VORS COBRA Financieel Overzicht. derde blad.^^ dreigend conflict in doodelijk ongeval te utrecht. broedmachines in beslag genomen. ministerieel bezoek aan raamsdonk en geertruidaberg. het ontwerp romme en het dienstbodenvraagstuk. ;debelmonte ^Binnenland SIGARENINDUSTRIE. Na langdurige besprekingen geen vereenstemming bereikt. Gister had onder leiding van den rijksbemiddelaar in het vierde district, mr T. J- Verschuur, wederom een be spreking plaats met partijen, betrokken bij het dreigend conflict in de sigaren- industrie in Nederland". Na langdurige besprekingen heeft de ryks- h«rniddelaar partijen voorgesteld een loon regeling te ontwerpen, gebaseerd op een ÏITn voor de sigarenmakers in de derde ge beente-klasse van f 23 voor een gemiddeld «rrgckloon. pe werkgeversvertegenwoordigers ver- klaarden zich bereid dit voorstel aan hunne leden voor te leggen. De arbeidsvertegen- voordigers wenschten zich echter over dit voorstel niet uit te spreken. De rijksbemiddelaar heeft toen zijn voor stel vervangen door een ander, dat Inhield een loonregeling, gebaseerd op een loon van 12,25 per 1000 stuks voor de 5 cents sigaar, met' bepaling, dat daaronder loon en van 3,/ en 4 cents sigaren zouden worden ge bouwd en daarboven loonen voor de duur dere sigaren. Deze regeling zou pas in wer king treden, nadat de voor de patroons-orga nisaties ontworpen ordeningovereenkomst door den minister van economische zaken zou zijn verbindend verklaard. Dit voorstel werd door beide partijen af gewezen. De rijksbemiddelaar heeft toen verdere pogingen om partijen tot elkaar te brengen, opgegeven. Onder den trein geraakt. Gisteravond is op het centraal station te Utrecht een o*ngeveer 30-jarige heer door tot dusverre onopgehelderde oorzaak onder den trein, welke om 18.50 uit Amersfoort op het eerste perron aankomt, geraakt. Stationspersoneel snelde aanstonds toe om hulp te bieden. De man bleek evenwel zoo zwaar gewond te zijn, dat eenige mi nuten later op het perron de dood intrad. Wegens overtreding der crisis- wetten. Gisteren heeft de politie van Eden, onder leiding van den commissaris en in samen werking met ambtenaren der crisiswetten en rijkspolitie een inval gedaan bij eenige inwoners van Meu-Lunteren, die verdacht veerden van frauduleus te laten broeden. Het resultaat was verrassend. In beslag werden genomen bij P. v. d. P. een broedmachine met vierhonderd eieren, bi- J. .de B. een broedmachine met vijf honderd eieren, bij T. M. vier broedmachi nes met ongeveer vier honderd eieren en bij de wed. T. v. d. L. een broedmachine met duizend eieren. Gistermiddag bracht de minister van bmnenlandsche zaken, de heer H. van Hoeyen een bezoek aan Geertruidenberg. De minister was vergezeld van den com missaris der koningin in de provincie Noord-Brabant, jhr. mr. dr. A. B. G. M. van Rijckevorsel, den griffier der provin ciale Staten, den heer V. F. L. W. Cleerdin en twee hoofdambtenaren. Op het raadhuiis hadden zij een bespre- kirg met den burgemeester, den heer J. L. F M. Bianchi, betreffende het plan tot an nexatie door Geertruidenberg van een ge deelte der gemeente Raamsdonk. Het on derhoud uurde een half uur. Het bestuur van de Ned. Ver. van -Huis vrouwen heeft een schrijven gericht tot den minister van sociale zaken, waarin o.a. het volgende wordt gezegd met betrekking tot het wetsontwerp tot beperking van den ar beid in loondienst van de gehuwde vrouw en wel omtrent het verbod voor gehuwde werksters, in kantoren, scholen, winkels, *nï werkzaam te zijn, zooals tot nu toe gewoonte was. De vereeniging, die reeds sinds jaren aan dacht wijdt aan het dienstbodenvraagstuk, ziet hierin een maatregel, die het tekort aan Nederlandsch huispersoneel nog zal doen toenemen. Het schoonmaakwerk in kanto ren, scholen, winkels enz. is n.1. aantrekke lijk,- niet alleen omdat het slechts enkele uren per