8
8
De erkenning van den keizer van
Ethiopië.
KRUSCHENSALTS
Neem de oorzaak weg.
Uw rheumatische pijn
verdwijnt voor goed.
BAGDAD
TUSSCHEN EN
PARLEMENT
De motie-Wijnkoop maakte de tongen los.
JliuUopCQQCCUiUitü boöoooo»
BEDRIJFSVERGUNNINGENWET
GOEDGEKEURD.
JieuiUeioH
„Ieder voor zich zelf".
TWEEDE BLAD.
2
niededeeling werd gedaan, dat de Neder
landsche regeering niet voornemens was,
de verovering van Abessinië „de jure" te
erkennen, nu de minister zelf in de Eerste
Kamer uitdrukkelijk aan de erkenning
van het feit de rechtsgevolgen had ver
bonden. En ten slotte vroeg de heer Wijn
koop, welke ontspanning er door het
initiatief van den minister was bereikt.
De bewindsman herhaalde ook in deze
Kamer, dat de Negus had gevraagd, of
Nederland voornemens was om de sou-
vereiniteit van Italië over Ethiopië „de
jure" te erkennen, en daarop is alleen ge
antwoord, dat Nederland niet een „de
jure"-erkenning beoogde.
Wat nu de slotvraag betrof, kon de
minister niet meedeelen welke ontspan
ning in Europa was bereikt. Dat zou heel
moeilijk zijn na te gaan. Wel was hem ver
zekerd, uit het buitenland, dat de stap van
Nederland eerigen invloed had gehad op
den gespannen toestand. En wederom her
haalde de minister, aan het slot van zijn
betoog, dat er groot onderscheid is tus-
schen het aanvaarden van een feit en het
aanvaarden van de oorzaak van het feit.
In onze daad ligt niet de goedkeuring van
hetgeen in Abessinië is geschied. De mi
nister zeide groote bewondering te hebben
voor de socialistische leiders in het buiten
land, die zich beijveren dit onderscheid
aan hun partggenooten duidelijk te maken.
De minister had in de inleiding van zijn
rede nogal uitgeweid over de nadeelige ge
volgen van de sancties voor ons land. Hij
was toen gezant in Rome en had van nabij
kunnen zien hoe relaties werden verbroken
en anderen daarvan profiteeren. Toen hij in
October als minister optrad en den stand
van zaken in Genève overzien had (waar
men zich eigenlijk bij het voldongen feit
van de mislukte sancties had neergelegd),
hing als het ware de erkenning van Ethiopië
in de lucht. Er werd overal over gesproken,
omdat uitblijven van de erkenning de toe
nadering tegenhield. Wij behoefden niet te
wachten op de groote mogendheden. Dat
Engeland en Frankrijk Ethiopië niet erken
nen is niet op grond van zedelijk motieven,
maar alleen omdat zij er een punt van on
derhandelingen van willen maken.
Het debat.
Dit standpunt, dat Nederland zelfstandig
kon optreden, ging er ook in de Tweede
Kamer niet gemakkelijk in, wèl dat er
kenning toch te eeniger tijd zou moeten
komen, al waren er leden, die van oordeel
waren, dat de minister er te vroeg bij was
geweest en verkeerd had gedaan den Vol
kenbond er buiten te laten.
De heer de Geer (c.h.) plaatste zich op het
reëele standpunt van den minister, dat de
erkenning van Ethiopië met het recht niets
te maken heeft. Hij keurde de verovering
zoo sterk af als maar eenigszins kon {sprak
bijv. van een schandelijken aanval), maai
ze is niettemin een feit. En we moeten in de
samenleving der volken tot harmonie trach
ten te komen in het belang van den vrede.
Dien bevordert men meteoor van den Vol
kenbond een anti-fascisflirh blok te maken.
Men moet in den Volkenbond vertrouwen
blijven stellen, maar tevens beseffen, dat hij,
als elk menschenwerk, niet volmaakt is en
zich nog verder ontwikkelen moet.
