dagblad voor alkmaar en omstreken. Engelsch-ltaliaansche overeenkomst geteekend. Vijf jonge mannen jammerlijk verdronken. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. TeleL 3320, redactie 3330. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 140e Jaargang Plechtigheid in het Palazzo Chigi te Rome. Zaterdagavond om half zeven hebben de Itaiiaansche en Brit- sche vertegenwoordigers van beide landen in het Pa!azzo Chigi de Britsch-ltaliaansche overeen komst geteekend, welke de be trekkingen in de Middellandsche Zee en de verdeeüng van in vloedsferen rege t. De onderteekening geschiedde voor Italië door den minister van buitenlandsche zaken Ciano en voor Engeland door den ambassa deur te Londen, lord Perth. De plechtigheid werd bijgewoond door Dino Altieri, den Italiaan- schen minister van cultuur en door vele andere hooge ambtenaren van het Paiazzo Chigi en leden van de critsche ambassade. Na de onderteekening hebben Chamberlain en Mussolini te egraiische hartelijkheden gewisseld. De overeenkomst een feit. algemeene toestand. Auto reed te water en slechts twee inzittenden werden gered. Bestuurder reed recht op een sloot aan. ALKMAARSCHE COURANT N°' 91 Pit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK, Mussolini. Zooals men wist, zou Zaterdagavond de plechtige onderteekening van het tusschen Italië en Engeland gemaakte accoord plaats vinden. Inderdaad is zulks op het vastgestelde tijdstip ge schied en onmiddellijk daarna heeft men de wereld met den inhoud van de overeenkomst in kennis gesteld. Het blijkt thans inderdaad en reeds werd het van Engelsche zijde eenige dagen geleden medegedeeld dat de overeenkomst bestaat uit een protocol met aangehechte oorkonden, de brief wisseling en een overeenkomst over goede nabuurschap. In het protocol wordt vastgelegd, dat beide regeeringen de Britsch-ltaliaansche betrekkingen willen plaatsen op een hech te, duurzame basis en willen bijdragen tot de algemeene zaak des vredes en der veiligheid, weshalve zij besloten hebben besprekingen te openen, teneinde te komen tot een accoord over de kwestie der we- derzijdsche bezorgdheid. Het bepaalt, dat de aangehechte oorkonden van kracht zullen worden op een gezamenlijk door beide regeeringen vast te stellen datum. Voorts verklaart het protocol, dat, zoodra de oorkonden in werking treden, onder handelingen geopend zullen wo;den (de Egyptische regeering zal worden uitgenoo- d:gd daaraan deel te nemen, voorzoover zij daarbij betrokken is), met het oog op een definitief acoord over de grenzen tusschen den Soedan, Kenya, Britsch So- maliland en Italiaansch Oost-Afrika, be nevens over zekere andere aangelegen heden zooals de betrekkingen tusschen die gebieden, voor zoo ver zij den handel in- fluenceeren. Aan het protocol zijn acht oorkonden gehecht: 1. De Britsch-Itaiiaansche verklaring van 2 Januari 1937 betreffende de Middel landsche Zee en de uitwisseling der nota's van 31 December 1936 betreffende de sta tus quo in het Westen der Middellandsche Zee worden bevestigd. 2. De beide partijen komen overeen periodiek inlichtingen uit te wisselen over de groote toekomstige administratieve be wegingen of herverdeeiing van de gewa pende macht in haar overzeesche gebieden in of grenzende aan de Middellandsche Zee, de Golf van Aden en in Egypte, den Soedan, Italiaansch Oost-Afrika, Britsch Somaliland, Kenya, Oeganda, het Noorde lijk deel van Tanganyika. Ook komen beide partijen overeen elkander te voren op de hoogte te brengen van iedere beslissing ten opzichte van het inrichten van nieuwe vloot- en luchtba. es in de Middellandsche Zee ten Oosten van den negentienden graad Oosterlengte en in de Roode Zee of de toegangen daartoe. 