VORS COBRA HeuittetoH Tunnel te Velsen heeft de volle aandacht van den minister. t PARLEMENT Eersfe Kamerleden becritiseeren onderwijs-toestanden. Behandeling in sneltrein-tempo. é0000006€»0000 OO OOOOOO@0OOOOOO0 Sproeten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutol. Bij alle Drogisten. TWEEDE BLAD. 2 (Van onzen parlementairen medewerker.) „Daar heb je het gegooi in de glazen al!" dachten we, toen baron de Vos van Steen wijk, de voorzitter van de Eerste Kamer, gisterochtend bij. den aanvang der vergadering, melding maaktè van een bij hem ingekomen brief van den voorzitter van den Ministerraad, waarin deze hem attent maakte op art. 15 der comptabili teitswet en in verband hiermede op de wenschelijkheid wees, dat de begrootingen vóór 1 Mei a.s. afgehandeld zouden zijn. Wij hadden eergisteren reeds op den krap toegemeten tijd gezinspeeld, verwachtende niettemin dat de Eerste Kamer deze hin derpaal zou weten te overwinnen. En dat doet ze ook, maar op een wat eigenaardige manier, gansch niet naar den zin van haar voorzitter, die liever spaarzaam gebruik van den spreektijd of afzien van het woord ziet in welk laatste geval hij de would-be-sprekers min of meer ostenta tief dankt! dan het scheppen van precedenten, welke niet overeenkomstig de traditie en de taak van den senaat kunnen worden geacht te zijn. En aan het scheppen van zoo iets ver schrikkelijks heeft de meerderheid zich gisteren bezondigd! Wat toch is 't gev„l geweest. De brief van dr. Colijn overigens al leen tot den voorzitter, niet aan de Kamer gericht, een fijn onderscheid, dat niet tot mr. van Vessem (n.s.b.) bleek door te dringen bracht zichtbare verwarring onder verscheidene leden te weeg, van wie we prof. Woltjer (a.r.) al spoedig met een papier onder diverse leden zagen rond gaan en dit laten inzien. Er werd zoo druk onderling geconfereerd, dat de minister van waterstaat, die inmiddels de sprekers was gaan beantwoorden, dikwijls niet te volgen was. Er broeide wat en men broedde wat uit. Hetgeen, nadat de water staats- en begeleidende begrootingen waren aangenomen, een interpellatie-aanvrage van prof. Woltjer bleek te zijn over het Regeeringsbeleid ten aanzien van de schrijfwijze van de Nederlandsche taal! De verzoeker bracht deze in verband met den tijdnood, waarin de Kamer was komen te verkeeren, zoodat de kans zeer groot was dat aan de spellingkwestie niet die zorg zou kunnen worden besteed, welke men zich had voorgesteld. De inter pellatie-aanvrage nu moest dienen om dit belangrijke punt van debat Voorloopig uit ite schakelen, waarna het later beter tot zyn recht zou kunnen komen. Een wat eigenaardige wijze van doen, waarvoor men zich wel op precedenten in de Tweede Kamer, maar niet in den Senaat zou kun nen beroepen. Baron de Vos van Steenwijk hield dit den leden, die neiging gevoelden om dien weg te kiezen, onder 't oog, er aan toe voegend dat men op dit manier voortaan allerlei kwesties aan het gewone begroo- tingsdebat zou kunnen onttrekken. Op verzoek van den heer de Zeeuw (s.d.), die het juister achtte dat het regeeringsbeleid er een punt van kabinetspolitie bij het al- gemeene begrootingsdebat werden be sproken, werd onmiddellijk in plaats van, zooals gebruikelijk., den volgenden dag, over de aanvrage beslist. By het geanimeerde debat, dat zich ontwikkelde, kozen prof. Kranenburg (v.d.) en de