iwr,
In den winter naar de bergen.
Met Kerstmis op reis.
SCHOORL
DERDE BLAD.
i.
In dezen tijd, nu de afd. Alkmaar van de
N. R. V. een cursus in ski-en houdt en vele
Alkmaarders met de N. R. V, naar de
sneeuwvelden trekken, zal er wel belang
stelling bestaan voor een reisverhaal van
een Alkmaarsche onderwijzeres, die ons het
volgende over haar ervaringen op een
dergelijke reis heeft geschreven.
Bijna 24 uur onderweg in die kou en dan
zoo vroeg donker! Daar zie je den eersten
keer toch wel wat tegen op. En van al die
verhalen van anderen: van heerlijke zonne
schijn en dat het daar niet koud is in de
sneeuw, nou, daar geloof je maar heel weinig
van. Want hoe kennen wij Hollanders, voor
al Noordhollanders, de sneeuw? De grauwe,
koude brij op straat doen je 't mooie, dat er
te genieten valt, bijna vergeten.
't Was dan ook niet de echte vacantie-
stemming, waarin we vertrokken.
Maar in Amsterdam was er al heel wat
om je te amuseeren. 't Was een speciale win-
tersporttrein en vele menschen kwamen in
ski-toilet met kruiers achter zich, die een
geweldige bagage torsten. De zenuwachtige
gejaagdheid en de manier, waarop de men
schen hun plaatsje zochten, waren al ver
makelijk. Velen werden uitgeleide gedaan
door familie en kennissen en kregen nog
allerlei op- en aanmerkingen.
Een pa en ma deden hun ongeveer acht
tienjarigen zoon uitgeleide, die in Utrecht de
rest van zijn groep plus leider zou aantref
fen. Zij klampten iederen conducteur, die
langs kwam, aan om inlichtingen en waren
rood en zenuwachtig van opwinding. Wat
dien armen jongen nog aan goeden raad werd
meegegeven! Zoonlief was blij, toen einde
lijk het sein tot vertrek gegeven werd.
In Utrecht kwamen de anderen ook in den
trein. Zij, die al meer naar de wintersport
geweest waren, hadden geweldige verhalen
en waren erg enthousiast
Maar wij, beginners, luisterden nogal
critisch en geloofden de helft van hun ver
halen niet.
In Düsseldorf stonden de slaapwagens
op ons te wachten. Dat was eerst wel even
een probleem: al die menschen in die nauwe
gang met Koffers en tasschen en dan die vrij
kleine slaapcabine voor drie personen. Maar
met een beetje handigheid werden de koffers
zoo goed mogelijk opgestapeld en kon ieder
op z'n beurt de rest van zijn bullen een goed
plaatsje geven. Toen even confereeren, wie
één, twee of drie hoog mocht huizen. Ik was
nogal in mijn schik met de benedenver
dieping, dat was veilig dicht bij den grond,
maar achteraf bleek dat niet de beste keus,
omdat je daar den meesten hinder had van
het geratel der wielen. Twee onzer werden
op de gang gezet en de overblijvende had
behoorlijk ruimte om zich geheel of gedeel
telijk in nachtgewaad te steken.
Een klop op de deur was het sein, dat
nummer twee aan de beurt was en tenslotte
de derde. Het kleine laddertje was door de
koffers in de knel geraakt, zoodat de bo
venste een paar gymnastische toeren moest
verrichten om in bed te komen. De onderste
en middelste moesten om haar hoofden
denken, want de ruimte tusschen de bedden
was niet groot, zoodat je onmogelijk rechtop
kon zitten.
Het licht werd uitgetrokken en met de
beste wenschen voor den nacht, van je
buren, probeerde je te slapen.
Het viel niet mee. De bedden waren frisch
en zacht, maar dat geschud en gerommel
was zoo vreemd! Af en toe schrok je wak
ker uit je gedommel, doordat er met een
hevig geknars gestopt werd. Soms scheen
een stationslamp juist door den kier van het
gordijntje en hoorde je korte Duitsche be
velen.
Na een poosje ging je weer en dan pro
beerde je half slaperig uit te maken of je
nu voor- of achteruit reed, want na ver
schillende stations wisselde dat nogal eens.
En liggend kon je er niet gemakkelijk achter
komen.
En dan in den beginne die bochten!
