dagblad voor alkmaar en omstreken: De beslissende stoot naar de zee is gedaan. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—, franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. No. 95 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 140e Jaargang Verdediger van Oviedo vertelt over het verloop der operaties. SAN MATEO GENOMEN. De „Leeuw van Vlaanderen" Viert zijn eeuwfeest. Londen Parijs—Rome. Nu ook Fransch-ltaliaansche v toenadering De algemeen® toestand. Een Chineesch generaal over den oorlog. De sterkte der partijen. Ontploffing in kolenmijn in Virginia. ALKMAARSCHE COURANT. (Van onzen specialen correspondent). Morella, 15 April. De beslissende stoot naar de Middeliandsche zee is gedaan, het offensief bij Morella heeft tot resultaat gehad, dat de weg naar de kust open ligt. De operaties hebben zoo een verrassend snel verloop gehad, dat generaal Aranda vandaag kon zeggen: „U komt hier om een slag te zien. Dat zal niet gaan, want er is hier geen tegenstander meer te vin den. Ik zou nu de troepen naar Vinaroz kunnen laten doortrekken. Er wordt evenwel gewacht tot mor- gen. Voor lunchtijd bereiken we de zee." De verdediger van Oviedo is een een voudig man met een krachtigen wil. Gezeten op een kist onder een olijfboom vertelt hij het verloop van de operaties. Na de bezetting van Cati, moest ook Cherl door de regeeringstroepen ontruimd worden. De infanterie, die het vlakke terrein tusschen beide dorpen over trok en daarna de bergen beklom, die de om geving domineeren, ondervond weinig weerstand. Chert was nog in handen van de verdedigers, toen enkele journalisten het dorp door de bergen loopende, bereik ten. Zij meendèn, dat het plaatsje reeds was bezet door de oprukkende troepen, evenwel een m.anoeuvreerende tank deed hen spoedig deze vergissing bemerken. Rustig gezeten op het terras van een café wachten zij den komst van de uitblijvende manschappen af. Nationale tanks reden het dorp binnen. De avond viel. Onzicht baar voor onze oogen werd de opmarsch evenwel voortgezet. Op vijf kilometer afstand van San Mateo in een olijvenboomgaard werden posities ingenomen. Eenige uren daarvoor stond hier het luchtafweergeschut opge steld van de regeeringstroepen, die de projectielen achterlieten. Kogels die meer dan een halve meter hoog zijn. Rechts en links liggen bergen, donkere massieven tegen den hemel met een volle maan, die bloedrood gekleurd is. Vaag is de breede niet opgeblazen brug over de Seco de Benicarlo te zien. De stroom is opgedroogd. Terzijde ligt de olijvemtuin. Het laatste schot is uren geleden pe"*i'en. Het doodde een soldaat, die klaarblijkelijk niet tijdig genoeg den wijk kon nemen en nu met glazige oogen naar den he nel staart. De meeste soldaten slapen, anderen zingen deze zoo melancolische liederen die plotseling uitbarsten in een vreemde vreugde over de Spaansche bergen, over een kudde berggeiten. Het daveren van twee motoren doet eenigen van hen opspringen. Zij komen over de brug uit de richting van San Mateo. Maar dat moeten tegenstanders zijn. De mannen worden aangehouden. Ze zyn te verrast om veel te zeggen. Twee soldaten van het regeeringshoofdkwartier, niet op de hoogte gebracht met de veran derde posities van hun troepen werden een gemakkelijke prooi. De brieven, die zij bij zich hadden bevatten belangrijk materiaal. Een er van zegt dat de officie ren moeten toezien op de 19de brigade, opdat de manschappen niet uit eigen be weging terug trekken. Het daglicht heeft nauwelijks de toppen van de bergen gekleurd of honderden ge vangenen beginnen met houweelen het werk aan de wegen, die in een