heeren v. Rappard (lib.) en v. Vessem (n.s.b.) d' zijde van den voorzit ter, de nationaal-socialist echter op afwij kende motieven, van meening zijnde, dat het wettelijk niet absoluut noodig was vóór 1 Mei met alle begrootingen gereed te zijn, en het „ingrijpen" van den minis ter-president in de bevoegdheden der Kamer „eigenaardig" vindend, alhoewel niet buiten de lijn van gezagsuitoefening, zooals de n.s.b. deze voorstaat. De heer de Zeeuw (s.d.) gevoelde de bezwaren van den voorzitter wel, steunde niettemin de interpellatie-aanvrage, om dat de spellingkwestie degelijk moet wor den behandeld. Onder de bedrijven door wees hy op de wenschelijkheid, dat de Kamér eeri andere wijze van behandeling der begrooting zou gaan volgen, een opmerking die prof Kranenburg eveneens had gemaakt, die echter ook gewicht bleek te hechten aan de publieke opinie over de te uitvoerige debatten van den Senaat, die vergeet dat bij een Kamer van revisie ontbreekt. Toen het op de stemming over het ver zoek van prof. Woltjer aankwam, bleken 27 stemmen er vóór en 9 er tegen te zijn, nl. de n.s.b.-ers, de voorzitter en de hee ren de Bruijn (r.k.), van Rappard (lib.), Kranenburg (v.d.) en van Embden (v.d.). Op een nader te bepalen dag zal prof. Woltjer interpelleeren. 't Zekere voor het onzekere nemend schakelde de voorzitter, dadelijk maar een avondvergadering in, zoodat de onderwijsbegrooting vóór Zater dag wel zal afgehandeld zijn. Het antwoord van Buuren. minister van Nog drie sprekers gingen aan het ant woord van minister van Buuren over de waterstaats- en verkeersaangelegenheden vooraf; de heer de Rijke (n.s.b.) klaagde over het colportageverbod op de terreinen van de Staatsmijnen, de heer Maarsingh (n.s.b.) over te hooge brug- en veergel den, de heer van Rappard (lib.) over de veronachtzaming van de Nederlandsche in dustrie door de K.L.M. Wat dit laatste punt betreft zette mi nister van Buuren uiteen dat het een moeilijk vraagstuk is, dat men eigenlijk met een complex van vraagstukken te doen heeft, die niet een, twee, drie op te lossen zijn. Veel nieuws heeft de bewindsman voor hen, die zijn memorie van antwoord ken nen, niet mededegedeeld. Hy was in een zeer welwillende stemming, verklaarde zich gaarne tot overleg met de volksver tegenwoordiging bereid en zeide overwe ging of nadere kennisneming van opmer kingen of wenschen toe. Niet zal hij kunnen overgaan tot de beveiliging van alle onbewaakte over wegen door automatische signalen of van die, welke minder dan 3 K.M. zicht heb ben, gelijk de heer van Voorst tot Voorst (r.k-.) had gewild. Dat zou veel te kost baar worden. Het publiek moet zich, vol gens de regeering, gaan instellen op nog grooter voorzichtigheid bij de onbewaakte overwegen, wanneer straks de rijsnelheid der treinen wordt verhoogd. Waar 500 M. zicht is, wordt bij 90 K.M. rijsnelheid deze afstand afgelegd in 20 seconden; bij 125 K.M. rijsnelheid in 15 seconden. Het pu bliek weet dus waar 't zich aan te houden heeftVeel tijd om te passeeren, als een trein nadert heeft 't niet; het zal moeten inzien, dat wachten veiliger is. Spoorwegtunnel bij Velsen? De minister zeide verder, dat het vraag stuk van de vervanging van de spoorbrug bij Velsen door een tunnel zijn volle aan dacht heeft. De kosten daarvan zullen zeer hoog zijn en daarover deed Z. E. wat bedenkelijk. Er wordt althans een onder