Spoel Een plaats met een trieste reputatie. Het binnenaanvarings- reglement. SLEEUWIJK OP ZONDAG. Glimlachje De vTaag die de heer Bartholémy zóó juist zijnen nieuwen landgenooten in naam der broederlijkheid gesteld heeft zoo zeide de gouverneur is treffend, en van die broe derlijke gevoelens kan hij verzekerd zijn. België zal ook de teruggewonnen gebieden regeeren volgens de grondbeginselen, die het in de rij der beschaafde landen mede vooraan deed staan, namelijk door het opwekken der gevoelens van gerechtigheid, eerlijkheid, loyaliteit en vrijheid. Wij verlangen niet van uw medeburgers zoo vervolgde de gouverneur van Luik dat zij met jeugd herinneringen en traditie tabula rasa zullen maken. Wij verlangen slechts dat men eer lijk verklare of België tegenover zijn nieuwe staatsburger als een beschaafd volk, als be schermer van arbeid, vrijheid en vrede op treedt. Wij verlangen geen verloochening van het vroeger-geliefde, wij verlangen slechts begrip voor België's taak en voor de moeite die het zich getroost, die ook te ver vullen. Zóó willen wij uw toegenegenheid trachten te winnen. (Applaus.) Vervolgens zegde de gouvernuer toe de rechtmatige wenschen van den interpellant op nadrukkelijke wijze ondersteund aan het ministerie van binnenlandsche zaken in Brussel te zullen doorgeven. Maar, zoo voegde hij er aan toe: uit mijn persoonlijke ervaring is mij geen geval be kend dat tengevolge van de tusschenschake- ling van den zeer bekwamen Luikschen ver taaldienst belangrijke vertragingen ontstaan 2yn en het is de vraag of de zes nieuwe be ambten die gij voor een gebied van in totaal 60.000 zielen vraagt, niet wat veel is Verder vertelde de gouverneur nog, dat het hoofd der le afd. van de provinciale griffie te Luik, ondanks zijn drukke werk zaamheden en zijn hoogen ouderdom, de stu die van het Duitsch weer krachtig ter hand genomen had „In elk geval: aan misverstanden voort spruitende uit onvoldoende kennis van Fransch en Duitsch, moet zoo spoedig moge lijk een einde komeri, mede door het spre ken van de taal die ons allen eigen is: de taal der liefde tot België, tot den vrede en de vrijheid" Merkwaardig. Eenige jaren geleden wan delde schrijver dezes door de dreven van Nieuw-België. Langs den weg zaten school kinderen hun lesje te leeren. Hij vroeg 't boekje eens te mogen zien, en las op de eer- ste bladzijde: „Die Geschichte unseres Vater- landes Belgiën fange an" Merkwaardig, merkwaardig...- die toestan den in meertalige landenDe vaders van die kinderen hadden in het Duitsche leger gevochten Stuurboordswal voor de motor booten. Mijn vorig artikel over het Binnenaan varingsreglement heeft zooveel belang stelling ondervonden, terwijl de redacties der verschillende bladen zoo van ganscher harte verdere medewerking hebben toe gezegd, dat ik het waag nogmaals de aan dacht van varend Friesland te vragen. Eerst kom ik dan even terug op mijn vorig artikel, waarin ik tot de conclusie kwam: Motorbooten, houdt uw stuur boordswal; laveerende schepen, laat de stuurboordsbaan der motorbooten vrij, draait op hen en kom niet tusschen hun stuurboordswal en de motorboot. Tweemaal daarna had ik gelegenheid de uitwerking in de practijk te controleeren: éénmaal slepende achter een motorboot, terwijl een groot deel van de Leeuwarder vloot bij Noordenwind huiswaarts la veerde en éénmaal zelf huiswaarts lavee rende. Ik heb daarbij mogen constateeren, dat veel meer dan vroeger stuurboordswal werd gehouden. Maar enkele hardleer- schen, die naar