BETOVERDE BOS. ^Binnenland I Het „Schandaal" van de Nationale Bank van België. Een uitvoerige uiteenzetting van den minister van financiën. Glimlachje Ridder Davids gehuldigd. Veel regen in den herfst? Voorspelling van de Bilt. (Van onzen correspondent.) Brussel, 29 Augustus 1937 Wij hebben u onlangs geschreven over het „schandaal" van de Nationale Bank van Bel gië. Thans heeft de regeering een rapport goedgekeurd dat door den socielistischen minister van financiën, H. de Man, ingevolge een nauwkeurig onderzoek, is opgesteld en dit rapport is vanavond gepubliceerd. Men is van meening, dat het wat laat is gekomen, want in tusschen hebben al degenen die er in de eerste plaats op uit zyn om de regee ring te kelderen, vrij spel gehad. Doch het is beter laat dan nooit. De zaak is van betee- kenis, al is het dan hoofdzakelijk voor de binnenlandsche politiek, omdat het een re- geeringszaak is. De reputatie van eerste- minister van Zeeland is er immers bij be trokken. Deze reputatie is nu voor goed van allen laster vrij, voor wie nog meende dat Wantrouwen gerechtvaardigd was. Samenvattend dient er aan herinnerd, dat het hier nog steeds gaat over de gevolgen van de interpellatie van den gewezen minis ter van financiën, Gust. Sap, waarin hij in sinueerend over de verhouding van den heer van Zeeland tot de Nationale Bank had ge sproken en het daaropvolgende lasterproces dat door den heer Sap tegen enkele katho lieke Kamerleden werd gewonnen. Dit pro ces werd gevoerd omdat de verweerders no pens de interpellatie van den heer Sap had den verklaard dat hij gelasterd had. De heer Sap verklaarde dat, indien zij niet konden bewijzen dat hij had gelasterd, zij zelf las teraars waren. En daar, volgens de recht bank, dit bewijs niet werd geleverd, won de heer Sap zijn proces, waarbij de rechtbank zekere handelingen nopens de vergoedingen aan het directiepersoneel scherp ontleedde, ja veroordeelde, handelingen die verband hielden met het vertrek van den heer van Zeeland als vice-gouverneur uit de bank, om den post van eerste-minister waar te nemen. De heer van Zeeland genoot als vice-gouver neur een hooge vergoeding en na zijn ver trek was deze som nog op de begrooting ge bleven van de bank. De interpellatie Sap, ge houden tijdens den verkiezingstrijd tegen Degrelle, had reeds geïnsinueerd. Na dit von nis en als afleiding in verband met zijn ver oordeeling wegens laster inzake M. H. Jaspar, heeft Degrelle zich meester gemaakt van het dossier der Nationale Bank om weer hevige aanvallen te richten tegen den eerste-minis ter, waaraan een aantal andere organen die van Zeeland niet in het hart dragen hebb-1 meegedaan, terwijl sommige andere bladen, alhoewel op hun hoede zijnde, toch volledige opheldering eischten nopens de Nationale Bank. Deze opheldering is er nu. Het pijnlijke in heel het geval is dat een man als van Zeeland verplicht is met cijfers voor den dag te komen nopens zijn inkom sten. Er is immers moedwillig verwarring gesticht tusschen het geval van de Nationale Bank en dat van den eerste-minister, een verwarring waar toch immers iets van over blijft. De openbare meening is eensgezind, nu alle stukken van het dossier verzameld zijn, om te besluiten dat in de Bank een on gezonde toestand heerschte, al was deze wettelijk in orde en traditioneel, ongezond omdat hy indruischte tegen moreele gevoe lens. Dat deze werden aangeklaagd was nor aal. Doch wat men den heer Sap immer kwalijk zal blyven nemen zijn de omstan digheden waarin hij gemeend heeft hiermee voor den dag te moeten komen en de wijze waarop hij er toe heeft bijgedragen de inte griteit van den eerste-minister in het ge drang te brengen. Dit heeft er aanleiding toe gegeven dat de eerste-minister