zoek ingesteld naar de beste plaats voor een spoorwegtunnel. Wat de pensioenen van het spoorweg personeel betreft, halen we nog aan des ministers mededeeling dat het heele vraag stuk in nadere beschouwing zal worden genomen, welk voornemen aan den perso- neelraad is kenbaar gemaakt. Een com missie zal daarvoor worden ingesteld. Van de lasten drukkend op het motorisch verkeer geen nieuws; budgetaire moei lijkheden verhinderen, deze te verlagen. De minister verwacht dat nog in het eerste halfjaar van 1938 de tot stand- koming van het wegenverkeersreglernen- tenbesluit. Met de aanteekening dat de n.s.b.-ers tegen waren werden de begrootingen van waterstaat, voor het verkeersfonds en van de staatsmijnen z. h. s. aangenomen. De Zuiderzeefondsbegrooting ging zoo onder den hamer door. Onderwijsbegrooting. Vervolgens speelde zich het interpella- tie-aanvrage-debat af. waarvan we heb ben verhaald en toen kon de behandeling van de onderwijsbegrooting een aanvang ne/rien. Een streven naar beperking was reeds merkbaar by den heer de Jong (r.k.), den eersten spreker. Deze negeerde opzettelijk de spellingkwestie volgens den voorzitter was discussie daarover niet uitgesloten! en herhaalde den aandrang zyner politieke vrienden in de Tweede Kamer tot verbetering van de leerlingen- schaal, hopend dat de toegezegde ver zachting door het aanstellen van een extra-onderwijzer voor Rijksrekening eenig effect zou sorteeren. 's Avonds be handelde de heer Sikkes (s.d.) dezelfde kwestie. Hy erkende s ministers goeden wil. Maar aan een „étalage van goeden wilsbetuigingen" had deze afgevaardigde niet veel. Hij was van meening dat voort durend op dit aambeeld gehamerd moest worden, ten einde de kabinetspolitiek te laten ombuigen, naar den wensch van het grootste deel van ons volk. Prof. Bar ge (r.k.), de Leidsche rector- magnificus, bepleitte een monumentenwet en in t bijzonder zorg voor waardevolle kasteelen, waarvoor de bewoning een eerste eisch is. Ook wilde hij herstel van den ouden, voor 1933 bestaanden toe- Siand, dat na 4 jaar ingeschreven te zijn geweest de student geen collegegeld meer behoeft te betalen. Het aantal studenten dat zich na een candidaatsexamen niet meer laat inschrijven, wordt steeds groo ter. ook in de wis- en natuurkundige fa culteit (waar het aanschouwelijk en prac- tisch onderwijs van essentieel belang is) tot schade van het wetenschappelijk peil van hen, die later de wetenschap moeten dienen. s Avonds zijn betoog voortzettend, uitte hij scherpe klachten over de huisvesting der afdeelingen neurologie en psycheatrie to Leiden; hij noemde die beschamend en ergerlijk. Wat de spelling betreft wensch- te hij vóór alles overeenstemming met België. „Zuurkramenspelling". De heer de Rijke (n.s.b.) kwam met een lange reeks klachten over het peil van het onderwijs, overlading daarvan, speciaal by het M.O.; te groote klassen; slechte sala- rieering der leerkrachten, enz. Hij meen de dat men aan karaktervorming en licha melijke oefening moet worden gedaan; hij wilde arbeidsdienst e.d.