ABDIJSIROOP
Koning Christiaan X regeert 25 jaar.
tBitutmland
Een Kaning, die eiken morgen zijn volk goeden
dag komt zeggen.
Jubileumgeschenken.
ANECDOTEN.
Verkoudheid,
hoest, bronchitis
AKKER's versièrkte
Wissellooper van f 2800
beroofd.
Glimlaohje
i
In het land van Andersen begint elke dag
lnet iets, dat in dezen boozen tijd een
Sprookje lijkt. Dan rijdt de koning te paard
ee stalpoort van zijn paleis uit, rijdt hij in
8e lange officiersjas, 't blauw-witte huza-
ïenmutsje 'n tikje scheef op het zon-ge-
bruinde hoofd, zonder gevolg, zonder één
oppasser zelfs, op een fier zwart paard door
8e ochtend-drukke straten om zijn volk
goedenmorgen te zeggen. Het gaat over
breede boulevards, waar de hoeven vroolijk
over 't asfalt klepperen tusschen langs-zoe-
yande auto's en voorbij-glijdende trams,
door oude, stille straten, waar 't stapvoets
8%at over de hobbelige keien, door drukke
.winkelstraten vol fietsers, die zich bellend
naar kantoor of school spoeden. Wisselt dan
het verkeerssein van groen en rood, dan
moet de koning natuurlijk evengoed wach
ten als de fietsers en de chauffeur en 't kan
dan zijn, dat hij, den bles op den glanzenden
hek klappend, een bewonderende opmer
king van een martialen koetsier van een
bierwagen van Carlsberg, die naast hem de
teugels inhoudt, beantwoordt met woorden
.van lof over diens prachtige tweespan. En
Soed een uur lang rijdt de koning zoo rond
door de stad vol ochtend-rumoer en velen
feroeten hem, de bakker tikt even tegen z'n
pet, 't schoolmeisje zakt lichtjes door in de
knieën, de gepensionneerde officier gaat
Voor zijn vorst stram in de houding staan en
ontbloot zijn hoofd en zegt „Goeden morgen,
majesteit", wat Zijne Majesteit met een dui-
Öelijk „goeden morgen" beantwoordt, terwijl
bij salueert, zooals hij wat later ook vrien
delijk glimlachend salueeren zal voor het
blonde typistetje op een kantoor vlak bij het
paleis, dat eiken morgen met een knikje
over haar schrijfmachine heen haar koning
groet.
Het lijkt een sprookje, maar dan een
Sprookjes dat waar is en daardoor ook wel
eens een minder sprookjesachtigen kant kan
hebben, zooals een week of wat geleden,
toen het paard van koning Christiaan schrok
Ven een dichtsmakkend autoportier, steige
rend uitgleed op de tramrails en opzij viel.
Iemand greep het trappelende paard bij het
hoofdstel en werd een eind mee de straat
over gesleurd; de koning, die een paar meter
weg was geslingerd, klopte zijn jas af, wreef
even zijn schouder, kalmeerde het paard,
stapte in den stijgbeugel en reed door alsof
er niets was gebeurd, na tegen den chauf
feur, die 't portier dichtgesmakt had, de op
merking gemaakt te hebben, dat paarden
levende wezens zijn en dus ook kunnen
schrikken. Den volgenden morgen wachtte
een persfotograaf den konng op om een
kiekje te maken. Hij kreeg nog een inter
view op den koop toe, althans de mededee-
ling van den koning, dat het den vorigen
dag maar een haar gescheeld had of 't was
mis gegaan, dat die schouder nog wel wat
pijn deed en dat 't paard een bést paard was.
Nog eens eerder, in 1920, was de morgen-
rit van koning Christiaan niet zoo sprook
jesachtig als die nu lijkt. Er was een conflict
gerezen tusschen den koning en zijn mi
nisters, het broeide in de hoofdstad en er
hadden relletjes plaats, er was een sterke
opinie voor invoering van de republiek en
de toestand werd in hofkringen zoodanig
geacht, dat men er krachtig bij den koning
op aandrong niet uit te rijden, zich niet al
leen op straat te begeven. Maar hij maakte
zijn morgenrit zooals altijd, alleen met zijn
paard door de drukke straten van Kopen
hagen en ook nu groetten velen hem. Dat
conflict is vrij spoedig bijgelegd.