werd ver dacht gemaakt van met de heeren van de Nationale Bank accoord te zyn geweest om zijn goed betaalde functie bij de Bank vrij te houden, en wat meer is, om ook zekere sommen vrij te houden, tot wanneer hij als eerste-minister zou afgetreden zijn, sommen die verband hielden met den post van vice- gouverneur. Van het zeer uitvoerig rapport van den mi nister van financiën kan worden onthouden dat drie feiten tegen de Nationale Bank wer den aangevoerd, namelijk dat zij den heer van Zeeland niet heeft vervangen toen deze als vice-gouverneur is afgetreden; dat zijn vergoeding, die door den eerste-minister niet werd ontvangen en die in totaal 1.715.000 fr. bedroeg, onder den gouverneur, staatsminister L. Franck, en de directeurs werd verdeeld, niet volledig maar voor een bedrag van 609.000 fr. en ten slotte het be leid van de bank in de zaak van credieten aan de ondernemingen van Barmat, die op een millioenenverlies zijn te staan gekomen. Het rapport houdt zich niet bezig met de Voorstel tot bescherming van scheidsrechters bij voetbalwedstrij den. zaak Barmat. Er is nopens deze aangelegen heid een onderzoek aan den gang door het gerecht en de uitslag hiervan moet worden afgewacht. Na het rechterlijk verlof zal het proces voor de rechtbank komen en zal men kunnen oordeelen welke de rol was van de Nationale Bank. Alle omstandigheden die de andere feiten omringen werden uitvoerig, in alle bijzonderheden door den minister on derzocht, aan de hand van al de documenta tie die gewenscht was. Hieruit blijkt dat se dert Januari 1927 de bank 3.500.000 Fr. ter beschikking stelde voor de vergoeding der hoogere administratie, welk bedrag volgens de eigen overeenkomsten der betrokken per sonen werd verdeeld. Wanneer nu iemand van deze administratie verdween bleef de som geldig ingeschreven op de begrooting en kon zij onder de andere beheerders worden verdeeld, steeds volgens hun eigen overeen komsten. Dat is herhaaldelijk zoo gebeurd. Toen de heer van Zeeland de bank heeft verlaten is zyn vergoeding op deze rekening gekomen en werd er op dezelfde wijze mee omgegaan. Welnu uit de boekhouding van de bank is duidelijk gebleken dat de gouver neur van de 1.715.000 fr. die aan van Zee land toekwamen en die hij niet heeft ontvan gen, wegens zijn ontslag, 182.000 fr. heeft opgestreken, een directeur 214.500 fr. en nog een ander directeur 212.000 fr. Dit is niet ge beurd nadat de heer Sap met zijn campagne was begonnen, maar in den loop van het jaar. Dat stelt dus een einde aan het verhaal dat de genoemde som moest ter beschikking blijven van den heer van Zeeland. Aan een directeur, die gedeeltelijk het werk van den heer van Zeeland overnam werd 270.000 fr betaald. Aan den aankoop van kunstwerken voor de bank en aan een pensioen voor de weduwe van een directeur werd 502.809 fr, uitgegeven. Het overige staat nog immer op de rekening geboekt. De heer van Zeeland heeft dus niets ontvangen. Minister de Man geeft toe dat de leiders van de Bank het er op aangelegd hebben om den heer van Zeeland later opnieuw in zijn functie te herstellen. Doch dit had zonder omwegen moeten gebeuren. Men had beter gedaan den vice-gouverneur een verlof te geven zonder vergoeding om hem later terug te benoemen tot vice-gouverneur. Iedereen moet aanvaarden dat de heer van Zeeland, door den post van eerste minister te bezet ten 1.700.000 fr. minder heeft ontvangen dan hy had kunnen ontvangen. Dat is, als opof fering, ruimschoots voldoende. Hierbij nog de onmogelijkheid voegen van opnieuw in deze functie te worden benoemd, ware een onrechtvaardige dwaasheid. Doch dat neemt niet weg dat de administrateurs van de bank voordeel hebben gehaald uit den toestand en dat is een omstandigheid welke, met