De heer Smeenk (a.r.) sloot zich aan bij
het standpunt van prof. Anema, zijn partij
genoot in de Eerste Kamer, en hoopte dat de
gedane stap inderdaad de beoogde ontspan
ning zou brengen. Hij had echter de inleiding
van den minister niet met onverdeelde in
stemming gehoord, omdat hg er een zekere
afkeuring van de sanctiepolitiek in had be
speurd.
De heer Rost van Tonningen (n.s.b.) ver
bond in zijn rede de publicaties van de
„Haagsche Post" over de stappen van den
minister met de samenwerking van „het in
ternationale Jodendom" en deed dat op een
manier, dat de voorzitter hem noopte zijn
woorden terug te nemen, een en ander on
der luide teekenen van afkeuring van de
Kamer; zeer duidelijk werd eenige malen
geroepen: „Bah"! Met den stap van den mi
nister waren de nat.-socialisten het natuur
lijk volkomen eens en de heer Rost van Ton
ningen zelfs zoozeer, dat hij zich „nu een
volksgenoot van den heer Patijn" zeide te
gevoelen, een exclamatie, welke met dave
rend gelach werd begroet.
Zaterdag 12 Maart.
HILVERSUM, 1875 en 415,5 M.
(VARA-uitz.) 8.— Gr.pl. 10.—VP
RO-morgenwijding. 10.20 Uitz. voor
Arbeiders in de Continubedr. 12.
1.45 Gr.pl. 2.— Filmpr. 2.15 Tenor
en piano. In de pauze gr.pl. 2.45
Amateurs-uitz. 3.15 Schaakpr. 3.30
Het Residentie-orkest en solist. 4.30
Problemen bij de waardeering van
beeldende kunst, causerie. 4.50 Gr.
pl. 5.— Het Residentie-orkest. 5.40
Literaire causerie. 6.Orgelspel en
zang. 6 30 Groningsche uitz. 7.—
Filmland. (7.30 VPRO: Bgbelver-
tellingen). 8.— Herh. SOS- en 8.03
ANP-ber., VARA-Varia. 8.15 Bonte
avond. 9.Deel. 9.15 En nu
Oké. 10.30 ANP-ber. 10.35 Progr.
aankondiging. 10.40 Orgelspel. 11.
Baskisch progr. 11.3012.Gra-
mofoonplaten.
HILVERSUIvl, 301,5 M. (KRO-uitz.)
8.—9.15 en 10.— Gr.pl. 11.30 Gods
dienstig halfuur. 12.Ber. 12.15
KRO-melodisten, zang en gr.pl. 2.
Voor de rijpere jeugd. 2.30 KRO-
orkest. 3.Kinderuurtje. 4 Gr.
pl. 4.10 KRO-orkest. 4.55 Gr.pl. 5.05
Verv. concert. 5.45 KRO-Nachte-
gaaltjes. 6.15 Gr.pl. 6.20 Journalis
tiek weekoverzicht. 6.45 Gr.pl. 7.
Ber. 7.15 Juridische lezing. 7.35 Act.
aetherflitsen. 8.ANP-ber., mede-
deelingen. 8.15 Meditatie met muz.
omlijsting. 8.35 Kon. Mil. Kapel,
KRO-orkest en KRO-melodisten.
10.30 ANP-ber. 10.40 Filmpr. 10.55
—12— Gr.pl.
DROITWICH, 1500 M. 11.20 Gr.pl.
12.05 Orgelspel. 12.35 Gr.pl. 1.20
New Coventry Hippodrome-orkest.
I.50 Sportrep. (gr.opn.) 2.05 Het
Reynolds-octet. 2.35 Orgelspel. 3.05
Sportrep. 5.05 Gr.pl. 5.20 Manto-
vani's orkesten en solisten. 6.20 Ber.
