dagblad voor alkmaar en omstreken. 't Werkloozen-vraagstuk in Tsjecho-Slowakiji Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. No. 9% Directeur: C. KRAK. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telei. 3320, redactie 3330. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 140e Jaargang Onder de Sudeten-Duitschers meer werkloosheid dan onder de Tsjechen. De druk der Henlein-partij. De buitenlanders aan de zijde van Franco. Volgens de Dail^ Herald minstens man. De algemeene toestand. Zeven huizen te Steenwijk in vlammen op. ALKMAARSCHE nummer bestaat uit drie bladen. (Van een bijzonderen medewerker.) Eerst even een belangrijk punt. De coalitie-partijen hebben gezegd hoever de grenzen gaan waarbinnen zij met de Henlein-partij willen onderhandelen. Ook Henlein heeft zijn program „gede finieerd", maar glashelder is het niet te noemen. Hij wenscht zeer veel, mis schien wel te-veel en u weet ook wel, alles waar dat kleine woordje van twee letters voor staat deugt niet Intusschen: wie al te bescheiden is trekt gemeenlijk aan het kortste eind. Nu hebben de coalitiepartijen het vol gende gezegd: 1. Erkenning van den Tsjecho-Slowaak- schen staat door de Sudeten-Duitsche partij, een eisch, die elke propaganda ook de zoogenaamde „fluisterpropaganda" met plebisciet-ideeën en dergelijke dingen ten eenen male uitsluit. 2. Geen territoriale autonomie. 3. Geen verandering in de buitenlandsche politiek. En 4. maar dat staat er niet bij over de rest valt te praten. Ik heb gisteren een langen autotocht naar het Sudeten-Duitsche land gemaakt en ik moest denken aan het rijm van Neder- landschen bloede: En wie de menschen ziet, In 's werelds wild geraas, Zegt niet: wat zijn ze slecht, Maar wel: wat zijn ze dwaas!" Hoe ik daar bij kom? Omdat wij voorbij den beroemden berg Rip kwamen, vanwaar voor om en bij 1200 jaar geleden de oer vader, de heer Cech, het Boheemsche land binnenreed. Hy wist wel wat hij deed, toen hij hier ging wonen, want het is een zeer rijk land, met heuvels die langzamerhand tot bergen worden en een rijke industrie. Welis waar rooken niet alle schoorsteenen, maar uit vele steeg de groezelige rook ten blauwen lentehemel. Wij kwamen o.a. in het stadje Aussig, een stad van 42,000 inwoners, een Duitsche stad met opschriften op winkels en gebouwen óf alleen in het Duitsch, öf in beide talen. Opeens komt men van Tsjechisch in Duitsch gebied, men bemerkt het wel en men be merkt het niet. Alleen zie ik plotseling op een bierlokaal staan de woorden „Bier sanatorium" en deze kostelijke benaming voor het „vloeiend brood" bewees mij dat wij hier op Duitschen bodem waren ge komen. Lokalen en hotels met typisch Duitsche namen, u kent ze: de gouden engel het kruis van hetzelfde edele metaal, kortom, het is alsof men in Duitschland is. De dorpen schenen mij hier iets minder wel varend te zijn dan ik ze aantrof op mijn vorigen autotocht in zuidelijke richting, doch ik vond ook hier voortreffelijke wegen. Nu eens weer wat beter dan weer wat minder, maar wanneer men zoo tusschen de tachtig en honderd kilometer kan rijden, zonder met zijn hoofd tegen het wagendek te botsen, dan duidt dat er op, dat de wegen in elk geval niet slecht of verwaarloosd "En in Aussig dan sprak ik met een Duit- scher Niet de eerste de beste, maar met een open oog bleek Ie hebben en voor hel goede én voor hM - zee niet ook voor het Sjecnie, ma Sd mij op de neutrale vlakte en zeg du ook voor het minder goede dat de Tsjech sche Staat zijn burgeren bracht. Wij kwamen natuurlijk F den socialen toestand en hyver zQ0 teressante bijzonderheden. Ky het land sprak de zegsman, die dit deel va door en door kent, kijkt u een t crisis over de wereld kwam, J*8* voor zoo vriendelijk noch zoo wellev als onze grenzen keer te maken. Wy dan Sudeten-Duitschers meer °nd®r e „r0ote de Tsjechen, want men had hier exportindustrie (glas, porselein, ex j kolen, ertsen) en die is na den oorlog vry wei gestopt. Oostenrijk-Hongarye wer loren als afzetgebied. De uitvoer teruggeloopen en hoe! en ook nenlandsche afzet is verminderd/ Daarbij komt ging hij door a Duitschers na *33 de grenzen voor