flitsen van het witte po ek.
Het filmmotief: „Wij kussen elkaar".
VOOR WE KUNNEN DRAAIEN
c
Zl
Heel sporadisch is er wel eens een film te zien, waarin
„de liefde" op natuurlijke wijze uitgebeeld wordt.
B.v. in „PRIVATE NUMBER".
KOMT ER NOG
HEEL WAT KIJKEN.
Een operettefilm van Sierck.
Een interessant experiment met
Johan I leestere in de hoofdrol.
ONZE BIOSCOPEN.
Zeldzaam, zèldzaam zijn de films,
zonder liefde, zonder de liefde van
persoon tot persoon, van mensch tot
mensch, van moeder tot kind, van
man tot vrouw. Zij is het allesbeheer-
schende hoofdthema, de centrale
magneet, het Alpha en Omega, zij
vormt den inzet èn den uitzet: „het
Happy End".
Eerlijk is eerlijk: zij maakt ons
weieens wee. Teveel en te vaak zijn
er willige armen over en weer, zalige
harten, smachtende lippen, minnende
paartjes, door dik en dun, tegen de
klippen op. Weer of géén weer, te pas
of te onpas, vroeg, laat of volmaakt
ontijdig, staan er een „Hij" en een
„Zij" en beminnen elkaar, schalksch
of tragisch, komiek of ernstigal
lemaal liefde, dertienmaal in het
dozijn
Het kan ons weieens een beetje teveel,
een beetje te bont en te bar worden. Een
dood-willekeurige meneer met witte tan
den, een vouw in zijn broek en een kuiltje
in zijn kin, ziet een juffrouw met krul
letjes in d'r haar en een redelijke zang
stem sim-salabimen het zaakje is
gezond en wéér zijn twee stuks stapeldol-
gelukkig.
Er zijn onverzadigbare gulzigaards, die
kunnen er nimmer genoeg van krijgen. Die
tijgen naar den bioscoop en kijken Cupido
de kunst af. En gros en détail. Eén matinee
en twee avondvoorstellingen per dag.
's Zondags doorloopend allemaal liefde.
Liefde van nette jongelingen tot fraaie
dames, vice versa.
Er bestaan sentimenteele meisjes, die wee-
nen per twee-acter één en per hoofdfilm vier
zakdoekjes nat. Om de liefde. Filmliefde.
Alles komt terecht... Ribbeltjes, ruzietjes,
doods- en levensgevaren, brandende petro-
leumbronnen, de facheuse troisième en de
heele rataplan. Never mind. De liefde is
sterker. Onuitroeibaar. Die wint het con
tractueel.
Voor dezulken, die er nooit en te nimmer
en van z'n levensdagen niet genoeg van
kunnen krijgen, zijn deze regelen niet ge
schreven. Want zij minnen méé met eiken
held en iedere diva, met elk kusje en met
ieder pijltje door elk hart. Maar er zijn ook
anderen. Die gelóóven het wel. Die zijn niet
zoo méé-verliefderig. Die ondergaan met
lijdelijkheid al die genegenheidsbetuigingen.
Ze nemen die lieve liefde op den koop toe!
Zij komen om een film te zien. En de
onvermijdelijke liefde accepteeren zij als
een technische onvolmaaktheid van het pro
duct. Men meene nu niet, dat zij der liefde
Loretta Young en Robert Taylor in de in
dit artikel besproken film
„Private Number".
vijandig zouden zijn! Dat zij afkeerig zijn
van zulk een aangename bezigheid. Zij
hebben heusch principieel niets tegen de
filmliefde. Zy zouden er zelfs gelukkig mee
zijn, indien deze maar niet zoo vaak erg
klef was. Zij zouder. van harte gaarne een
wezenlijke en werkelijke liefdesgeschiedenis
verfilmd willen zien.
En het valt niet te ontkennen, dat zij
soms een uitzonderlijken keer hun zin
krijgen. Nu en dan, tusschen de buien door,
verschijnt er weieens een film op het doek,
waarin een menschenpaar de liefde uit
beeldt, zóó, dat het ons allen meevoert in
een droom van schoone illuzie
Dit is rondweg een zeldzaamheid.
