iwr, In den winter naar de bergen. Met Kerstmis op reis. SCHOORL DERDE BLAD. i. In dezen tijd, nu de afd. Alkmaar van de N. R. V. een cursus in ski-en houdt en vele Alkmaarders met de N. R. V, naar de sneeuwvelden trekken, zal er wel belang stelling bestaan voor een reisverhaal van een Alkmaarsche onderwijzeres, die ons het volgende over haar ervaringen op een dergelijke reis heeft geschreven. Bijna 24 uur onderweg in die kou en dan zoo vroeg donker! Daar zie je den eersten keer toch wel wat tegen op. En van al die verhalen van anderen: van heerlijke zonne schijn en dat het daar niet koud is in de sneeuw, nou, daar geloof je maar heel weinig van. Want hoe kennen wij Hollanders, voor al Noordhollanders, de sneeuw? De grauwe, koude brij op straat doen je 't mooie, dat er te genieten valt, bijna vergeten. 't Was dan ook niet de echte vacantie- stemming, waarin we vertrokken. Maar in Amsterdam was er al heel wat om je te amuseeren. 't Was een speciale win- tersporttrein en vele menschen kwamen in ski-toilet met kruiers achter zich, die een geweldige bagage torsten. De zenuwachtige gejaagdheid en de manier, waarop de men schen hun plaatsje zochten, waren al ver makelijk. Velen werden uitgeleide gedaan door familie en kennissen en kregen nog allerlei op- en aanmerkingen. Een pa en ma deden hun ongeveer acht tienjarigen zoon uitgeleide, die in Utrecht de rest van zijn groep plus leider zou aantref fen. Zij klampten iederen conducteur, die langs kwam, aan om inlichtingen en waren rood en zenuwachtig van opwinding. Wat dien armen jongen nog aan goeden raad werd meegegeven! Zoonlief was blij, toen einde lijk het sein tot vertrek gegeven werd. In Utrecht kwamen de anderen ook in den trein. Zij, die al meer naar de wintersport geweest waren, hadden geweldige verhalen en waren erg enthousiast Maar wij, beginners, luisterden nogal critisch en geloofden de helft van hun ver halen niet. In Düsseldorf stonden de slaapwagens op ons te wachten. Dat was eerst wel even een probleem: al die menschen in die nauwe gang met Koffers en tasschen en dan die vrij kleine slaapcabine voor drie personen. Maar met een beetje handigheid werden de koffers zoo goed mogelijk opgestapeld en kon ieder op z'n beurt de rest van zijn bullen een goed plaatsje geven. Toen even confereeren, wie één, twee of drie hoog mocht huizen. Ik was nogal in mijn schik met de benedenver dieping, dat was veilig dicht bij den grond, maar achteraf bleek dat niet de beste keus, omdat je daar den meesten hinder had van het geratel der wielen. Twee onzer werden op de gang gezet en de overblijvende had behoorlijk ruimte om zich geheel of gedeel telijk in nachtgewaad te steken. Een klop op de deur was het sein, dat nummer twee aan de beurt was en tenslotte de derde. Het kleine laddertje was door de koffers in de knel geraakt, zoodat de bo venste een paar gymnastische toeren moest verrichten om in bed te komen. De onderste en middelste moesten om haar hoofden denken, want de ruimte tusschen de bedden was niet groot, zoodat je onmogelijk rechtop kon zitten. Het licht werd uitgetrokken en met de beste wenschen voor den nacht, van je buren, probeerde je te slapen. Het viel niet mee. De bedden waren frisch en zacht, maar dat geschud en gerommel was zoo vreemd! Af en toe schrok je wak ker uit je gedommel, doordat er met een hevig geknars gestopt werd. Soms scheen een stationslamp juist door den kier van het gordijntje en hoorde je korte Duitsche be velen. Na een poosje ging je weer en dan pro beerde je half slaperig uit te maken of je nu voor- of achteruit reed, want na ver schillende stations wisselde dat nogal eens. En liggend kon je er niet gemakkelijk achter komen. En dan in den beginne die bochten! Maakte de trein een zwenking naar rechts en helde hij daardoor naar dien kant over, dan was 't niet zóó erg, maar o wee, wan neer een linksche bocht genomen werd. Dan ging de trein vaak zoo scheef, dat je voeten hooger lagen dan je hoofd en dat was zoo'n buitengewoon nare gewaarwording! 