6.50 Sportpr. 7.05 Boyd Neel strijk
orkest en solist. 7.50 Radiojournaal.
8.20 Variété-progr. 9.20 Ber. 9.40
Am. overzicht. 9.55 BBC-Theater-
orkest en soliste. 11.Deel. 11.25
Jack Harris en zijn band. 11.50 Or
gel en sopraan. 12.1012.20 Ber.
RADIO PARIS, 1648 M 7.50 en 8.55
Gr.pl. 10.2010.35 Orgelconcert.
II.20 Gr.pl. 12 20 Cellovoordr. 12.35
Giardino-orkest. (1.50 Zang). 3.20,
4.05 en 6.05 Zang. 6.20 Gr.pl. 8.35
Zang. 8.50 Radiotooneel. 9.30 Don
Ramon-orkest. In de pauze Radio
fantasie. 10.25 Symph.-concert en
soliste. 11.201.20 J. Bouillon's
orkest.
KEULEN, 456 M. 5.50 Ferdy Kauff-
mann's orkest. 11.20 Omroeporkest
en solist. 1.35 Solistenconcert. 3.20
Orkest van de Rijksarbeidsdienst,
H. Hagestedt's Am.-orkest en solis
ten. 5.30 Het Bresser-kwartet. 6.30
Omroeporkest en solisten. 8.20
Vroolijk progr. 9.35 Gr.pl. 9.50—
12.20 E- Schneidewind en H. Raue
met hun orkesten.
BRUSSEL, 322 en 484 AL 322 M.:
12.20 Gr.pl. 12.50 en 1.30 Omroep-
kleinorkest. 1.50 Gr.pl. 3.20 Orkest-
concert en solisten. 4.35 Gr.pl. 5.20
Pianovoordr. 6.35 Gr.pl. 7.05 Plano
cn zang. 8.20 Cabaretprogr. 9.20
Omroepkleinorkest en soliste. 10.30
Populair concert. 11.2012.20Gr.pl.
484 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 Omroep-
salonorkest. 1.30 Vervolg concert.
I.50—2.20 Gr.pl. 3.20 Radiotooneel.
4.20 Gr.pl. 5.20 A. Felleman's orkest.
550 Zang. 6.05 Verv. concert. 6.35
Pianovoordr. 7.05 en 7.35 Gr.pl. 8.20
Omroeporkest en solisten. 10.30
Folkloristisch progr. 10.50 J. Omer's
orkest. 11.20 Vervolg Folkloristisch
progr. 12.05—12.20 Gr.pl.
DEUTSCHLANDSENDER. 1571 M.
7.20 Vroolijk Weekeind-progr. 9.20
Ber. 9.50 Viola da gamba en cem
balo. 10.05 Ber. 10.20 E. Roosz en
zijn orkest. 11.2012.15 Gr.pl.
GEMEENTELIJKE RADIO
DISTRIBUTIE.
Lijn 1: Hilversum.
Lijn 2: Hilversum.
Lijn 3: Keulen 8.9.20, Pargs R.
9.2010.35, Normandië 10.35—11.20,
Keulen 11.2013.20, Brussel VI.
13.20—15.20, Keulen 15.20—17.20,
Brussel VI. 17.2017.50, Brussel Fr.
17.50—18.20, Keulen 18.20—21.30,
Parijs R. 21.3022.10, Boedapest
22.10—22.35. Keulen 22.35—24.—.
Lijn 4: Brussel VI. 8.—9.20, Lu
xemburg 9.2010.35, Lond. Reg.
10.3512.05, Droitwich 12.0523
Lond. Reg. 23.-23.25, Droitwich
23.25—24—
Lijn 5: Diversen.
De Tweede Kamer heeft gistermiddag
kans gezien haar lange agenda af te
maken, waarna zi> tot 5 April naar huis
is gegaan. Zonder dat het ontwerp noe
menswaard is gewijzigd, kreeg minister
Steenberghe de Bedrijfsvergunningenwet
er met groote meerderheid door; slechts
tien stemmen waren er tegen, 71 voor.
