Spoel
Een plaats met een trieste reputatie.
Het binnenaanvarings-
reglement.
SLEEUWIJK OP ZONDAG.
Glimlachje
De vTaag die de heer Bartholémy zóó juist
zijnen nieuwen landgenooten in naam der
broederlijkheid gesteld heeft zoo zeide de
gouverneur is treffend, en van die broe
derlijke gevoelens kan hij verzekerd zijn.
België zal ook de teruggewonnen gebieden
regeeren volgens de grondbeginselen, die het
in de rij der beschaafde landen mede vooraan
deed staan, namelijk door het opwekken der
gevoelens van gerechtigheid, eerlijkheid,
loyaliteit en vrijheid. Wij verlangen niet
van uw medeburgers zoo vervolgde de
gouverneur van Luik dat zij met jeugd
herinneringen en traditie tabula rasa zullen
maken. Wij verlangen slechts dat men eer
lijk verklare of België tegenover zijn nieuwe
staatsburger als een beschaafd volk, als be
schermer van arbeid, vrijheid en vrede op
treedt. Wij verlangen geen verloochening
van het vroeger-geliefde, wij verlangen
slechts begrip voor België's taak en voor de
moeite die het zich getroost, die ook te ver
vullen. Zóó willen wij uw toegenegenheid
trachten te winnen. (Applaus.)
Vervolgens zegde de gouvernuer toe de
rechtmatige wenschen van den interpellant
op nadrukkelijke wijze ondersteund aan het
ministerie van binnenlandsche zaken in
Brussel te zullen doorgeven.
Maar, zoo voegde hij er aan toe: uit mijn
persoonlijke ervaring is mij geen geval be
kend dat tengevolge van de tusschenschake-
ling van den zeer bekwamen Luikschen ver
taaldienst belangrijke vertragingen ontstaan
2yn en het is de vraag of de zes nieuwe be
ambten die gij voor een gebied van in totaal
60.000 zielen vraagt, niet wat veel is
Verder vertelde de gouverneur nog, dat
het hoofd der le afd. van de provinciale
griffie te Luik, ondanks zijn drukke werk
zaamheden en zijn hoogen ouderdom, de stu
die van het Duitsch weer krachtig ter hand
genomen had
„In elk geval: aan misverstanden voort
spruitende uit onvoldoende kennis van
Fransch en Duitsch, moet zoo spoedig moge
lijk een einde komeri, mede door het spre
ken van de taal die ons allen eigen is: de
taal der liefde tot België, tot den vrede en
de vrijheid"
Merkwaardig. Eenige jaren geleden wan
delde schrijver dezes door de dreven van
Nieuw-België. Langs den weg zaten school
kinderen hun lesje te leeren. Hij vroeg 't
boekje eens te mogen zien, en las op de eer-
ste bladzijde: „Die Geschichte unseres Vater-
landes Belgiën fange an"
Merkwaardig, merkwaardig...- die toestan
den in meertalige landenDe vaders van
die kinderen hadden in het Duitsche leger
gevochten
Stuurboordswal voor de motor
booten.
Mijn vorig artikel over het Binnenaan
varingsreglement heeft zooveel belang
stelling ondervonden, terwijl de redacties
der verschillende bladen zoo van ganscher
harte verdere medewerking hebben toe
gezegd, dat ik het waag nogmaals de aan
dacht van varend Friesland te vragen.
Eerst kom ik dan even terug op mijn
vorig artikel, waarin ik tot de conclusie
kwam: Motorbooten, houdt uw stuur
boordswal; laveerende schepen, laat de
stuurboordsbaan der motorbooten vrij,
draait op hen en kom niet tusschen hun
stuurboordswal en de motorboot.
Tweemaal daarna had ik gelegenheid de
uitwerking in de practijk te controleeren:
éénmaal slepende achter een motorboot,
terwijl een groot deel van de Leeuwarder
vloot bij Noordenwind huiswaarts la
veerde en éénmaal zelf huiswaarts lavee
rende. Ik heb daarbij mogen constateeren,
dat veel meer dan vroeger stuurboordswal
werd gehouden. Maar enkele hardleer-
schen, die naar bakboordswal gaan, zijn er
nog steeds. Dat daaronder ook één was,
die ter zake reeds een bekeuring had op-
geloopen en door mijn bemoeiingen van
vervolging was vrijgesteld, was een minder
prettige ervaring.
