dagblad voor alkmaar en omstreken. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. No. 56 Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur: C. KRAK. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 'egels f 1.25, elke regel meer f 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON. Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Dinsdag 8 Maart 1938 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 140e Jaargang CHAMBERLAIN VERDEDIGT DE BRITSCHE DEFENSIELASTEN. De uitgaven zullen de 1500 millioen pond aanzienlijk te boven gaan. Het tempo van de bewapening. Chamberlain opent het debat. COMPLOTTEGEN STALIN'S LEVEN? BOECHARIN ONTKENT. De aigemeene toestand. ALKMAARSCHE COURANT. Het Engelsche Lagerhuis heeft gis teren het voorstel der regeering behandeld om de uitgaven voor de defensie zooals zij in het vorige week gepubliceerde Witboek uiteengezet zijn, te willen goedkeuren. De Oppo sitie heeft een amendement ingediend om deze goedkeuring te weigeren op grond van het feit, dat de veiligheid van het Rijk alleen gewaarborgd kan worden door vasthouden aan de po litiek van den Volkenbond en het be ginsel der collectieve veiligheid. Het amendement veroordeelt het verschaf fen van een inmense bewapening ter ondersteuning van een gevaarlijke en ongezonde buitenlandsche politiek en het ziet in het program, zooals het daar ligt geen waarborg voor doel treffende samenwerking tusschen de drie groepen der weermacht. Het is veelbeteekenend voor het gewicht der internationale zaken en betrekkingen, aldus de minister-president, dat men de versterking van de defensie nu reeds gedu rende vier achtereenvolgende jaren be spreekt. Niet minder veelbeteekenend achtte spreker het, dat over het algemeen in het geheele land de overtuiging over- heerscht, dat de weg, die ingeslagen is toen men met de herbewapening begon, niet vermeden kon worden. Chamberlain bracht vervolgens hulde aan de onschatbare diensten, die door minister Inskip bewezen zijn tan het werk der vorming en levering van voor raden. Het oorspronkelijke doel van de benoeming van minister Inskip is bereikt, de coördinatie is grootelijks versterkt en verbeterd. Het controlesysteem werkt zonder schokken en doeltreffend en het resultaat van de versterking der plannen- machinerie is een enorme bespoediging geweest van het ontwerpen van plannen voor strategische doeleinden, hetgeen nooit tevoren op zoo volledige wijze geschied was. Het weerstandsvermogen der natie. Chamberlain bestreed de stelling, dat de Volledige hulpbronnen des lands besteed moeten worden aan de productie van mu nitie, op de overweging, dat iedere regee ring zou aarzelen een dergelijken stap iti vredestijd te ondernemen, tenzij zij ervan overtuigd zou zijn, dat de toestanden zoo critiek geworden waren, dat hij niet langer kon worden vermeden. Een dergelijken stap te doen, aldus Chamberlain, zou een verschrikkelijke slag beteekenen voor de industrie. Het is een feit, dat oorlogen niet alleen gewonnen worden met wapenen en man- schaDüen, maar ook door reserves, hulp bronnen en crediet en dit is bedoeld met de uitdrukking: „het weerstandsvermogen der natie", dat afhankelijk is van de hand- hfving vak de commercieele en industnee- le activiteit en economische rtabiliteit. Het bezit van blijvende macht wordt erkend, als een machtig afschrikwekkend middel aarzelen het risico P welks weer_ een worsteling kunnen zijn standsvermogen m staat uit den weerstand onbepaald de te. «MP ïjeriode van UWte1" conclusie, dat in een pe thans ge, zware uitgaven zooalshet t doormaakt, men voorzistabiliteit de economische en industneeie moet behoeden. «.