Uit den Alkmaarschen Raad.
De Tweede Kamer over
Buitenlandsche Zaken.
Wethouder Klaver is van plan Sinterklaas een paar nieuwe
walmuren te vragen.
De Directeur van Maatschappelijk Hulpbetoon moet als belooning voor
de betoonde hulp zoo nu en dan even uit de maatschappij verdwijnen.
Een gemeentelijke boekhouding zit zoo in elkaar, dat wanneer de
knecht van den havenmeester jubileert, een kwartje meer
voor het bijzonder onderwijs moet betaald worden.
ALKMAARSCHE COURANT van ZATERDAG 28 NOVEMBER 1936
- l-
PARLEMENT
Het Japansch-Duitsche verdrag, de
Volkenbond en Spanje.
Hervorming van den Volkenbond
noodig.
de Spekbrug niet deugden en als men dan
toch aan het leeghalen was moest men met
een eens onder de Steenenbrug kijken,
want al ziet die er van boven nog zoo solie-
de uit, van beneden schijnt ze niet heele-
maal achttien karaats meer te wezen.
Dat was natuurlijk koren op den molen
van wethouder Klaver, die toegaf, dat er
geen direct gevaar is, maar dat waakzaam
heid steeds geboden is om het gevaar te
voorkomen. Alkmaar heeft nu eenmaal zoo
veel walmuren, dat we elk jaar een stukje
onderhanden moeten nemen om niet plotse-
Alkmaar is het Venetië van het Noorden,
zy het dan ook een zeer bescheiden Venetië,
want de pakhuizen, die aan onze walkanten
liggen zijn niet te vergelijken met de pa-
lazzo's der oude Romeinsche patriciërs en
wij missen in onze grachten de romantische
gondels en kunnen er hoogstens een verza
meling baggerschuiten van de Reiniging
tegenover stellen.
Maar, overigens heeft Alkmaar met zijn
grachten en grachtjes en zijn bruggen en
bruggetjes wel iets weg van de stad der
blanke paleizen en der blanke duiven. Zij •-«juiui. iwui™ 'y &v-,=licn "Ji ae conclusie,
hebben en daar komt het ten slotte op De wethouder achtte een breedte voor drie dat er een te groot voorschot betaald is en
jjI naait --« - -
boven als het jongetje op den bok zat om
dat er eerst verbouwd zal moeten worden
en men nog heelemaal niet weet hoe het
zal worden en wie er dan boven of bene
den zal zitten.
Die verbouwing vond de Raad vrijwel
unaniem noodzakelijk, maar het walmuren-
debat had al bewezen, dat er tegenwoordig
op de kleintjes gepast wordt en wanneer de
verbouwing een belangrijk bedrag eischt zal
er geen steen worden uitgebroken zonder
dat de Raad er tevoren zijn hooge goed
keuring aan gehecht heeft.
Er is geen grooter ramp, die ambtenaren
kan treffen dan wanneer zij op een goeden,
of liever slechten, dag bericht krijgen, dat
hun bij vergissing een paar jaar geleden
teveel salaris of pensioen uitbetaald is er,
zij dus vriendelijk verzocht worden het
geld dat ze al lang verbruikt hebben
terug te willen storten.
Zoo gaat het met particulieren maar zoo
gaat het ook met bijzondere scholen. De
schoolbesturen krijgen van B. en W. een
voorschot, waarvan na een jaar gewoonlijk
niets meer in kas is. Drie jaren later de
ambtelijke machine werkt nu eenmaal lang
zaam hebben Ged. Staten een rekening
vastgesteld en gaat de gemeente berekenen
wat aan de schoolbesturen kan worden uit
gekeerd over een jaar dat al lang verstre
ken is. En daarbij en dat is het ergste
intn io. jjii uubi My wa via L net ergSlc
mg voor onoverzienbare kosten te komen, komen zij in vele gevallen tot de conclusie.