Algemeen er van doordrongen, dat de
Friesche gewoonte steeds te wijken voor
een laveerend zeilschip onreglementair is,
is men klaarblijkelijk nog niet: ik mocht,
door den wind gaande om den stuur
boordswal vrij te laten voor een achter mij
aankomende hakkepuffer, een hartige toe
spraak in ontvangst nemen in den trant
van „waarskou dan oek".
En dus nogmaals: bestudeer de artikelen
34 en 35!
In verband met dit artikel 35 wil ik
thans een nieuwe kwestie aansnijden, die
nog zeer onlangs door een onzer zeilers tot
den Hoogen Raad toe is uitgevochten. Van
dat bepaalde geval wil ik mij echter ver
der los maken, omdat het niet alleen betrof
een eenvoudige reglementsovertreding,
doch ook een aanvaring tengevolge had
met vrij ernstige materieele schade, en
bovendien om de zeer plausibele reden,
dat ik de stukken betreffende dat geval
niet ken en mij dus geen oordeel wil aan
matigen.
Het zeilschip en de hooge wal.
Wij zeilers houden krap aan den wind
graag het hooge walletje, waaraan je zoo
lekker blijft vastkleven. Met een stijven
Noordooster gaan we uit Leeuwarden,
ruimschoots tot de Froskepolle en dan kort
om den hoek met gang het Woudmansdiep
in en den hoogen Noord wal vastgehouden.
In de Lange Meer dezelfde tactiek en dan
verder ruimschoots op Grouw aan. Terug
bij Syteburen naar binnen, den Oostwal
gehouden over bakboord, dan over stuur
boord weer langs het hooge walletje van
de Folkertsloot en vanaf Eernewoude krap
aan den wind terug over Wartena huis
toe. Een van de prachtigste rondvaarten,
die wij kunnen makenen waarbij wij
dan gedurende drie trajecten, n.1. heen
Woudmansdiep en Lange Meer, terug Fol
kertsloot, constant artikel 35 hebben over
treden, althans bakboordswal gehouden.
Moeten wy zeilers dus deze voor ons
toch zoo uitermate gunstige tactiek: hooger
wal houden, los laten?
M. i. gelukkig niet. Immers, het Binnen-
aanvaringsreglement voorziet in het alge
meen, indièn de omstandighéden en goede
navigatie zulks medebrengen, de mogelijk
heid af te wijken van de bepalingen in
zake het uitwijken, mits men van zijn
voornemen daartoe tijdip kennis geeft.
Om te beginnen luidt artikel 35 reeds:
„In nauwe vaarwaters moet elk stoom-
vaartuig, dat varende is, indien althans
zijn diepgang het toelaat, en elk zeilvaar-
tuig, dat varende is, indien de wind het
toelaat, de stuurboordszijde van het vaar
water houden".
Ik wijs hierbij in de eerste plaats op de
woorden „indien de wind het toelaat".
Iedere zeiler weet, dat, als hy zoo schraal
aan den wind ligt, dat hen nog net aan het
hooge walletje kan blijven kleven, de wind
het niet toelaat, dat hij aan de overzijde,
dus aan lager wal, recht blijft doorvaren.
Reeds hierom dus is naar mijn meening
onder dergelijke omstandigheden de zeiler
niet gebonden aan artikel 35.
Mag hy echter zonder meer zijn bak
boordswal houden?
Ook dit m. i. niet.
Signalen geven!
Artikel 41 Binnenaanvaringsreglement
luidt in den aanhef:
„Een stoomvaartuig, dat varende is,
moet, indien het handelt ter voorkoming
van aanvaring, zijne handeling aan een
ander in het zicht zijnd vaartuig door de
volgende seinen kenbaar maken:
1 korte stoot beteekent: „Ik wijk naar
stuurboord uit".
2 korte stooten beteekenen: „Ik wijk
naar bakboord uit".
3 korte stooten beteekenen: „Ik sla volle
kracht achteruit",
terwijl het laatste lid deze bepalingen ook
toepasselijk maakt voor zeilschepen.
Ik meen artikel 35 in verband met ar
tikel 41 zóó te mogen duiden, dat zeil
schepen die krap aan den wind liggen en
te dien einde hun hoogen bakboordswal
houden, bij nadering van een tegemoet
komend vaartuig hun bakboordswal mogen
houden, mits zij tijdig twee korte stooten
op hun hoorn geven.