3. Een omvangrijke overeenkomst be treffende zekere streken in het z.g. Mid den-Oosten. Beide partijen verplichten zichzelve de onaantastbaarheid en onafhankelijkheid van Saoedisch Arabië en Yemen te eer biedigen. Zij komen overeen, dat het een gemeenschappelijk belang is, dat geen andere mogendheid ingrijpt ir. de onafhan kelijkheid en onaantastbaarheid van die landen. De overeenkomst heeft ook be trekking op zekere eilanden in de Roode Zee en geeft opheldering en regeling van de betrekkingen tusschen Groot-Britannië en Italië ten aanzien van zekere gebieden in Zuid-Arabië, die lang onder Britsche protectie hebben gestaan, in het bijzonder Aden, waar zekere rechten voor Italië gewaarborgd worden. 4. De beide mogendheden verklaren, dat zij geen gebruik zullen m->ken van de publiciteits- of propaganda 'elen, die te harer beschikking staan elkanders wederzijdsche belangen te s. ..aden. 5. De Itaiiaansche -egeering bevestigt haar vroegere verzekeringen, volgens welke zij zich volkomen bewust is van haar verplichtingen jegens het Vereenigde Koninkrijk ten aanzien van het Tana- meer. De Egyptische regeering is deelge noot van deze verklaring. 6. De Itaiiaansche regeering bevestigt de verzekering, dat de inboorlingen van Italiaansch Oost-Afrika niet mogen wor den gedwongen militaire plichten op zich te nemen, behalve plaatselijke politiedien sten en verdediging van het gebied. 7. De Itaiiaansche regeering geeft een plechtige belofte ten opzichte van de vrije uitoefening van godsdienst door Britsche onderd men in Italiaansch Oost-Afrika en de behandeling van Britsche godsdienstige lichamen op dit gebied. 8. Elk der beidt partijen bevestigt het voornemen zich te houden aan de conven tie van 29 October 1888, welke voor altijd en voor alle mogendheden het vrije ge bruik waarborgt van het Suezkanaal. De Egyptische regeering is bij deze verklaring aangesloten. De briefwisseling. In de bij de overeenkomst opge nomen briefwisseling verklaart de Itaiiaansche regeering, dat zij beve len heeft gegeven tot vermindering van de Itaiiaansche troepenmacht in Libye waartoe de terugtrekking van troepen reeds is begonnen met af dee lingen van 1000 man, waarmede voort gegaan zal worden tot de sterkte voor vredestijd is bereikt. Dit zal een vermindering vormen met niet min der dan de helft van de troepenmacht, die zich in Libye bevond, toen de onderhandelingen werden geopend. Italië geeft verder het voornemen te keninen toe te treden tot het Londensche vlootverdrag van 1936, zoodra de aan het protocol gehechte documenten van kracht zijn geworden, en intusschen op te treden in overeenstemming met de bepalingen van het verdrag. Alkmaar, 19 April. Rome en Londen zijn het eens geworden en hebben een overeenkomst gesloten, waar door het mogelijk is geworden, dat de on rust in de Middellandsche Zee voorloopig 'n einde heeft genomen. En nu moeten Rome en Parijs het eens worden! In het eerste geval zocht Londen contact, in het tweede geval gaat Parijs contact zoe ken. Wat zal Mussolini zich gestreeld voe len, nu men bij hem komt! Wat het aanstaande contact tusschen Parijs en Rome betreft Havas weet mede te dee- len, dat de volgende kwesties ter sprake zui len worden gebracht: 1. Tang er: de nieuwe bevestiging van het'recht van Italië op gelijkheid met Frank rijk en Groot-Brittannië in de internationale zone. 2. Tunis: de bevestiging der overeen komst van 1896, waarbij den Italiaanschen burgers bescherming wordt verleend. 3. Betrekkingen van goede nabuurschap tusschen Lybië en Tunis. 4. Regeling der grens tusschen Fransch So- malieland en Abessinië. 