1JP WOthniiWft»
neer - allebei juist door de vele binnenwa- naast elkaar liggende schepen noodzakelijk
teren kilometers lange oevers, die hier wal- *n het Jachtje van den heer Elfring
muren genoemd worden en die een kost- *alduf voorloopig alleen nog maar op een
„io-ntr-tian teekenlng te bewonderen zijn. Het mhelen
baar bezit z«n omdat z« djs «genseliap Sietsma wüde
hebben na kortoren of langeren tijd te yan een duren deskun_
gaan verzakken. „„„Hp dige, dat de heer Keysper voorstelde, het
Als een walmuur \erza was ten slotte alles geld weggooien omdat
een duur werkje om a er an a S Gemeentewerken deskundig genoeg was en
geheid moet worden en e on erv men daar na jarenlange ervaring precies
leerd heeft, dat er mees a nog o weet we]ke zwakke plekken er in het be
drijf, of beter gezegd in het onderdeel wal
muren zijn. Er was min of meer periculum
in mora die uitdrukking had de wethou
der van mr. Leesberg en het had geen
zin er nog langer deskundigen of commissies
naar te laten kijken omdat het werk toch
zou moeten gebeuren.
Desniettegenstaande vereenigde de Raad
zich met tien tegen negen stemmen met een
voorstel van den heer Keysper tot aanhou
ding en nadere bekijking, wat niet weg
neemt, dat ieder die de debatten heeft aan
gehoord wel den indruk heeft gekregen, dat
de bewoners voorloopig nog naar bed kun
nen gaan zonder de vrees, dat zij den vol
genden morgen in hun ledikanten in het
min of meer drabbige water van de Mient
zullen dobberen.
teleurstellingen te betalen zijn.
We zouden evenals we dat tegenwoor
dig met onze straten en pleinen doen die
walmuren vooreerst maar op hun beloop
kunnen laten, wanneer niet het gevaar be
stond, dat wanneer walmuren uitzakken,
daarbij niet alleen een deel van den grond
wordt meegenomen, maar ook de steun
voor de aan de waterzijde gelegen huizen
wegvalt waardoor de catastrophe niet te
overzien kan zijn.
Walmuren moeten dus van tijd tot tijd
vernieuwd woraen en dat is het vorig jaar
dan ook bij den Voordam en den Zijdam ge
schied, zeer ten genoege van tallooze werk-
loozen, die er wekenlang met genoegen naar
gekeken hebben omdat ons volk au fond
waterbouwkundige neigingen heeft en der
gelijke werken dan ook met de grootste
interesse besproken worden.
Nu wilden B. en W. de Mientwallen on
derhanden nemen en tegelijkertijd de zooge
naamde Spekbrug van een nieuwe fundee
ring voorzien, maar dat alles tesamen kost
bijna 20.000 en het is te begrijpen, dat er
raadsleden waren, die de vraag stelden of
een en ander nog niet een jaartje kon wach
ten, zoodat we de 20.000 voor noodzakelij -
ker uitgaven konden besteden.
Tijdens de debatten bleek eerst goed hoe
onze raadsleden zich voor walmuren inte
resseeren en met we'ke deskundigheid zij
over het al dan niet noodzakelijke van repa
raties kunnen beslissen.
Mr. de Groot had de Mientmuren bekeken
en nergens scheuren kunnen ontdekken.
Hij had scheuren op laag water gezocht en
betwistte dus den burgemeester dat ze er
wel zouden zijn maar onder water zouden
zitten. De muren liepen naar de zijde van
de Spekbrug wat naar elkaar toe, maar
dat was een symetrische toeloop en door
den bouwer in het verleden blijkbaar noo-
dig geacht omdat de brug smaller was dan
de afstand tusschen de muren, waaruit men
zou mogen afleiden dat men eerst de brug
en toen de walmuren gebouwd heeft.
dat men het geld terug zal moeten geven.
Zoo heeft de Raad thans pas berekend,
wat een leerling van het openbaar onder
wijs ons over het jaar 1933 gekost heeft
om naar dien maatstaf te bepalen welke
vergoeding aan het bijzonder onderwijs kan
worden uitgekeerd.
Er waren een paar kwesties, die bestu
deerd moesten worden. De uitkeering was
nog eens extra vertraagd omdat er geen
periculum in mora was en intusschen was
er op 15 Augustus j.1. een Kon. Besluit
verschenen, waarbij bepaald werd, dat de
Raad niet de kosten van bijzonder vak
onderwijs, in dit geval van lessen in
daarom voor hier niet meer de omslag-
kosten te berekenen maar precies na te
gaan wat Gemeentewerken voor de scholen
gemetseld, geverfd en getimmerd had
waardoor de kosten per leerling veel lager
zouden zijn, met de konsekwentie natuur
lijk, dat men ook minder aan de bijzondere
scholen zou moeten betalen.
