DIENST £uchtoaact JCeck S. School Jjiyezouden Stukken feuilleton Wordt er geronseld? Misschien, maar wellicht niet in die mate als geruchten willen doen gelooven. Met ïracantïe Het zoeken naar Amelia Earhart. De Russische Poolvluchten De A. N.T. 25 breekt het lange afstand-record, Non-stopvlucht Moskou-San Diego met succes volbracht. „Spoken", die niemand ziet. Er heerscht omtrent het ronselen voor Spanje, dat nog steeds in ons land zou ge schieden, een zekere geheimzinnigheid, wel ke soms aan spookgeschiedenissen doet den ken. Men vertelt dat er geronseld wordt, maar niemand weet iets omtrent de ronse laars mede te deelen. Zooals ook niemand het spook heeft gezien, aldus de Zaandam- sche correspondent van het Hbld. De knapste rechercheur kan geen draad vinden, noch aan de Zaan, noch te Eindho ven of in Amsterdam. Uit Zaandam zouden, volgens de eerste be richten, twee jongelieden in stilte naar Span je zyn gegaan. Nu gaan er reeds geruchten van twaalf tot veertien gevallen. Een week of zes geleden ontving de politie de mede- deeling, dat vier jongelieden gereed stonden de reis naar Spanje te ondernemen. Toen zij in de hoop bij die gelegenheid kennis te kunnen maken met de bemiddelaars, haar maatregelen had genomen, waren zij reeds vertrokken. De Zaandamsche politie heeft zich toen dadelijk in verbinding gesteld met de Amsterdamsche, die een controle instelde bij het vertrek van de Parijsche treinen, om dat men mededeeling had ontvangen, dat de hoofdstad van Frankrijk het grootste tus- schenstation was. Maar ook dit leverde niets op. De Zaandamsche commissaris van politie meent dat men geen vast reisplan volgt en dat het ook al is voorgekomen, dat men per autobus van Krommenie via Haarlem en Rotterdam de reis maakte. Wij vroegen den commissaris of er vele klachten waren binnengekomen van ouders, wier zonen buiten hun wil waren vertrok ken. Dit is eenmaal gebeurd met een jon gen, diè op twee maanden na meerderjarig was, lichtte deze politechef ons in. De jon gen had te kennen gegeven, het ouderlijk huis te willen verlaten om naar Spanje te gaan. De commissaris heeft den vader toen den raad gegeven zijn kleeren in te pakken, sedert is van het geval niet meer gehoord. Dan was er nog een vrouw komen klagen dat haar man haar en twee kinderen had verlaten, om naar Spanje te gaan. Verder zou een alleenstaand persoon met hetzelfde doel en met achterlating van heel wat schuld er vandoor gegaan zijn. Of zy al len in Spanje zijn aangekomen, is niet be kend. Vjn één weet men dat hij in Spanje aangekomen is, en het goed maakt. Een tweede berichtte aan zijn familie dat h;j in Frankrijk gevangen genomen was en sedert heeft men niet van hem vernomen. Wij vroegen den commissaris of er ook nooit getuigen zijn komen opdagen die een aanbod voor Spanje hadden ontvangen, doch hadden afgeslagen. Dit bleek niet het geval. Er is aan de zaak niet veel te doen, meende de commissaris. Als meerderjarigen het land willen verlaten, omdat zij elders een betrekking kunnen krijgen, dan is daar tegen niets te doen. En de ronselaars zor gen er wel voor, geen overeenkomsten aan te gaan voor dienstneming bij het leger. Men belooft hun een goede betrekking en men schijnt er angstvallig voor te waken zich bekend te maken. Het blijft een vreemde geschiedenis. De indruk is, dat er misschien wel gevallen zijn voorgekomen, maar zeker niet zooveel als de geruchten willen doen gelooven. WAAROM IN DENEMARKEN SCHEPEN