dë jouden
Waar het recht zijn loop heeft.
AMSTERDAMSCHE
BEURS
Melkvervalsching en nog wat.
NASSAU-TAX. Tel. 3545
fuchtoaact
JCunst en lUeteHSchap
ieuUletan
Kantongerecht te Alkmaar
Een niet alledaagsche zaak voor het kantongerecht.
Tweemaal 14 dagen principale hechtenis geëischt.
TWEEDE «LAD
De arrestaties in Sudeten-Dultsche
kringen. - Het D. N. B. publiceert een eigen
bericht over de arrestatie van Rutha, dr.
Röhn en eenige jongelieden, die, aldus het
bericht, blijkbaar in geen relatie met de
Sudeten-Duitsche partij staan. Uit de wijze,
waarop deze aangelegenheid tot dusver be
handeld is, leidt men volgens het Duitsche
nieuwsbureau in de kringen der Sudeten-
Duitschers af, dat de actie om politieke
redenen is ontketend en gevoerd worden
zal tot aan de politieke activiteit van Rutha
een einde is gemaakt.
EGMOND AAN DEN HOEF.
Cursus Middenstand-vestigingswet.
Onder leiding van den heer Wester,
hoofd der school alhier, is een cursus-Ves
tigingswet opgericht.
De cursus zal dezer dagen aanvangen en
telt reeds 15 leerlingen.
van Zaterdag 9 October 1937.
OPGAVE VAN NOORUHOLLANDSCH
LANDBOUWCREDIET N.V.
laatst* Ic
22.30-45
101
29>/s
Vorige
koers
STAATSLEEN1NGEN.
4 Nederi. 1934 101
4 Ned -Indiê 1934 100'/,
5H Duitschl '30 tn verki. 29»/u
BANK-INSTELL1NGEN.
Amsterd Baak
1461*
164
H5
135
160
120
50-1
77
2401*
325-6'/,
140-»/»
45
24-Vis
"2'/(.-1
1V«
29'/,-'/,
15-V.e
7'/,
50-'/,
4 Vu
44C-2
139- 0
122
Handel Mii. Cert. v. 250
Koloniale Bank
Ned. Ind. Handelsbank
INDUSTR. OND. BINNENL.
Alg Kunstzijde Unie 52"/is
Calvé Delft Cert. 77»/,
Nederi. Ford237%
Philips Gloeii Gem Besit 331'/,
Unilever 14ï*/s
INDUSTR. OND. BUITENL.
Am Smelting45'/,
Anaconda 2
Bethleh. Steel44%
Citie» Service 1%
Kennecott Copper 30
Republic Steel Ij'/,
Standard Brands
Steel comm 51 T/i
U. S. Leather 4%
CULTUUR MAATSCH.
HVA 452
Java Cultuur 143%
Ned Ind Suiker Unie. 125%
Vorstenlanden 48'/,
Dito actions 20.10
MIJNBOUW
Alg Etplor Mij.
Rediang Lebong
PETROLEUM
Dordtsche Patr.
Kon Patr.
Perlak
Phillips Oil
Shell Union
Tide Water t
RUBBERS.
Amsterd. Rubber
Deli Bat. Rubber
Hessa Rubber
Oostkust
Serbadjadi 112
Interc. Rubber
SCHEEPVAARTEN.
Kon. Ned Stoomboot.
Scheepvaart Unie
TABAKKEN.
Deli Batavia
Oude Deli
Senembah
AMER. SPOORWEGEN.
Atchison Topaka 37V»
Southern Paciiic 20"/;,
Southern Railw Cert 12%
Union Pacifle 75'/,
Canadian Pac 6%
§Noteering per 50 xl ex-coupon
ftxclaim *E- vidand.
Prolongatie vorige koers y<, heden X pCt.
WISSELKOERSEN AMSTERDAM.
OFFICIEEL.
Vorige koers: Heden:
New-York 1.80% 1.80'/s
Londen 8.96'/, 8.957/s
Berlijn 72.67 X 72.62 X
Parjjs 5.97 5.97 X
Brussel (Belga) 30.48 X 30.48
Zürich 41.58 41.62
Stockholm 46.20 46.15
Kopenhagen 40.39.95
Oslo 45.02 X 44.95
Italië 9.55
Praag 6.33
CaPOOte ritten speciale tarieven.
