SPORT EN WEDSTRIJDEN
m
Nederland wint van België met 1-0.
Géén overtuigende zege van Oranje
De Belgen geheel schotloos.
ALKMAARSCHE COURANT van MAANDAG 3 MEM937
Onze middenlinie zwak.
r Jawel, Oranje heeft met 10 revanche
genomen op de Roode Duivels, die een
maand geleden in de stad der Sinjoren
een 21-zege behaalden. Maar evenmin
als in Antwerpen de zege der Belgen
overtuigend was, evenmin kan de 10-
overwinning van gisteren, door Oranje
br ald, geheel bevredigen.
Omdat het Hollandsche spel al te dik
wijls geen Hollandsch karakter had en
omdat wij te veel te danken hebben aan
de totale schotloosheid van de Belgische
voorhoede.
Alle factoren waren anders aanwezig, om
een goeden wedstrijd te verwachten. Een
schitterende dag met een heerlijke tempera
tuur, een prachtig speelveld met daarom
heen een 60.000 toeschouwers en tenslotte de
revanche-gedachte der Hollanders en de
hoop der Belgen, om opnieuw te winnen.
Maar ziet, ondanks deze factoren, werd de
wedstrijd niet „dat". En dat Oranje gewon
nen heeft, mag tenslotte dankbaar stemmen,
vergeten mag toch niet worden, dat een Bel
gische zege zeker net zoo goed mogelijk was
geweest. Vooral ook, omdat België na de
rust verreweg de sterkste ploeg was, die
soms dreigde Oranje te overspelen.
We gelooven wel, dat de 10-voorsprong,
door de Nederlanders voor de rust behaald,
verdiend was, daar staat tegenover, dat Bel
gië na de rustöninstens één of twee doel
punten had moeten maken. En had kunnen
maken, als er maar één schutter in haar
voorhoede gezeten had!
Prachtig team-work, dat hebben we van
de Roode Duivels gezien: En vrij zuiver
samenspel ook in een snel tempo. Maar
zoodra men in de nabijheid van Halle kwam,
was het mis en dan kon Caldenhove een voet
dwars zetten.
En zoo kon het gebeuren, dat ondanks
een veld-meerderheid der 3elgen doelman
Halle bijna geen moeilijk werk kreeg en
slechts één keer voor en één keer na de
rust door snel optreden onheil moest voor
komen. Overigens kon hij eenige slappe
schoten gemakkelijk opvangen en zich voor
de rest bepalen tot het uittrappen. Want de
meeste schoten ging naast het doel.
Trouwens, aan den anderen kant was het
bijna precies eender. Wel heeft België moei
lijker werk gehad dan een paar harde
schoten van Bakhuys en Vente, maar ook
hier gingen de meeste schoten voor het doel
langs of er naast. Vooral v. Nellen heeft
zich in de eerste helft te veel aan
schieten bezondigd, hoe goed dat overzien
soms ook is van een naar binnen geloopen
buitenspeler.
Beide doelverdedigers hebben dus een be
trekkelijk kalm en dag gehad. Zulks in
tegenstelling met de overige 20 spelers, die
allen hard gewerkt hebben, allen met het
zelfde doel: om te winnen.
En als we de beide elftallen vergeleken,
dan moet ongetwijfeld België eerst ge
noemd worden.
Dit Belgische elftal heeft een spelletje ge
speeld (we laten het schieten nu achter
wege!), dat klonk dis een klok. En dat kon
het doen, omdat dit elftal een ruggegraat
had in den vorm van een prachtig spelende
middenlinie, die overal was: in den aanval
en in de verdediging. Een middenlinie, die
stukken beter was dan de Nederlandsche.
Want dat is o.i. het groote verschil ge
weest: België had een middenlinie en Ne
derland had ergeen!
Te bout gesproken? Misschien. Maar het
blijft dan toch maar een feit, dat onze
voorhoede veel te veel alleen moest optor
nen tegen de sterke Belgische defensie en
dat dit bijna onbegonnen werk was. Al bleef
de Oranje-voorhoede gevaarlijk door het
onberekenbare, verrassende element. En
door het gevaarlijke binnen trio, waarvan
elke speler over een hard schot beschikte.