Indien de opkomst bij de opposanten
grooter was geweest, zouden hun tegen
stemmen weinig meer indruk hebben ge
maakt. Tegen stemden de liberalen, de
n.s.b., de staatkundig gereformeerden en
de chr.-hist. mevr. Mackay-Katz en de
heer Weitkamp.
Hardnekkig hield ir. Vos (s.d.) aan zijn
amendementen vast, waarvan het doel
was, de overheid bevoegd te verklaren
maatregelen tot beperking van de oprich
ting van bedrijven of tegen de uitbreiding
van de capaciteit te nemen, subsidiair: om
de bedrijfsraden en de arbeidersorganisa
ties in staat te stellen een verzoek tot
toepassing van de wet te laten doen. Daar
tegenover handhaafde de minister zijn
standpunt: lo. dat de overheid in deze
materie niet voorop mag gaan en dat hij
niet de minste reden had, aan te nemen,
dat het particulier initiatief zou falen;
2o. dat de bedrijfsraden en arbeidersor
ganisaties (welke hij, waar mogelijk, wil
inschakelen) hier geen taak hebben.
Mr. Kortenhorst (r.k.) was het daarmee
volkomen eens, ir. van der Waerden (s.d.)
kwam zijn partijgenoot te hulp. maar met
56 tegen 24 stemmen legden deze amen
dementen het af, slechts gesteund door de
socialisten, de communisten en den heer
Posthuma (c.d.u.)
De heer van der Goes van Naters (s.d.)
verdedigde nog een amendement om het
beroep op een ongunstige beslissing met
wat meer waarborgen te omkleeden, doch
de minister won ook hier het pleit, al
scheen het aanvankelijk dat de heer
Smeenk (a.r.) zich zou gaan vereenigen
met het bij het amendement voorgestelde
beroep op de Kroon, in plaats van op den
minister. De heer van der Goes had het
niet erg er op begrepen, dat de minister,
die in eerste instantie bijv. afwijzend be
slist, in tweede instantie ook weer degene
is, bij wien men in beroep moet komen.
De minister wist de Kamer ervan te over
tuigen gesteund door den heer Korten
horst dat daartusschen toch weer lag
het advies van den Economischen Raad, die
de zaak door en door zou kennen.
Met 57 tegen 26 stemmen (die van de
s.d., de liberalen en de communisten) werd
dit amendement verworpen, waarna het
wetsontwerp in de bovenvermelde stem
menverhouding werd goedgekeurd.
Interpellatie-Wijnkoop.
De hoofdschotel van de agenda voor
Donderdagmiddag was de interpellatie
van den heer Wijnkoop in verband met de
erkenning van den koning van Italië als
keizer van Ethiopië, het onderwerp van
Rheumatische pijn, spit, jicht etc. worden
veroorzaakt door onzuiver bloed. De zet
minerale zouten In Kruschen Salts zuiveren
Uw bloed door de verschillende afvoer-
organen krachtig aan te sporen. Kruschen
Salts zal ook U snel en afdoende helpen.
STRALENDE GEZONDHEID VOOR I CENT PER DAG
TONI RAEDT VAN DAMASCUS
OJ^ENBARNRVE^ WOESTIJN-IDYLLE
2)
Het was een Fransch modeblad geweest,
door een reizend koopman achter gelaten]
dat haar het hartstochtelijk verlangen had
geïnspireerd om óók gekleed te zijn als die
slanke, languisante, van zijde glimmende
vrouwen-figuren; te leven als zg, in
luxueuse vertrekken, waar het licht door
wijde ramen viel op gepolijste meubeltjes,
fijn glaswerk, bloemen! Er had al lang iets
gewoeld in haar van ontevredenheid met
het weinige, dat zij bezat; van boosheid
over het besluit van haar ouders om haar
uit te huwelijken aan Seldsjoek, den zoon
van den tapijtenkoopman.