Maakte de trein een zwenking naar rechts
en helde hij daardoor naar dien kant over,
dan was 't niet zóó erg, maar o wee, wan
neer een linksche bocht genomen werd. Dan
ging de trein vaak zoo scheef, dat je voeten
hooger lagen dan je hoofd en dat was zoo'n
buitengewoon nare gewaarwording! 't Gaf
je een schok van schrik en je dacht: „Daar
gaat 't mis!" 't Was wel wat „eng" geweest
hoorde je den volgenden morgen zoo hier en
daar. Lekker geslapen hadden alleen maar
diegenen, die thuis al slapen, wanneer ze
in bed stappen.
Toen we bijna den slaap te pakken had
den, werd de knop van de deur omgedraaid,
maar we hadden den grendel er op. Dat
bleek echter geen bezwaar, want even later
werd met een sleutel de deur toch geopend.
Drie rezen omhoog, twee vlak daarop met
een pijnlijk „au" terugvallend, vanwege de
botsing met het bovenbed, maar toch direct
weer present om heel argwanend naar die
inbrekers te kijken.
Het waren de Mitropa-man en de leider
van een of ander gezelschap, die een weg
geraakte dame zochten.
„Is juffrouw Smit hier?" werd er ge
vraagd, waarop we alle drie heel nijdig in
koor: „Neen" antwoordden. De deur ging
weer op slot en de heeren gingen verder en
haalden de volgende slachtoffers uit hun
slaap. We waren klaar wakker en mopper
den hevig, maar dommelden na een poosje
toch weer in.
Tegen half acht werden we gewekt en
gingen we na elkaar naar de waschgelegen-
heid aan 't begin van den wagon om ons wat
op te frisschen. Toen we alle drie gereed
waren, mikten we lakens, dekens en kussens
op het bovenste bed en lieten het middelste
zakken, zoodat we toen een fijne zitbank
hadden met het ^middelste bed als rug
kussen.
We naderden München en stonden weldra
kleumend in de morgenschemering op het
perron en menigeen dacht in stilte: „Wat
doen we in de kou!"
Het ontbijt in de stationsrestauratie met
de heerlijk versch knappende broodjes
knapte ons op en weldra ging 't met een
treintje op Garmisch-Partenkirchen aan.
Doordat de „Austria-expresse" vertraging
had gehad, hadden we den juisten trein
niet en daardoor geen aansluiting in Gar
misch-Partenkirchen. Toen trokken we de
plaats in, zagen van verre de groote ski
schans en zochten een Conditorei op, waar
we smulden van de heerlijke „Kuchen".
Weer bij het station aangekomen, zagen
we op het plein een paar afdeelingen jeugd-
troepen. De jongens stonden keurig in het
gelid en elke afdeeling stond onder com
mando van een knaap, die een paar jaar
ouder was, terwijl eenige volwassenen op
alles toezicht hielden. De troep, die dicht bij
ons stond, vertrok vrijwel het laatst. Hij
stond onder bevel van een kleinen arro
ganten jongen, die ijverig speurde, of zijn
troep wel goed in den pas marcheerde. Een
armoedig gekleed ventje was uit den pas.
Hij ontving een zijdelingschen trap en na
dat z'n aanvoerder een ander nog een por
met z'n elleboog gegeven had, was 't geheel
volmaakt.
Inmiddels was 't ook onze tijd om te gaan
en druk redeneerend #ver al wat we gezien
hadden, zochten we 't treintje op, dat ons de
grens over en naar Bichlbach brengen zou.
Maar... wat ons erg teleurstelde... we
hadden nog alleen maar sneeuw gezien op
de hoogste bergen.
Het onderwerp: „sneeuw" werd tot ver
velens toe besproken en toch begon je er
telkens weer over. Het landschap werd steeds
mooier, maar de sneeuw bleef weg.
De Duitsche conducteur, die onze kaartjes
kwam controleeren, beweerde, dat in Ber-
wang geen kruimel sneeuw lag en dat
deed onze laatste hoop vervliegen.
Maar, gelukkig, toen wij de Oostènrijksche
grens gepasseerd waren, lag aan den Noord
kant van huizen en struiken een uiterst dun
laagje sneeuw.
