Grondwetsherziening onder de loupe
ZIJN STIJVE NEK
IN 3 UUR GENEZEN
KLOOSTERBALSEM
Gemeenteraden
DOOR KLOOSTERBALSEM
Binnenland
Revolutionair en oppositioneel optreden.
Groote partijen onredelijk
bevoordeeld
Een stijwe nek behoeft Ge
dus niet langer te hebben
„Geen goud zoo goed"
HEILOO
I
Het afdeelingsonderzoek van de
wetsontwerpen betreffende de grond
wetsherziening heeft der commissie
van rapporteurs aanleiding gegeven
tot mededeeling o.a. van het volgende:
Over het algemeen bepaalde men
zich bij deze hernieuwde behandeling
van de voorstellen tot grondwetsher
ziening tot een verwijzing naar het
geen bij de schriftelijke en monde
linge behandeling van de aanvanke
lijke voorstellen werd gezegd, zulks in
navolging van de regeering, die in
haar memorie van toelichting even
eens met ee.. verwijzing naar de ge
wisselde stukken en gevoerde beraad
slagingen volstaat.
Eenige leden gaven als hun meening te
kermen, dat voor deze grondwetsherzie
ning geen enkele aannemelijke reden be
staat, behalve voorzoover zij betreft de
regeling van het inkomen van den prins
gemaal, welke regeling echter ook wel
langs anderen weg op bevredigende wijze
tot stand had kunnen komen. Als feitelijk
motief voor deze herziening zagen zij het
streven der regeering om van den angst
van de s. d. a. p. voor een zoogenaamde
fascistische dictatuur gebruik te maken
om voorgoed de dictatuur van de regeeren-
de partijen, in de eerste plaats van de r.-k.
staatspartij, te vestigen
Deze leden verklaarden tegen alle ont
werpen, met uitzondering van het eerste,
te zullen stemmen. Naar hun oordeel vormt
het geheel dier ontwerpen een ernstige
inbreuk op de door de grondwet van 1814
gewaarborgde historische vrijheden van
het volk, welke vrijheden sindsdien syste
matisch zijn beknot.
Dezelfde leden wezen er nog op, dat
weliswaar artikel 7 der grondwet nu on
gewijzigd wordt gelaten, doch dat reeds
het voornemen is te kennen gegeveni, zon
der grondwetsherziening tot hetzelfde
resultaat te komen. Zij achtten dit typee
rend voor den revolutionnairen geest van
het huidige regime. Deze mentaliteit is te
verklaren zoowel uit den oorsprong van
het heerschende stelsel, nl. de Fransche
revolutie, als uit de overtuiging, dat dit
stelsel ten einde loopt en het tijdperk van
den autoritairen staat nadert, ondanks de
zoogenaamde overwinning der democratie
op 26 Mei j.1.
Vele leden verklaarden in deze uiteen
zetting slechts een caricatuur te kunnen
zien van de motieven, welke de regeering
hebben geleid bij het indienen van haar
voorstellen, waarvoor de zakelijke gron
den bij herhaling zijn uiteengezet. Het had
bij de hierbedoelde leden overigens ver
wondering gewekt, dat voorstanders van
den totalitairen staat zich meenen te moe
ten opwerpen als verdedigers van de
volksvrijheden, die in het door hen voor
gestane staatsbestel juist geheel zouden
verdwijnen. De aan de orde zijnde voor
stellen aldus deze leden vormen
allerminst een bedreiging van die vrij
heden, die de overgroote meerderheid der
bevolking, in tegenstelling tot de dicta
tuurpartijen, wenscht te behouden.
Verscheidene leden wezen er nog op,
dat de s. d. a. p. zich bij de beoordeeling
van de regeeringsvoorstellen geheel door
haar eigen inzichten heeft laten leiden. De
sociaal-democratische fractie heeft zich in
eersten termijn met de meeste voorstellen
vereenigd, maar tegen enkele belangrijke
onderdeelen bezwaar gemaakt. De gedach
te aan een samengaan van regeering en
s d. a. p. om voorgoed de dictatuur der
regeerende partijen te vestigen, komt, in
dit licht bezien, wel zeer zonderling uit.
Zij kan slechts opkomen bij hen, die
zelf, als zij aan de macht zouden komen,
alle andere richtingen voorgoed den mond
zouden trachten te snoeren.