't Gaf je een schok van schrik en je dacht: „Daar gaat 't mis!" 't Was wel wat „eng" geweest hoorde je den volgenden morgen zoo hier en daar. Lekker geslapen hadden alleen maar diegenen, die thuis al slapen, wanneer ze in bed stappen. Toen we bijna den slaap te pakken had den, werd de knop van de deur omgedraaid, maar we hadden den grendel er op. Dat bleek echter geen bezwaar, want even later werd met een sleutel de deur toch geopend. Drie rezen omhoog, twee vlak daarop met een pijnlijk „au" terugvallend, vanwege de botsing met het bovenbed, maar toch direct weer present om heel argwanend naar die inbrekers te kijken. Het waren de Mitropa-man en de leider van een of ander gezelschap, die een weg geraakte dame zochten. „Is juffrouw Smit hier?" werd er ge vraagd, waarop we alle drie heel nijdig in koor: „Neen" antwoordden. De deur ging weer op slot en de heeren gingen verder en haalden de volgende slachtoffers uit hun slaap. We waren klaar wakker en mopper den hevig, maar dommelden na een poosje toch weer in. Tegen half acht werden we gewekt en gingen we na elkaar naar de waschgelegen- heid aan 't begin van den wagon om ons wat op te frisschen. Toen we alle drie gereed waren, mikten we lakens, dekens en kussens op het bovenste bed en lieten het middelste zakken, zoodat we toen een fijne zitbank hadden met het ^middelste bed als rug kussen. We naderden München en stonden weldra kleumend in de morgenschemering op het perron en menigeen dacht in stilte: „Wat doen we in de kou!" Het ontbijt in de stationsrestauratie met de heerlijk versch knappende broodjes knapte ons op en weldra ging 't met een treintje op Garmisch-Partenkirchen aan. Doordat de „Austria-expresse" vertraging had gehad, hadden we den juisten trein niet en daardoor geen aansluiting in Gar misch-Partenkirchen. Toen trokken we de plaats in, zagen van verre de groote ski schans en zochten een Conditorei op, waar we smulden van de heerlijke „Kuchen". Weer bij het station aangekomen, zagen we op het plein een paar afdeelingen jeugd- troepen. De jongens stonden keurig in het gelid en elke afdeeling stond onder com mando van een knaap, die een paar jaar ouder was, terwijl eenige volwassenen op alles toezicht hielden. De troep, die dicht bij ons stond, vertrok vrijwel het laatst. Hij stond onder bevel van een kleinen arro ganten jongen, die ijverig speurde, of zijn troep wel goed in den pas marcheerde. Een armoedig gekleed ventje was uit den pas. Hij ontving een zijdelingschen trap en na dat z'n aanvoerder een ander nog een por met z'n elleboog gegeven had, was 't geheel volmaakt. Inmiddels was 't ook onze tijd om te gaan en druk redeneerend #ver al wat we gezien hadden, zochten we 't treintje op, dat ons de grens over en naar Bichlbach brengen zou. Maar... wat ons erg teleurstelde... we hadden nog alleen maar sneeuw gezien op de hoogste bergen. Het onderwerp: „sneeuw" werd tot ver velens toe besproken en toch begon je er telkens weer over. Het landschap werd steeds mooier, maar de sneeuw bleef weg. De Duitsche conducteur, die onze kaartjes kwam controleeren, beweerde, dat in Ber- wang geen kruimel sneeuw lag en dat deed onze laatste hoop vervliegen. Maar, gelukkig, toen wij de Oostènrijksche grens gepasseerd waren, lag aan den Noord kant van huizen en struiken een uiterst dun laagje