En toen we in de schemering in Bichl
bach uitstappen, lag er daar ruim een een
timeter sneeuw. Even een teleurstelling: de
arren, die ons zouden opwachten, waren
vervangen door auto's wegens sneeuwge-
brek. Maar in Berwang was sneeuw en dat
was een heele geruststelling. We werden
met z'n zevenen plus chauffeur in een zes-
persoonswagen gestopt, een wagen met
linnen kap en gebarsten mica ruiten, 't Ge
heel maakte den indruk, dat het verhikel
bij een of andere steile helling zou zeggen:
„Loop de rest maat!" Later bleek, dat het
tot de betere klasse wagens van het dorp
behoorde. Met een flink gangetje gingen
we het dal door, maar al spoedig minderde
de vaart, want de weg begon te stijgen.
Niemand zei iets. Elkeen genoot van de
prachtige rit door het besneeuwde bosch.
De felle autolampen belichtten de zwaarbe
laden sparren; de weg was smal en bochtig
en hoe hooger we kwamen hoe dikker de
sneeuwlaag was. Af en toe was het alsof je
recht op een afgrond toe ging, maar op het
laatste oogenblik maakte de weg een scher
pe bocht. Rechts van ons rezen de bergen
steil omhoog en links was een diep dal. Af
en toe was het wel wat griezelig, maar ge
lukkig ontmoetten we geen andere auto's,
want passeeren leek onmogelijk.
Toen plotseling na een scherpe bocht lag
daar als een sprookjesdorp: Berwang. 't
Was nog niet heelemaal donker, maar vele
electrische lampjes schitterden al. Het
dorpje lag daar zoo rustig en vredig met
z'n groote, houten huizen en z'n slanken,
witten kerktoren.
Eén kreet van bewondering! Zoo mooi
hadden we het ons niet gedacht.
Spoedig daarop waren we in ons gezellig
hotel, waar we allerhartelijkst ontvangen
werden.
Toen we ons op de heerlijk verwarmde
kamers verfrischt hadden, waren we aan 't
diner weer vol goeden moed.
Daarna voelden we ons zoo verkwikt,
dat we besloten er met z'n drietjes op uit
te trekken om het dorp eens te bewonde
ren.
De maan was al op, maar ging nog schuil
achter eenige wolkbanken. We liepen het
dorp door langs de smalle, steile, gladde
wegjes tot we boven bij de kerk waren.
Daarachter voerde een smalle landweg door
de glooiende velden, onze oefenterreinen,
zooals we den volgenden dag bemerkten,
naar Rinnen een gehucht, uit enkele huizen
bestaande. We genoten volop: alleen het
kraken van de sneeuw onder onze voeten
en verder niets dan stilte en rust. We ston
den en luisterde maar. En toen plotseling
schoof de maan van achter de wolken en
belichtte het landschap en maakte het on
gelooflijk mooi. Je kon niet gelooven, dat
het werkelijkheid was: die besneeuwde
bergen en bosschen. In het maanlicht schit
terden en flonkerden de sneeuwkristallen.
Wonderlijk, dat je in vierentwintig uur
in een zoo heel andere wereld was. We
konden er bijna niet toe besluiten naar ons
hotel terug te keeren.
Bergen en sneeuw hielden ons in hun
betoovering gevangen en we zouden ons
heele leven blijven hunkeren naar het
weerzien.
(Slot volgt).
Qemeettiecadm
Het G. E. B. overgedragen aan
het P. E. N. Een voordeel voor de
gemeente van ruim 17000. De Iijn-
werker en de meter-opnemer gaan
over naar het P. E. N.; de dir.-adm.
komt op wachtgeld, te betalen door
het P. E. N.
Gistermiddag kwam de raad dezer ge
meente in voltallige zitting voor de eerste
maal in dit jaar bijeen. De voorzitter, bur
gemeester baron van Fridagh, opende
de vergadering met den wensch, dat ook in
het nieuwe jaar de in den raad te voeren
besprekingen in het belang der gemeente
zullen zijn en hu wenschte den leden en hun
gezinnen een gelukkig 1938.
De notulen werden, nadat aan een door
den heer Winder gemaakte bemerking was
tegemoet gekomen, goedgekeurd.
Ingekomen stukken en
mededeelingen.