Immers, gedurende de 40 jaren, dat de
s. d. a. p. in het parlement optreedt, en ge
durende de bijna 20 jaren, dat de com
munistische partij daar zitting heeft, zijn
bepalingen van dezen aard niet noodig
geacht. Nu echter de n. s. b., die haar
doeleinden slechts op legale wijze wil ver
wezenlijken, ini de openbare lichamen ver
schijnt, wordt een voorstel als het onder
havige ingediend.
Van andere zijde werd tegen dit betoog
aangevoerd dat de ontwrichtingsverschijn
selen, die aan de n. s. b. tijdelijk eenige
levenskans boden, in andere kringen het
gevoelen deden rijpen, dat bepalingen als
de thans voorgestelde niet langer kunnen
worden gemist. Daarin ligt de oorzaak van
het samentreffen van het opkomen der
mationaal-socialistische beweging met het
ontstaan van den drang naar de onder
havige voorziening, dat die voorziening
speciaal tegen de n. s. b. zou gericht zijn,
is volkomen onjuist. Veeleer is daarbij
oorspronkelijk aan een geheel andere
partij gedacht. Het in het ontwerp be
lichaamde denkbeeld toch is het eerst aan
vallen, is overigens begrijpelijk, daar zij
zeker, als zij kon, de macht zou grijpen,
ook met gebruikmaking van onwettige
middelen.
Vele leden verdedigden het voorstel als
een noodzakelijk gebleken aanvulling van
hetgeen de grondwet reeds bevat. Blijkens
den eed of de belofte, die gevorderd wordt
van nieuw-gekozen kamerleden, is het de
bedoeling der grondwet, dat de leden, welk
verschil van meening zich ook tusschen
hen mag voordoen, allen te zamen zich
zullen stellen op den grondslag van het
bestaande staatsbestel. Eén sanctie daarop
ontbreekt. Het gevolg hiervan is, dat eön
lid, dat openlijk verklaart zich niet op den
grondslag van het bestaande staatsbestel
te plaatsen en ook met onwettige middelen
zijn doel te willen bereiken, niet van het
lidmaatschap kan worden vervallen ver
klaard. Dat zulk een sanctie noodig zou
zijn, is in vroeger jaren niet ondersteld.
Nu de practijk in dit opzicht heeft gespro
ken, mag een voorziening niet langer ach
terwege blijven. Tegen misbruik waakt de
stringente redactie van de voorgestelde
bepalingen en zal voorts behooren te wa
ken de door die bepalingen geëischte wet
telijke regeling. Wat ini Duitschland ge
beurd is, vindt niet zijn fundament in be
palingen als de thans aanhangige.
Men bedenke voorts, dat Nederland een
rechtsstaat is. Het voor de ambtenaren van
het departement van defensie geldende
verbod, lid te zijn van de s. d. a. p., is niet
het bewijs van het'tegendeel. Van onrecht
matig optreden tegen een bepaalde partij
is in dit geval geen sprake.
Eenige leden maakten nog in het bijzon
der bezwaar tegen de omstandigheid, dat
in het ontwerp met betrekking tot het
orgaan, dat de revolutionmaire gezindheid
moet constateeren, reeds thans wordt be
paald, dat de kroon bij de benoeming van
de leden aan een voordracht van de, poli
tiek samengestelde, Tweede Kamer zal
zijn gebonden, terwijl de samenstelling
overigens geheel aan den wetgever wordt
overgelaten.
Andere leden achtten in de hierbedoelde
regeling een waarborg gelegen, dat de be
slissende instantie +ot een objectief oordeel
in staat zal zijn. Zij zal zy'n een rechterlijk
college, benoemd op dezelfde wijze als de
Hooge Raad.
Ordening.
Eenige leden verklaarden, op zich zelf
voorstanders van ordening te zijn. Immers,
zij beschouwden een corporatief systeem
als het meest gewenschte. De ervaring had
hun echter geleerd, dat de ordening onder
het huidige systeem slechts dient om de
werkelijke corporatieve gedachte den
wind uit de zeilen te nemen, en de over-
heerschir.ig van kapitalisme plus ambte
naren, dus van het staatssocialisme, te
vestigen. Voorwaarde voor een werkelijke
ordening meenden zij is de organisch
gegroeide volksgemeenschap op nationalen
en socialen grondslag, die pas kan ontstaan
na het opheffen van de politieke partijen.
