dagblad voor alkmaar en omstreken:
De beslissende stoot naar de zee is gedaan.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
No. 95 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
140e Jaargang
Verdediger van Oviedo vertelt over het
verloop der operaties.
SAN MATEO GENOMEN.
De „Leeuw van Vlaanderen"
Viert zijn eeuwfeest.
Londen Parijs—Rome.
Nu ook Fransch-ltaliaansche
v toenadering
De algemeen® toestand.
Een Chineesch generaal
over den oorlog.
De sterkte der partijen.
Ontploffing in kolenmijn in
Virginia.
ALKMAARSCHE COURANT.
(Van onzen specialen correspondent).
Morella, 15 April. De beslissende
stoot naar de Middeliandsche zee is
gedaan, het offensief bij Morella heeft
tot resultaat gehad, dat de weg naar
de kust open ligt. De operaties hebben
zoo een verrassend snel verloop gehad,
dat generaal Aranda vandaag kon
zeggen: „U komt hier om een slag te
zien. Dat zal niet gaan, want er is
hier geen tegenstander meer te vin
den. Ik zou nu de troepen naar
Vinaroz kunnen laten doortrekken.
Er wordt evenwel gewacht tot mor-
gen. Voor lunchtijd bereiken we de
zee."
De verdediger van Oviedo is een een
voudig man met een krachtigen wil.
Gezeten op een kist onder een olijfboom
vertelt hij het verloop van de operaties.
Na de bezetting van Cati, moest ook
Cherl door de regeeringstroepen ontruimd
worden. De infanterie, die het vlakke
terrein tusschen beide dorpen over trok
en daarna de bergen beklom, die de om
geving domineeren, ondervond weinig
weerstand. Chert was nog in handen van
de verdedigers, toen enkele journalisten
het dorp door de bergen loopende, bereik
ten. Zij meendèn, dat het plaatsje reeds
was bezet door de oprukkende troepen,
evenwel een m.anoeuvreerende tank deed
hen spoedig deze vergissing bemerken.
Rustig gezeten op het terras van een café
wachten zij den komst van de uitblijvende
manschappen af. Nationale tanks reden
het dorp binnen. De avond viel. Onzicht
baar voor onze oogen werd de opmarsch
evenwel voortgezet.
Op vijf kilometer afstand van San
Mateo in een olijvenboomgaard werden
posities ingenomen. Eenige uren daarvoor
stond hier het luchtafweergeschut opge
steld van de regeeringstroepen, die de
projectielen achterlieten. Kogels die meer
dan een halve meter hoog zijn. Rechts en
links liggen bergen, donkere massieven
tegen den hemel met een volle maan, die
bloedrood gekleurd is. Vaag is de breede
niet opgeblazen brug over de Seco de
Benicarlo te zien. De stroom is opgedroogd.
Terzijde ligt de olijvemtuin. Het laatste
schot is uren geleden pe"*i'en. Het doodde
een soldaat, die klaarblijkelijk niet tijdig
genoeg den wijk kon nemen en nu met
glazige oogen naar den he nel staart.
De meeste soldaten slapen, anderen
zingen deze zoo melancolische liederen
die plotseling uitbarsten in een vreemde
vreugde over de Spaansche bergen, over
een kudde berggeiten.
Het daveren van twee motoren doet
eenigen van hen opspringen. Zij komen
over de brug uit de richting van San
Mateo. Maar dat moeten tegenstanders
zijn. De mannen worden aangehouden.
Ze zyn te verrast om veel te zeggen. Twee
soldaten van het regeeringshoofdkwartier,
niet op de hoogte gebracht met de veran
derde posities van hun troepen werden
een gemakkelijke prooi. De brieven, die
zij bij zich hadden bevatten belangrijk
materiaal. Een er van zegt dat de officie
ren moeten toezien op de 19de brigade,
opdat de manschappen niet uit eigen be
weging terug trekken.
Het daglicht heeft nauwelijks de toppen
van de bergen gekleurd of honderden ge
vangenen beginnen met houweelen het
werk aan de wegen, die in een allerdroe
vigste conditie verkeeren. Soms moeten
zij tientallen meters worden omgelegd. De
terugtrekkende troepen vernielden de
bruggen.
