerde aan boord van de
„Conté Savoia" te Napels.
De situatie van Donlxig.
POOLSCHE BLADEN TE DANZIG IN
BESLAG GENOMEN.
De Poolsche bladen „Dziennik Poznanski",
„Kurjer Poranny" en „Slowopomorsik" van
14 November zijn, naar het Duitsche nieuws
bureau meldt, wegens tendentieuze bericht
geving en lasterende aanvallen op de Danzi-
ger regeering in beslag genomen.
POOLSCH TROONPRETENDENT
OVERLEDEN.
De Poolsche troonpretendent prins Kar-
pinski is te Szegedin overleden.
DE ECONOMISCHE TOESTAND IN
CHILL
De situatie is alles behalve roos
kleurig.
Hoewel Chili door de natuur zeer begun
stigd is en ruimschoots in haar eigen levens-
middelen-behoeften kan voorzien, heerscht
in dit land een zekere schaarschte.
De prijzen van alle handelsartikelen zijn
scherp gestegen en het tekort aan diverse
goederen is reeds zoo groot, dat zelfs de kans
op buitensporig hooge winsten geen produc
ten op de markt brengt.
Er bestaat nog wel geen hongersnood,
doch wel een aanzienlijk tekort aan alle
levensmiddelen.
De uitvoer van salpeter, koper en wol
vormden langen tijd een ruggesteun voor
de economische politiek van Chili. Eenigen
tijd voor het uitbreken van de crisis daalde
echter de uitvoer van salpeter, als gevolg
van de synthetische productie van dit arti
kel in het buitenland. Desniettemin is salpe
ter nog steeds het voornaamste uitvoerarti
kel van Chili gebleven.
HEFFING OP BOTER.
De heffing op boter en de vervoerver-
gunningen voor buitenlandsche boter is
voor de week van 1521 November vast
gesteld op 75 cent per K.G., behoudens
tusschentijdsche wijzigingen.
KOOLZAADOOGST 1936.
Van bevoegde zijde vernemen wij, dat
voor koolzaad van oogst 1936, dat in het
tijdvak 27 September 1936 tot en met 7
November 1936 is verkocht, geen teeltpre
mie zal worden gegeven.
De markt toonde in de week van 9 tot
14 November een betere stemming (een ge
volg van den vluggeren handel te Amster
dam), hoewel er geen noemenswaardige
prijsverhooging intrad. Behoudens de pro
ducten, waarvan de vraag het aanbod over
trof, bleef de prijsverhooging uit, behalve
voor spruiten, die eenige centen per K.G.
meer opbrachten. Andijvie, waarvan geen
groote aanvoer, le kwaliteit, gold 0.85
1.50. Bloemkool (eveneens le soort in de
muiderheid) le soort 6.509, 2e soort
2~f 4- Boerekool was meer in trek en
bracht 0.752.25 op, gele kool (middel
matige kwaliteit) 2-ƒ 3.50. Groene kool
was in trek en ging weg voor 1.502.50.
Sla, waarvan le soort in trek was, gold
0.75—3, alles per 100 stuks. De aanvoer
van bosgroenten was groot; alleen prei gold
een ietsje hooger en bracht 4—6 op, bos-
JT1 /-3-5 50, de °verige bosgroenten
2—3 per 100 stuks. Spinazie werd in
kleine kwantums aangevoerd en gold 0.60
1.05 per bak. Spruitkool werd in behoor
lijke kwaliteit aangevoerd en gold -10—
15,50 per 100 K.G. Witlof was niet duur
le soort was 12—16, 2e soort 5—/ 7 per
100 K.G. Voor snijboonen betaalde men
29 per 100 K.G. De overige aan
voer van groenten was onveranderd, ook de
prijzen.