Eenigen tijd later, in de eerste dagen van
Juli, reed koning Christiaan op een schim
mel de vroegere Zuidgrens over en het nu
met Denemarken hereenigde Noord-Slees-
wijk binnen met een meisje, dat hem bij
den ouden grenspaal bloemen had aange
boden, voor zich in het zadel. Dat beeld, dat
haast symbolische beeld van het met zomer
bloemen behangen witte paard met den ko
ning van Denemarken en het jonge, blonde
kind van Noord-Sleeswyk, is allen Denen,
die deze groote, vreugdevolle gebeurtenis
meegemaakt hebben, voor altijd in het net
vlies geëtst. En niemand denkt er nu nog
ernstig aan „Kong Christian" af te zetten
en de republiek in te voeren.
De eerste, die koning Christiaan X van
daag zal gelukwenschen met zijn vijf-en-
twintig-jarig regeeringsjubileum is de so
ciaal-democratische premier Stauning, die
indertijd waarschijnlijk ook overtuigd repu
blikein is geweest, maar nu eerlijk en uit den
grond van zijn hart den koning kan geluk
wenschen en huldigen. Het is nog niet zoo
lang geleden, dat Stauning in een sociaal
democratische publicatie uiteen zette, dat de
tijden zoodanig veranderd zijn, dat men de
constitutioneele monarchie een der waar
borgen voor de democratie moet achten. En
hij herhaling heeft Stauning ook getuigd van
zijn groote waardeering en zijn diep ver
trouwen in dezen vorst, met wien hij nu al
meer dan tien jaar als premier zeer nauw
én zeer aangenaam heeft samengewerkt.
Ben kwart eeuw regeerder.
Vijf-en-twintig jaar heeft koning
Christiaan nu over Denemarken geregeerd,
vijf-en-twintig jaren, die veel moeilijkheden
brachten en waarin Denemarken in vele op
zichten een belangrijke ontwikkeling heeft
endergaan. 5 Augustus 1914 moest de kwestie
van mijnversperringen in de Groote Belt
onverwijld beslist worden en koning Chris
tiaan greep toen in en bewees zijn land
daarmee een moeilijk te overschatten dienst.
Het volgende jaar werd de belangrijke
grondwetswijziging doorgevoerd, waarbij de
Deensche vrouwen kiesrecht kregen; vijf jaar
later volgde op de dreiging van een alge-
meene staking de vreugde over de herwin
ning van het grensland Noord-Sleeswijk en
het is vooral in dat moeilijke èn vreugde-
Christiaan X.
volle jaar 1920 geweest, dat koning Chris
tiaan de warme sympathie veroverde van
zeer velen, die voordien vrij koel of afwij
zend tegenover hem hadden gestaan. Men kan
nu zeggen en zulks heelemaal niet omdat
er nu een jubileum gevierd wordt, maar
zonder de waarheid te kort te doen dat
maar weinigen in Denemarken den koning
geen genegenheid toedragen, dat hij bij zoo
goed als zijn geheele volk geliefd is.
Het gemoedelijke, dat voor een buiten
lander licht iets van gemeenzaamheid zou
kunnen hebben, wanneer hij de Denen en
hun koning niet kent bevalt de gewone,
gemoedelijke menschen van dit lage land
van weiden en water en akkers en bosschen.