Waarom bleef onze middenlinie achter?
Omdat ze de achterhoede niet vertrouwde?
We gelooven het niet. Want ons achtertrio
stond zijn mannetje. Neen, wij gelooven
eerder, dat onze middenlinie gedwongen
was, achter te blijven, omdat ze in snelheid
veel te kort schoot, omdat ze niet naar voren
durfde, wetende, dat ze bij een tegenaanval
niet op tijd terug kon zijn op haar plaats in
de verdediging.
En als er dan ook zorgen zijn voor de
T. C., dan is dat waarachtig niet de voor
hoede, maar dan is dat uitsluitend de mid
denlinie.
Trouwens, wat zou men kunnen doen, om
de voorhoede fe versterken? Weer een
Lungen nemen? Neen toch? Bakhuys is de
mid-voor en Smit en Vente hebben het spel
nog lang niet verleerd. En Wils en v. Nellen
kunnen ook nog best mee doen.
En kan men de achterhoede versterken?
Maar wie zou het beter gedaan hebben dan
Caldenhoven, die een zeer gave partij
speelde, die niet alleen zijn eigen plaats
waard bleek, maar bovendien telkens een
V, Heel en Wilders nog voortdurend kon
helpen? Al speelde Wilders eveneens een
uitstekende, maar een ietsje minder brillante
partij! En Haller? De nul zegt veel, maar
meer zegt, dat hij dezen keer geen fout
gemaakt heeft.
Alleen zijn plaatsen (zooals trouwens over
't algemeen het plaatsen) was wat zwak en
al te dikwijls kwamen ballen bij de tegen
partij terecht.
Die tegenpartij! Die Belgen!
Zij hebben een technisch knap spelletje
laten zien in alle linies. Daar speelde wer
kelijk een elftal, daar combineerden vlot en
snel de verschillende linies met elkaar, daar
wisselden long-passes en short-passes elkaar
af, daar zat snelheid in den ploeg en tóch
daar kwamen geen doelpunten.
Dat was de eenige fout, die de Belgen ge
maakt hebben: ze konden niet schieten en
lieten zich telkens weer door Caldenhoven
het leer afnemen. Maar overigens konden
ze Oranje een lesje leeren in vele opzichten.
Ze trapten zuiverder en gemakkelijker, ze
waren in het koppen verre de baas, ze waren
technisch stuk voor stuk niet de minderen,
waren tactisch misschien wel de meerderen,
maar... (al weer!) ze konden niet schieten!
Vlot en snel werd elke aanval opgezet, ge
makkelijk werden één, twee tegenstanders
gepasseerd, maar dan kwam Caldenhoven
of een andere er weer tusschen en kon de
aanval opnieuw ingezet worden. En dat
kon, omdat de middenlinie zoo prachtig
steunde.
Die Belgische middenlinie was één der
beste, die Ve ooit zagen. Dit trio heeft een
volkomen gave partij gespeeld met den
spil aan het hoofd: dit trio heeft er voor
gezorgd, dat de voorhoede kans kreeg, er
voor gezorgd, dat er een Belgische veld-
meerderheid geweest is.
We zouden dit onderdeel van het verslag
kunnen besluiten met een paar opmerkingen
over het spel, wat betreft de hardheid. En
dan leek het ons toe, dat de Engelsche
scheidsrechter wel wat al te veel geduld
had en te forsch spel toestond. Daaraan
hebben beide partijen zich bezondigd, al
werden toevallig alleen een paar Neder
landers er de dupe van.
Tenslotte leek het ons, dat er over onze
Oranje-ploeg zoo nu en dan en vooral na
de rust een zekere matheid lag, die men
niet kon afscheiden.
Dat het geheel een eenigszins rommelig
karakter had, dat lag hem niet aan de
spelers, dat lag hem aan het geheel andere
stadion dan dat, waarin we anders een
wedstrijd zien.
HET VERLOOP VAN DEN
WEDSTRIJD.
Nederland neemt in de eerste
helft de leiding.
Het Feyenoord-stadion, zich koesterend in
de zomerschen voorjaarszon, bood reeds
vroeg op den middag een vroolijken en le-
vendigen aanblik.
