GEMEENTERAAD VAN ALKMAAR. ss£ Sïzc vrijgesteld van re e" VORS ICOBRA De bouw van een nieuw Gymnasium. het Werkfonds in principe be- Aangezien het feouw van een reid is aan Alkma crediet te verleenen den bouw geen tusschenkomst schreven en QVer het bouwplan over- van het Werk den Rjjksgebouwen- leg wordt WPle w voor in beginsel te dienst, stalen van een leenings- tieve beshssmg t.o^edr^ der leening zal ning en van h dra aan den raad zullen worden «en0"ien' uitgewerkte plannen met de? gemeentewerken opdracht tot het ont weren d* P*SÏSSdn. komt uSmering uit het Werkloosheids- meening van nei 4 ton en 86Moei'de raad'zich neerleggen bij de voor wande van het Werkfonds? Regeert hier de S of het Werkfonds? De raad erkent dat er natuurschoon verloren gaat, vereenigt zich daarmede, mits er een mooi gebouw komt. De heer Stoutjesdyk onderschreef dit betoog en bleef de plaats ongeschikt oor- hooge eischen mocht stellen en dat het be zwaar maakte tegen f 5000 voor een prys- SprOBten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutol. Bij alle Drogisten. Glimlachje 2 (Vervolg) nieuw Gyn^asi jer v00rwaarde dat voor van 263000.-onder beslUiteLmst met d!n Staat der Neder- overeenkomst m bouw van een a» B. «n W. «- V B1" en ZTSXStt- directeur h^^^Keiispe"/oordeelde een motivee ring6 Som geen prijsvraag noodig was geweest, zeker noodii&o d dat het col- Dew raad niet gemakkelijk maakt. H? We telS deel van den Bergerhout wordt He V tnt nadeel van de bewoners. De eCn ,1 dat eï aan den Bergerhout niets JSÏÏS,'*be"rra I. vanitateme^ la" zienswijze. Wat gebeurt, geschiedt omdat men krap t» het en W. een pnseraaj m de 0°k°''l™„ tet WMonds steunt. AUerlei grr»«i «rk» bekomst niet JS1'walen, gezien de «tehuiving op het hndcet door het rijk. 8Tne D n Haag iaa.t een gunstige wind In „itvoeren van groot werk en laten r„ f rbk n^ meer werk aanbieden. Een WU b S 6^ton kost en het geld voor moedern wel leenen van het een tunnel wdhet toch niet terug S Alkmaar .«hans de ^OT°zïvoSoï'ded'biilage stemmen. SilÏÏ raag wen«ht en wild. zoo hjfïï?dZe0OSa?sege?oegen nemen'. Op een hij met a F M aandnngen. Ven me k e r was van een bedrag «fifooo geschrokken. Wanneer naar het SiJSrrr5-r d„ architect niet betaald kan worden, krijgen wy het bedrag kwijt gescholden. Geldt dit ook voor een vol- Mag men dit aan één man overlaten Snr wil als een prijsvraag niet mogelijk is een meervoudige opdracht De gemeente- archJect kan dan het gekozen project uit voeren^ ook meedingen in de meervoudige opdracht. Voor de stichting van een dergelyk gebouw is het toch wel wenschelyk meer dere objecten onder het oog te krijgen- deDenheer Grondsma had met verwon derd den heer v. d. Vall hooren spreken overheen gave. Zoodra wij in staat zyn te be talen moeten wij dit. Wij blijven onder een baMrer«?Groot herinnerde aan de vorige besprekingen, waarbij naar voren kwam, dat bet Werkfonds oordeelde dat Alkmaar geen vraag. Spr. had ook prijs gesteld op een. prijsvraag, maar wilde daarvoor het gymna sium niet in gevaar brengen. De financ.eele kant van de zaak werd ook door spr. bespro ken, die oordeelde, dat men het rijk voor de faciliteit zeer dankbaar moest zyn. Hy drong op aanneming van de bijlage aan. De voorzitter herinnerde aan de stichting van het Werkfonds. Dit was ge sticht om verschillende gemeenten in staat te stellen werken uit te voeren. Het was een lichtstraal voor Alkmaar om daardoor in de werkloosheid en objecten te kunnen voorzien. Spr. noemde het politiebureau en de Kru- seman van Eltenstraat. De raad sprak den wensch uit, dat het daarbij niet zou blijven. Aanvankelijk wilde het Werkfonds op schuiving van het geleende bedrag. De ge leende schuld bleef op de gemeenten rusten. Thans neemt het Werkfonds 'n nieuw stand punt in. Het kijkt nu ook naar de waarde van de objecten en de streekvoordeelen. Spr. dacht aan het tunnelplan en de Frieschebrug en hy hoopte, dat Alkmaar en omgeving nog veel by het werkfonds zal