De Tweede Kamer beëindigde de
algemeene beschouwingen.
'T OOG
PARLEMENT
Geen nieuws over de kabinetsformatie.
GEEN MOTIES GESTELD.
^Binnenland
Trein grijpt boerenkar.
JteuilleUHt
VAN
AlMM
De gouddiefstal te Utrecht.
TWEEDE BLAD
2
(Van onzen parlementairen medewerker.)
De Tweede Kamer heeft gistermiddag
de algemeene beschouwingen over de
ryksbegrooting beëindigd en hoofdstuk I
zonder hoofdelijke stemming aangenomen,
waarna nog zonder stemming volgden de
hoofdstukken II (Hooge Colleges van
Staat), het nieuwe hoofdstuk II A (de
partement van Algemeene Zaken) en het
wetsontwerp, dat op de instelling daarvan
betrekking heeft; hoofdstuk VII A (Natio
nale Schuld), hoofdstuk XIII (Onvoorzie
ne uitgaven) en de Wet op de Middelen.
Om zes uur kon het Kabinet in zijn ge
heel voor eenigen tijd van de Kamer af
scheid nemen; nu volgt de behandeling
van de afzonderlijke begrootingshoofd-
stukken.
Bijna alle sprekers, die in eersten ter
mijn aan het woord waren geweest, namen
aan de replieken deel. Er viel namelijk
onder elkaar nog al wat te verhapstuk
ken! Socialisten tegen nationaal-socialis-
ten en communisten, en retour; vrijzinnig
democraten contra socialisten, en retour;
de linkerzijde (d.w.z. de s.d.a.p., de libe
ralen en de vrijz.-democraten) contra de
antirevolutionnairen en de rechterzijde en
bloc, enz. enz.
Hier en daar een schalksche veeg over
en weer, aan vermaningen aan het adres
van de n.s.b. geen gebrek, aan verwijten
in die richting nog minder, maar al met al
toch geen vinnige debatten, behalve dan
tusschen de heeren de Visser en Albarda
over de ware democratie en de waarde,
welke daaraan in Sovjet-Rusland wordt
gehecht. Des voorzitters hamer hield den
communist gemakkelijk binnen de perken;
mr. van Schaik behoefde hem slechts een
paar maal te gebruiken en dan nog voor
„vergrijpen", die nu niet bepaald ver
schrikkelijk te noemen waren. Tegen den
heer de Marchant et d'Ansembourg
(n.s.b.) behoefde de voorzitter ook maar
een paar keer met een hamertik te waar
schuwen, om dezen geachten afgevaardig
de vlug in het goede parlementaire spoor
te brengen.
Het is met die waarschuwingen als met
een scheidsrechter op het voetbalveld, die
een stevig partijtje verwacht en daarom
direct voor zelfs kleine vergrijpen fluit.
En met de n.s.b. is het als met den
nieuwen jongen in de klas die eens pror
beeren wil hoe ver hij gaan kan. Maar
meester van Schaik laat niet met zich
spotten!
De heer Albarda begon zijn repliek met
een apologie. De lezers herinneren zich, dat
deze in eersten termijn zich heeft laten
ontvallen, dat, wanneer de arbeiders alles
lazen wat in de liberale bladen stond, het
bloed langs de straat zou kunnen vloeien.
Aan deze uitlating is door enkele leden
aanstoot genomen, o.a. door den heer Bie-
rema, die ze weinig in overeenstemming
vond met de sociaal-democratische hulde
betuigingen aan de de ïocratie, de vrij
heid van het woord, enz
De leider der soc.-dem. fractie erkende
dat deze uitlating niet gelukkig was ge
weest. Door onvolledigheid kan zij mis
verstand wekken, heeft dit inderdaad ge
daan en niemand viel daarvan een verwijt
te maken. Maar bij den heer Albarda had
geenerlei onzet bestaan tot uitlokking van
of aansporing tot gewelddadigheid. Zijn
bedoeling was alleen geweest te waar
schuwen tegen artikelen, welke aan weers
kanten verbittering wekken.
U moogt dan ook weieens kijken naar
uw eigen pers, merkte mr. Oud in zijn
repliek op. Tijdens mijn ministerschap heb
ik herhaaldelijk daarin gelezen van een
„volksvijandige" regeering, en dat komt
ook niet te pas!