112
168%
105
163%
35>
373%
83
34%
H'%t
355
367-8
83
33
13*-»/M
11%-%
223
146
148'/,
3'/»
2131-41
136"-40
140%
106Vs-3
2u>/i#-3
123%
120%
1201-11
117-9
215
279%
277
208
269-72
272
11»/,-»/,
74
6»/,
ZES verschillende persen staan altijd
klaar voor
UW DRUKWERK.
ALKMAARSCHE COURANT, TEL. 3320
ONZE POSTVLUCHTEN.
De positie der postvliegtuigen was giste
ren: Reiger te Jodhpoer, uitr.; Pelikaan te
Alexandrië, uitr.; Valk te Rangoon, thuisr.
Vanmorgen zeven uur is het K.L.M.-vlieg-
tuig „Ibis"' van Schiphol vertrokken vo
den tocht naar Indië. Aan boord zijn negen
passagiers, t.w. drie voor Jodhpur, vijf voor
Karachi en een voor Athene. Onderweg ko
men aan boord een passagier AtheneBang
kok en een BangkokPenang.
Medegenomen is 490 K.G. briefpost, 29
K.G. pakketpost en 134 K.G. vracht.
AANSCHAFFING VAN MILITAIRE
VLIEGTUIGEN.
Een belangrijke order bij de Neder-
landsche vliegtuigenfabriek Fokker?
Bijzonderheden.
Het Utrechtache Dagblad vermeldde gis
teravond, dat de Nederlandsche regeering
een zeer belangrijke order heeft geplaatst
bij de Nederlandsche Vliegtuigenfabriek
(Fokker) te Amsterdam,
Volgens het blad gaat deze bestelling
over velé tientallen vliegtuigen in vier
verschillende typen, nml. jachtvliegtuigen
gevechtsvliegtuigen van het type G I en
twee typen luchtkruisers.
V,n bevoegde zijde deelt men ons mede
dat van een bestelling als zoodanig nog
niet kan worden gesproken. Wel worden
onderhandelingen gevoerd over de aan
schaffing, hetgeen blijkens de Millioenen-
nota tot het programma van het nieuwe
kabinet behoort.
Wat de twee typen luchtkruisers betreft
de militaire Foker-vliegtulgen in aanmer
king komen het jachtvliegtuig D 21 en het
nieuwe type gevechtsvliegtuig G I, waar
voor nog niet het aangewezen motortype
is gevonden, aangezien het huidige type
(Hispano Suiza) niet blijkt te voldoen.
Wat de twee type luchtkruisers betreft
zal oo de order van zestien twee-motorige
luchtkruisers van het type T. 5 waarschijn
lijk een tweede serie volgen. Het andere
tyne luchtkruiser betreft de T 8, welke op
het oogenblik in teekening gereed is en
bestemd is om als watervliegtuig op drij
vers te worden geconstrueerd. De T 8 is,
naar men ons mededeelde, uit de T 5 ont
wikkeld en bestemd om als zeeverkenner
voor lange afstanden te worden gebruikt.
Als zoodanig zou de T 8 in aanmerking
kunnen komen voor de uitbreiding van het
materieel van den Marine-vliegdienst.
8 OCTOBER. Mr. C. J. de Lange houdt onder groote belangstelling zijn herden kingsrede, terwijl de krans aan het beeld
wordt gehangen.
HET KERKCONCERT.
Het mannenkoor „Orpheus" gaf dit jaar
het concert, dat ditmaal gegeven werd in
de gereformeerde kerk aan de Oudegracht.
Behalve het nummer voor Alkmaarsch
feestdag bestemd (8 October-lied van Nico
Hoogerwerf) waren het alle bekende num
mers (van Mendelssohn, Handl, Gretry,
Roeske, de Rillé, Hegar, Olman), die onder
Karei Böhne's leiding (die het koor zonder
partituur dirigeerde), prachtig gezongen
werden. Apart vermeld ik de uitvoering van
„Dit zijn de stemmen, die klagen" van
Roeske.
De eenige solist op dit concert was de
heer P. A. van Langen, de bekende, uitste
kende organist, die werken van Bach, Guil-
man, Boëllmann en HSndel vertolkte en
met die vertolking zich wederom een mees
ter toonde.