kunnen bereiken. Ten aanzien van het Gymnasium besloot de raad tot den Bergerhout. De raad voelde wel voor een prijsvraag. B. en W. deelden 't enthousiasme niet, maar wendden zich toch royaal tot het Werkfonds. De bemerkingen van het Werkfonds zyn bij den raad bekend. Het wil geen prijsvraag en de motieven zijn, dat men van meening is, dat de kosten door 'n prijsvraag belangrijk hooger zullen worden en dat stagnatie in de uitvoering het gevolg er van zal zijn en ten derde stelt het Werk fonds zich op het standpunt, dat ons bureau van gemeentewerken voldoende in staat is om, onder toezicht van den rijksgebouwen dienst, iets goeds te maken. Het Werkfonds vroeg een globaal bedrag. Dit was voor B. en W. moeilijk, maar B. en W. pleegden overleg met den minister van Onderwijs en het Werkfonds over de eischen die gesteld worden uit een oogpunt van on- derwijsbelang. Daarna werd den directeur opgedragen een begrooting voor een globale raming te maken. Het Werkfonds zegt echter, dat het bedrag niet mag worden overschreden. De kans be staat, dat het bedrag lager zal zijn. Er is geen rekening gehouden met hetgeen van het oude gymnasium gebruikt kan worden, maar in de 263.000 zit een volledige in richting. Thans is alleen rekening gehouden met een annuïteit en als wy vry worden gesteld, is elk jaar het aflossingsbestanddeel cadeau gegeven. Spr. besloot, dat het mogelijk is, dat men zoo het gebouw cadeau krijgt, al oordeelt hy, dat men moet hopen, dat dit niet het geval is, want dan zijn wy in betere tijden. Dan is het echter nog niet uitgesloten, dat wij een groot deel cadeau krijgen. Ook het verleenen van een eenvoudige opdracht zal bezwaren opleveren, met het oog op de kosten. Ook daarvan vreest spr. tydsverlies. Met nadruk drong spr. op aanneming van de bijlage aan, zyn groote erkentelijkheid aan de regeering uitsprekende voor de wel willendheid een dergelijk groot bedrag be schikbaar te stellen. Weth. v. Slingerland zeide nog aan te nemen, dat ook volgende regeeringen aan de overeenkomst gebonden zullen zijn, om dat de overeenkomst met den Staat der Nederlanden wordt gesloten. Conform het voorstel werd hierop be sloten. Beroep tegen weigering van bouwvergunning. Het bouwbedrijf gebr. Schoonewil en C. Jonker verkreeg vergunning voor den bouw van drie woningen aan den Berger- weg en drie aan de Nicolaas Beetskade. Later verzocht kooper op den hoek van den Bergerweg en de Nicolfas Beetskade ten dienste van een slagerij inplaats van een woning een winkelhuis te mogen bouwen. B. en W. hadden op dit verzoek afwij zend beschkt, waarom aan den raad ver zocht werd de gevraagde toestemming te verleenen. De heer v. d. Vall had in deze bylage met genoegen den wethouder als caricaturist ontmoet Er moet eindelijk eens ordening komen, maar toch heeft spr. bezwaar tegen de wijze, waarop deze zaak is behandeld. Er is geen sprake, van, dat er door de stichting een slagerij bij zou komen. Het geldt hier een verplaatsing van een zaak en daarbij speelt de vestigingswet geen rol. B. en W. hadden dus beter gedaan om zich op het aesthetische te beroepen. Gelet op het groote kwartier is daar zeker behoefte aan een slagery. Spr. oor deelde dan ook, dat men van zijn woorden in de bylage een caricatuur had gemaakt. Spr. meende, dat door de te stichten slagery de schoonheid van de wijk niet geschaad wordt. De heer Woldendorp bestreed even eens het beroep van B. en W. op de vesti gingswet. De heer Stoutjesdyk was het met den heer v. d. Vall eens. Hy oordeelde, dat in de wijk behoefte is aan een slagery, al had hy tegen het punt wel bezwaar, omdat er achter maar 2 M. grond is. Spr. was overtuigd, dat de bewoners hinder zullen ondervinden en zou op grond van dit motief voor de bijlage stemmen. Weth. Klaver antwoordde, dat het col lege over dit geval denkt als de heer Stoutjesdijk. Spr. citeerde den heer v. d. Vall en betoogde, dat B. en W. den door hem ge geven wijzen raad hebben gevolgd. Spr. oordeelde, dat