Er is eenige animositeit tusschen de
partijen van deze heeren in de Kamer over
onjuiste interpretatie van verkiezings-
cyfers. De heer Albarda had voor de ver
kiezingen voorspeld, dat de v. d. b. zijn
trekken wel zou thuis krijgen, daar twee
van zijn voormannen deel hadden aan de
regeeringsmaatregelen en aan de aanpas
singspolitiek in het algemeen. Die voor
spelling is niet uitgekomen en met eenig
leedvermaak wees de heer Oud daarop.
Enfin, en zoo zijn er eenige dingen meer,
bijv. ook dat mr. Oud in het groote aan
tal stemmen, dat op dr. Colijn en hem is
uitgebracht, een goedkeuring ziet van het
beleid van het vorige Kabinet.
De heer Albarda verweet de n.s.b. en
de communisten, dat zij geheime geld
bronnen hebben, terwijl daarentegen de
herkomst van de geldmiddelen der s.d.a.p.
openbaar is.
En de stem van Barmat dan? vroeg de
heer d'Ansembourg. (De heer Albarda
wees die bewering af).
En het geld van de zusterpartijen in
het buitenland dan, die in vroeger jaren
de socialistische beweging hebben ge
steund, o.a. bij de oprichting van „Het
Volk"? interpelleerde de heer de Visser.
Niet dat hij dat kwalijk neemt, dat zuster
partijen elkaar helpen, maar daarom was
er nog geen aanleiding voor de sociaal
democraten om zoo op de geheime midde
len van de communisten af te geven.
De Nederlandsche communisten hebben,
mag men hem gelooven, niets te verbergen,
ze krijgen geen geld van Moskou en ze
voeren alleen maar de besluiten van de
communistische internationale uit, gelijk
de s.d.a.p. dat doet van de Tweede Inter
nationale. Dat Stalin zijn oude mede-revo-
lutionnairen uit 1917 vrijwel allemaal aan
den kant had gezet, verbannen of laten
dooden of verdwijnen, dat waren allemaal
kwaadwillige leugens van Parijsche emi
grantenblaadjes, welke de socialistische
pers grif overneemt, terwijl ze niet de
minste aandacht schenkt aan de pertinen
te tegenspraken van het communistische
orgaan.
Tegenover de n.s.b. staan de andere po
litieke partijen in onze volksvertegen
woordiging uitermate gereserveerd, zooals
men wel begrijpen zal. Men vraagt zich
dan ook af wat zoo'n partij, die tegen het
parlementaire stelsel is, zelf in het parle
ment doet. In eersten termijn is reeds ge
zegd, dat het parlement den nationaal-
socialisten niet slecht genoeg kan zyn. Des
te grooter wordt de afkeer ertegen.
De heer d'Ansembourg zeide in zijn
repliek, dat er bij de behandeling van de
begrooting veel tijd en papier was „ver
prutst", maar dat de regeering gerust kon
zijn, want de uitslag stond van te voren al
vast! Geen wonder aldus deze afge
vaardigde dat de afkeer tegen het par
lement groeit. Het leidersprincipe is het
wat we hebben moeten. Als dr. Colijn nu
eens opgetrokken was als de leider van een
nationaal kabinet!
Bij zijn rupliek kwam de minister-pre
sident hierop terug. De nat.-socialist had
hem de tak van Mozes willen toebedeelen,
die zijn volk door de Roode Zee voerde.
Doch Mozes aldus dr. Colijn leidde
de Israëlieten naar het beloofde land
en is deze vergelijking dan wel juist in
verband met de n.s.b.? En als ik dan als
„leider" had moeten optreden, waar zou
de heer Mussert dan zijn gebleven?
De Kamer had heel veel schik om dit
snedige antwoord!
De heer de Geer (c.h.) had te voren op
gemerkt, dat de nationaal-socialisten ge
zien hun houding tegenover het parlement,
er niet naar moeten streven de oude
marxisten te overtreffen (die tegen de
sociale wetten stemden om den toestand
zoo slecht mogelijk te doen zijn) maar dat
zij beter zouden doen, deel uitmakende van
het parlement, dat zoo goed mogelijk te
laten functioneeren, in het belang van
land en volk.
Zooals men ziet, politieke muziek zat er
genoeg in het debat.
De theologische beschouwingen hebben
evenmin ontbroken. Natuurlijk is de kwes
tie van den grondslag van het kabinet en
de formule, welke de formateur daarvoor
gekozen had weer op de proppen gekomen.