De opkomst van het publiek was nu niet
bepaald druk te nemen.
A. K.
Voor het kantongerecht alhier diende
gister de zaak tegen den veehouder F. H. W.
Straathof te EgmondBinnen die zich voor
het delict „Melkvervalsching" had te
verantwoorden. Als verdediger in deze
zaak trad Mr. Judell uit Bergen op, die
een scherp protest uitte tegen de wijze
van optreden door Dr. Mol, directeur van
den Keuringsdienst voor Waren in deze
zaak.
Op 19 en 22 Aug. had de adjunct.inspec-
teur van den Keuringsdienst Beets in
melk, die verd. aan den melkslijter Groot
afleverde, 4 en 7 water bevonden.
Volgens getuige Beets had verdachte 23
Augustus tot hem gezegd: Als er water in
zit, dan kan dit ook in de bussen van
Groot hebben gezeten". Getuige had dit
vreemd gevonden aangezien hij wel eens
meer monsters van de melk van verdachte
had genomen, doch toen ging het oVer
streptococcen. Getuige was daarop echter
niet dieper ingegaan. Toen getuige Maan
dags verdachte sprak, zeide hij, dat hij
padvinders op zyn land had gehad en dat
ook de mogelijkheid bestond, dat die
water in de bussen hadden gedaan. Ook
had hij gezegd, dat het druilerig weer was,
doch getuige was in badcostuum naar ver
dachte gegaan en hij had zoo weinig hinder
van het weer ondervonden, dat hij droog
thuis kwam.
De verklaring van Dr. Mol.
Dr. Mol verklaarde, dat verdachte
Maandag 23 Augustus bij hem was ge
komen met de vraag of hij er toe wilde
medewerken, dat zijn straf niet te zwaar
werd.
Getuige heeft toen geantwoord, dat hij
daar niet aan dacht en toen verdachte
vroeg: „Waarom niet?" heeft spr. geant
woord: „Omdat het Straathof is". Ver
dachte had getuige verteld, dat zijn zoon
water in de melk had gedaan en getuige
had geantwoord, daar niets van te geloo-
ven en verdachte was daarop niet meer
terug gekomen en hij had gevraagd hoe
Dr. Mol kon bevorderen, dat hij kans kreeg
op een schikking. Getuige heeft toen ge
zegd, dat de ambtenaar daartoe zeker niet
bereid zou zijn, wanneer hij niet wist, hoe
het water in de melk was gekomen. Toen
had verdachte gezegd: „Dan zal ik wel
zeggen, dat ik het gedaan heb."
Getuige heeft er toen op gewezen, dat
hij alleen te doen wilde hebben met een
eerlijke verklaring. Na eenig aarzelen
heeft verdachte toen gezegd, dat hij zelf
het water in de melk heeft gedaan en dat
hij bij voorbaat in elke bus lX-l'/« L. wa
ter deed, omdat de slijter Groot steeds meer
melk vroeg. Getuige vond dit een eigen
aardig motief, aangezien verdachte be
langrijke hoeveelheden melk aan de zui
velfabriek levert. Dr. Mol verklaarde, dat
hij deze verklaring op schrift heeft gesteld
en dat verdachte die vrijwillig heeft on
derteekend. Op advies van getuige is ver
dachte toen naar' den ambtenaar van het
O. M. gegaan. Deze was met verlof en ge
tuige had toen verdachte, in zyn eigen
belang, gezegd: „Wanneer mijnheer terug
is, ga dan weer naar hem toe en vertel
precies, hoe het gegaan is." Ik raad je:
geef eerlijk toe. Beken schuld, dan heb je
kans, dat je iets bereikt."
Aangezien verdachte aanvankelijk ge
zegd had, dat zijn zoon het gedaan had,
was getuige, na het vertrek van verdachte,
onmiddellijk met den heer Beets in de
auto gestapt om den zoon van verdachte
te spreken vóór zijn vader thuis kwam.
Deze heeft hem toen wel bekend dat hij
eenig water in de bussen gedaan had, doch
op de vraag van getuige of zijn vader
daarover met hem had gesproken, had de
jongen, zonder eenige aarzeling, geant
woord: „Vader heeft nergens over ge
sproken."