Rechtsche raadsleden als de heeren Ven-
neker, Vogelaar en Hoytink, wilden daar
wel aan meewerken zij het dan natuur
lijk met de gebruikelijke bloedende harten
maar zij voelden er niets voor om het al
toepasselijk te verklaren op de jaren 1934
1935 en 1936, omdat natuurlijk ook in dat
geval de schoolbesturen, die in dien tijd een
hoogeren levensstandaard hadden, een on-
verwachten strop zullen krijgen en misschien
nog meer terug moeten geven dan zij reeds
als voorschot over die jaren hebben ont
vangen.
B. en W. hielden voet bij stuk omdat wij
als noodlijdende gemeente nog met onze
kostenberekeningen naar Haarlem en Den
Haag moeten, de heer Vogelaar zou ten al-
gemeer.en bate liever den geheelen dienst
van Gemeentewerken willen reorganiseeren
en de rechtsche meerderheid had natuurlijk
volop van de gelegenheid kunnen profi-
teeren het voorstel van B. en W. in den be
kenden politieken doofpot te stoppen.
Inplaats daarvan nam men er genoegen
mee, dat de kwestie werd aangehouden om
nogmaals bekeken en bestudeerd te worden
en de heer Hoytink gaf te kennen, dat hij
bij de begrootingsbesprekingen zal voor
stellen, dat dergelijke onaangename kwes
ties den Raad niet meer rauwelings op het
lijf zullen vallen, maar dat de eerste schok
voortaan door de commissie van Bijstand
voor het Onderwijs zal worden
vangen.
opge-
hij na zijn afkeuring dat ziekengeld ont
vangen hebben. Maar hij was een ijverig
man, ging ondanks zijn ziekte aan het werk
tot hij het moest opgeven en kreeg als
belooning te hooren, dat hij daarom zijn
recht op ziekengeld verspeeld had.
Ziedaar een staaltje van de wijze waarop
Ex-natura, zeide de heer Leesberg, be-
hooren de bureaux van Sociale Zaken en
van den Armenraad bij elkaar te liggen en
verscheidene raadsleden spitsten de ooren
want mr. Leesberg geeft gratis les in La-
tijnsche zegswijzen en heeft in den Raad
zulke ijverige leerlingen, dat men er zeker
van kan zijn dit „ex-natura" in de eerst
volgende vergaderingen uit den mond van
diverse Edelachtbaren te hooren. Ex-natuia
behooren zij dus bij elkander en daarom
is het niet goed den Armenraad naar de bo
venverdieping van het voormalige politie
bureau te verplaatsen, omdat de diverse
ambtenaren elkaar dan niet zoo spoedig
en zoo gemakkelijk kunnen bereiken.
Heeft meneer Leesberg dan nooit van een
telefoon behoord en is er geen piccolo, die
desnoods briefjes kan overbrengen, heeft
de heer van de Vall, verwonderd gevraagd
en we leven inderdaad in een tijd, dat alle
afstanden overbrug zijn en dat hoofden van
diverse diensten elkaar ook nog wel kun
nen bereiken als de een naast het stadhuis
en de ander in de Doelenstraat zijn kantoor
heeft.
Zoowel wethouder Klaver als zijn ambt
genoot van Financiën vonden, dat de Ar
beidsbeurs en het bureau van Maatschap
pelijk Hulpbetoon gescheiden dienen te zijn
en Sociale Zaken heeft dringend behoefte
aan de lokalen, die nu bij den Armenraad
in gebruik zijn.
Het zijn hokken en hokjes, die verbouwd
moeten worden, maar dat stond niet
in de bijlage zei de heer Stoutjesdijk
Daarin stond alleen maar, dat de verplaat
sing naar de Langestraat 90 vragen en
de Raad zou wel degelijk een kosten-bere
kening moeten krijgen als men ook in de
Doelenstraat aan het breken en bouwen zou
gaan.
De heer Grondsma zag het gevaar meer
in de boomen. Als de storm een boom pakt.
neemt de boom weer grond mee en de grond
weer steenen en zoo zou de storm een heel
stuk walmuur kunnen vellen. Het recept
was dus kinderlijk eenvoudig: neem de
boomen weg en het gevaar is verdwenen.