allerdroe vigste conditie verkeeren. Soms moeten zij tientallen meters worden omgelegd. De terugtrekkende troepen vernielden de bruggen. Vandaag om 9 uur is de nationale ta'^ in actie gekomen. Munitie wordt uit de vrachtauto's geladen, die onzichtbaar voor vliegtuigen onder de olijfboomen werden geparkeerd. Op een helling wordt zware artillerie in stelling gebracht. Eerst nu is te zien hoe vele manschappen de voor- hoede reeds hebben bereikt. En nog steeds rijden vrachtauto's aan. De soldaten eten hun ontbijt uit blik. Tanks rollen over de wegen en al spoe dig is te zien, dat zy zich in twee groepen splitsen. Een groep neemt den weg via Da Jana, een gehucht; naar San Mateo, de andere kiest den directen weg. Precies vijftig minuten later komt het bericht binnen, dat de laatste versterkte stad voor de Middeliandsche zee geen tegenstander meer herbergt. De infante rie kan volgen. Om c'f uur is de bezetting voltooid. De bevolking staat voor de hui zen en bekijkt nieuwsgierig de binnen rijdende auto's. Overal op straat liggen nog de dagbladen uit Barcelona. Op de soms prachtig gesneden huisdeuren zijn geschreven briefjes geplakt. Viva Espagne, viva Iranco. Op de muren zijn de sikkel en de hamer nog te zien. Op het pleintje staat de kerk. De banken, het altaar en de beelden zijn er uit verdwenen. Een tractor bleef in een nis achter. Verder dan San Mateo te gaan is voor- loopig onmogelijk. Vaag is het dreunen hoorbaar van de artillerie. De zwaarste die het nationale leger bezit. De weg van Va- lencia naar Barcelona wordt onder vuur gelegd. De tegenstander is zoo-ver terug getrokken, dat het, aldus generaal Aranda, zelfs voor de artillerie onmogelijk is hem te bereiken. Officieel wordt zoo juist medegedeeld, dat San Jorge, La Cenla en St. Raphael zijn bezet. De troepen staan op een kilo meter voor Calig, dus op 9 kilometer van het kustplaatsje Vinaroz. Klaarblijkelijk wacht het hoofdkwartier op den opmarsch ten N.O. van Morella, voor den kustweg te bezetten. Een blik op dien weg doet 't voordeel van deze eener- zijds afwachtende houding inzien. Door slechts bij Vinaroz naar de kust af te dalen zou het front niet den vorm van een wig maar van een smalle lijn krijgen, m.a.w. de posities aan de kust zouden te gemak kelijk van het Zuiden en het Noorden zijn aan te vallen. De inneming van St. Raphael wijst er op dat het nationale hoofdkwartier tracht het front op de kust zoo breed mogelijk te maken. Niet alleen zullen morgen de verbindin gen tusschen Valencia en Barcelona ver broken zijn, doch tevens die tusschen Barcelona en Madrid. Catalonië zal geheel geïsoleerd; zijn. Op 9 en 10 Juli a.s. zal feestelijk worden herdacht, dat honderd jaar geleden de eerste uitgave van Hendrik Conscience's „Leeuw van Vlaanderen" het licht heeft gezien. Tot regeling van deze feesten is onder auspiciën van het stadsbestuur van Antwerpen een commissie benoemd welke zal samenwerken met het plaatselijk verband van Vlaamsche cultuurvereenigingen. Vermoedelijk zal door massakoren toepas selijke muziek ten gehoore worden gebracht, terwijl op de Groote Markt twee openlucht voorstellingen zullen worden gegeven van een bekroond tooneelstuk, getrokken uit ro mans van Hendrik Conscience. Verder zul len vergaderingen worden gehouden, waar't woord zal worden gevoerd door de heeren Anton Coolen, Eugeen de Bock, J. Eekhoudt, Rob. van Roosbroeck en August Vermeylen. Bovendien zal in het museum voor Vlaam sche letterkunde een tentoonstelling worden gehouden van documenten en andere be scheiden. welke betrekking hebben op het leven van den Vlaamschen schrijver. Bij het stadsbestuur