bakboordswal gaan, zijn er nog steeds. Dat daaronder ook één was, die ter zake reeds een bekeuring had op- geloopen en door mijn bemoeiingen van vervolging was vrijgesteld, was een minder prettige ervaring. Algemeen er van doordrongen, dat de Friesche gewoonte steeds te wijken voor een laveerend zeilschip onreglementair is, is men klaarblijkelijk nog niet: ik mocht, door den wind gaande om den stuur boordswal vrij te laten voor een achter mij aankomende hakkepuffer, een hartige toe spraak in ontvangst nemen in den trant van „waarskou dan oek". En dus nogmaals: bestudeer de artikelen 34 en 35! In verband met dit artikel 35 wil ik thans een nieuwe kwestie aansnijden, die nog zeer onlangs door een onzer zeilers tot den Hoogen Raad toe is uitgevochten. Van dat bepaalde geval wil ik mij echter ver der los maken, omdat het niet alleen betrof een eenvoudige reglementsovertreding, doch ook een aanvaring tengevolge had met vrij ernstige materieele schade, en bovendien om de zeer plausibele reden, dat ik de stukken betreffende dat geval niet ken en mij dus geen oordeel wil aan matigen. Het zeilschip en de hooge wal. Wij zeilers houden krap aan den wind graag het hooge walletje, waaraan je zoo lekker blijft vastkleven. Met een stijven Noordooster gaan we uit Leeuwarden, ruimschoots tot de Froskepolle en dan kort om den hoek met gang het Woudmansdiep in en den hoogen Noord wal vastgehouden. In de Lange Meer dezelfde tactiek en dan verder ruimschoots op Grouw aan. Terug bij Syteburen naar binnen, den Oostwal gehouden over bakboord, dan over stuur boord weer langs het hooge walletje van de Folkertsloot en vanaf Eernewoude krap aan den wind terug over Wartena huis toe. Een van de prachtigste rondvaarten, die wij kunnen makenen waarbij wij dan gedurende drie trajecten, n.1. heen Woudmansdiep en Lange Meer, terug Fol kertsloot, constant artikel 35 hebben over treden, althans bakboordswal gehouden. Moeten wy zeilers dus deze voor ons toch zoo uitermate gunstige tactiek: hooger wal houden, los laten? M. i. gelukkig niet. Immers, het Binnen- aanvaringsreglement voorziet in het alge meen, indièn de omstandighéden en goede navigatie zulks medebrengen, de mogelijk heid af te wijken van de bepalingen in zake het uitwijken, mits men van zijn voornemen daartoe tijdip kennis geeft. Om te beginnen luidt artikel 35 reeds: „In nauwe vaarwaters moet elk stoom- vaartuig, dat varende is, indien althans zijn diepgang het toelaat, en elk zeilvaar- tuig, dat varende is, indien de wind het toelaat, de stuurboordszijde van het vaar water houden". Ik wijs hierbij in de eerste plaats op de woorden „indien de wind het toelaat". Iedere zeiler weet, dat, als hy zoo schraal aan den wind ligt, dat hen nog net aan het hooge walletje kan blijven kleven, de wind het niet toelaat, dat hij aan de overzijde, dus aan lager wal, recht blijft doorvaren. Reeds hierom dus is naar mijn meening onder dergelijke omstandigheden de zeiler niet gebonden aan artikel 35. Mag hy echter zonder meer zijn bak boordswal houden? Ook dit m. i. niet. Signalen geven! Artikel 41 Binnenaanvaringsreglement luidt in den aanhef: „Een stoomvaartuig, dat varende is, moet, indien het handelt ter voorkoming van aanvaring, zijne handeling aan een ander in het zicht zijnd vaartuig door de volgende seinen kenbaar maken: 1 korte stoot beteekent: „Ik wijk naar stuurboord uit". 2 korte stooten beteekenen: „Ik wijk naar bakboord uit". 