Zij kon niet zijn als haar goede moeder,
die van 's morgens tot 's avonds zwoegde in
huis en op het land en in lompen liep, om
van het beetje gespaarde geld voor haar
man een nieuw kleedingstuk te koopen. Zij
keek neer op den tapijtenkoopman, die zijn
zoon met de koopwaar liet reizen en trek
ken, en zelf zijn leven doorbracht, gehurkt
in een hoek van zijn donker winkeltje, om
dat hij zich alleen gelukkig kon gevoelen
in zgn eigen dorp, zijn geboorteplaats, waar
hij ieder kende en een ieder hem kende. En
nu was hij oud en had verzorging noodig
en wat was nu eenvoudiger dan een vrouw
te zoeken voor zgn zoon en haar tegelijk
als zijn verpleegster aan te stellen?
den laatsten tijd, in een paar maanden
namelijk reeds twee maal behandeld door
de Eerste Kamer. Het zal den lezer onder
deze omstandigheden niet verwonderen dat
er geen feitelijk nieuws meer over te ver
nemen viel. De heer Wijnkoop (comm-) nu
wenschte te weten, welk Nederlandsch be
lang eigenlijk gediend is bij het over
haaste initiatief der regeering en den be
langrijken dienst aan fascistisch Italië be
wezen, ten aanzien van de z.g. regularisatie
van de diplomatieke betrekkingen tus-
9chen Nederland en Italië, nu er volgens
den minister zelf van een abnormalen toe
stand tusschen deze twee lanJen geen
sprake was.
Minister Patijn antwoordde hierop, dat
cultureele, politieke en economische be
langen voor Nederland hierbij waren be
trokken. Men zou verkeerd doen, in de
erkenning een dienst aan het fascistische
Italië te zien. Men kon het toch moeilijk
normaal achten, dat een reeds twee jaren
geleden benoemde gezant nog altijd niet
zijn geloofsbrieven had overhandigd.
Vervolgens vroeg de interpellant of de
minister niet het gevaar aanwezig achtte,
dat tengevolge van de erkenning van den
koning van Italië als keizer van Ethiopië
de onafhankelijkheid van Nederland en
de veiligheid van Ned. Indië thans nog
meer dan te voren bedreigd zouden wor
den. Op welke vraag de bewindsman kort
en bondig, onder hilariteit van de Kamer,
antwoordde :Als de stap radeelig voor ons
land en Indië was geweest, was hij niet
gedaan!
De heer Wijnkoop was voorts van oor
deel, dat de erkenning van Italië's souve-
reiniteit over Abessinië niet alleen ingaat
tegen art. 10 van het Volkenbondspact,
maar ook tegen de door den Volkenbond
aanvaarde z.g. verklaring van Stimson
(geen erkenning van een gewelddadige
verovering). Wanneer dit nu vaststaat, zoo
vroeg de interpellant, ziet de minister dan
niet in, dat door het regeeringsbeleid ten
deze de Volkenbond, de collectieve veilig
heid en de nieuwe opvattingen ten aan
zien van het internationale recht opnieuw
worden ondermijnd en tevens de band van
Amerika met den Volkenbond, ten nadeele
van Nederland, nog losser wordt gemaakt?
Zeer nuchter verklaarde mr. Patijn
hier tegenover, dat de Volkenbond zelf
zijn handvest had losgelaten. Hg had al
eerder militaire sancties moeten nemen;
hij hief de verplichte deelneming aan de
sancties op en liet Italië als lid zitten. De
Volkenbond legde zelf zich bij den stand
van zaken neer. En zoo was de toestand
geweest, toen de minister in October van
het vorige jaar optrad.