van Antwerpen is de vraag ingediend om het praalgraf van Hen drik Conscience over te brengen van de be graafplaats op het Kiel naar Schoonselhof. Nu Engeland en Italië tot overeen stemming gekomen schijnen te zijn, begint ook de toenadering van Frankrijk tot Italië te komen, zoo meldt Havas uit Rome, dat het onder houd tusschen minister Ciano en den Franschen zaakgelastigde Blondel, feitelijk een eerste begin vormde, dat in wezen ten doel had Ciano de Fran- sche voorstellen te overhandigen be treffende da reeks kwesties, welker regeling doeltreffend zou moeten bij dragen tot een zuivering van de atmosfeer in de betrekkingen tusschen Frankrijk en Italië. Bevoegde kringen bewaren een absolute geheimhouding ten opzichte van den in houd der voorstellen. Men meent echter, dat deze op de volgende voornaamste pun ten betrekking hebben: De status quo in de Middeliandsche zee, het Spaansche probleem, de Italiaansche propaganda in Afrika, de Fransche belan gen in Abessinië. Blondel heeft Ciano een uiteenzetting gegeven van het Fransche standpunt ten opzichte van deze kwesties, die daarmede door Frankrijk op de agenda geplaatst zijn van de Fransch-ltaliaansche onderhandelingen. Men verwacht, dat Ciano morgen den Franschen vertegenwoordiger opnieuw zal ontvangen om hem eventueel tegenvoor stellen te doen. Aangezien Ciano dan naar Tirana ver trekt om Italië te vertegenwoordigen bij het huwelijk van koning Zogoe, zullen de Fransch-ltaliaansche besprekingen uiter- Alkmaar, 23 April. De Roemeensche regeering wil de IJzeren Garde volkomen vernietigen. Dat is o.i. reeds duidelijk genoeg gebleken uit wat wij gisteren in deze rubriek schreven over deze politieke partij. De taak, om deze garde uit te roeien, is echter zeer moeilijk en ongetwij feld zal dit een zeer langdurig werk worden. Wat waren de doelstellingen der gardis- tische organisaties? Officieel verklaart men, dat Codreanu betrekkingen onderhield met gelijke bewegingen in andere landen. De nationaliteit van deze personen, waarmee Codreanu in contact stond, wordt in het offi- cieele rapport niet genoemd. Volgens an dere bronnen echter, zouden er gedachten- wisselingen gevoerd zijn met Hongaarsche nationaal-socialisten, die onder leiding staan van Szalasy. Ook zouden de autoriteiten het ontwerp van een brief in handen hebben van Codreanu aan Hitier. Wanneer deze feiten bevestigd worden, begrijpt men de verontwaardiging in offi- cieele kringen. Begrijpelijk is ook, dat men uiterst voorzichtig is in zijn optreden. Codreanu zelf erkende, dat hij op het oogen- blik, waarop hy de macht in handen zou nemen, „natuurlijk" bedreigd zou worden door Rusland en dat hij het noodig zou oor- deelen een beroep te doen op de hulp van Duitschland ter verdediging van Roemenië. Een hoofdstuk in het gisternacht gepubli ceerde document behandelt de verantwoor delijkheden van hen, die een schuldige wel willendheid toonden ten opzichte van het optreden der IJzeren Garde. Men moet er helaas op wijzen, zoo wordt daar gezegd, dat tegenover dezen staat van zaken, die een diepe verwarring stichtte in de volksziel en die een verzwakking van haar weerstands kracht met zich mede brengt, het gezag van den staat menigmaal negatief was, en met uitzondering van schaarsche, met tusschen- poozen genomen maatregelen, geen besliste en duidelijke opvatting van de verdediging van den staat deed blijken. De nieuwe grondwettelijke orde, die op 10 Februari 1938 in het leven werd geroepen, had ten doel een tijdperk van pacificatie der geesten en aanmoediging van het productieve werk te verzekeren. Het blijkt dus duidelijk, dat