men ook rekening moet houden met de omwonenden, die op rustige woonhuizen hebben gerekend en die men niet moet verrassen met een slagerij of een bedrijf. Dit is het hoofdmotief van de weigering. De weigering zegt niet, dat er in de om geving geen slagery of winkel mag komen. Het gaat echter om het punt, zooals de heer Stoutjesdyk het zeide. Conform het voorstel werd hierop be sloten. De gemeente procedeert tegen de provincie. In bijlage 59, die wij in extenso Maandag publiceerden, stellen B. en W. voor, met de provincie, behoudens goedkeuring van de Kroon, een rechtsgeding te voeren, om daardoor uit te maken of het Provinciaal electrisch bedrijf al of niet verplicht is de gemeente als gegadigde voor stroomafname te erkennen. B. en W. zyn van oordeel, dat dit op grond van de overeenkomst wel het geval is en hopen langs dezen weg het G. E. B. voor de gemeente te behouden. Voor dit punt ging de raad in geheime zitting. Na heropening deelde wethouder Bon- sema mede, dat de Vereeniging van Dis tributiebedrijven ook financieele hulp wilde verleenen. De heer Grondsma wilde arbitrale op lossing, De heer Appel oordeelde, gezien het standpunt van de regeering, dat de burger lijke rechter geen anderen uitleg zal geven aan art. 4, toch zou hy medewerken. Met de stem van den heer Grondsma tegen werd conform het voorstel besloten. De economische positie van de gemeente. Voorgesteld werd het rapport van den directeur van den Economisch-Techno- logischen Dienst voor Noordholland, over de verbetering van de economische positie van Alkmaar in handen van B. en W. te stellen om daarop acht te slaan zoo dik wijls het gemeentebelang zulks vordert. De heer Venneker oordeelde het rap port wat sober. Spr. oordeelde, dat ver schillende vragen niet zyn beantwoord en gaf een opsomming van die vragen. De heer v. D run en zeide, dat het slot van de bylage hem deed denken aan de woorden in de A. C. van 1865, waarin de kwestie van meer industrieterrein door mr. Cohen Stuart werd besproken, die het bij het rechte eind had gehad. Het terrein moet nu eens voor elkander worden gebracht. Een behoorlijk haventerrein is noodig, anders zijn wy over 80 jaar nog even ver. Wy moeten ons niet afhankelijk blijven stellen van de buitengemeenten, maar zorgen, dat de industrie hier zoo spoedig mogelijk komt. Spr. vroeg toezegging van medewerking in deze richting. De heer Woldendor p vroeg of het juist is of de arbeidsbemiddeling beschikt, over de gegevens van de geschoolde arbei ders. Spr. oordeelde dit niet het geval. De heer Sietsma had den indruk ge kregen. dat men ernstig voornemens is het industrieterrein bouwrijp te maken. Hij vroeg wat B. en W. denken te doen. Spr. vroeg voorts, wat voor klachten het rapport bedoelt. Verder wil het rapport een com missie boven de afzonderlijke bedrijven. Wat wordt daarmede bedoelt en wat be doelt men met de enquêtte onder de werk lieden? De voorzitter antwoordde, dat B. en W. de bedoeling hebben den raad met het rapport in kennis te stellen, maar zij hebben geen positieve voorstellen gedaan, omdat eerst de commissies gehoord moeten worden. Weth. Klaver zei, dat het industrie terrein in de commissie van het grondbedrijf is besproken. Het kan een dure historie worden. Hoe denkt men de financieele regeling van een klaar gemaakt terrein, dat jaren werk loos gaat liggen? Als in andere gemeenten gegadigden voor industrie zich tot gemeen ten wenden, dan worden gronden tegen cul tuurwaarde aangeboden en daaraan kan hier niet gedacht worden. Hier moet veel werk verricht worden, zoodat wij tot bouwgrond- waarde naderen. Het geldt voor het terrein achter het woonwagenpark. Bij uitvoering van het havenplan staat het anders, maar toch wordt daar ook de prijs hooger dan cul tuurwaarde. Spr. achtte het niet uitgesloten, dat het havenplan de voorkeur verdient boven het gereedmaken van industrieterrein. Het on derwerp heeft de volle aandacht van het college. Het