LATEN BOUWEN? Vragen aan den minister. De heer van den Tempel (s.d.a.p.) heeft aan den minister van handel, nijverheid en scheepvaart de vogende vragen gesteld: 1. Is den minister bekend, dat de direc tie van de Holland-Amerika-Lijn te Rot terdam aan een scheepsbowmaatschappij in Denemarken den bouw heeft opgedragen van twee motorvrachtschepen van ca. 10.000 tons draagvermogen, terwijl zelfs niet aan alle voor den bouw van zoodanige schepen in aanmerking komende Neder- landsche scheepswerven de gelegenheid schijnt te zijn geboden tot een offerte 2. Heeft vorengenoemde directie, vooral eer deze belangrijke order in het buiten land te plaatsen, overleg gepleegd met de regeering of met de rijkscommissie voor de werkverruiming? Zoo ja, is de minister dan bereid, dien aangaande nadere inlichtingen te ver strekken? 3. Is de minister, indien zulk overleg achterwege is gebleven, niet van> oordeel, dat het, gelet mede op den belangrijken steun, welke in den jongsten tijd van staatswege aan de H. A. L. is verleend, de moreele plicht der directie waren geweest, zich ter zake tot de regeering te wenden, opdat overwogen had kunnen worden, met het oog op de heerschende omvangrijke werkloosheid, de order in Nederland te plaatsen? 4. Is de minister bereid, te doen onder zoeken, of voor den bouw van deze motor vrachtschepen subsidie door de Deensche regeering aan de Deensche werf wordt verleend en van de uitkomst van dit on derzoek mededeeling te doen aan de Tweede Kamer? 5. Is de minister bereid, te bevorderen, dat maatregelen worden getroffen, om te voorkomen, dat belangrijke bouworders voor schepen zonder voorkennis der re geering in het buitenland kunnen worden geplaatst? EEN LIJKENHUISJE ALS BRANDKAST. Een zonderlinge plaats te Oss. In het St. Leonardusgestieht te Oss over leed dezer dagen de doodgraver van het r.k. kerkhof aan den Eikenboomgaard aldaar. De oude man, die zijn laatste levensdagen in genoemde inrichting had gesleten, had voor dien steeds in kommervolle omstandigheden geleefd. Slechts weinige oogenblikken voor dat hij de laatste adem uitblies, deelde de stervende aan het verplegend personeel mede, dat hij nog eenige spaarduitjes bezat, die hij wel op een zonderlinge plaats had bewaard, n.1. in het lijkenhuisje op het kerk hof. Deze mededeeling verwekte niet geringe verwondering, doch men ging op de aange wezen plaats zoeken en vond aanvankelijk niets. Toen men evenwel in een hoek van het gebouwtje begon te graven, bleek het lijkenhuisje een ware schatkamer te zijn. Niet minder dan vier duizend gulden aan contant geld werd opgegraven. Aangezien de overledene geen naaste familie bezat, komt deze onverwachte erfenis thans aan eenige verre familieleden ten goede. KAPITEIN VAN DE „ANDRA" IN ONS LAND TERUG. De gezagvoerder van de „And ra", kapi tein I. Drachten, is na geruimen tijd ge dwongen in Spanje te hebben vertoefd, Dinsdagavond te Rotterdam teruggekeerd. Zooals men zich zal herinneren is de bemanning reeds eenigen tijd geleden ge repatrieerd. Kapitein Drachten is met den Parijschen trein tot Roosendaal gegaan, waar zijn echtgenoote hem verwelkomde. De rest van den weg hebben zij samen per auto afgelegd. Kapitein Drachten heeft nog geen ontmoeting gehad met de directie van de reederij, het Nederlandsch be vrachtingskantoor, zoodat hij nog geen mededeelingen over zijn ervaringen kon doen. Dan Purol meenemen! Dit voorkomt, verdacht en geneest zonnebrand, door zitten en