Ieder onzer kan wel twee, drie, vier
films opnoemen, die zulk een liefdes
motief zuiver en mooi tot uitdrukking
brengen. In deze cijfers ligt alles opge
sloten. Zij zijn wel zéér veelzeggend.
De filmproducenten weten zélf meestal
goed genoeg, dat zy vaak falen. En doen
dus onvermoeid Hun bést, om iets tot stand
te brengen, dat deze zoozeer begeerde lief
desillusie béter tot uitdrukking brengt. Zij
combineeren filmartisten tot in het on
eindige. Zy zoeken de wereld af naar de
mooiste menschenkinderen. Zij halen de
grootste beroemdheden naar hun zonnig
Hollywood. Zij experimenteeren met nieuwe
honoraria
krachten. Zij tellen fabelachtige
uit. Zy zijn danig in de weer...
En 'n enkelen keer: zie... het lukt!! Dank
zij, of ondanks hun eindelooze bemoeiingen
(dat is natuurlijk niet uit te maken) komt
soms een zeldzaam filmwerk tot stand,
waarin de liefde ons overtuigt, een film, die
inderdaad reden van bestaan heeft als zoo
danig. Groote, algemeene erkende sterren,
zoowel als gloednieuwe debutanten hebben
ons wel filmverbeeldingen te zien gegeven,
waarin de liefde, gehuld in de zilveren
sluiers van den schroom, op het doek komt
en glanst, gedempt fonkelend, zacht stralend,
de toeschouwers ademloos meevoerend naar
de gewesten der zoetste verbeelding.
Robert Taylor en Loretta Young... Deze
twee namen krijgen op éénmaal dezelfde
klaarheid, als indertijd, jaren geleden, Janet
Gaynor en Charles Farrell, die met zulk
een ragfijne teerheid het liefdespaar hebben
verbeeld en gespeeld in films als „Seventh
Heaven", „Sunrise" e.d. Op eenmaal komt
zulk een paar tezamen, op eenmaal blijkt
het mogelijk een spel-van-liefde te geven,
dat ontroert, dat een ademloos publiek
meevoert naar een gevoelsleven, zoo vèr en
zoo nabij
Tot deze filmsoort, waarin wij allen en
niet alleen de sentimenteeltjes met
graagte het spel der liefde willen zien
spelen, behoor^,Een zeker Jongmeisje", een
nieuwe film de™20th Century-Fox („Private
Number"). Het ligt niet in den opzet van
deze regelen, dit filmwerk thans hier te
bespreken. Er zou véél over te zeggen zijn.
Maar wy willen ons bepalen, tot één hoofd
zaak, wij wiPen slechts wijzen op het feit,
dat hier een filmwerk wordt geboden, dat
een zeldzame liefde op een zeldzame wijze
vertolkt. Tot elks bewondering.
Een opname uit de film „Stad Anatol", („Brandend Goud")
Fröhlich een belangrijke rol vervult.
waarin Gustav
Hoe luidt eigenlijk precies het recept,
dat van ieder knap meisje, van iederen
charmanten jongeman, een filmstar
maakt?
Menig verwoed filmliefhebber(ster)
ziet deze zaak nogal eenvoudig, eenvou
diger dan ze in werkelijkheid is. Twee
prachtige oogen, een mooie mond, een
bekoorlijke lach, slank als een den, des
noods nog goed kunnende dansen en
den we ons gauw van de sterren geen
raad meer weten.
Een slank figuur en witte tanden maakt
nog geen Lilian Harvey!
Om dit te bewijzen, zullen we ditmaal een
kleinigheid uit de school de atelierschooi
klappen.
Wat wy op het witte doek te zien krijgen
is een volbrachte prestatie, waaraan maan
den ernstig werken vooraf is gegaan.
Om nu iets heel weinig maar te ver
tellen over hetgeen aan de opnames direct
voorafgaat (we zwijgen dan nog van de
paardrijden, dat ziet men als de eischea. duizend-cn-één dingen voordat men zich m
waaraan een star-in-spé moet voldoen,
om tot de allergrootste grootte gebom
bardeerd te worden.