nei kleine verkeer hebben gesloten, tenmins daar komt het op neer. Dat verkeer v.as vroeger groot vroeger gingen veel ar beiders, die hier wonen, in Duitschland werken. Wie nu over de grens gaat, moe zich aan verschillende maatregelen onder werpen en men neemt alleen dezulken, die, gelijk men dat noemt „politisch zuverlassig" zijn. Wat intusschen van Duitsche zijde te begrijpen is... Tegenover vroeger, vertelde mijn zegs man, bedraagt het aantal dier werkers-over- de-grens ongeveer tien procent. Daardoor hebben al velen, zooals de Duitschers dat noemen, „arbeid en brood" verloren. Duitschers kwamen hier destijds veel uit Saksen en Beieren en lieten hier nog al wat geld zitten; dat waren de zoogenaamde „Ausflügler"-toeristen. Maar nu komen zij niet meer, want men geeft hun immers niet de noodige deviezen. Alweer een groote financieele schade. Men kan het zoo uit drukken: De „Wechsel beziehungen" zijn verdwenen. En dan de werkloosheid. Een dankbaar onderwerp in het land der Sudeten-Duit schers. De werkloosheid loopt terug. Dat is punt één. Terwijl nu op duizend inwoners in de Tsjechische gebieden 28.9 werkloos waren in Juli en 46.2 in Februari, bedroeg het getal in de Duitsche gebieden in dezelfde maan den respectievelijk 75.7 en 100. Hieruit volgt dus, dat de Duitsche ge bieden er beduidend ongunstiger aan toe waren dan de Tsjechische. Dan komen wij aan een vergelijking in Maart 1936. Op elke duizend inwoners in de gansche republiek 54, in de Tsjechische gebieden 44, in de Duit sche gebieden dat wil dus zeggen in die gebieden, waarin meer dan 50 pet. Duit schers wonen maar even93. Klagen derhalve de Duitschers over den geesel der werkloosheid, dan hebben zij gelijk. En nu in het jaar '38 is dit aantal twin tig procent minder in het Duitsche gebied, maar dan toch altijd nog op duizend in woners om en bij de 70 Het is natuurlijk van belang te weten wat men ter ondersteuning der Duitschers, die werkloos zijn, in de Duitsche gebieden doet. Het komt kort gezegd hierop neer: Men kent gemeentelijke- en staatsonder- steuning. Ondersteuning naar Gentsch sy steem voor „gewerkschaftlich-organisierte" en dan voor alle overigen (niet-georgani- seerden) de „Staatliche Ernahrungsaktion" Niet al te veel twintig kronen drie gulden en twintig per week voor getrouw den; de helft voor hen die zonder betere helft door het leven gaan. En daarbij komt dan nog een ondersteu ning in natura, melk, suiker, rijst, aardappe len, enz., enz. Maar daarmee zijn wij nog niet uitgeput. O, ik weet dat alhoewel Multatuli al reeds lang ter ziele is mijn verhaal een tonig begint te worden, maar u moet toch nog even geduld hebben; dan is er nog de actie voor kinderen der werkloozen, in de geheele republiek. Men kent daar een gel delijke ondersteuning voor kleeren, schoe nen en eten, en daarnaast bestaat dan nog in de verschillende gemeenten een gemeen telijke ondersteuning. Wat meft doet, moge ook nog hieruit blijken, dat in de stad Aussig met haar 42.000 inwoners over de jaren 19331937 dus in vijf jaren het hoogste aantal werkloozen 2400 is ge weest en nu nog een duizend bedraagt; voor ondersteuning is een bedrag uitgegeven van drie en een half millioen kronen. Waarbij nog komt geld voor woningbouw en stratenaanleg en investeeringen in ge meentelijke bedrijven, tot een totaal van honderd millioen kronen. Ook hier spraken wij nog over de Hen- leinpartij en hen, die daartoe hooren. Ik hoorde en ik zag met eigen oogen veel wat ik u hier niet zal schrijven. Maar ik meen het waar zeker niet kan worden gespro ken van het ontbreken van een „druk" op niet tot de partij behoorende leden te kunnen samenvatten in deze twee vers regels: „Daar is een grens gesteld aan elke dwinglandij, Het lichaam bukke in dwang, de geest blijft eeuwig vrij". Deze partij groeit, maar gaat velen Duit schers te ver. Wie over Duitschers spreekt, of liever gezegd, wie er over denkt, want dat is veiliger, voegt er bij: „nazi-Duit- schers", met nazi-methoden, waarbij ik over den aard der methoden hier niet wil uitweiden. Ik ben hier niet om oude koeien uit de sloot te halen en de Nederlandsche lezer is afdoende