Schrijven van den minister jan sociale
zaken, houdende mededeeling, de g
digheidsduur van de voor deze gemeente
geldende goedgekeurde steu"e®® gken.
verlengd tot en met 2 Juli 1938. Voor ken
nisgeving aangenomen. houdende
Schrijven van de Ged. Staten no
t 20.497 en het bedrog ™*S'
uitgaven met f 250 moet wo
Werd goedgevonden, B. en W. te a^ac1^
tigen de gevraagde wijziging
b'SSen ele voren, houdende meded^
ling, d.t bij Ged. Staten berwMT best.»
tegen de maximum-rente, gen°
raadsbesluit d.d. 21 December jl tot
aangaan van een rekening-courant-overeen
komst met de N.V. Bank voor Nederlandsch^
Gemeenten te 's-Gravenhage.
In verband hiermede stelden B. en W.
voor om met voornoemde instelling een
kasgeldleening te sluiten van 30.000 voor
den tijd van 3 maanden tegen een rente
van y3 's jaars en voorts een rekening-
courantovereenkomst aan te gaan tot een
bedrag van 18.000.
De voorzitter zei nog, dat de leening
telkens weer voor 3 maanden kan worden
verlengd.
Goedgekeurd.
Schrijven d.d. 4 Januari van het bestuur
der bijz. lagere school te Schoorl, houdende
verzoek ten behoeve van de inrichting van
een hulplokaal in het r.-k. Vareenigings-
gebouw ingevolge art. 72 e.v. der 1. o. wet
1920 een crediet te verleenen van 217.50.
B. en W. merkten naar aanleiding hiervan
op, dat bij raadsbesluit van 21 December j.1.
aan het r.-k. parochiaal kerk- en school
bestuur in beginsel een crediet is verleend
voor den bouw van een vierde school
lokaal, wegens de toename van het aantal
leerlingen. Het wordt noodzakelijk geacht,
dat de kinderen thans tijdelijk zullen wor
den ondergebracht in een hulplokaal, waar
toe in overeenstemming met den inspecteur
van het lager onderwijs is aangewezen een
gedeelte van het r.-k. vereenigingsgebouw
te Catrijp. De voor dit gebruik verschul
digde huur bedraagt 25 per maand, terwijl
wegens noodzakelijke kosten van inrichting
15 moet worden besteed. Met de aan
schaffing van de noodige hulpmiddelen is
202.50 gemoeid.
Dat de aanvraag niet eerder is ingediend,
zoodat de bouw in de wintermaanden de
werkloosheid iets had kunnen verminderen,
is een gevolg van den teldatum voor het
aantal leerlingen (16 Dec.)
B. en W. stelden voor dit stuk in hunne
handen te stellen om prae-advies, omdat nog
eenige besprekingen noodig zijn over de
huur en over de vraag of de aan te schaffen
leermiddelen ook in het nieuwe lokaal ge
bruikt zullen kunnen worden.
Werd goedgekeurd.
Voorts was nog ingekomen van den heer
Breed, leerling-ambtenaar ter secretarie, een
dankbetuiging voor de hem toegekende ver
hooging van zijn jaarwedde. Voor kennis
geving aangenomen.
Het rijwielpad.
Van den minister van sociale zaken was
ontvangen de mededeeling, dat de werk
zaamheden ten behoeve van het rijwielpad
tot 1 Mei mogen geschieden in werkver
schaffing.
De voorzitter deelde nog mede, dat
er een bespreking was gehouden met den
heer Jansen, houtvester over de gronden
voor het rijwielpad, met het resultaat, dat
men nu bezig is met het uitzetten van het
terrein, teneinde zoo spoedig mogelijk te
kunnen beginnen met den aanleg.
Voorts deelde spr. mede, dat thans op
twee na alle eigenaren, van wie grond
noodig is voor het rijwielpad, zich tot on
derhandeling inzake het afstaan daarvan
hebben bereid verklaard. Heden (Donder
dag) zal daarover in de vergadering van
B. en W. nog worden gesproken.
Opcenten gemeentefondsbelasting.
Goedgekeurd werd voorts een voorstel
van B. en W. om het aantal opcenten, op de
gemeentefondsbelasting te heffen over het
belastingjaar 1938/'39, weder te bepalen op
75.
Overdracht G. E. B. aan het P. E. N.