Als 't echter zóó eenvoudig was, zou
de ateliers kan begeven) zullen we een
oogenblik toezien by de opnames voor de
nieuwe Ufa-film „Stad Anatol".
Kant en klaar, gekleed en geschminkt,
staat Gustav Fröhlich daar. Het fraaie rok-
costuum zit hem als aangegoten.
Eerst komt dan de chef-belichter, die om
een belichtingstroef vraagt Men meet pre
cies uit, hoever de betreffende speler van
de camera verwijderd staat en met de duim
stok wordt iedere stap uitgemeten. Een juis
te belichting en goed ingestelde schijnwer
pers zijn namelijk belangrijke factoien by
de fotografie. Dan komt de geluidsmixer, om
het geluid te controleeren. Den kunstenaar
wordt precies aangegeven, waar hij staan
moet, tot hoever hy z'n hoofd mag draaien en
wenden bij het spreken, en steeds contro
leert men in den geluidswagen of de toon
hard genoeg, duidelijk en zuiver is.
Met krytstreepjes op den grond geeft
men aan, waar de spelers moeten staan en
een „grenslijn" zorgt ervoor, dat men, in
het vuur van het spel, niet uit het beeld zal
loopen. Ook dan is men nog niet aan de op
names toe.
Eerst verschijnt de belangrijkste man, de
meester over camera, microfoon en jupi-
terlampen, de regisseur nog op het appèl. Nu
komen de repetities.
De regisseur in dit geval Viktor Tour-
janski maakt op- en aanmerkingen.
„Verbaasder, Gustav Fröhlich nóg ver
baasder! Perplex staan! Zoo, nu is 't goed.
Dat heb je weer eens goed gedaan! Maar ik
mis nog de souplesse. Zoo. Nu nog éénmaal
over". In een hoekje zit Fritz Kampers met
Brigitte Horney. Ze repeteeren de volgende
scène.
Het is een sprookje
Een paar minuten pauze wordt door kap
pers en grimeurs benut, om de kapsels in
orde te brengen, lippenstift, schmink en poe
derkwast worden gehanteerd. En eerst dan
komt het groote moment:
„Achtung, das Licht brennt. Ton lauft.
Aufnahme!"
De sirene loeit, een weldadige rust valt
alom in. Men kan een speld hooren vallen.
Het spel kan beginnen.
Het is een sprookje, dat je voor de film
alleen maar mooi en slank hoeft te zyn!
Er bestaat een bepaalde categorie men-
schen, in wier oogen de meeste films, die
„aan de markt" komen geen of nauwelijks
genade vinden kunnen.
Dat zyn de z.g. avant-gardisten, die vooral
den laatsten tyd weer meer dan voorheen
van zich doen hooren.
Deze avant-gardisten veroordeelden de
films naar vorm en inhoud als zy niet ge
heel aan hun zeer aparte smaak vol
doen. Die smaak richt zich dan meest op
onder- en over elkaar schuivende beelden,
een uiterst bewegelijke en liefst nu en dan
wentelende camera, gewaagde overgangen,
krasse beeldwisselingen, veel filmhandeling,
weinig dialoog. Het ligt niet op onzen weg
hierop, in 't kader van dit beknopt artikel,
nader in te gaan. Memoreeren wy slechts,
dat van de zijde der filmproduceerende
firma's er op gewezen wordt met alle
waardeering voor den avant-gardistischen
filmvorm op zichzelf dat het groote
publiek de massa, die wekdjjks haar
guldens en rijksdaalders in de kassa's der
bioscopen deponeert dezen vorm niet ten
volle waardeeren kan. En al is de film dan
ook geen gewoon handelsartikel, doch kunst,
het feit, dat duizenden en duizenden er
mee in hun le/ensonderhoud voorzien, aldus
't betoog der filmproducers, kan en mag
men niet wegcijferen.