De aanvoer van vruchten was grooter dan
de twee daaraan voorafgaande weken. Ook
nu weer was er een vlugge handel met hoo
ge prijzen. We noteerden voor Beurré Clai-
reqeau 1623, Comtesse de Paris 15
f 16,50. Naveau Poiteau 10—/ 13,50, Sint
Germain 914, Winterloutje 813
Soldat Laboreur 16—/ 26. Appelen: zoete
Bellefleur 16—21, Brabantsche Belle
fleur 1419,50. Groninger Kroon 10
26. Goudreinet 20—24 per 100 K.G
Druiven (waarvan de kwaliteit terug gaat)
waren duurder, n.1. 20—32 per 100 K.G.
In een vergadering welke hedenmorgen
door de afdeeling Alkmaar van de Holland-
sche Maatschappij van Landbouw in café
Central was belegd, en druk bezocht was,
hield de rykslandbouwconsulent, ir. G. L.
Lienesch, een door lichtbeelden verduide
lijkte lezing over het onderwerp: „De in
schakeling van silo's en kunstmest op onze
goede graslandbedrijven.
De voorzitter, de heer D. J Covers,
zeide, dat het bestuur het wenschelijk had
geoordeeld om de leden met de verbeterde
omstandigheden voor het inkuilen bekend te
maken en tevens hoe men voor de silo, de
kunstmest behoort te gebruiken om het
beste voor het vee te krijgen.
Spr bracht dank aan ir. Lienesch voor zijn
bereidwilligheid en heette ten slotte de
aanwezigen hartelijk welkom.
Ir Lienesch ving zijn lezing aan met
de opmerking, dat het onderwerp min of
meer een uitvloeisel was van de besprekin
gen die het vorig jaar werden gehouden.
In het algemeen had men op de bedrij
ven vóór er veranderingen werden aange
bracht, groote perceelen, normale veedicht
heid en stalmest en gier voor bemestings-
doeleinden. Voorts een vrij krappe perso
neelsbezetting en melken bij huis.
De mogelijkheden, daarin gelegen, had
spr. reeds in zijn vorige lezing belicht. Over
den stalmest had spr. weinig gezegd, waarom
hij volledigheidshalve over de waarde daar
van iets meer naar voren wilde brengen
teneinde daardoor duidelijker te laten zien,
dat silobouw en kunstmestgebruik in verre
weg de meeste gevallen para'lel loopen
Onder stalmest verstond spr. de vaste
mest. De waarde van de goed bewaarde
gier, als stikstof en ka'imest, chtte spr. vol
doende bekend.
De stalmest nu bestaat uit onverteerbare
resten van het dierlijk voedsel plus het
stroo, dat in de stallen is gebruikt Boven
dien weten wij, dat dit mengsel van organi
sche stoffen ryk is aan bacteriën en
dat de sta lm es. verteert in den loop der
tyden. Die verteering geschiedt ten deele
door de bacteriën, ten deele door de oxyda-
tie van de lucht en het restant is uiteindelijk
tijdelijke humus die ook nog verdwijnt. De
meeste opneembare stoffen komen vrü
door de activiteit van de bacteriën, maar
pfa^ts om d°en dfe" arbeid in de eerste
zien m Clgen levensbeh°eften te voor-
debuTde bÏÏl tC concludeeren, dat uitein-
1,™ voor de directe voeding
aan de planten o verbod ie riin ;„j- 8
nïtrbMcCleri6n'jdie den "wSatt'i,"
niet beter van door die bacteriën, maar
alleen doordat men in den mest nog meer
planten voedsel op het land brengt
heml?den meï Weinig stikstof kunnen door
bemesting met stalmest zelfs tüdejrjk min-
al7eenrUkhtbjar T' temyi 2« het met
alleen kunstmest nog goed zouden doen
m Dc beteekenis van den stalmest
schuilt dus in de eerste plaats in de aanwe
zigheid van planten voedende stoffen welke
maakt geleidel"k worden vryge-
Ten tweede in het vastleggen van stoffen
en de nawerking van die stoffen door af
braak van den mest door bacteriën.