Op grond van deze zienswijze zouden de
leden, hier aan het woord, zich ook tegen
dit ontwerp moeten verzetten.
Van andere zijde werd hiertegen gesteld,
dat in de landen, welker systeem de bo
venbedoelde leden zouden willen volgen,
geen sprake is van ordening op den grond
slag van een organisch gegroeide volksge
meenschap, doch van dictatorialen dwang,
waarvan het resultaat op economisch ge
bied juist met de door hen zelf gebezigde
uitdrukking: „kapitalisme plus ambtena
ren" zeer goed zou zijn gekenschetst.
Verscheiden leden oordeelde het hier
besproken voorstel van weinig beteeke-
nis, wijl het bestaande artikel 194 in dit
opzicht voldoende mogelijkheden opent.
Andere leden zagen in de nieuw-voorge-
stelde bepalingen toch wel een wezen
lijken vooruitgang. Zij achtten daarin een
krachtige stimulans gelegen voor de ont
wikkeling van de bedrijfsorganisatie.
Een aantal leden opperden bezwaar tegen
het openen van de mogelijkheid, over te
gaan tot de benoeming van staatssecretaris
sen.
Eenigen hunner zagen ook hiervoor weer
geen andere reden dan het verlangen, poli
tieke vrienden te kunnen beloonen. Zij
achtten geen enkel motief aanwezig voor
een verdere uitbreiding van het regeer
apparaat. In de laatste jaren is het zelfs
mogelijk gebleken te volstaan met tien mi
nisters voor elf departementen en een
secretaris-generaal voor twee departemen
ten. Van een reëele behoefte kan hier dus
geen sprake zijn.
Verscheidene leden meenden, dat in be
paalde gevallen wel degelük zakelijke gron
den voor de benoeming van staatssecreta
rissen aanwezig kunnen zijn.
Schadeloosstelling Tweede Kamer
leden.
Eenige leden hadden ernstige bedenking
tegen het bedrag der schadeloosstelling
voor de leden der Tweede Kamer dat wordt
voorgesteld. Deze leden stelden voorop, dat
de Tweede Kamer overbodig is. Zoolang zij
nog bestaat, is er naar hun meening tegen
het verleenen van een schadeloosstelling
aan haar leden geen bezwaar, mits deze,
overeenkomstig de beteekenis van het woord,
beperkt blijft tot de werkelijke gedane
uitgaven, dus de reis- en verblijfkosten,
waarnaast dan een presentiegeld wegens
het bijwonen van vergaderingen zou kun
nen worden toegekend. Hetgeen thans, in
navolging van de bestaande regeling, wordt
voorgesteld, komt echter neer op het toe
kennen aan de leden der Kamer van een
vast salaris. Op deze wijze wordt het Ka
merlidmaatschap een financieel voordeelige
positie, hetgeen principieel onjuist is te
achten.
Daarbij komt nog, dat zij, die volksverte
genwoqrdigers heeten, in wezen partjjver-
tegenwoqrdiger zijn, zoodat het meer voor
de hand zou liggen, dat de noodzakelijke
vergoeding door de partijen wordt bekostigd.
Het verleenen van pensioen voor schade
loosstelling achtten deze leden te eenen-
male onlogisch en reeds daarom onaan
vaardbaar.
Andere leden merkten op, dat de boven
weergegeven zienswijze kennelijk is inge
geven door vijandschap tegen het parle
mentaire stelsel, welks werking ernstig zou
worden geschaad, indien aan de leden der
Tweede Kamer niet een zoodanige schade
loostelling werd toegekend, dat het lid
maatschap door personen uit alle groepen
der bevolking zonder te groot bezwaar kan
worden waargenomen.
In Nederland is de vergoeding steeds be
scheiden geweest in verhouding tot de aan
het lidmaatschap verbonden werkzaamhe
den en uitgaven.
Het thans voorgestelde bedrag is wel het
laagste, dat gerechtvaardigd s, wil gewaar
borgd zijn, dat ook personen, die geen eigen
vermogen noch noemenswaardige andere
inkomsten uit arbeid hebben, het lidmaat
schap der Kamer zullen kunnen aanvaarden
Van een salaris kan niet wórden gespro
ken, of het zou dan van: een onvoldoend
salaris moeten zijn. Het Kamerlidmaatschap
beschouwen als een financieel voordeelige
positie kunnen in ernst alleen zij doen, die
van de eischen, welke dat lidmaatschap
stelt, geen voldoende begrip hebben. De ge
oefende critiek zou veeleer dan op ons land
toepasselijk zijn op die landen, waar de
werkzaamheden der parlementsleden zijn
weggevallen, doch de vergoedingen zijn ge
bleven, en waar de vertegenwoordigers in
werkelijkheid partij-functionarissen zijn.