grondbedrijf zal echter een hartig woordje hebben mede te spreken. De heer Venneker wees er op, dat de markten minder worden. Herhaaldelijk zijn er personen geweest die industrieterreinen willen en het is dus de taak van de gemeen te die terreinen in orde te maken. Spr. hoopte, dat dit binnen niet te langen tyd zal geschieden. Ten aanzien van het vliegveld te Bergen is gebleken, dat het noodige contact tusschen den directeur van G.W. en B. en W. er niet was. De heer Sietsma oordeelde, dat de wethoudere zijn vragen onbeantwoord had gelaten. Hy verzocht toezegging, dat die zaken zullen worden onderzocht. De heer Grondsma oordeelde, dat wy gelijk staan met andere gemeenten, wat de grondwerken betreft. Weth. v. Slin gerland zeide, dat een onderzoek gewenscht is naar de vakbe kwaamheid voor bepaalde industrieën. Weth. Klaver vond een vergelijking met de bouwterreinen, die in Alkmaar cou rant zijn. niet juist. Spr. ziet wel toekomst voor een haventerrein, als Zaandam bouwde. Conform het voorstel werd besloten. Verandering Poortgebouw Begraafplaats. Aan de orde was hierop het voorstel van B. en W. tot verandering van het poortge bouw der algemeene begraafplaats. Dit voorstel stuitte in vorige vergaderingen steeds dermate op verzet van mr. Leesberg dat steeds tot aanhouding werd besloten. Hierbij kwam thans in behandeling de ingekomen verzoeken van den heer J. H. Groot te Benningbroek en dat van het be stuur van de Associatie voor Lijkbezorging te Alkmaar. Mr. Leesberg verzocht aanhouding, waartoe werd besloten. Sluiting Kappersbedryven. Voorgesteld werd het verzoek van het bestuur van den Nederlandschen Kappers- bond om een verordening vast te stellen betreffende de sluiting van barbiers- en kapperssalons op Dinsdagmiddag na één uur, af te wyzen. De heer V enneker verwonderde zich over de conclusie van B. en W. Spr. verwees naar het oordeel van de Arbeidsinspectie en uitte den wensch, dat de zaak niet geheel van de baan was, door aanneming van de bylage. De heer v. D r u n e n wees er op, wat de bedrijfsraad voor gemeentelijke verordenin gen in deze is. Men kan niet wachten op het college, dat wil wachten tot de organisaties het eens zijn. Blijft het huidige R.K. Kap- persbestuur, dan komt er nooit geen overeen stemming. Spr. wilde, dat het college het initiatief neemt voor een regeling. De kwestie van de sluiting is toch van veel be lang. De meerderheid moet het recht hebben de wenschen vervuld te krygen. Herhaalde lijk wordt de werktyd overtreden. Een voor aanstaand r.k. kapper gaat er prat op na half elf nog personen in zijn salon te heb ben, die nog gekapt moeten worden, Spr. zal tegen de bijlage stemmen. De heer Grondsma onderschreef het betoog van den heer v. Drunen en oordeel de, dat er een regeeling moet komen, om een einde aan de beunhazerij te maken. De heer K e ij s p e r oordeelde, dat de beunhazerij juist vergroot wordt door een middagsluiting op Dinsdag. Purmerend heef: een middagsluiting gehad, doch die weer opgeheven. Spr. wilde rekening houden met de organisaties en niet met de individueele verklaringen. Verschillende kappers betreu ren het, als de regeling tot stand kwam. De heer Grondsma wilde rekening houden met de kappers, georganiseerd of niet georganiseerd. De heer v. d. V a 1 1 bestreed het betoog van den heer Keysper en betoogde, dat er momenten zijn, dat men menschen tegen zich zelf in bescherming moet nemen. Dit was ook het geval met de wet op het ar beidscontract. Spr. verzocht de voordracht terug te nemen. Als de voordracht verworpen wordt, dan willen de tegenstemmers, dat er wel een regeling komt. De voorzitter zegde toe, dat de zaak in de commissie weer aan de orde komt, als de bylage verworpen wordt. Dit was met 12 tegen 7 voor het geval. Voor stemden de heeren Keysper, Leesberg, Klaver, Raat, de Groot, Govers en v. Slin gerland. Hierna ahiitftg. s £atuU en JumBoum WERKZAAMHEDEN FRUITTEELT- DEMONSTRATTEBEDRIJF. Verslag van het