Vandaag om 9 uur is de nationale ta'^
in actie gekomen. Munitie wordt uit de
vrachtauto's geladen, die onzichtbaar voor
vliegtuigen onder de olijfboomen werden
geparkeerd. Op een helling wordt zware
artillerie in stelling gebracht. Eerst nu
is te zien hoe vele manschappen de voor-
hoede reeds hebben bereikt. En nog steeds
rijden vrachtauto's aan. De soldaten eten
hun ontbijt uit blik.
Tanks rollen over de wegen en al spoe
dig is te zien, dat zy zich in twee groepen
splitsen. Een groep neemt den weg via Da
Jana, een gehucht; naar San Mateo, de
andere kiest den directen weg.
Precies vijftig minuten later komt het
bericht binnen, dat de laatste versterkte
stad voor de Middeliandsche zee geen
tegenstander meer herbergt. De infante
rie kan volgen. Om c'f uur is de bezetting
voltooid. De bevolking staat voor de hui
zen en bekijkt nieuwsgierig de binnen
rijdende auto's. Overal op straat liggen
nog de dagbladen uit Barcelona. Op de
soms prachtig gesneden huisdeuren zijn
geschreven briefjes geplakt. Viva Espagne,
viva Iranco. Op de muren zijn de sikkel en
de hamer nog te zien. Op het pleintje
staat de kerk. De banken, het altaar en de
beelden zijn er uit verdwenen. Een tractor
bleef in een nis achter.
Verder dan San Mateo te gaan is voor-
loopig onmogelijk. Vaag is het dreunen
hoorbaar van de artillerie. De zwaarste die
het nationale leger bezit. De weg van Va-
lencia naar Barcelona wordt onder vuur
gelegd. De tegenstander is zoo-ver terug
getrokken, dat het, aldus generaal Aranda,
zelfs voor de artillerie onmogelijk is hem
te bereiken.
Officieel wordt zoo juist medegedeeld,
dat San Jorge, La Cenla en St. Raphael
zijn bezet. De troepen staan op een kilo
meter voor Calig, dus op 9 kilometer van
het kustplaatsje Vinaroz.
Klaarblijkelijk wacht het hoofdkwartier
op den opmarsch ten N.O. van Morella,
voor den kustweg te bezetten. Een blik op
dien weg doet 't voordeel van deze eener-
zijds afwachtende houding inzien. Door
slechts bij Vinaroz naar de kust af te dalen
zou het front niet den vorm van een wig
maar van een smalle lijn krijgen, m.a.w.
de posities aan de kust zouden te gemak
kelijk van het Zuiden en het Noorden zijn
aan te vallen. De inneming van St.
Raphael wijst er op dat het nationale
hoofdkwartier tracht het front op de kust
zoo breed mogelijk te maken.
Niet alleen zullen morgen de verbindin
gen tusschen Valencia en Barcelona ver
broken zijn, doch tevens die tusschen
Barcelona en Madrid. Catalonië zal geheel
geïsoleerd; zijn.
Op 9 en 10 Juli a.s. zal feestelijk worden
herdacht, dat honderd jaar geleden de eerste
uitgave van Hendrik Conscience's „Leeuw
van Vlaanderen" het licht heeft gezien. Tot
regeling van deze feesten is onder auspiciën
van het stadsbestuur van Antwerpen een
commissie benoemd welke zal samenwerken
met het plaatselijk verband van Vlaamsche
cultuurvereenigingen.
Vermoedelijk zal door massakoren toepas
selijke muziek ten gehoore worden gebracht,
terwijl op de Groote Markt twee openlucht
voorstellingen zullen worden gegeven van
een bekroond tooneelstuk, getrokken uit ro
mans van Hendrik Conscience. Verder zul
len vergaderingen worden gehouden, waar't
woord zal worden gevoerd door de heeren
Anton Coolen, Eugeen de Bock, J. Eekhoudt,
Rob. van Roosbroeck en August Vermeylen.
Bovendien zal in het museum voor Vlaam
sche letterkunde een tentoonstelling worden
gehouden van documenten en andere be
scheiden. welke betrekking hebben op het
leven van den Vlaamschen schrijver.