Daaiom behoeft men echter nog niet in
het banale te vervallen en veroorloven de
verschillende maatschappijen zich zoo nu
en dan wel een enkel experiment. Zoo zyn
er regisseurs, die als 't ware een compromis
vormen tusschen beide, hierboven vermelde
categorieën. Zy houden rekening met de
eischen, die net publiek stelt eenerzijds en
hebben een open oog vooi de enorme moge-
VROUW OF SECRETARESSE.
In Victoria-theater.
De directeur van een New-Yorksche uit
geverszaak, Van Stanhope, heeft een secre
taresse, een aardig en lief meisje, door hem
Witte genoemd, een jonge dame, die haar
taak serieus opvat en een klein deel van het
hart van haar patroon weet te veroveren.
Eigenlijk neemt zy in zijn particuliere le
ven slechts 'n bescheiden plaats in, maar de
omstandigheden leiden er toe, dat „men"
en ook hy en zij, feitelijk gelooven dat 't
veel méér was. In werkelijkheid houdt Van
dol veel van zijn mooie, jonge vrouwtje, dat
dan ook héél lang gelooft, hem in waarheid
alléén te bezitten, ondanks aanmaningen en
toespelingen van verschillende zijden. Maar
ten slotte komt de breuk, het mevrouwtje
bespreekt een plaats op een boot naar Euro
pa, meneer wil naar de Bermuda met
„Witte". Maar even vóór de boot vertreKt,
bezoekt laatstgenoemde nog de vluchtelinge
en vertelt haar, dat Van haar (Witte) vroeg
mee te gaan en dat hij haar zeker trouwen
zal, alsmevrouw niet teruggaat; die al
leen kan hem gelukkig maken. Aanvankelijk
tcont Linda zich nog de beleedigde, maar
dan geeft zij haar strijd op, keert terug én
komt op haars man's kantoor juist als deze
tegen Witte gezegd heeft, dat zy kleeren
moet koopen, vele en mooie, voor de reis.
Maar als dan zijn vrouw in de deur staat,
vergeet liy alle reisplannenen kiest we
der haar. De secretaresse gaat terug en ziet
haar verloofde, een chauffeur, met zyn auto,
wachtend op haar, reeds een paar dagen
achtereen, zeker als hij was, dat zy komen
zou. Zij sluiten weer vrede, want, zegt hij,
moeilijkheden zijn alleen daar waar men ze
zoekt.
Wy hebben in bovenstaande alleen de
hoofdlijnen van het verhaal aangegeven en
weggelaten al datgene, waaruit de ontwik
keling van de verschillende situaties gloeide.
Maar ook onze sobere mededeeling doet
reeds zien, dat we hier te doen hebben met
een film met rijken inhoud, een mooie speel
film. De hoofdpersonen, Clark Gable als Van
Stanhope, Jean Harlow als zijn vrouw en
Myrna Loy als de secretaresse, maken doo."
hun sterke spel, waarin de verscnillende
stemmingen en gemoedsbewegingen worder.
doorleefd, deze film tot iets moois, dat ze
ker zeer velen zullen willen zien.
Het voorprogramma brengt in het journaal
o.a. in beeld de voorgeschiedenis van den
Spaanschen burgeroorlog, de opening van
de luchtbeschermingschool te Haanem en
de rondvlucht van prins Bernhard, voorts
een reisje door de binnenlanden van Suri
name met vele heerlijke landschappen en
interessante opname van het leven der ne
ger-bevolking; ten slotte nog de historie van
„Onze beste commensaal", een komedie met
een tragisch tintje.
DE PROOI DER VALKEN.
Koxy Theater.
Het hoofdnummer van deze week in het
Roxy Theater brengt de toeschouwers mid
den in de Amerikaansche vliegwereld. Er is
namelijk een strijd tusschen twee groote
maatschappijen. De Tri-State werkt onder
leiding van Barry Eldon en heeft ook het
luchtpostvervoer. De tweede maatscnappy
werkt met de milboenen van Martir
Drewen. Deze wil de maatschappij van
Eldon koopen, doch Barry is daartoe niet te
bewegen. Dan heeft Martin wel andere mid
delen. Van een half waanzinnigen uitvinder
koopt hij een. electrisch kanon, dat in staat
is met een doodende straal vliegmachines te
vernietigen. Drie vliegeniers van Barry's
groep vinden achtereenvolgens den dood.