stukloopen. LEGERDAG TE LEEUWARDEN. Gisteren is te Leeuwarden een legerdag gehouden, een evenement, dat in 20 jaar daar ter stede niet is voorgekomen. De dag werd geopend met een marsch door de stad, welke eindigde met een defile vóór het paleis van justitie, voor den commandant van het veldleger J. J. G. baron van Voorst tot Voorst, die zich met tal van militaire en burgerlijke autoritei ten had opgesteld op het bordes van het gerechtsgebouw. De troepen, onder commando van luite- rar.t-kolonel L. H. Kraak, commandant van het 9e reg. inf. te Assen, bestonden uit diverse leger-onderdeelen als twee com- pagniën tirailleurs, twee secties zware mitrailleurs en een sectie mortieren met het stafmuziekkorps, hoofdzakelijk Frie zen, van het 9e reg. inf. te Assen, veldar tillerie huzaren, met het muziekkorps, rijdende artillerie, wielrijders met het muziekkorps, motormitrailleurs, pantser wagens en motorartillerie. Gisternamiddag werden op de Wilhel- minabaan verschillende demonstraties ge houden. VOORBARIGE BERICHTEN OVER WIJZIGING LEGERORGANISATIE. Naar aanleiding van de verschillende persberichten omtrent in het voornemen liggende wijzigingen van de legerorganisa- tie en van de garnizoensindeeling wordt ons van bevoegde zijde medegedeeld, dat deze berichten voorbarig zijn. Door het departement van defensie zijn verschil lende plannen uitgewerkt, doch een defini- tive beslissing is in deze nog niet genomen. WILDE STIER TE LEEUWARDEN. Slagerszoon gewond. Toen gisteravond personeel van den slager v. d. W. te Leeuwarden een tweejarigen stier, die geslacht moest worden, uit den stal bij den veehandelaar v. d. L. wilde halen, is het dier wild geworden. Het viel zijn be geleiders aan. De zoon van den slager werd tegen een deur gedrukt en vrij ernstig ge wond aan een arm. De stier wilde toen een der andere mannen op de horens nemen, doch deze wist tijdig op zij te springen. Daar ook het touw van den neusring gebro ken was, had men het dier niet meer in be dwang. Men had het alleen nog vast aan een touw rond de horens. Daar men echter inzag dat wanneer men den stier losliet, deze groot onheil zou stichten daar zich inmiddels een groote menigte nieuwsgierigen had verza meld, bond men het met gevaar voor eigen leven vast aan een zware machine. Onmid dellijk is de marechaussee gewaarschuwd, die spoedig ter plaatse verscheen en het dier met enkele schoten heeft neergelegd. BRANDSTICHTING AAN HET LICHT GEKOMEN. Knecht van een behanger de dader. In 1929 is in het westelijk stadsdeel van Rotterdam brand uitgebroken in een be- hangerij. De brandweer wist het vuur te beperken tot eenig beddegoed en meubi lair. Aan deze zaak werd verder geen aandacht besteed omdat men vermoedde, dat de oorzaak moest worden gezocht in het achteloos wegwerpen van een sigaret. Dezer dagen kwam de politie ter oore, dat deze brand aangestoken zou zijn en wel door een knecht van den behanger. Men heeft toen dezen knecht opgespoord en hij bekende onmiddellijk in samenwerking met zijn patroon den brand te hebben aangestoken. Volgens zijn verklaringen was de pa troon des avonds met zijn vrouw* uitge gaan. De aangehoudene was achter geble ven z.g. om overwerk te verrichten en toen had hij getracht brand te stichten, hetgeen evenwel niet geheel gelukt is. Door deze bekentenis heeft de knecht ook den patroon in de zaak betrokken, die in middels naar Vlaardingen was verhuisd waar hij thans is gearresteerd. Beide mannen zijn