Zij vinden het sympathiek, dat de koning in
zijn jonge jaren als gewoon soldaat bij de
garde begonnen is, als de andere soldaten
van de garde stram als een tinnen soldaat
op wacht gestaan heeft voor het paleis, waar
hij nu in woont en toen eens, evenals zijn
wapenbroeders, een blinkend twee-kronen-
stuk gekregen heeft van een Russischen
grootvorst, die op bezoek kwam en de jon
gens van de wacht ook graag wat gunde. De
Denen houden er van, dat hun koning elk
jaar weer met zijn witte jacht „Dannebrog"
door zijn kleine waterlandje reist om er in
stadjes en dorpjes als de officieele ontvangst
met toespraken, muziek en zang afgewerkt
is, alleen of met koningin Alexandrine eens
rond te' gaan kijken, eens binnen te stappen
bij een ouden boer of een praatje te maken
met menschen, die op 't land aan 't werk
zijn. En 't doet hun hart goed, dat hun koning
ook van tooneel en muziek, ook van zeilen
en fietsen en van 't bijwonen van voetbal
wedstrijden houdt. Maar men weet ook, dat
koning Christiaan zich loyaal en strikt aan
de rechten én de plichten van den constitu-
tioneelen monarch houdt. En dat is voor de
Denen een belangrijk ding.
Het is een beetje afgezaagd een koning
landsvader te noemen, maar als één koning
dien naam verdient, dan is koning Chris
tiaan van Denemarken dit zeker. HU heeft
iets heel vaderlijks, deze lange, nu 67-jarige
koning met zijn ernstige en toch vriendelijke
gelaat, dat gebruind is van 't veel buiten
zijn, deze koning, die zooals ik al vertelde
daar eiken morgen zijn volk goedenmorgen
gaat zeggen, die zich vaak onder de men
schen beweegt, hun leven met al zijn nooden
en vreugden mee-leeft voor zoover een
koning dat kan, die ook een enkele maal van
het balkon van zijn paleis een toespraak
houdt, welke dan gemakkelijk overgaat in
een samenspraak tusschen den vorst en zijn
volk, waarbij dit laatste in koor met ja en
nee pleegt te antwoorden en op vragen als
„vinden jullie dit ook niet" of „zullen we nu
maar zóó doen?"
Koning Christiaan staat dicht bij zijn volk,
en dit volk draagt hem een warm hart toe.
Daarom zullen de feesten, die met Pink
steren ter gelegenheid van het zilveren
regeeringsjubileum gevierd staan te worden,
grootsche, algemeene volksfeesten zijn. Uit
heel het land stroomen geschenken en giften
toe, een picnickoffer voor het nieuwe zeil
jacht „Rita", zeven paarden, een centrale
verwarming voor een der paleizen in de
provincie, geld voor kinderspeelplaatsen in
de hoofdstad, een fiets, zilverwerken, schil
derijen en zoo veel meer. Kopenhagen
wordt versierd en geïllumineerd als nimmer
te voren, er zullen grootsche plechtigheden
«n feestelijkheden zijn, er staat een rit door
de stad op 't programma en een fakkelop
tocht van duizenden studenten langs Chris-
tiansborg, waarna de koning ook ditmaal
zijn volk zal toespreken. En in den nacht
van Zaterdag op Zondag, als de officieele
feestelijkheden ten einde zijn, blijft Tivoli
open, gaat het feest door, wordt er gedanst
rond den Meiboom voor het Raadhuis tot
het Pinksterzonnetje over de blauwe Sont
opgaat.
Ontelbaar zijn de anecdoten,die op
den langen weg van zijn 25-jarige regeering
ontstaan zijn. De meest beroemde geschie
denis, die bovendien waar is, toont hem als
een man, die de waardigheid van zijn positie
zeer wel met humor en geest weet te veree-
ni®en- U J
De koning hoorde, toen hij eens aan boord
van zijn jacht ging, een» buitenlandsche tou-
riste tot haar begeleider zeggen: Mooi is hij
niet. Daarop wendde de koning zich lachend
tot de jongedame en zeide vriendelijk in
haar eigen taal: Maar hij hooft goed! Over
iets dergelijks zijn de Denen natuurlijk ver
rukt en voor een geestigen zin moeten alle
eventueele „revolutionnaire" neigingen het
veld ruimen.
