DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. 0 Uit den Alkmaarschen Raad. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. I ERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. No. 19 Zaterdag 23 Januari 1937 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 139e Jaargang Alkmaar heeft in 1573 minder voor haar,muren en wallen betaald dan in 1937 voor haar walmuren. Het i» voor Nederland en Oranje te hopen, dat ook de schilder Van Everdingen nog eens moet verhuizen. Als Alkmaar niet naar vermeerdering van inwoners streeft zal onze 30.000ste zijn spaarbankboekje terug moeten geven. „Luxemburg" niet meer over de radio-distributie. f?CL iOUWi 5 afrotvdS ALKMAARSCHE COURANT. Dit nummer bestaat uit vier bladen. Directeur: G KRAK. De Raad heeft zich eind November met tien tegen negen stemmen met een voorstel- Keijsper vereenigd om de vraag of de wal muren van de Mient al dan niet vernieuwd moeten worden nader onder de oogen te zien. De kwestie zou nog eens door den Raad worden bekeken en men kan waarlijk niet zeggen, dat diverse raadsleden van de ge legenheid geen gebruik heboen gemaakt om opnieuw te trachten hun mede-Edelacntba- ïen van hun inzicht te overtuigen. Een vorig maal had men den Raad verrast met een serie foto's waarop duidelijk bleek, dat de walmuren aan de Mient hier en daar scheuren vertoonen en het werken met foto's werd blijkbaar zoo doeltreffend ge oordeeld, dat voor- en tegenstanders thans met fotografieën kwamen aandragen waar uit dan eenerzijds moest blijken, dat er ge weldige scheuren in de walmuren zaten en anderzijds, dat er hier en daar alleen maar wat specie uit de voegen was gevallen en dat de geheele kwestie eigenlijk de moeite niet waard was om er over te spreken. Mr. de Groot, die een bekend strafpleiter is, wees er op, dat van foto's tegenwoordig veel gebruik wordt gemaakt hij aanrijdin gen en dat men ze zoo kan nemen, dat het den schijn krijgt dat de schuld op de eene kiek aan den beklaagde en op de andere aan den getuige is te wijten. Zoo gaat het ook met de scheuren in de walmuren. Wanneer Gemeentewerken ze fotografeert en die doet het handig vanaf een of ander vlot, dat in de Mient drijft dan lijkt het of er grotten en spelonken in de muren zitten waarin een argelooze vreemdeling, die aan het spelevaren is, wel eens terecht zou kunnen komen en er jam merlijk in zou kunnen verdwalen. Maar als de heer Stoutjesdijk foto's laat nemen en hij had er een heele serie dan levert hij er tegelijkertijd een vergroot glas bij omdat hij wel weet, dat de meeste raadsleden anders moeite zullen hebben de krasjes en haaltjes te ontdekken waar dan zoogenaamd de scheuren en barsten zouden zitten. Hij heeft wel kiekjes waarop die scheuren duidelijk te zien zijn, maar die zijn niet van de Mient, maar van de Oudegracht en het Verdronkenoord en hij kan al dat foto materiaal natuurlijk prachtig gebruiken bij zijn betoog, dat we de f 20.000 die een ver nieuwing zal moeten kosten, in dezen tijd veel nuttiger kunnen gebruiken en dat, als de wethouder dan met alle geweld een der gelijk kapitaal aan onze walmuren wil weg smijten, er plekken zijn, die heel waf eerder voorziening behoeven dan dat op de Mient het geval is. Het is begrijpelijk, dat deze walmuurde- batten de Mientbewoners zelf ook niet on verschillig laten. Hun huizen staan heel dicht bij het water en als er dus sprake is van wegzakken en instorten dan zijn zij eigenlijk de meest belanghebbenden. Zij hebben evenmin verstand van walmuren als de meeste raadsleden, maar de rapporten van Gemeentewerken en de ernstige waar schuwingen van wethouder Klaver, die met een doodgraversgezicht van verantwoorde lijkheid