Getuige heeft den indruk, dat twee
menschen water in de bussen hebben ge
daan, maar dat de vader 1 X liter in de
bussen heeft gedaan.
Wat de verdachte zegt.
De verdachte ontkende te hebben ge
weten, dat er water ir. de bussen zat.
Op een vraag van den kantonrechter
zegt hy, dat hij zich niet herinnert met
den heer Beets gesproken te hebben over
de mogelijkheid, dat de melkslijter of de
padvinders het gedaan hadden. Zondag
had hy zijn zoon ernstig ondervraagd en
deze had toen bekend, dat hij water in de
melkemmers had achter gelaten, omdat
de melkslijter altijd zoo'n groote maat
wilde hebben.
Hierover gevraagd door den kanton
rechter zegt verdachte bij dr. Mol een
verklaring te hebben geteekend, dat hij
het gedaan heeft, om de, den kantonrechter
bekende redenen.
Een getuige achter de deur.
Op een vraag van den ambtenaar of het
onderhoud onder pressie plaats had, ver
klaart dr. Mol, dat dit niet het geval was.
Getuige had dit onderhoud iets zoo bijzon
ders gevonden, dat hij den heer Beets
verzocht had, achter de deur het gesprek
te volgen.
De verdediger, mr. H. Judell, nam aan,
dat geen veemgericht was gehouden, zoo
als in Rusland en Duitschland gebruikelijk:
is, doch hij wilde gaarne weten, waarom
verdachte, omdat hij Straathof heet, on
gunstig bekend staat.
Dr. Mol: „Vraagt u dit maar aan den
Vleeschkeuringsdienst, de Crisis Tucht
rechtspraak en de Ned. Zuivel Centrale.
Ik weet wel, wie Straathof is.'
De verdediger: „Er staat in het
procesverbaal, dat aan getuige niet ge
bleken is, dat de vader den zoon over de
melkvervalsching heeft gesproken, terwijl
er niet in staat, dat de jongen dr. Mol,
toen deze hem, na het onderhoud met zijn
vader bezocht, om 'dezen voor te wezen,
verteld heeft, dat hij water in de bussen
had gedaan." Pleiter oordeelde dat zeer
eigenaardig en vroeg of dr. Mol nu niet
gebleken was, dat de vader daarover wel
met den zoon had gesproken.
Dr. Mol: „Daar is niets van gebleken.
Na dien tijd heb ik den zoon, noch den
Vader meer gezien."
Verdachte zegt, dat dr. Mol, toen
hij hem bezocht, verschrikkelijk te keer
was gegaan. Spr. had dr. Mol bezocht, om
dat hij het niets aardig vond, ook al had'
zijn zoon 't gedaan, om voor zoo iets in de
courant te komen. Volgens verdachte had
dr. Mol tegen hem gezegd: „Als je zegt,
dat je het zelf gedaan hebt, dan zal ik je
een briefje geven en kan je naar den amb
tenaar van het kantongerecht gaan om
het af te koopen. Ik was daarvan zoo on
der den indruk, dat ik dit maar gezegd
heb. Ik kreeg echter het briefje niet. Dr.
Mol deed het maar om mij te lijmen.'*
Omdat hij mij preste, ben ik er toe overge
gaan om te zeggen, dat ik het gedaan heb."
De Kanton re chter: „Daar pro
testeer ik tegen."
De Ambtenaar: „Dat is ondenk
baar."
De verdachte: „Ik ben nog nooit
zoo door iemand ontvangen als door dr.
Mol."
De verdediger: „Uit het procesver
baal blijkt, dat de heer Beets bij het on
derhoud tegenwoordig is geweest."
De heer Beets, hierover gehoord, zegt,
dat de .zaak hem bijzonder interesseerde
en dat hij op zijn verzoek van den direc
teur verlof had gekregen, tusschen twee
deuren te staan.
De verdediger: „Was daar een
microfoon?"
De getuige: „Daar houden wij ons
niet mee op. De jongen had mij geant
woord van niets te weten en daarom hoor
de ik er van op, dat deze gezegd had dat
hij er water bij gedaan had.