Weder andere leden hadden het bedrag
der schadeloosstelling liever tot 4.000 ver
minderd gezien. Zij meenden zich echter bij
de tot stand gekomen oplossing te moeten
neerleggen, omdat deze een compromis
vormt. Gezien het werk; dat bij een goede
ambtsvervulling in de Kamer verricht moet
worden, konden ook deze leden in het be
drag, dat volgens het ontwerp voortaan
gelden zal, allerminst een salaris zien in
den eigenlijken zin van het woord.
Diverse voorstellen.
Verscheidene leden spraken er hun
leedwezen over uit, dat in het laatste
wetsontwerp zooveel ongelijksoortige
voorstellen zijn vereenigd en dat de regee
ring bij de behandeling in eersten termijn
geweigerd heeft het ontwerp in eenige
kleine wetsvoordrachten te splitsen. Daar
door komen zij, die in het ontwerp een
aantal goede bepalingen opgenomen ach
ten, doch tegen andere der daarin vervatte
wijzigingen bezwaren hebben, voor een
moeilijke beslissing te staan.
Andere leden vestigden er in dit verband
de aandacht op, dat bij deze grondwets
herziening de splitsing in afzonderlijke ont
werpen reeds veel verder is doorgevoerd
dan voorheen het geval was.
Bij verscheidene leden bestond onover
komelijk bezwaar tegen de wijzigingen,
welke beoogen het doen verloren gaan van
de verkiesbaarheid door gerechtelijke vrij-
heidsberooving ook wegens politieke delic
ten en het opheffen van de parlementaire
immuniteit in geval van opruiing of schen
ding van geheimen. In de laatstbedoelde
wijzigingen zagen zij een belangrijke aan
tasting van de vrijheid der volksvertegen
woordigers, die op deze wijze bij de uit
Ministers zonder portefeuille.
Eenige leden zagen voor de invoering
van het instituut van minister zonder porte
feuille geen enkele reden aanwezig dan
wellicht alleen den wensch om meer poli
tici minister te kunnen doen worden, om
vrienden te kunnen beloonen. Ten hoogste
zouden deze leden een voorstel hebben kun
nen aanvaarden om de mogelijkheid van
een ministerschap zonder leiding van een
departement te openen, uitsluitend voor den
voorzitter van den raad van ministers. Tegen
het thans op dit punt gedane voorstel zou
den zij zich moeten verzetten.
Verscheidene leden gaven opnieuw te
kennen, dat zij tegen dit nieuwe instituut in
het algemeen geen bezwaar hadden, doch
dat zy zich het recht voorbehielden, in ieder
voorkomend geval zelfstandig te beoordee-
len, of van de te verleenen bevoegdheid al
dan niet een juist gebruik wordt gemaakt.
Naar hun oordeel dient dat gebruik tot het
allernoodzakelijkste te worden beperkt.
Kiesstelsel.
Eenige leden verklaarden zich tegenstan
ders van ons geheele kiesstelsel en daarom
ook van het thans gedane voorstel. Zij
wenschten kiesrecht voor alle mannelijke en
vrouwelijke Nederlanders boven 21 jaar,
waar ook gevestigd. Tegen de voorgestelde
wijziging bestond bij deze leden in het bij
zonder nog dit bezwaar, dat de veranderin
gen in de kieswet, waartoe die wijziging ge
legenheid zal geven, slechts zullen dienen
om de suprematie der groote partijen te be
vestigen en nieuwe stroomingen tegen te
houden.
Bij enkele andere leden bestond eveneens
ernstige bedenking tegen een verdere be-
nu bij de jongste verkiezingen wel gebleken
is, dat dit voor het tegengaan van een on
redelijke versplintering volstrekt niet noo
dig is. Door aanvaarding van dit voorste
zou de evenredige vertegenwoordiging woi -
den vernietigd en het pad worden geëffend
voor wetsontwerpen als het ontwerp-de
Wilde, dat destijds door de Kamer werd ai
gewezen.