voor de gevolgen van niet-tijdig in grijpen spreekt, hebben blijkbaar niet na gelaten invloed op de hier wonende midden standers uit te oefenen. Een temmer heeft nu eenmaal meer kans door een leeuw ge beten te worden dan een bezoeker van het circus en wanneer een winkelier met zijn heele affaire in het Mientwater verdwijnt heeft hij er weinig aan, dat een of an der raadslid destijds de verantwoording aanvaard heeft dat dit niet zou gebeuren. De Mientbewoners willen dus de walmu ren wel vernieuwd hebben en eigenlijk wil len ze nog meer. Ze zouden de heele Mient wel willen dichtgooien. Als de leeuw dood is kan ook de temmer niet meer gebeten worden en als er geen water meer is kun nen de huizen er ook niet meer in zakken. Bovendien heeft een dichte Mient het voor deel, dat men er prachtige breede straten en mooie trottoirs kan aanleggen, allemaal za ken, die den middenstand ten goede kunnen komen, vooral als er dan nog een mooie ver keersweg gemaakt wordt en er dus in e toekomst een drukke passage zal kunnen komen. Dat is natuurlijk weer een heel nieuw idee en daarvoor gevoelt blijkbaar ook de commissaris van Politie wel iets, want de politie is het met alle middenstanders en trouwens met zeer vele andere Alkmaar- ders roerend eens, dat het parkeervraag- stuk en bovendien het verkeersvraagstuk in dit deel der gemeente buitengewoon slecht geregeld is. Vreemdelingen rijden vol enthousiasme voor onze mooie stad de Langestraat in om op de Steenenbrug tot de ontdekking te komen, dat ze niet verder kunnen. Ze pro- beeren dan wel langs de Mient of door de Houttil te ontsnappen, maar het eigenaar dige van dergelijke straten is, dat ze juist op marktdagen als de vreemdelingen komen hermetisch voor het verkeer zijn afgesloten, zelfs op de Zaterdagsche veemarkt als er bij een aanvoer van twee nuchtere kalveren al van een bijzonder drukke markt kan worden gesproken. Het verkeer vraagt hier dus dringend een betere oplossing en de commissaris zou de auto's dus langs een gedempte Mient of langs een gedempte Kraanbuurt naar een verbreede Kapelsteeg willen voeren, zoodat ze tenminste niet omgedraaid behoeven te worden om weer weg te kunnen rijden. Dat is het dempingsvraagstuk, maar om dat het op het oogenblik alleen over de ver nieuwing van de walmuren ging wenschte het college daarover niets te hooren. Er liggen twee kaasschuiten in de Mient en wethouder Klaver wil, dat er daarnaast of liever daagt usschen in nog ruimte zal zijn voor een derde schip om te kunnen passeeren. Waarom dit eigenlijk noodig was begreep niemand, want dat derde schip is er nu een maal niet en behoeft dus ook niet te passee ren. Er werd zelfs medegedeeld, dat de eigenaar van de twee andere schepen deze verkocht zou hebben en wat dat betreft, be hoefde er dus eigenlijk heelemaal geen wa ter meer te zijn, maar het college waakt nu eenmaal voor het behoud van onze mooie, pittoreske grachtjes, vooral als zij zoo dicht bij de kaasmarkt zijn gelegen en wanneer men bij elke walmuurverbetering de gracht wat smaller maakt blijft er op het laatst van de heele gracht niets meer over en is al weer een stukje oud-Alkmaarsch stads schoen ten offer van den tijd gevallen. Daarom gevoelde wethouder Klaver niets voor het argument van den heer Grondsma om de Mient te veranderen in een smal grachtje naar het recept van de oude Delft- sche stadsgrachtjes, maar hij deed ten slotte deze concessie, dathij rekening met twee en niet met drie kaasschepen zou houden en dat de straat dus in allen gevalle aan beide kanten een half schip breeder zal worden, waardoor misschien de gelegenheid wordt geschapen de winkels voortaan van trottoirs te voorzien. Dat was de uiterste