3 korte stooten beteekenen: „Ik sla volle kracht achteruit", terwijl het laatste lid deze bepalingen ook toepasselijk maakt voor zeilschepen. Ik meen artikel 35 in verband met ar tikel 41 zóó te mogen duiden, dat zeil schepen die krap aan den wind liggen en te dien einde hun hoogen bakboordswal houden, bij nadering van een tegemoet komend vaartuig hun bakboordswal mogen houden, mits zij tijdig twee korte stooten op hun hoorn geven. In een hieronder aan te halen werkje wordt betoogd, dat stoomvaartuigen die twee korte stooten moeten geven, doch zeilvaartuigen daartoe niet verplicht zijn. Men steunt daarbij op den leterlyken tekst die zegt, dat zeilvaartuigen hun voornemen om naar bakboord te gaan „mogen" ken baar maken. Ik zou deze uitlegging niet willen volgen en den raad willen geven: Geeft zekerheidshalve als ge aan bakboord blijft uw twee stooten. Een nuttig boekje. Tot myn spijt moet ik voor enkele weken afscheid nemen van Friesland's water land, zoodat ik voorloopig geen gelegen heid zal hebben verdere artikelen aan het Binnenaanvaringsreglement te wijden. Ik vind het daarom verheugend, een beknopt werkje over dit reglement te kunnen aan kondigen, dat dezer dagen bij Schaafsma en Brouwer te Dokkum verscheen. Het is van de hand van de heeren D. J. Bonner man en P. R. A. Roozen, inspecteurs van politie te Amsterdam en bevat een popu laire uiteenzetting van het reglement. Het is met duidelijke teekeningen verlucht en kan zonder twijfel zeer veel bijdragen tot verbreiding van de noodige kennis in dezen bij onze watersportbeoefenaren. Het bevat een volledig reglement, zoodat men dus meteen kan voldoen aan de wettelijke verplichting dit reglement aan boord te hebben. Men volsta dan echter niet alleen met het aan boord hebben, doch bestudeere het ook grondig. Mr. Dr. J. P. HOOGLAND, Voorzitter Leeuwarder Watersport- Vereeniging. Zeilen OM DEN AMERICA-CUP. Ranger wint ook de derde race. Gister werd de derde race gezeild om den America-cup tusschen Harold Vanderbilt's Ranger en mr. Sopwith's Endeavour II. Ook deze derde race werd door het Ame- rikaansche jacht gewonnen en indien de Ranger ook de race van Donderdag wint, blijft Amerika houder van de trophee. De tijd van de Ranger was 3 uur 54 min. 30 sec., die van de Endeavour II 3 uur 58 min. 57 sec. De Ranger vestigde een nieuw record op de baan over 15 mijlen aan den wind met een tijd van 2 uur 3 min. 47 sec. Het record stond op naam van de „Rainbow", eveneens van Harold Vanderbilt, gevestigd met een tijd van 2 uur 4 min. 25 sec. in het jaar 1934 in den strijd tegen de Endeavour I van den heer Sopwith. IJMUIDEN—SOLENT. De „Senta" winnaar. „Zeearend" tweede. Het eindresultaat van den zeilwedstrijd IJmuiden—Solent, georganiseerd door de Koninklijke Nederlandsche Zeil- en Roei- vereeniging, in samenwerking met de Royal Ocean Racing is als volgt: 1. Senta van R. Schmidt, 2. Zeearend van C. Bruijnzeel Jr., Kon. Nederlandsche Zeil en Roeivereeniging, 3. Roland von Bremen, 4. Hamburg, 6. Peter von Danzig, 7. Ettsi 5, 8. Asta. De Senta heeft den wisselbeker, door den voorzitter der koninklijke zeil- en roeiver eeniging, den heer E. Crone, ter beschikking gesteld, gewonnen. Dammen OM DEN ALKMAAR SC HEN DAM TITEL. Dinsdag werd in café Populair de strijd om den Alkmaarschen damtitel voortgezet met eenige interessante partijen. De afgebroken partij uit de 2e ronde tus schen J. Ravestein en P. Bakkum, welke werd voortgezet, eindigde in een overwin ning voor Bakkum. Burgert had in zijn partij tegen Akker man, voor de 3e ronde gespeeld, de grootste moeite om te