Geholpen dcor een vriend, die journalist is,
gaat Barry op onderzoek uit. Ook een meisje
Renée Dupont helpt hen. Barry krijgt in zyn
machine één der ergste vijanden ir. handen.
Hij wordt gewaar"''' iwd voor de dreigende
gevaren en weet door een bombardement
op het doodende apparaat, d'e geheel te ver
nietigen. De bekende vlieger Wiley Post
wint daarna voor Barry de recordvlucht en
de nieuwe contractei: worden getzekend.
Een geweldige sensatie-film op gebied van
de vliegsport. In de gi z s r^ning volgt
men de avonturen der onverschrokken
vliegeniers. Ralph Bellamy vervult op vlotte
sportieve wyze de rol van Barry, terwijl
Talo Birrelt zeker als Renée Barry's toe
komstige echtgenoote mag worden genoemd.
De vlieger Wiley Post zal men gemakkelijk
herkennen. De onverschrokken piloten uit
deze luchtgeschiedenis vervullen hun rollen
uitstekend.
Een uitgebreid voorprogramma ging aan
het hoofdnummer vooraf. Journaals van
Profilti en Fox, een natuuropname van
Hongkong, een gekleurde teekenfilm, een
bezoek aan de filmstudies van Hollywood en
interessante opnamen van Vitaphoon-
beroemdheden. (U.tstekende variété-num
mers).
Zoo brengt ook deze week Roxy de bezoe
kers weer een groote verscheidenheid van
films.
„REMBRANDT" GEPROLONGEERD.
City-theater.
Het City-theater heeft de Rembrandt-film
mzt Laughton als Rembrandt geprolongeerd.
Laughton die Hollywood den rug toekeer
de, hoewel hy daar tienmaal meer Kon ver
dienen, omdat hij aan het spelen van karak
terrollen in Londen de voorkeur gaf, is on
getwijfeld de kunstenaar voor het uitbeel
den van de hoofdrol in een Rembrandtfilm.
Rembrandt toch kende de hoogere waar
den van het leven. Als kunstenaar was hy
zijn tyd een paar eeuwen vooruit en on
danks het feit, dat zyn geld bezittende tyd-
genooten zich boven hem verheven achtte
was hy d" 'are koning.
Daarom behoort Rembrandt evenals Eras
mus en Hugo de Groot aan alle volkeren en
is het begrijpelijk, dat de film van zyn leven
m het Engelsch werd gemaakt, omdat het
daardoor mogelijk is, dat men over de ge-
heele wereld kennis kan nemen van het le
ven van dezen grooten scheppenden kunste
naar.
Hoe klein zyn de machthebbers tegenover
dezen waarlijk groote. Hoe diep ontroerend
is zijn verhouding tot Saskia en Hendrikie
Stoffels.
Bij het aanschouwen van deze film komt
men tot de conclusie, dat ze met een andere
ensceneering ook in onzen tyd kon spelen
Want ook voor onzen tijd geldt, dat de waar
achtig scheppende kunstenaar, die er niet toe
kan komen te schilderen wat de menschen
mooi vinden, niet de waardeering geniet die
hem toekomt.
Ongetwijfeld zou de film, wanneer voor
de decors Hollandsche kunstenaars war^n
geraadpleegd, onze Hollandsche harten neer
bevredigen.
De strekking van de film stemt echter tot
diep nadenken en vooral het spel van Laugh
ton als Rembrandt en dat van zijn echtce
no*. als Hendrlkje Stoffel, ,s
de 17e 1 VOOr het blijvend groote uit
ruim uurT' T°et dCZe sPeelfilm. die een
ruim uur duurt, gaan zien.
DE PAPSOLDAAT.
