FLITSEN V DO Roe ver is men gevorderd met de kleurenfilm r- ONZE BIOSCOPEN. Een pleidooi van Warner-Bros voor het gebruik van felle kleuren. Een herinnering aan „O* man met de wassenbeelden" Miniatuur-filmpjes. iiiMirr "r ,j Men heeft een dezer dagen kunnen lezen, dat een hekend Amerikaansch film-produpent als zijn meening te ken nen gaf, dat de film in de toekomst uitsluitend nog in kleuren zou worden opgenomen. Warner Bros. heeft echter reeds voor jaren herinnert de getrouwe bios coop-bezoeker zich nog „De man met de wassen beelden?" overtuigend aangetoond, dat de kleuren in de film van een even groote beteekenis kunnen zijn, en ook zullen zijn, als het ge luid. Tterwijl velen over de mogelijkheden van dit element nog spraken, had men reeds jaren van experimenteeren achter zich; tóen, op den historischen Juni-avond van het jaar 1926 velen sceptisch stonden te genover de mogelijkheden van musiceeren- dè en sprekende films, kwam Warner Bros leeds op dien première-avond met een programma voor den dag, waarvan de Schitterende traditie voortgezet wordt in de wjjd en zijd beroemde Vitaphone-serie. Nog steeds, en zelfs in immer groeiende mate, dé attractie van elk bijprogramma! Daarom kan de insider, wanneer hij om trent het gebruik van kleurenfilms leest, steeds aan Warner Bros als pionier op dit zeer speciale gebied van de films denken. Want gedurende een periode, waarin tal van energieke mannen kapitalen hadden verloren aan proefnemingen, waarvan men destijds onmogelijk kon zeggen, dat deze eenig aspect op een spoedige ontwikkeling boden, had zij reeds films vervaardigd, die het gebruik, d .w. z. het practische gebruik, van kleuren in de film-productie onweerlegbaar aantoonden. Het invoeren van de klankfilm was een echte revolutie, de overrompeling van de wereld door films, die spreken, zingen, musiceeren konden, was even sensationeel als onverwacht. Het invoeren van de ge kleurde film ging echter in veel langzamer tempo. In zekere mate hadden de chemici van de film-studio-laboratoria ervaringen ten opzichte van de kleuren opgedaan. Zij wisten welke mogelijkheden de kleuren boden, zij wisten eveneens hoe groot de moeilijkheden waren met betrekking tot 't juiste gebruik van die kleuren. En hij, die niet alleen in de bioscoop komt om van de intrige van de film en het spel harer artis- ten te genieten, maar tevens oog en oor heeft voor de technische wonderen, die, zich in élke film-voorstelling manifestee- j ren, hij zal zich herinneren, dat het gebruik j van kleuren gedurende de eerste periode een problematische gebruik bleek te zijn. Zelfs zoo groot waren de moeilijkheden aan het gebruik van kleuren verbonden, dat zeer groote ondernemingen, die opge richt waren met het uitsluitende doel kleur en film te verbinden, na eenigen tijd haar werkzaamheden moesten stop zetten. Er gingen té groote kapitalen verloren en de resultaten waren, hoe verschillend van Dorothy Lamour. Dorothy Lamour in een nieuwe film, de actrice, die een bijna fantastisch snelle „rise to fame" heeft gemaakt. Zij debu teerde in „De Jungle Prinses" en speelde daarna in „Swng high, swing low" en „High, wide and handsome". Zij werkt nu mee aan „Artists and models". Gail Patrick in duplo (met twee moderne avondtoiletten). hoedanigheden vaak ook, te weinig belang rijk, om het voortzetten van die experi menten te wettigen. Toen jaren geleden de film „De man met de wassen beelden", uitkwam, waarvan 't scenario bij uitstek geschikt bleek om de waarde van de kleuren aan te toonen, toen was men het er in de filmwereld over eens, dat de laboratoria de oneindig groote moeilijkheden hadden opgelost, welke met de z.g. „coloured picture" waren verbon den. Het zou te ver voeren om alle moei lijkheden te schetsen, alleen echter reeds 't feit. dat meer dan honderd vijftig octrooi houders elkaar op dit gebied de loef pro beerden af te steken. Hoevelen van deze