De heer Oud bleef zich afvragen, waarom
er wijziging in die formule („positief"
christendom) r.oodig was.
De heer Colijn had immers zelf in de
Eerste Kamer gezegd, dat het Kabinet,
waarin vrijz.-democraten en liberalen
zaten, zeker niet minder christelijk had ge
regeerd dan zijn voorgangers van recht-
sche signatuur.
Veel wijzer zijn de leden niet geworden
van de nadere discussie over deze en ande
re punten van de kabinetsformatie.
Dr. Bierema herinnerde nog aan de rol
van bemiddelaar, welke de heer van Lidth
de Jeude heeft getracht te spelen. Te ver
geefs echter; toen er nog meer moeilijk
heden waren gerezen kon dr. Colijn de
formule niet meer wijzigen. De liberalen
meenden te moeten blijven vast houden
aan drie zetels voor. vrijzinnige ministers.
Omdat dit ip de practyk drie liberalen
zouden moeten zijn, nadat een andere
vrijz.-democraat na mr. Oud ook gewei
gerd had, kon dr. Colyn niet in dezen eisch
treden, lichtte hij in zijn dupliek toe.
De liberalen zullen het kabinet royaal
tegemoet treden, verklaarde dr. Bierema,
maar zij waarschuwen tegen het toespit
sen van tegenstellingen, bijvoorbeeld door
een integrale toepassing van de geheel
verouderde Zondagswet.
Dr. Deckers gaf uiteraard ook den steun
van zijn fractie; hij had één reserve en wat
hij daaromtrent zeide klonk wat dreigend:
De r.-k.-fractie spreekt de hoop uit dat zij
ook na de behandeling van de belangrijke
wetsontwerpen (waarin de groote belan
gen van onze volksgemeenschap op de
proppen komen) kan doorgaan met het
verleenen van dien steun.
Dr. Colijn liet zich over de vele wen-
schen van socialen aard niet meer uit. Hij
verwees naar de discussie bij de afzonder
lijke begrootingshoofdstukken en de wets
ontwerpen. Laat de regeering nog een
achterdeurtje open?
De Kamer is duidelijk genoeg geweest,
dat de regeering er niet komt met alleen
de militaire uitgaven op den voorgrond
te plaatsen.
Dr. Colijn verwierp ten slotte met kracht
de bewering, dat ons volk van achter de
regeerir.gstafel in tweeën wordt gedeeld,
waarvan de groepen van rechts dan het
betere deel zouden zijn.
Zonder een enkele motie is het groote
debat geëindigd. Dat komt niet veel voor
na de algemeene beschouwingen! Maar
het zwaartepunt van de behandeling van
de belangrijkste kwesties (o.a. de militai
re voorstellen!) ligt in het debat over de
concrete voorstellen. En dat is dicht ge
noeg bij!
Vijftienjarige jongen gedood, negen
jarige ernstig gewond.
Gisteren in den laten middag is op den
onbewaakten overweg te Mill (N.Br.) 'n on
geluk gebeurd, waarbij 'n 15-j. jongen werd
gedood en een 9-jarige knaap ernstige ver
wondingen opliep.
Omstreeks half vijf passeerde een land
bouwerswagen den overweg, terwijl juist
op dat oogenblik uit de richting Boxtel een
trein kwam aanrijden. De machinist kon niet
tijdig meer remmen met het noodlottig ge
volg, dat de wagen werd gegrepen en een
eindweegs meegesleurd. Na dertig meter te
zijn doorgereden, kwam de trein tot stil
stand. Den 15-jarigen voerman van den wa
gen, H. van Lanen, die dicht bij de plaats,
waar 't ongeluk gebeurde, woont, vond men
dood langs de spoorbaan. Zijn stoffelijk
overschot werd naar het ouderlijk huis ver
voerd.
Naast van Lanen had nog op den bok ge
zeten diens negen-jarige buurjongen, Henst,
die het ongeluk zag aankomen en nog juist
van den wagen kon springen. Hij kwam
evenwel met een harden smak op den grond
terecht en liep daarbij ernstige inwendige
kneuzingen op. Hij werd bij zijn ouders bin
nengebracht.
Op het moment dat de trein den landbou
werswagen greep, stond het paard reeds
voorbij de rails, zoodat het dier ongedeerd
bleef. De wagen is totaal vernield. De trein
had ruim een kwartier vertraging.