In een hieronder aan te halen werkje
wordt betoogd, dat stoomvaartuigen die
twee korte stooten moeten geven, doch
zeilvaartuigen daartoe niet verplicht zijn.
Men steunt daarbij op den leterlyken tekst
die zegt, dat zeilvaartuigen hun voornemen
om naar bakboord te gaan „mogen" ken
baar maken. Ik zou deze uitlegging niet
willen volgen en den raad willen geven:
Geeft zekerheidshalve als ge aan bakboord
blijft uw twee stooten.
Een nuttig boekje.
Tot myn spijt moet ik voor enkele weken
afscheid nemen van Friesland's water
land, zoodat ik voorloopig geen gelegen
heid zal hebben verdere artikelen aan het
Binnenaanvaringsreglement te wijden. Ik
vind het daarom verheugend, een beknopt
werkje over dit reglement te kunnen aan
kondigen, dat dezer dagen bij Schaafsma
en Brouwer te Dokkum verscheen. Het is
van de hand van de heeren D. J. Bonner
man en P. R. A. Roozen, inspecteurs van
politie te Amsterdam en bevat een popu
laire uiteenzetting van het reglement. Het
is met duidelijke teekeningen verlucht en
kan zonder twijfel zeer veel bijdragen tot
verbreiding van de noodige kennis in dezen
bij onze watersportbeoefenaren. Het bevat
een volledig reglement, zoodat men dus
meteen kan voldoen aan de wettelijke
verplichting dit reglement aan boord te
hebben. Men volsta dan echter niet alleen
met het aan boord hebben, doch bestudeere
het ook grondig.
Mr. Dr. J. P. HOOGLAND,
Voorzitter Leeuwarder Watersport-
Vereeniging.
Zeilen
OM DEN AMERICA-CUP.
Ranger wint ook de derde race.
Gister werd de derde race gezeild om den
America-cup tusschen Harold Vanderbilt's
Ranger en mr. Sopwith's Endeavour II.
Ook deze derde race werd door het Ame-
rikaansche jacht gewonnen en indien de
Ranger ook de race van Donderdag wint,
blijft Amerika houder van de trophee.
De tijd van de Ranger was 3 uur 54 min.
30 sec., die van de Endeavour II 3 uur 58
min. 57 sec.
De Ranger vestigde een nieuw record op
de baan over 15 mijlen aan den wind met
een tijd van 2 uur 3 min. 47 sec. Het record
stond op naam van de „Rainbow", eveneens
van Harold Vanderbilt, gevestigd met een
tijd van 2 uur 4 min. 25 sec. in het jaar 1934
in den strijd tegen de Endeavour I van den
heer Sopwith.
IJMUIDEN—SOLENT.
De „Senta" winnaar. „Zeearend"
tweede.
Het eindresultaat van den zeilwedstrijd
IJmuiden—Solent, georganiseerd door de
Koninklijke Nederlandsche Zeil- en Roei-
vereeniging, in samenwerking met de Royal
Ocean Racing is als volgt:
1. Senta van R. Schmidt, 2. Zeearend van
C. Bruijnzeel Jr., Kon. Nederlandsche Zeil
en Roeivereeniging, 3. Roland von Bremen,
4. Hamburg, 6. Peter von Danzig, 7. Ettsi 5,
8. Asta.
De Senta heeft den wisselbeker, door den
voorzitter der koninklijke zeil- en roeiver
eeniging, den heer E. Crone, ter beschikking
gesteld, gewonnen.
Dammen
OM DEN ALKMAAR SC HEN DAM
TITEL.
Dinsdag werd in café Populair de strijd
om den Alkmaarschen damtitel voortgezet
met eenige interessante partijen.
De afgebroken partij uit de 2e ronde tus
schen J. Ravestein en P. Bakkum, welke
werd voortgezet, eindigde in een overwin
ning voor Bakkum.
Burgert had in zijn partij tegen Akker
man, voor de 3e ronde gespeeld, de grootste
moeite om te winnen. Na een fraai gespeeld
eindspel mocht het hem toch gelukkén een
stuk voordeel, in 't middenspel verkregen,
uit te buiten en de partij te winnen.
Voor de 4e ronde ging de partij P. J. Smo-
lenaarsK. A. Jakschtov, welke de vorige
week in remise was geëindigd. Deze barra
gepartij werd geen herhaling van de vorige.