Van andere zijde werd bestreden, dat de
vroeger in de Kieswet aangebrachte wijzi
gingen de groote partijen onredelijk hebben
bevoordeeld. De verdeeling van de beschik
bare zetels geschiedt thans, nu het stelsel
der grootste gemiddelden wordt toegepast,
meer in overeenstemming met het even
redigheidsbeginsel dan onder de werking van
het systeem der grootste overschotten.
Overigens zal aldus de hier aan het
woord zijnde leden bij de behandeling
van het te verwachten voorstel tot her
nieuwde wijziging van de kieswet tegen het
treffen van onbillijke maatregelen ten op
zichte van kleine partijen kunnen worden
gewaakt Het genoemde ontwerp-de Wilde
achtte een aantal dezer leden ook met de
vigeerende grondwettelijke bepalingen niet
in strijd. Huns inziens wordt dan ook door
de nieuwe redactie in den bestaanden toe
stand weinig veranderd.
Revolutionnaire vertegenwoordigers
Verscheidene leden verklaarden ook thans,
zich met het in het betreffende ontwerp
vervatte voorstel niet te kunnen vereenigen.
Zij achtten bepalingen als de voorgestelde
onnoodig en ongewenscht. Revolutionnaire
handelingen of uitingen buiten een ver
tegenwoordigend lichaam vallen reeds on
der de strafwet.
Zelfs bestaat voor den rechter de moge
lijkheid, hun, die zich aan feiten van dien
aard schuldig maken, het actieve en passieve
kiesrecht te ontnemen, waarvan het ver
vallen van het lidmaatschap een automa
tisch gevolg is. Tegen revolutionnair op
treden binnen de vertegenwoordigende
lichamen kunnen en moeten de voorzitters
dier lichamen waken, met gebruikmaking
van de maatregelen, welke de reglementen
van orde hun daartoe ter beschikking stel
len. Aan de voorgestelde nieuwe grondwet
telijke bepalingen bestaat derhalve geen
behoefte. En ongewenscht zijn die bepa
lingen, omdat zij gevaarlijk zyn. Zij zullen
voornamelijk, zoo niet uitsluitend, toepas
sing vinden in tijden van politieke bewogen
heid. Maar juist dan kunnen zij licht leiden
tot partijdige daden.
Men denke in dit verband aan de ambte
narenverboden, gericht tegen s.d.a.p. en
n.v.v. In Duitschland en in Danzig heeft
men zich, ten einde zyn wil te kunnen door
zetten, van soortgelijke bepalingen bediend
om de oppositie te verwijderen. Te grooter
is hier bedoel gevaar nog, wijl in den
tekst der nieuwe bepalingen de woorden
„een streven tot uitdrukking brengen" wor
den gebezigd, die, gelijk reeds bij de eerste
behandeling van 't ontwerp werd opgemerkt
als gevolg van hun vaagheid in de prac
tijk in ander verband een duiding hebben
gevonden. Ver"Uitgaande boven de strekking
van de bepalingen, waarin zij werden opge
nomen.
Andere leden sloten zich bij deze be
schouwingen aan. Enkele dezer leden ver
klaarden in het ontwerp niet anders te kun
nen zien dan een offer aan den geest van
den tijd.
Eenige leden noemden de voorgestelde be
palingen, „ondemo-liberaal". Op zich zelf
zouden zij tegen deze bepalingen geen be
zwaar hebben. Immers, zij zouden aldus
kunnen worden toegepast, dat alle leden der
publieke colleges behalve de representanten
der nationaal-socialistische beweging, zou
den worden uitgesloten.
Alle in die colleges vertegenwoordigende
politieke partijen toch staan op revolution
nairen grondslag. Als deze leden zich niette
min tegen dit voorstel verzetten een an-
omdat de bedoeling klaarblijkelijk een an
dere is en de ontworpen bepalingen ken
nelijk tegen een groep, juist de n.s.b., zyn
gericht.
tlk had den geheelen dag door regen
achtig weer geloopen met een ener-
penden wind. Toen Ik e'avonds thula
kwam. kon ik mUn hoofd niet meer
bewegen, zoo stijf waren de spieren
van mijn nek. Ik ging vroeg naar bed
maar liet mij tevoren een* stevig wrij
ven met Kioosterbaisem. Morgens
was ik verrast te bemerken, dat er
van mijn stijve nek niets meer te be
speuren was. De Klooste, balsem had
mü in een enkelen naeht, of tn 8 uur
van m'n hevige eti/oe nek af geholpen.
