Buitenbijts 8 DIENST VROUWEN-VREDESGANG. feuilleton ALKMAARSCHE COURANT van WOENSDAG 19 MEI 1937 Binnenland Indrukwekkende plechtigheid te Utrecht Bruikbaar tot het laatst Ceta-Bever Bondsvergadering Kon. Ned. Middenstand. liet prinselijk paar te Londen terug. 13) - Een groote schare van vrouwen is giste ren naar Utrecht gekomen om getuigenis af te leggen van haar ernstige gezindheid voor den vrede en om anderen op te wek ken zich over het vraagstuk van oorlog en vrede te bezinnen. In twee stoeten, tezamen ruim 10.000 vrouwen tellend, trokken zij in diepe stilte door de stad, met zich voerend een groot aantal spandoeken met het woord „Vrede" en allen getooid met witte bloemen of witte strikjes. Tal van extra- treinen kwamen met deelneemsters aan het Maliebaanstation aan. Om half drie werd in de Maliebaan een „Vredesduif* los gelaten, waarna twee minuten stilte in acht genomen werd. In den stoet liepen deputaties van ver schillende vereenigingen mee, evenals de putaties uit het buitenland. Onderweg werd de optocht door drie deputaties verlaten. Eén begaf zich naar het stadhuis om het gemeentebestuur dank te zeggen voor de ontvangst. De andere gingen resp. naar de Nederlandsche regeering en naar het Vredespaleis. De beide laatsten boden aan de betrokken instanties een adres aan, waar in de Nederlandsche vrouwen uitspreken te blijven vertrouwen op de overwinning van recht en menschelykheid en waarin zij ver zoeken nog krachtiger te willen streven naar een oplossing der geschillen tusschen de volkeren door internationale samen werking op grondslag van een krachtiger werkenden Volkenbond. Omstreeks vier uur werd in het jaar beursgebouw een slotbijeenkomst gehouden, waar mevr. E. J. MioleeRiem Vis uit Haar lem dank bracht aan de vele Nederland sche vrouwen, alsmede ook aan de buiten- landsche vertegenwoordigers voor hun aan wezigheid, terwijl zij verklaarde, dat de wensch der vrouwen uitgaat naar: eerbied voor het leven. Mevr. Dogi BouwmeesterRugani uit Amsterdam verklaarde, dat de vrouwen de nederige voorbcreidsters van den algeheelen wereldvrede willen zijn. Voorts werd nog het woord gevoerd door mevr. Marianne Philips uit Bussum en mevr. RosVrijman uit Den Haag. Mevr. C. van 't LamTeepe uit Overveen sprak een slotwoord, waarin zij de vrouwen opriep vredes-propagandiste te blijven in woord en daad, opdat bet volgend jaar bij den 5den vrouwen-vredesgang het aantal betoogsters verdubbeld zij. Buitenlandsche vertegenwoordigsters uit België, Frankrijk, Zwitserland en Engeland hebben de deelneemsters ook nog toege sproken. Deputatie bij den minister. Men meldt ons uit Den Haag: Een deputatie namens het centraal-comité voor den Vrouwen-vredesgang, welke gis teren te Utrecht is gehouden, heeft gister namiddag te half vijf ten departemente van Buitenlandsche Zaken een adres aan minis ter de Graeff aangeboden. De leidster van deze uit zes vrouwen be staande deputatie, mej. E. H. Piepers uit Bilthoven, heeft daarbij een kort woord tot den minister gesproken. Het is zoe zeide zij heden voor de vierde maal, dat de vrouwen van Nederland zich in grooten getale vereenigd hebben in haar vredesgang om stille getuigenis af te leggen van haar ernstigen wil tot vrede. Wij weten maar al te goed, dat onze vredesgang zelf den vrede niet nader brengt, maar door deze