Ten derde door de koolzuurproductie.
Ten vierde door de tijdelijke humusvor-
ming, waarvoor men verrotten mest moet
gebruiken.
Eigenaardig is, dat vrijwel alle gronden
een vaste humusverhouding hebben welke
vrijwel niet blijvend is te verhoogen door
bemesting met organische stoffen. Het kan
zelfs gebeuren, dat door stalmesttoediening
een tijdelijk stikstoftekort optreedt. De stal
mest is allereerst een normale voedselbron
die geleidelijk zijn voedingsstoffen afstaat
Verder is er kans op vorming van blijvende
humus. Gewoonlijk laat echter de stikstof-
voorziening bij bemesting met stalmest te
wenschen over.
Spr. was dan ook van oordeel, dat men
bij het moderne graslandbedrijf niet te lang
kan wachten op de grillen van den stalmest
alleen.
Spr. legde er den nadruk op, dat de aan
wending van stikstofmest aanleiding heeft
gegeven de productie te vergrooten en dus
de mogelijkheid van het graslandgebruik
vergroot.
Tal van minder goede ervaringen met de
moderne techniek, schreef spr. toe aan een
verkeerd, soms overdreven of eenzijdig ge
bruik of aan een minder goede aanpassing
van de, noodzakelijk met dit gebruik samen
gaande, nieuwe werkwijze.
Hoe intensiever de bemesting is, hoe
meer men ook moet letten op de verpleging
van het land en hoe beter de beweidings
techniek moet worden overwogen.
Mits zonder overschrijding kan men op
de graslanden van onze klei- en zavelgron
den een goed resultaat verkrijgen met de
gebruikelijke stikstofvormen.
Thans wordt 60 a 80 K.G. per H.A.
zuivere stikstof op de graslanden van onze
klei- en zavelgronden gebruikt.
Tot de naar voren tredende technische
factoren rekende spr. beweiding op kleinere
perceelen, het geven van den stikstofmest in
porties, goede behandeling van het land, in
kuiling volgens nieuwere methoden en ver
vroegde hooiwinning.
Voor een productieve bedrijfsvoering op
onze graslandboerderijen kan men niet vol
staan met den in eigenbedrijf geproduceer-
den stalmest.
Ook oordeelde spr, dat men zich niet
blind moet staren op de waarde van stal
mest, buiten de voedingsstoffen, die er in
zitten.
In April en Mei moeten wij er voor zor
gen, dat het gras makkelijk opneembaar
voedsel voor het grijpen heeft. Dan zal het
gewas ons niet in den steek laten en kunnen
wij door tijdig afweiden en maaien wel
oogsten.
Grasgroei is niet de grootste moeilijkheid
op onze goede bedrijven, maar wel het
goede graslandgebruik. Op tijd omweiden,
jong gras tot goed hooi maken en inkuilen
komen er aan te pas.
Het inkuilen moet vooral in begin Mei
plaats vinden. Men moet niet vergeten, dat
in Mei gekuilde perceelen nog een ruime
kans krijgen tot volledig herstel.
De kunstmest, speciaal de stikstof, moet
met overleg worden gebruikt. Overleg blijkt
uit een juiste toepassing in het voorjaar.
Hoe later men een perceel voor den
eersten keer moet gebruiken, des te kleiner
kan de te geven hoeveelheid stikstof zijn en
des te later mag men deze geven.
De silo
Aan de hand van lantaarnplaatjes toonde
spr. hierop verschillende silo's.
De hoeveelheid siloruimte per H.A. gras
hangt af van het tijdstip van maaien, de
dichtheid van het bestand, de wijze van
inkuilen enz. In een silo van ongeveer 50 M3.
kan men gemiddeld 3 H.A. gras bergen.
Als maatstaf voor siloruimte op een be
drijf van 25 H.A. oordeelde spr. 100 M3. vol
doende.