sneeuw. En toen we in de schemering in Bichl bach uitstappen, lag er daar ruim een een timeter sneeuw. Even een teleurstelling: de arren, die ons zouden opwachten, waren vervangen door auto's wegens sneeuwge- brek. Maar in Berwang was sneeuw en dat was een heele geruststelling. We werden met z'n zevenen plus chauffeur in een zes- persoonswagen gestopt, een wagen met linnen kap en gebarsten mica ruiten, 't Ge heel maakte den indruk, dat het verhikel bij een of andere steile helling zou zeggen: „Loop de rest maat!" Later bleek, dat het tot de betere klasse wagens van het dorp behoorde. Met een flink gangetje gingen we het dal door, maar al spoedig minderde de vaart, want de weg begon te stijgen. Niemand zei iets. Elkeen genoot van de prachtige rit door het besneeuwde bosch. De felle autolampen belichtten de zwaarbe laden sparren; de weg was smal en bochtig en hoe hooger we kwamen hoe dikker de sneeuwlaag was. Af en toe was het alsof je recht op een afgrond toe ging, maar op het laatste oogenblik maakte de weg een scher pe bocht. Rechts van ons rezen de bergen steil omhoog en links was een diep dal. Af en toe was het wel wat griezelig, maar ge lukkig ontmoetten we geen andere auto's, want passeeren leek onmogelijk. Toen plotseling na een scherpe bocht lag daar als een sprookjesdorp: Berwang. 't Was nog niet heelemaal donker, maar vele electrische lampjes schitterden al. Het dorpje lag daar zoo rustig en vredig met z'n groote, houten huizen en z'n slanken, witten kerktoren. Eén kreet van bewondering! Zoo mooi hadden we het ons niet gedacht. Spoedig daarop waren we in ons gezellig hotel, waar we allerhartelijkst ontvangen werden. Toen we ons op de heerlijk verwarmde kamers verfrischt hadden, waren we aan 't diner weer vol goeden moed. Daarna voelden we ons zoo verkwikt, dat we besloten er met z'n drietjes op uit te trekken om het dorp eens te bewonde ren. De maan was al op, maar ging nog schuil achter eenige wolkbanken. We liepen het dorp door langs de smalle, steile, gladde wegjes tot we boven bij de kerk waren. Daarachter voerde een smalle landweg door de glooiende velden, onze oefenterreinen, zooals we den volgenden dag bemerkten, naar Rinnen een gehucht, uit enkele huizen bestaande. We genoten volop: alleen het kraken van de sneeuw onder onze voeten en verder niets dan stilte en rust. We ston den en luisterde maar. En toen plotseling schoof de maan van achter de wolken en belichtte het landschap en maakte het on gelooflijk mooi. Je kon niet gelooven, dat het werkelijkheid was: die besneeuwde bergen en bosschen. In het maanlicht schit terden en flonkerden de sneeuwkristallen. Wonderlijk, dat je in vierentwintig uur in een zoo heel andere wereld was. We konden er bijna niet toe besluiten naar ons hotel terug te keeren. Bergen en sneeuw hielden ons in hun betoovering gevangen en we zouden ons heele leven blijven hunkeren naar het weerzien. (Slot volgt). Qemeettiecadm Het G. E. B. overgedragen aan het P. E. N. Een voordeel voor de gemeente van ruim 17000. De Iijn- werker en de meter-opnemer gaan over naar het P. E. N.; de dir.-adm. komt op wachtgeld, te betalen door het P. E. N. Gistermiddag kwam de raad dezer ge meente in voltallige zitting voor de eerste maal in dit jaar bijeen. De voorzitter, bur gemeester baron van Fridagh, opende de vergadering met den wensch, dat ook in het nieuwe jaar de in den raad te voeren besprekingen in het belang der gemeente zullen zijn en hu wenschte den leden en hun gezinnen een gelukkig 1938. De notulen werden, nadat aan een door den heer Winder gemaakte bemerking was tegemoet gekomen, goedgekeurd. Ingekomen stukken en mededeelingen. Schrijven