dag arbeid vergt en er bovendien een goed loon mee wordt verdiend, maar ook omdat degenen, die het verrichten, in tegen stelling tot het gewone huispersoneel, de voordeelen van de sociale verzekering ge nieten, dus bij ziekte het door de Ziektewet bepaalde percentage, van het loon een half jaar lang doorbetaald kunnen krijgen. Het lijdt dan ook volgens adressant geen twij fel, of de plaatsen, thans door gehuwde werksters op de scholen en in het bedrijfs leven ingenomen, zullen, wordt het ontwerp wet, door ongehuwde vrouwen worden be zet, die anders een betrekking als dienst bode zouden aanvaard hebben. Op deze wijze worden een aantal voor het beroep van dienstbode geschikte meisjes buiten dit beroep gehouden en een even groot aantal huisvrouwen, die een dienst bode geen werkster noodig hebben, gedupeerd. Om deze reden verzoekt genoemd bestuur den minister de bedoelde bepaling te wijzi gen, waarbij het tevens de opmerking maakt, dat het, als men eenmaal de gehuwde vrouw toestaat als werkster haar brood te verdienen waartoe zij gewoonlijk door den nood wordt gedwongen het toch zeker niet billijk is te achten, haar dié be trekkingen, die voor haar voordeelig zijn en haar den kortsten tijd aan haar gezin ont trekken, kunstmatig te onthouden. !Bucqedi{ke Stand EGMOND-BINNEN (Maart). Geboren: Jacobus Antonius Jozef, z. v. Wilhelmus Kramer en Albertina Maria Sto ker. Maria Gemma, d. v. Olof Huiberts en Maria Hopman. Cornelis Joseph, z. v. Cornelis Baltus en Alida Zutt. Nicolaas Theodorus Joseph, z. v. Nicolaas Tromp en Theodora Boendermaker. Margaretha Johanna, d. v. Petrus Dekker en Petronella Dekker. Ondertrouwd: Nicolaas van Duin en Petronella Burger. Getrouwd: Petrus Jacobus de Waard en Catharina Alida Groot. Overleden: Margaretha Albertina Zoon, oud 63 jaar, echtg. v. Willem Scholten. Petronella Koning, oud 55 jaar, echtg. v. Meindert Beentjes. De „vlucht" uit de aandeel en. Het eind der depressie nog niet in zicht De economische politiek van presi dent Roosevelt een factor van groote onzekerheid. Liquidatie van het zilver-programma der Amerikaansche regeering? Gunstige dividend- besluiten van Nederlandsche maat schappijen. - Een teleurstelling voor de rubbermarkt. Verliezen voor de Koninklijke Shellgroep door de con fiscatie der Mexicaansche bezittingen. Wel zelden heeft het eerste kwartaal van een jaar de beurs zooveel teleurstelling be reid als de achter ons liggende periode drie maanden. Zelfs de „psychologische op leving", die meestal in het begin van een nieuw jaar valt waar te nemen, is ditmaal uitgebleven, en daarna is het „van kwaad tot erger" gegaan, totdat in de afgeloopen week een toestand is ingetreden, die men het best karakteriseert met „een vlucht uit de aandeelenmarkt". Het ernstige van de tegenwoordige situatie is, dat er geen „bodem" in de markt zit; de koersen zak ken weg, tengevolge van voortdurend aan bod, waartegenover geen noemenswaardige vraag staat. Ook dan, wanneer de beurs rijp lijkt te zijn voor een technisch herstel, kan dit niet krachtig doorzetten, doordat inmiddels nieuwe ongunstige factoren het aanbod wederom doen toenemen. Het is natuurlijk niet voor het eerst, dat de beurs een dergelijkt periode van diepe depressie doormaakt, al moet worden ge constateerd, dat het tempo, waarin de koers val zich voltrekt, wel bijzonder snel is. Zooals overal, herhaalt ook hier de ge schiedenis zich, zy het met eenige afwij kingen. De eenige troost, die fondsenhouders uit het verleden kunnen putten, is, dat op een periode van neergang nog altijd een tijd vak van opgang is gevolgd, al heeft dit laatste dan ook vaak lang op zich laten wachten en al zijn er in den tusschentijd vele zwakke broeders onder de ondernemin gen, die den strijd om het bestaan niet kon den volhouden ,op het slagveld achterge bleven. Vooralsnog is er zelfs aan den verren