De belangstelling voor den silobouw is
sterk toegenomen. Spr. toonde verschillende
silos van allerlei materiaal en op verschil
lende wijze gebouwd.
Voor alles is het noodig, dat men met den
ondergrond van den silokuil boven het
grondwater blijft. Spr. gaf aan den bouw
van silo's met behulp van betonplaten, in
ronden vorm de voorkeur.
Naast de winning van silogras, dient een
voldoende hooiwinning te staan. Hooi toch is
nog altijd een van de mooiste voedermidde
len, mits op tijd gewonnen en van op tijd
gemaaid gras. Spr. was geen groote voor
stander van poorten in de silo's, omdat ze
deze duurder maken en men z.L gemakkelijk
den kruiwagen kan laden door dezen teger,
de silo te plaatsen.
Aanbeveling verdient het versche gras
zoo spoedig mogelijk in de silo te rijden en
ter voorkoming van verlies in voedings
waarde, de temperatuur zoo laag mogelijk te
houden.
Voldoende is het de silo met een grond
laag ter dikte van 60 c.M. af te dekken.
Spr. wees er op, dat tot op heden er nog
geen enkele kuilmethode voor gras bestaat,
welke een gegarandeerd reukloos eindprc
duet oplevert, noch een product, dat eenige
garantie geeft tegen het voorkomen van
bacteriën, welke bezwaarlijk heeten te zijn
voor de kaasbereiding.
Het verdient dan ook aanbeveling met het
voeren van kuilgras zooveel als mogelijk is,
gehoor te geven aan de verzoeken van de
besturen van de zuivelfabrieken.
Dit is een economisch belang van den
boer, omdat de fabrieken met boerenkapitaal
werken en het hoogste belang hebben bij
het maken van het beste product.
Het belang is goedkoop voer voor den
boer en goede melk voor de fabriek.
Na nog meer uitvoerig de verschillende
kuilmethoden nader te hebben belicht,
verklaarde spr. zich bereid tot het beant
woorden van verschillende vragen en be
ëindigde hij zijn met applaus beloonde rede.
Van de gelegenheid tot vragen stellen
werd door verschillende personen gebruik
gemaakt.
De voorzitter zeide, onder instemming der
vergadering, den heer Lienesch tenslotte
dank voor zijn interessante lezing.
ONZE POSTVLUCHTEN.
De Djalak, uitreis, bereikte Rangoon.
De Perkoetoet kwam op de thuisreis in
Athene aan.
De Edelvalk, uitreis, is wegens het slech
te weer niet verder gegaan dan Athene.
Volgens de dienstregeling zou het toestel
tot Rhodes moeten vliegen.
De Nachtegaal, thuisreis is te Rangoon
aangekomen.
DE K.L.M.-VERBINDING MET
ZEELAND.
Met ingang van Maandag 14 Dec. a.s. zal
de K.L.M. den dienst op de Zeelandlijn
welke op 11 October j.L gestaakt werd
op beperkte schaal hervatten.
Op genoemde datum wordt op het traject
Rotterdam-Haamstede driemaal per week en
wel op Maandag, Woensdag en Zaterdag een
dubbeldaagschen dienst ingevoerd.
De vliegtuigen vertrekken op die dagen
uit Rotterdam te 8.30 en 15 uur, en uit
Haamstede te 9.05 en 15.35 uur, zoodat zoo
wel de inwoners van Schouwen-Duiveland
op één dag heen en weer naar Rotterdam en
zij, die dit eiland moeten bezoeken, op één
dag heen en terug naar Zierikzee kunnen
reizen.
Deze dienstregeling is vastgesteld naar
aanleiding van zeer vele verzoeken van be
langhebbenden, die met het stopzetten van
den dienst sterk het gemis van een snelver-
binding met Schouwen-Duiveland hebben
gevoeld.
Uit het Engelsch door M. de R.
(Slot).
Aan het einde van de derde week zag hij
in, dat hij haar macht onderschat had.