„ kortom bepleitte een opvoeding in natipnaal-socialistischen geest en keerde zich tegen „verpolitiekt geschiedenisonderwijs' en tegen het bren gen van de politiek op.school. Ten aanzien van de spelling toonde deze afgevaardigde zich een aanhanger van de traditioneele. Hij moest niets heb ben van de „zuurkramenspelling en uit- dragersregels" van minister Marchant, die z. i. in stryd met de wet had gehandeld. De bedroevende toestard van het volks onderwijs ging den heer Wiardi Beekman ter harte. Deze sociaal-democratische af gevaardigde waarschuwde den minister ernstig tegen het streven, van sommige zyde gepropageerd, om het Grieksch in de B-afdeeling van het gymnasium af te schaffen. Een gymnasiumafdeeling zonder Grieksch is z. i. een onding. Behalve meer gelegenheid voor practisch onderwijs voor studenten, was zyn wensch ook weer directe zorg voor de noodlijdende kun stenaars. Nadat de heer Vylbrief (s.d.) tenslotte betoogd had dat de omzetting van de 3- jarige ambachtsscholen in 2-jarige nadee- lig voor de jongens is omdat zy minder onderlegd zijn, derhalve minder kans op slagen in het vinden van een betrekking hebben, werd de avondvergadering, die zeer matig door de leden was bezocht ge sloten. Het was inmiddels 11 uur gewor den. Vandaag is het debat voortgezet. Zaterdag 30 April. HILVERSUM, 301,5 M. (VARA- uitz.) 8.Gr.pl. 10.Morgenwij ding VPRO. 10.20 Uitz. voor Arb. in de Continubedr. 12.Gr.pl. 1. Orgelspel tot 1.45. 2.Toespraak t. g. v. de Nationale Reclasseerings- dag. 2.10 Gr.pL 2.20 Zang met pianobegeleiding. 2.45 Filmland. 3.15 Schaakles. 3.30 Gr.pl. 4.30 Es- peranto-uitz. 4.50 Res.-orkest, de Stem des Volks en solisten (gr. opn.) 5.40 Literaire causerie. 6.03 Orgelspel. 6.30 Uit de Roode Jeugd beweging. 7.Hist. causerie. 7.20 Gr.pl. (7.30 VPRO: Eenvoudige boeken voor wie over het Vryz.- Protestantisme iets wil weten, cau serie). 8.— Herh. SOS- en 8.03 ANP-ber., VARA-Varia. 8.15Radio- tooneel. 9.15 En nu.... Oké! 10.30 ANP-ber. 10.35 Rep. 11.12. Gr.pl. HILVERSUM, 1875 en 415,5 M. (KRO-uitz.) 8.—9.15 en 10.— Gr.pL 11.30 Godsd. halfuur. 12.Ber. 12.15 De KRO-melodisten mmv. so list. 1.Gr.pl. 1.20 Verv. concert. 2.Voor de rijpere jeugd; 2.30 Gr. pl. 3.Kinderuur. 4.Carillon concert. 4.15 KRO-orkest en gr.pl. 5.30 Esperantonieuws. 5.45 De KRO-Nachtegaaltjes. 6.20 Journ. weekoverzicht. 6.45 Gr.pl. 7.Ber. 7.15 Nederland en Oranje, causerie. 7.35 Act. aetherflitsen. 8.ANP- ber., mededeelingen. 8.15 Overpein zing met muz. omlijsting. 8.35 Gr.pL 8 45 KRO-orkest en de KRO-boys, mmv. solist. 9.30 Deel. 9.45 Radio- tocneel met muziek. 10.30 ANP-ber. 10.40 Intern, sportrevue. 10.55 12.— Gr.pL DROITWICH, 1500 M. 10.20 Gr.pl. 10.50 Orgelspel. 11.20 Pianovoordr. 11.50 Gr.pL 12.30 Rep. 12.50 Gr.pL 1.20 Sopraan en bariton. 1.50 Com- munity-singing. 2.10 Sportrep. 4.20 Roy Fox en zijn Band. 5.20 Ber. 5.50 Sportpr. 6.05 Viool en piano. 6.50 Radiojournaal. 7.20 Variété- progr. 8.20 Ber. 8.40 Nieuws uit Amerika. 8.55 Gr.pl. 9.05 Speeches. 9.35 BBC-Theaterorkest, mmv. so liste. 10.20 Ambrose en zijn Band, mmv. solisten. 11.1011.20 Ber. RADIO PARIS, 1648 M. 7.10—8.30 en 9.05 Gr.pL 11.35 Cantrelle- MHMM orkest. (12.50 Zang). 2.20, 3.05 cn 7.35 Zang. 7.50 Radiotooneel. 8.30 Variété-progr. 9.25 Symph.-concert. 10.2012.20 J. Bouillon's dans- orkest. KEULEN, 456 M. 5.50 en 6.30 Gr.pL 7.50 Schrammelensemble. 11.20 Weensch Philh. orkest. 12.35 Om- roepkleinorkest. 1.30 Gr.pL 3.20 Omroep-Amusementsorkest. 5.30 Lit.-muz. progr. 6.30 Koorconcert. 7.20 Populair progr. 9.35 Gr.pl. 9.50 —12.20 Robert Gaden's orkest en Oswald Heyden's kwintet. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 11.20 Gr.pl. 11.50 Omroepdans- orkest. 