ingelicht. Laat ik mogen zeggen en dat geeft een aardig idee van de sterkte dat bij de verkiezingen voor parlement-senaat-land- en Bezirksverte- genwoordigers in Aussig van de 28.000 stemmen 16.000 op de Henlein-partij wer den uitgebracht. Het is moeilijk, het is heel moeilijk, om vooral wanneer men uit Duitschland komt, daar woont en werkt en goede ooren en oogen heeft, heelemaal neutraal te blijven. Een mensch heeft ook nog gevoel. Maar ik wil dit alles zien in mijn kwaliteit van Ne derlander, ik wil het zien met enkel pro- Nederlandsche oogen. Op gevaar af, dat er velen zijn, die het mij euvel duiden. En dit alles dan zoo bekykend en over denkend, ziet ge, dan denk ik ieder oogen- blik weer aan hetgeen mij een Fransch col lega zei, toen wij het over de Duitschers hadden. Hij zei het zoo typisch Fransch en zoo teekenend juist. Hij zei het als volgt: „II y a deux Allemagnes, 1'Allemagne légale et 1'Allemagne illégale. Et le peuple Allemand c'est le peuple de ceux qui sont illégales Waar mij dunkt wel een groote waarheid in schuilt. 60 De diplomatieke correspondent van de „Daily Herald" geeft de „laatste, meest authentieke en, naar hij gelooft, de eeni- ge juiste verklaring over de buitenland sche strijdkrachten, die aan de zijde van Franco strijden". Het is een interessan te, zeer gedetailleerde opgave. Volgens hem bestaan deze krachten uit: Landstrijdkrachten: Italianen, on der bevel van generaal Berti, met generaal Manzini als onderbevelhebber, vormen een legioen van drie infanteriedivisies, drie ar tillerieregimenten, een groep tanks en de noodige hulpafdeelingen. De infanteriedivisies zyn: Littorio (gene raal Bergonzoli), zwarte vlammen en 23 Maart (generaal Francisci), pijlen (generaal Roatta). Iedere divisie bestaat uit twee brigades, iedere brigade uit twee regimenten, ieder re giment uit drie bataljons. In het geheel bestaan de infanteriestrijd- krachten dus uit 36 bataljons. In de beide „pijr'-brigades, de brigade der zwarte pijlen en die der blauwe pijlen, zijn slechts weinig Spanjaarden opgenomen. De artillerieregimenten (generaal Manca) zijn het eerste, tweede en vijfde. Zy zijn uit gerust met geschut van 2 y, tot 12 duim. De tankgroep (kolonel Sabini) bestaat uit drie bataljons, twee bataljons tanks en een bataljon pantserwagens. De Duitsche landstrijdkrachten bestaan als zoodanig niet. Er zijn verscheidene dui zenden Duitsche „technici" (officieren, artil leristen e.d.), doch zij vormen het kader van Spaansche eenheden. ALKMAAR, 22 April. Het is onrustig in Roemenië. Omdat de politieke partijen zich al te zeer roeren. Vandaar ook, dat de regeering zich voort durend met den binnenlandschen toestand bezig houdt. Hgt Roemeensche persbureau Rador weet thans mede te deelen, dat tijdens den op Woensdags j.1. gehouden ministerraad de minister van binnenlandsche zaken en justitie bijzonderheden hebben meegedeeld over den binnenlandschen politieken toe stand. Zij hebben herinnerd aan de bedoe lingen van de „IJzeren Garde" in het ver leden en opmerkende, dat ondanks de ont binding van deze groep de leiders niet hebben opgehouden met samen te spannen, verklaarde de minister, dat huiszoekingen waren bevolen bij alle verdachten, met het doel aan de hand van documenten het nauwkeurige bewijs te leveren van den aard der tegen de regeeringsbesluiten ge voerde agitatie. De ministers verklaren in hun uiteenzetting verder nog, dat men bij de leiders der beweging een belangrijke hoeveelheid documenten heeft aangetroffen, die het bestaan aantoonden van een uitge breide spionnageorganisatie, welke stelsel matig de activiteit der lands-autoriteiten naging. Documenten, afkomstig van den leider der beweging, hebben het onweer legbaar bewijs geleverd van het bestaan van inlichtingengevers bij de prefectuur van politie, den algemeenen veiligheidsdiensten den grooten legerstaf. Men is ook op het spoor gekomen van credieten, die door den leider der beweging waren toegestaan tot een bedrag van 40 millioen lei, welke in betrekkelijk korten tijd konden worden aangewend. Vanwaar kon een dergelijk bedrag af komstig zyn? was de vraag, die men zich daarbij