«te linie En- Een verjelijking van de eersteel: gelssche iuchtmacht me^ onderdeel staten in de nabijheid, waarbij het van een grooter vraags kwaliteit der moreel, het personeel e speelden. vliegmiddelen een belangrijke rop Een vergelijking m blooU s «jftr had daarom geen zin, maar de a* terstand die misschien nog zou in elk geval in zeer korten tijd van groote beteekenis is, a zonderlijk beschouwd worden Het is niet juist de kracht der luchtmacht sluitend af te meten naar de sterkte in eerste .inie. Wij moeten, aldus vervolgde Chamber lain, onze defensievraagstukken als een geheel beschouwen en de gezamenlijke waarde van onze hulpbronnen vaststellen. Wij zijn tevreden, omdat we het beste ge bruik van deze hulpbronnen maken. De hoeksteën van onze defensiepolitiek, moet de veiligheid van het Vereenigd Koninkrijk zijn. Onze grootste inspannin gen moeten gericht zijn op twee punten: de bescherming van het land en de hand having van de handelswegen, waarvan we afhankelijk zijn voor de aanschaffing van voedsel en grondstoffen. Dan is er een derde doel de verdediging der Britsche overzeesehe gebieden tegen een aanval ter zee, te land en uit de lucht. Het vierde doel ten slotte, moet zijn. de samenwer king bij de verdediging van grondgebied der bondgenooten. De kosten zullen de 1500 millioen pond verre te boven gaan. Sprekende over de kosten zeide Cham berlain: „Met zekerheid kunnen wij zeg gen, dat het bedrag van 1500 millioen pond, hetwelk we nog pas kort geleden als voldoende beschouwden voor de herbewa pening, thans voor onze doeleinden ontoe reikend is. Het is nog te vroeg om een cijfer te noemen, doch ik vrees, dat het Huis moet verwachten, dat dit cijfer de 1500 millioen aanzienlijk te boven zal gaan. ik behoef niet te wijzen op den ernst van deze cijfers en van de vooruitzichten, indien de toestand niet beter wordt. Ik hoop, dat wij de herwapening tot stand kunnen brengen zonder onnoodige be spoediging. Hoewel wi.i zull'n blijven stre ven naar verbetering van den toestand, moet men zich bewust zijn, dat ons ver langen naar den vrede niet beteekent, dat wij bereid zijn vandaag een vrede te koo- pen ten koste van een lateren vrede. Ook kunnen wij onze verantwoordelijkheden jegens ons volk en jegens de menschheid in het algemeen niet vergeten. Het is niet mijn begeeren of mijn voornemen mij te bemoeien met de aangelegenheden van andere volken, doch van tijd tot tijd, indien het onze plicht is, zullen wij onze stem verheffen ten gunste van vreedzame on derhandelingen, tegenover geweld of be dreiging. Wij zullen vertrouwen, bij het volgen van dien weg omdat wij er van overtuigd zijn, dat onze doeleinden in het grootste deel der wereld sympathie vin den. Indien ondanks dit alles vertrouwen en vrede niet hersteld zouden kunnen wor den, zullen wij piet aarzelen het wape ningsprogramma en het tempo daarvan' te herzien. Wij vertrouwen daarbij den steun van het land te zullen hebben, welke offers ook gevraagd zullen worden. Sprekers woorden in het debat bij het aftreden van minister Eden over n Vol kenbond waren, zooals spr. niet anders verwacht had, verkeerd uitgelegd. De regeering had de idealen van den Volken bond volstrekt niet verlaten en zij ge loofde zelfs nu nog dat zij op den duur voor verwezenlijking vatbaar zouden blij ken. Maar spr. was een beter vriend van den Bond^door op zijn imperfecties te wij zen en deze niet te ontkennen dan zoo menig zoogenaamd vriend, die den Vol kenbond thans een taak zou willen toe- bedeelen, die hij niet bij machte was te te kunnen volbrengen. Naar aanleiding van het labour-amen- dement zeide Chamberlain :„Het is thans niet de tijd om werkloos te staan, terwijl de boot naar den waterval afdrijft. Als ik het land sterk wensch te zien, is dat, om dat ik geloof, dat in zijn kracht de beste kans voor den vrede ligt, maar, terwijl wij werken aan de kracht van dit land, wil ik geen gelegenheid voorbij laten gaan om de oorzaken van wrijving en oorlog weg te nemen. Noch herinneringen aan het ver leden, noch de verkeerde voorstellingen, die er thans bestaan, zullen mij er van weerhouden, met alle kracht te streven naar het herstel van vertrouwen en rust in Europa. Omdat ik de inzichten der oppositie ten aanzien van Spanje niet deel, beschuldigt men mij-er-van tcjt de dictatoren over te hellen. Ik sta in een wereld, waarin dicta toren bestaan. Ik heb geen belangstelling voor andere regeeringsvormen dan voor zoover zij invloed uitoefenen op andere landen. Ik hel niet over tot nationaal- socialisme, fascisme of bolsjewisme, omdat die alle mij onvereenigbaar voorkomen met wat voor mij