„Als je het goed bekijkt", zei mevr. Craig,
„dan is een scheiding tegenwoordig heele-
maal niets ergs...."
Humphrey raapte zijn bal op zij waren
weer op het golfveld en antwoordde, dat
dit zeker waar was. Maar zijn hart begon te
bonzen en niet van blijdschap.
„Ik weet zeker, dat Dick schikkelijk zou
zijn", ging mevr. Craig voort, „al heeft hij
nog al ouderwetsche ideeën. Ik bedoel, ik
betwijfel het of hij zou aannemen, dat ik
scheiding aanvroeg".
Dick herademde. Hij had het gevoel, dat
de- afwezige meneer Craig toch wel een
flinke vent moest zijn.
„Maar er is geen enkele reden", ging me
vrouw Craig voort, „waarom hij geen schei
ding zou aanvragen". Zij zweeg toen met een
gewaarwording iets dubbelzinnigs gezegd te
hebben.
„Ik bedoel er is natuurlijk daarvoor
geen enkele reden; maar als wij bewijzen
konden leveren, dan geloof ik, dat hij dade
lijk zou toestemmen".
Er was een oogenblik stilte; en in dat
óogenblik sprong uit Humphrey's verward
brein één klare, onwrikbare overtuiging
naar voren: Hy wenschte geen tegenpartij
te zijn in een scheidingsproces van meneer
Craig. Hij wenschte in geen enkel schei-
dingsroces betrokken te worden. Juist als
mijnheer Craig hield hij er ook ouderwet
sche ideeën op na. En één van die ideeën
was, te recht of te onrecht, dat er een groot
verschil was tusschen een kus op een golf
veld ennu het verschaffen van de noo-
dige bewijzen. In dit ernstig oogenblik
maakte Humphrey het instinctieve gebaar
van een man, die in een lastig parket is; hij
haalde zijn horloge uit zijn zak.
„O hemel!" riep hij uit met absoluut na
tuurlijk gespeelde ontsteltenis. „Hemel! ik
heb tante Alice beloofd naar het station te
gaan voor den trein uit Londen!"
„Maar, lieverd"begon mevr. Craig.
„Het spijt me vreeselijk", zei Humphrey
snel. „Het komt er erg op aan. Vanmiddag
kunnen wij het spel uitspelen".
Een oogenblik legde mevr. Craig haar
hand op Humphrey's arm. Misschien bedacht
ze samen met hem terug te wandelen; maar
zij vond toch dat voor een lang gevoelvol
gesprek het golfveld beter geschikt was dan
het park. Zij zei rustig:
„Dan zal ik om drie uur hier zijn, of om
half drie".
„Prachtig!" zei Humphrey. „Ik maak dat
ik wegkom".
En voordat zij een woord kon zeggen, was
hy al weg. Hij rende bijna en hij kwam
juist op het terrasje boven het zwembassin,
toen miss Kingston uit haar kamer kwam.
Nu moet men niet meenen, dat Stella
Kingston lijdelijk had toegezien, dat Hum
phrey afvallig werd. Zy maakte geen scènes,
maar zij hield haar oogen open. Zoodra er
zich een gelegenheid voordeed, sprak zij
Humphrey met „lieverd" aan; zij danste
lederen avond een paar maal met hem, en
vertoonde gewoonlijk een rustige, vriend
schappelijke houding, waarvoor hij haar in
de oogenblikken, dat hij aan haar dacht,
van harte dankbaar was. Maar zü sprak niet
van weggaan.
„Humphrey, lieverd!" zeide zij nu zacht,
umphrey stond stil. Hij was trouwens te
veel buiten adem om nog door te hollen,
onder tegenstand liet hij toe, dat Stella
opliep8™ m d8 Zijne legde en met hen'
"Houmphrey> üeverd", zei Stella weer, ,ik
heb aan moeder geschreven".
„Hoe maakt zij het", hijgde Humphrey.