ge zichtseinder, nog niets wat naar een ver betering zweemt, waar te nemen en het is dan ook nutteloos, reeds thans te vragen, waar het eind van de tegenwoordige depres sie ligt. Bij alle politieke en economische moei lijkheden, die de fondsenmarkt verontrus ten, is er thans nog één factor gekomen, die zich bij vroegere gelegenheden niet, of al thans niet in zóó'n sterke mate, heeft doen gevoelen, n.L het feit, dat het kapitaal zich onder de tegenwoordige omstandigheden :n verschillende landen niet meer veilig voelt, als gevolg van de maatregelen der desbe treffende regeeringen. Op de meest frap pante wijze is deze onveiligheid tot uiting gekomen in de onteigening van het bezit der buitenlandsche petroleummaatschappijen in Mexico. Minder in het oog loopend, maar niettemin wellicht op den duur van even groote beteekenis voor de toekomst der groote ondernemingen, is het optreden van de Amerikaansche regeering tegenover het „groot-kapitaal". Meer dan iets ander is het dit optreden en de onzekerheid ten aanzien van de vraag, wat de toekomst in dit op zicht nog zal kunnen brengen, die de onder nemingslust in de Ver. Staten tot het nul punt hebben doen dalen. Een uitlating van president Roosevelt in een dezer dagen gehouden rede heeft op nieuw de aandacht gevestigd op het kern punt van zijn economische politiek: ver hooging van koopkracht door loonsverhoo- gingen, terwijl bovendien de wet tot het reorganiseeren der departementen van al gemeen, die reeds door den Senaat is aan genomen, den president uitgebreide be voegdheden geeft, welke hij vermoedelijk zal aanwenden om zijn geliefkoosde denk beelden in den vorm van een herleefde „New Deal" tot uitvoering te brengen. Het zou ons te ver voeren, om hier nader in te gaan op de befaamde „koopkracht theorie"; een feit is het, dat zij op de groote massa een sterke aantrekkingskracht heeft: wie meer ontvangt, kan meer uitgeven; dus de afzet van landbouwproducten en fabri katen neemt toe, de werkloosheid vermin dert en spoedig leeft men in een dorado. Simple comme bonjour! De eenvoud van het systeem maakt reeds, dat men er huiverig tegenover moet staan. Als economische poli tiek zóó gemakkelijk was, dan zou de ge- heele wereld er inderdaad heel wat beter aan toe zijn. In werkelijkheid zijn de economische ver houdingen heel wat ingewikkelder. Al da delijk werpt zich de vraag op, of het bedrijf, waarvan de hoogere loonen verlangd wor den, in staat is, deze te betalen. In Amerika laten de exploitatierekeningen van de meeste ondernemingen dit des te minder toe, omdat zy toch reeds zwaar belast zijn door de hooge en vaak buitengewoon on doelmatige belastingheffing. Een van de grootste hindernissen, die aan een economi sche herleving in de Ver. Staten in-den weg staat, is de belastingwetgeving. Het eenige lichtpunt in de tegenwoordige situatie is, dat in het Huis van Afgevaardigden aan een verbetering van dit stelsel „gewerkt" wordt, nadat de Senaat blyk heeft gegeven van eenig begrip voor de eischen van het zakenleven. Gezien de vijandige houding van de Amerikaansche regeering tegenover het kapitaal mag men echter ook in dit op zicht niet al te optimistisch zijn. Wel zal men vermoedelijk binnenkort weer pogingen van regeeringszijde zien, om door het verleenen van steun in den vorm van credieten daar, waar de toestand het ernstigste is, eenige ontspanning te brengen. Deze week werd trouwens reeds melding gemaakt van plannen, om door bemiddeling van de „Refico" (d(e Reconstruction Finance Corporation) credieten ter beschikking te stellen van gemeenten en industriëele on dernemingen, waarvoor in totaal 154 mil- liard dollar beschikbaar zou zijn. De moei lijkheden worden hierdoor natuurlijk niet in hun kern aangetast, maar hoogstens ver schoven; bovendien springt het inflationis- tische karakter van een dergelijke steun ver