Jakschtov, thans met zwart spelend, was
niet in zoo grootschen vorm als men van
hem gewend is en na in een .damzet" te zijn
„geloopen" speelde hij een verloren spel.
Het resultaat was dan ook, dat Voorwaart's
clubkampioen deze partij won en zich hier
mede voor den eindstrijd der laatste vier
klasseerde.
Inmiddels kwam ook de partij E. Hofman
P. Bakkum, welke voor de derde ronde
ging, nog tot een einde, al was dit einde dan
ook remise. De heer Bakkum, de eenige niet-
club-dammèr, die nog in den strijd is, is dus
wel taai.
Völgênde week dus weer een barragepar
tij. Inmiddêls is hêt aantal spelers dat nóg
in den strijd zit, geslonken tót zeven.
Wie zal triomfeeren?
Waterpolo
HET IJ KAMPIOEN VAN
NEDERLAND.
H.Z. en P.C. met 64 op eigen terrein
verslagen.
In een uiterst spannenden wedstrijd heeft
gisteravond in het zwembad De Regentes
te dèn Haag het IJ met 64 van H.Z. en
P.C. gewonnen, waarmee de Amsterdam
mers voor 1937 beslag op het Nederlandsch
kampioenschap hebben gelegd, daar zij te
Amsterdam reeds met 42 van de Hage
naars hebben gewonnen.
Hiermee heeft H.Z. en P.C. den titel, die
zij twee jaar lang heeft gevoerd aan het IJ
moeten afstaan.
De ruststand in dezen wedstrijd was 22.
Zwemmen
THOMAS BLOWER ZWEMT OVER
HET KANAAL.
In 13 uur 21 minuten.
De Engelsche zwemmer Thomas Blower
is er in geslaagd het kanaal over te zwem
men. Hij ging te Kaap Gris Nez te water en
zwom van Gris Nez naar Dover in 13 uur 21
minuten.
Hoewel Blower een zeer goeden tijd
maakte, is hij niet beneden het record van
George Michel, den Franschen zwemmer, ge
bleven, die in 1924 een tijd noteerde van 11
uur 5 min.
Het lijst der kanaalzwemsters en zwem
mers ziet er thans als volgt uit:
Kapt. Webb 1875 21 uur 40 min.
Burgess 1911 23 uur 40 min.
Sullivan 1923 27 uur 23 min.
Tiraboschi 1923 16 uur 23 min.
Teth 1923 16 uur 54 min.
Mej. Ederlee 1926 14 uur 32 min.
Mevr. Corson 1926 15 uur 28 min.
Vierkotter 1926 12 uur 42 min.
Geo Michel 1926 11 uur 5 min.
Norman Deriham 1926 13 uur 59 min.
E. Temme 1927 14 uur 27 min.
Mercedes Gleitze 1927 15 uur 15 min.
Dorothy Logan 1927 13 uur 10 min.
Ivy Gill 1927 15 uur 9 min.
Mej. Ivy Hawke 1928 19 uur 16 min.
Mej. Hilda Sharp 1928 14 uur 58 min.
Helmi 1928 23 uur 45 min.
Peggy Duncan 1930 16 uur 30 min.
Mej. Loury 1933 15 uur 45 min.
Mevr. E. Faber 1934 14 uur 40 min.
E. H. Temme 1934 15 uur 54 min.
Haydn Taylor 1935 14 uur 48 min.
Thomas Blower 1937 13 uur 21 min.
Bridge
WEDSTRIJD ORANJE-HOTEL TE
BERGEN.
Gisteravond werden de bridge-wedstrijden
in het Oranje-Hotel voortgezet. Er waren 56
deelnemers, waaronder tal van gasten. Er
werd gespeeld in twee groepen van 7 tafels.
In elke lijn werden drie prijzen uitgereikt.
Ongeveer een half uur nadat het laatste spel
was gespeeld, kon door den leider, de heer
J. de Lange te Bergen, de uitslag worden
bekend gemaakt.
Groep A, N.Z.-üjn, 7 paren: 1. Heeren
Delvaux en Hartman te Purmerend 22 p.; 2.
Gebr. Kooyman te Purmerend 24 p.. 3. mej.