Bij het stadsbestuur van Antwerpen is de
vraag ingediend om het praalgraf van Hen
drik Conscience over te brengen van de be
graafplaats op het Kiel naar Schoonselhof.
Nu Engeland en Italië tot overeen
stemming gekomen schijnen te zijn,
begint ook de toenadering van
Frankrijk tot Italië te komen, zoo
meldt Havas uit Rome, dat het onder
houd tusschen minister Ciano en den
Franschen zaakgelastigde Blondel,
feitelijk een eerste begin vormde, dat
in wezen ten doel had Ciano de Fran-
sche voorstellen te overhandigen be
treffende da reeks kwesties, welker
regeling doeltreffend zou moeten bij
dragen tot een zuivering van de
atmosfeer in de betrekkingen tusschen
Frankrijk en Italië.
Bevoegde kringen bewaren een absolute
geheimhouding ten opzichte van den in
houd der voorstellen. Men meent echter,
dat deze op de volgende voornaamste pun
ten betrekking hebben:
De status quo in de Middeliandsche zee,
het Spaansche probleem, de Italiaansche
propaganda in Afrika, de Fransche belan
gen in Abessinië. Blondel heeft Ciano een
uiteenzetting gegeven van het Fransche
standpunt ten opzichte van deze kwesties,
die daarmede door Frankrijk op de agenda
geplaatst zijn van de Fransch-ltaliaansche
onderhandelingen.
Men verwacht, dat Ciano morgen den
Franschen vertegenwoordiger opnieuw zal
ontvangen om hem eventueel tegenvoor
stellen te doen.
Aangezien Ciano dan naar Tirana ver
trekt om Italië te vertegenwoordigen bij
het huwelijk van koning Zogoe, zullen de
Fransch-ltaliaansche besprekingen uiter-
Alkmaar, 23 April.
De Roemeensche regeering wil de IJzeren
Garde volkomen vernietigen. Dat is o.i.
reeds duidelijk genoeg gebleken uit wat wij
gisteren in deze rubriek schreven over deze
politieke partij. De taak, om deze garde uit
te roeien, is echter zeer moeilijk en ongetwij
feld zal dit een zeer langdurig werk worden.
Wat waren de doelstellingen der gardis-
tische organisaties? Officieel verklaart men,
dat Codreanu betrekkingen onderhield met
gelijke bewegingen in andere landen. De
nationaliteit van deze personen, waarmee
Codreanu in contact stond, wordt in het offi-
cieele rapport niet genoemd. Volgens an
dere bronnen echter, zouden er gedachten-
wisselingen gevoerd zijn met Hongaarsche
nationaal-socialisten, die onder leiding staan
van Szalasy. Ook zouden de autoriteiten het
ontwerp van een brief in handen hebben
van Codreanu aan Hitier.
Wanneer deze feiten bevestigd worden,
begrijpt men de verontwaardiging in offi-
cieele kringen. Begrijpelijk is ook, dat men
uiterst voorzichtig is in zijn optreden.
Codreanu zelf erkende, dat hij op het oogen-
blik, waarop hy de macht in handen zou
nemen, „natuurlijk" bedreigd zou worden
door Rusland en dat hij het noodig zou oor-
deelen een beroep te doen op de hulp van
Duitschland ter verdediging van Roemenië.
Een hoofdstuk in het gisternacht gepubli
ceerde document behandelt de verantwoor
delijkheden van hen, die een schuldige wel
willendheid toonden ten opzichte van het
optreden der IJzeren Garde. Men moet er
helaas op wijzen, zoo wordt daar gezegd,
dat tegenover dezen staat van zaken, die een
diepe verwarring stichtte in de volksziel en
die een verzwakking van haar weerstands
kracht met zich mede brengt, het gezag van
den staat menigmaal negatief was, en met
uitzondering van schaarsche, met tusschen-
poozen genomen maatregelen, geen besliste
en duidelijke opvatting van de verdediging
van den staat deed blijken. De nieuwe
grondwettelijke orde, die op 10 Februari
1938 in het leven werd geroepen, had ten
doel een tijdperk van pacificatie der geesten
en aanmoediging van het productieve werk
te verzekeren. Het blijkt dus duidelijk, dat
hetgeen men tot dusverre slechts had
kunnen veronderstellen de koninklijke
dictatuur op 10 Februari j.L tegen de IJzeren
Garde is ingesteld.