fruitteelt-demonstratie- bedrijf van den Economisch-tochnologi- schen dienst der provincie Noordholland te Schellinkhout. In de afgeloopen maand werd op beide bedrijven de snoei beëindigd en het snoei- hout voor een groot gedeelte opgeruimd. Er werd tegen spintaantasting gespoten met minerale olie. Een klein gedeelte der struiken werd bespoten met U/9 pCt. Bor- deausche pap, hetgeen vóór den bloei nog eens gedaan zal worden. De zwarte bessen werden, voor zoover noodig, bespoten met 8 pCt. Californische pap tegen den rondknop. Op het nieuwe bedrijf werd een aanvang gemaakt met de regelmatige grondbewer king met het oog op een goede onkruidbe- stryding. Hiervoor werd een Planet Jr.-mo- torcultivator in dienst gesteld, welke een zeer groot gedeelte van den grond kan be werken. In den loop van April moeten appel en peer vóór den bloei bespoten worden met 1X pCt. Bordeausche pap. Op het oude be drijf moet de grond bewerkt worden, voor zoover mogelyk met de cultivator. Verder zal worden gespit De man, die gewed had, dat hij in een roeiboot den Atlantischen Oceaan zou oversteken! ONS DRUKWERK ziet er ALTIJD goed uit! DRUKKERIJ COSTER. ALKMAARSCHE COURANT. TEL. 3320 Seuilleton Door MARK CHANNING Ned. bewerking door MARlü |de belmonte 23) Weer was het zaak zich ter wille van de voorzichtigheid te onderwerpen. De En- gelschman bukte zich en nam de kettingen, die aan zyn beenen vastzaten, op en ze in de hand houdend, vergezelde hy den Hin doe, die hem een nauw poortje in een der hoeken van de binnenplaats liet binnen gaan. „Loop voor", beval een der Hindoes, wier geweren op zijn rug gericht waren. Hooren en gehoorzamen was één. Gray daalde langzaam een steile, steenen trap met uitgesleten treden af. De cipier, die hem voorging, droeg een groote fakkel, by wier schijnsel beneden een ander laag deurtje te zien was. „Doe open, Ram Dass", riep een der man nen. Aan de binnenzijde werd de deur ge opend en een gedaante, die aan een aap deed denken, doemde uit het duister op, om terstond weer in te verdwijnen. Een afschuwelijke stank van dierlijke uitwerpselen deed Gray walgen. Een dof gebrom en gebrul in de verte vervulden de bedorven atmosfeer. Met groote tusschenruimten zaten in den muur van de met tegels bevloerde gang kleine petroleumlampjes vast; de vettige walm klom in dichte spiralen omhoog, die een loofwerk van zwart roet op plafond en richels teekenden. Ten laatste belandden gevangene en escorte in een klein rond zaaltje, ongeveer 15 voet middellijn. Van daar uit liepen, als de spaken van een wiel, zes gangen, gelijk aan die, welke ze juist doorgegaan waren. „Welken kant op?" informeerde Gray, stilstaande achter den cipier en zonder acht te slaan op de beide op hem gerichte geweerloopen. De man met de fakkel keerde zich wel om, maar bleef zwijgen. „Beleefd zyn kost niets, waarde vriend", zei streng Gray, „Spreek, waar gaan we heen?" „Hoe moet iemand, die geen tong heeft, spreken", was het onvriendelijke bescheid van een der Lewakers. „Vooruit!" Op eenige meters afstand ontwaarde Gray in het dansende roode licht van de fakkel een keldergat, ongeveer twee voet in het vierkant, voorzien van dikke tralies. Toen ze op de hoogte ervan gekomen waren, scheurde een rauwe kreet, voortge bracht door een beverige stem, door de lucht. Achter die tralies staarden twee doffe oogen, zonder oogappels in een vaal gezicht, omlijst door een vuile klis van ge plakte grauwe haren. De man was blind. Gray bleef stokstijf staan. De aangrij pende afschuw van het lijkkleurige gezicht deed hem besluiten niet verder te gaan. „Ik verzet geen voet meer", verklaarde hij. Terwijl de Engelschman de uitdaging, die sombere echo's opriep, wegslingerde, waren al zijn spieren gespannen voor een oogenblikkelyk gevecht. „Dat is ook niet noodig", repliceerde bru taal de langste der bewakers, die intus- schen een soortgelijk keldergat had open geduwd. „Dit is je nieuw verblijf". „Vriendelijke groet aan mijn