demonstratie, welke in verschillende landen navolging heeft gevonden, hopen wij ook bij anderen den ernstigen wil op te wekken om den vrede te bevorderen en den oorlog uit te bannen. Eerst als allen zonder onderscu-:J van ge loof of politieke overtuiging -• taak voor oogen stellen, zal lv zijn strijd, welke door wapen wor den beslist, op vreedzame op te lossen. De ontwapeningsconferentie te Genève is uitgesteld tot eind dezer maand. We richten aldus spreekster tot onze regeering het eerbiedig, doch dringend verzoek, de Neder landsche afgevaardigden de opdracht mede te geven, met klem aan te dringen op ver mindering en beperking van bewapening door internationale overeenstemming, en op het tegengaan van het maken van winst door de wapenindustrie. Nog altijd hopen en vertrouwen we, dat de Volkenbond eens het machtige lichaam zal worden, waartoe alle volken zich wenden bij voorkomende geschillen en by welks uitspraak men ge dwongen is zich neer te leggen. Ook hopen we dat onze regeering met volle kracht zal willen medewerken aan een reorganisatie van den bond, waarbij deze sterker wordt door een meer doeltreffende organisatie voor collectieve veiligheid en wederkeerigen bijstand. Spreekster eindigde met de hoop, dat de minister deze wenschen van de vrouwen en moeders van Nederland zal willen over brengen aan onze regeering. Minister de Graeff heeft daarop met eeni- ge vriendelijke woorden het adres in ont vangst genomen. Een andere deputatie. Op hetzelfde tijdstip arriveerde een depu tatie, onder leiding van mej. Selma Meijer en eveneens bestaande uit zes vrouwen, bij het Vredespaleis, waar aan den voet van het beeld „De Christus van den Andes" bloe men werden neergelegd. De deputatie zou hierna ontvangen wor den door den president van het Permanente Hof van Justitie, den heer Guerrero. De zitting van het hof ter behandeling van de Nederlandsch-Belgische procedure was echter reeds begonnen. De deputatie heeft deze zitting vervolgens bijgewoond om na afloop door den president te worden ontvangen. Mej. Selma Meyer hield in het Engelsch een korte toespraak, waarin zy o.m. op merkte, dat juist in het licht van dezen tijd een afvaardiging als deze van zoo groote beteekenis is, omdat het wereldgerechtshof als rechtsprekend lichaam van den Volken bond toch één der organen is, welke zijn ge sticht om de geschillen tusschen de volkeren te beslechten. Niet door ruw en oneindig veel leed brengend wapengeweld, maar door rechtspraak, gegrondvest op recht en ge rechtigheid. Wy leggen er den nadruk op aldus sprak zy dat millioenen vrouwen haar ideaal zien in een waarachtigen bond der volkeren. Uit naam van de Nederlandsche moeders en vrouwen, deed mej. Selma Meyer een beroep op hen, die den Volkenbond bestu- Ceta-Bever „Buitenbijts" is voordeelig in het gebruik. Smeert geweldig uit! Ze dekt met één maal! Prachtig groen, geel, oranje, rood, wit, blauw of bruin. Vernietigt schimmels en 'bacteriën. Frissche, pittige geur! Vraag „Buitenbijts" van Ceta-Bever! K.G. BUS 55 CT. -1 K.G. BUS 90 CT. Voor landhuism, prüulen, schuren, schuttingen, hokken en hekken. ren, om, tezamen met het hof, door wijs beleid oorlog te voorkomen, den mensch weer eerbied voor het leven te geven en de jeugd een betere toekomst te schenken in een wereld van vrede. De president beantwoordde de rede van