Alle Roemeensche bladen richten zich fel
tegen de activiteit van Codreanu en de IJze
ren Garde. Algemeene verontwaardiging is
gewekt door de publicatie van een passage
uit een brief van Codreanu aan zijn ouden
vriend Telescu, waarin hij schrijft, dat
„slechts tweehonderd graven hem van de
algemeene overwinning scheiden". De Vit-
torul merkt in dit verband op: Nergens in
onze geheele geschiedenis komt men een
dergelijke door Roemenen gesmeede samen
zwering tegen.
Er zijn krachtige maatregelen genomen om
te verhinderen, dat de loopende gebeurte
nissen incidenten veroorzaken in openbare
gelegenheden. De eigenaars van cafés en
restaurants, die discussies dulden in hun
lokalen, zullen persoonlijk verantwoordelijk
geacht worden.
Van het nabije Oosten naar het Verre Oos
ten, het is meer dan een dagreis! De Frank
furter Ztg. wijdt onder den titel „Vier maan
den" een hoofdartikel aan de krijgsverrich
tingen in China en schrijft o.a.: „De vloed
van Chineesche tegenoffensieven is tot staan
gekomen. Japansche divisies maraheeren
weer naar het Zuiden en met verdubbelde
energie gaan zij af op het lokkende doel: den
grooten spoorweg. In de verte ligt als be
looning de stad met een half millioen in
woners, waar de spoorwegen kruisen. Als
Soetsjou bereikt is, is een lange en moeilijke
periode van den oorlog afgesloten met een
belangrijk succes voor de Japanners.
Maar ook Japans versterkingen zullen
dat hebben de gebeurtenissen van de laatste
weken aangetoond niet zonder zwaren
strijd hun doel bereiken. Wel heeft men den
indruk, dat het resultaat van de Chineesche
contra-offensieven in het buitenland over
dreven is voorgesteld. De Japansche verlie
zen kunnen reeds daarom niet groot geweest
zijn, omdat Japan oorspronkelijk slechts een
zwakke macht in Sjantoeng had; ook is het
terrein, dat door de Chineezen is heroverd,
niet zoo aanzienlijk. Dat het Chineesche
leger het op het oogenblik van zijn reorga-
niastie nauwelijks durft wagen het tot een
open strijd te laten komen, hebben de ge
vechten van deze week bewezen; toen de
Japansche versterkingen waren aangeko
men, trokken de Chineezen terug. Zij deden
dit onder dapper verzet en hebben met hun
tegenstanders om iederen duimbreed grond
gevochten. Zij zullen dit blijven doen, maar
er is voor de eerst kort geleden gevormde
divisies met haar gebrek aan kader op den
duur geen kans Japansche kerntroepen in
een open strijd te weerstaan. De beteekenis
van den strijd in Sjantoeng heeft echter
nimmer gelegen in het tactische resultaat, in
het aantal gevangenen of in de oppervlakte
van het \eroverde terrein. De Chineesche
contra-offensieven waren ingegeven door
hoogere strategische overwegingen. Hierin
ligt de beteekenis van den strijd om
Soetsjou.
Wie deze beteekenis wil verstaan, moet
zich herinneren, dat de Japanners reeds
eens, n.1. eind December, naar den grooten
spoorweg trokken. Het leek toen een kwestie
van dagen, tot Soetsjou bereikt zou zyn.
Sedert zijn vier maanden voorbijgegaan en
deze tijd is voor do Japanners verstreken,
zonder dat zij ervan gebruik hebben kunnen
maken. Zij hebben er voortdurend meer
troepen heen moeten zenden; Noord-China,
waar oorspronkelijk slechts slechte Chinee
sche divisies stonden en dat daarom ook
neutralen waarnemers een terrein toeleek,
waar de Japanners zonder moeite successen
zouden kunnen behalen, is reeds lang tot een
hoofdtooneel van den strijd geworden, waar
talrijke Japansche krachten worden vastge
houden. Wat echter de Chineesche stategie,
die allereerst streeft naar winst van tyd, in
de oorlogspraktijk beteekent, is bijna nooit
zoo duidelijk geworden als door het bericht
van de N.R.C.-corresp. te Tokio, die dezer
dagen zijn indrukken uit Zuid-China gaf:
ononderbroken daveren 's nachts de lange
treinen met vliegtuigmotoren, tanks en ma
chinegeweren van Hongkong naar Kanton.