Bij deze populariteit, welke ertoe geleid
heeft, dat de koning principieel, wanneer er
over hem gesproken wordt, slechts by den
voornaam wordt genoemd, is het natuurlijk
dikwijls moeilijk, het noodzakelijke respect
voor de autoriteit van het regeerende huis
te bewaren. Maar koning Christiaan is een
meester in deze kunst. Kort geleden werd
hij by het slot Kronborg aangerand door
een brutaal Deentje, dat hem om zijn auto
gram vroeg. De koning antwoordde het
knaapje vriendelijk, maar met een ernstig,
onbewogen gezicht:
Ik kan helaas niet schrijven, mijn jon
gen.
Reeds als jonge prins had Christiaan ge
legenheid, zijn handigheid in den omgang
met het volk te toonen. Bij een manoeuvre
in Jutland, waaraan Christiaan als soldaat
deelnam, kwam hij in gesprek met een ouden
boer. De oude rookte zijn pijpje en keek vol
belangstelling naar de militaire oefeningen.
Nadat de prins en de boer een tijdje naast
elkaar hadden gestaan, vroeg de oude in het
schoonste Jutlandsche dialect:
Wat doe je eigenlijk hier? Je ziet er
niet uit, alsof je van het land komt.
Neen, antwoordde de prins, dat is ook
zoo. Ik ben Kopenhager.
Zie je nu, dat had ik wel gedacht. En
wat doet je vader in Kopenhagen?
Die heeft een heel goede positie.
Verdient hij dan veel?
Ja, daarover heeft hij niet te klagen.
Nu, zoo besloot de boer tevreden het
gesprek, dan kan hij rustig lachen, waarop
Christiaan ernstig zeide:
Ja, misschien hebt u gelijk.
Onvergetelijk is voor den buitenlandschen
toeschouwer, die twee jaren geleden de
feestelijke opening van de Kleine Beltbrug
bijwoonde, de vreugde, welke op het gelaat
van. den koning te lezen was, toen de tien
duizenden aan de groene oevers van den
Belt bij het zien van Christiaan in luid
gejuich uitbarstten. Het koninklijke lachje,
dat den velen officieelen hoogwaardigheids-
bekleeders by de begroeting geschonken
werd, stak daarbij sterk af
Het aegeeringsjubileum zou niet Deensch
zijn, indien er niet reeds by de organisatie
verschillende kleine „ongevallen" waren
voorgekomen. Met de voorliefde voor groote
woorden, die de Kopenhager nu eenmaal
heeft, heeft een kleine filmonderneming een
„cavalcade" gedraaid, een historische film,
die uit oude en actueele opnamen van het
leven van den koning samengesteld is.
Vriendelijk merkte de pers hierbij op: „....dat
men hierbij met 'n soort majesteitsschennis
te doen heeft, die strafrechterlijk niet kan
worden vervolgd". Maar zooiets bederft de
feestvreugde niet, de stad Kopenhagen zal
al haar lampen aansteken „wat zal dat nu
weer kosten" op de grachten zullen ge-
illumineerde booten varen een deel zal
zonder twijfel omslaan en bij talrijke ge
legenheden zal een deel van de burgers de
mogelijkheid krijgen, op een prominente
plaats aan de feestelijkheid mede te werken,
een ander deel zal ziek zijn, omdat het niet
uitgenoodigd is en daarom verklaren, dat het
veel liever met de „groote massa" feestviert.
Het zal alles echt-Deensch en vroolijk
worden.
LANDDAG MIDDENSTANDS
JONGEREN.
Op den tweeden Pinksterdag zullen de
bij den Koninklijken Nederlandschen Mid
denstandsbond aangesloten jongerenorga
nisaties wederom haar landdag houden
ditmaal te Apeldoorn.
vorderd tot gezantschapssecretaris der le
klasse en vertrok na korten tijd uit St.
Petersburg om verbonden te worden ach
tereenvolgens aan de Nederlandsche ge
zantschappen in Weenen en Berlijn.
Op 9 Februari 1907 werd hij benoemd
tot zaakgelastigde te Tanger en werd'hem
tevens den persoonlijken titel van buiten
gewoon gezant en gevolmachtigd ministeT
verleend.