concessie en verder was er natuurlijk de vraag en daar ging het eigenlijk over of men de walmuren nu wel of niet zou vernieuwen. Er was den vo- rigen keer nog een tusschenvoorstel dat een tijdelijke voorziening beoogde en dan ook niet zoo kostbaar was. Daarover heeft de Raad thans met geen woord meer gesproken en het ging nu uit sluitend over de vraag: zijn de walmuren zoo slecht, dat ze vernieuwd moeten worden lijkt het alleen maar zoo? En in dat laat- e geval konden de daarvoor ui getrokicen 20.000 natuurlijk heel wat nuttiger ge bruikt worden. De heer Sietsma had met een deskundige n h«> Raad helaas niet te we- wiens naam ae ttaau kon komen - langs de walmuren ge ld en die had hem volkomen gerust steld De bedekking was hier en daar niet orde, maar dat kwam door de boomwor- de walmuren zelf waren zoo safe als Nederlandsche Bank en als er hier en r wat kalk uit de voegen was, dan kwam uitsluitend door de vorst en een werke- j metselaartje met een emmer specie kon den een of anderen morgen die voegen even aanstrijken met de zekerheid, dat geen rekening van 20.000 gulden, zelfs van 20.000 centen zou indienen. ,e boomwortels, dat waren de schuldigen mr. de Groot vertelde een interessant verhaal van een boom, die met zijn wortels of ste ten wandeld gesteld, in o: tels, de daar dat loos op wel hij niet De en zelfs den stoep van het Gerechtsgebouw op gelicht had waar men natuurlijk heelemaal niet op onderaardsch gewroet en ook niet op oplichting gesteld is. Nam men de boomen dus weg, dan was het gevaar ook weg, maar ook dit werd door diverse leden bestreden, omdat zij van meening waren, dat juist het rooien van de boomen tot gevolg zou heb ben, dat heele stukken kaaimuur naar be neden zouden komen met alle verschrikke lijke gevolgen welke daaraan voor de om wonenden verbonden konden zijn. Het was een moeilijke kwestie juist om dat onze Raad zoovele deskundigen telt en dat laatste zou natuurlijk nog niet zoo erg zijn als van die deskundigen de eene helft niet precies het tegenovergestelde beweer de als de andere helft. Ten slotte zou er toch een beslissing moeten volgen en wethouder Klaver verhief nogmaals zijn profetische stem en verklaarde onder doodsche stilte, dat de walmuren en de onderbouw van de Spekbrug in een dergelijken toestand verkeeren, dat het niet langer geoorloofd is een groote groep onschuldige Alkmaarders bloot te stellen aan het gevaar onder de puinhoopen van hun huizen levend begra ven te worden. Als het er zoo voorstaat is 20.000 natuurlijk maar bijzaak en hij waar schuwde den Raad nadrukkelijk, dat deze het voorstel kon afstemmen, maar dat dan ook alle gevolgen van deze beslissing voor verantwoording waren van die kortzichti- gen, die naar den goeden en deskundigen raad niet wilden luisteren. Slechts vijf raadsleden waren van de ste vigheid onzer walmuren zoo overtuigd, dat zij met een gerust hart een dergelijke zware verantwoording op zich durfden nemen. Vijftien anderen durfden de gevolgen van een verdere verzakking niet afwachten, zoodat besloten is, dat men zoo spoedig mo gelijk met de algeheele vernieuwing zal be ginnen. Wanneer de gemeente geld noodig heeft, dan is het natuurlijk het allergemakkelijkste om dat te gaan leenen. Men heeft dan den indruk, dat niet de gemeente, maar een ander betaalt, maar ten slotte wordt de schuldenlast van de gemeente natuurlijk weer zooveel grooter en wordt het zooge naamde onbeweegbare gedeelte van de be grooting weer verzwaard met een enorm bedrag aan rente en aflossing, dat elk jaar weer op de een of andere manier gevonden zal moeten worden. Het was daarom een heugelijke mede- deeling, dat de gemeente van plan was een leening van niet