winnen. Na een fraai gespeeld eindspel mocht het hem toch gelukkén een stuk voordeel, in 't middenspel verkregen, uit te buiten en de partij te winnen. Voor de 4e ronde ging de partij P. J. Smo- lenaarsK. A. Jakschtov, welke de vorige week in remise was geëindigd. Deze barra gepartij werd geen herhaling van de vorige. Jakschtov, thans met zwart spelend, was niet in zoo grootschen vorm als men van hem gewend is en na in een .damzet" te zijn „geloopen" speelde hij een verloren spel. Het resultaat was dan ook, dat Voorwaart's clubkampioen deze partij won en zich hier mede voor den eindstrijd der laatste vier klasseerde. Inmiddels kwam ook de partij E. Hofman P. Bakkum, welke voor de derde ronde ging, nog tot een einde, al was dit einde dan ook remise. De heer Bakkum, de eenige niet- club-dammèr, die nog in den strijd is, is dus wel taai. Völgênde week dus weer een barragepar tij. Inmiddêls is hêt aantal spelers dat nóg in den strijd zit, geslonken tót zeven. Wie zal triomfeeren? Waterpolo HET IJ KAMPIOEN VAN NEDERLAND. H.Z. en P.C. met 64 op eigen terrein verslagen. In een uiterst spannenden wedstrijd heeft gisteravond in het zwembad De Regentes te dèn Haag het IJ met 64 van H.Z. en P.C. gewonnen, waarmee de Amsterdam mers voor 1937 beslag op het Nederlandsch kampioenschap hebben gelegd, daar zij te Amsterdam reeds met 42 van de Hage naars hebben gewonnen. Hiermee heeft H.Z. en P.C. den titel, die zij twee jaar lang heeft gevoerd aan het IJ moeten afstaan. De ruststand in dezen wedstrijd was 22. Zwemmen THOMAS BLOWER ZWEMT OVER HET KANAAL. In 13 uur 21 minuten. De Engelsche zwemmer Thomas Blower is er in geslaagd het kanaal over te zwem men. Hij ging te Kaap Gris Nez te water en zwom van Gris Nez naar Dover in 13 uur 21 minuten. Hoewel Blower een zeer goeden tijd maakte, is hij niet beneden het record van George Michel, den Franschen zwemmer, ge bleven, die in 1924 een tijd noteerde van 11 uur 5 min. Het lijst der kanaalzwemsters en zwem mers ziet er thans als volgt uit: Kapt. Webb 1875 21 uur 40 min. Burgess 1911 23 uur 40 min. Sullivan 1923 27 uur 23 min. Tiraboschi 1923 16 uur 23 min. Teth 1923 16 uur 54 min. Mej. Ederlee 1926 14 uur 32 min. Mevr. Corson 1926 15 uur 28 min. Vierkotter 1926 12 uur 42 min. Geo Michel 1926 11 uur 5 min. Norman Deriham 1926 13 uur 59 min. E. Temme 1927 14 uur 27 min. Mercedes Gleitze 1927 15 uur 15 min. Dorothy Logan 1927 13 uur 10 min. Ivy Gill 1927 15 uur 9 min. Mej. Ivy Hawke 1928 19 uur 16 min. Mej. Hilda Sharp 1928 14 uur 58 min. Helmi 1928 23 uur 45 min. Peggy Duncan 1930 16 uur 30 min. Mej. Loury 1933 15 uur 45 min. Mevr. E. Faber 1934 14 uur 40 min. E. H. Temme 1934 15 uur 54 min. Haydn Taylor 1935 14 uur 48 min. Thomas Blower 1937 13 uur 21 min. Bridge WEDSTRIJD ORANJE-HOTEL TE BERGEN. Gisteravond werden de bridge-wedstrijden in het Oranje-Hotel voortgezet. Er waren 56 deelnemers, waaronder tal van gasten. Er werd gespeeld in twee groepen van 7 tafels. In elke lijn werden drie prijzen uitgereikt. Ongeveer een half uur nadat het laatste spel was gespeeld, kon door den leider, de heer J. de Lange te Bergen, de uitslag worden bekend gemaakt. Groep A, N.Z.-üjn, 7 paren: 1. Heeren Delvaux en Hartman te Purmerend 22 p.; 2. Gebr. Kooyman te Purmerend 24 p.. 3. mej. J. Tol en de heer H. Slotboom te Alkmaar 24)4 P- Groep A, O.W.-lijn, 7 paren: 1. Heeren Blom en L. Grootegoed te Bergen 20)4 P-l 2. Heeren A. Visser en N. Schermerhorn te Alkmaar 211/21 p.; 3. Mej. A. Elzas en de heer B. Kuijper te Alkmaar 24 p. Groep B, N.Z.