Wil men de walmuren veranderen, welnu
dan wil de heer Grondsma ze dichter naar
elkaar brengen, de gracht versmallen en
aldus de eerste schrede op den weg van het
dempen zetten.
We zouden dan een keurig oud-Hollandsch
grachtje krijgen en de heer Grondsma had
er door zijn vriend, den heer Elfring, vast I
een teekening van laten maken opdat ieder
een zich van het poëtische van dit grachtje
zou kunnen overtuigen.
Dat was deskundige nummero twee, maar
er waren er nog meer. «p aen ook naast den koetsier M
De heer Stoutjesdük betoogde, dat er willen zitten. Moeder vond het Haar £°.u
alleen maar kaasschuiten in de Mient ko- zoonlief zette een keel k;; jekoud,
men, die nooit met hun schroeven malen en K" -- .°P b« de «lachte
dat de muren dus niets te lijden hebben. Ze
zijn zoo safe als de Nederlandsche Bank en
de straat er naast is zoo vlak, dat men er
wel biljart op kan spelen. Wil de wethouder
met alle geweld 20.000 aan walmuren ver
spelen, laat hij dan maar eens naar het
Zeglis gaan kijken waar men puin tegen
den kant stort om het uitwijken van
steenen te voorkomen.
Men kent het verhaal van den vader, die
aan zijn kinderen vertelde wat er met het
gezin zou gebeuren als hij eens de honderd
duizend uit de loterij trok. Zij zouden dan
onder anderen uit rijden gaan en de jongste
zoon gaf te kennen, dat hij bij die gelegen
heid op den bok naast den
de
De heer Appel was van een geheel ander
gevoelen. In dezen tijd van den zwevenden
flulden hebben we aan zwevende walmuren
«een behoefte en dat ze langzaam maar
zeker naar elkaar toekomen dat bewijst het
feit, dat de eene 33 c.M. en de andere 27
c.M. naar buiten is gebogen. Er zijn geen
vulkanen in de buurt en aardbevingen zijn
hier ook niet all dagen te verwachten, maar
ten slotte is het ook niet gezellig in een huis
te wonen waarvan de grond vlak voor de
fundamenten aan den wandel is en elk jaar
a 3 c.M. met den walmuur naar den
waterkant uitzakt. Afgescheiden van alle
Mogelijke wetten over communiceerende
vaten, welke mr. de Groot zich nog uit zijn
Gym.-jaren herinnerde, stond het voor den
- 3. A.n/lamontpn van
dat hij zijn zin niet zou krijgen en de vader
schreeuwde schor van woede: „wil je wel
eens van den bok afkomen, aap van een
jongen!"
Zoo is het in de laatste Raadsvergadering
met den directeur van Maatschappelijk
Hulpbetoon gegaan. Hij zat wel niet op den
bok, maar hij kon, volgens mr. Leesberg, na
de verandering der localiteiten op den bo
venverdieping zitten in het pand dat volgers
den heer Van de Vall, wegens de „hokke-
righeid" op een doolhof zou gelijken.
Directeur spelen van een bureau van
Maatschappelijk Hulpbetoon is soms een
levensgevaarlijk werkje. Er zijn altijd onte
vredenen die den chef wel eens willen
spreken en in dat geval moet zoo'n directeur
even verdonkeremaand kunnen worden
waarvoor o. i. juist een hokkerig doolhof
een prachtige gelegenheid biedt. Thans zat
de directeur in een te klein kantoortje onder
allerlei paperassen bedolven en was dus
daar eigenlijk al onzichtbaar en onvindbaar
maar na de voorgenomen bouwplannen zou
deze hoofdambtenaar dan in allen gevalle
boven kunnen zitten maar dan geen toezicht
meer kunnen houden op zijn personeel.
Dat vond de heer Appel evenmin ge-
wenscht. De directeur moest van boven ko
beer Appel vast, dat de fundamenten van men, maar de directeur zat nog evenmin
Als een gemeentewerkman ziek is en in
validiteitspensioen krijgt, behoudt hij het
recht een zekeren tijd ziekengeld te ont
vangen.