De groote drukte, het geroezeinoes en ge
zoek naar plaatsen op de machtige tribunes
begon echter eerst tegen een uur of twee.
Langzaam vulde het stadion zich, doch om
half drie, het officieele aanvangsuu^, waren
nog op geen stukken na alle plaatsen bezet.
Later zou blijken, dat het verkeer buiten het
stadion hopeloos was vastgeloopen en dat
vele honderden toeschouwers eerst tegen
een uur of drie het stadion bereikten.
Eerst om twintig minuten voor drie kwa
men de elftallen op het veld, luide toege
juicht door het groote legioen op de tribunes.
Feijenoord-juniores vormden de eerewacht,
terwijl de volksliederen gespeeld werden
door het muziekgezelschap van de Steenko-
lenhandelvereeniging.
De wedstrijd.
Om kwart voor drie stellen zich onder lei
ding van den Engelschen scheidsrechter C.
E. Argent de volgende ploegen op:
Nederland:
Halle
Wilders Caldenhove
B. Pauwe Anderiesen v. Heel
Wels Vente Bakhuys Smit van Nellen
v. d. Eynde Braine Capelle Voorhoof Buyle
De Winter Stijnen Dalem
Joacim Paverick
Bad jou
België
De Belgische aanvoerder Stijnen heeft de
toss gewonnen, Bakhuijs trapt dus af. De
eerste aanval is echter gericht op net Hol
landsche doel. Caldenhove slaagt er zonder
veel moeite in dezen eersten stormloop te
onderbreken. Ook onze voorhoede zit er
reeds direct in de eerste minuten vinnig op.
doch evenals de energieke pogingen der
Belgen, loopen ook de Nederlandsche aan
vallen op niets uit. De Belgische vleugelspe
lers, van wie vooral Buyle zich in het begin
van den wedstrijd onderscheidt, evenals
Joop van Nellen en Wels aan den anderen
kant, zetten herhaalde malen goed en scherp
voor de doelmonden, doch in den regel zijn
hun voorzetten te scherp en te nard en zijn
ze reeds naast en achter het doel geschoten,
Anderiessen
voordat een der binnenspelers gelegenheid
heeft gekregen den bal te bemachtigen. Her
haalde malen combineert onze rechtervleu
gel VenteWels door de achterhoede der
Belgen heen, de voorzetten van den kleinen
Gorkummer worden door ons binnentrio ook
wel goed opgevangen, doch voorloopig wor
den Bakhuijs en Smit nog geen vrije schiet
kansen gegeven. Door hun goede opstelling
en met den voortreffelijken steun van de
middenlinie weten de Belgische backs
gevaarlijke situaties voor hun doel te
voorkomen. Anderiessen en van Heel pro-
beeren telkens Bak
huijs aan het werk
te zetten, echter blij
ven hun pogingen
zonder succes, want
hoewel Bakhuijs
oogenschijnlijk niet
extra bewaakt wordt
zitten hem niettemin
2 of 3 Belgen op de
huid, wanneer hij
den bal in het bezit
blijkt bovendien niet
krijgt. Onze midvoor
geheel fit te zijn,
want onophoudelijk
trekt hij met het linkerbeen, waaraan een
botsing voor den Belgischen doelmand in een
der eerste minuten van den wedstrijd wel
niet vreemd zal zijn.
In de volgende minuten ontwikkelt zich
een snel en afwisselend veldspel, waarbij de
beide doelen slechts bij uitzondering in ge
vaar komen.
Tien minuten zijn er gespeeld, wanneer
het Belgische doel voor de eerste maal in
groot gevaar komt. Anderiessen heeft met
een keurige lange pass Wels aan het werk
gezet, een prachtige voorzet volgt, van Nel
len, die is toegeloopen, kopt, doch rakelings
over de lat verdwijnt de bal achter het Bel
gische doel.
De Belgische aanvallen, hoewel zeker niet
minder talrijk, leveren weinig gevaar op,
omdat de Belgische voorhoede veel te lang
combineert en dus veel te lang wacht met
schieten, waardoor Wilders en Caldenhove
steeds weer de gelegenheid krijgen tijdig in
te grijpen en weg te werken, of fouten te
herstellen.