S. Seh. te den B.
AECKER'S OMIOIMIIl TIM MIUI
Onovertroffen bij brand- en snij wonden
Ook ongeëvenaard als wrUfmlddel bfj
Rbeumatiek, spit en pijnlijke spieren
bchroeldooi 85 eb Pottin: 82^ eb in 1.04
Gisteravond kwam de raad dezer ge
meente m voltallige zitting bijeen onder
voorzitterschap van den burgemeester, den
heer Jhr. N. van Foreest.
Van de ingekomen stukken noemen wij
de goedkeuring van de gemeentebegreoting,
alsmede die van het G.E.B., voor 1937;
voorts de goedkeuring van de verordening
op de heffing van opcenten op de personee-
le belasting. Ook de overige ingekomen stuk
ken behelsden goedkeuring van raadsbeslui
ten. Zij werden alle voor kennisgeving aan
genomen.
Het door B. en W. aangeboden kohier hon
denbelasting werd vastgesteld op een bedrag
van 974.75.
Eenige af- en overschrijvingen, betreffen
de den dienst 1936 werden zonder bespre
king goedgekeurd.
Gemeenschappelijke regeling inzake
de destructie van vleesch enz.
In verband met de tusschen de gemeenten
Alkmaar en Heiloo gesloten overeenkomst
betreffende de vleeschkeuring, werd al het
afgekeurde vleesch uit deze gemeente door
personeel van het slachthuis te Alkmaar naar
dat slachthuis vervoerd. Vandaar uit werd
voor destructie gezorgd, laatstelijk voor
vleesch in den destructor te Barsingerhorn
en voor cadavers in dien te Schagen.
Het is echter wenschelijk, dat voor het ge
bruik maken van genoemde inrichtingen een
gemeenschappelijke regeling tot stand komt.
Het gemeentebestuur van Alkmaar heeft
met de commissie van uitvoering van den
de orde gesteld in een nota van het toen- oefening van hun taak als zoodanig onder voordeeling van de groote partijen, waarop vleeschkeuringsdienst in den kring Barsin-
lij jV»p^r I controle van den rechter zullen komen de uitwerking van de hierbedoelde wijziging - -
malige lid der Tweede Kamer, den heer
Knottenbelt, die daarbij in het bijzonder
op de communistische propaganda het oog
had. Op wie de voorgestelde bepalingen
eventueel zullen worden toegepast, zal ge
heel afhangen van de vraag, wie zich
schuldig maken aan een streven om met
behulp van onwettige middelen verande
ring in de rechtsorde te brengen. Dat de
n. s. b. vreest onder de bepalingen te zullen
te staan.
Eenige andere leden sloten zich bij deze
zienswijze aan.
Vele leden daarentegen konden zich met
de gedeeltelijke opheffing van de immuni
teit zeer wel vereenigen. Een deel hunner
zou zelfs verder willen gaan en de immuni
teit, feitelijk een verouderd begrip, geheel
willen afschaffen.
zal neerkomen,
In de kieswet zijn reeds herhaaldelijk
veranderingen aangebracht, welke aan de
groote partyen een voorsprong verzekeren.
Men denke o.a. aan de bepalingen betref
fende de toewijzing van zetels en betreffen
de het toekennen van lijstnummers. Het zou
onrechtvaardig zijn het leven van de kleine
partijen nog meer te bemoeilijken. Te meer,
gerhorn de onderhandelingen geveerd na
mens alle bij den vleeschkeuringsdienst van
Alkmaar aangesloten gemeenten, alzoo ook
voor Heiloo. Er is overeenstemming bereikt
en een ontwerp-regeling is tot stand geko
men. Zij brengt voor Heiloo geen extra-kos
ten mede.
B. en W. stelden daarom voor om die re-
g~'ing vast te stcBen.
Conform besloten.
Aangaan geldleening.
Ter dekking van de kosten van aankoop
van de terreinen aan den Westerweg en die
van het bouwrijp maken daarvan voor zoo
ver dat heeft plaats gehad, dient een geld
leening te worden aangegaan tot een be
drag van vijf en zestig duizend gulden. B.
en W. zijn er in geslaagd die te plaatsen te
gen een rente van die procent. Zij stelden
voor om te besluiten tot het aangaan dier
geldleening.