Ridder van Rappard bleef tot 1913 onze
belangen behartigen in Tanger. Toen ging
hy als minister-resident, eveneens met
den persoonlijken titel van buitengewoon
gezant en gevolmachtigd minister, naar
Washington, waar hy tevens geaccredi
teerd werd bij de regeeringen van Mexico
en Panama en later ook bij die der repu
bliek Cuba.
In 1917 volgde de benoeming van Ridder
van Rappard tot buitengewoon gezant en
gevolmachtigd minister, aanvankelijk
werkzaam op het departement van buiten
landsche zaken en later als zoodanig bij de
regeeringen van Denemarken en Noor
wegen, met standplaats Kopenhagen.
In 1922 werd het ambtsgebied van on
zen gezant nog uitgebreid, toen hij ook
geaccrediteerd werd bij de regeeringen
van Estland, Letland en Lithauen. In 1936
kwam in dezen toestand echter weer een
wijziging en werd hy Nederlandsch ver
tegenwoordiger alleen bij het Deensche
hof.
De heer Van Rappard was in Kopen
hagen een zeer geziene figuur. Hy was
deken van het diplomatieke corps in de
Deensche hoofdstad. Voor de Nederland
sche belangen in Scandinavië heeft hij
zeer veel gedaan. Vooral in de laatste
jaren met de vele handelsbesprekingen en
handelsmoeilykheden heeft de heer Van
Rappard steeds met kracht de Nederland
sche belangen verdedigd.
en de gevaarlijke gevolgen daarvan.
Sommige menschen, die wat vatbaar zijn op
borst en keel denken, dat het nu eenmaal
hun lot is 's winters te moeten hoesten,
kuchen, hijgen en benauwd op de borst te zijn.
Indien OU tot diegenen behoort, probeert dan
eene de nieuvre veretèrkte Akker's Abdijsiroop
die honderdduizenden hun levene-blUheld heeft
teruggegeven. Reeds naenkele lepels bemerkt Oe
dat dit middel U werkelijk zal kunnen helpen.
De alUm, die op de borst drukte, en U benauwd
maakte, komt gemakkelUk los, de hoestbuien woe
den zeldzamer, lichter en verdwUnen, Uw adem
haling wordt weer diep en gerulschloos an de
slijmvliezen van Uw borst en keel worden versterkt.
De planten-extracten en de codeïne, de grootst,
hoest-bedwlnger. maken de nieuwe veretèrkte
Abdijsiroop tot ,.'s Werelds béste Hoest-elroop1',
Verlaagde prtjzenf0.76,11.26. 12.-. f 8.60 p. flacon
HET KERKELIJK GESCHIL
TE ELLECOM.
Uiteenzetting van ds. M. de Zwaan.
Het bekende kerkelijke geschil, dat
reeds sinds enkele jaren hangende is
tusschen de Ned. herv. gemeente te Elle-
com en graaf Benitinck van Middachten
over het eigendomsrecht van het kerkge
bouw en de kerkelijke goederen, heeft een
nieuwe wending genomen.
De kerkvoogdij had n.1. onlangs den
plaatselijken predikant ds. M. de Zwaan
gemachtigd zelfstandig met graaf Bentinck
over deze aangelegenheid te onderhande
len. Dezer dagen nu heeft ds. de Zwaan
medegedeeld, dat hij de volmacht aan de
kerkvoogdij moest teruggeven, omdat hij
met Middachten het niet kon eens worden
over de richting, waarin de onderhan
delingen moesten worden geleid.
In een circulaire aan de gemeenteleden
heeft ds. de Zwaan dit besluit nader ge
motiveerd.
in
Overval op eenzamen weg
Limburg.
Gistermiddag is op een eenzamen
weg tusschen Hoensbroek en Heerlen
de ongeveer veertigjarige wisselloo
per van de Twentsche Bank te Heer
len, Houbens, door twee onbekende
mannen beroofd van een bedrag van
2800 gulden.