Door ALAN DAKE
8)
„Gisternacht, geloof ik. Wacht u een
oogenblik, daar ginds staat de chauffeur.
Hé Bill.n
Bill, wiens gezicht met olie besmeurd
was, kwam langzamerhand naderbij. Ken-
nedy nam hem apart.
„Luister eens, om zekere redenen wil ik
weten, of een vriend van mij vannacht de
ze auto gehuurd heeft. Hij ziet er uit als
een vrij oude man en draagt een jacquet
en een zijden hoed".
„Dat is zoo. Ik reed hem naar Davis
Street, bij Victoria Station. Hij kwam terug
met zijn dochter tenminste, ik dacht,
dat het zijn dochter was".
„Juist. Waar heb je hem heen gereden?"
Bill keek wat wantrouwend, maar het
gezicht van een bankbiljet van een pond
in Kennedy's hand bracht zijn trouw aan
het beroepsgeheim aan het wankelen.
„Dicht bij Wapping Stairs", deelde hij
mès. JDaar is een smal straatje, dat op de
rvier uitkomt en Watling Street heet. Hij
zei, dat ik op den hoek moest stoppen,
maar voordat ik weer wegreed, zag ik hem
en de jonge dame bij Quang binnengaan".
„Quang?"
„Een soort eethuis, waar de matrozen
komen voor een goedkoop maal. Niet veel
bijzonders! Ik was blij, toen ik er vandaan
was".
Het bankbiljet verwisselde van eigenaar
en Kennedy ging heen. Eindelijk had hij
iets vernomen, dat hem van dienst zou
kunnen zijn, maar er waren helaas reeds
meer dan twaalf uur verloopen, sinds
Maxine was ontvoerd. Wat kon er in twaalf
uren niet gebeurd zijn!
Hij vond den weg naar Wapping en ver
volgens naar Quang's eethuis. Het was een
diepe, vuile winkel met groene luiken, en
zag er van buiten onsmakelijk uit. Terwijl
hij daar stond, slopen verscheidene Lasca-
ren het smalle steegje binnen, keken naar
hem, terwijl zij hem voorbij liepen, en
gingen het huis binnen. Hij kwam tot het
besef, dat er geen sprake van kon zijn, in
het costuum, dat hij nu droeg, naar binnen
te gaan. Hoe kostbaar de tijd ook was, het
was volstrekt noodzakelijk, zich te ver
mommen.
Een tweedehands-kleerenwinkel in de
buurt voorzag hem van hetgeen hij moest
hebben vuile kleeren, die hoogst onaan
genaam roken, stevige laarzen en een
puntmuts. Hij ging naar huis en stak zich
met eenigen weerzin in deze kleeren. Ge
lukkig was mrs. Morrison gaan winkelen,
en werd zij dus bewaard voor een schok.
Weer ging hij op weg, voorbereid op aller
lei moeilijkheden.
Toen hij Quangs eethuis bereikte, trof
hem een teleurstelling. Het huis was ge
sloten, maar er was een kaart voor het
raam, waarop de mededeeling stond, dat
het om acht uur 's avonds weer geopend
zou worden. Boven den winkel waren drie
magazijnen en rechts ervan een nauwe
gang. Hij liep die in en kwam in een waren
doolhof. Er waren verscheidene deuren,
waarop vreemde namen geschilderd waren,
meest buitenlandsche. De gang liep dood in
een venster, waarop „Han Su, tatoueerder"
geschreven stond en waarop een vrouw
was afgebeeld, die zoo afschuwelijk geta-
toueerd was, dat het moeite kostte, ook
maar een enkel stukje gewone huid op
haar bijna naakt lichaam te vinden.
Om den tijd te dooden, liep hij naar de
rivier. In zijn heele leven had hij nog nooit
zooiets morsigs gezien. Overal lag afval en
de lucht in de smalle steegjes was ver
schrikkelijk. De bewoners van deze buurt
waren van allerlei nationaliteit, vanaf
Grieken tot Chineezen, en eigenaardige ta
len bereikten zijn ooren. Op de rivier lag
een menigte schepen voor anker, terwijl
er aan de kade verscheidene gelost werden.
Maar het dagwerk was afgeloopen en
een menigte stuwadoors verlieten de pak
huizen.