mej. Selma Meyer met enkele sympathieke woorden, waarmede ook deze plechtigheid was afgeloopen. Jaarlijksche algem. vergadering. Hedenmiddag is in „Krasnapolsky" te A'dam de jaarlijksche algem. bondsverg. van den Koninklijken Nederlandschen Middenstandsbond begonnen. De verschil lende afdeelingen en vakorganisaties van den bond waren door een 200-tal afgevaar digden vertegenwoordigd. De vergadering stond onder leiding van den bondsvoorzit ter, den heer Ed. G. Schürmann, die de vergadering opende met een rede, waarin hy er in de eerste plaats op wees, dat de woorden door den minister-president op het vorige congres te Delft gesproken, ten deele bewaarheid zijn geworden. Want na de opleving in de eerste dagen na het verlaten van den gouden standaard, is in de middenstandszaken weder een perio de van inzinking gevolgd, welke slechts langzaam zal verdwijnen, aangezien zij af hankelijk is van den algemeenen economi- schen toestand van ons land. Is er in de wereld werkelijk zooveel verbeterd, behalve in de oorlogsin dustrie en in de scheepvaart, welke de grondstoffen voor die industrie moet vervoeren? Is de algemeene politieke toestand in de wereld zoo zeer veranderd, dat wij in ons land de toekomst minder zorgelijk kunnen tegemoetzien? Wij hopen het en die hoop geeft ons de kracht om verder te gaan op den weg, waarop reeds zoovelen zijn gestruikeld en bezweken. De middenstand is in de zeven crisisja ren zwaar getroffen, vele eenmaal goed rendeerende zaken zyn verdwenen en van de overgeblevenen leiden vele een kwij nend bestaan. Toch is er geen reden tot wanhopen, om dat de middenstand een nuttige economi sche taak heeft te vervullen en in een goed geordende maatschappij onmisbaar is. Maar om zich door holle leuzen en theo rieën niet met geweld van zyn plaats te doen dringen, moet de middenstand zich met volle kracht doen gelden tegenover hen, die zijn plaats willen innemen, zelfs al weten zij dat dit tegen het algemeen be lang zou zijn. In de naaste toekomst zal veel moeten verdwijnen wat op wetgevend en fiscaal gebied als noodmaatregel werd in het leven geroepen en dat op den duur het bedrijfsleven zou verstikken. De middenstander moet zich weder vrij kunnen bewegen en in zijn bedrijf niet aan alle kanten gebonden zyn door dwangwet- ten, tengevolge waarvan hij uiteindelijk met verlies of zonder winst moet werken, aan gezien de bedrijven de zware lasten op den duur niet kunnen opbrengen. Maar individueel staat de middenstander machteloos. Wil de middenstand iets berei ken, dan is dit slechts mogelijk op één ma nier, door organisatie. Zonder de krachtige actie, welke onze bond door middel van het uitstekend ge outilleerde bureau heeft gevoerd, zou er van den middenstand misschien nog min der zijn overgebleven en zou veel van hel moeizaam gewonnen terrein zijn verloren gegaan. Onze bond geeft voorlichting op bijna elk gebied, waarop dit voor den midden stander nuttig kan zijn en staat steeds paraat om voor ieders belangen op te ko men. De aangesloten organisaties hebben daar op recht. Na deze rede werden de notulen van de vorige vergadering goedgekeurd, waarna de bondssecretaris, de heer L. de Groot, een overzicht gaf van de werkzaamheden van den bond gedurende de eerste vier maan den van dit jaar. Donderdag 20 Mei. HILVERSUM, 301 M. (Alg. progr. AVRO). 8.