De heer Wijnkoop vroeg voorts, waarom
de minister de Tweede Kamer op 30
November (bij de behandeling van de be
grooting van buitenlandsche zaken) niet
had ingelicht over zgn stappen, nu toch is
gebleken, dat zgn initiatief reeds openlijk
in den Finschen Rijksdag van 23 Novem
ber was ter sprake gebracht. Dit ter sprake
brengen nu, is volgens minister Patgn
slechts zeer terloops gebeurd. Hg voegde
daaraan toe, dat het nog wel eens meer
zou gebeuren, dat hg de Kamer niet zou
inlichten waarmede hij echter geheel over
eenkomstig de Grondwet zou handelen,
welke immers het bestuur van de buiten
landsche betrekkingen aan de Kroon over
laat.
Hij wilde daarmee nu niet zeggen, dat
hg aan de Kamer nooit iets meer zou ver
tellen; haar stond in elk geval vrij het bui-
tenlandsch beleid, waarvoor de minister
verantwoordelijk is, te critiseeren.
De volgende vraag van den interpellant
was, wat de minister de beteekenis achtte
van het telegram aan den Negus, waarin
Zij zou moeten gaan wonen in dat don
kere winkeltje met 't groezelige achterhof
je, waar zij driekwart van den dag zou
verblijven. Weldra zouden er kinderen zgn
vele kinderen, als zij niet zoo gelukkig
was dadelijk een zoon te krijgen. Het zou
sloven zijn, zooals ze het de andere vrou
wen in het dorp zag doen, en een spoedige
aftakeling van haar schoonheid. Want mooi
en sierlijk was ze; „als een jonge ree" zei
den de jagers, doelend op naar schichtige
rankheid.
Terwijl zg dit vertelde, keken haar groo
te zwarte oogen zoekend in de langzaam
neerdalende duisternis, die de helle schitte
ring van het heete, gele zand reeds had op
gezogen, en nu temperen ging en uitdooven
alles, wat nog kleurig en licht was aan den
door de laatste wegglijdende zonnestralen
bont geverfden hemel. Heel in de verte
doemde het Fort Rutbah op; er trokken
kameelen voorbij en kudden zwarte scha
pen en een groote ruige schaapherdershond,
buiten zichzelf van woede over het gesnor
van den motor, rende als een dolle eend
een eind langs den wagen mee: een stukje
leven eindelijk! Menschen, dieren een
verlichting na de 12 uren van zwijgende
onmetelijkheid van leeg woestijnland, dat
in feilen, alle leven smorenden zonnebrand
had liggen gloeien.
Rutbah, de eenige oase op het lange tra
ject Bagdad—Damascus. Om de bron
stonden in een wijden kring lage Bedouinen
tent van zwart zeildoek of van zeer donker
bruin getaande geitenvellen. Kleine vuur
tjes schenen te lekken aan het zeildoek,
vlekten rossige plekken op de gehurkte
gestalten en trokken een sluier van grijzen
rook over het kampement. Een man in wij
den, wittigen burnous drong een kameel
weg uit den door de tenten gevormden cir
kel, waar het dier, op zoek naar den reeds
weggeborgen zak kameelgras, met langza-
men, statigen tred was binnen gestapt.
Bg het naderen van de auto barstte geblaf
los van de vele scharminkelig-magere hon
den, die in grooten getale leefden rondom
het fortje en van verre de Bedouinen-kam-
pen volgden. We reden door de bewaakte
poort moesten echter om de een of an
dere reden dadelgk achteruit krabbelen.
Opeens was er veel geschreeuw, gescheld,
gelach en, verdreven door vele, ons met
zwaaiende armen werende mannen, ston
den we weldra weer buiten de dikke mu
ren van het fort.
Ook in den reiswagen was het plotseling
vol drukte; iedereen voelde het nu als een
onmogelijkheid om nog één seconde langer
in den fauteuil te zitten, waarin twaalf
uren zonder onderbreking waren doorge
bracht. We verdrongen ons voor den nau-
wen uitgang.