van den minister jan sociale zaken, houdende mededeeling, de g digheidsduur van de voor deze gemeente geldende goedgekeurde steu"e®® gken. verlengd tot en met 2 Juli 1938. Voor ken nisgeving aangenomen. houdende Schrijven van de Ged. Staten no t 20.497 en het bedrog ™*S' uitgaven met f 250 moet wo Werd goedgevonden, B. en W. te a^ac1^ tigen de gevraagde wijziging b'SSen ele voren, houdende meded^ ling, d.t bij Ged. Staten berwMT best.» tegen de maximum-rente, gen° raadsbesluit d.d. 21 December jl tot aangaan van een rekening-courant-overeen komst met de N.V. Bank voor Nederlandsch^ Gemeenten te 's-Gravenhage. In verband hiermede stelden B. en W. voor om met voornoemde instelling een kasgeldleening te sluiten van 30.000 voor den tijd van 3 maanden tegen een rente van y3 's jaars en voorts een rekening- courantovereenkomst aan te gaan tot een bedrag van 18.000. De voorzitter zei nog, dat de leening telkens weer voor 3 maanden kan worden verlengd. Goedgekeurd. Schrijven d.d. 4 Januari van het bestuur der bijz. lagere school te Schoorl, houdende verzoek ten behoeve van de inrichting van een hulplokaal in het r.-k. Vareenigings- gebouw ingevolge art. 72 e.v. der 1. o. wet 1920 een crediet te verleenen van 217.50. B. en W. merkten naar aanleiding hiervan op, dat bij raadsbesluit van 21 December j.1. aan het r.-k. parochiaal kerk- en school bestuur in beginsel een crediet is verleend voor den bouw van een vierde school lokaal, wegens de toename van het aantal leerlingen. Het wordt noodzakelijk geacht, dat de kinderen thans tijdelijk zullen wor den ondergebracht in een hulplokaal, waar toe in overeenstemming met den inspecteur van het lager onderwijs is aangewezen een gedeelte van het r.-k. vereenigingsgebouw te Catrijp. De voor dit gebruik verschul digde huur bedraagt 25 per maand, terwijl wegens noodzakelijke kosten van inrichting 15 moet worden besteed. Met de aan schaffing van de noodige hulpmiddelen is 202.50 gemoeid. Dat de aanvraag niet eerder is ingediend, zoodat de bouw in de wintermaanden de werkloosheid iets had kunnen verminderen, is een gevolg van den teldatum voor het aantal leerlingen (16 Dec.) B. en W. stelden voor dit stuk in hunne handen te stellen om prae-advies, omdat nog eenige besprekingen noodig zijn over de huur en over de vraag of de aan te schaffen leermiddelen ook in het nieuwe lokaal ge bruikt zullen kunnen worden. Werd goedgekeurd. Voorts was nog ingekomen van den heer Breed, leerling-ambtenaar ter secretarie, een dankbetuiging voor de hem toegekende ver hooging van zijn jaarwedde. Voor kennis geving aangenomen. Het rijwielpad. Van den minister van sociale zaken was ontvangen de mededeeling, dat de werk zaamheden ten behoeve van het rijwielpad tot 1 Mei mogen geschieden in werkver schaffing. De voorzitter deelde nog mede, dat er een bespreking was gehouden met den heer Jansen, houtvester over de gronden voor het rijwielpad, met het resultaat, dat men nu bezig is met het uitzetten van het terrein, teneinde zoo spoedig mogelijk te kunnen beginnen met den aanleg. Voorts deelde spr. mede, dat thans op twee na alle eigenaren, van wie grond noodig is voor het rijwielpad, zich tot on derhandeling inzake het afstaan daarvan hebben bereid verklaard. Heden (Donder dag) zal daarover in de vergadering van B. en W. nog worden gesproken. Opcenten gemeentefondsbelasting. Goedgekeurd werd voorts een voorstel van B. en W. om het aantal opcenten, op de gemeentefondsbelasting te heffen over het belastingjaar 1938/'39, weder te bepalen op 75. Overdracht G. E. B. aan het P. E. N. Het belangrijkste punt der agenda, het voorstel waarvoor eigenlijk de vergadering was belegd, was