wakkere explorateurs op dit oneindig groote gebied hebben den onderlingen strijd overleefd? zegt reeds voldoende ten opzichte van den aard der competitie. Sinds „De man met de wassen beelden", de film, waarvan men eens zal zeggen, dat het een historisch werk beteekent en den ontwikkelingsgang van de film, is er onon derbroken doorgewerkt. De laboratoria hebben het ideaal niet losgelaten: het pro- duceeren van een gekleurde film, waarin alle mogelijkheden van de kleur op een arti'stiek-verdedigbare, technische volko men-verantwoorde wijze verwezenlijkt konden worden En wederom komt Warner Bros, met een film voor den dag, die in de serie „won derwerken der techniek" tehuis behoort. Wij zullen het hier niet hebben over de ar tistieke mérites van dit werk als speelfilm, al zouden wij enkele kolommen kunnen schrijven betreffende de eminente wijze waarop William Keighley, regisseur van de Warner-studio's, het prachtige verhaal van James Oliver Curwood: „God's Country And The Woman" heeft gerealiseerd. Wij zouden gaarne, misschien ten overvloede Uwe aandacht kunnen vestigen op het kernachtige spel van George Brent, dezen hoogst begaafden karakterspeler, op het spel van Beverly Roberts, deze zeer te waardeeren kracht van de studio's. Het gaat er hier echter om Uwe aandacht te vestigen op de waarlijk revolutionnaire beteekenis van het huidige gebruik van kleuren in films. Wij'willen hier niet releveeren hoe groot het aantal teleurstellingen is geweest da met betrekking tot de „colouie pic u werd geboekt. Men bedenke echter, dat de industrie dank verschuldigd is aan d« nen, die het risico van de teleurstellingen hebben aangedurfd, die het waagden te ar beiden aan een resultaat dat negatie dreigde te worden Want het zijn deze man nen, déze pioniers op het film-technische gebied, die den weg hebben gebaand. Het zijn deze mannen, die als koene wegwijzers de overwinning van hen, die na hen kwa men, die dus hun voetspore gebruikten, mogelijk hebbe gemaakt. Daarom past geen woord van critiek, rnaar. we' een woord van diepe erkentelijkheid tegen over hen, die niet slaagden. De film „God's Country And The Wo man", waarvan de Nederlandsche titel „Oké Don Juan!" luidt, is echter een eind zege. Deze film beteekent een ongehoorde overwinning op de moeilijkheden, die zien ten aanzien van het gebruik van het vol komen nieuwe procédé voordoen. En daar om zal de ware film-enthousiast, dat wil zeggen: hij of zij, die niet alleen op de ont wikkeling en de realisatie van het scenario maar ook op het film-technischen element let, daarom zal deze enthousiast opnieuw kunnen constateeren hoe groot het kunnen in dit opzicht is, hoe machtig de potentie is van de studio's der onderneming, hoe rus teloos er gewerkt werd aan dat wat thans als de volslagen beheersching van alle ma- terieele moeilijkheden beschouwd zal kun nen worden. Van deze eind-zege getuigt de film „Oké Don Juan" op de meest verbluffende, op de meest triomfantelijke wijze Bekroonde melodie. Het aantrekkelijke liedje „Moonlight and Shadows" uit „De Jungle Prinses" heeft den componist Friedrich Hollander een onderschending bezorgd. Hij ontving van de American Society of Publishers and Composers den prijs voor de beste song van het eerste kwartaal van dit jaar. Victor Herbert. Gilbert Gabriel, tooneel-criticus van de New Yorksche „American", roman- en scenarioschrijver, heeft de laatste hand ge legd aan het scenario van de film „Victor Herbert", die Paramount voor het nieuwe seizoen op stapel heeft staan. Dit wordt de verfilmde levensgeschiedenis van den beroemden componist. In de rolverdeeling zien we o.m. Edward Arnold, Gladys Swarthout en Fred MacMurray. De Boekaniers. Cecil de Mille heeft zijn grondige voor bereidingen voor „De Boekaniers" vol tooid en de film zal weldra in productie gaan. De regisseur heeft thans ook zijn keus bepaald wat de mannelijke hoofdrol be treft: deze zal door Fredric March ge speeld worden, de prachtige acteur uit „Het Teeken des Kruises". Zooals men weet, zal de vrouwelijke hoofdrol door Franciska Gaal vervuld worden. Dietrich zingt. Mariene Dietrich's vocale gave is een zeer bijzondere, die öf hemelhoog gepre zen, óf hardhandig „gekraakt" wordt. We laten in het midden, welken de juiste waardeering van haar talent is, maar aan de talloos velen, die haar zang in vorige films geapprecieerd hebben en Marlene's bekende gramofoonplaten hebben ge kocht, berichten we, dat zij in „Angel" andermaal een song ten gehoore zal bren gen, die „Angel" heet. Nieuwe films. In de Paramount studio's werkt men op het oogenblik o.m. aan de films „Easy Living" en „Hotel Haywire". De eerste film wordt gemaakt naar het verhaal van Vera Caspary en de regie wordt gevoerd door Mitchell Leisen, die zoo juist „Swing high, swing low" vol tooid heeft. De productieleiding berust hij Arthur Hornblow Jr. Jean Arthur, de heldin uit „De trek naar het Westen" heeft de vrouwelijke hoofdrol, terwijl Ray Milland haar tegen speler is. Verdere rollen worden vervuld door Edward Arnold en Louis Alberni. De tweede rolprent is een comedie van Preston Sturges, waarin Leo Carillo, Lynne Overman, Mary Carlisle en Benny Baker de leidende figuren zijn. George Archainbaud regisseert. Gail Patrick, de knappe ster, die men zich o.a. uit „Pa niek in de filmstudio" herinneren zal, treedt in verscheidene nieuwe Para- mountfilms op. Wij zien hier de actrice „in duplo m twee fraaie avondtoiletten. Karen Morley Karen Morley speelt de vrouwelijke hoofdrol in de nieuwe Paramountfilm „Outcast", die in ons land onder den titel „Gebrandmerkt" zal verschijnen. De actrice is hier gefotografeerd in een bekoorlijke avondjapon van bijzondere samenstelling. „Samenstelling", omdat zij uit drie deelen bestaat: rok, blouse en cape. De lange, ruim-vallende rok is afge werkt met een breede ceintuur, in het midden waarvan een groote clip van half- edelsteenen bevestigd is. Een dergelijke clip zien we bij den hals. De witte stof is bezaaid met nopjes, in gouddraad gebor duurd. De blouse, die lange mouwen heeft, is van lamé, waarin eveneens met goud draad, een motief is geborduurd. De cape is van het zelfde materiaal als de rok. TWEE HOOFDNUMMERS. In het Roxy-theater. Het voorprogramma in dit bioscoop theater is voor de gister begonnen film- week slechts kort: een journaal en een aardige teekenfilm. Maar dat is ook geen wonder, nu er twee hoofdnummers wor den gegeven, die elk voor zich van een respectabele lengte zijn. Het eerste is De m(jn met de ijzeren deur. Dit verhaal doet ons denken aan de boeken van Edgar Pol, waarin sprake is van brieven en teekens, die, oppervlakkig beschouwd, niets zeggen, maar den sleutel vormen voor het vinden van verborgen schatten. Ook in deze film gaat het om een schat, waarover jaren lang is gesproken, maar aan het bestaan waarvan door vrijwel ieder wordt getwijfeld. De Eureka-maat- schappij, welke zich het vinden van den door Spaansche monniken bedolven schat ten doel stelt en daarvoor 2000 h.a. grond kocht in Arizona, wordt als een zwendel- onderneming gebrandmerkt en de direc teur, die met een %arrestatie wordt be dreigd, neemt de vlucht, na zijn aandeelen te hebben verkocht aan een jongen man. Deze krijgt al heel spoedig wat berouw en doet de helft der zaak weer over aan een ander, waarop beiden, een onderzoekings tocht instellen naar het betreffende grond bezit, waar de „mijn met de ijzeren deur", de bewaarplaats van het goud, zich moet bevinden. Langs woeste wegen en door bergland schappen bereiken zij eindelijk een wo ning, waar zij een gastvrij onthaal vinden en tevens de oplossing van het geheim: de pijl, het oog en de zon. En de jonge man vindt er ook nog een andere schat, een meisje, dat niet ongenegen blijkt zijn vrouw te worden. Hoe dit alles bereikt wordt, ga men zelve zien. De