-lijn, 7 paren: 1. heer en mevr. Schuddeboom te Bergen 22 p.; 2. hee ren Von Berg en Mencke te Bergen 23 p.; 3. Mevr. Schouwe en de heer Visscher te Ber gen 25 p. Groep B, O.W.-lijn, 7 paren: 1. heer en mevr. v. d. Tooren te Alkmaar 20 p.; 2. da mes Melot en Bootsma te Bergen 24 p.; 3. heer en mevr. Cousel te Bergen 26 p. Schaken HET LANDENTORNOOI TE STOCKHOLM. Nederland wint van IJsland en leidt tegen Litauen. Gister werden de hangpartijen der ont moetingen van de vierde, vijfde en zesde ronde voortgezet, terwijl daama de wed strijd uit de zevende ronde gespeeld werd. Landau maakte zijn partij tegen den IJs lander Godmundssop uit de vijfde ronde re mise, zoodat Nederland met 2)4—IX van IJsland won. In de zevende ronde leidde Nederland met 21 tegen Litauen. De partij de Groot Abramavicius is afgebroken in een voor on zen landgenoot betere stelling, zoodat de mogelijkheid groot is, dat Nederland ook de zevende ontmoeting zal winnen. Tsejchoslowakije heeft zooveel afgebro ken partijen, dat men er niet mede is klaar gekomen. De ontmoeting tegen Zweden uit de vijfde ronde en tegen Noorwegen uit de zesde ronde is nog steeds niet geëindigd. Uit de algemeene rangschikking blijkt, dat Polen momenteel met 22)4 punt de lei ding heeft. Nederland staat zesde met 19 p. plus 1 afgebroken partij. Men dient echter niet te vergeten, dat De burgemeester van Sleeuwijk schrijft ons, naar aanleiding van het artikel van onzen R-redacteur, het volgende: Uw blad werd mij toegezonden. Het daarin geplaatste artikel, onder de vetgedrukte koppen, heeft blijkbaar inge slagen bij velen. Hetzij, dat men het er mede eens was, hetzij dat men anders oor deelde, de inhoud trok aan of stuitte af, al naar de geestes-gesteldheid van de(n) lezer(es) was. Ieder die het op prijs stelt in een Christenland te mogen leven, te genie ten van de zegeningen van het Christen dom, al heeft hij over sommige zaken een afwijkend oordeel, zal de inhoud en toon van Uw artikel sterk afkeuren. Het is van begin tot eind een spotternij met die achterlijke Christenen, die meenen er nog een „dag des Heeren" op na te moe ten houden. Voor verlichte, moderne men- schen zijn onze dagen ontleend aan zon en planeten, aan de namen van de goden onzer heidensche voorvaderen, de Germanen; maar te denken of te spreken over „den dag des Heeren", en dienovereenkomstig ook als „Christelijke" Overheid dien dag af te zonderen van de andere dagen, en mede te werken op haar terrein, opdat men naar- stiglijk op dien dag tot de Gemeente Gods kome om Gods Woord te hooren, de Sacra menten te gebruiken, God den Heere open lijk aan te roepen en den armen Christe lijke handreiking te doen. (Heidelb. Cate chismus)... Zie, dat zijn voor U blijkbaar zulke achterlijke begrippen, welke alleen maar verdienen met spot bejegend te wor den. Nu, daarvan heeft de Gemeentelijke Overheid hier ruimschoots haar deel van U ontvangen! Het is spotten van begin tot eind met de wijze, waarop de Gemeente lijke Overheid alhier „den dag des Heeren" afzondert van de overige dagen. Alsof die dag een bedenksel van menschen ware, en niet van God verordineerd! Het heeft voor den Christen nog steeds beteekenis, dat de Openbaring van Jezus Christus aan zijn dienstknecht Johannes, op het eiland Path- mos verbannen „om het Woord Gods en om de getuigenis van Jezus Christus", ge schiedde op den dag des Heeren, dat is op Zondag, den eersten dag der Christelijke week. Of is er geen ander beroep voor de zen