Als de werkman Blokdijk van de Reini-
machineschrijven en stenografie, op een der ging, die ziek was, thuis was gebleven, zou
bijzondere scholen behoeft te betalen. u::
Die had het schoolbestuur over 1933 al
zelf voorgeschoten in goed vertrouwen, dat
het de kosten terug zou krijgen omdat er in
1933 nog geen haartje op een van de hoof
den der bijzondere schoolbestuurders was,
die vermoeden kon, dat daarover in 1936 een
K. B. zou verschijnen.
Hadden B. en W. niet getalmd en vóór 15
Augustus betaald, dan was alles O. K.
geweest en daarom vonden de rechtsche
leden van den Raad waarbij wethouder
Klaver, die uit het regeeringskamp naar de
troepen der opstandelingen was overgeloo-
pen het niet meer dan billijk, dat het
schoolbestuur alsnog deze kosten ten be
drage van ruim tachtig gulden vergoed
zouden worden.
De rest van B. en W. gevoelde er niets
voor, maar de meerderheid van den Raad is
de hoogste macht jn de stad en aangezien
de heer Van Druiten ziek was en de heer
Bulens, in afwachting van zijn royement, op
non actief is, had rechts met behulp van
den heer Van Slingerland de beschikking
over tien Edelachtbaren, die de f 80 wel
wilden uitkeeren. zo:dat het bestuur van de
Julia-school zich over dat geld niet meer
ongerust behoeft te maken.
in het ambtelijk leven de deugd beloond
wordt.
Gelukkig strekten vogels van diverse po
litieke pluimage hun vleugelen beschermend
over dezen werklustigen gemeentebeambte
uit met het gevolg, dat ook de paperassen
over deze zaak weer in de portefeuille van
B. en W. werden opgeborgen en de kwestie
alsnog door het college bekeken zal worden.
De kleine kooplieden krijgen nu een vent
vergunning in zooverre zij met een duide
lijk zichtbare etalage langs de huizen rijden
en niet hnn koopwaar bij het opengaan van
de deur uit hun vestjeszak te voorschijn
halen. B. en W. meenden namelijk, dat huis
vrouwen eerder bescherming noodig hebben
dan vermomde bedelaars.
Er zullen nog 14 woningen voor „Volks-
huisvesting"gebouwd worden en ten slotte
dient nog medegedeeld, dat de heer Bakker
als regent van het ziekenhuis blijkbaar zoo
zeer voldaan heeft, dat de Raad hem op
nieuw koos, hoewel hij geen raadslid meer
is en zijn voormalige fractiegenooten den
heer Van de Vall hadden aanbevolen, die
trouwens met Mej. Nierop en den heer
Dekker de rest van den boedel uit dit poli
tieke sterfhuis heeft overgenomen.
De heer Dekker is als lid geïnstalleerd.
Hij is geen vreemdeling in Jerusalem, want
hij heeft jaren geleden al aan de tafel der
Edelachtbaarheid gezeten. Hij is in de S. D.
A. P.-fractie de verloren zoon, die terug
gekeerd is, zij het dan zonder berouw en
zonder dat er voor zijn komst eenige vette
kalveren geslacht werden. Van een blijde
stemming was in den Raad en in het bij
zonder in de S. D. A. P.-fractie trouwens
heel weinig te bespeuren, wat natuurlijk
niet aan de terugkomst van den heer Dekker
was te wijten, maar aan het feit, dat de
debatten nog al taai waren en de soc.-dem.
fractie onder de schaduw van diverse
afdeelings- en partijconflicten leeft De ver
wachting dat de heer Sietsma, als de
jeugdige vader van een nieuwen spruit of
beter gezegd als de nieuwe vader van een
jeugdigen spruit, den Raad op beschuit met
muisjes zou tracteeren, werd niet bewaar
heid en zelfs de traditioneele feestcake is
ditmaal achterwege gebleven.
De Raad maakte den indruk, dat we nog
in een somberen tijd leven en dat nog geen
straaltje aan den economischen en poli
tieken hemel den dageraad van een zonniger
tijdperk heeft aangekondigd.
Er was evenwel nog een ander en o.i. veel
belangrijker punt.
De minister van Binnenlandsche Zaken
heeft B. en W. er op gewezen, dat de kosten
per leerling van de Alkmaarsche lagere
scholen veel te hoog zijn en uit de lange
waschlijst van plaatsnamen en bedragen,
welke de burgemeester heeft voorgelezen,
blijkt inderdaad, dat Alkmaar, al zijn de
kosten sterk dalende, nog altijd aan den
duren kant ig.