Hij was blij, dat hij de tweedehands-klee-
ren had aangetrokken, want dat vergunde
hem, rond te loopen, zonder kwade ver
moedens op te wekken. Hij zag er in elk
opzicht net zoo weerzinwekkend uit als de
Vrijdag 19 November.
HILVERSUM, 301 M. (8.—12.—
4.—7.30 en 9.—12.— VARA, de
AVRO van 12.—4.— en de VPRO
van 7.309.8.Gr.pl. 10.
VPRO-morgenwijding. 10.20 Deel.
10.40 Gr.pl. 11.10 Verv. deel. 11.30
Orgelspel. 12.Gr.pl. 12.30 Avro-
dansorkest en soliste. 1.De Pal-
ladians. 2.Boekbespr. 2.30 Gr.pl.
3.30 Avro-dansorkest. 4.Gr.pl.
5.Voor de kinderen. 5.30 Gr.pl.
6.Optreden van amateurs. 6.30
Politiek radiojournaal. 6.50 Gr.pl.
7.De jeugd in crisistijd, causerie.
7.20 Gr.pl. 7.25 ANP-ber. 7.30 Ber.
7.35 Lezen in den Bijbel, causerie.
8.Viola d'amore en cembalo. 8.30
Literaire causerie. 9.Amsterd.
Vondel-herdenking. 9.30 VARA-
Maandrevue mmv. solisten en The
Lueky Birds. 10.Fantasia. 10.30
ANP-ber. 10.40 VPRO-a vond wij
ding. 11.Hollandsch Strijktrio,
sopraan en pianobegeleiding. 11.30
Jazzmuziek (gr.pl.) 11.5512.Gr.
pl.
HILVERSUM, 1875 M. (Alg. progr.
NCRV). 8.Schriftlezing, medita
tie, gewijde muziek (gr.pl.) 8.30
Gr.pl. 9.30 Gelukwenschen. 9.45
Gr.pl. 10.30 Morgendienst. 11.
Gr.pl. 11.15 Sopraan en piano. 12.
Ber. 12.15 Gr.pl. 12.30 Ensemble v.
d. Horst en gr.pl. 2.Gr.pl. 2.25
Christ. Lectuur. 3.Gr.pl. 4.
Viool en piano. 5.Deel. en gr.pl.
6.30 Voor tuinliefhebbers. 7.Ber.
7.15 Literair halfuur. 7.45 Rep. 8.
ANP- en herh. SOS-ber. 8.15 Arnh.
Orkestver. en solist. 9.Bijbelsche
causerie. 9.30 Verv. concert. (10.
ANP-ber.) 10.25 Gr.pl. 10.45 Cause
rie over schermen. 11.12.fGr.pl.
Hierna Schriftlezing.
DROITWICH, 1500 M. 11.40—11.50
Pianovoordr. 12.10 Bas-bariton en
orgel. 12.50 H. Hall en zijn Band.
I.352.20 Het Beech-Strijkkwar-
tet. 4.20 Causerie over Jazzmuziek
(met gr.pl.) 4.50 Radiotooneel. 5.20
Cellovoordr. 5.40 Het Reynolds
Octet. 6.20 Ber. 6.45 Das wirkliche
Tirol, causerie. 7.05 Populaire lichte
muziek. 7.30 Muz. causerie. 7.50
Zang. 8.15 What is best worth ha-
ving in life, causerie. 8.35 Gev.
progr. 9.20 Ber. 9.40 The Mineral
and the Mine, causerie. 10.10 Het
Shadwick Strijkkwartet en solisten.
II.20 Jack Jackson en zijn Band.
11.5012.20 Dansmuziek (Gr.pl.)
RADIO PARIS, 1648 M. 7.50, 8.55,
10.40 en 11.20 Gr.pl. 12.20 Evrard-
orkest en zang. 4.35 Cembalovoor
dracht. 5.20 Amati-kwartet en so
listen. 8.35 Gr.pl. 8.50 Radiotooneel*
10.50 Gr.pl. 11.20—1.05 Orkestcon
cert mmv. het Vrouwenkoor Félix
Raugel.
KEULEN, 456 M. 5.50 Schupo-
orkest. 7.50 Omroepschrammel-
ensemble en solisten. 11.20 Om-
roepkleinorkest en instr. kwartet.