opgesloten in het politiebu reau aan de Oostevantstraat. Zij zullen een dezer dagen Ier beschikking van de justitie worden gesteld. SCHATTEN VAN „THORPEHALL" VERLATEN HET SCHIP. Opgeborgen in de safe van de Nederlandsche Handelmaatschappij te Vlissingen. De zich aan boord van het in de haven van Vlissingen liggende Engel- sche s.s. Thorpehall bevindende Spaansche schatten, waarop een dub bel beslag gelegd is, zijn gisteravond onder streng politietoezicht van boord gehaald en per verhuiswagen overge bracht naar het gebouw van de Neder landsche Handelmaatschappij te Vlis singen, waar de kostbaarheden in de safe zijn opgeborgen. Het schip blijft onder politiebe waking. VERSTEKELINGEN. lviet het Zuidslavische stoomschip Ante Topic zijn uit Sibenik als verstekeling mee gekomen 5 Zuid-Slaven. Zij zijn ter beschik king van den vreemdelingendienst gesteld en zullen hoogstwaarschijnlijk met hetzelfde schip weer worden teruggezonden. ROODVONK TE ZAANDAM. Vacanties werden vervroegd. Te Zaandam doen zich op enkele scholen gevallen van roodvonk voor die evenwel niet van kwaadaardigen aard zijn. Teneinde uitbreiding te voorkomen heeft men den maatregel getroffen de vacantie te vervroe gen en de scholen waar de gevallen voorge komen zijn, te sluiten. Voorloopig betreft dit alleen de katholieke meisjesschool en de twee bewaarscholen. INSTORTING IN EEN ZANDERIJ. Doodelyk ongeluk te Alteveer. In de zanderij te Alteveer, gemeente Nieuwe Pekela is gistermiddag een ernstig ongeluk voorgevallen. Nadat een zandinstorting drie mannen had bedolven', die echter ongedeerd te voorschijn konden worden gebracht, kwam even later opnieuw een instorting voor, op eenigen afstand van de vorige. Hierbij werd de 18-jarige H. K. uit Alteveer onder een groote hoeveelheid zand begraven. Het duurde geruimen tijd, voordat men het slachtoffer had bevrijd. Toen het een maal zoover was, waren de levensgeesten reeds geweken. CONFLICT BIJ L. SMIT EN CO. OPGELOST. Voorgestelde loonsverlaging terug genomen. Na de besprekingen, die gisteren ge voerd zyn tusschen de directie van L. Smit en Co.'s Internationalen Sleepdienst en den Centralen Transportarbeidersbond is de voorgestelde loonsverlaging van 15 procent voor bemanningen van sleepboo- ten, die binnen liggen en niet repareeren of gereed zijn voor alle diensten, terugge nomen, terwijl voorts de toezegging ge daan is, dat de loon- en arbeidsvoor waarden met ingang van 1 October a.s. in een collectief contract zullen worden vast gesteld. Hiermede is de staking, die van daag dreigde uit te breken, van de baan. NEDERLANDSCHE WAARDEERING. De Nederlandsche regeering heeft als blijk van waardeering voor de redding door het Britsche stoomschip „Dewsbury" van de opvarenden van het Nederlandsche motorzeilschip „Albion" op 25 October 1936, toegekend aan den kapitein van ge noemd stoomschip een gouden horloge met toepasselijk inschrift en aan den eersten stuurman T. E. Fea, de matrozen E. De- pledge, D. Hugens en E. Stobbs en den stoker J. A. Scott ieder een zilveren siga rettenkoker met toepasselijke inschriptie. A.s. Zondag zal in de Kapelkerk in den avonddienst de doopsbediening plaats hebben door ds. van Dop. PREDIKANT BEROEPEN. In de vacature van predikant by de herv. gemeente te Alkmaar, ontstaan door het overlijden van wijlen ds. Deetman, is beroepen ds. J. H. Klein Wassink te Culemborg. EXAMEN M.U.L.O. Voor het gisteren gehouden examen m.u.l.o. slaagden voor diploma