leening duidelijk in het oog. Trouwens, bij de beoordeeling van de toekomstige verhou dingen in Amerika dient men terdege reke ning te houden met de mogelijkheid van nieuwe inflationistische tendenzen, wanneer de regeering geen anderen uitweg uit de moeilijkheden mocht zien. Zy, die uit vrees voor politieke verwikkelingen in Europa „in den dollar" gevlucht zijn, zouden dan wellicht opnieuw opgeschrikt kunnen wor den en wter in een andere valuta hun heil moeten zoeken. In de afgeloopen week viel er overigens weinig meer te bemerken van een groote vraag naar dollars. Voor het eerst cinds lan gen tijd overheerschte zelfs het aanbod in dit devies, zoodat de noteering zich per saldo wat lager stelde. Dit is voor een groot deel toe te schrijven aan de buitenlandsche ver- koopen van Amerikaansche fondsen, tenge volge van het heerschende wantrouwen in de economische politiek der Amerikaansche regeering. Het gebrek aan stabiliteit in het optreden van het Amerikaansche gouver nement op financiëel-economisch gebied wordt duidelijk in het licht gesteld door de jongste gebeurtenissen op de zilvermarkt. Het is nog altijd niet duidelijk, of het stopzetten der Amerikaansche zilveraankoo- pen in Mexico en een direct daarop gevolg de herhaaldelijke verlaging van den aan koopprijs van zilver als voorboden moeten worden beschouwd van een algeheele op heffing, of een diengaande wijziging van de „zilverpolitiek" der Amerikaansche regee ring, dan wel of men hierbij slechts met op- portunische en derhalve tijdelijke maatrege len te doen heeft. Voor de eerste opvatting spreekt de omstandigheid, dat de poging der Amerikaansche regeer in g, om tot een soort van bi-metallisme terug te keeren, reeds lang mislukt moet worden geacht. Aan den anderen kant kan men zich nauwelijks voorstellen, dat de regeering het zal aan durven, door het staken van de zilver- aankoopen de zilver-producenten in en bui ten de Ver. Staten in groote moeilijkheden te brengen. Reeds thans is de zilvermarkt ernstig ontwricht en dit heeft ook zyn in vloed op de andere goederenmarkten niet gemist. Op zyn beurt heeft dit weer een ongunstige uitwerking op de fondsenmark- ten gehad. Terwijl de Amsterdamsche beurs zich een tijd lang vrij goed bestemd had getoond te gen de van de buitenlandsche centra uit gaande depressie, is het in de laatste week ook hier tot een ware „koersafbraak" geko men. Het merkwaardige is, dat er juist de zer dagen een geheele reeks van gunstige dividend-besluiten werden bekend gemaakt, die onder rustigere omstandigheden stellig de aandacht op de desbetreffende fondsen zouden hebben gevestigd, zy het ook, dal men er rekening mede dient te houden, dat de thans gepubliceerde resultaten betrek king hebben op een achter ons liggende pe riode en dat de vooruitzichten voor het loo- pende jaar meest minder fraai zijn. Om enkele dezer dividend-voorstellen te noemen: de Nederlandsche Kabel 22 pCt. te gen 20 pCt. vorig jaar, Lettergieterij „Am sterdam 7 tegen 6 pCt., Kiene Co. 4 pCt. tegen nihil, Stoomvaart My. „Noordzee" 5 pCt tegen nihil vorig jaar, en wat de In dische cultures betreft: Rubber Mij. Basilam 7 pCt tegen 3 pCt., Cult. Mij. Soerowinan- goen 12 pCt. tegen 10 pCt. Cult Mij. Boekit Lawang 13 pCt. tegen 8 pCt., Oost-Java Rub ber 11 pCt. tegen nihil, Zuid-Preanger Rub ber Mij. 7 pCt. tegen 6 Ct. vorig jaar. Ondanks deze gunstige rubber-dividenden zijn juist in de hoek van de rubberwaarden de grootste slagen gevallen. Men heeft in deze afdeeling, en dan meer speciaal wat de incourante aandeelen betreft, weer hetzelfde meegemaakt, wat reeds zoo vaak, zoowel in hausse- als in baisse-tijden, is geschied: koersverschillen van 10 tot 25 pCt. in enkele oogenblikken tyds, zonder dat het aanbod overweldigend is. De markt voor deze fond sen is nu eenmaal zeer beperkt en'evenals in een hausse-tijd het geringe