hetgeen men tot dusverre slechts had kunnen veronderstellen de koninklijke dictatuur op 10 Februari j.L tegen de IJzeren Garde is ingesteld. Alle Roemeensche bladen richten zich fel tegen de activiteit van Codreanu en de IJze ren Garde. Algemeene verontwaardiging is gewekt door de publicatie van een passage uit een brief van Codreanu aan zijn ouden vriend Telescu, waarin hij schrijft, dat „slechts tweehonderd graven hem van de algemeene overwinning scheiden". De Vit- torul merkt in dit verband op: Nergens in onze geheele geschiedenis komt men een dergelijke door Roemenen gesmeede samen zwering tegen. Er zijn krachtige maatregelen genomen om te verhinderen, dat de loopende gebeurte nissen incidenten veroorzaken in openbare gelegenheden. De eigenaars van cafés en restaurants, die discussies dulden in hun lokalen, zullen persoonlijk verantwoordelijk geacht worden. Van het nabije Oosten naar het Verre Oos ten, het is meer dan een dagreis! De Frank furter Ztg. wijdt onder den titel „Vier maan den" een hoofdartikel aan de krijgsverrich tingen in China en schrijft o.a.: „De vloed van Chineesche tegenoffensieven is tot staan gekomen. Japansche divisies maraheeren weer naar het Zuiden en met verdubbelde energie gaan zij af op het lokkende doel: den grooten spoorweg. In de verte ligt als be looning de stad met een half millioen in woners, waar de spoorwegen kruisen. Als Soetsjou bereikt is, is een lange en moeilijke periode van den oorlog afgesloten met een belangrijk succes voor de Japanners. Maar ook Japans versterkingen zullen dat hebben de gebeurtenissen van de laatste weken aangetoond niet zonder zwaren strijd hun doel bereiken. Wel heeft men den indruk, dat het resultaat van de Chineesche contra-offensieven in het buitenland over dreven is voorgesteld. De Japansche verlie zen kunnen reeds daarom niet groot geweest zijn, omdat Japan oorspronkelijk slechts een zwakke macht in Sjantoeng had; ook is het terrein, dat door de Chineezen is heroverd, niet zoo aanzienlijk. Dat het Chineesche leger het op het oogenblik van zijn reorga- niastie nauwelijks durft wagen het tot een open strijd te laten komen, hebben de ge vechten van deze week bewezen; toen de Japansche versterkingen waren aangeko men, trokken de Chineezen terug. Zij deden dit onder dapper verzet en hebben met hun tegenstanders om iederen duimbreed grond gevochten. Zij zullen dit blijven doen, maar er is voor de eerst kort geleden gevormde divisies met haar gebrek aan kader op den duur geen kans Japansche kerntroepen in een open strijd te weerstaan. De beteekenis van den strijd in Sjantoeng heeft echter nimmer gelegen in het tactische resultaat, in het aantal gevangenen of in de oppervlakte van het \eroverde terrein. De Chineesche contra-offensieven waren ingegeven door hoogere strategische overwegingen. Hierin ligt de beteekenis van den strijd om Soetsjou. Wie deze beteekenis wil verstaan, moet zich herinneren, dat de Japanners reeds eens, n.1. eind December, naar den grooten spoorweg trokken. Het leek toen een kwestie van dagen, tot Soetsjou bereikt zou zyn. Sedert zijn vier maanden voorbijgegaan en deze tijd is voor do Japanners verstreken, zonder dat zij ervan gebruik hebben kunnen maken. Zij hebben er voortdurend meer troepen heen moeten zenden; Noord-China, waar oorspronkelijk slechts slechte Chinee sche divisies stonden en dat daarom ook neutralen waarnemers een terrein toeleek, waar de Japanners zonder moeite successen zouden kunnen behalen, is reeds lang tot een hoofdtooneel van den strijd geworden, waar talrijke Japansche krachten worden vastge houden. Wat echter de Chineesche stategie, die allereerst streeft naar winst van tyd, in de oorlogspraktijk beteekent, is bijna nooit zoo duidelijk geworden als door het bericht van de N.R.C.