Als er in Alkmaar iets duur is, dan is dat
gewoonlijk de schuld van Gemeentewerken
en toen B. en W. dan ook op onderzoek naar
bezuinigingen waren, hebben zij zich afge
vraagd of het inderdaad noodzakelijk is, dat
de schaduw van dit bedrijf nog langer in
al zijn zwaarte voor zoover men dan bij
„Zonder den Volkenbond zou de wereld
in een chaos zijn verzonken", aldus ver
klaarde oud-minister van Dijk, die waarlijk
geen onverdeelde bewondering voor dit in
stituut heeft.
En met een beetje andere woorden heb
ben eigenlijk de meeste sprekers gistermid
dag over de begrooting van Buitenlandsche
Zaken in de Tweede Kamer hetzelfde ge
zegd.
Op twee uitzonderingen na, de heeren
Westerman (ex.-nat. herstel) en Sneevliet
(rev. soc.), die uit zeer uiteenloopende over
wegingen de beteekenis van den Volken
bond als instrument tot handhaving van den
vrede om het vraagstuk nu eens tot zijn
eenvoudigste proporties terug te brengen
tot nul reduceerden.
De communisten hebben op het stuk van
de Volkenbondspolitiek een geweldigen
zwaai gemaakt. Wanneer men bijvoorbeeld
amen uxjvuuiuceiu
een schaduw van zwaarte kan spreken op nu den heer Wijnkoop hoort betoogen dat
ons onderwijs blijft drukken. ons land erin moet blijven, en dat het doel
Gemeentewerken is nu eenmaal niet goed- van de buitenlandsche politiek van Neder-
koop en men heeft daar de gewoonte of land op het oogenblik is de handhaving van
liever de gemeente zelf heeft de gewoonte den vrede (in Volkenbondsverband) en de
de kosten van dit bedrijf over allerlei
diensten om te slaan zoodat ieder naar ver
houding wat zal moeten betalen om het be
drijf in zijn vollen omvang in stand te kun
nen houden. Ook het onderwijs heeft een
evenredig deel van de kosten van Gemeen
tewerken te dragen. Het betaald evenwel
niet den arbeid voor herstellingswerkzaam
heden en dergelijke dingen aan de scholen
verricht, het betaalt een deel van de be
drijfskosten en het betaalt dus ook b.v. mee
aan de premies ingevolge de Ziektewet, aan
het schoonhouden van de kantoren, ja zelfs
aan de loonen op Zon- en feestdagen en aan
de dienstreizen van den Directeur. Men be
grijpt, dat het Onderwijs dit niet allemaal
kan bekostigen en dat het b.v. onbillijk is
Zondagsloonen in rekening te brengen aU
men weet, dat nog nooit op een Zondag een
gemeentewerkman iets aan.een school gere
pareerd heeft.
Dat is een onzuivere maatstaf, dat maakt
elke leerling duurder dan hij in werkelijk
heid is en dat dient dan ook veranderd tc
worden.
Nu kan men natuurlijk redeneeren, dat
de gemeente toch de kosten van Gemeente
werken zal moeten betalen en dat het er dus
weinig toe doet hoe die over de verschil
lende andere diensten en bedrijven verdeeld
worden.
Maar men vergete niet, dat de gemeente
bij het Onderwijs die kosten dubbel betaalt
omdat men de bijzondere scholen per leer
ling evenveel vergoedt als de gemeente
voor de openbare moet betalen. Dat maakt,
dat juist op het Onderwijs de kosten van
zoo iets geweldigs als Gemeentewerken heel
laag moeten drukken en B. en W. stelden
bewaring van onze onafhankelijkheid
(waarbij hij die van Ned.-Indië insloot), dan
begint het u toch een beetje te duizelen
De rivaal Sneevliet is al lang over die dui
zelingen heen; hij verzuimt tenminste geen
gelegenheid om zijn Stalinistische tegen
standers te vertellen, dat de duizelingen nu
aan hun kant zijn.
De begrooting van Buitenlandsche Zaken
geeft in de laatste jaren telkens gelegenheid
tot het houden van redevoeringen van zeke
ren stijl; geweldige hoogten bereiken zij
niet meer, hetgeen, gezien de matheid als
resultante van vele mislukte Volkenbonds
acties, waarlijk niet te verwonderen is. Maar
toch: het niveau van het debat stijgt, al zal
men moeten toegeven, dat groote brokstuk
ken der redevoeringen slechts academische
waarde hebben.