Daar ligt een levensader van het Chinee
sche verzet. Niemand weet zulks beter dan
de generale staf te Tokio en deze heeft meer
dan eens overwogen dezen ader door te sny-
den doch tot dusver zijn de strijdkrachten
van Japan door de gevechten in het Noorden
zoo in beslag genomen, dat er voor operaties
in het Zuiden geen mogelijkheid bleef be
staan.
De Chineezen hebben winst aan tijd kun
nen bereiken, hoewel hun eigenlijke militaire
kracht nog altijd ten zeerste voor de Japan
sche onderdoet. Hier ziet men het geweldige
voordeel van het groot front, waarvan zij
zich kunnen bedienen. De veldslag, welke
de laatste weken in Sjantoeng is geleverd,
omvatte een terrein van vele honderden
kilometers, waarbij tusschen de strijdende
afdeeling altijd groote gebieden lagen, waar
zelfs haast geen verkenners opereerden. En
daarbij is Sjantoeng slechts één van de vijf
of zes Chineesche oorlogsterreinen. Al deze
terreinen afdoende te bezetten eischt een
veel grooter aantal troepen dan Japan tot
dusver heeft willen mobiliseeren. En zoo kan
het altijd weer gebeuren, dat de Japansche
troepen op de een of andere zwakke pleü
van het breede front plotseling een in gatal
sterker vijand tegenover zich zagen en dat
daarbij nog het bericht kwam, dat de ver
sterking niet naar het front kon komen, om
dat deze door guerillabenden werden tegen
gehouden. Zoo was het ook in Sjantoeng.
Deze algemeene geografische toestanden
zijn voor de Chineezen echter eerst vrucht
baar geworden, omdat een man van beteeke
nis er gebruik van wist te maken. Hoe wei
nig terreinvoordeel alleen vermag te helpen,
heeft de overhaaste terugtocht van generaal
Han' Foetsjoe in December bewezen. Maar
schalk Tsjiang Kai Sjek daarentegen ken
merkt niet slechts vastbeslotenheid en mili
tair inzicht.
Opmerkelijk is de onbarmhartige nuchter
heid, waarmee hij een onbekwaam generaal
aan een smadelijken dood heeft overgele
verd, overeenkomende met de onbevangen
heid, waarmee hij den binnenlandschen te
genstander van vroeger tot opperbevelheb
ber aan hetzelfde front heeft gemaakt. Gene
raal Li heeft zijn vertrouwen niet be
schaamd.
Men begrijpt, wat dit alles beteekent. De
Japanners zullen zich niet voor altyd laten
tegenhouden; zij hebben versterkingen ge
zonden en beschikken in het moederland nog
over talrijke gemobiliseerde reserves; zy
rukken op en zullen vandaag of morgen de
spoorlijn bereiken. Maar voor de eerste maal
in hun oorlogsgeschiedenis sedert 70 jaar
vinden zij een man van beteekenis tegen
over zich. Daarom is deze veldtocht geen
veldtocht met snelle militaire beslissingen.
*Binnen afzienbaren tijd kan geen van beide
partijen op een Sedan of op een Tannenberg
hopen en daarmee worden de kansen op een
vrede naar een verre toekomst verschoven.
aard een vertraging van een dag of drie,
vier, ondervinden. De gunstige indruk, die
hier gewekt is door den aanvang der on
derhandelingen, houdt aan. Hij is vooral
merkbaar in politieke kringen. De bladen
onthouden zich nog van ieder commentaar.
In den aanvang der Britsch-Italiaansche
betrekkingen was dit eveneens het geval.