de grondslag van het politieke credo is, de individueele vrijheid. Mits onderworpen aan redelijke beper kingen, geioof ik in vrijheid van gedachte, woord en handelen, zonder welke er geen ware democratie bestaat, en ik geloof niet, dat de democratie noodzakelijk minder doeltreffend moet zijn dan andere regee ringsvormen. Voor het behoud van de democratie, die het behoud van onze vrij heid beteekent, zou ik vechten en, naar ik geloof, het volk van dit land evenzoo. Ik ben van meening, dat de weg, dien wij bij onze defensie volgen, de zekerste is ter vermijding van de vreeselijke nood zakelijkheid van oorlog." Toen Chamberlain na zijn rede zijn plaats weer innam, werd hij van de minis- terbanken luide en langdurig toegejuicht Een amendement. De afgevaardigde der labourpartij, Lees Smith, diende vervolgens een amendement in, waarin o.m. werd verklaard, dat Ie veiligheid van Groot Brittannië slechts verkregen kan worden doo collectieve veiligheid onder den Volkenbond en dat het Lagerhuis bereid is de wapen* noodig voor de ten uitvoerlegging van een der gelijke politiek te verschaffen, doch er tegen is onmetelijke bewapening voor een verdere, gevaarlijke, ongezonde politiek te verschaffen, welke de regeering voert met voorbijzien van haar verkiezingsbe loften. Lees Smith voegde hier aan toe: het resultaat van zes jaren nationale regee ring is, dat wij ons thans geplaatst zien tegenover de hoogste wapeningsuitgaven, welke wij ooit in vredestijd hebben ge kend en dat wij niettemin dichterbij een Europeeschen oorlog zijn dan ooit voor de nationale regeering tot stand kwam. Het amendement van Labour werd ver worpen met 351 tegen 134 stemmen. De door den minister-president inge diende motie, waarbij de verdedigingspo- litiek der regeering werd goedgekeurd, werd aangenomen met 347 tegen 133 stemmen. Verleden Zaterdag zag het er naar uit alsof het verhoor van Boecharin even spoedig geëindigd zou zijn, maar er ont spon zich een bitter duel tusschen hem en den openbaren aanklager Wysjinski, dat den geheelen dag duurde, aldus schrijft een verslaggever van de „Times" aan de N.R.Crt. Wysjinski wilde bewijzen en Boecha rin er toe brengen te erkennen, dat hij zelf deel nam aan de plannen om een boerenrevolutie te ontketenen, aan spionnage en aan de voorbereiding van de ter dood brenging van Lenin, Stalin en Swerdlow ten tijde van de vredes onderhandelingen te Brest Litowsk. Meer dan eens scheen Boecharin er vol gens de meening van buitenlandsche toe hoorders in te slagen een stelling te ponee ren welke nog geen verdachte ooit heeft ge opperd, namelijk dat de politiek van het Kreml geheel verkeerd was en dat het de plicht van elk goed vaderlander was deze politiek te bestrijden op alle mogelijke ma- Alkmaar, 8 Maart. Dr. Dietrich, de Duitsche rijksperschef, heeft gisteravond voor een gehoor, bestaande uit vertegenwoordigers der diplomatie en de pers, het verschil tusschen de „liberale" en de nationaal-socialistische pers uiteengezet. Dat onderwerp interesseert ons natuurlijk in hooge mate, juist omdat het verschil zoo enorm groot is. Dr. Dietrich is het vanzelfsprekend lang niet eens met de „liberale" pers. (Merkwaar dig, dat hij slechts twee soorten kent: de na tionaal-socialistische en de liberale. Dat er naast deze laatste nog meerdere soorten zijn, is hem wellicht niet bekend; dat over de na tionaal-socialistische door alle andere „soor ten" vrijwel gelijk gedacht wordt, weet hij blijkbaar evenmin! Maar goed, hij heeft het over de „liberale" pers, zoodat wij moeten lezen „de buitenlandsche" pers in al haar schakeeringen.) Dr. Dietrich dan wees er allereerst op, dat het probleem van de pers in het middelpunt heeft gestaan van Hitler's groote rede op Zondag 20 Februari. De perspolitiek is te genwoordig een belangrijk deel van de na tionale en internationale politiek geworden, aldus spr. De pers schept de (goede of slech te) atmosfeer waarin de politicus moet wer ken. Volgens dr. Dietrich lag de bron van alle moeilijkheden en wanbegrip in de inter nationale discussie tegenwoordig in het feit dat de voor de buitenlanders vanzelfspreken de begrippen