het volgende: Voorstel van B. en W. om in verband met een daartoe bij schrijven d.d. 22 December 1937 gedane aanbieding van het Provinciaal Electriciteitsbedrijf, met ingang van een nader te bepalen datum, het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf over te dragen aan het P. E. N. Aangezien wy in ons no. van Zaterdag j.1. reeds het voorstel met toelichting hebben opgenomen, meenen wij voor den inhoud daarvan naar dat no. te mogen verwijzen. De heer Duin deelde mede, dat hij als lid der commissie voor het G. E. B. zich niet met het voorstel tot overdracht kon ver eenigen en blanco zou stemmen. Tegen de voorwaarden van het P. E. N. had hij geen bezwaar, zij zouden voor de gemeente wel gunstig zyn en beter dan wanneer over vijf jaar het contract is afgeloopen. Het ging spr. echter aan het hart, een bedrijf, in de commissie waarvan hij 20 jaar lid was geweest en dat hij heeft zien opgroeien met het vastrechtsysteem, waartegen in de laatste jaren bezwaren kwamen als te zijn ouderwetsch, nu te moeten overdragen. Dat vastrecht heeft het bedrijf gemaakt tot wat het is en is oorzaak, dat er thans behoorlijke voorwaarden van het P. E. N. konden worden verkregen. Spr. betreurde het, dat de ge meente niet nog vijf jaar kan profiteeren van het mooie bedrijf en hij wees daarbij op de soepelheid, welke steeds betracht is tegenover menschen voor wie het tijdig betalen moeilijkheden opleverde; daarmee zal het nu wel zijn afgeloopen. Thans, nu het bedrijf op het punt staat van te worden overgedragen, worden we weer voor het feit gesteld, dat wederom met vastrecht moet worden begonnen en nu wordt het met open armen ontvangen. In een en ander zag spr. een voldoende motiveering om blanco te stemmen. Zich heelemaal tegen overdracht uitspreken durfde spr. niet op zich nemen, omdat hi toch rekening dient te houden met de voor waarden waaraan Schoorl niet heeft vol daan. De voorzitter en wethouder Bij 1 verklaarden heel goed te kunnen begrijpen, dat de heer Duin zou tegenstemmen; zij respecteerden zijn motieven. De heer Blom releveerde de vele be sprekingen in de lichtcommissie, waar ook hij de voorwaarden ernstig had bekeken en de cijfers had bestudeerd, met het resultaat, dat hij overtuigd was, dat de voordeelen voor de gemeente verre uitgingen boven de nadeelen, zooals enkele ingezetenen stellig zouden ondervinden van de overdracht. Daarom zou hij vóór stemmen. De heer Duin wilde nog een opmerking maken over het rapport, maar de voor zitter merkte op, dat dit (al was het niet zoo erg duidelijk aangegeven) een vertrou welijk stuk was, waarover in openbare raadsvergadering niets mocht worden ge zegd, een meening waartegen de heer Duin protesteerde, omdat z.i. de burgerij er wel iets van mocht weten. Ten slotte werd er over het voorstel van B. en W. gestemd. Het werd aangenomen met zes stemmen en één blanco (van den heer Duin). De voorzitter constateerde, dat het mooie bedrijf thans dus vijf jaar eerder overgaat dan aanvankelijk werd gedacht. Hij dankte allen, die in de 20 jaren, welke het de gemeente heeft gediend, hun krachten gaven aan dit bedrijf en sprak den wensch uit, dat de samenwerking met en het vertrouwen in het P. E. N. evengroot zal zijn als ten aanzien van het G. E. B. bestond. Spr. geloofde, dat Schoorl in de toekomst zal zeggen, dat het goed gezien is geweest, het bedrijf thans over te dragen en wekte den raad op, thans te ijveren voor het gas bedrijf, ten aanzien waarvan het P. E. N. toegezegd heeft middellijk noch onmiddellijk propaganda te zullen voeren voor electrisch koken en het dus geen concurrentie te zul len aandoen. Rondvraag. De heer Gutter zou willen, dat het