J. Tol en de heer H. Slotboom te Alkmaar
24)4 P-
Groep A, O.W.-lijn, 7 paren: 1. Heeren
Blom en L. Grootegoed te Bergen 20)4 P-l
2. Heeren A. Visser en N. Schermerhorn te
Alkmaar 211/21 p.; 3. Mej. A. Elzas en de heer
B. Kuijper te Alkmaar 24 p.
Groep B, N.Z.-lijn, 7 paren: 1. heer en
mevr. Schuddeboom te Bergen 22 p.; 2. hee
ren Von Berg en Mencke te Bergen 23 p.; 3.
Mevr. Schouwe en de heer Visscher te Ber
gen 25 p.
Groep B, O.W.-lijn, 7 paren: 1. heer en
mevr. v. d. Tooren te Alkmaar 20 p.; 2. da
mes Melot en Bootsma te Bergen 24 p.; 3.
heer en mevr. Cousel te Bergen 26 p.
Schaken
HET LANDENTORNOOI TE STOCKHOLM.
Nederland wint van IJsland en leidt
tegen Litauen.
Gister werden de hangpartijen der ont
moetingen van de vierde, vijfde en zesde
ronde voortgezet, terwijl daama de wed
strijd uit de zevende ronde gespeeld werd.
Landau maakte zijn partij tegen den IJs
lander Godmundssop uit de vijfde ronde re
mise, zoodat Nederland met 2)4—IX van
IJsland won.
In de zevende ronde leidde Nederland met
21 tegen Litauen. De partij de Groot
Abramavicius is afgebroken in een voor on
zen landgenoot betere stelling, zoodat de
mogelijkheid groot is, dat Nederland ook de
zevende ontmoeting zal winnen.
Tsejchoslowakije heeft zooveel afgebro
ken partijen, dat men er niet mede is klaar
gekomen. De ontmoeting tegen Zweden uit
de vijfde ronde en tegen Noorwegen uit de
zesde ronde is nog steeds niet geëindigd.
Uit de algemeene rangschikking blijkt,
dat Polen momenteel met 22)4 punt de lei
ding heeft. Nederland staat zesde met 19 p.
plus 1 afgebroken partij.
Men dient echter niet te vergeten, dat
De burgemeester van Sleeuwijk schrijft
ons, naar aanleiding van het artikel van
onzen R-redacteur, het volgende:
Uw blad werd mij toegezonden. Het
daarin geplaatste artikel, onder de
vetgedrukte koppen, heeft blijkbaar inge
slagen bij velen. Hetzij, dat men het er
mede eens was, hetzij dat men anders oor
deelde, de inhoud trok aan of stuitte af, al
naar de geestes-gesteldheid van de(n)
lezer(es) was. Ieder die het op prijs stelt in
een Christenland te mogen leven, te genie
ten van de zegeningen van het Christen
dom, al heeft hij over sommige zaken een
afwijkend oordeel, zal de inhoud en toon
van Uw artikel sterk afkeuren.
Het is van begin tot eind een spotternij
met die achterlijke Christenen, die meenen
er nog een „dag des Heeren" op na te moe
ten houden. Voor verlichte, moderne men-
schen zijn onze dagen ontleend aan zon en
planeten, aan de namen van de goden onzer
heidensche voorvaderen, de Germanen;
maar te denken of te spreken over „den
dag des Heeren", en dienovereenkomstig
ook als „Christelijke" Overheid dien dag af
te zonderen van de andere dagen, en mede
te werken op haar terrein, opdat men naar-
stiglijk op dien dag tot de Gemeente Gods
kome om Gods Woord te hooren, de Sacra
menten te gebruiken, God den Heere open
lijk aan te roepen en den armen Christe
lijke handreiking te doen. (Heidelb. Cate
chismus)... Zie, dat zijn voor U blijkbaar
zulke achterlijke begrippen, welke alleen
maar verdienen met spot bejegend te wor
den. Nu, daarvan heeft de Gemeentelijke
Overheid hier ruimschoots haar deel van
U ontvangen! Het is spotten van begin tot
eind met de wijze, waarop de Gemeente
lijke Overheid alhier „den dag des Heeren"
afzondert van de overige dagen. Alsof die
dag een bedenksel van menschen ware, en
niet van God verordineerd! Het heeft voor
den Christen nog steeds beteekenis, dat de
Openbaring van Jezus Christus aan zijn
dienstknecht Johannes, op het eiland Path-
mos verbannen „om het Woord Gods en om
de getuigenis van Jezus Christus", ge
schiedde op den dag des Heeren, dat is op
Zondag, den eersten dag der Christelijke
week. Of is er geen ander beroep voor de
zen afval, dan dat men ontrouw is gewor
den aan het Geloof (der Vaderen), dat de
versmaadheid van Christus meerderen
rijkdom achtte dan de schatten in Egypte?