De jonge 17-jarigen Straat
hof z e g t, dat dr. Mol hem gevraagd
had of zijn vader 's morgens met hem over
het geval had gesproken. Getuige had dit
ontkend en dit was ook niet zoo, want
's morgens was hij al vroeg naar het land
gegaan. Getuige had Zondagmorgen met
zijn vader gesproken, maar dr. Mol had
gevraagd of hij dit Maandagmorgen had
gedaan en toen had getuige neen gezegd.
Naar het Engelsch
van PAUL TRENT
door J.SCHOUIEN
57)
„Ik ben het volkomen met u eens. Hij is
de laatste man in de wereld, dien ik voor
den gek zou willen houden. U beoordeelt
my verkeerd. Misschien ben ik een beetje
zorgeloos geweest, maar heusch, sir Char
les, ik vind hem erg aardig en lk moest
wel vriendelijk tegen hem zyn".
„Jawel, maar vriendelijkheid hoeft nog
niet in flirten te ontaarden en de minst
ijdele man zou zich aangemoedigd voelen,
door de manier waarop jij hem behandeld
hebt. Zie je dan niet dat de man je aan
bidt?" J
„Het spijt mij, sir Charles, maar dat had
ik, vóór zooeven, werkelijk niet gedacht.
Natuurlijk wist ik wel, dat hij my aardig
vond en ik dacht, dat hij wel een onschul
dige flirt wilde, maar ik had er heusch
niet het flauwste vermoeden van, dat het
hem ernst was. Ik vind het erg naar. Wat
moet ik nu doen?" vroeg zy bezorgd.
„Blijf hem zooveel mogelijk uit den weg
Deze reis kan niet zoo heel lang meer du
ren. Nog maar een paar dagen, denk ik en
mag ik een onbescheiden vraag doen?"
„Wat wilde u vragen?" zei ze op zachten
toon.
„Vergis ik my, of is de waardeering we-
derzijdsch?"
„U bedoelt dat ik dat ik van hem
houd?"
„Ja, dat bedoel ik".
Er was een oogenblik van stilte en de
scherpe oogen van sir Charles zagen, dat
haar lippen beefden.
„Ik weet het niet", fluisterde zij. „Ik be
gin mij allerlei dingen te realiseeren en ik
voel mi) heelemaal niet gelukkig. Weet u,
in welke verhouding ik tot den groothertog
sta?"
„Ik weet alleen, wat de wereld weet",
antwoordde sir Charles droogjes.
„Ik denk niet, dat de wereld de waarheid
weet. Ik heb my nooit over mijn vriend
schap met hem geschaamd. Zal ik u vertel
len hoe het begonnen is? Ik wil liever niet,
dat u mij verkeerd beoordeelt".
„Als je het mij vertellen wilt, zal ik mij
zeer vereerd voelen door het vertrouwen,
dat je in mij stelt", antwoordde hij ern
stig, „maar ik wil je je vertrouwen in geen
geval afdwingen".
„Wel, het begon eenige jaren geleden,
toen ik nog heel jong was. Ik was toen nog
koor-meisje en gaf iedere cent, die ik had,
uit aan zanglessen. Ziet u, ik was ontzet
tend eerzuchtig. Van jongs af aan heb ik
niets anders gedroomd, als van een suc
cesvolle loopbaan als actrice. Ik merkte,
dat dat ideaal niet zoo gemakkelijk te be
reiken was en dat ik heel weinig vooruit
kwam. Ik was twaalf maanden bij 't koor,
toen ik begon te wanhopen. Op een avond
nam een vriend mij mee naar de Embassy
Club en daar ontmoette ik Ivan. Ik wist
toen niet wie hij was en hij werd aan mij
voorgesteld, als een mr. Orloff. Wij werden
heel goede vrienden. Hij behandelde mij
altijd met het grootste respect en het duur
de niet lang voordat ik merkte, dat hij van
my hield en dat hij alles in 't werk stelde
om mij te winnen. Hij bood mij juweelen
aan, groote karbonkel-steenen, maar ik
weigerde ze altijd. Achteraf bezien, begrijp
ik, dat ik heel verstandig handelde, want
hy dacht dat de meeste vrouwen te koop
waren. Het moet wel een prettige afwisse
ling geweest zijn, iemand te vinden, die
niet voor geld of juweelen te koop was. Ik
accepteerde echter één groote gunst van
hem, want door zijn invloed kreeg ik een
klein rolletje. Ik was er altijd van over
tuigd geweest, dat als ik maar eenmaal
zoover was, het succes niet op zich zou la
ten wachten.