uitwerken van het uitbreidingsplan, waar toe in de vorige vergadering werd beslo ten, werd opgedragen aan iemand in de gemeente. Weth. B ij 1 antwoordde, dat B. en W. het beter hadden gevonden een architect van buiten te nemen, om te voorkomen dat men zou spreken van bevoorrechting van persoonlijke belangen. Er is echter nog niemand aangewezen. De voorzitter merkte op, dat niet alle architecten, die huizen, bouwen en lijnen trekken, goede landschapsarchitec ten zijn. De Prov. commissie had dan ook verzocht iemand aan te wijzen met oog voor natuurschoon en die het werk zou zien als kunstenaar. De heer Duin: Dan kunnen we nog wat beleven. De heer Winder had ook liever een architect uit de eigen gemeente, desnoods twee, die zouden kunnen samenwerken. De heer Blom zei, dat in Schoorl een architect woont, die zeer zeker aan de door den voorzitter bedoelde eischen kan vol doen, een man die leeraar was aan de technische school te Groningen en die ook tot volle tevredenheid van zijn superieuren aan uitbreidingsplannen werkte. Hij zou in. dezen kunnen samenwerken met een even eens hier wonenden collega en dan zouden zij samen zeker iets goeds tot stand bren gen. De 1000, welke voor het werk zijn uitgetrokken, zouden dan in de gemeente blijven. Weth. Schermer voelde wel voor deze redeneering. Hier had echter als be zwaar gegolden, dat een plaatsgenoot meer toegankelijk zou zijn voor klaagtonen van hen, die zich benadeeld zouden achten. Vandaar dat het beter geacht werd een man van buiten, te nemen. Echter, spr. zou de kwestie nog wel eens graag in B. en W. willen bespreken. De heer G u 11 e r zei nog, dat in Bergen toch ook een man uit de gemeente met een plaatselijken architect het uitbreidings plan maakte. De voorzitter merkte op, dat het in Bergen een gemeente-ambtenaar was, en dat is wat anders dan. de heer Gutter bedoelde. Besloten werd, dat B. en W. de zaak nog eens zullen bekijken. De heer Duin wenschte te weten hoe het wegdek zou worden van het rijwiel pad: asfalt of tegels. Verschillende heeren merkten op. dat de heer Duin dit had kunnen weten als hy de stukken goed had gelezen en onlangs niet had geweigerd deel te nemen aan bespre kingen in een comité-vergadering. De heer Duin zei, dat hij dat deed, omdat hy meende dat de zaak in het open baar moest besproken worden. De heer Schermer zei, dat het rö- wielpad eenzelfde wegdek zal krijgen als de paden langs den Bergerweg: hoog ovenslakken op een puinlaag. De heer Duin dacht dat bij een aan besteding van het leggen van het pad de gemeente gebaat zou zijn: het zou wel eerder klaar zijn dan bij uitvoering in werkverschaffing. De voorzitter maakte duidelijk, dat de minister daartoe zeker geen toestem ming zal geven. Hierop volgde sluiting der vergadering door den voorzitter met het uitspre ken van den wensch, dat de te wachten blijde gebeurtenis in het prinselijk gezin een voor ons heele volk blijde gebeurtenis zal zy'n. Jtawüiciaal 1lieuws DEMONSTRATIEBEDRUF VOOR DE FRUITTEELT. De Econ. Technol. dienst voor Noordhol land verzoekt ons opname van het volgen de: Door den Economisch-Technologischen Dienst voord Noordholland te Haarlem is een demonstratiebedrijf voor fruitteelt op gericht. Deze dienst heeft met den heer J. Boot, fruikweeker te Schellinkhout, een overeenkomst aangegaan, waarbij deze zich bereid heeft verklaard, zijn fruitkweekerij als demonstratiebedrijf beschikbaar te stel len. De heer Boot is een vooraanstaand kweeker in West-Friesland. Hij heeft in gebruik een bedrijf van 1 H.A., dat vóór ongeveer 30 jaar is aangelegd, en hij gaat nu, op een kort geleden door hem aange kocht terrein van 3 H.A., 'n geheel nieuwen