De levendige belangstelling echter,
waarmede men de ontwikkeling der
Fransch-ltaliaansche betrekkingen volgt,
blijkt uit de lange correspondentenversla
gen uit Parijs en Londen, die door de Ita
liaansche bladen gepubliceerd worden.
De derde zyde van de driehoek.
Reuter publiceert het volgende bericht
uit Parijs:
Hoewel men in diplomatieke kringen
zich weinig uitlaat over de Fransch-Brit-
sche besprekingen betreffende militaire,
luchtvaart- en vlootvraagstukken wint
hier de overtuiging veld, dat dergelijke
besprekingen niet allen noodzakelijk zijn,
maar onverwijld zullen worden gehouden.
Men gelooft, dat de besprokingen, die
Daladier en Bonnet te Londen zullen heb
ben, ook op deze vraagstukken betrekking
zuilen hebben en dat daarbij bijzondere
beteekenis zal worden toegekend aan
samenwerking bij de verdediging en een
heid van bevel. In dit verband acht men
het bezoek van Ohurchill aan Parijs en de
reis van Duff Cooper naar Frankrijk van
beteekenis. Churchill zou na zyn reis een
verslag hebben uitgewerkt.
De besprekingen te Londen zullen niet
temin een algemeen karakter hebben: de
technische punten zullen worden over
gelaten aan en bestudeering door deskun
digen. Bij de besprekingen zal een be
langrijke plaats worden ingenomen door
een voorstel tot het instellen van een
eenhoofdig commando over beide legers in
tyd van oorlog, waarvoor de Fransche op
perbevelhebber in aanmerking zal komen.
Daar de luchtmacht hier gaarne gezien
wordt als deel van de landmacht, zouden
de luchtstrijdkrachten van beide landen
onder dat opperbevel vallen.
Volgens een ander voorstel zouden beide
vloten onder Engelsch bevel komen. Ten
slotte bestaan er plannen voor samenwer
king by de productie en den verkoop van
wapens en munitie door de industrie in
beide landen.
De sleutel van China's uiteindelijke
overwinning over Japan ligt volgens ge
neraal Tsjih Tsjoeng Tsjang, die het vo
rig jaar het bevel voerde over de Chi
neesche strijdkrachten te Sjanghai, en
thans gouverneur is van Hoenan, in de
mogelijkheid voor China, het Chinee
sche leger onafgebroken nieuwe troepen
toe te voeren.
.Jsjang wees in dit verband op de gebie
dende noodzakelijkheid, het menschenmate-
riaal van China te mobiliseeren. Hij zeide,
dat Japan, dat een bevolking van 75 millioen
zielen telt, slechts een staand leger van acht
tien divisies heeft. Door het reeds lang be
staande stelsel van dienstplicht kan het ech
ter minstens vier millioen mobiliseeren, niet
medegerekend de soldaten in Korea, Formo-
sa en Mandsjoekwo. Ofschoon Japan dus
een staand leger van 513.000 man heeft, kan
het in totaal een millioen man naar het
front zenden. Wat China betreft, dit heeft
tweehonderd divisies, doch hierbij blijft het,
doordat de dienstplicht in China laat is in
gevoerd.
Tsjang onthulde, dat China in de eerste
periode der operaties aan dooden en gewon
den een half millioen man heeft verloren.
Tenzij wij echter, zoo voegde hij hieraan toe,
bereid zijn van vyf tot tien millioen man te
verliezen, kunnen wy niet lichtvaardig spre
ken over het winnen van den oorlog.
Berichten van het front.
Volgens het door het Chineesche persbu
reau gepubliceerde legerbericht zijn de Ja
pansche troepen die linie bezet hebben,
werkloos gebleven, daar zij onder scherpe
bewaking staan van de Chineesche troepen,
welke in de dorpen ten zuiden en westen der
stad liggen. Het tooneel van den strijd is
weer verplaatst naar Yihsien, waar de Ja
pansche troepen verwoede aanvallen doen
om de belegering te verbreken.
Minstens 50 dooden
Gemeld wordt, dat negen lijken geborgen
zijn na een ontploffing in een kolenmijn te
Grundy (Virginië). Ten minste 50 personen
zyn, naar men gelooft, in de mijn ingesloten.
Men vreest, dat zij om het leven gekomen
zijn.