Het belangrijkste punt der agenda, het
voorstel waarvoor eigenlijk de vergadering
was belegd, was het volgende:
Voorstel van B. en W. om in verband
met een daartoe bij schrijven d.d. 22
December 1937 gedane aanbieding van
het Provinciaal Electriciteitsbedrijf, met
ingang van een nader te bepalen datum,
het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf
over te dragen aan het P. E. N.
Aangezien wy in ons no. van Zaterdag j.1.
reeds het voorstel met toelichting hebben
opgenomen, meenen wij voor den inhoud
daarvan naar dat no. te mogen verwijzen.
De heer Duin deelde mede, dat hij als
lid der commissie voor het G. E. B. zich niet
met het voorstel tot overdracht kon ver
eenigen en blanco zou stemmen. Tegen de
voorwaarden van het P. E. N. had hij geen
bezwaar, zij zouden voor de gemeente wel
gunstig zyn en beter dan wanneer over
vijf jaar het contract is afgeloopen. Het
ging spr. echter aan het hart, een bedrijf,
in de commissie waarvan hij 20 jaar lid was
geweest en dat hij heeft zien opgroeien
met het vastrechtsysteem, waartegen in de
laatste jaren bezwaren kwamen als te zijn
ouderwetsch, nu te moeten overdragen. Dat
vastrecht heeft het bedrijf gemaakt tot wat
het is en is oorzaak, dat er thans behoorlijke
voorwaarden van het P. E. N. konden worden
verkregen. Spr. betreurde het, dat de ge
meente niet nog vijf jaar kan profiteeren
van het mooie bedrijf en hij wees daarbij op
de soepelheid, welke steeds betracht is
tegenover menschen voor wie het tijdig
betalen moeilijkheden opleverde; daarmee
zal het nu wel zijn afgeloopen. Thans, nu
het bedrijf op het punt staat van te worden
overgedragen, worden we weer voor het
feit gesteld, dat wederom met vastrecht moet
worden begonnen en nu wordt het met open
armen ontvangen.
In een en ander zag spr. een voldoende
motiveering om blanco te stemmen. Zich
heelemaal tegen overdracht uitspreken
durfde spr. niet op zich nemen, omdat hi
toch rekening dient te houden met de voor
waarden waaraan Schoorl niet heeft vol
daan.
De voorzitter en wethouder Bij 1
verklaarden heel goed te kunnen begrijpen,
dat de heer Duin zou tegenstemmen; zij
respecteerden zijn motieven.
De heer Blom releveerde de vele be
sprekingen in de lichtcommissie, waar ook
hij de voorwaarden ernstig had bekeken en
de cijfers had bestudeerd, met het resultaat,
dat hij overtuigd was, dat de voordeelen
voor de gemeente verre uitgingen boven de
nadeelen, zooals enkele ingezetenen stellig
zouden ondervinden van de overdracht.
Daarom zou hij vóór stemmen.
De heer Duin wilde nog een opmerking
maken over het rapport, maar de voor
zitter merkte op, dat dit (al was het niet
zoo erg duidelijk aangegeven) een vertrou
welijk stuk was, waarover in openbare
raadsvergadering niets mocht worden ge
zegd, een meening waartegen de heer
Duin protesteerde, omdat z.i. de burgerij
er wel iets van mocht weten.
Ten slotte werd er over het voorstel van
B. en W. gestemd. Het werd aangenomen
met zes stemmen en één blanco (van den
heer Duin). De voorzitter constateerde,
dat het mooie bedrijf thans dus vijf jaar
eerder overgaat dan aanvankelijk werd
gedacht. Hij dankte allen, die in de 20 jaren,
welke het de gemeente heeft gediend, hun
krachten gaven aan dit bedrijf en sprak den
wensch uit, dat de samenwerking met en
het vertrouwen in het P. E. N. evengroot zal
zijn als ten aanzien van het G. E. B. bestond.
Spr. geloofde, dat Schoorl in de toekomst
zal zeggen, dat het goed gezien is geweest,
het bedrijf thans over te dragen en wekte
den raad op, thans te ijveren voor het gas
bedrijf, ten aanzien waarvan het P. E. N.
toegezegd heeft middellijk noch onmiddellijk
propaganda te zullen voeren voor electrisch
koken en het dus geen concurrentie te zul
len aandoen.
Rondvraag.