-corresp. te Tokio, die dezer dagen zijn indrukken uit Zuid-China gaf: ononderbroken daveren 's nachts de lange treinen met vliegtuigmotoren, tanks en ma chinegeweren van Hongkong naar Kanton. Daar ligt een levensader van het Chinee sche verzet. Niemand weet zulks beter dan de generale staf te Tokio en deze heeft meer dan eens overwogen dezen ader door te sny- den doch tot dusver zijn de strijdkrachten van Japan door de gevechten in het Noorden zoo in beslag genomen, dat er voor operaties in het Zuiden geen mogelijkheid bleef be staan. De Chineezen hebben winst aan tijd kun nen bereiken, hoewel hun eigenlijke militaire kracht nog altijd ten zeerste voor de Japan sche onderdoet. Hier ziet men het geweldige voordeel van het groot front, waarvan zij zich kunnen bedienen. De veldslag, welke de laatste weken in Sjantoeng is geleverd, omvatte een terrein van vele honderden kilometers, waarbij tusschen de strijdende afdeeling altijd groote gebieden lagen, waar zelfs haast geen verkenners opereerden. En daarbij is Sjantoeng slechts één van de vijf of zes Chineesche oorlogsterreinen. Al deze terreinen afdoende te bezetten eischt een veel grooter aantal troepen dan Japan tot dusver heeft willen mobiliseeren. En zoo kan het altijd weer gebeuren, dat de Japansche troepen op de een of andere zwakke pleü van het breede front plotseling een in gatal sterker vijand tegenover zich zagen en dat daarbij nog het bericht kwam, dat de ver sterking niet naar het front kon komen, om dat deze door guerillabenden werden tegen gehouden. Zoo was het ook in Sjantoeng. Deze algemeene geografische toestanden zijn voor de Chineezen echter eerst vrucht baar geworden, omdat een man van beteeke nis er gebruik van wist te maken. Hoe wei nig terreinvoordeel alleen vermag te helpen, heeft de overhaaste terugtocht van generaal Han' Foetsjoe in December bewezen. Maar schalk Tsjiang Kai Sjek daarentegen ken merkt niet slechts vastbeslotenheid en mili tair inzicht. Opmerkelijk is de onbarmhartige nuchter heid, waarmee hij een onbekwaam generaal aan een smadelijken dood heeft overgele verd, overeenkomende met de onbevangen heid, waarmee hij den binnenlandschen te genstander van vroeger tot opperbevelheb ber aan hetzelfde front heeft gemaakt. Gene raal Li heeft zijn vertrouwen niet be schaamd. Men begrijpt, wat dit alles beteekent. De Japanners zullen zich niet voor altyd laten tegenhouden; zij hebben versterkingen ge zonden en beschikken in het moederland nog over talrijke gemobiliseerde reserves; zy rukken op en zullen vandaag of morgen de spoorlijn bereiken. Maar voor de eerste maal in hun oorlogsgeschiedenis sedert 70 jaar vinden zij een man van beteekenis tegen over zich. Daarom is deze veldtocht geen veldtocht met snelle militaire beslissingen. *Binnen afzienbaren tijd kan geen van beide partijen op een Sedan of op een Tannenberg hopen en daarmee worden de kansen op een vrede naar een verre toekomst verschoven. aard een vertraging van een dag of drie, vier, ondervinden. De gunstige indruk, die hier gewekt is door den aanvang der on derhandelingen, houdt aan. Hij is vooral merkbaar in politieke kringen. De bladen onthouden zich nog van ieder commentaar. In den aanvang der Britsch-Italiaansche betrekkingen was dit eveneens het geval. De levendige belangstelling echter, waarmede men de ontwikkeling der Fransch-ltaliaansche betrekkingen volgt, blijkt uit de lange correspondentenversla gen uit Parijs en