De Turksche had me bij den arm gegre
pen, toonde me triomphantelgk een uitpui
lenden zak, waaruit een zwarte borstel stak
en andere toilet-artikelen hun aanwezig
heid deden vermoeden. Haastig haalde ik
mijn toiletétui te voorschijn, bang dat ze
mij het gebruik van het hare zou aanbieden,
nier leek me chacun pour soi-mème
beter!
Ze liep voor me uit. rank figuurtjeeen
modeblad modellen van Patou ging
het door mijn hoofd. „Seldsjoek liep na
tuurlijk niet in een Engelsch sportcos-
tuum
Bij de deur van de vrouwen-toiletkamer
liet zij mij passeeren en sloot achter zich
met vlug gebaar de deur af. Doch al gauw
volgde de toilet-juffrouw, rammelde aan
Nadat de heer Bongaerts (r.k.) zich bg de
rede van den heer de Geer had aangeslo
ten, leverde de heer Albarda (s.d.) scherpe
critiek op de houding van den minister in het
debat, over diens „laatdunkende" wijze van
spreken over den Volkenbond en de sancties.
Hg gaf niettemin toe, dat men een voldon
gen feit niet zou kunnen negeeren, maar zou
liever hebben gezien, dat de minister de
zaak in het kader van den Volkenbond had
opgelost.
Ook de heer Jockes (v.d.) was van oor
deel, dat het niet zonder internationaal
overleg had gekund. Hg betreurde het, dat
Nederlands houding niet in overeenstem
ming was geweest met zijn rechts- en mo-
reele verplichtingen.
De heer Bierema (lib.) zou eveneens de
voorkeur er aan hebben gegeven als de zaak
bij den Volkenbond aanhangig was ge
maakt, doch vroeg wèl de aandacht voor het
hooge doel van den minister: het brengen
van ontspanning in het belang van den vrede
in Europa. En met het oog daarop moest
men met zgn critiek toch ook voorzichtig
zijn!
Het grootste bezwaar van den heer van
Houten (c.d.u.) ging tegen het overhaasten
van de erkenning. Hg vroeg den minister,
welke waarde de Nederlandsche regeering
nog aan den Volkenbond hechtte. „Nog zeer
groote waarde", luidde het antwoord!
De heer de Marchant et d'Assembourg
(n.s.b.) scheen het te betreuren, dat de heer
Wgnkoop niet met een motie eindigde en
daarom diende hü er één in, waarin de Ka
mer het beleid van den minister van bui
den deurknop. Sayirah legde een tot zwij
gen manende vinger op de lippen; zg wilde
niet open doen. Terwgl ik een waschkom
met lysol behandelde, was zij al bezig ge
zicht en handen te wasschen. Mijn verba
zing steeg echter ten top, toen zg zonder
eenig bedenken zich ontkleedde, bedrijvig
een paar kommen op den grond zette, haar
kleine voetjes daarin plaatste en hevig met
water begon te plassen.
„Madame" nam een douche en ik, „haar
kamenier", reikte haar de zeep, nog meer
water en eindelijk de handdoeken!
„Hoe of ik haar figuur vond? Was ze niet
blank? Ja, daar was ze juist zoo trotsch op!
Vond ik haar misschien een beetje te mol
lig? Maar haar middel kon ze met een ge
wonen zakdoek omspannen, en in de Oriënt
werd een mooi vol figuur meer geappreci
eerd dan de slanke, strakke lijn!"
Grappig, ongegeneerd menschje! Wist zij
maar werkelijk haar schoonheid naar waar
de te schatten; zij behoefde geen marion-
nette te zijn! Zij zou kunnen trekken aan
de touwtjes en laten dansen! Maar haar
hart was te gul, haar hoofd te veel vervuld
met gdele dingen, met alles wat geld ge
ven kan.