De heer Gutter zou willen, dat het
uitwerken van het uitbreidingsplan, waar
toe in de vorige vergadering werd beslo
ten, werd opgedragen aan iemand in de
gemeente.
Weth. B ij 1 antwoordde, dat B. en W.
het beter hadden gevonden een architect
van buiten te nemen, om te voorkomen
dat men zou spreken van bevoorrechting
van persoonlijke belangen. Er is echter
nog niemand aangewezen.
De voorzitter merkte op, dat niet
alle architecten, die huizen, bouwen en
lijnen trekken, goede landschapsarchitec
ten zijn. De Prov. commissie had dan ook
verzocht iemand aan te wijzen met oog
voor natuurschoon en die het werk zou
zien als kunstenaar.
De heer Duin: Dan kunnen we nog
wat beleven.
De heer Winder had ook liever een
architect uit de eigen gemeente, desnoods
twee, die zouden kunnen samenwerken.
De heer Blom zei, dat in Schoorl een
architect woont, die zeer zeker aan de door
den voorzitter bedoelde eischen kan vol
doen, een man die leeraar was aan de
technische school te Groningen en die ook
tot volle tevredenheid van zijn superieuren
aan uitbreidingsplannen werkte. Hij zou in.
dezen kunnen samenwerken met een even
eens hier wonenden collega en dan zouden
zij samen zeker iets goeds tot stand bren
gen. De 1000, welke voor het werk zijn
uitgetrokken, zouden dan in de gemeente
blijven.
Weth. Schermer voelde wel voor
deze redeneering. Hier had echter als be
zwaar gegolden, dat een plaatsgenoot
meer toegankelijk zou zijn voor klaagtonen
van hen, die zich benadeeld zouden achten.
Vandaar dat het beter geacht werd een
man van buiten, te nemen. Echter, spr. zou
de kwestie nog wel eens graag in B. en W.
willen bespreken.
De heer G u 11 e r zei nog, dat in Bergen
toch ook een man uit de gemeente met een
plaatselijken architect het uitbreidings
plan maakte.
De voorzitter merkte op, dat het
in Bergen een gemeente-ambtenaar was,
en dat is wat anders dan. de heer Gutter
bedoelde.
Besloten werd, dat B. en W. de zaak
nog eens zullen bekijken.
De heer Duin wenschte te weten hoe
het wegdek zou worden van het rijwiel
pad: asfalt of tegels.
Verschillende heeren merkten op. dat de
heer Duin dit had kunnen weten als hy de
stukken goed had gelezen en onlangs niet
had geweigerd deel te nemen aan bespre
kingen in een comité-vergadering.
De heer Duin zei, dat hij dat deed,
omdat hy meende dat de zaak in het open
baar moest besproken worden.
De heer Schermer zei, dat het rö-
wielpad eenzelfde wegdek zal krijgen als
de paden langs den Bergerweg: hoog
ovenslakken op een puinlaag.
De heer Duin dacht dat bij een aan
besteding van het leggen van het pad de
gemeente gebaat zou zijn: het zou wel
eerder klaar zijn dan bij uitvoering in
werkverschaffing.
De voorzitter maakte duidelijk, dat
de minister daartoe zeker geen toestem
ming zal geven.
Hierop volgde sluiting der vergadering
door den voorzitter met het uitspre
ken van den wensch, dat de te wachten
blijde gebeurtenis in het prinselijk gezin
een voor ons heele volk blijde gebeurtenis
zal zy'n.
Jtawüiciaal 1lieuws
DEMONSTRATIEBEDRUF VOOR DE
FRUITTEELT.
De Econ. Technol. dienst voor Noordhol
land verzoekt ons opname van het volgen
de:
Door den Economisch-Technologischen
Dienst voord Noordholland te Haarlem is
een demonstratiebedrijf voor fruitteelt op
gericht. Deze dienst heeft met den heer J.
Boot, fruikweeker te Schellinkhout, een
overeenkomst aangegaan, waarbij deze zich
bereid heeft verklaard, zijn fruitkweekerij
als demonstratiebedrijf beschikbaar te stel
len. De heer Boot is een vooraanstaand
kweeker in West-Friesland. Hij heeft in
gebruik een bedrijf van 1 H.A., dat vóór
ongeveer 30 jaar is aangelegd, en hij gaat
nu, op een kort geleden door hem aange
kocht terrein van 3 H.A., 'n geheel nieuwen
fruittuin aanleggen. Er is hier geen sprake
van een proefbedrijf, maar alleen van een
demonstratiebedrijf, waar getracht zal wor
den met de middelen, die ieder onderlegd
en goed ingericht kweeker ter beschikking
staan, het hoogst mogelijke rendement te
verkrijgen en aan belanghebbenden te too-
nen of een fruitkweekerij rendabel kan zijn
en hoe een dergelijk bedrijf op practische
wijze gedreven moet worden.