afval, dan dat men ontrouw is gewor den aan het Geloof (der Vaderen), dat de versmaadheid van Christus meerderen rijkdom achtte dan de schatten in Egypte? Ik zou het uit uw artikel afleiden. „Brood en spelen" is alles; het toerisme is de god, waarvoor ieder moet knielen. Die dit wei gert en het toerisme ondergeschikt maakt aan de viering van den dag des Heeren in eigen gemeente, over hem wordt spot en verachting gegoten. Als U de macht had, dan werd de Overheid van Sleeuwijk ook naar het eiland Patmós Verbannen, omdat zij, naar Uw eigen woorden, „de weelde van een internationale bekendheid niet kan dragen"; omdat zij „een twijfelachtige reputatie heeft gekregen bij eiken buiten lander en ook eiken landgenoot, die op Zondag in het plaatsje gedwongen wordt op het veer te wachten". Het vonnis is geveld! Is het rechtvaardig naar Christelijke maatstaf?.. Ja,., maar,., die legt de Redactie niet aan! Zij heeft een andere: „Een bron van inkomsten heeft de Gemeente versmaad en benamingen als ne gorij worden genegeerd". En naar die maatstaf,... te kort bevonden! „Dank zij sommige principes kan men zich in Sleeu wijk boven geld en scheldwoorden stellen" luidt het op een andere plaats. Dit zijn kostelijke woorden. Wie heeft de Redactie die woorden ingefluisterd? Had zij daar naar nu eens gehandeld. Dan was een woord van lof uit haar pen gekomen. Want het zijn juist deze mannen van principe, die in 1918 en in onzen vrijheids-oorlog tegen Spanje niet bibberden, geld en goed niet achtten, maar het geweer grepen om pal te staan tegenover de belagers van onze christelijke vrijheid! Wie waren in 1918 als de gladgeschoren jufferhondjes? Ik weet het, het geheim van die kracht is U vreemd. Daarom spot U zoo gemakke lijk, als U neerschrijft: „Het is jammer, dat het wijze be stuur van dat Sleeuwijk, de plaats van uitermate slechte reputatie op inter nationaal toeristenverkeersgebied nboit heeft beseft, dat het door geen Zon- dagskoffie te willen schenken, zelf wel eens „op de koffie" kan komen". Uw bezorgheid, dat de Sleeuwijkers mis schien dit laatste niet geheel zullen begrij pen, is ongegrond. Het zou ook jammer zijn, indien deze geestig uitgedachte woordspe-' ling hun ontging. Neen geachte Redacteur, ze begrijpen het heel goed. Maar, ze maken zich over Uw profetie niet ongerust. Ze zijn in hun geweten overtuigd, dat hun Overheid ook in dezen Gods ordinantie handhaaft. Om met U in discussie te treden over de taak der Overheid t.a. van den „dag des Heeren" heeft thans geen nut en geen zin. Het geldt hier een Goddelijk gebod. Dit is geen plagerij van andersdenkenden. Dit te erkennen of te ontkennen is weer de door sommigen zoo gaarne dood verklaarde, maar niettemin altijd levende „Antithése". De Zondag is „de dag des Heeren" voor den Christen. Voor hen, die dit ontkennen, is hij hun dag. De een neemt hem naar den Heere, de ander niet, maar de Christe lijke Overheid, Gods dienares, heeft in de zen haar roeping te vervullen. Een ieder wete zich voor God verantwoord. Daarom heb ik geen bezwaar, hoewel de verorde ning daarin niet voorziet, aan toeristen, die het noodig hebben, hulp en bijstand te doen verleenen. Ik geloof dan ook niet aan uw beweerde „clandestien" verkoopen, noch aan die „spionnage". De betrokkenen kennen mijn „criterium" en ik ken hen, dat zij dit in acht nemen. Den dorstige zal geen „glas water" worden geweigerd, als het aan mij ligt. Als Calvinist weet ik, dat dit ook op Zondag de Goddelijke wet is. Maar dit heeft met de regeling