Theater Harmonie.
reevieVUe is4eigen'Uk 'n film van 'n
ue speelt in Amerika in 1917 en er
zyn overal in New York biljetten aange
plakt waarin de Amerikanen opgewekt wor-
ook toe komt omstandigheden
Martha Eggerth
lykheden, die de moderne cinematografie
biedt, anderzijds. We zouden in dit verband
namen willen noemen van b.v. Reinhold
Schünzel, Detlef Sierck e.a. Deze laatste nu
die met zijn films „Het Meisje van de
Veenhoeve" en „Slotaccoord" getoond heeft
te weten, wat „film" is heeft thans voor
de Ufa een groote operettefilm „Das Hof.
konzert" vervaardigd. Nu zyn operette
films over het algemeen niet bepaald be
mind by de avant-gardisten. Doch dat ze nog
steeds een belangrijke plaats innemen in de
harten van het bioscoopminnend publiek,
heeft dë voortreffelijke „Bettelstudent" der
Ufa nog zeer onlangs op ondubbelzinnig
wyze bewezen.
Nu heeft Sierck de man met de goede
kyk op „filmische" mogelijkheden een
operettefilm gemaakt. Dat hij daarbij zonder
twijfel van het gewone genre zal zyn afge
weken, staat als een paal boven water. We
hebben de film nog niet gezien, doch Sierck
houdt van verrassingen, van nieuwe vond
sten en origineele instellingen.
Daarom zien wy 't uitbrengen van „Das
Hofkonzert" met veel spanning tegemoet.
De hoofdrollen worden vervuld door onzen
landgenoot Joh. Heesters en Martha Eggerth
(of heet ze nu ook in filmland mevrouw
Kiepura?), die samen menig lied ten beste
geven. We meenen Heesters te mogen ge-
lukwenschen, dat hy onder de handen van
Detlef Sierck terecht gekomen is. Een ope
rettefilm van Sierck, een landgenoot in een
der hoofdrollen, voorwaar redenen genoeg
om dit nieuwe Ufa-product met spanning
tegemoet te zien!
Joh. Heesters
ficieren zyn vroegeren meester moet af
snauwen en zoo nu en dan eens naar de cel
moet transporteeren. Jimmy, die zelfs door
zijn verloofden want hy schijnt er meer
dan één te hebben naar het slagveld ge
volgd is, trekt zich van alle Amerikaansche
girls niets meer aan en wordt verliefd op
de dochter van een Franschen herbergier,
die een spion blijkt te zijn, dat wil zeggen
de dochter natuurlyk niet, maar de vader.
Die vader die eigenlijk ook weer eer,
stiefvader is het wemelt in deze film
van moeilijke familie-verhoudingen laat
postduiven met berichten voor den vijand
los. Jimmy slaapt een nacht in diens kamer,
laat argeloos een partijtje duiven vliegen
en wordt als spion gearresteerd. Hy ont
vlucht in de uniform van een onmogelyken
kapitein, wordt als pseudo-kapitein naar 't
front gestuurd en neemt er eigenlyk een
beetje by vergissing een heel mitrail
leursnest met Duitschers gevangen. Hy zal
eerst wegens spionnage gefusilleerd wor-
den, maar op het allerlaatste oogenblik
wordt ontdekt, dat hy eigenlyk geen spion,
maar een held geweest is en dan vallen
Jimmy (Joe E. Brown) en Yvonne (Beverly
Roberts) elkaar in de armen en volgt er
een Fransche filmzoen van ongeveer twin
tig meter lengte dat wil zeggen twintig
meter firn natuurlyk waarna het licht
plotseling opgaat en er du? aan dien zoen
eigenlyk nooit een eind komt.
Het ia dat blykt al uit deze korte be
schrijving een amusementsfilm, de ge
schiedenis van een clown in soldatenuni
form, een man, die zoo alle mogeJiike mih*
taire wetten overtreedt, dat men dt>ze ff"1
gted gekaraktiSPC'd heeft door ze „D*
Papsoldaat" te noemen.
Wie van eep vroolijke, humoristische film
houdt moet in de Harmonie maar eens naar
deze militaire sotterny gaan kijken
Vooraf gaan een gekleurde screensong en
o.a. een paar pracht films op het genifd van
vogels en visschen.