5. Herziening der overeenkomst van 1936 waarbij Italië 2500 aandeelen van de 34.0UU verkreeg in de spoorlijn van Djiboeti naar Addis-Abeba. 6. Samenwerking in het achterland van Lybië. 7. De positie der Itaiiaansche emigranten in Frankrijk. 8. Het anti-fascistische optreden en de pro paganda der Itaiiaansche politieke uitgewe kenen in Frankrijk. 9. Uitwisseling van militaire inlichtingen betreffende de versterkingen der beide lan den aan de Middellandsche Zee. 10. Ontwikkeling der handelsbetrekkingen tusschen de continentale- en de koloniale ge bieden in Afrika. 11. De kwestie der vlootsterkten. De Daily Mail voegt hieraan toe, dat een overeenkomst gebaseerd zal worden op een protocol, dat het vitale belang erkent van Frankrijk en Italië bij een vrijen doortocht door de Middellandsche Zee. tl v De geheele Itaiiaansche pers heeft Zondag naar aanleiding van bovenstaand Havas-be- richt een correspondentie uit Parijs gepubli ceerd van den volgenden inhoud: ,De officieuze nota, welke Havas heeft ge publiceerd over de algemeene richtlijnen en over de procedure, waardoor de Fransche regeering zich zal laten leiden, voor zij ertoe besluit een nieuwen ambassadeur bij Z.M. den koning van Italië en keizer van Ethiopië te accrediteeren, heeft in politieke en diplo matieke kringen te Parijs sterken indruk ge maakt en tot veel commentaar aanleiding ge geven. Een golf van mondelinge en litterai re vriendschapsbetuigingen en pogingen tot toenadering tot Italië, zijn overal, evenals 't lawaai van de theoretische pogingen, druk te oefenen om de door de politiek van het volksfront veroorzaakte diplomatiek ongun stige stemming uit den weg te ruimen, met voorzichtigheid en met gemotiveerde terug houdendheid opgenomen. Men heeft deze uitlatingen opgevat als een teeken van een veel te plotselinge verandering in de poli tieke lijn van de Fransche regeering. Niet tegenstaande deze terughoudendheid heeft de manier, waarop men deze zoo duidelijke problemen zou willen aanpakken, als een plotselinge koude douche op alle enthousias me «Sb alle hoop gewerkt. Men komt inderdaad tot de conclusie dat men moeilijk kan aannemen, dat Italië het Fransche standpunt zal willen en kun nen deelen door zich bereid te verklaren de zending van een ambassadeur naar Rome met een gewonen geloofsbrief afhankelijk te maken van het onderzoek van toestanden en problemen, welke met den titel, die Z.M. den koning van Italië toekomt, niets te ma ken heeft. Men voegt hieraan toe, dat over eenkomstig het internationale recht en over eenkomstig de diplomatieke gebruiken de eisch op zijn minst merkwaardig en vreemd geormuleerd schijnt, omdat men n.1. alvo rens een discussie van de belangen en mee- ningsverschillen te beginnen, reeds de wis seling van visitekaartjes wil voorbehouden tot na de oplossing der problemen. Het pre cedent van de besprekingen met Engeland, dat geenszins het Fransche standpunt onder steunt, bewijst, naar men overigens aan neemt, juist het tegendeel, omdat Chamber lain, bezield met een gezonden en practischen zin voor de werkelijkheid, er nooit aan ge dacht heeft vóór de onderhandelingen met Italië iets te eischen, doch bewezen heeft, dat men tot oplossing van een toestand, wel ke zich dreigde te kristalliseeren, voor alles een eind moet maken aan het ressentiment en aan het gekibbel en dat men de betrek kingen van de beide landen op een nieuw en hoog plan moet construeeren, dat over eenkomt met de op het spel staande belan gen en de eischen van het oogenblik. In Fransche politieke kringen is men de opvatting toegedaan, dat de officieuze nota eerder een stilstand dan een vooruitgang in het gewenschte proces van ontspanning met Italië vormt. De