De heer ir. C. Reitsema, rijkstuinbouw-
consulent en directeur van de Tuinbouw
school te Hoorn, zal hierbij medewerking
verleenen, opdat het bedrijf zooveel moge
lijk aan zijn doel zal beantwoorden. Over
de resultaten van het bedrijf zullen regel
matig berichten worden gepubliceerd.
TENTOONSTELLING
WIERINGERMEERPOLDER.
Naar wij vernemen, blijft de tentoonstel
ling, die de stichting voor het bevolkings
onderzoek in de drooggelegde Zuiderzee
polders in haar gebouw in de Dufaystraat
(voormalige Dufayschool) te Amsterdam
heeft ingericht betreffende de drooglegging
van de Wieringermeer, de inrichting en de
exploitatie van den polder en den aanleg
der dorpen en boerderijen, voorloopig nog
geopend.
Zij is kosteloos voor iedereen te bezichti
gen eiken werkdag van 10 tot 13 uur.
PERFECTE VRUCHTEN-
SORTEERMACHINE.
De heer J. Jong te Westerblokker heeft
een nieuwe vruchtensorteermachine uitge
vonden. Hij stapte van het principe, waar
bij de vruchten door verschillende gaten ge
schud moesten worden, af en bedacht iets
nieuws, dat verbluffend eenvoudig is, doch
accuraat en snel werkt, terwijl de machine
daarbij zoo eenvoudig geconstrueerd is,
dat ze onverslijtbaar genoemd kan worden.
Doch het voornaamste is wel, zegt de
N.H.Crt., dat het fruit zelfs niet de kans
krijgt om gekneusd te worden.
Het blad heeft zich ten huize van den
heer Jong, waar een demonstratie met diens
geniale vinding werd gegeven, van een en
ander overtuigd.
Velen waren bij deze demonstratie, waar
ook de Hardy-sproeimachines in werking
waren, aanwezig.
De fruitsorteermachine „Nejo", welke ge
patenteerd is en vervaardigd wordt door de
machinefabriek H. van Heezen te Hoorn,
bestaat uit een ronde draaiende schijf,
waar omheen in dezelfde richting een even
eens houten cirkel draait, zoodat er eenige
tusschenruimte tusschen schijf en cirkel is,
welke versteld kan worden. Op deze open
ruimte worden nu de vruchten geplaatst,
welke met de schijven meedraaien en op
een gegeven moment er tusschen door val
len in een met veeren rubber bekleede bak.
Het fruit is gesorteerd!
Het heele sorteeren is gebaseerd op de
excentrisch geplaatste schyven, het is dus
verbluffend eenvoudig: de ruimte tusschen
cirkel en schijf wordt onder het draaien
telkens iets grooter! De sorteerschijf staat
op gemakkelijk vertelbare pooten, zoodat de
machine overal steeds absoluut horizontaal
geplaatst kan worden.
Boven de schijf staat een eveneens met
rubber bekleede sorteerbak, waarin de on
gesorteerde vruchten komen. Deze rollen
naar een uitmonding, waarbij een man de
vruchten controleert en op de schijf plaatst,
die verder het werk doet en men niets an
ders heeft te doen dan de prachtig gesor
teerde vruchten uit de vakken te halen.
Desgewenschte levert de machine acht ver
schillende maten af.
Een belangrijke zaak is zeker, dat het ap
paraat het geheele jaar heeft voldaan en er
reeds verschillende over het geheele land
geplaatst zijn en van alle zijden tevreden-
heidsbetuigingen inkomen. De machine sor
teert 5001000 K.G. per uur en is bedoeld
voor middelmatige en kleine bedrijven.
De „Nejo" is vanaf heden dagelijks in
bedrijf te bezichtigen bij de heeren Oore
man Gerlings aan den Koepoortsweg
Hoorn.
te