— Gr.pl. 10.— Morgen wijding. 10.15 Gr.pl. 10.30 Het Om roeporkest en solist. In de pauze gr.pl. 12.30 Kovacs Lajos' orkest en gr.pl. 2.De Groninger Or kestver. 4.Orgelspel. 4.30 Muzi kale causerie (met gr.pl.) 5.30 Het Avro-Aeolian-orkest, 6.30 Sportpr. 7.Het Avro-dansorkest. 7.30 Causerie over de a.s. verkiezingen. 8.— ANP-ber., mededeelingen. 8.10 Gr.pl. 8.30 Concertgebouw orkest. 9.30 Radiotooneel. 10.15 Kovacs Lajos' orkest en orgelspel. 11.ANP-ber., Hierna het Avro- dansorkest. 11.3012.Gr.pl. HILVERSUM, 1875 M. (8.—9.15 en 11<2.KRO, de NCRV van 10.— 11.en 2.12.uur). 8.9.15 en 10.Gr.pl. 10.15 Morgendienst. 10.45 Gr.pl. 11.30 Godsd. halfuur. 12.Ber. 12.15 KRO-orkest en gr.pl. 2.Handwerkcursus. 2.55 Gr.pl. 3.Vrouwenhalfuur. 3.30 Gr.pl. 3.45 Bijbellezing. 4.45 Han denarbeid v. d. jeugd. 5 15 Viool en piano. 6.15 Gr.pl. 6.45 Lezing: Bij bei-Kiosk-Arbeid te Amsterdam. 7.Ber. 7.15 Journalistiek week overzicht. 7.45 Rep. 8.ANP-ber., herh. SOS-ber. 8.15 Zangavond v. d. Bond van Christ. Zang- en Ora- toriumvereenigingen in Nederland. 9.De verhouding tusschen pre dikant en geneesheer, causerie. 9.30 Verv. concert. 10.10 Ber. 10.15 Cau serie over het a.s. Londensche Ste nografie-Congres. 10.3012.Gr. pl. Hierna Schriftlezing. DROITWICH, 1500 M. 10.05 At home to-day, causerie. 11.25 Dans muziek (gr.pl.) 11.05 BBC-Welsch orkest mmv. solist. 12.05 Solisten concert. 12.35 Het Tom Jones Oc tet. 1.20 Het Philh. Strijkkwartet mmv. soliste. 2.10 Rep. 2.45 Orkest van de Royal Air Force. 3.35 Variété. 4.10 Vervolg van 2.10. 4.20 BBC-Dansorkest. 4.55 Verv. van 2.10. 5.05 BBC-dansorkest. 5.20 Ber. 5.40 Act. causerie. 6.Het BBC-Northern orkest. 6.40 Con- versation in the train, causerie. 7.Variété-progr. 8.Taalkun dige causerie. 8.20 Ber. 8.40 BBC- Midland-orkest mmv. solist. 9.20 Korte kerkdienst. 9.40 BBC-orkest, BBC-koor en solisten. 10.4511.20 Dansmuziek (gr.pl.) RADIO PARIS, 1648 M. 6.10 en 7.20 Gr.pl. 1135 Omroeporkest en zang. I.20 Gr.pl. 3.50 Zang. 4.05 Gr.pl. 7.05 Chansons. 7.35 Zang. 7.50 Moyse-Trio en zang. 9.05 Omroep orkest, kerkkoor en solisten. 9.50 Gr.pl. KEULEN, 456 M. 5.50 Plietzsch- Marko's orkest. 7.50 Oberlandler- orkest. 9.20 Volksliederenconcert, II.20 Fabrieksorkest. 12.35 Omroep- schrammel-ensemble. 1.35 Gev. concert. 3.20 Omroep-Amusements- orkest 5.20 Orkestconcert. 6.20 Omroepkleinorkest. 8.05 Annelise, opera. 9.5011.20 Landesorkest Gouw Baden. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 11.20 Gr.pl. 11.50 Kleinorkest. 12.30 Salonorkest. 12.50—1.20 Gr.pl. 4.20 Omroeporkest en grpl. 5.50, 6.20 en 7.20 Gr.pl. 8.20 Nat. orkest. 9.30 10.20 Gr.pl. 484 M.: 11.20 Gr.pL 11.50 Salonorkest. 12.30 Klein orkest. 12.501.20 Gr.pl. 4.20 Sa lonorkest. 5.35 Omroeporkest. 6.35 Gr.pl. 7.20 Pinson d'amour, ope rette. Ca. 9.45—10.20 Gr.pL DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.30 Het Omroeporkest, Kamerkoor en solisten. 9.20 Ber. 9.50 Piano voordracht. 10.05 Weerber. 10.20— 11.20 Dansmuziek (gr.pl.) GEMEENTELIJKE RADIO- j DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.9.50, Diver sen 9.5010.25, Droitwich 10.25 11.05, Parijs R. 11.05—12.20, Brus sel VL 12.20—13.20, Lon. Reg. 13.20 15.50, Keulen 15.5016.20, D.Ben- der 16.20—17.20, Lond. Reg. 17.20— 16.20, Keulen 18.20—19.05 Droit wich 19.0520.Berlijn 20.20.40 Beromünster 20.40—21.05, Parijs R. 21.05—21.50, Berlijn 21.50—22.50, Boedapest 22.5024. Lijn 4: Brussel VL 6.8.20, Ham burg 8.209.35, Lond. Reg. 9.35 12.35, Droitwich 12.35—17.20, Keu len 17.20—17.35, Brussel Fr. 17.35 —18.20, Brussel VL 18.20—18.50, Lond. Reg. 18.5020.20, Droitwich 20.20-21.45, Lond. Reg. 21.45— 22.55, Droitwich 22.5023.20, Radio Danmark 23.2024.