A: D. M. Peek, L. Stallbommer, M. Korevaar en G.' ten Ca te te Purmerend; M. Flipse te dé Rijp; L. Brand en A. Brand te Beemster; A. de Oude, J. J. C. Willems, G. M. Wuut- man, G. Teerhuis, H. Schoonhoven, L. M. Schaap en G. C. Hoytink allen te Alk maar; J. Bakker te Ursem; M. de Jong te Hoogwoud; J. Stammes te St. Pancras; J. J. Brizée, W. Kok, J. Willemse en C. C. de Stigter allen te Den Helder; C. If. Houtlosser te Anna-Paulowna, C. Ver dwaald te West-Graftdijk, D. J. Leegwater te Broek op Langendijk en W. S. Geerts te Schagen. BEVORDERD. Bevorderd zyn van de eerste naar de tweede klasse van de Rijkstuinbouwschool te Boskoop de leerlingen J. Kruger te Cas- tricum en O. de Haan te Hippolytushoef. ONZE POSTVLUCHTEN. De „Ibis" (uitreis) arriveerde te Rangoon en de „Torenvalk" (thuisreis) te Bagdad. DE CALEDONIA NAAR NEWFOUNDLAND. De Coledonia van de Imperial Airways die kort geleden met succes een Oceaan- vlucht heeft gemaakt, is om 13.12 uur G. M. T. gisteren van Boucherville in Canada vertrokken naar Botwood op New-Foundland. DE ORANJEKLEUR VOOR VOOR RANGSWEGEN. Mijnheer de Redacteur, Oranje is de kleur voor voorrangswegen, d.w.z. om voor die gevaarlijke wegen te waarschuwen, als ze, zooals hier, door een bebouwde kom loopen vooral prachtig maar dan moet die kleur ook uitsluitend voor die wegen gebruikt worden. A.N.W.B. en K.N.A.C. hameren er dan ook zeer terecht op, dat de reeds bestaande oranjekoppen van paaltjes langs niet-voor- rangswegen overgeschilderd zullen worden. Alkmaar is nu ook een voorrangsweg „rijk", vlak langs haar Hart, en die is nu versierd met oranje wegpunaises, wat niet alleen mooi, maar ook uiterst practisch is, want geen bord aan een paal naast den weg, valt zóó in 't oog als die wegpunaises op den weg, maar, dan moeten die oranje weg punaises, niet gebruikt worden voor andere wegen (zooals hier geschiedt) en vooral niet voor de aan dien voorrangsweg aansluitende wegen! Dat hadden m.i. weer witte punaises moe ten zijn, dan zouden die direct waarschuwen: daar is 't met den voorrang gedaan, resp. daar begint de voorrang. Zoo ook zijn die oranjepunaises prachtig op hun plaats gebruikt voor de voetgangers- overgangen die evenwijdig aan den voor rangsweg loopen, maar onjuist of niet geheel juist, waar de voetgangers-overgang den voorrangsweg kruist, daar moeten het m.i. geheel of tenminste half om half witte en oranje-punaises zijn. Die oranje-voetgangers-punaises zijn dan juist ook nog weer zoo'n prachtige waar schuwing voor 't kruisende verkeer: pas op, ge kruist een voorrangsweg. Dankend voor opname. Hoogachtend: EEN WIELRIJDER-AUTOMOBILIST. Resultaten nihil. Het vliegkampschip „Lexington" is in de nabijheid van het eiland Howland aangekomen en is begonnen deel te nemen aan het zoeken naar Amelia Earhart. Gister zijn zestig vliegtuigen van de „Lexington" opgestegen; zij zochten een gebied van 93.240 vierkante kilometer af. Dit is de meest groote opsporings- tocht in de marine-geschiedenis. Vliegtuigen keeren onverrichterzake terug. Geen spoor gevonden. De opgestegen zestig Amerikaansche ma rinevliegtuigen hebben geen spoor van de verdwenen aviatrice, Amelia Earhart en haar metgezel, of van haar toestel, kunnen vinden, en zijn onverrichterzake naar de „Lexington" teruggekeerd. Na deze laatste vergeefsche poging kan het lot van de thans sinds elf dagen ver dwenen beroemde aviatrice thans definitief zeker geacht worden. De Sovjet-Russische vliegers