fabrieksbaas brengt in Baston Mc Lane als Chris Ben- nett een opzichter, die om zijn vakkunde en tact dh met de werklieden om te gaan benoemd wordt tot directeur van de groote staalfabriek. Deze bevordering is zeer tegen den zin van den onder-directeur, die zich al aan het hoofd zag geplaatst, maar als niet vakkundig genoeg werd gepasseerd. De snelle promotie schijnt Benneth naar het hoofd te slaan, vooral als de onder directeur en anderen hem telkens vóór houden, dat hij „hooger op" moet, enz. Alleen Jessie, zijn eenvoudige vrouw, houdt het hoofd koel en haalt hem over om zijn hooge functie weer te ruilen voor die van „baas". Dit schijnt te zullen ge lukken, maar dan ontstaat een ernstige ontploffing (gevolg van het niet-over- brengen van een van het personeel ont vangen waarschuwing door den onder directeur) en daarbij doet „Chris" won deren van dapperheid, waarvoor de president der maatschappij hem benoemt tot vice-president. En dan schijnt de hoogmoed opnieuw hem te pakken te krijgen, maar via een oproer in de fabriek (weder veroorzaakt door den tactloozen onder-directeur) komt alles nog terecht. Ook deze film geeft zeer veel gezonde spanning. Alles te zamen mogen we zeg gen, dat „Roxy" deze week een héél goed programma heeft. „DREI WIENER MaDEL." City-Theater. Zoo op het eerste gezicht zou men niet verwachten in deze film een episode uit het leven van Franz Schubert te mogen zien. Of deze episode authentiek is, laten we maar in het midden en het is voor den grooten componist maar te hopen van niet, want veel verder dan béte glimlach jes en wat sentimenteel geïdealiseer brengt hij het hierin niet. De drie Weensche meisjes zijn de doch ters van een inwoner van de Oostenrijk- sche hoofdstad in den tijd der Bieder- mayerhoeden. Door een toeval ontmoet Schubert (Paul Hörbiger) een der meisjes en, dweepziek als hij voorgesteld wordt geraakt hij direct verliefd op haar. Groot is dan ook zijn teleurstelling wanneer hij nog denzelfden dag bemerkt dat zijn aan gebedene juist met een ander getrouwd is Doch na dit echec concentreert zijn aan dacht zich vrij spoedig op de tweede van de drie dochters der familie Pscholl en het lijkt er aanvankelijk op dat hij hier meer succes zal boeken, doch zoodra er een meer „mannelijk" aanbidder ten tooneele verschijnt, blijkt het onderwerp van Schu- bert's attenties een vrouw van vleesch en bloed te zijn die ook nog iets anders ver wacht dan smachtende blikken. Ergo, een tweede echec. Tja, en dan is er dus nog maar één Weensch meisje over en het ligt voor de hand te veronderstellen dat Schu bert hierbij, indachtig het gezegde drie maal is scheepsrecht, tot resultaten zal komen, doch juist op dat moment laat de film ons door een ietwat abrupt einde in den steek, zoodat we naar het slot van deze nieuwe „verliefde episode" uit het leven van Frans Schubert slechts kunnen raden! Tusschen dit alles krijgen we natuurlijk tal van composities van den bekenden componist te hooren. Uit het voorprogramma noemen we van het journaal vooral een buitengewoon interessante opname van de ondergang van de Hindenburg, waarin op treffende wijze de brand van den luchtreus gezien wordt, vervolgens gaat er naast een na tuurfilm nog een aardig voorflimpje geti teld „Al is de leugen nog zoo snel". FATALE SCHOONHEID EN DE MOORD-SPECIALIST. Victoria-Theater. Een uitgebreid en boeiend programma vraagt deze week in het Victoria-theater de aandacht. Na een aantal opnamen van belangrijke gebeurtenissen, volgt direct het eerste hoofdnummer n.1. De Moord-Specia- list. Zoo wordt n.1. de bekende verslaggever Steve Grey van het New Yorksche blad „The Star genoemd. En om deze Steve Grey draait eigenlijk de geheele film. Wanneer we nog vertellen, dat de rol ge speeld wordt door de bekende Spencer Tracy, momenteel een der sterke figuren uit Amerikaansch filmland, dan kan men zich voorstellen, dat de film door