buurman!" kryschte de blinde met hooge overslaande stem. Een hand gelijk aan een klauw kwam tusschen de tralies door, om die van den Britschen officier te drukken. Een koude rilling liep Gray over den rug: dat wezen sprak Engelsch „Wie is u?" vroeg hy beklemd. „Een krankzinnige fakir", viel de bewa ker in de rede. „Ga binnen. En jij stil", te gen den ongelukkige. Opnieuw verhief zich de verontwaardig de stem van Gray, luid weergalmend in het onderaardsch gewelf. En zijn overwicht op de mannen was groot genoeg om ze te doen zwijgen. De fakkel schudde. „Simla heeft nooit geschreven", mom pelde de blinde na een waanzinnigen lach. Gray werd in allerijl in het cachot ge duwd en het deurtje dicht geklapt. Gren dels werden verschoven, een sleutel knars te in een roestig hangslot en de stappen van cipier en escorte verwijderen zich. Thans herhaalde de krankzinnige in het oneindige het woord „Simla". Ook enkele andere verstaanbare woorden wist hy uit te brengen. Maar over het geheel was het brabbeltaal zonder zin of beteekenis. Gray had zijn kaken zoo vast op elkaar geklemd, dat ze er pijn van deden: daar vlak naast hem zat kapitein George Ian Galbraith bijgenaamd Gigs die eenmaal behoord had tot het X regiment en later tot den „Geheimen Dienst", de achtste, die gezon den was om den „Man met den Sluier" te vinden, en hy zelf, majoor Colin Gray, rid der van het Victoriakruis, was de negende. HOOFDSTUK XIII. De List. Na het vertrek van Jaffir, den bewaker van den harem, bleven Chirine en Diana nog een oogeoblik zwijgend naast elkaar zitten, zonder acht te slaan op Gulbundun, die als gewoonlijk vroolyk babbelde. De Perzische, die haar prille jeugd had doorgebracht temidden van vrouwen, voor wie intrigeeren een eerste levensbehoefte is, bedacht, nu ze de eerste vlaag van ja loezie te boven was, de onzinnigste planne tjes, om het onderhoud van Diana met Alam Khan uit te stellen. Haar donkere oogen zagen nog donker der; haar smalle handen rustten werkloos op haar schoot. Een gouden kistje met kristallen flacons, die reukwerken bevatten, welke zij als tijd verdrijf het één na het ander op den top van één harer koele vingers geprobeerd had, stond versmaad op een tabouret naast haar. Drie der stoppen waren verwijderd en een drukkende geur van narcis, roos en jasmijn vervulde de lucht. Diana Lindsay overlegde in stilte hoe lang 't zou duren voor ze stierf, nadat ze het vergif, dat Chirine haar beloofd had had ingenomen. 1 „Chirine, de koopman in zyden stoffel» is er weer", merkte Gulbundun op, terwijl ze de lievelingshinde van de Perzische naar zich toe trok en suikergoed voerde. „Hy heeft een rol zijde bij zich van perziken- kleur en van zoo'n mooie kwaliteit en zoo soepel, als ik ze nooit gezien hebGeef je me die?" Chirine staarde het meisje peinzend aan. De koopman in zijden stoffen!? Zou die ook kunnen helpen? Ze kende hem wel: een man met slimme oogen, die dikwijls in den harem van den Cobra zijn stoffen kwam verkoopen. „Ik wil wel een zijden karpet van hem koopen, altijd als hij er één bij zich heeft", zei ze bedaard. De klassieke manier om uit een harem te ontsnappen of er zich in te smokkelen, gerold in een tapijt, kwam haar in den zin. Gulbundun schudde ontkennend haar hoofdje. „Hij heeft alleen maar zyden stoffen. Zijde van allerlei kleur. Koop je voor mij die rol van de perziken-kleur, ja Chirine?" „Ja, ja dat is goed", antwoordde Chirine afgetrokken. Gulbundun maakte haar slanke vingers los uit de omstrengeling van den hals van het hertje, dat ze wegduwde. „En het Engelsche meisje moet een jurk hebben van rose gaas Het gulden kopje voorover gebogen, keek ze schuin met kritischen blik naar de wel gevormde gestalte van Diana. Maar het kleedingvraagstuk liet ze al gauw varen om uit te vinden, waarom de beide ande ren toch zoo stilzwijgend waren. „Vertel 's waaraan jullie denkt?" vorder de ze met kinderlijke heerschzucht. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 6