niet voldoende waren om het geweldige gebeuren in Duitschland onbe- voordeeld te volgen. Het wezen van de libe rale pers bestaat daaruit dat ze zich geroe pen voelt aan de kritiek van enkelingen op den staat en de openbare instellingen lucht te geven. De nationaal-socialistische pers heeft daarentegen, volgens spr., tot taak de levensprincipes van de gemeenschap ten op zichte van het individu tot hun recht te la ten komen. De openbare meening is bij ons de werkelijke volkswil. Deze wordt by ons niet gemaakt, maar in onderzoek genomen. De Duitsche pers beschikt tenslotte over een hoogere mate van vrijheid dan de libe rale pers ooit bezeten heeft. Zij neemt zich zelfs de vrijheid de „persvrijheid" te becriti- seeren, die ons met allen hartstocht, waartoe de democratie in staat is, wordt aangepre zen als een der heiligste goederen der menschheid. De persvrijheid is een fantoom, een uithangbord, bestemd voor naieve ge moederen. Er is nooit persvrijheid geweest, in geen land ter wereld. Zij is verplicht aan onverantwoordelijke zaken- of partijpoli tiek, of aan de anonieme machten van het geld en de vernietiging van alle menschelij- ke orde en moraal of aan de voor het leven der volken verantwoordelijke staatslieden en politieke instanties der natie. Dr. Dietrich zeide, dat het „Schriftleiter- gesetz" in overeenstemming is met het be ginsel van volkomen verantwoordelijkheid van het individu tegenover het geheele volk. Degene, die in de krant schrijft en openbare meening maakt, is ook tegenover den staat en de openbare meening verantwoordelijk voor zijn werk. Het onzedelijk principe der anonymiteit werd afgeschaft. Helaas zijn volgens dr. Dietrich tot nu toe in de internationale betrekkingen de slechte krachten der pers veel duidelijker merkbaar geweest dan de goede. Hoe vaak heeft de vergiftiging der openbare meening door de bewuste persleugen en door onverantwoor delijke sensatieberichtgeving de ernstigste gevaren voor den vrede der volken veroor zaakt. Stelt u voor, aldus dr. Dietrich, hoe vredig de wereld zou zijn, indien niet alleen over den vrede zou worden geschreven, doch in de bladen zelve vrede werd Awaard. De pers zou in het politieke leven der volken wonde- re.i kunnen doen. Het is volgens spr. geen utopie, wanneer hij zegt, dat de volken in een door de pers geschapen atmosfeer vau wederzydsche achting en wederzijdsch be grip in enkele maanden datgene zouden be reiken, wat zij langs anderen weg in geen tientallen jaren zouden kunnen bereiken. Duitschland tracht door geschreven of on geschreven bilaterale persovereenkomsten van land tegenover land stapsgewijze den weg te banen voor het verstand en begrip op het gebied van de internationale ners. In dit verband wees dr. Dietrich op de over eenkomsten met Polen, Oostenrijk en Zuid- Slavië. Er zijn ook op dit gebied grenzen. Er kan geen vrede op het gebied der pers bestaan, indien slechts een deel aan een nationale discipline gehoorzaamt, terwijl het andere deel zich aan alle verantwoordelijkheid ont trekt en zich slechts door den anonymen in vloed van alle den vrede verstorende mach ten laat leiden. Duitschland is door de na tionale discipline van zijn pers in staat pers overeenkomsten aan te gaan en te houden. Ten aanzien van zijn standpunt tegenover de positie der te Berlijn geaccrediteerde bui tenlandsche journalisten zeide dr. Dietrich: Wij zien de taak van den buitenlandschen correspondent hierin, dat hij zijn landslie den, zonder vooringenomenheid, een waar heidsgetrouw beeld geeft van een vreemd land en volk. Wie zijn taak zoo opvat, kan steeds zeker zijn van onzen steun. Wij zul len hem het recht op zakelijke critiek niet bestrijden. Wie evenwel gevoelens van afkeer of zelfs van haat jegens het gastland betoont, welke hem een zakelijke berichtgeving bemoeilij ken, die moet niet als correspondent bij ons komen, want hij schaadt door zijn tenden- cieuze berichtgeving niet alleen ons, doch ook zijn eigen land. In geval van ophitsing hebben wij gebruik gemaakt van het instituut van verblijfsont- zegging, dat overigens geen nationaal-socia listische uitvinding is. Wij zyn, aldus