Veel gevaarlijker zijn en blijven daaren
tegen de aanvallen der oranjehemden, die
met goed opengehouden aanvalsspel de ver
dediging der Belgen trachten te passeeren.
Een aanval over rechts, gevolgd door een
prachtigen voorzet van v. Nellen, wordt be
sloten met een keihard schot van Vente; via
de lat verdwijnt de bal hoog over het doel
in het publiek. Dat was pech. Dat had een
doelpunt kunnen zijn!
Joop van Nellen probeert het eens op z'n
eentje. Na een keurige soloren gaat zijn
schot rakeling naast. Ook aan den anderen
kant noteeren we enkele goede en gevaar
lijke aanvallen. Voorhoof schiet op een ge
geven moment tegen een been van Calden
hove, waarna de terugspringende bal door
Braine wordt naastgeschoten. Ook dat was
pech, want was de van dichtbij geschoten
bal goed gericht geweest, Halle had er niets
aan kunnen houden. Langzamerhand wordt
de strijd enthousiaster en vinniger. Van
eenig overdreven forsch of ruw spel is ech
ter absoluut geen sprake.
Vijf en twintig minuten zijn er ge
speeld, wanneer Vente zijn groote kans
krijgt, die hij dan ook dankbaar benut.
Smit, die als steeds ver naar achteren
gekomen is, heeft den bal keurig door
gegeven naar Bakhuijs; zwaar gehin
derd door een tweetal Belgen kan onze
midvoor zelf onmogelijk uit de voeten
komen, maar niettemin ziet hij toch nog
kans om den bal door te geven naar
den vrijstaanden Vente, die met een
keuri gen kopbal via den paal doelpunt
(1—0).
Na 25 minuten heeft Nederland dus
de leiding genomen.
Daverend toegejuicht door de geestdrifti
ge toeschouwers op de hooge tribunes, die
hun wensch in vervulling zien gaan, komen
de Oranjehemden in de volgende minuten
overwegend in de aanval. De Belgische ach
terhoede weet evenwel door haar uitsteken
de opstelling gevaarlijke situaties te voorko
men.
In het laatste kwartier voor de rust ko
men de Belgen weer iets meer in den aanval,
doch zoolang de spelers hun overigens fraai
uitgevoerd korte spel handhaven en als het
Puck van Heel
ware door de Nederlandsche achterhoede
probeeren te wandelen, zoolang is er voor
hen geen kans op succes. Vooral Caldenhove
valt op door zijn uitmuntend wegwerken en
ook Wilders brengt in talloos vele moeilijke
situaties redding.
Vermelding verdient een vliegend schot
van Braine, van waaruit de bal van den
paal in het veld terugspringt.
Vermelding verdient ook een keurige kop
bal van Voorhoof, door Halle met moeite uit
het doel gestompt en door Caldenhove weg
gewerkt.
Het Belgische overwicht eindigt kort voor
de rust, wanneer onze middenlinie er ein
delijk in slaagt het spel te verplaatsen; wel
doen Bakhuijs en Smit nog enkele energieke
pogingen om den voorsprong te vergrooten,
doch wanneer de rust aanbreekt, is in den
stand nog steeds geen wijziging gekomen.
De tweede helft.
Ook de tweede helft begint met een Bel
gisch offensief, dat evenwel op niets uit
loopt.
De Belgen spelen weliswaar individueel
een voortreffelijke partij voetbal, doch treu
zelen en schieten veel te slecht om ook maar
de geringste kans op succes te hebben.
De eerste corner op het Belgische doel
neemt Wels 11 minuten na de hervatting.
De bal wordt achter het doel geschoten.
Voor het Hollandsche doel zien we de twee
vleugelspelers eenige malen rakelings voor
bij het doel schieten.