— Lijn 5: Diversen. Hartelijke bewijzen van mede leven met het Oranjehuis. Gisteren zijn H. K. H. prinses Juliana en Z. K. H. prins Bernhard te Londen, terug gekeerd om daar wederom aan diverse feestelijkheden ter gelegenheid van de kroning van het Britsche koningspaar deel te nemen. Zij hadden de Pinkster dagen te Norfolk doorgebracht ten huize van sir John Maffey en waren daar tij dens hun verblijf in gezelschap van lord Banbury, Squadron Leader R. Atcherley, flight-lieutenant Murray Payn, William Aitkin Esq. neef van lord Beaverbrook miss Constanzia Maserovitch, dochter van den Hongaarschen gezant, freule M. J. baronesse van Heemstra, hofdame van de prinses, en de gastvrouwe Penelope Jane Maffey. Zondag woonden zooals gemeld de prinses en de prins den kerkdienst bij in het schilderachtige Sandringham, van oudsher een der landgoederen der Engel- sche koningsfamilie. Na den dienst werd in gezelschap van koningin Maud van Noorwegen een zuster van wijlen koning George V den tuin van haar buitenverblijf te Sandringham bezichtigd. Prinses Juliana en prins Bernhard zijn thans de gasten van jhr. mr. R. de Marees van Swinderen, Nederlandsch gezant te Londen. Te hunner eere werd gistermid dag in het Nederlandsch gezantschap een receptie gehoudens waar honderden leden van de Nederlandsche kolonie te Londen voorbij het prinselijk paar defileerden. De prinses, gekleed in een charmant namid dag-toilet van diep rose zijde, nam met innemende vriendelijkheid de bewijzen van eerbied in ontvangst Gisteravond hebben de prinses en de prins het diner ten huize van lord London- derry bijgewoond om daarna den dag te besluiten met een bal, dat door lady Sutherland wordt gegeven. Vandaag zal het prinselijk paar mede aanzitten aan een diner ten huize van den Nederlandschen gezant, welk diner door een receptie zal worden gevolgd, waarop verscheidene leden der Engelsche Society aan het prinselijk paar zullen worden voorgesteld. Het prinselijk paar zal Donderdag de vlootrevue te Spithead bijwonen. Zaterdag zal per Hr. Ms. ,Java", via Harwich, de terugreis naar het vaderland worden on dernomen, waarmede een week van druk ke bezigheden wordt afgesloten, een week, welke de prinses en den prins vele bewij zen heeft gebracht van erkentelijkheid en genegenheid, die men in Nederlandsche en Engelsche kringen te Londen koestert. PISIORISCHE AVONTURENROMAN. Door G. P. BAKKER HOOFDSTUK X. Edzke droomde en in zijn vreemden, ver warden, onsamenhangenden droom, vol van de meest dwaze voorstellingen, waar van de symbolen hem niets zeiden, maar waarvan hy het geheel later zou begrijpen voelde hij twee donkere oogen, die hem aanstaarden met een valschenmoorddadi- gen blik. Zoo sterk was de indruk, dat hij zich omwierp en half ontwaakte. Toen hoorde hij een luiden gil, opende de oogen en zag een dolk vlak boven zijn borst. De pols werd stevig vast gehouden door slanke vrouwenvingers. Hij stiet den arm weg en sprong op. „Stephan, boef", hoorde hy. „Wil jij