vrijwilligers in Spanje. De Itaiiaansche regeering bevestigt tevens de Britsche formule te aanvaarden betreffende de verhoudingsgewijze terug trekking der buitenlandsche vrijwilligers uit Spanj e en neemt op zich deze te rugtrekking toe te passen op het oogen blik en volgens de voorwaarden, die vastgesteld zullen worden door de niet- inmengingscommissie op den grondslag dier formule. Wanneer echter deze terug trekking niet voltooid is bij de beëindi ging van den burgeroorlog, zullen alle overblijvende Itaiiaansche vrijwilligers terstond het Spaansche grondgebied ver laten en zal het Itaiiaansche oorlogsmate riaal tegelijkertijd worden teruggetrokken. De Itaiiaansche regeering ver klaart, dat Italië geen territoriale of politieke doeleinden heeft, geen be voorrechte positie nastreeft in of ten opzichte van Spanje, de Balearen, de Spaansche overzeesche bezittingen of Spaansch Marokko, tn niet voorne mens is gewapende troepen in die ge bieden te houden. Nota nemende van deze verzekeringen betreffende de Itaiiaansche politiek ten opzichte van Spanje, maakt de Britsche regeering gebruik van de gelegenheid om te herhalen, dat zij een regeling der Spaansche kwestie beschouwt als eerste vereischte voor het van kracht worden van de Britsch-ltaliaansche overeenkomst. Wat Abessinië betreft, is Engeland voornemens om, in den wensch de hinder palen uit den weg te ruimen, die de sla ten-leden van den Volkenbond kunnen belemmeren ten opzichte van de erken ning der Itaiiaansche solvereiniteit over Abessinië, stapper, te doen in de a.s. bij eenkomst van den Volkenbondsraad tot opheldering van de positie der staten leden in dit opzicht. Het accoord betreffende de goede na buurschap, waarbij Egypte deelgenoot is ten aanzien van den Soedan, geldt voor de periode tusschen den datum van de on derteekening der hoofdovereenkomst en de voltooiing van de onderhandelingen be treffende specifieke Oost-Afrikaansche aangelegenheden, waarnaar in het proto col is verwezen. Dit accoord zal derhalve voorzien in samenwerking met het oog op een voorkoming van ontduiking der wetten tegen de slavernij in de resp. ge bieden of indienstneming van onderdanen der eene partij in militaire formaties van inboorlingen der andere partij. De Egyp tische regeering is deelgenoot de/ei ver klaring. Telegramwisseling. Onmiddellijk na de onderteekening der overeenkomst heeft Chamberlain een telegram gezonden aan Mussolini, waar in hij zegt zeer verheugd te zijn over het resultaat. Chamberlain en zijn collega's hebben waardeering gevoeld, aldus het telegram verder, voor den geest van goeden wil en samenwerking, die door Musolini en Ciano bij de besprekingen is getoond. Hieraan voegt Chamberlain toe: „Ik hoop, dat, wanneer de overeenkomst volledig in werking treedt, zij alle be staande punten van geschil tusschen ons zal opheffen en met vertrouwen ver wacht ik, dat daarna de betrekkingen tusschen onze beide landen wederom hecht gegrondvest zullen blijken op het vertrouwen en de vriendschap, die zoo lang in het verleden hebben be staan". Mussolini heeft hieiop geantwoord met een telegram, waarin hij zegt, in derdaad verheugd te zijn, dat de be sprekingen op gelukkige wijze zijn ge ëindigd en dat „de ovéreemkomst, die tot stand is gekomen u evenals mij volledige voldoening schenkt ten opzichte van haar omvang en van den ten grondslag liggenden geest. Het is mij een genoegen u de verzekering te geven, dat ik op recht den goeden wil en den hartelijken geest van begrip heb bewaardeerd, die gij hebt getoond. Dat de tusschen ons hangende kwesties op zoo openhartige en volledige wijze geregeld zijn, plaatst de betrekkingen tusschen Engeland en