In een tweede stuk kreeg ik een grootere
rol, totdat ik ten slotte de hoofd-rol kreeg.
Dat heb ik allemaal aan Ivan te danken
en ik ben hem daar zeer dankbaar voor.
Natuurlijk hebben wij ons aan een zeker
ceremonieel •nderworpen".
„Natuurlijk had ik my reeds afgevraagd
of dat gebeurd was", zei air Charles rustig.
„Ja, tegen dien tijd had hij my reeds
verteld, wie hij was en mij eerlijk gezegd,
dat een gewoon huwelijk voor ons uitge
sloten was. U weet waarschijnlijk wel, dat
hij als Groothertog nooit getrouwd is. Hij
trouwde mij in Londen onder den naam
van Ivan Orloff. Natuurlijk heeft dat huwe
lijk heelemaal geen waarde en is hij niet
werkelijk aan mij gebonden en ik
„Ja, dat ia juist de kwestie", onderbrak
sir Charles haar. „Ik ben geen advocaat,
maar ik voor mij geloof, dat je door je
huwelijk wel degelijk aan hem gebonden
bent. Zou je met een anderen man trou
wen, terwijl hy nog in leven is, dan zou
je je schuldig maken aan bigamie".
„Het kan mij niet veel schelen. Ik heb
nog nooit aan een anderen man gedacht,
totdat
„Totdatherhaalde hij vragend, daar
zy niet verder ging.
„Wel, als ik het zeggen moet totdat Ik
Robin ontmoette".
„Bedoel je Carruthers?" vroeg hij met 'n
blik naar de brug.
„Wie anders? Bent u dan heelemaal
blind? Begrijpt u dan niet, dat ik even
hopeloos op hem verliefd geworden ben,
als hij op 'mij? Maar hij mag het nooit
weten. Ik ben niet goed genoeg voor hem.
Hy behoort tot de beste Engelsch# families
en is op en top een gentleman. Ik vind het
ellendig, dat ik hem verdriet heb moeten
doen. Ik moet hem van zijn verliefdheid
zien te genezen".
„Dat zal je niet lukken", zei sir Charles
beslist.
„Ach, dat weet ik nog niet. Het is niet
zoo erg moeilijk, denk ik. Er zijn vele ma
nieren om iemand te desillusioneeren. Wat
denkt u van David Garrick? En dan is er
nog dat stuk, waarin Ellen Terry zoo schit
terend speelde. Nance Oldfield heet het, ge
loof ik. Ja, daar heb ik het. Ik heb een
idee en fk zal het ten uitvoer brengen".
„Ik heb dat stuk ook gezien", zei sir
Charles. „Ik geloof niet, dat je den moed
zult hebben, om het te volbrengen".
„Dan kent u mij niet. Sir Charles, u moet
belooven mij te zullen helpen. U weet dat
ik de hut van den commandant gekregen
heb en er is déar ruimte genoeg. We zullen
nu naar beneden gaan en u gaat met mij
mee".
„Ik wil niets met je complot te maken
hebben", antwoordde hij eenigszins ruw.
„Ik dacht, dat u Robin's belangen be
oogde. Als dat zoo is, moet u mij helpen.
Kom over vyf minuten beneden", riep zij
gebiedend en haastte zich weg.
Zij trok haar japon uit, hulde zich in
een zijden, met kant versierde kimono en
rangschikte de kussens op de rustbank,
waarna zij het zich daarop gemakkelijk
maakte. Eenige oogenblikken daarna stond
zij echter weer op, ging voor den spiegel
staan en bekeek zich zelf met aandacht en
na nog hier en daar iets verschikt te heb
ben aan haar toilet, was zy over haar uiter
lijk tevreden. Zjj keerde naar de rustbank
terug en drukte Op de bel, waarop Stevens
onmiddellijk verscheen.
„Breng mij alsjeblieft een flesch cham
pagne en wat ij» en een stuk of drie gla
zen", zei ze heel kalm.
(V.'-iJt vervolgd).
0