minder dan 1.200.000 en dan nog wel tegen 5 1/2 af te los sen, maar helaas gaat een dergelijke af lossing in dezen tijd dadelijk gepaard met het aangaan van een andere leening. Dat zou een 3 1/2 leening worden en dat was op zich zelf natuurlijk al verblijdend, maar wie eenmaal aan het leenen is, vervalt al spoedig van kwaad tot erger. Er was op nieuw het een en ander te betalen, waarvoor wel geleend zou kunnen worden en het resultaat was, dat B. en W. voorstelden een leening van 1.436.C00 aan te gaan, een bedrag dat zelfs voor een gemeente, die per jaar met een tweehonderdtal inwoners vooruit gaat, allesbehalve een peulen schilletje kan genoemd worden. Als het over de financiën gaat, zijn alle menschen gewoonlijk erg geheimzinnig en het was geen wonder, dat de Raad weer een half uurtje in geheime zitting ging, al doet de burgemeester dat dan ook handig bij het een of andere agendapunt de ver- kooping van een stukje grond waardoor het den schijn krijgt, dat er over heel iets anders dan over een geldleening wordt ge sproken. Toen de stenograaf de Pers en het publiek weer binnentraden, zag men in een zaal vol blauwe sigarenrook niets dan ernstige ge zichten. Menschen, die over millioenen praten, kijken, vooral in dezen zuinigen tijd, nu eenmaal ernstig en zijn zich in dergelijke oogenolikken meer dan ooit bewust, dat het raadslidmaatschap een geweldige verant woordelijkheid met zich meebrengt. Het voorstel een geldleening aan te gaan, dat even later aan de orde kwam, lokte na tuurlijk in openbare zitting geen enkele opmerking meer uit en met een enkele hamerslag werd in den tijd van luttele seconden besloten, dat de gemeente op nieuw een schuldenlast van bijna anderhalf millioen zal aanvaarden. Holland heeft een nieuwen prins en Alkmaar heeft een nieuwen weg, wat was er dus logischer dan den weg naar den prins te noemen. Men is hier ter stede zoo met hem ingenomen, dat B. en W. voorstelden, ook de brug, die den nieuwen weg met de Jan van Scorelkade zou verbinden, tegelij kertijd maar Prins Bernhardbrug te noemen en er zou natuurlijk geen enkel bezwaar tegen geweest zijn zelfs niet bij den heer Appel als sommige raadsleden niet van opinie waren geweest, dat de naam Bern- hard slechts aan een weg zonder gebreken kon worden gegeven. Het is vanzelfsprekend, dat de nieuwe verbindingsweg tusschen den Helderscheweg en de Jan van Scorelkade met de daarbij behoorende brug door Gemeentewerken zoo soliede gemaakt is, dat er van een ge brek in technisch opzicht geen sprake kan wezen, maar het wordt nu eenmaal een weg voor het snelverkeer en de heer Govers vreesde daarom, dat hier in de toekomst meerdere verkeersongelukken met doode- lijken afloop te betreuren zullen zijn. Het is niet prettig bij dergelijke droevige gebeurtenissen telkens den naam van Prins Bernhard te moeten uitspreken en hij gaf daarom den raad voor den Prins-gemaal een andere, zoo mogelijk een mooiere en in allen gevalle een rustiger straat uit te zoeken. Mr. de Groot sprak er zijn verwondering over uit, dat de straten die naar dichters, naar schrijvers of naar schilders genoemd zijn, zoo hopeloos ver van elkaar afliggen. Hier en daar vindt men drie schilders bij elkaar en de vierde bHjkt dan tusschen de bloemen of de zeehelden verdwaald te zijn en zoo gaat het ook met de schilders en de dichters. We zijn hier destijds in de om geving van de Van Everdingenstraat be gonnen met een Koninklijke buurt, met een reeks vlak bij elkaar gelegen straten, waar aan de namen van koningin Emma, van koningin Wilhelmina. van prins Hendrik en van prinses Juliana verbonden zijn en waar zou prins Bernhard zich nu beter thuis voelen dan juist in die