„Goed, zooals je weet. Ik heb haar over
jou geschreven".
hebben""1^ u nietKveel te vertellen gehad
ebben zei Humphrey met een hopelooze
poging om luchthartig te schijnen P
btella zag hem verwijtend aan.
ri!'!!180 van meer belang voor moe-
verdriet doen, je te zien huilen, niet?"
„Wie, hem?" vroeg Stella onvoorzichtig
",De jongen, met wien je verloofd was, en
aan wien je altijd denkt, wiens nagedachte-
I»
nis
der zijn dan
ju en ik, lieverd. Als jij een
S..—U. nu J!
moeder had, zou zij hetzelfde voelen".
Humphrey stond stil. Het werd hem in
eens duidelijk, dat hij niet alleen mevrouw
Craig onderschat had, maar ook Stella King
ston. Hij zag op eens door het weefsel
haar genoegelijke vriendschar«rv.n;i—
van
B. .'iendschappelijke hou
ding. Het was een valstrik geweest. Met
groote slimheid, terwijl zijn brein onder
hoogspanning werkte, verborg zijn brein op
wellende afkeer en ha-u-
voorschijn.
„Zoo", zei hij vriendelijk. „Het zou hem
Maar Stella kon ook onder hoogsoann-
denken. Zij glimlachte dapper en t8
door haar tranen. teeder
„Ik heb aan hem gedacht, lieverd Tv u
zóóveel gedacht, maar ik geloof torV,
dat hij zou willen, dat ik voor L rït
mijn leven ongelukkig was". Van
„Neen natuurlijk niet", zei Humnh
„Hij zou willen, dat je zoo gelukkig y'
een vogeltje. Maar je kon dat niet zü„ S
waar, Donsje, als je wist, dat je hem
trouw werd" m °n-
Een oogenblik stond Stella sprake]™*
in dit korte oogenblik haalde Humnh
die besefte, dat hü zijn hoogtepunt in if'
plomatie bereikt had, zijn horloge uit
„Goede Hemel!" zei hij. „Ik beloofde'
te, dat ik naar het station zou gaan
den trein uit Londen". °°r
„Maar lieverd", zei Stella haastig ti, i_
hem toch trouw blijven in den geëst n
zou precies hetzelfde vóór hem zijn"
„Geloof dat niet!" zei Humphrey n,
zou heelemaal niet hetzelfde zijn Nii m
ik weg". moe'
„Maar ik wou met je praten".
„Dat zullen wy dan vanmiddag doen n,
zal op je wachten in de hal".
Precies als mevrouw Craig' aarzelde Sta)
la. „Neen, niet in de hal lieverd, daar is i,
zoo vol. Ik heb aan de Beerrougues
dat ik kwam tennissen om drie uur Daa
kunnen wij dan praten".
in huTs°hti^!" Ze' Humphrey en h« vluchtte
Naast Deborah's kantoortje was een
zellig vertrek, dat stellig voor 30 gulden ÜT
week verhuurd had kunnen worden, m»
dat Tante Alice bestemd had voor h»
eigen eetkamer, en hier zat zjj om kwart
na éénen met Deborah aan de lunch.
„Waar is Humphrey?" vroeg Tante.
„In de badkamer heelemaal boven
huis", zei Deborah direct.
„Wat ter wereld voert hij daar uit'"
„Dat weet ik niet", zei Deborah Hii zit
er van elf uur af. De dienstmeisjes 'hebben
tot tweemaal toe geprobeerd er binnen t»
gaan. Wat ik denk...." W
Wat zij dacht zal nooit iemand weten,
want op dat oogenblik ging de deur open en
met het vlugge en angstige gebaar, waarmee
een haas zijn leger binnenschiet, verscheen
Humphrey in het vertrek. De beide vrou-
wen keken hem aan, maar zeiden niets.
Humphrey zei ook niets, en zoo heerschte
er stilte, alleen verbroken door het geluid
van een geopende bierflesch.