den man vermoorden, die mijn leven heeft ge red? Dat is iets voor jou, lafaard, gemeen» lafaard. Jij, die zegt, dat je van me houd» dat je zonder mij niet kunt leven. Je speelt op je viool zachte, sme.tende melodieën. Je zingt zwoele versjes op mijn mooie oogen, myn rooden mond, mijn slanke ge stalte, ja op wat niet al. Bah, ik walg van je zoet gekir. Weet je, wat je bent, een oud wijf. Je volgde my toen ik naar de stad ging, overal sloop je me na, maar toen de drie schooiers me aanvielen, was je verdwenen. De minnaar koos het hazen pad", vervolgde ze met smadelijken lach. „En nu wil jy laaghartig den map ver moorden, die mij gered heeft, den man, dte mij er voor bewaard heeft, dat mijn leven nog slechts een brok verdriet en* ellende zou zijn, lafhartige moordenaar". De luitenant was met één sprong uit de kar en luisterde vol belangstelling naar de woorden. Hy was nu volkomen wakker en wachtte de gebeurtenissen kalm af. „Als je een kerel bent, pak hem dan nu aan, maar dat durf je niet, haas". Edzke trad nu naar voren. Zyn pistool in de hand. „Vriend!" sprak hij rustig tegen den zigeuner. „Je hebt blijkbaar iets tegen mij", en zijn stem klonk tergend langzaam. „II: kan het mij eenigszins begrijpen. Ik ben je maat, met of zonder wapens". Hij stak zijn pistool weer in den zak. „Weg met dien dolk", maar de zigeuner viel onverwachts, den dolk in de vuist, op hem aan. „Niet, ook goed", en met de linkerhand den arm van den zigeuner afwerend, gaf hij hem met den buitenkant van de rech ter bliksemsnel zoo'n harden slag tegen de kaak, dat de man achterover sloeg en de tanden hem uit den mond vlogen. Hij gilde als een bezetene. Een honderdtal zigeuners, mannen, vrou wen en kinderen, kwamen aansnellen. Het meisje duwe Edzke achteruit. Ze stond voor hem bij den gevallen zigeuner en zei: „Mooi, je verdiende loon". De toeschouwers schreeuwden luid in een taal, waar Edzke geen woord van verstond en het meisje sprak heftig tegen de menig te. Een oude zigeuner, fraai uitgedost in zwart fluweelen kniebroek, loshangend rood wambuis met gouden borduursel, trad naar voren. „Mariska, mijn dochter", sprak hij op kalmen toon. „Wat is hier gebeurd? Ste phan, je neef, ligt op den grond te schreeu wen als een mager varken. Drie tanden liggen naast hem. Ik weet, dat je het hef tige bloed van je moeder geërfd hebt. Mij heeft ze ook wel eens een flinken kaakslag gegeven, maar zoo erg heeft ze het toch nooit gemaakt en je bent nog niet eens met hem getrouwd". „En wie is die vreemdeling daar?" ver volgde hij, terwijl hy naar Edzke wees, die onverschillig, de handen in de oroekzak- ken, het schilderachtig tooneel aanschouw de, 'terwy'1 de steeds groeiende menigte met de grootste belangstelling luisterde. „Wie is die vreemdeling, die je in het kamp hebt gelokt? Hij ziet er niet uit, als of je honderd gouden dukaten bij hem zou aantreffen. Integendeel, hij schijnt geko men met leege mars". Een paar malen had de dochter getracht haar vader in de rede te vallen, maar de zigeuner liet zich niet storen. Eindelijk schreeuwde ze: „Stil toch. Laat mij eerst alles uitleggen. Ik kan begrijpen, dat moe der je soms onderhanden nam. Je doet niets liever dan lange redevoeringen houden, terwijl je onderdanen vol bewondering naar de woorden van hun raja luisteren". „Mariska", antwoordde de zigeuner