hun goedvinden overigens voor de toekomst zal worden ongedaan gemaakt. Het fonds van .500.000 fr. zal verdwijnen en de vergoe dingen voor de administratie zullen vast worden bepaald: 750.000 fr. voor den gou verneur, 600.000 fr. voor den vice-gouver neur en 500.000 fr. voor ieder van de vier directeurs. Het huidige overschot van het ge noemde fonds zal opnieuw in de kas van de bank worden gestort. Aanleiding tot per soonlijke sancties bestaat er volgens de re geering niet. Aldus het „schandaal" dat hier zooveel be roering heeft verwekt. Er zijn andere schan dalen geweest dan deze. De heer van Zee land komt triomfantelijk uit het kabaal te voorschijn. Nu is duidelijk in cijfers uitge drukt welke opofferingen hij persoonlijk heeft gedaan. Wat de sancties betreft, waar toe officieel geen aanleiding bestaat, is het toch een feit dat deze officieus wel in de lucht hangen. In het socialistische orgaan „Le Peuple" wordt vanavond geschreven dat het rapport onbetwistbaar een blaam bevat voor den heer Franck. Het blad van de par tij waartoe de minister van financiën be hoort stelt dan openlijk de vraag waarop de gouverneur wacht om ontslag te nemen. Er is door de regeering reeds een maatregel in het vooruitzicht gesteld waardoor de leef tijdsgrens wordt gewijzigd en waardoor de gouverneur zou worden getroffen. Het blad vraagt dat de gouverneur hierop niet zou wachtenPractisch komt de regeering versterkt uit deze zaak. Het Kon. Ned. Meteor. Instituut te de Bilt heeft de volgende seizoensver wachting voor den herfst opgemaakt: De berekeningen omtrent het karakter van den herfstneerslag leiden tot dusver tot de uitkomst, dat de maanden Sep tember, October en November gezamen lijk een neerslag merkbaar boven nor maal zouden opleveren de berekende afwijking bedraagt ongeveer 25 procent. Een van de hulpmiddelen ter bereke ning komt eerst later ter beschikking, zoodat wellicht nog een nadere mede- deeling zal volgen. Ook de neerslag over Augustus is be neden normaal gebleven, zoodat het ge- heele zomerseizoen een neerslag eenigs- zins onder normaal heeft opgeleverd, terwijl die volgens de berekening onge veer normaal had moeten zijn. DU1TSCH OPLEIDINGSSCHIP TE DEN HELDER. Gisteren is te den Helder in de haven aan gekomen het Duitsche opleidingsschip Gorch Fock. Het schip heeft ligplaats genomen voor de marinekazerne. Op de reede van Texel is per marinebarkas een officier van piket aan boord gebracht, die de Gorch Fock na mens den commandant van de marine ver welkomde. Er was voor de binnenkomst van het mooie zeilschip van de zijde van het pu bliek groote belangstelling. Honderden men- schen waren aan de buitenhaven, toen de bark de haven op eigen kracht binnenliep. De zeilen waren echter geborgen, hetgeen wel een teleurstelling was voor de vele be langstellenden. De groote artist gevoelt zich verlegen. Het was bij den aanvang van het optreden van het „Kurhaus cabaret" te Scheveningen reeds te merken, dat het publiek geheel op de hoogte was met de onderscheiding, welke den populairen leider Louis Davids ten deel was gevallen. By zyn eerste verschijning gisteravond werd hij dadelijk met een donderend ap plaus ontvangen, dat hy slechts kon be antwoorden met de eenvoudige woorden „Ik heb toch nog niets gedaan?" Later op den avond werd op de onder scheiding nog eens gezinspeeld door den Weenschen conferencier Hans Kolisher, doch de werkelijke huldiging geschiedde pas na Davids optreden voor de pauze. De cabaretier Max Peltini bood den ge ridderde namens de Maatschappij Zeebad een enorm bloemstuk aan en sprak eenige hartelijke woorden tot zyn collega. De pianist zette daarop het Wilhelmus in, dat door het publiek staande werd meegezongen. HToen deze hulde was