spel, en ook door inhoud boeit. Een bijzondere kijk geeft de film n.1. op het Amerikaansche courantenleven. Te veel van den inhoud vertellen, zou een groot gedeelte van de spanning in dit film werk wegnemen en wij kunnen volstaan met de mededeeling, dat een sensationeele moord in New York aller aandacht bezig houdt. De zonderlinge Steve Grey werkt er prachtig in mee om de dader in de ge vangenis te brengen. Maar dan blijkt ten slotte, dat de derde de maar neen, dat moet gij zelf maar gaan zien. Het heele tempo en het spel van Tracy en Virginia Brice zijn iets bijzonders. Met Polygoon-Nieuws gaat dan vooraf aan het tweede hoofdnummer dat de titel draagt: „Fatale Schoonheid". Lorette Young kent deze schoonheid, maar een be paald benijdenswaardige figuur is zij in deze film niet. Zij heeft het harde leven wel leeren kennen en de nood heeft haar en haar kind wel gedwongen tot minder mooie practijken, waardoor zij ook in ken nis komt met den president van een levens verzekering-maatschappij, gespeeld door Cary Grant. Deze neemt het zoontje tot zich, dat tot tal van conflicten leidt waaruit Lorette en Cary zich met moeite redden. Maar dat alleen interlijke schoon heid niet tot het geluk kan brengen blijkt wel duidelijk uit deze rolprent. Beide films zullen de toeschouwers heel wat te denken geven en ook daarom zeker veel belangstelling trekken. DE ONGESCHREVEN WET. Harmonie. In de bergen in een woeste en vrijwel onbewoonde streek in Virginia wonen twee families, de Tollivers en de Falins Zij zijn als het ware natuurlijke vijanden de Tollivers dooden, als zij daarvoor dë kans krijgen, de Falins en de Falins ver moorden de Tollivers. Dan komt er een jonge ingenieur op beider farms en kooDt daar land voor het aanleggen van een spoorweg. Voor zij dezen man zag hield June Tolliver Sylvia Sidney van haar neef Dave en beloofde zijn vrouw te zullen worden Nadat zij den ingenieur heeft leeren kennen, heeft Dave eeen kans meer al zal hij eerst veel later tot die ontdekking komen. De spoorweg word aangelegd en June brengt haar kleine broertje Buddie de bekende Spanky MacFarland eiken dag naar het kamp om er te spelen en maakt dan tevens ge bruik van de gelegenheid om ingenieur Hale te ontmoeten. De Falins steken het kamp in brand, zij leggen later dynamiet onder een brug en al.' deze wordt opgeblazen wordt tegelij kertijd de kleine Buddie gedood, die op een graafmachine speelde. June is naar de stad gegaan om er manieren en lezen en schrijven te leeren. Zij hoort daar toeval lig door de telefoon de ontploffing in het kamp en de doodstijding van Buddie. Dan keert zij met wraak in het hart terug en belooft Dave te zullen trouwen als hij een alm doodt. Hale wil dit op zich nemen, maar Dave offert zich op. Hij bedenkt zich, gaat naar de Falins en reikt daar den vader de verzoenende hand, maar wordt op den terugweg door een verraderlijk schot van den zoon gedood. June en Hale ij ven nu over en staan aan het einde van c film op het punt om gelukkige da- gen tegemoet te gaan. Het verhaal van primitieve bergbewo ners, die elkaar als beesten neerschieten is onLeenn°Udig en de liefde tusschen het "gf0C1,lseerde meisje en den jongen in genieur laat evenmin iets te raden -over. confliM ngt geen onbegrijpelijke ziels- en h! k Taar zij is> door twee moorden dramatisch slachtoffers' een tikje daiSÜ! Cen k|curcnfilm en nu hebben wij kinr h tV? algemeen deze beden- de kip ^eld wel eens onder de Meur heeft te lijden. ovISt ?l gCZegd' dat deze rolprent eeeft nn lgemeen een duidelijke projectie zeer fra de combinatie van kleuren brengt natuuropnamen op het doek eeShieHgeSChreven wet is een interessante den riei rf en Wlj k"nnen ieder aanra- Sn Sukem„.Van d' "eCk eel,s ™li6 aard°iepaf 8330 een musicale film, een veel huitln,eeni°ug' een P°Peye-film en geïllustreerde" vorm.ieUWS beweegbaaf

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 8