De geëigende tyd voor baden is vóór hef
ontbijt*, zei Tante eindelijk.
„Ja, Tante Alice."
„En als je schuitjes wüt laten vaw zün
er vijvers en het zwembassin".
„Ja, Tante Alice."
„Als je daarentegen sommige menschen
wenscht te ontloopen
„Wel neen", zei Humphrey.
Deborah had intusschen snel eenige
brieven opgemaakt Als regel werd de
tweede post bewaard tot na de lunch, maar
zy wenschte een afleiding te verschaffen.
„Twee nieuwe aanvragen!" riep zij vroo-
lijk uit „Zij hebben gehoord, dat er plaats
is en zij komen morgen."
„Wie zijn „zij" en van wie hebben zij dat
gehoord?" vroeg Tante Alice.
-."J* eene Mevrouw Kingston, ik denk
3 moeder", zei Deborah een beetje
muider opgewekt.
„Hm! zei Tante Alice en keek haar neef
aan „En de andere?"
Een Meneer Brytnt. Een advocaat lijkt
et wel. Hij komt op recommandatie van
Mevrouw Craig."
Anderhalf uur later zat Humphrey in
zijn kamer gelijkvloers, in diep gepeins.
Het leven leek hem een chaos.
lij droeg één witte en één bruine sok.
J had zijn plus-four nog aan, maar zijn
tianellen tennispak lag klaar. Rechts lag
een paar tennisschoenen, links lage golf-
schoenen. Hij kwam zichzelf voor als een
ezel tusschen twee schelven hooi Van het
1 as kwam het geluid van plassend
watei. Hij wist wie dat maakte, want hij
1 even te voren Deborah voorbij zien
gaan. Slank en lenig in een blauw bad
pak. Gelukkige Deborah! onbezorgde, uit
rustende Deborah! Zij deed nooit domme
ingen. Zij bracht zichzelf nooit in onge-
egenheid, en anderen ook niet. Zij was er
\it-l te verstandig voor. Zij was juist wat
een meisje behoort te zijn, bedacht Hum
phrey op eens.
iagen de twee paar schoenen, en
welk paar hü ook aantrok, hy zou er zijn
noodlot mee te gemoet gaan. Hy zag me-
viouw Craig, kalm en vastbesloten, zoo-
wai tien jaar ouder dan hy, kant en klaar
voor een aardig klein scheidingsprocesje.
'JjZag Stella Kingston, kirrend en giche-
end en naast haar een toegewyde moe-
C oCr! ^w^Phrey kreunde overluid.
„Stella niet!" smeekte hy, en trok de
witte tennissok uit. „En Vivian ook niet"
ubruine golfsok ging haar achterna.
a. J nu duidelyk, dat een leven
mc„ een van deze twee hem tot wanhoop
zou dry ven. Wat hy noodig had was een
i u.stige, verstandige vrouw, iemand met
zin voor humor, zonder te gichelen,
iemand, die er lief uitzag, maar je niet
overweldigde. Wat hy noodig had
was... Deborah.
Hij had haar noodig als een schild en
leukelaar en als leid-ster, als een steun
en een hulpe in tyd van nood.
„Een dwaas is een zacht woord", Pre"
,e Humphrey nederig en in bitter
heid.
En toen scheen een straal van hooP
door de duisternis van zyn wanhoop- f1
nij nu rechtstreeks naar Deborah £'n°'
naar alles vertelde en haar smeekte he
te trouwen en hem te redden? Met Debo
rah naast zich zou hy mynheer Bey«a
en mevrouw Kingston durven trotseere
En misschien, als hy zyn verloving aa'
net middagmaal bekend maakte, kwam,
zij wel heelemaal niet. En in alle gc
20 lPeb°rah wel weten wat te zegge",-'J
„Hot is myn laatste kans", dacht H
P ney, en zonder langer te dralen Lep
otvoets, naar het zwembassin.