verklonken sprak Louis Davinds zelf nog eenige woorden „Hoewel ik niet verlegen van aard ben, gevoel ik mij bij gelegenheden als deze geen held. Ik breng dank in de eerste plaats aan H. M. de koningin, die my deze onderscheiding heeft verleend, want ik voel mij daarmee zeer gelukkig. Ik zie hierin niet alleen een persoonlijke waar deering, maar ook een officiëele erkenning van de kleinkunst, die mij zoo lief en dier baar is. Uit alle deelen van het land heb ik vandaag brieven en telegrammen gekre gen Ir. het kort releveerde Louis Davids zijn loopbaan van zijn optreden in een klein café'tje af tot nu in het Kurhaus-cabaret. „Ik zal alles doen", zoo besloot Davids, „om het mijn publiek naar den zin te maken en goede kleinkunst te geven." Het publiek gaf blijk, deze eenvoudige woorden van den onderscheiden klein kunstenaar ten zeerste te waardeeren. ROEIBOOTJE OVERVAREN. Gistermiddag is op het Noordzeekanaal ter hoogte van de superfosfaatfabriek te Amsterdam, een roeibootje, waarin twee mannen uit de Spaarndammerbuurt zich aan hun liefhebberij van het visschen wijdden, door een Urker-botter overvaren. De mannen, die met hun boot dicht by de vaargeul lagen, bemerkten te laat, verdiept als zij waren in hun liefhebberij, dat de botter recht oi hen aanstevende.. Aan boord van den botter scheen men niets in de gaten te hebben, ook niet, nadat de roeiboot was overvaren en de beide man nen in het water spartelden. Met onver minderde snelheid voer de botter verder. De visschers konden zich met groote mceite op hun omgeslagen boot in veilig heid stellen. Zoo werden zij opgemerkt doo:r den veerman van de pont Tuindorp Oostzaan-Spaarndammerbuurt. Hij bracht de mannen, die vrijwel ongedeerd waren, doch alleen eenige kleedingstukken hadden verloren, naar den wal. Het nummer van de Urker botter is bekend. Woensdag 1 September. HILVERSUM, 1875 M. (VARA- uitz.) 8.Gr.pl. 9.30 Keukenpr. 10.VPRO-morgenwijding. 10.20 Nieuws, causerie (gr.pl.) en gr.pl. 12.Gr.pl. 12.30 Orgelspel. 1.15 1.45 Fantasia. 2.— Gr.pl. 3.— Voor de kinderen. 5.30 Gr.pl. 6.Orgel spel. 6.30 Gr.pl. 6.40 Landbouwpr. 7.Zang. 7.30 VPRO: Vryz, Pro testanten in Zeeland, causerie. 8. Herh. SOS- ber. 8.03 ANP-ber, VARA-Varia. 8.15 VAR A-orkest. 9.Zaansch progr. 9.30 Verv. con cert. 10.ANP-ber. 10.05 Sport- praatje. 10.20 Fantasia. 10.30 ANP- ber. 11.—12.— Gr.pl. HILVERSUM, 301 M. (NCRV-uitz.) 8.Schriftlezing, meditatie, ge wijde muziek (gr.pl.) 8.30 Gr.pl. 9.30 Gelukwenschen. 9.45 Gr.pl. 10.30 Morgendienst. 11.Ensem ble v. d. Horst. 12.Ber. 12.15 Gr.pl. 12.30 Vervolg concert. 1.30 Gr.pl. 2.Sopraan en piano. 3. Christ. lectuur. 3.30 Solistencon cert. 4.45 Felicitaties. 5.Kinder uur. 5.45 Orgelconcert. (6.30 On derwijsfonds voor de Scheepvaart: Causerie over het Binnenaanva- ringsregl. en stoommachines). 7. Ber. 7.15 Terug op de schoolban ken, causerie. 7.45 Rep. 8.ANP- ber., herh. SOS-ber. 8.15 Russisch Kerkkoor en orgel. 9.45 Amster- damsch Salonorkest. (10.ANP- ber.) 10.45 Gymnastiekles. 11. Verv. concert. 11.3012.Gr.pL Hierna Schriftlezing. DROITWICH, 1500 M. 11.05 Orgel spel. 11.35 Gr.pl. 12.20 BBC- Schotsch Orkest en soliste. 1.20 Het Gwauncaegurwen Prize Orkest en solist. 2.05 Gr.pl. 2.35 Het Mac- ArtHur kwintet. 3.05 Causerie over Amerikaansche nachtclubs. 3.50 Pianorecital. 4.20 Vesper. 5.10 Gr.pl. 5.20 H. Hall en zyn Band. 6.20 Ber. 6.40 Falkman's Apachen-orkest. 7.20 BBC-Harmonie-orkest. 8. Boekbespr. 8.20 BBC-Symph.- orkest en solist. 9.20 Alvin Saxon en zijn Band. 10.Ber. 10.20 Science at your service, causerie. 10.40 BBC-Revueorkest, koor en solisten. 11.20 Causerie en deel. 11.35 H. Hall en zijn Band. 11.50 12.20 Jazzmuziek (gr.pl.) RADIO PARIS, 1648 M. 7.10, 8.20 en 10.35 Gr.pl. 12.20 Gras-orkest en zang. 2.20 Gr.pl. 4.05 Zang. 5.20 Populair concert. 