materiaal niet voldoende is, om de vraag naar een paai stukken te bevredigen, zoo kan by een on gunstige beurs het aanbod ook uiterst moei lijk worden opgevangen. Zoo kon het ge beuren, dat Woensdag j.L aandeelen Indische Rubber daalden van 126 tot 100 pCt., om ver volgens tot 109 pCt. te verbeteren; Deli Ba tavia kwamen van 106 op 80 pCt. met een herstel tot 91 pCt. enz. In een markt als de tegenwoordige is het meer dan ooit noodig om wanneer men tenminste niet om een of andere reden coute que coute van zyn bezit af wil een limite vast te stellen. Dé directe oorzaak van de scherpe daling in de rubberhoek vormde het besluit van het Internationale Rubber Comité, om het percentage der restrictie voorloopig niet te wyzigen. In rubberkringen had men, met het oog op de huidige statistische posiue van de rubbermarkt, stellig verwacht, dat, zoo- al niet voor het tweede, dan althans voor het derde kwartaal van dit jaar de restric tie met 10 pCt. verscherpt zou worden, en het export-percentage dus zou worden ge bracht op 50 pCt. van de standaard-produc tie. Het is niet onmogelijk, dat dit alsnog zal geschieden; het Comité heeft de beslissing hierover echter opgeschort tot zyn byeen- komst aan het eind van Mei. De handelaren en andere belanghebbenden, die posities heb ben loopen of groote voorraden bezitten, durven echter het risico niet aan, deze ver der aan te houden, nu zy er niet zeker van zyn, dat over drie maanden tengevolge van een vermindering van den aanvoer een ver betering iir den toestand der rubbermarkt zal intreden. Naar verluidt, zouden de Nederlandsche leden van het Comité veel gevoeld hebben voor een verlaging van het uitvoer-percen- tage voor het derde kwartaal, maar daar tegenover zou de meening van de meerder heid van het Comité hebben gestaan, dat zoo'n maatregel niet zou hebben geleid tot een voldoend groote prijsstijging, om de producenten schadeloos te stellen voor de verdere productie-beperking, die natuurlijk tot een vermindering der inkomsten leidt. De omvangrijke en ten deele gedwongen rubber-verkoopen op de Londensche markt hebben de rubbemoteering aldaar doen da len tot 5 d. per lb., waarop eenig herstel is gevolgd, dat ook in de rubberafdeeling op de Amsterdamsche beurs een kleine verbe tering heeft gebracht. Aandeelen Koninklijke Petroleum onder vinden nog in meerdere mate dan de vorige week den terugslag van de confiscatie van de bezittingen harer Mexicaansche dochter mij., de Mexican Eagle Oil Co. Er bestaat weliswaar goede kans, dat de Mexicaansche regeering hiervoor, onder den druk van Amerika, schadevergoeding zal geven, doch het is maar de vraag, of deze vergoeding in verhouding zal staat tot het bedrag, dat in den loop van de jaren in deze bedrijven is geïnvesteerd. Voor de totale schadevergoe ding aan alle buitenlandsche maatschappijen is een bedrag genoemd, neerkomende op nog geen 100 millioen, terwijl de Konink lijke Shell-groep alleen al naar schatting 250 millioen in Mexico heeft geïnvesteerd. En dan staat het nog te bezien, of de Mexi caansche regeering inderdaad het voor de onteigening te betalen bedrag door middel van een staatsleening zal kunnen bijeenbren gen, nu de economische toestand zoo zeer geschokt is door de stopzetting van de Ame rikaansche zilveraankocg>en en het uiterst moeilijk blijkt, de olie van de geconfiskeerde ondernemingen te vervoeren, resp. te ver- koopen. De industrieele afdeeling werd door de al- gemeene baisse-stemming meegesleept. Voor al Philips' boekten een scherp koersverlies, op de verwachting, dat een nieuwe econo mische crisis de afzet van de Philips'-pro- ducten zal belemmeren. De vrees voor een vermindering van het vrachtvervoer weer- spigelde zich in een verdere koersdaling van scheepvaartaandeelen. Indische suikeraan- deelen en tabakken waren eveneens lager, Deli Batavia minder dan