fruittuin aanleggen. Er is hier geen sprake van een proefbedrijf, maar alleen van een demonstratiebedrijf, waar getracht zal wor den met de middelen, die ieder onderlegd en goed ingericht kweeker ter beschikking staan, het hoogst mogelijke rendement te verkrijgen en aan belanghebbenden te too- nen of een fruitkweekerij rendabel kan zijn en hoe een dergelijk bedrijf op practische wijze gedreven moet worden. De heer ir. C. Reitsema, rijkstuinbouw- consulent en directeur van de Tuinbouw school te Hoorn, zal hierbij medewerking verleenen, opdat het bedrijf zooveel moge lijk aan zijn doel zal beantwoorden. Over de resultaten van het bedrijf zullen regel matig berichten worden gepubliceerd. TENTOONSTELLING WIERINGERMEERPOLDER. Naar wij vernemen, blijft de tentoonstel ling, die de stichting voor het bevolkings onderzoek in de drooggelegde Zuiderzee polders in haar gebouw in de Dufaystraat (voormalige Dufayschool) te Amsterdam heeft ingericht betreffende de drooglegging van de Wieringermeer, de inrichting en de exploitatie van den polder en den aanleg der dorpen en boerderijen, voorloopig nog geopend. Zij is kosteloos voor iedereen te bezichti gen eiken werkdag van 10 tot 13 uur. PERFECTE VRUCHTEN- SORTEERMACHINE. De heer J. Jong te Westerblokker heeft een nieuwe vruchtensorteermachine uitge vonden. Hij stapte van het principe, waar bij de vruchten door verschillende gaten ge schud moesten worden, af en bedacht iets nieuws, dat verbluffend eenvoudig is, doch accuraat en snel werkt, terwijl de machine daarbij zoo eenvoudig geconstrueerd is, dat ze onverslijtbaar genoemd kan worden. Doch het voornaamste is wel, zegt de N.H.Crt., dat het fruit zelfs niet de kans krijgt om gekneusd te worden. Het blad heeft zich ten huize van den heer Jong, waar een demonstratie met diens geniale vinding werd gegeven, van een en ander overtuigd. Velen waren bij deze demonstratie, waar ook de Hardy-sproeimachines in werking waren, aanwezig. De fruitsorteermachine „Nejo", welke ge patenteerd is en vervaardigd wordt door de machinefabriek H. van Heezen te Hoorn, bestaat uit een ronde draaiende schijf, waar omheen in dezelfde richting een even eens houten cirkel draait, zoodat er eenige tusschenruimte tusschen schijf en cirkel is, welke versteld kan worden. Op deze open ruimte worden nu de vruchten geplaatst, welke met de schijven meedraaien en op een gegeven moment er tusschen door val len in een met veeren rubber bekleede bak. Het fruit is gesorteerd! Het heele sorteeren is gebaseerd op de excentrisch geplaatste schyven, het is dus verbluffend eenvoudig: de ruimte tusschen cirkel en schijf wordt onder het draaien telkens iets grooter! De sorteerschijf staat op gemakkelijk vertelbare pooten, zoodat de machine overal steeds absoluut horizontaal geplaatst kan worden. Boven de schijf staat een eveneens met rubber bekleede sorteerbak, waarin de on gesorteerde vruchten komen. Deze rollen naar een uitmonding, waarbij een man de vruchten controleert en op de schijf plaatst, die verder het werk doet en men niets an ders heeft te doen dan de prachtig gesor teerde vruchten uit de vakken te halen. Desgewenschte levert de machine acht ver schillende maten af. Een belangrijke zaak is zeker, dat het ap paraat het geheele jaar heeft voldaan en er reeds verschillende over het geheele land geplaatst zijn en van alle zijden tevreden- heidsbetuigingen inkomen. De machine sor teert 5001000 K.G. per uur en is bedoeld voor middelmatige en kleine bedrijven. De „Nejo" is vanaf heden dagelijks in bedrijf te bezichtigen bij de heeren Oore man Gerlings aan den Koepoortsweg Hoorn. te

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 9