I.35 Gr.pl. 3.20 Omroep- Amuse^
mentsorkest. 6.30 Viool en piano
7.— H. Hagestedt's orkest eri
solist. 8.20 Vroolijk progr. 9.50
II.20 O. Joost's orkest, pianoduo en
solist.
BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.;
12.20 Gr.pl. 12.50 Kleinorkest. 1.50
—2.20 Gr.pl. 5.20 Kleinorkest. 6.20
Pianoduetten. 7.40 Gr.pl, 8.20
Radiotooneel met muziek. 10.30—
11.20 Ensemble voor oude muziek
en van de Velde's cappella koor.
484 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Omroep-
salonorkest. 1.302.20 Gr.pl. 5.20
Accordeonmuziek. 6.05 en 6.35 Gr.
pl. 6.50 Pianovoordr. 7.10 Salon
orkest. 7.35 Zang. 8.20 Omroepsym-
phonie-orkest en soliste. 10.30
11.20 Gr.pl.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
7.20 Het Omroeporkest en solisten.
8.20 Ber. 8.35 Deel. en gr.pl. 9.20
Ber. 9.50—11.20 Oskar Joost en zijn
orkest mmv. solisten. (10.05—10.20
Weerbericht).
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Keulen 8.—9.20, Parijs R.
9.20—11.20, Keulen 11.20—12.20,
Parijs R. 12.2013.20 Brussel VL
13.2014.20, Normandië 14.20—
15.20, Keulen 15.2016.20, Luxem
burg 16.2017.20, Brussel Fr. 17.20
—18.20, Lond. Reg. 18.20—18.50,
Brussel Fr. 18.5019.20, Brussel VL
19.20—19.50, Lond. Reg. 19.50
20.20, Brussel Fr. 20.20—21.20,
Droitwich 21.2021.40, Weenen
21.40—22.50, Berlijn 22.50—23.20,
Weenen 23.2024.
Lijn 4: Brussel VL 8.9.20, Nor
mandië 9.2010.35, Lond. Reg.
10.35—12.10, Droitwich 12.10—13.35,
Lond. Reg. 13.3517.20, Droitwich
17.2018.20, Normandië 18.20
18.45, Droitwich 18.4520.15, Wee
nen 20.15—22.45, Lond. Reg. 22.45
23.20, Droitwich 23.2024.
Lijn 5: Diversen.
Vroegtijdige publicatie bemoei
lijkt het onderzoek.
De Utrechtsche justitie stuit bij het
onderzoek in de strafzaak inzake den
gouddiefstal aan het tandheelkundig insti
tuut te Utrecht op onvoorziene moeilijk
heden.
Deels is daarvan de oorzaak de vroeg
tijdige publicatie van de arrestatie van
den eersten verdachte. Deze arrestatie
werd te Amsterdam verricht. De Utrecht
sche recherche had deze arrestatie voor-
loopig niet bekend willen maken in het
belang van het onderzoek, daar reeds
aanstonds werd vermoed, dat meer dan één
persoon bij dezen diefstal was betrokken.
De publicatie, welke in Amsterdam haar
oorsprong vond, heeft de taak van de
Utrechtsche recherche aanmerkelijk ver
zwaard.
Toen de raadsman van den eersten ar
restant in deze strafzaak, de Haagsche
advocaat mr. M. H. Huygens uit de dag
bladen kenmis nam van de aanhouding van
zijn cliënt, heeft hij zich onmiddellijk met
hem in verbinding gesteld. Op deze wijze
kwam de verdediger van den eersten ver
dachte ook in contact met de andere
daders van dezen diefstal. Vermoedelijk
heeft vooral de Haagsche verdachte van
het een en ander profijt weten te trekken.
Geruimen tijd heeft het geduurd,
voordat de politie dezen man kon
arresteeren. Dit geschiedde ook al op een
niet bijzonder gebruikelijke wijze, doordat
deze verdachte zich vrijwillig bij d«
Utrechtsche rechtbank vervoegde om daar
zijn onschuld te komen bewijzen. De
rechtbank was evenwel van een andere
meening en liet dezen man aanstond» ar
resteeren. Deze verdachte heeft zich even
wel zoodanig in deze strafzaak kunnen in
werken, dat het onderzoek hierdoor aan
merkelijk wordt belemmerd.