Ik zou het uit uw artikel afleiden. „Brood
en spelen" is alles; het toerisme is de god,
waarvoor ieder moet knielen. Die dit wei
gert en het toerisme ondergeschikt maakt
aan de viering van den dag des Heeren in
eigen gemeente, over hem wordt spot en
verachting gegoten. Als U de macht had,
dan werd de Overheid van Sleeuwijk ook
naar het eiland Patmós Verbannen, omdat
zij, naar Uw eigen woorden, „de weelde
van een internationale bekendheid niet
kan dragen"; omdat zij „een twijfelachtige
reputatie heeft gekregen bij eiken buiten
lander en ook eiken landgenoot, die op
Zondag in het plaatsje gedwongen wordt
op het veer te wachten".
Het vonnis is geveld! Is het rechtvaardig
naar Christelijke maatstaf?.. Ja,., maar,.,
die legt de Redactie niet aan! Zij heeft een
andere: „Een bron van inkomsten heeft de
Gemeente versmaad en benamingen als ne
gorij worden genegeerd". En naar die
maatstaf,... te kort bevonden! „Dank zij
sommige principes kan men zich in Sleeu
wijk boven geld en scheldwoorden stellen"
luidt het op een andere plaats. Dit zijn
kostelijke woorden. Wie heeft de Redactie
die woorden ingefluisterd? Had zij daar
naar nu eens gehandeld. Dan was een
woord van lof uit haar pen gekomen. Want
het zijn juist deze mannen van principe,
die in 1918 en in onzen vrijheids-oorlog
tegen Spanje niet bibberden, geld en goed
niet achtten, maar het geweer grepen
om pal te staan tegenover de belagers van
onze christelijke vrijheid! Wie waren in
1918 als de gladgeschoren jufferhondjes?
Ik weet het, het geheim van die kracht is
U vreemd. Daarom spot U zoo gemakke
lijk, als U neerschrijft:
„Het is jammer, dat het wijze be
stuur van dat Sleeuwijk, de plaats van
uitermate slechte reputatie op inter
nationaal toeristenverkeersgebied nboit
heeft beseft, dat het door geen Zon-
dagskoffie te willen schenken, zelf wel
eens „op de koffie" kan komen".
Uw bezorgheid, dat de Sleeuwijkers mis
schien dit laatste niet geheel zullen begrij
pen, is ongegrond. Het zou ook jammer zijn,
indien deze geestig uitgedachte woordspe-'
ling hun ontging. Neen geachte Redacteur,
ze begrijpen het heel goed. Maar, ze maken
zich over Uw profetie niet ongerust. Ze
zijn in hun geweten overtuigd, dat hun
Overheid ook in dezen Gods ordinantie
handhaaft.
Om met U in discussie te treden over de
taak der Overheid t.a. van den „dag des
Heeren" heeft thans geen nut en geen zin.
Het geldt hier een Goddelijk gebod. Dit is
geen plagerij van andersdenkenden. Dit te
erkennen of te ontkennen is weer de door
sommigen zoo gaarne dood verklaarde,
maar niettemin altijd levende „Antithése".
De Zondag is „de dag des Heeren" voor
den Christen. Voor hen, die dit ontkennen,
is hij hun dag. De een neemt hem naar
den Heere, de ander niet, maar de Christe
lijke Overheid, Gods dienares, heeft in de
zen haar roeping te vervullen. Een ieder
wete zich voor God verantwoord. Daarom
heb ik geen bezwaar, hoewel de verorde
ning daarin niet voorziet, aan toeristen,
die het noodig hebben, hulp en bijstand te
doen verleenen. Ik geloof dan ook niet aan
uw beweerde „clandestien" verkoopen,
noch aan die „spionnage". De betrokkenen
kennen mijn „criterium" en ik ken hen, dat
zij dit in acht nemen. Den dorstige zal
geen „glas water" worden geweigerd, als
het aan mij ligt. Als Calvinist weet ik, dat
dit ook op Zondag de Goddelijke wet is.