Londen, die door de Ita liaansche bladen gepubliceerd worden. De derde zyde van de driehoek. Reuter publiceert het volgende bericht uit Parijs: Hoewel men in diplomatieke kringen zich weinig uitlaat over de Fransch-Brit- sche besprekingen betreffende militaire, luchtvaart- en vlootvraagstukken wint hier de overtuiging veld, dat dergelijke besprekingen niet allen noodzakelijk zijn, maar onverwijld zullen worden gehouden. Men gelooft, dat de besprokingen, die Daladier en Bonnet te Londen zullen heb ben, ook op deze vraagstukken betrekking zuilen hebben en dat daarbij bijzondere beteekenis zal worden toegekend aan samenwerking bij de verdediging en een heid van bevel. In dit verband acht men het bezoek van Ohurchill aan Parijs en de reis van Duff Cooper naar Frankrijk van beteekenis. Churchill zou na zyn reis een verslag hebben uitgewerkt. De besprekingen te Londen zullen niet temin een algemeen karakter hebben: de technische punten zullen worden over gelaten aan en bestudeering door deskun digen. Bij de besprekingen zal een be langrijke plaats worden ingenomen door een voorstel tot het instellen van een eenhoofdig commando over beide legers in tyd van oorlog, waarvoor de Fransche op perbevelhebber in aanmerking zal komen. Daar de luchtmacht hier gaarne gezien wordt als deel van de landmacht, zouden de luchtstrijdkrachten van beide landen onder dat opperbevel vallen. Volgens een ander voorstel zouden beide vloten onder Engelsch bevel komen. Ten slotte bestaan er plannen voor samenwer king by de productie en den verkoop van wapens en munitie door de industrie in beide landen. De sleutel van China's uiteindelijke overwinning over Japan ligt volgens ge neraal Tsjih Tsjoeng Tsjang, die het vo rig jaar het bevel voerde over de Chi neesche strijdkrachten te Sjanghai, en thans gouverneur is van Hoenan, in de mogelijkheid voor China, het Chinee sche leger onafgebroken nieuwe troepen toe te voeren. .Jsjang wees in dit verband op de gebie dende noodzakelijkheid, het menschenmate- riaal van China te mobiliseeren. Hij zeide, dat Japan, dat een bevolking van 75 millioen zielen telt, slechts een staand leger van acht tien divisies heeft. Door het reeds lang be staande stelsel van dienstplicht kan het ech ter minstens vier millioen mobiliseeren, niet medegerekend de soldaten in Korea, Formo- sa en Mandsjoekwo. Ofschoon Japan dus een staand leger van 513.000 man heeft, kan het in totaal een millioen man naar het front zenden. Wat China betreft, dit heeft tweehonderd divisies, doch hierbij blijft het, doordat de dienstplicht in China laat is in gevoerd. Tsjang onthulde, dat China in de eerste periode der operaties aan dooden en gewon den een half millioen man heeft verloren. Tenzij wij echter, zoo voegde hij hieraan toe, bereid zijn van vyf tot tien millioen man te verliezen, kunnen wy niet lichtvaardig spre ken over het winnen van den oorlog. Berichten van het front. Volgens het door het Chineesche persbu reau gepubliceerde legerbericht zijn de Ja pansche troepen die linie bezet hebben, werkloos gebleven, daar zij onder scherpe bewaking staan van de Chineesche troepen, welke in de dorpen ten zuiden en westen der stad liggen. Het tooneel van den strijd is weer verplaatst naar Yihsien, waar de Ja pansche troepen verwoede aanvallen doen om de belegering te verbreken. Minstens 50 dooden Gemeld wordt, dat negen lijken geborgen zijn na een ontploffing in een kolenmijn te Grundy (Virginië). Ten minste 50 personen zyn, naar men gelooft, in de mijn ingesloten. Men vreest, dat zij om het leven gekomen zijn.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 1