Haastig nu werkte ze onder het misera
bele toiletlampje; twee roode vegen over
da lippen, twee zwarte om de oogen, een
donzen laag van bloemengeurende poeder
op het fgne gezichtje van zacht gebogen
lijnen. En daar ze elke opwellende gedach
te tot uiting moest brengen, begon zjj op
eens te dansen. Vlug haalde ze een paar
kastagnetten uit haar tasch, sloeg er hoog
mee boven het hoofd, liet de heupen lenig
wiegelen op de verzonnen cadans. Toen, ex
pres heel smal, voerde ze lange tango-pas
sen uit, die haar van den eenen hoek van
liet vertrek in den anderen brachten
Buiten sommeerde de juffrouw ten twee
tenlandsche zaken goedkeurde (voor het
Nederlandsche parlement een heel onge
bruikelijke motie!), maar aangezien hij niet
meer dan vier handteekeningen daarvoor
kon krijgen en hü de vijfde niet ontving,
kon deze motie niet in behandeling worden
genomen-
Na een dupliekje van den minister en een
slótwoord van den interpellant werd de in
terpellatie gesloten.
Boven zeiden we reeds, dat er een lange
agenda was. Wetsontwerpen ven groot be
lang stonden er verder niet op. Na korte
discussie werd goedgekeurd de wijziging van
eenige artikelen van de wet op de rechter
lijke organisatie en het beleid van de justi
tie, waarmee een meer economische ver
deeling wordt beoogd; de overige wetsont
werpen en conclusies van de commissie voor
overleg met de regeering over handelspoli
tieke aangelegenheden gingen onder den
hamer door, waarna op een laat uur over
zevenen de vergadering werd verdaagd
tot 5 April, op welken dag er wederom een
agenda zal zijn, waarop niet onmogelijk ook
verschijnen zullen de verhoogde belastingen
In verband met de defensie (opcenten In
komsten- en dividend- en tantièmebelas
ting), als tenminste de prognose van den
voorzitter juist blijkt.
De Tweede Kamer naar huis, de Eerste
weer aan den slag. Zoo zal het over enkele
dagen wel zijn!
ONS DRUKWERK u(
ziet er ALTIJD goed tut.
DRUKKERIJ COSTER.
ALKMAARSCHE COURANT. TEL. 332#
den male met dreigende stem. Ik deed nu
maar gauw de deur open. We stopten hl**
dadelgk van alles toe; Sayirah gaf het zs»"
je zuurtjes, een paar sandwiches in
blikje ik wat fils (centen) en een flescr
je warm sodawater. Doch de juffrouw staaf*
de in ontzetting naar de plassen op de
grond, merkte zelfs niets van onze gull"
gaven, óók niet, dat wg er stilletjes v
door gingen!
Proestend nog over het verslagen g*11®"
van de juffrouw namen we samen een t*
feitje in de eetzaal, bestelden ons diner
hadden nog even tijd om in den salon
gaan zitten. t
Zg was In high spirits herdijl
dankbaar de gulle gevers der vele 60U~j]
doux-souvenirs aan armen, hals en vinge
Werkelijk prachtige, kunstvolle dingen w
ren er bij; fijn bewerkt goud en ringen in
kostbare steenen. Dit had ze van de*»»«
dat van genen gekregen. Maar het lieunjj
was geweest de kapper van Bagdad,
groot man in zijn vak! Hg was het die h*
zoo chic liet reizen; eigenlijk had hij hg*
niet willen laten gaan. hij wenschte ha
bij zich te houden, haer te trouwen. Ms
ze had het contract met het tooneelgez»
schap in Damas, nog dezen winter, en <UU-j
Ik noemde den naam SeldsjoekAl»
tooverslag verdween het helle uit hts»
oogen. De last van oude, pijnlijK® h,r
ringen drukte weer plotselingheer du
trof me als een verwijt.. In elkaar 8^
ken, de oogen moe-peinzend, vertelde ze
zachten toon
Erg opgeruimd.
(Slot volgO-