stelde. Voorts heeft men een document ontdekt, welke het bewijs leverde, dat verbindingen waren tot stand gebracht met buitenland sche organisaties. Men had daarbij het doel voor het land een politiek vast te stellen over de regeering heen. In de nota wordt verder verklaard, dat tal van te goeder trouw zijnde burgers zich in deze misdadige actie hebben laten mee- sleepen. Tenslotte wordt gezegd, dat personen, die bezield waren met zuiver vaderlandslieven de overwegingen zich lieten opnemen in en groepeering waarvan de leider met het buitenland samenspande. Op grond van deze uiteenzetting heeft de ministerraad met algemeene stemmen de volgende besluiten genomen: 1. De party „Alles voor het vaderland" en de groepeeringen „Aartsengel Michael" en „IJzeren Garde" zijn en blijven verboden. 2. De minister van binnenlandsche* zaken zal personen, die een actie voorberei den, welke op grond van de wet op de verdediging van de orde en binnen landsche rust verboden is een bepaalde verblijfplaats kunnen aanwijzen. 3. De ministers van justitie en binnen landsche zaken zyn gemachtigd tot vervolging der schuldigen over te gaan. De parade van Woensdag, ter gelegen heid van Hitler's verjaardag te Berlijn ge houden, heeft natuurlijk bij waarnemers allerlei vragen doen rijzen over de ver grooting van den Duitsche weermacht, wel ke Hitier in zijn rede van 20 Februari heeft aangekondigd. Er zyn weliswaar geen bij zonderheden bekend gemaakt, maar men is volgens den Times-correspondent te we ten gekomen, dat den besten soldaten van de lichting, wier twee-jarige diensttijd in September a.s. is afgeloopen, de gelegenheid is geboden een derde jaar onder de wape nen te blijven met de belofte dat zij in Januari tot officier zouden worden bevor derd, en een gratificatie van 1800 mark zouden krijgen als zij aan het eind van het derde jaar by de officiers-reserve blijven. Deze methode zou, naar men zegt, tot 1940 toegepast worden, zoodat tegemoet geko men zou worden aan het tekort aan kader dat een erkende zwakke plek van het nieu we leger is. Bij de parade werd de aandacht getrok ken door de afdeeling van het 9de regiment cavalerie Een escadron ruiters werd ge volgd door een bataljon wielrijders, een nieuwigheid welke verleden jaar is inge voerd. Er bestaan thans nog maar drie re gimenten cavalerie (Reiter-Regimente) bij het Duitsche leger. De andere afdeelingen (Kavalerie-Regimente) zijn verdeeld over de legercorpsen en vormen verkennings troepen. Zij beschikken, behalve over de escadrons te paard en op de fiets, over een afdeeling lichte artillerie met anti-tank- en vliegtuigafweer-kanonnen. De rol welke de cavalerie bij het oude Duitsche leger vervulde, is thans overgeno men door de tanks, die de andere nieuwig heid vormden. Na de lichte tanks volgden in den stoet tien tanks, die tevoren niet aan het publiek waren getoond. Volgens den standaard van andere legers zouden deze tanks „licht" worden genoemd, maar het Duitsche leger, dat deze tanks een bijzon dere rol heeft toebedeeld, noemt ze „zwaar". Zij zijn zeker zwaarder dan de tanks welke het Duitsche leger tot nog '„oe heeft geproduceerd. Naar schatting zullen de nieuwe tanks 20 ton wegen. Vier ervan waren gewapend met 77 millimeter-geschut, de andere met 37 millimeter-kanonnen. Uit beide types kunnen ontplofbare granaten worden geschoten. Bovendien beschikten al deze tanks over een machine-geweer. Zij zijn met vijf koppen bemand. De tanks kwa men uit de tank-school van Zössen bij Ber lijn. U De Daily Telegraph and Morning Post meldt uit Berlijn, dat bijzonderheden zyn bekend geworden over een verzoek, dat ge richt is tot gewezen officieren van het Duit sche leger, die thans in het buitenland ver blijf houden. Zelfs, indien zij de leeftijdsgrens een paar jaar hebben overschreden, wordt hun ver zocht naar Duitschland terug te keeren om behulpzaam te zijn bij de opleiding van soldaten voor het nieuwe Duitsche leger. Het verzoek is niet gedaan in den vorm van een bevel. Zy, die er geen antwoord op geven, worden niet beschouwd als te zijn tekort geschoten in hun plicht. Candidaten, die zaken leiden ten behoeve van het