7.50 Zang. 8.50 L'amourmédecin, operette. 10.50 Gr.Ml. KEULEN, 456 M. 6.50 H. Hage- stedt's orkest. 8.50 Omroeporkest. 12.20 NSDAP-orkest. 2.35 Gev. con cert. 4.50 Omroeporkest en solis ten. 7.20 Gr.pl. 8.30 Omroeporkest en solisten. 10.5012.20 H. George's Dansorkest en soliste. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Salonorkest. 1.30 Omroeporkest. 1.502.20 Gr.pl. 6.20 Salonorkest en soliste. 7.20 Zang. 8.20 Omroeporkest. 10.30—11.20 Omroepdansorkest. 484 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Omroeporkest. 1.30 Sa lonorkest. 1.502.20 Gr.pl. 5.20 Dansmuziek. 6.Kwartetconcert. 8.20 Duetten. 8.50 Symph.-concert mmv. soliste. 11.1511.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.20 Ber. 8.30 Berlijnsch Philhar- monisch Orkest. 9.20 Sportpr. 9.35 E. Wolff's orkest. 10.20 Ber. 10.50 Cello en piano. 11.05 Weerbericht. 11.2012.20 Fr. Hauck's orkest. GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.9.50, Luxem burg 9.50—10.05, Keulen 10.05— 10.20, Luxemburg 10.2010.35, Pa rijs R. 10.3511.35, Lond. Reg. 11.35—12.20, Brussel (VL) 12.20— 13.30,Keulen 13.3015.20, Norman- dië 15.20—15.35, D.sender 15.35 16.20, Lond. Reg. 16.20—17.30, Pa rijs R. 17.3018.20, Brussel VL 18.2019.05, Brussel Fr. 19.05— 19.20, Keulen 19.20—20.05, Paryi R. 20.05—20.20, Lond. Reg. 20.20— 20.50, Brussel Fr. 20.5023.05, Ber lijn 23.05—24.—. Lijn 4: Brussel VI. 8.9.20, Nor- mandië 9.2010.35, Droitwich 10.35 —12.20, Lond. Reg. 12.20—14.35, Droitwich 14.3518.20, Normandië 18.20—18.40, Droitwich 18.40—22.20 Brussel VI. 22.2023.35, Droitwich 23.35—24.—. Lijn 5: Diversen. GESLAAGDE PROEFVLUCHT VAN DE „RODAS". Schip bestemt' voor West-Indië. In Augustus 1936 plaatste de Koninklij ke Shell-groep een order voor een tanker met een draagvermogen van ongeveer 4000 ton, bij de Nederlandsche Dok-maatschap pij N.V. te Amsterdam. Dit schip, de „Rodas", werd op 17 Juli te water gelaten en gister maakte het schip n geslaagden proeftocht op de Noordzee. Onmiddellijk nadat het schip zijn be manning aangemonsterd, proviand en zoet water aan boord genomen zal hebben, zal het naar Curagao vertrekken, waar het in de geregelden dienst zal varen van de olie-centra bij het meer van Maracaibo, als nieuwe eenheid in de speciaal daarvoor gebouwde vloot en de Curagaosche raffi naderijen van de Koninklijke Shell-groep. De voornaamste afmetingen en gegevens van dit schip zijn: lengte tusschen de lood lijnen 335 voet, lengte over alles 343 voet, breedte 56 voet, holte tot bovendek 14' 9K", draagvermogen bij 13' 6 H", diepgang 4000 tons, dienstsnelheid 11 knoopen. De machines zijn eveneens vervaardigd door de Nederlandsche Dok-maatschappij en kunnen 2400 i.h.p. ontwikkelen. Stoom wordt geleverd door twee water pijpketels van het Babcock and Wilcox type, gemaakt door Stork, Hengelo. De constructie van casco en machines is overeenkomstig de door de reeders ver strekte teekeningen en bestek, waarin de laatste technische vindingen verwerkt zijn, de scheepslijnen zijn aangepast aan de speciale vaart. Bijzondere aandacht is besteed aan de accomodatie van den kapitein, machinisten, officieren en bemanning. De kapitein en de eerste machinist hebben verblijven be staande uit zit-, slaap- en badkamer. Alles is gedaan, om een comfortabele inrichting te verkrijgen en uiterste zorg is besteed aan de veiligheid van officieren en beman ning aan boord. Voor den dienst in de tropen is aan de isolatie van de hutten en de kunstmatige ventilatie speciale aandacht besteed. Een aantal schepen van hetzelfde type en klasse zijn reeds tot volle tevredenheid in geregelden dienst. De Koninklijke Shell-groep was, bij af wezigheid van