Italië op een hechte, duurzame basis. Ik ben er van overtuigd, dat thans tusschen onze beide landen een nieuwe periode kan worden geopend van vertrouwen en vriendschap, hetgeen gij en ik wen- schen en hetgeen overeenkom, met onze traditioneele betrekkingen". In den nacht van Zondag op Maan dag heeft te Capelle aan den IJsel, vlak nab(j de grens van de gemeente Rotterdam, een ernstig auto-ongeval plaats gehad, waarbij vijf personen om het leven zijn gekomen en twee anderen in bewusteloozen toestand naar het ziekenhuis moesten worden vervoerd. Zeven jonge mannen, tusschen 20 en 30 jaar, hadden Zondag bij den garagehouder C. van de Ende te Gouda een auto gehuurd om daarmede gezamenlijk een bezoek aan Rotterdam te brengen. In den nacht zijn zij daarvandaan vertrokken om zich naar hun respectievelijke woonplaatsen Moord recht, Gouderak en Oudekerk aan den IJsel te begeven. Even buiten Rotterdam, in de gemeente Capelle aan den IJsel, is de auto in een breede sloot terecht ge komen met het bovengenoemde noodlot tige gevolg. Te ruim kwart over één reed de jon gen Kooi, die zich naar het land wilde begeven om sla te snijden, op den 's-Gra- venweg te Capelle aan den IJsel, den ouden weg tusschen Rotterdam en Gouda. Even voor de brug over het uitwateringskanaal, dat dezen weg snijdt,.passeerde hem in groote vaart een auto, die eenigszins slingerde. Toen de jongen even later ook over de brug was, welke een oogenblik de auto uit zijn ge zicht had doen verdwijnen, bemerkte hij tot zijn ontzetting, dat het voertuig met de wielen omhoog en met het branden de achterlicht het dichtst bij de opper vlakte in de langs den weg loopende sloot lag. In den wagen hoorde hij een vreeseljjk geschreeuw en gegil. Juist tegenover de plaats, waar de auto in het water was terecht gekomen, liggen eenige villa's van daar wonende tuinders. De jongen begaf zich het eerst naar het huis van den hem bekenden exporteur van tuinbouwproducten H. van Nimwegen, van wien hij wist dat deze telefoonverbinding had. Vervolgens wekte de jongen, door groot alarm te maken en op alle bellen van de huizen te drukken, alle omwonen den. Het duurde dan ook slechts korten tyd of er was hulp ter plaatse. De heer van Nimwegen waarschuwde niet alleen de politie van Capele aan den IJsel, doch ook die van Rotterdam ei ook den genees kundigen dienst aldaar. Moeilijke redding. De eerste, die bij het te water geraakte voertuig kwam, was de heer Kooiman uit Rotterdam, die zich onmiddellijk te water begaf om te trachten de portieren van den wagen te openen. Zeer waarschijnlijk waren deze echter verwrongen, zoodat openen niet mogelijk was. Van alle kanten werden hulpmiddelen aangedragen om zoo mogelijk nog redding te brengen. Touwen, ladders en bijlen moesten als reddingsmateriaal dienst doen. Vrij spoedig had men twee der inzittenden bevrijd. Het waren de 29-jarige Arie Bloot en de 23-jarige Johan Steenbergen, beiden uit Moordrecht. Beide jonge mannen waren bewusteloos. Met koortsachtigen ijver werd in den kouden nacht, terwijl een fijne sneeuw het verblijf op den weg zeer onaangenaam maakte, het reddingswerk voortgezet. Het mocht echter niet meer baten. Na ongeveer een half uur waren nog drie in zittenden uit de auto bevrijd, dioch hun levensgeesten waren reeds geweken. Het duurde nog ongeveer een kwartier voordat de beide laatste slachtoffers, die door de te hulp geschoten omwonenden niet uit den wagen gehaald konden worden, door dé bSw/r. d* d. auto voor oe» *ro£ gedeelte moest vernielen, boven water waren gebracht. De vijf slachtoffers van het ongeval zijn de ongeveer 25-jarige P, van Vliet

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 1