dr. Dietrich, niet kleingeestig en behooren niet tot hen, die meenen in iederen buitenland schen journalist een „Schweinehund" te moeten zien, wanneer hij niet precies zoo schrijft als een nationaal-socialist. Wy eischen slechts, dat de buitenlandsche correspondent de waarheid dient en even als de diplomaat in het buitenland, zijn mis sie ziet als een van verantwoordelijkheid voor de inachtneming van goede betrekkin gen van volk tegenover volk. nieren, zelfs door verraad, spionnage, sabota ge enz. In het algemeen wenschte Boecha rin te erkennen dat hij een spion was ge weest, al was hij bereid toe te geven dat hij opdracht tot spionnage had gegeven. Hij weigerde te erkennen, dat hij opge stookt had tot boerenrevolutie, al was hy be reid te erkennen dat hy daartoe opdracht had gegeven aan anderen. Hij loochende met opvallende heftigheid dat hij inderdaad ooit iets had gezegd over de vermoording van Lenin, Stalin en Swerdlow liet de openbare de dat hij over hen gesproken had en plan nen gemaakt had hen gevangen te nemen. Hij had dan de bedoeling Piatakow aan het hoofd van de regeering te stellen in plaats van Lenin. Boecharin Ter bevestiging van zijn beschuldiging, dat Boecharin het gemunt had op het leven van Lenni, Stalin en Swerdlow liet de openbare aanklager vijf getuigen roepen. Een van hen verklaarde, dat in 1918 was voorgesteld door Boecharin de regeering van Lenin omver te werpen en hem, Stalin en Swerdlow te vermoorden. Boecharin erkende het eerste gedeelte van het verhaal maar ontkende beslist de waar heid van het tweede deel, dat hij moord had voorgesteld. De vier andere getuigen lieten hetzelfde verhaal hooren, maar Boecharin hield voet bij stuk. Het verdere verhoor van Boecharin. Tijdens het verdere verhoor van Boecha rin, besprak de openbare aanklager de rol van Karachan. Boecharin legde hierna eeni- ge verklaringen af. Zoo zou hij in 1935 een ontmoeting hebben gehad met Karachan, waarby deze hem het resultaat zou hebben medegedeeld van geheime onderhandelingen met de Duitschers. De Duitschers zouden van Karachan heb ben geëischt, dat de oppositie, met Duitschen steun aan de macht gekomen, direct het Fransch-Sovjet-Russische pact zou opzeggen. Duitschland zou een militair bondgenoot schap hebben voorgesteld met de dan te vor men nieuwe Sovjet-regeering. Tegen het einde van de ochtendzitting werd getuige Jakowlewa, de vroegere volks- commissarisse voor financiën van Groot- Rusland, door de GP.Oe. binnengehaald. Zij verklaarde, dat Boecharin heeft deelgenomen aan een voorbereiding voor een ontvoering en moord op Lenin, Stalin en Swerdlow, ten einde den vrede van Brest Litowsk te doen mislukken. Mevr. Jakowlewa verklaart, dat Boecharin haar in een gesprek -ou hebben bevestigd het voornemen te hebben Lenin en de andere leiders uit den weg te ruimen. De aanklager vroeg hierop een onderbre king van de ondervraging om een verklaring voor te lezen welke hij zoo juist van dr. Be- lostotski had ontvangen over den „medischen moord" op Gorki, die gepleegd zou zyn door de medebeklaagden van Boecharin, de dok ters Lewin en Pletnew. Belostotski, die een bezoek aan Gorki zou hebben gebracht kort voor diens dood, zou hebben opgemerkt, dat Lewin den patiënt verschillende inspuitin gen heeft gegeven. Na de gewone onderbreking van de zit ting van 3 tot 6 uur werd de woordenstrijd tusschen Wysjinski en Boecharin hervat. Boecharin ontkende ten stelligste ooit het voornemen te hebben gehad Lenin te doo- den en een complot te hebben georganiseerd, dat beoogde de regeering te verhinderen het vredesverdrag van Brest-Litowsk te onder teekenen. Brand aan boord van het benzineschip. Volgens berichten in de bladen zouden aan boord van een benzineschip, dat by Luik in brand gevlogen is, twee Nederlan ders geweest zyn, resp. Brych en Nanaerts geheeten. Zij zouden ernstige brandwonden hebben bekomen en naar het ziekenhuis zijn overgebracht. Elf personen bij auto-ongeluk gedood. - Nabij Cartagena (Columbia) is eenautobM. waarin dertig personen zaten, Elf personen werden gedood en veertien ge wond.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 1