Wat kan men ook anders verwachten,
wanneer spreker na spreker komt vertellen,
dat de Volkenbondspolitiek heeft gefaald;
dat de sancties tegen Italië zijn mislukt,
deels doordat het apparaat veel te lang
zaam werkte, deels doordat groote landen
geen lid van den bond zijn, en sommige
bondsleden weinig anders deden dan geno
men besluien saboteeren.
„Het ware gemeenschapsgevoel ontbreekt
nog", constateerde de heer Bierema (v. b.)
„Zal de Volkenbond nog eens slagen, dan
moet hij gebaseerd zijn op de beginselen
der christelijke ethiek", betoogde de heer
van Dijk (a.r.) met nadruk.
„Zoolang de on-christelijke geest van het
geweld de volken beheerscht, kan zelfs een
universeele Volkenbond niet aan zijn doe',
beantwoorden", kwam een vertegenwoordi
ger van een kleine partij, de heer van Hou-
!en (c.d.u.) vertellen.
Het was niet anders dan wat den vorigen
dag ook door de heeren Rutgers van Rozen
burg (c.h.), Bongaerts (r.k.) en Lingbeek
(h.g.s.) was uiteengezet.
In de memorie van antwoord van minister
de Graeff heet het: „Van een wezenlijk
saamhoorigheidsgevoel valt in de Interna
tionale gemeenschap nog slechts weinig te
constateeren".
Niettemin zou men een uiteenspatten van
den Volkenbond een ramp achten.
Er moeten dan toch ook wel waarden van
groote beteekenis in die gebrekkige volken
gemeenschap zijn gevonden, indien men een
gemeenschapszang aanheft om haar te hand
haven.
Maar ze moet worden hervormd. Hoe
en op welke wijze zijn punten van striid.
Oók in ons parlement. Aanstonds treedt
daarbij weer de twijfel naar voren, of die
hervormingen zullen helpen, als de geest
der menschheid niet verandert.
Dr. Bierema gaf er uiting aan. Echter kon
hij zich toch niet weerhouden eenige wen
ken te geven. Aan versterking van den Vol
kenbond moet Nederland zijn medewerking
geven, maar niet door mee te doen aan
regionale verdragen, in het Volkenbonds
kader; België heeft daarmede een ervaring
ogedaan, welke voor ons leerzaam is.
Een zelfstandigheidspolitiek vond hij het
beste voor ons, al zou het ook kunnen zijn,
dat we in de toekomst neiging hebben ons
aan te sluiten bij landen, welker geest met
dien van het onze overeenstemt. Op een
dergelijke mogelijkheid had de heer Vliegen
den vorigen dag ook reeds gezinspeeld.
Het Japansch-Duitsche verdrag.
De heer Bierema achtte het Japansch-
Duitsche verdrag een groot gevaar voor den
wereldvrede. Het richt zich tegen het com
munisme, maar kan het dit bestrijden zon
der zich te mengen in de binnenlandsche
politiek van andere staten?
Alle overige sprekers hebben dit punt met
meer of minder bezorgdheid aangeroerd en
tevens het oordeel van den minister ge
vraagd over het sensationeele bericht van
een Engelsch blad, dat Duitschland en Japan
Nederlandsch-Indië in economische in
vloedssferen hadden verdeeld.
Op één punt bleken de heeren Wijnkoop
en Sneevliet het met elkaar eens te zijn,
namelijk, dat dit verdrag pure misleiding
is. Zij stelden beide het imperialistische
karakter ervan in het licht. De heer Wijn
koop zocht er nog meer achter, namelijk dat
het tegen ée geheele volksfrontpolitiek was
gericht.
Wilde de heer Vliegen de versterking van
den Volkenbond zoeken in het nakomen van
de verplichtingen welke het pact oplegt en
in het streven naar universaliteit, de heer
Joekes (v.d.) meende dat een hervorming
niet zou kunnen uitblijven. Maar, een her-
vorming die de oude beginselen van rechts
vorming en rechtshandhaving intact zou
laten. Op een internationale basis moeten in
bestaande verdragen wijzigingen kunnen