Aldus werd zonder bespreking besloten.
Verkoop bouwterrein.
Door den heer F. N. Stam te Bussum is
verzocht voor 1782 te mogen koopen een
perceel bouwterrein aan den Westerweg, ter
breedte van ongeveer 18 M. en ter diepte
van ongeveer 33 M., voor den bouw van een
dubbel woonhuis.
Zij stelden voor het verzoek in te willi
gen.
De heer Opdam betreurde het, dat er
voor een dubbel woonhuis zoo weinig grond
zal worden verkocht. Liever had hij gezien,
dat er meer ruimte bij het huis zou moeten
worden gelaten, opdat het mooie landelijk
gezicht op de duinen niet verloren zou gaan.
De voorzitter merkte op, dat de ver
koopvoorwaarden in overeenstemming zijn
met wat het uitbreidingsplan voorschrijft.
Het zal ook nu nog een ruime bebouwing
worden.
De heer Kant begreep den heer Opdam
niet. Deze wilde toch voorheen het terrein
daar ter plaatse geheel bebosschen, dan zotx
toch ook het uitzicht óp de duinen verloren
gaan.
De voorzitter zei nog, dat bij volgen
de gelegenheden met de opmerking van den
heer Opdam rekening kan worden gehou
den.
De heer Greeuw was het met den heer
Opdam eens en vroeg B. en W. in het ver
volg te bepalen, dat by 1 M. bebouwing ook
1 M. onbebouwd moet blijven. Het uitbrei
dingsplan is uog niet vastgesteld, dus zal dit
er nog in kunnen worden opgenomen.
De heer S e n g e r s was blij, dat er een
kooper is gekomen, hij zou den verkoop niet
willen bemoeilijken door het terrein te ver-
grooten.
De heer Opdam beval aan, om den heer
Stam nog een strook van 6 M. breedte naast
het thans te koopen perceel aan te bieden
voor een lageren prijs, om dit onbebouwd te
laten ten behoeve van het behoud van het
landelijk schoon. Men zou dan een perceel
krijgen van één op één meter.
Het voorstel van B. en W. werd zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
Benoeming hoofd der lagere
school.
Voor de benoeming van een hoofd der
lagere school hadden B. en W. uit 129 solli
citanten de volgende voordracht opgemaakt:
1. P. Köhne te Stompetoren, 2. J. Nieuwen-
huis te Schore (Zeeland), 3. C. Hartog te
Heerhugowaard, allen hoofd eener schooL
Benoemd werd met 10 stemmen de heer
Köhne; één stem was uitgebracht op den
heer Hartog.
De datum van infunctietreding werd be
paald op 1 Sept. a.s.
Vergoeding r.k. scholen over 1934.
B. en W. stelden voor om de vergoeding
voor de r.k. jongensschool over 1934 inge
volge art. 101 der l.o.-wet 1920 te bepalen op
1796,95 en voor de r.k. meisjesschool on
780,28,
De heer Opdam vroeg hoe het moge
lijk is, dat de kosten per leerling niet hoo-
ger zyn dan 8,30. Zij hebben toch ook al
pl.m. 12 bedragen. Ten behoeve van de
stabiliteit in de „huishouding" zou spr. het
beter vinden de uitgaven meer gelijkmatig
te doen.
De secretaris zette uiteen, dat de
jongste wetswijziging in het bezwaar voor
ziet. Trouwens ook nu reeds worden de uit
gaven over drie jaren geëgaliseerd.
Het voorstel werd zonder hoofdelijke stem
ming goedgekeurd.
Aanvulling verordening voor stroom -
levering door het G.E.B.
Door de commissie van bijstand voor het
G.E.B. werd in overweging gegeven te be
vorderen, dat in de voorschriften voor
stroomlevering verplichtend wordt gesteld,
dat de inrichting der huisinstallaties moet
voldoen aan de voorschriften voor de „V.E.
H.l. huisinstallaties", welke zijn samenge
steld door het verbond van electro-technl-
schen handel en industrie en beoogen te be
vorderen, dat in elke woning een doelmatige
electrische huisinstallatie wordt aangelegd.
Ook B. en W. achtten het aanbevelens
waardig, dat eenheid wordt gebracht in den'
aanleg van huisinstallaties en dat die vol
doen aan de eischen, die op grond van in do