de anderen, omdat de monsters van het nieuwe product wijzen op een beteren oogst dan vorig jaar. Eerst tegen het einde der week kon op de Amsterdamsche beurs een koersherstel van eenige beteekenis doorbreken, zonder dat in de grondstemming echter een belang rijke wijziging kwam. De aanhoudende en scherpe koersdaling heeft de noteeringen van vele goede aandeelen op een niveau ge bracht, dat ze, zelfs rekening houdend met minder gunstige resultaten over het loo- pende jaar, aantrekkelijk maakt voor beleg ging op langen termijn, en er vielen dan ook weder voor het eerst sinds geruimen tijd aankoopen van bona fide beleggers te con- stateeren. Op de obligatiemarkt was de handel in de afgeloopen week weer zeer stil en bij ge brek aan belangstelling brokkelden de koer sen nog wat af. Hieronder volgt een overzicht van het koersverloop: 3 pCt. Nederland '36 101, 10054, 100 9/16; 3 pCt. Nederland '37 98i/2, 97 1/16. 97 9/16; 3%-3 pCt. Nederland 10054, 100 1/16, 1001/8; ieuiileion Door MARK CHANNING Ned. bewerkirjj door MAKI H) Een oogenblik deed de schitterende grootsch- heid van het decor haar vergeten, dat ze gevangene was. machteloos en bijna zeker bedreigd met oneer of dood. Boven aan de heiimg naast een diepen afgrond, riep de aten van Chirine haar terug tot de treurige werkelijkheid. De doorgang, welke we zoo juist gepas seerd zijn, heet de „pas van de Slang", ver kondigde zij blijmoedig, haar paard de spo ren gevend om het naast Diana te brengen; enkele mannen zijn er nog in, ze lijken wel mieren tusschen twee opstaande graf- it&tticn De Perzische had den smaak der Ooster- linflen voor beeldspraak. Kalslag van paarden deed Diana om- kiiken Alam Khan, gevolgd door eenige van zyn sirdars. kwam in razenden galop haar achterop, vloog als een werwelwind voorbij en verdween in een bocht van den Oiinne keek hem na met peinzenden jndere helft van den troep komt langs een anderen weg", verklaarde ze. Daarop brak ze plotseling af: ze had zich verpraat. Diana begreep terstond, dat Alam Khan zyn mannen verdeeld had, om de achter volgers op een dwaalspoor te brengen. Zoodra zy voorzag, dat het ijdel zou zijn de komst van een hulpcolonne te verwach ten vóór zij als gevangene binnen het Paleis van den Spiegel was gebracht, keer de door een zonderling verschijnsel de ge ringschatting, welke zij voor elk physiek gevaar voelde, terug. Doch de vrees van Colin Gray nooit weer te zullen zien, bleef. „Kijk zeide Chirine tot haar, „daar on der 't vooruitspringenden rotsblok, daar ligt het Paleis van den Spiegel. Gewoonlijk begeleidde stormachtig ge juich Alam Khan, wanneer hy, terugko mende van een expeditie, langs het steile pad reed, dat naar het paleis voerde; van daag drukte een somber stilzwijgen op de menigte en slechts een enkele misdadiger, begeerig den Cobra te toonen hoe groot zijn aanhankelijkheid voor zyn stamhoofd was, begroette hem met den gebruikelijken wel- komstkreet van de grens. Het volk had ge rekend op het gewone schouwspel, dat een barbaarsche triomphtocht biedt en er was geen spoor van te bekennen. Geen konvooi van lastdieren met buit beladen volgde het „hoofd". De Cobra galoppeerde voort zonder geld onder het volk te strooi en. Geen gevangenen met verwilderde ge zichten en met bloed bevlekte verbanden, waarvan 't zien alleen al woest geschreeuw uitlokte: bedreigingenen beleedigingen met schorre of kryschende stemmen, al naar gelang het geslacht, waartoe de woestaards behoorden. En zoo zouden ze zelfs niet eens het ver maak te zien krijgen van de openbare pijnbank op het Strydplein. Het volk van den Cobra zag zich beroofd van een privi lege, dat het van oudsher toekwam. Het kon ook niet weten, dat, op bevel van den „Man met den Sluier" zijn bood schapper had onderweg het pad van Alam Khan gekruisd gedurende de week van den rit naar het paleis plunderen verboden