hebben definitief het record op den langen af stand gebroken. Zij hebben boven San Francisco ge vlogen, maar zij niet gedaald en zetten den tocht voort naar San Diego in Cali- fornië. Dit bericht werd hedenmorgen ontvangen. In den loop van gisteren werden over deze succesvolle tocht nog de volgende bijzonder heden gemeld: De militaire radioberichtendienst in Alaska heeft gister te 17.35 u. G.M.T. een AVONTURENROMAN. Door G. P. BAKKER 63) „Zooals men u zeker medegedeeld heeft, heb ik getracht u in Halle een bezoek te brengen, maar had niet het geluk u per soonlijk te treffen. Ik twijfel echter niet of men heeft u mijn berichten overgebracht" antwoordde don Felipe in dezelfde taal. Tilly knikte. Het viel den markies op, hoe oud en be zorgd Tilly er uitzag in zijn wijden rok. „Is dat nu de man, die zooveel menschen moedwillig laat vermoorden?" vroeg hy zich af. „Mijn mannen hebben hedenmorgen een Zweedschen ritmeester gevangen genomen in een gevecht twee mijlen van hier. Hij deelde ons mede, dat er een verbond ge sloten was tusschen den Zweed en den keurvorst. Dat was trouwens te verwach ten." „En het is juist. De Zweden zyn te Wit- tenburg, de Saksers in Torgau. De beide legers zullen zich zeker spoedig vereeni- gen." „Weet u iets van de sterke?" „Ongeveer. De Zweden onder den koning ongeveer 30.000 man. Dan zijn de generaals Horn en Tott onderweg en Hamilton met 6000 Engelschen. Het zal echter de vraag zyn of ze spoedig kunnen aankomen. De Saksische troepen schat men op 18.000 on der den keurvorst en van Arnheim." „Dank u. Maar wat is het plan van de Zweden? Leipzig te ontzetten of een be slissend en slag te wagen?" „Volgens mijn berichten, en die zijn ge woonlijk te vertrouwen, loopen de meenin gen van den koning en den keurvorst uit een." „Juist als hier", antwoordde Tilly. „Ik voelde er weinig voor alles op één kaart te zetten. We hebben heden krijgsraad ge houden. Pappenheim in zijn jeugdigen op- bruisenden overmoed, heeft echter, ge steund door Fürstenberg en anderen, zoo sterk op een veldslag aangedrongen, betoo- gend dat het juister is zelf den strijd voor te bereiden, dan te wachten tot de vijand je daartoe noopt. Bovendien brachten ze in 't midden, dat ik nog nooit een slag verlo ren had, hetgeen inderdaad de waarheid is. Tenslotte heb ik me laten overtuigen. Na ons in het bezit van Leipzig te hebben ge steld, zullen we op de vlakte een uitge zochte stelling innemen. Liever had ik ge wacht een beslissing te nemen tot Altringer en zijn troepen waren aangekomen. Maar zou de Zweed daarop gewacht hebben?" „Waarschijnlijk niet" antwoordde don Felipe. „Misschien wordt ik te oud en te bedacht zaam", meende Tilly. „Waarom heeft Zijne Majesteit de keizer mij op mijn leeftijd nog aan het hoofd van zijn legers gesteld, juist toen ik besloten had in een klooster te gaan om daar rust te vinden?" „Uwe Excellentie oud?" lachte de don „U heeft de kracht van de jeugd en de wijsheid en ondervinding van den ouder dom." „Ja, ik heb altijd mijn krachten gespaard. Nooit heb ik mij met vrouwen bemoeid en nooit te veel gedronken! Maar die beroerde omgeving hier, die doodskoppen en die ge raamten. Het is of ze mij verwijten doen en mij mijn ondergang voorspellen. Ik zal blij zijn, als ik dit onzalige huis kan verla ten. Zelfs Pappenheim voelde zich hier somber gestemd en kwam zichtbaar onder den indruk. Ik laat me dan ook niet langer weerhouden door dien talmenden magis traat. Morgen zullen