Zy trokken hem van zijn fiets, ga
ven hem met een gummistok een klap
op 't hoofd en dreigden hem met een
revolver, waarop de aangevallene
noodgedwongen den mannen zijn por
tefeuille gaf, welke behalve het ge
noemde geldsbedrag, een aantal wis
seis bevatte.
De bandieten maakten zich daarop
snel uit de voeten. De wisellooper
alarmeerde onmiddellijk de politie
van. Hoensbroek, die een uitgebreid
onderzoek instelde. De portefeuille
werd later op een stuk land terugge
vonden. De wissels en een bedrag van
ruim twee gulden had men er in laten
zitten.
ONZE GEZANT IN DENEMARKEN.
Verlaat den diplomatieken dienst.
Naar wij vernemen ligt het in het
/oornemen van den Nederlandschen
gezant te Kopenhagen, W. L. F. C.
Ridder van Rappard, binnenkort ont
slag uit den. diplomatieken dienst te
vragen.
Zyn levensloop.
Ridder van Rappard heeft tal van jaren
deel uitgemaakt van het corps van Neder
landsche diplomaten en ons land op vele
belangrijke posten op waardige wijze ver
tegenwoordigd.
Hij werd in 1866 in Zutphen geboren en
studeerde aan de Leidsche Universiteit in
de rechtsgeleerdheid. Toen hij zijn can-
didaatseamen had gedaan trad hy in den
diplomatieken dienst en ging in 1895 als
attaché naar Brussel. In 1898 werd hij
bevorderd tot gezantschaps-secretaris der
2e klasse en ging als zoodanig, na eerst
eenigen tijd op het departement van bui
tenlandsche zaken gewerkt te hebben,
naar St. Petersburg. In 190C werd hij 'be-
BOND VAN WERKLOOZE
ONDERWIJZERS OPGERICHT.
Op een te Stadskanaal gehouden vergade
ring werd opgericht de Nederlandsche Bond
van werklooze Onderwijzers. Deze bond
stelt zich ten doel, verbetering te scheppen
in de vooruitzichten van de jonge onder
wijzers, speciaal ten aanzien van het insti
tuut „Kweekeling-met-acte", getracht zal
worden, alle werklooze onderwijzers, van
het openbaar zoowel als van het bijzonder
onderwijs in een grooten bond onder te
brengen, teneinde sterker te staan tegenover
het thans ten opzichte van de kweekeling-
met-acte meer en meer gevolgde systeem.
Als secretaris werd benoemd de heer K.
Geertsema te Stadskanaal, besloten werd tot
't doen oprichten van zooveel mogelijk plaat
selijke vereenigingen. Voorts werden een
reglement en een contributie-regeling vast
gesteld. De bond zal trachten, haar doel te
bereiken, door contact te zoeken met de hier
voor in aanmerking komende politieke par
tyen.
KIND DOOR KOKEND WATER
ERNSTIG GEWOND.
Gistermiddag heeft in een woning aan
de Frederikstraat te Den Haag een 3-
jarige jongen, D. de J., een teil met heet
water omgetrokken, waardoor hij ernstige
brandwonden opliep.
Het ventje is door den geneeskundigen
dienst naar het ziekenhuis naar den Zuid-
wal vervoerd.
RADIO EN POLITIEK.
Verkiezingsredevoeringen in den
aether?
Het Tweede Kamerlid Krijger (s.d.a.p.)
heeft aan den minister van binnenlandsche
zaken de volgende vragen gesteld:
1. Is de minister bereid mede te deelen
of de in het radio-contróle-reglemenit be
doelde preventieve en repressieve contróle
is uitgeoefend op de redevoeringen en de
daaraan voorafgaande en daarop gevolg
de toespraken van den voorzitter, ter
vergadering van den Nederlandschen Bond
van Jongelingsvereenigingen op Gerefor
meerden. grondslag, gehouden op 6 Mei j.1.,
voor zooveel bekend was of kon worden
verwacht, dat die redevoeringen en toe
spraken zouden worden gehouden?