was geweest, evenals de zegetocht De Cobra beschouwde het verbod als een persoonlijke beleediging een ongeoor loofde dwingelandij in de oogen van iemand voor wien bloedvergieten en woeste optochten het zout van 't leven beteeken- den. Hy was slim genoeg om te begrijpen, dat de ontvoering van de dochter van den Britschen resident een nederlaag van de Mongoolsche bergbewoners als nasleep kon hebben, indien althans Simla mobiliseerde en tot den aanval overging. Bepaalde daar entegen Simla er zich toe een protest aan den Mir te zenden, dan zouden alle berg stammen opstaan in de veronderstelling, dat men het Indische gouvernement kon behandelen zooals de Cobra dit herhaalde- lyk dorpen deed, wanneer hy de vrouwen der hoofden schaakte. Ongetwijfeld gaf de Gesluierde Man er zich regenschap van hoe gespannen de toestand was en hy begeerde niet, dat de ontvoering van het Engelsche meisje dienstbaar zou worden gemaakt aan poli tieke oogmerken, welke dan ook. Nochtans dreunden de laatste woorden van het bevel nog steeds in de ooren van den Cobra: „In dien ge de geringste dwaling begaat, dan zal uw groot hoofd aan de galg bengelen aan den baard opgehangen en zoo laag, dat ieder er op zal kunnen spuwen". Er over nadenkend balde Alam Khan in een vlaag van machtelooze woede zijn gewel dige vuist. Hij uitte een verwensching, terwijl zijn zwarte hengst een zijsprong maakte. Een oude vrouw, het weinige, korte haar in pieken over de hoekige schouders, was op hem toegeschoten en had zich onder de hoeven van zijn paard geworpen. „Oude knol! Satan hale je!" Een stokkerige arm stak hem een stuk papier toe. „Lees!brulde de Cobra tegen een Hindoeschen koopman, die stond te beven als een rietje. Niettegenstaande Alam Khan een uitste kend ruiter was, kostte het hem moeite zijn steigerend paard in bedwang te hou den. „Ik verlang bloedwraak, Oh Khan", riep de vrouw, haar gezicht uit het stof ophef fend. „Waarom?" De machtige stem van den Cobra kwam zelfs boven het verschrikte gehinnik van den zwarten hengst uit. „Jaffir, die schurk, heeft mijn zoon de ooren afgesneden". „Bedaar, vrouw", knarsetande Alam Khan, terwijl hij zijn paard tusschen zijn beenen kneep. „De ooren van een onnoo- zele zijn nutteloos, oude heks. Jaffir zal ongetwijfeld zijn reden er voor hebben ge had. Spreek op!" „Mijn jongen stond het muildier van dien dikken vent in den weg, het sprong op zij en gooide hem er af. Dat Satan zyn ziel martele", kryschte wraakgierig de vrouw. „Bij den baard van den Profeet", schreeuwde Alam Khan, „ik geloof dat de moeder hetzelfde lot wil ondergaan als haar zoon". Hij dwong zyn nog steeds steigerend oaard terug te gaan en 't daarop de sporen gevend, kwamen de hoeven der voorbee- nen van het zenuwachtige dier neer op de oo den grond liggende gedaante, die er on der verpletterd werd. Toen de Cobra het paleis binnenging was de eerste, dien hy ontmoette, Jaffir, den eunuch, die gedurende zijn herhaaldelijke afwezigheid den scepter in den harem voer de. „Oh Hoogheid... Oh Voornaamheid... kreunde hij en boog als voor een sultan, „wil zoo genadig zijn het rapport aan te hooren van dezen onwaardigen mensch, kruipende in het stof. „Spreek, of rryn olifanten zullen je ver trappen en radicaler dan jouw muildieren dat zouden kunnen", bromde Alam Khan, terwijl hij het stof van zyn naar boven omgebogen schoenen sloeg. „Gulbundun, dat ontuchtige kind", be gon Jaffir. ..Indien één van de vrouwen uit mijn harem ontuchtig is, dan zal haar ziel die van zekeren eunuch in de hel ontmoeten!" schreeuwde zijn woedende meester. Jaffir maakte een slaafsche buiging. Sluw als hy was, begreep hy een misslag te hebben begaan en hij verschool zich achter een bescheiden stilzwijgen. Een brenger van slechte tijdingen liep kans door den Cobra gedood te worden. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 10