Inmiddels werkt de Utrechtsche recher
che onvermoeid verder. De in beslaf ge
nomen klomp goud is naar schatting «et
de totale hoeveelheid. Gespeurd wordt
daarom naar de rest van het verdwet®.
goud. Uit een en ander meent
Utrechtsche recherche, dat het niet onmo
gelijk is, dat nog meer arrestaties zullen
volgen.
H. J. DE BOER t
Te Bloemendaal is, 64 jaar oud, na kor
te ongesteldheid overleden de heer H.
de Boer, directeur van de N.V. Graanfac-
tor en Veembedrijf te Koog 'aan de Zaan.
De heer de Boer, die vroeger te Koog
aan de Zaan zijn woonplaats had, doch
reeds 1012 jaar ingezetene van Bloe
mendaal was, was een bekend en alge
meen geacht Zaanlander, die door flF
sympathieke persoonlijkheid en P1"6™*!
omgangsvormen veel vrienden had. U'
zijn Zaanschen tijd bewaart men nog de
herinnering aan de bemoeiingen voor de
Luthersche gemeente, waarvan h'j dia*®"
was, en aan zijn bestuursfunctie bij
Nutsspaarbank. Overigens trad de heer
Boer in het openbaar niet op den voor
grond.
rondsluipende wezens rondom hem. Hij
keerde bij Quangs eethuis, maar alles bleef
daar stil. De tijd ging hem veel te lang
zaam voorbij. Na een schijnbaar oneindigen
tijd bemerkte hij, dat hy nog een uur moest
wachten. En intusschen was Maxine een
gevangene in handen van het meest dui
velachtige wezen, dat het lot hem ooit had
doen ontmoeten.
Eindelijk sloeg een klok in de verte acht.
Hij keerde terug en ging naar het eethuis.
Toen hij het bereikte, was de dubbele
deur open en liepen verscheidene mannen
naar binnen. Het werd nu donker en de
gaslantaarns werden aangestoken. Hij
gluurde naar binnen en zag een lange
kamer vol ruwe banken en tafels, met een
glazen scherm aan het eind, waarachter
waarschijnlijk de culinaire schikkingen
werden getroffen. Als in elk ander deel
van die buurt hing er een vreeselijke lucht
een mengsel van luchtjes, die samen een
afschuwelijken stank vormden, waarin
knoflook een groote rol speelde.
Zijn moed samenvattend, sloop hij naar
binnen en ging aan een tafel zitten, tegen
over de vier mannen, die vóór hem waren
binnengekomen. Een vrouw van twijfelach
tige afkomst zat aan een lessenaar en telde
het wisselgeld in de lade, en een Chinees,
met een schort om zijn middel, was bezig,
het menu van den dag op te schrijven. Een
vervaarlijk gebonk van het hongerige vier
tal bracht hem ertoe, de kamer door te
glijden, terwijl zijn verweerd gezicht tot 'n
grijns getrokken was, die van het eene oor
tot het andere reikte.
„Hebben Loe noodig?" vroeg hij.
„Wat is er te krijgen? Gooi ons d»
eens toe!" ^BLj
Na eenig twisten bestelden zij ie1®'
kellner kwam nu naar Kennedy toe.
nam de lijst en trachtte iets te vin^e^jjen
hij zou kunnen probeeren te eten. "uss ,ond
een opsomming van vreemde dingen v
hij „biefstuk" en besloot, dat hij ®a
veiligst kon riskeeren.
„Duren vijf minuten", lispelde Loe-
„Goed".
„Niet drinken?"
„Bier". m\.
Loe knikte en snelde heen. Een Paa
nuten later kwam hij terug met een 8
ten dienbak, dien hij kunstig op de
van twee gele vingers in evenwicht
Daarop stond het eten voor het vier
een glas bier voor Kennedy. Toen
alles had afgeleverd, drukte Loe zic Jj-j
het tusschenschot en leek zoo wel e
van de wandversiering. jer en
Kennedy nam een teugje van he
vroeg zich af, wat hü nu verde bjn-
doen. Zijn hoofddoel was, het ge een
nen te dringen Hü keek rond en tre(jen
deur aan het eind, waarheen drie zjj<je
leidden, en aan de tegenovergest*»1
nog een deur. Hü riep Loe. vrijgen'
„Kan ik hier een kermisbed
vroeg hü barsch. -erp Ken'
Loe trok zün lippen samen en w
nedy snel een onderzoekenden
„Baas loepen", lispelde hü- I
(Wordt vervttëd