buurt. Eigenlijk was er geen plaats meer voor hem, maar het bleek, dat mevrouw Bosboom Toussaint zich in het koninklijk hoekje had genesteld. Die hoort er heelemaal niet thuis en al is zij dan ook nog zoo'n historische figuur, haar glorie is al van te ouden datum, dan dat men daar nog rekening mee behoeft te houden. Haar standbeeld is al herhaaldelijk achteruit gezet vanwege het steeds toenemend ver keer zij is er al aan gewend, dat zij een offer aan den tijd moet brengen en mr. de Groot wilde haar naambordje dan cok van de Toussaintstraat afhalen en het over brengen naar de straat van de doodelijke ongelukken, waar zij haar troost zal kunnen zoeken bij haar tijdgenoot Nicolaas Beets, die ook om de een of andere reden uit de binnenstad haar de nieuwe Wijk aan den Bergerweg is verdreven. De Toussaintstraat zou dan in den ver volge Prins Bernhardstraat kunnen heeten en vlak bij de Julianastraat liggen, welke straat de burgemeester dan uit eerbied voor het vorstelijk gezin voortaan zou willen om- doopen in Prinses Julianastraat, waartegen de Raad natuurlijk geen enkel bezwaar zal kunnen hebben. De naam Prins Bernhard- weg, die oorspronkelijk op het programma stond, zou dan natuurlijk moeten verande ren in Prins Bernhardstraat, omdat er na tuurlijk in deze vorstelijke buurt geen sprake van mag zijn, dat de Prins op de een of andere wijze weg zou kunnen wezen. Het was werkelijk een alleraardigst idee en het eenige bezwaar, dat de burgemeester er tegen had was, dat de straten op zich zelf een beetje klein zijn en er niet erg vorstelijk uitzien, maar daaraan is nu eenmaal niets te veranderen omdat wij geen reeks van breede boulevards bij de hand hebben. De tegenwoordige Toussaintstraatbewoners zul len den populairen Prins ongetwijfeld met vreugde welkom heeten en de bewoners van/ de Julianastraat zullen er zoolang de huishuren niet verhoogd worden ook geen enkel bezwaar tegen hebben, dat er voortaan van een Prinses Julianastraat wordt gesproken. Zoover is het intusschen nog niet, maar het college heeft het denk beeld van mr. de Grcot in welwillende over weging genomen en de desbetreffende voor stellen zullen niet lang op zich laten wach ten. De rest van de agenda was van weinig beteekenis. Er komt een nieuwe darmen- wasscherij aan het slachthuis en de Vereeni- ging Kindervoeding profiteerde van het feit, dat de voorgestelde kindertoeslag opnieuw rechts tegen links verworpen werd. De katholieken wilden toch iets voor de groote gezinnen doen en van het geld dat door deze verwerping beschikbaar kwam, werd dus een bedrag van 600 bestemd om de hongerige maagjes van de meest behoef tige schoolkinderen tijdens de middaguren van erwtensoep en hutspot te kunnen voor zien. Vermelding verdient nog het feit, dat er opnieuw een schuldeischer van het oude Victoriebad uit het niet was verrezen, die aanspraak op dezelfde billijke behandeling maakte als zijn medeslachtoffers een vorig maal ondervonden. Er waren raadsleden, die voor hem geen uitzondering wilden maken, maar er waren andere, die er aan herinner den, dat men in de vorige raadszitting had besloten, dat het nu uit moest zijn, die er op wezen, dat niemand een dergelijke rekening kon controleeren en de vrees koesterden, Naar wij vernemen is bij ministerieel schrijven den exploitanten van radio centrales de volgende verbodsbepaling opgelegd: Buitenlandsche programma, welke re clame bevatten, mogen niet worafen doorgegeven. Voorts mogen niet wor- den gedistribueerd de programma's van omroepstations, welke hoofdzakelijk re clame-uitzendingen verzorgen, in ver band waarmede de programma's van het zendstation te Luxemburg onder geen enkele omstandigheid mogen wor den