2. Indien die controle noch preventief
noch repressief is uitgeoefend, is de mi
nister dan bereid mede te deelen:
a. wat daarvan, de redenen zyn, en
b. of hij bij nadere overweging, en ge
let op reeds publiekelijk ter zake geuite
bezwaren, niet van oordeel is, dat van de
gelegenheid om ongecontroleerd het ge
sprokene uit te zenden of te doen uit
zenden een veel ruimer gebruik is ge
maakt dan, met het oog op den inhoud van
gedeelten der redevoeringen en toespra
ken, toelaatbaar is te achten en, in aan
merking genomen de bekendheid bij de
sprekers van de voor de uitzending ge
stelde normen en richtlijnen, in redelyk-
heid mocht worden aangenomen?
3. Indien de controle wel is ""ge
oefend, is de minister dan bereid mede te
deelen:
a. op grond van welke overwegingeri.
zijn toegelaten de gedeelten in de bedoel*
de redevoeringen en toespraken, welke
een uitgesproken partij-politiek en poli»
tiek-propagandistisch karakter droegen en,
althans ten deele in direct verband story
den zoowel met de verkiezing op 26 Mal
a.s. als met de politieke beginselen an
houding van twee leden van den raad van
ministers, en
b. indien de bedoelde gedeelten van de
redevoeringen en toespraken zijn uitge
sproken in afwijking van den goedgekeur-
den tekst, of dan de omroepvereeraiging,
die het aangaat, ter verantwoording zal
worden geroepen, en hoe dan het oordeel
van den radioraad luidt?
4. Is de minister bereid, nu in ruimen
kring wordt gevoeld dat door de hierboven
bedoelde redevoeringen en toespraken een
bepaalde politieke party in de verkiezings
actie een bevoorrechte positie heeft ver
kregen, te bevorderen, dat het rechtsge
voel worde bevredigd door andere poli
tieke partijen vóór 26 Mei a.s. gelegenheid
te geven voor de microfoon te spreken
over de beteekenis voor ons volk van de
beginselen, die zij voorstaan en, desge»
wenscht, over de beteekenis van hun over
leden of nog in leven zijnde leiders en van
hun lijstaanvoerders?
DE NED. BAKKERIJ-STICHTING.
Meenings verschillen omtrent doel,
trak en werkwijze.
Na de afwijzing door den minister van
de door de Nederlandsche bakkerij stich
ting ter verbindendverklaring ingediende
ondernemersovereenkomst voor het Am-
sterdamsche bakkersbedrijf nam deze stich
ting het besluit een nieuwe overeenkomst,
echter thans zonder een prijszetting het
veel omstreden punt in te dienen en
daarop de verbindendverklaring van den
minister te vragen.
Alvorens dit geschied was, was echter
reeds gebleken, dat er onder de oprichters
der stichting geen eenheid van meening
bestond over de wy'ze waarop de Neder
landsche bakkerij stichting haar taak na de
ondervonden tegenslag moest gaan vervul
len en omtrent de, in verband met de ge
wijzigde omstandigheden door alle belang
hebbenden noodzakelijk geachte innerlijke
reorganisatie dier stichting.
Toen ondanks deze innerlijke tegenstrij
digheden de nieuwe ondernemersovereen
komst door het bestuur der stichting bij
den minister werd ingediend, heeft de
economische raad op de clearing van be
langhebbenden als eisch gesteld, dat eerst
vast zoude staan hoe de stichting in de
toekomst zou zijn samengesteld en op wel
ke wijze zy in verband daarmede haar
taak zou vervullen, alvorens het advies
aan den minister kon worden uitgebracht.
Aangezien thans gebleken is, dat over
brugging van de bestaande meeningsver-
schillen bezwaarlijk kon worden verwacht,
heeft de Nederlandsche vereeniging van
werkgevers in het bakkersbedrijf zich tot
de vaste commissie uit den economischen
raad gewend met een schrijven, waarin
hierop wordt gewezen.
Je moet in 't bad!
Ik zou je danken!.... daar
heeft niks van in het vonnis ge
staan!