waar dig. „Denk er aan, dat je tegen je vader spreekt en tegen" hier sloeg hij zich fier op de borst „Jen koning". De omstanders knikten en gaven op an dere wijze blijken van hun instemming. „Ja, goed vader", zei ze. „Jij bent de koning en ik de prinses, maar hoor nu eerst eens even naar wat er eigenlijk ge beurd is. Ik was gisteravond in de stad om naar de muziek te luisteren. Er was een zanger, die aardige liedjes zong. Er werd gedanst en ofschoon ik telkens gevraagd werd voor een dans, deed ik het niet, ofschoon Stephan, die achter me aansloop, me niet eens vroeg met hem te dansen. Blijkbaar durfde hij zich niet te vertoonen om de een of andere reden. Toen ik naar het kamp terugging, werd ik aangevallen door drie kerels. Ze sleepten me mee naar een onbe woond huis. Ze bonden me, stopten me eeu prop in den mond, roofden mijn geld, ruk ten mij de ringen uit de ooren en wilden beginnen mij te martelen om te weten te komen waar jy, vader, het geld verborgen had, dat je voor de paarden gekregen hebt Toen kwam deze jonge man, doodde twe'e der boeven en joeg den derde op de vlucht Hij redde myn leven en uw geld. Mis schien had ik door de vreeselijke marte lingen toch alles gezegd wat ik wist, en het waren broeders van Mérode". Groote beweging ontstond er onder de zigeuners. Ze kenden de broeders en wis ten dat ze soms in groote benden optraden. Dikwijls zelfs voerden ze strijd met solde niers om ze van alles te berooven, nadat ze gedood waren. Mariska vervolgde: „Ik nam dezen dap peren nam mee naar het kamp, het was nacht en liet hem slapen in mijn wagen. Toen we wakker werden, wilde Stephan. de lafaard, die wegliep toen de kerels my aanpakten, mijn vriend, want dat is ny van my en ook van u, doodsteken. Do vreemdeling gaf hem een slag als dank voor den dolkstoot en daar ligt hij nu te janken. Zoo is de zaak, vader". Zy trok Edzke naar voren. „Bedank hem en bied hem zigeunergaitvryheid aan". De koning stapte op Edzke toe, bedankte hem in mooie woorden en heette hem na mens den geheelen stam hartelijk welkom Hy sprak zoo goed, dat de menigte geroerd luisterde onder de diepste stilte. Tenslotte omarmde de koning den jongen luitenant, terwijl handgeklap, hoerageroep, tromgeroffel, stooten en streken op ver schillende instrumenten daverden in de morgenlucht. Stephan was inmiddels weg geslopen. Eindelijk hief de koning den arm op om stilte te gebieden. Hij was blijkbaar van plan opnieuw te beginnen, maar zyn dochter zei oneer biedig: „Vader, ik heb een honger als een mager wolf. Laten we eerst gaan eten". Maar de koning antwoordde: „Dadelijk Eerst heb ik nog een kleine plechtigheid te vervullen". Hy haalde uit zijn zak een beurs, gevuld met goudstukken, te voor schijn en sprak: „Vreemdeling, men zal niet zeggen, dat koning Kovas de zestien de, de rechtstreeksche afstammeling van dien koning Kovas, die in den jare Onzes Heeren 1417 tot hertog verheven is door keizer Sigismund, een ondankbaar man is. Neen, men zal zeggen: Kovas de zestiende was een goed man. Hier, mijn zoon, ontvang deze beurs als bewijs mijner oneindige dankbaarheid en groote erkentelijkheid". De luitenant aarzelde of hij dit groote geschenk zou aanvaarden. Toen zag hij eensklaps tot zijn groote verbazing, dat het zyn eigen beurs was. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 10