ze moeten beslissen. Myn geduld is ten einde. Als ze nog langer aarzelen laat ik stormen. Graag zou ik de stad sparen. Ze beheerscht de geheele vlak te van Leipzig, een uitstekend strategisch punt." „Het spreekt vanzelf, dat ik niet de groote strategische kennis bezit van Uwe Excellentie" bracht de markies in het midden. „Misschien niet, maar voor den inlich- tingdienst is Uwe Excellentie zijn gewicht aan goud waard, luidde het oordeel van den veldmaarschalk. „Ik zou U zeer dankbaar zijn als U voor mij de plannen van den Zweed zou kunnen ontdekken." „Ik zal mijn best doen", antwoordde don Felipe, „en wat ik weten wilde, ben ik nog altijd gewaar geworden. Overigens heb ik een poging gewaagd een eind aan dezen oorlog te maken. Ze is helaas mislukt." Tilly gaf geen antwoord. „Is Cantin reeds terug, Excellentie?" „Neen." „Ik zou hem anders graag hebben ge sproken. U weet, dat ik hem dringend heb gewaarschuwd 's nachts niet door die een zame wouden te rijden." „Ja, dat weet ik. Hij is soms te voort varend en verliest dan de voorzichtigheid uit het oog." „Heeft u gesoupeerd?" „Dank u zeer. Ik heb in een herberg ge geten. Ik had haast. Uwe Excellentie moet maar niet naar mijn kleeding zien, vol vuil en stof van de reis. Om tyd te winnen rijd ik te paard." „Tijd is thans meer waard dan geld. Be schikt u over voldoende middelen of kan ik u soms helpen?" „Pardon, Excellentie" antwoordde don Felipe een beetje koel. "Zijne Majesteit zendt mij voldoende. Overigens is geld voor mij van weinig beteekenis." „Gelukkig mensch", zei Tilly met een matten glimlach, maar blijkbaar verlicht. „Dat kunnen weinigen zeggen. Zyne Majes teit te Weenen schijnt maar al te dikwijls slechts de beschikking te hebben over een leege schatkist." „En nu", zei don Felipe, „zal ik den kost baren tijd van Uwe Excellentie niet langer in beslag nemen. Zoodra de Zweed zyn be slissing heeft genomen, kom ik zelf of zend een vertrouwde bode." De veldmaarschalk begeleidde den gezant tot de deur. Buigend reikten ze elkander de hand tot afscheid. De hellebaardiers sa lueerden. Don Felipe sprong op zijn paard, zei tegen den wachtmeester: „Vriendelijk, dat u ge wacht heeften drukte hem iets in de hand. Deze keek even ter luiks. Een gouden dukaat. De tweede wachtmeester geleidde hem naar den ingang. Ook deze ontving iets. Hij keek en zei tegen den kapitein: „Hij mag dan een verbond met den duivel ge sloten hebben, maar hij is ook verduiveld royaal. Een gouden dukaat." „De duivel betaalt veel voor een zieltje", antwoordde de kapitein. Inmiddels waren de man van Werben en dokter Praxiteles in een druk gesprek ge wikkeld. „Waarom gaf je me een teeken", zei Piaxiteles, „toen ik voelde, dat er goud in den grond geborgen zat?" „Om verschillende redenen", antwoordde de man van Werben, „waaronder een paar, die je zelf hebt begrepen. Als je had ge zegd: Hier liggen de schatten begraven, zou dat zeer zeker de aandacht van de mannen hebben afgeleid van onze. eigen onderne ming. Ik zeg niet van ons, maar van de ondergeschikten. Als wij weg waren, zou den ze misschien met Ulrich aan het graven zyn gegaan, groote schatten en gouden geldstukken waren te voorschijn gekomen. Dukaten, gouden rijders, rozenobels pisto len, ponden, goudguldens, dubloenen e° wat niet al. Je eigen standpunt is altijd is altijd geweest, dat het goud de slechtste eigenschappen in den mensch wakker roep (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 10