doorgegeven. dat er een volgenden keer misschien weer eenige middenstanders met onaangename verrassingen op den stoep van het Stadhuis zouden staan. Dat zag er voor den verzoeker nu niet bepaald hoopvol uit en het eind van het baddebat was dan ook, dat hem zal worden medegedeeld, dat met zijn rekening geen rekening kan worden gehouden. De voorstellen tot reorganisatie van den dienst der Gemeentewerken, die onlangs verrijkt werden met een propositie om vrij wel alle diensten op te heffen en de- direc teuren op wachtgeld te stellen om daarna alles onder opperbevel van den heer Marga- dant te brengen, waren deze week opnieuw vermeerderd met een rapport van een des kundige, die het zoogenaamde topzware be drijf met diverse arbeiders van andere dien sten wilde uitbreiden, terwijl B. en W. voorstelden het personeel in te krimpen, maar dan niet van bovenaf maar van on deraf te beginnen. In den regel komen dergelijke ingrijpende voorstellen zoo kort voor een raadsvergade ring, dat er altijd leden zijn, die geen tijd hebben gehad er over na te denken. Ook ditmaal had geen der raadsleden ge legenheid gehad zich in deze ingewikkelde kwestie in te werken. Het allernieuwste plan werd dus aan het voorlaatste gekop peld en beiden werden daarna op dood spoor gerangeerd waar ze vooreerst .wel zul len blijven om daarna onopgemerkt naar den grafkelder der doodgeboren plannen gere den te worden. De burgemeester heeft der gewoonte getrouw weer een nieuwjaarsrede gehou den waarin hij de voornaamste gebeurtenis sen in onze gemeente in het afgeloopen jaar de revue heeft laten passeeren. Wij laten het aantal kaasjes, vette var kens en ledige woningen hier buiten be schouwing maar zouden er nog even op willen wijzen, dat het toch eigenlijk bedroe vend is, dat een stad als Alkmaar in een heel jaar slechts met ruim 200 zielen voor uit gaat. Wie ziet hoe er hier gebouwd wordt, hoe er steeds nieuwe woonwijken verrijzen, hoe er aan wegen en waterwerken wordt gearbeid, waardoor men den indruk krijgt, dat men zich met groote financiëele offers aan alle kanten bij de eischen van den tijd aanpast, moet wel een gevoel van teleur stelling krijgen als hy constateert, dat de bevolkingsaanwas van vrijwel geen betee kenis kan genoemd worden. De dertigduizenöste inwoner, bij wiens wieg wij enthousiaste welkomstliederen hebben gezongen en wiens spaarbankboekje wij uit dankbaarheid vorstelijk bedacht hebben, is den schoololichtigen leeftijd al bijna genaderd en de 31.000ste kan nog jaren op zich laten wachten. Het aantal in 1936 geborenen verschil niet veel van het aantal overledenen en wij zouden ons van harte kunnen verheugen over de 2075 broeders en zusters, die onze f-elederen van buiten af zijn komen versterken, als daar niet een 2000-tal deserteurs tegenover stonden, die om de een of andere reden een andere woonDlaats dan Alkn.aar hebben gekozen. Dat kan er op wijzen, dat Alkmaar toch niet zoo'n paradijs is als de brochures van de V.V.V. ons willen wijsmaken en het loont zeker de moeite eens na te gaan waar ergens het lek zit, dat het geld in onze schat kist van onder weer even hard doet wegloo- pen als het er van boven wordt ingeworpen. Nestor Govers heeft op de hem eigene gevoelvolle manier voor de burgemeester- lyke gelukwenschen dank gebracht. Hij weet in enkele zinnen het exportvraagstuk, het vorstelijk paar en de crisisinstellingen aan elkaar te koppelen en besluit zyn rede telken jare onveranderlijk met den raad den moed er maar weer in te houden. totuur vóór zonsopgang zijn geluidssignalen verbo den: knippert dan met de koplichten als attentiesein GELUJDSSIGHAAL VERBODEN

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 1