van open stelling van herbergen, winkels en kramen voor de honderden toeristen op den dag des Heeren niets te maken. (Dit zijn geen werken van noodzakelijkheid of barmhar tigheid). Een Christelijke Overheid, die haar plicht in deze verzaakt, is niet tot een zegen, maar tot een vloek voor haar on derdanen. De Zondag-toeristen hebben zich te onderwerpen aan de verordening. Dat ze gaan „vloeken" en „schelden" is hun zaak, en hun zonde. Daarvoor gaat nooit een goede Overheid uit den weg. Alleen ontwijden zy te meer de gewijde rust, waarin op den dag des Heeren deze Ge meente zich mag verheugen, zonder iets te bereiken, dan misschien een procesverbaal wegens het misbruiken van Gods Heiligen Naam. Moge de lezing dezer regelen hen tot de overtuiging brengen, dat het houden van Gods geboden nooit te vergeefs is, en dat het Gezag der Overheid moet geëerbiedigd worden om Gods wiL Een volk, welks Overheid den dag des Heeren eerbiedigt, zal zekerlijk van God gezegend zijn. Daarom heeft zy ook een roeping, tegenover hen, die de Wijsheid des Heeren willen verwerpen, door welke de koningen regeeren, en gerechtigheid gesteld wordt. W. BEUKENKAMP, Burgemeester van De Werken en Sleeuwijk (N.B.) o.m. Hongarije, Amerika, Estland en Argenti nië reeds de vier winstpunten tegen Roe menië gehad hebben in verband met het feit, dat dit laatste land niet is opgekomen. Polen, dat deze vier winstpunten nog ca deau moet krijgen, staat er dus buitenge woon fraai voor. En ook de positie van Ne derland is, dit in aanmerking genomen, zeer fraai. De uitslagen waren: afgebroken ontmoetingen vierde ronde: EngelandLetland 13, IJslandDenemar ken 22, SchotlandPolen 04, Litauen Tsechoslowakije 3)4, JoegoslaviëAme rika 13, HongarijeArgentinië 22; afgebroken ontmoetingen vijfde ronde: NederlandIJsland 2)41)4, BelgiëNoor wegen 2)41)4, PolenLitauen 21/1)5, LetlandItalië 22; afgebroken ontmoetingen zesde ronde: ItaliëEstland 13, LitauenDenemarken 31, ZwitserlandPolen )43)4, Argenti niëAmerika l1/2)4 de zevender onde verliep als volgt: Ne derlandLitauen 21 plus 1 afgebroken partij; EuweMikenas 10, PrinsVaitonis 01, Van ScheltingaVistanmckis 10, de Groot Abramavicius afgebroken in betere stelling voor de Groot; TsjechoslowakijeBelgië IX11/) plus 1 afgebroken partij, PolenNoorwegen 31, DenemarkenZweden )41)4 plus 2 afge broken partyen, LetlandSchotland 40, EstlandItalië 31, AmerikaRoemenië 40. De stand na de zevende ronde was: 1. Po len 22)4 p„ 2. Hongarije 21)4 P-, 3. en 4. Amerika en Estland ieder 201/ p>) Argenti nië 19)4 P-> 6. Nederland 19 p. plus 1 afge broken partij, 7. Letland 18 p., 8. Tsjechoslo wakije 16 p. plus 2 afgebroken partijen, 9. Joegoslavië 15 p. plus 1 afgebroken partij, 10. Engeland 14 punten. Ieder mensch, mits gezond van lijf en leden, kan het examen afleggen en in het bezit komen van het H. L. O.-diploma. AARDSCHOKKEN. Te Koetaradje zijn eenige hevige aard schokken gevoeld, waardoor o.a. de klok ken bleven stilstaan. De materieele schade was over het algemeen echter gering. BOSCHBRAND. Een gedeelte van de boschreserve bij Prapat (Bataklanden, Sumatra) staat in brand. Reeds is ruim drie vierkante kilo meter verwoest. Men vermoedt, dat de brand door kwaadwilligen veroorzaakt is. Verscheidene personen zijn gearresteerd. Men is het vuur nog niet meester. Op zoek naar ontvluchte gevan genen: onbegrijpelijk waar die kerels zoo gauw gebleven zijn, je zou zeggen, dat ze in den grond gezonken zijn.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 7