Over het algemeen blijven de Belgen in
het veld iets sterker. Een doortastende voor
hoede zou ongetwijfeld al lang succes gehad
hebben, nu echter loopen de aanvallen op
onze verdedigingslinie dood. Caldenhove
vooral verzet bergen werk, dapper geassis
teerd door Wilders en in laatste instantie
door de middenlinie, waarin in het bijzon
der Anderiessen verdedigend goed werk
doet. Wanneer de Belgen zien, dat ze toch
niet door de Nederlandsche achterhoede kun
nen combineeren, probeeren Braine en
Voorhoof het nog maar weer een keer met
verre schoten, echter ook daarmede hebben
ze geen succes.
De Nederlandsche aanvallen blijven naar
mate het einde nadert minder talrijk dan
die der Belgen, echter zijn ze veel gevaarlij
ker, niet in het minst door het verrassende
element en de wijze, waarop zij worden uit
gevoerd.
De blessure van Bakhuijs blijkt te verer
geren, want steeds minder actief neemt hij
aan de aanvallen deeL
Vijftien minuten voor het einde weten de
Oranjehemden zich eerst aan het langdurige
overwicht der Belgen te ontworstelen en
ofschoon Wels en van Nellen het binnentrio
nog vele malen in staat stellen den voor
sprong te vergrooten, blijven de kansen ook
aan dezen kant onbenut.
Bakhuijs heeft intusschen steeds meer
pijn aan zijn enkel gekregen. Hij verdwijnt
tenslotte uit het veld en Nederland speelt
met 10 man verder.
De laatste minuten zijn tenslotte weer
voor de Belgen, die voor de laatste maal
probeeren door de hechte Hollandsche de
fensie heen te breken, hetgeen hun echter
Caldenhove
niet gelukt, al zijn hun pogingen dermate
energiek, dat de gevaarlijk situaties "oor den
Hollandschen doelmond den toeschouwers
nog eenige ernstige momenten bezorgen.
Halle grijpt eenige malen resoluut in, ook
in 'n hoekschop, in de laatste min. genomen,
wordt weggewerkt en terwijl Voorhoof en
Braine nog eenmaal trachten den hechten
verdedigingsmuur te breken, fluit scheids
rechter Argent tenslotte het einde, welk'sig-
naal voor het meerendeel der toeschouwers
een opluchting zal zijn geweest.
Bakhuijs
De spelers individueel.
Wanneer wij met het Nederlandsch elftal
beginnen, dan kunnen wij direct constatee-
ren, dat H a 1 le in het doel toch niet zoo n
moeilijk werk in dezen wedstrijd heeft ge
had. Wel schoten de Belgen vrij veel, doch
in de meeste gevallen vloog de bal over of
ver naast. Zijn optreden was zeer rustig en
betrouwbaar.
Wilders heeft goede en zelfs zeer goe
de momenten afgewisseld met minder be
trouwbaar optreden. Uit zijn spel blijkt dui
delijk, dat de Blauw-Witter nog geen inter
nationale routine heeft. Hem ontbreekt die
rustige zekerheid, welke in het spel van
Caldenhove ligt. Zijn opstellen was niet al
tijd juist, vaak dwaalde hij te ver van zijn
vleugel of liep onbeheerscht naar voren, op
een moment, dat hij beter een afwachtende
houding had kunnen aannemen. Nog veel
zal er in zijn spel moeten worden geschaafd,
wil het tot de hoogte van den D.W.S.-speler
komen. Zooals reeds gezegd, Caldenhove
was de beste achterspeler van het veld. Hij
was overal aanwezig, waar gevaar dreigde.
Talrijke malen brak hij de Belgische aan
vallen, redde zich uit moeilijke posities en
slaagde er dan nog in den bal goed af te
geven. Geen foutje hebben wij in zijn spel
kunnen ontdekken, met uitzondering wel
licht van het moment, in de tweede helft,
toen hij zich „vergiste" en Voorhoof onzacht
tegen den grond werkte!
Anderiessen was dezen keer de beste
uit de Nederlandsche middenlinie. Vooral in
de eerste helft heeft hij voortreffelijk ge
speeld, niet alleen op destructieve wijze,
maar ook in opbouwenden zin. Hij slaagde
er in het tempo tot het einde vol te houden,
doch toegegeven dient te worden, dat hij in
zijn taak gesteund werd door het „zwer-
verswerk" van Smit.