Duit sche bedrijfsleven, zal niet gevraagd wor den deze op te geven. Duitschers, die werk zaam zijn in andere bedrijven, worden evenwel terugverwacht, zoodra zij kunnen. Naar schatting zal men langs dezen weg de beschikking krijgen over ongeveer 2500 instructeurs. Luchtstrijdkrachten: a. Italiaansche (generaal Bernasco- ni, genaamd Garda), en (op Majorca) gene raal Vellani, genaamd Velarde: acht eska ders (96 toestellen) zware bommenwerpers van het type Savoia 81. Acht eskaders (80 toestellen) snelle bom menwerpers van het type Savoia 79, een groep (tien toestellen) verkenners van het type Breda 61 en 35 eskaders (285 toestel len) jagers van de typen Fiat en Romeo. Voorts zijn volgens het blad onlangs nieu we versterkingen aangekomen. b. Duitsche: Condor legioen (149 toe stellen); acht eskaders Messerschmidt jacht vliegtuigen; twee eskaders bommenwerpers van het type Heinkel 51; twee eskaders Dor- nier jagers (type 17); een patrouille Heinkel toestellen (type 45). Voorts nog 100 toestellen, voor het mee- rendeel Junkers en Heinkel (111). Comman dant van het Condor-legioen is generaal Veidt, van de zesde afdeeling der Duitsche luchtmacht. Aangezien de Italiaansche infanteristen ruw geschat 30.000 man tellen, moeten de buitenlandsche troepen aan de zijde van Franco volgens de Daily Herald minstens 60.000 man sterk zijn. Brandweer aanvankelijk mach teloos tegenover vuurzee. Hedennacht te omstreeks kwart vóór één ontdekte een voorbijganger, dat een zeer hevige uitslaande brand woedde in een der pakhuizen aan de Haven te Steenwijk. Hy waarschuwde direct politie en brandweer. Het Week, dat het vuur woedde in een der houten pakhuizen, staande achter de woning, bewoond door den heer E. de Leeuw. Weldra deelden de vlammen zich vandaar mede aan het pakhuis gelegen achter de grossierderij in koloniale waren en koffiebranderij van de wed. Ten Ka te. Zoowel dit laatste pakhuis dat eigendom is van de wed. Ten Kate, als het eerste, dat tot den nok gevuld was met rollen asfalt en mastiek, stonden weldra in lichter laaie. De hitte was zoo hevig, dat men onmogelijk dichtbij kon komen. Schreiende kinderen. Intusschen waren de omwonenden, voor zoover zy niet reeds door het knetteren van de fel brandende pakhuizen waren gewekt, gealarmeerd. In allerijl verlieten menschen en kinderen in nachtgewaad hun woningen. De kleinen liepen schreien de rond en onderwijl trachtten de vol wassenen zooveel mogelijk van hun have en goed' in veiligheid te brengen. De vee houder Aalderson gaf zijn koeien en klein vee de vrijheid, opdat zij een goed heen komen zouden kunnen vinden. Dit vee liep los op straat rond, hetgeen de verwarring nog vergrootte. Inmiddels was de brandweer van Steenwijk gekomen en weldra werd met eenige stralen water gegeven. Het. was echter duidelijk dat zij alleen maar weinig zou kunnen beginnen. De beide pakhuizen waren reeds zoo goed als geheel verbrand en de vlammen hadden zich inmiddels nog medegedeeld aan de huizen, bewoond door E. de Leeuw, R. de Jong en de slagerij van den heer W. Visser. Van dit laatste huis sloegen de vlammen weer over naar de schuren en stallen van den veehouder Aalderson en de arbeiderswoning van den heer Jong bloed. Op een gegeven oogenblik stonden zeven panden in brand. De motor brandspuit van Steenwykerwold was intusschen eveneens te hulp gekomen. In de haven vond zy volop water en met vereende krachten kon men toen het vuur bestrijden. Weldra begon het te minderen en na eenigen tijd hard werken was de brandweer het vuur meester. De beide houten pakhuizen zijn geheel verloren gegaan. Bovendien verbrandden de slagerij van den heer Visser en de hui zen, bewoond door E. de Leeuw en R. de Jong grootendeels. Van de schuur en stal len van den veehouder Aaldersqp is vrij wel niets behouden. Een geit, die ni meer in vrijheid gesteld kon worden, is in de vlammen omgekomen. De wornng van den heer Jongbloed kreeg veel schade. Vanmorgen om negen uur was de brandweer nog steeds met de nablus- sching bezig. De schade is zeer groot, omtrent de oor zaak van den brand is biets bekend.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 1