Maar dit heeft met de regeling van open
stelling van herbergen, winkels en kramen
voor de honderden toeristen op den dag
des Heeren niets te maken. (Dit zijn geen
werken van noodzakelijkheid of barmhar
tigheid). Een Christelijke Overheid, die
haar plicht in deze verzaakt, is niet tot een
zegen, maar tot een vloek voor haar on
derdanen. De Zondag-toeristen hebben zich
te onderwerpen aan de verordening. Dat
ze gaan „vloeken" en „schelden" is hun
zaak, en hun zonde. Daarvoor gaat nooit
een goede Overheid uit den weg. Alleen
ontwijden zy te meer de gewijde rust,
waarin op den dag des Heeren deze Ge
meente zich mag verheugen, zonder iets te
bereiken, dan misschien een procesverbaal
wegens het misbruiken van Gods Heiligen
Naam.
Moge de lezing dezer regelen hen tot de
overtuiging brengen, dat het houden van
Gods geboden nooit te vergeefs is, en dat
het Gezag der Overheid moet geëerbiedigd
worden om Gods wiL
Een volk, welks Overheid den dag des
Heeren eerbiedigt, zal zekerlijk van God
gezegend zijn. Daarom heeft zy ook een
roeping, tegenover hen, die de Wijsheid
des Heeren willen verwerpen, door welke
de koningen regeeren, en gerechtigheid
gesteld wordt.
W. BEUKENKAMP,
Burgemeester van De Werken
en Sleeuwijk (N.B.)
o.m. Hongarije, Amerika, Estland en Argenti
nië reeds de vier winstpunten tegen Roe
menië gehad hebben in verband met het
feit, dat dit laatste land niet is opgekomen.
Polen, dat deze vier winstpunten nog ca
deau moet krijgen, staat er dus buitenge
woon fraai voor. En ook de positie van Ne
derland is, dit in aanmerking genomen, zeer
fraai.
De uitslagen waren:
afgebroken ontmoetingen vierde ronde:
EngelandLetland 13, IJslandDenemar
ken 22, SchotlandPolen 04, Litauen
Tsechoslowakije 3)4, JoegoslaviëAme
rika 13, HongarijeArgentinië 22;
afgebroken ontmoetingen vijfde ronde:
NederlandIJsland 2)41)4, BelgiëNoor
wegen 2)41)4, PolenLitauen 21/1)5,
LetlandItalië 22;
afgebroken ontmoetingen zesde ronde:
ItaliëEstland 13, LitauenDenemarken
31, ZwitserlandPolen )43)4, Argenti
niëAmerika l1/2)4
de zevender onde verliep als volgt: Ne
derlandLitauen 21 plus 1 afgebroken
partij;
EuweMikenas 10, PrinsVaitonis 01,
Van ScheltingaVistanmckis 10, de Groot
Abramavicius afgebroken in betere stelling
voor de Groot;
TsjechoslowakijeBelgië IX11/) plus 1
afgebroken partij, PolenNoorwegen 31,
DenemarkenZweden )41)4 plus 2 afge
broken partyen, LetlandSchotland 40,
EstlandItalië 31, AmerikaRoemenië
40.
De stand na de zevende ronde was: 1. Po
len 22)4 p„ 2. Hongarije 21)4 P-, 3. en 4.
Amerika en Estland ieder 201/ p>) Argenti
nië 19)4 P-> 6. Nederland 19 p. plus 1 afge
broken partij, 7. Letland 18 p., 8. Tsjechoslo
wakije 16 p. plus 2 afgebroken partijen, 9.
Joegoslavië 15 p. plus 1 afgebroken partij,
10. Engeland 14 punten.
Ieder mensch, mits gezond van lijf
en leden, kan het examen afleggen
en in het bezit komen van het
H. L. O.-diploma.
AARDSCHOKKEN.
Te Koetaradje zijn eenige hevige aard
schokken gevoeld, waardoor o.a. de klok
ken bleven stilstaan. De materieele schade
was over het algemeen echter gering.
BOSCHBRAND.
Een gedeelte van de boschreserve bij
Prapat (Bataklanden, Sumatra) staat in
brand. Reeds is ruim drie vierkante kilo
meter verwoest. Men vermoedt, dat de
brand door kwaadwilligen veroorzaakt is.
Verscheidene personen zijn gearresteerd.
Men is het vuur nog niet meester.
Op zoek naar ontvluchte gevan
genen:
onbegrijpelijk waar die
kerels zoo gauw gebleven zijn,
je zou zeggen, dat ze in den grond
gezonken zijn.