den marine-superintendent C. Zuiver, vertegenwoordigd door den heer J. Mulder, inspecteur Nederlandsch-Indi- sche Tank Stoomboot Maatschappij, die het schip op zee van de bouwers, na een succesvolle beëindiging van den proeftocht, overnam. De werf van aanbouw, de Nederland sche Dok Maatschappij N.V., was vertegen woordigd door den directeur, J. H. C. Salberg, terwijl verder aan boord waren vertegenwoordigers van Lloyds, scheep vaartinspectie en eenige „distinguished guests" van de Koninklijke Shell Groep. DE MIJNVEGERS VERTROKKEN. Hartelijk afscheid uit Vlissingen. Gistermiddag zijn van Vlissingen naar Nederlandsch Oost-Indië vertrokken de mynvegers H. M. Pieter de Bitter, de Jan van Amstel, de Eland Dubois en de Abra ham Crijnssen. Voor het vertrek der schepen heerschte er aan de aanlegplaatsen in de buitenha ven te Vlissingen een geweldige drukte. Ontroerend was het afscheid van vrouwen, kinderen, verloofden en verdere familie leden. Velen konden hun tranen niet be dwingen, nu'hun vader of zoon de verre reis ging ondernemen en voor eenige jaren uit den familiekring zou worden getrok ken. Te ruim half twee kwam de onder commandant van de marine in Zeeland, kapitein-ter-zee H. J. van der Stad, aan boord van de Pieter de Bitter, waar hij op het achterdek de volgende toespraak hcaft gehouden: „Divisie-commandant, officieren, onder officieren en manschappen. Gij zijt op hat punt naar Nederlandsch Oost-Indië te vertrekken. Dit vertrek heeft thans een bijzondere beteekenis, omdat gij deze nieuwe schepen zult uitvaren, welke sche pen een versterking zullen zijn voor harer majesteit's weermacht in Indië. Echter deze schepen alleen beteekenen niets. Zy krijgen pas waarde door de bemanning en eerst nadat zij in haar geheel goed ge oefend is en er aan boord een goede krijgs tucht heerscht, zyni deze schepen een versterking voor de weermacht. leder van u beteekent een radertje van het geheel. Het moge voor u een voldoe ning zijn het beste werk te hebben ver richt. Ik wensch u toe een goede aankomst in Indië en een behouden terugkeer in Nederland. Leve de koningin", waarna een driemaal hoera weerklonk. De divisie-commandant jhr. de Jonge van Beek en Donk heeft daarop dank ge bracht, „zy allen, onze versterking en u kunt op ons rekenen." Hiermede was het officieele gedeelte geëindigd. Nog even kreeg de familie gelegenheid om met een handdruk afscheid te nemen en dan stoomen de vier schepen achter elkaar de haven uit. Plechtig klinkt het Wilhelmus, gespeeld door het muziekcorps van de marine, dat op den westelijken havenberm staat opge steld. Daar bevinden zich ook tal van autoriteiten, waaronder de commissaris van de koningin in Zeeland, jhr. mr. J. W. Quarles van Ufford, de burgemeester van. Vlissingen, de heer C. A. van Woelderen, en talrijke officieren, de meesten vergezeld van hun dames, terwyl ook kapitein van der Stad zich by dit gezelschap voegde. Een duizendkoppige menigte zwaaide met hoeden, mutsen en zakdoeken. Het is een ontroerend schouwspel. Statig varen de mynvegers de Schelde op, begeleid door H. M. Brinio. Allen turen ze na, tot zij uit het gezicht zijn verdwenen. Vlissingen heeft op waarlijk indrukwekkende wijze afscheid van de oorlogsbodems genomen. 167. Anneke stopte al de aardige cadeaux en de brief in het mandje. Hansje mocht naast haar zitten. Daar klapte Flipje met zijn zweep en voort ging het, de avonturen tegemoet. Zolang ze nog iets kon zien, wuifde Anneke de achterblijven- den tot afscheid toe. kLi"!,- TS hJ'erlLik W6er en het «>™etje scheen vrolijk. raaWgie hep dat het een lust was. Flipje begon uit volle verbaasd" aankeken.2'"^"' V°*els 'D de bomen elka*r

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1937 | | pagina 6