Pa au we legde zich vrijwel voortdurend
toe op het dekken van den gevaarlijken
van den Eynde. In dat opzicht heeft de
Feijenoordspeler uitstekend werk laten zien,
doch het was verklaarbaar, dat van zijn
voedende taak dimaal minder terecht kwam.
Onze rechtervleugel kreeg van Paauwe dan
ook niet zooveel toegespeeld, in de meeste
gevallen ging Vente het leder zelf halen of
waren Bakhuijs of Smit het, die Wels den
bal toespeelden.
Van Heel is in zijn record wedstrijd niet
opgevallen. Slechts zelden kon men van
zijn vroegere fraaie technische staaltjes ge
nieten. Ook in snelheid schoot hij aanmerke
lijk tekort, doch zijn kijk op het spel, zijn
opstellen in het veld, zijn routine redden
hem uit menige benarde situatie.
?7a ioluik'savonds
toe l/t uur vóór zonsopgang
zijn geluidssignalen verbo
den: knippert dan met de
koplichten als attentiesein!
GELU/DSS/GffAAL VERBODEN l
Kick Smit
10 minuten
In de voorhoede was Smit de ster. Zijn
terugkeer in 't elftal betee-
kende inderdaad een groo
te aanwinst voor de ploeg.
Ondanks het feit, dat hij
overal was, hebben we
hem echter geen schot zien
lossen, daar hij daartoe
vrijwel geen enkele gele
genheid heeft gehad.
Over het spel van Bak
huijs is moeilijk een oor
deel te vellen. Indien wij'
niet wisten, dat hij reeds na
door een trap hinder van een oude blessu
re had gekregen, en zich daardoor niet ge
heel meer heeft kunnen geven, zouden wij
zeker geschreven hebben, dat zijn totaal
prestatie slechts matig was geweest.
Nu ontbreekt echter elke mogelijkheid tot
vergelijking en critiek.
Wels speelde niet een van zijn beste
wedstrijden. Af en toe deed hij goed werk
met zijn afgemeten voorzetten, doch wij
hebben den kleinen rechtsbuiten wel heel
wat betere wedstrijden zien spelen. Met
Vente kon hij het goed vinden, doch vaak
waren zijn voorzetten te dicht op doel of
kwamen zij f achter het binnentrio terecht.
Van Nellen was veel gevaarlijker,
heeft enkele uitstekende kansen tot scoren
gehad, maar was daarbij verre van geluk
kig. Smit speelde hem vele ballen toe. doch
onze linksbuiten zocht het te veel in indivi
dueel werk.
Tenslotte Vente, die in het oude milieu
was teruggekeerd en zich daar zeker op zijn
plaats voelde. Hij heeft zeer hard gewerkt,
was de doorzetter in de voorhoede, schoot
enkele malen raak, doch keeper Badjou
toonde zich zeer betrouwbaar. Zijn schot te
gen de lat verdient vermelding, evenals
zijn magnifiek doelpunt.
Nadat Bakhuijs was uitgevallen, ging de
Feijenoordspeler op de midvoorplaats staan
en zooals te begrijpen viel, voelde hij zich
daar ook goed thuis.
In het Belgische elftal heeft keeper Bad
jou enkele moeilijke schoten van Bakhuijs
en Vente op uitstekende wijze gehouden.
Aan het doelpunt kon hij weinig doen.
De beide backs Paverick en Joacim
waren snel bij het starten, grepen stevig en
betrouwbaar in. Aan het achtertrio van Bel-
gie heeft het zeker niet gelegen. De midden
linie bestaande uit Dalem, Stijnenende
Winter was in Antwerpschen vorm. Het
aangeven was niet altijd even zuiver, doch
overigens heeft de linie bergen werk ver
zet.
De voorhoede was vooral in de tweede
helft zeer actief. Ditmaal was Voorhoof
de beste van het vijftal. Hij was de felle
doorzetter en zijn kopbal in de eerste helft,
vlak onder de lat, was een staaltje van durf.
Braine was weer de prachtige verbin
dingsspeler en ditmaal heeft hjj zelf ook
verscheidene kansen gehad. Wij herinneren
aan zijn schot tegen den paal. Toch heeft hij