12.30 Omroepsalonorkest 12.50 Gr.pL 1.20 Solistenconcert. 2.35 Omroepkleinorkest. 5.05 Gr.pL 5.20 Opera „Götterdammerung". 9.50 Gr.pL 10.20—11.20 John Rut- ten's orkest. 484 M.: 11.20 Gr.pL 11.50 J. Schnijders' orkest. 12.50 Gr.pL 2.20 Vocaal kwartet Villier. 2.50 Gr.pL 3.05 Hobovoordr. 3.30 Gr.pl. 4.35 J. Omer's orkest. 5.05 Vioolvoordr. 5.35 Harmonicavoordr. 6.05 Gr.pL 7.30 Populair orkest. 8.40 Cabaretprogr.. 9.3011.20 Gr.pL DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.20 Gev. concert. 9.20 Ber. 9.50 Trioconcert. 10.05 Ber. 10.20 Om- roepdansorkest, accordeonduo en solist. 11.2012.15 Omroep-Amuse mentsorkest. (Gr.opn.) GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.9.20, Parijs R. 9.20—10.05, Lond. Reg. 10.05—10.40, Parijs Radio 10.4011.05, Radio PTT Nord 11.05—11.20, Keulen 11.20—12.20, Brussel (VI.) 12.20— Radio PTT Nord 16.20—17.20, Lond. 12.30, Keulen 12.30—14.35, Brussel VI. 14.35—15.20, Keulen 15.20-16.20 Reg. 17.20—18.40, Brussel Fr. 18.40 —18.50, Lond. Reg. 18.50—19.20, Danmarks Radio 19.2020.20, Keu len 20.2021.25, Parijs R. 21.25— 21.55, Berlijn 21.55—24.—. Lijn 4: Brussel VL 8.8.20, Nor- mandië 8.209.35, Droitwich 9.35— 12.20, Lond. Reg. 12.20—13.50, Droitwich 13.5023.10, Parijs R. 23.10—24.—. Lijn 5: Diversen. jBituieniand ONWAARDIGE TAAL VAN EEN NEDERLANDER. De pamfletten en der N.S.N.A.P. vergaderingen Zooals werd medegedeeld, heeft het eerste kamerlid jhr. de Savornin Lohman (c.h.) aan de ministers van algemeene zaken en van justitie schriftelijke vragen gesteld omtrent pamfletten voor een in Tivoli te Utrecht gehouden vergadering van de nationaal-socialistische Nederland sche arbeiderspartij, in welke pamfletten den Nederlandschen „arbeiders van het hoofd en de vuist" met verwijzing naar het voorbeeld van de „Oostenrijksche kame raden'" wordt aangeraden, zich met hun „Duitsche kameraden" te verbroederen. Genoemde ministers hebben thans hier op het volgende geantwoord: Naar het optreden in den laatsten tijd van de „nationaal-socialistische Neder landsche arbeiderspartij, groot-Duitsche beweging in Nederland", welke overigens een zeer geringen aanhang heeft, wordt door de justitie een nauwkeurig onderzoek ingesteld. Moch dit onderzoek de voor- loopige aanwijzingen in de richting van één of meer van de misdrijven van den eersten titel van het tweede boek van het wetboek van strafrecht (misdrijven tegën de veiligheid van cjen Staat) nader beves tigen, dan zullen een strafvervolging en andere daarmede verbonden maatregelen niet achterwege blijven. De preventieve en repressieve be voegdheden van de overheid op dit stuk worden uitgebreid in het reeds aangekondigde ontwerp van wet tot wijziging en aanvulling van de wet van 155 op het recht van vereeniging en vergadering, dat bereids het de partement van justitie heeft verlaten. Ook het eerste kamerlid Bruineman had schriftelijke vragen ingediend omtrent bedoelde vergadering, waarop volgens een bericht in de Maasbode de partyleider dr. E. H. van Rappard een toespraak heeft ge houden, waarin hy een pleidooi hield voor de aansluiting van Nederland by Duitsch- land. Op deze vragen hebben de ministers hetzelfde antwoord gegeven en daaraan toegevoegd, dat taal, als hierboven weer gegeven, voor een Nederlander onwaardig en in haar strekking van hoogst bedenke- lijken aard is. HOOFDREDACTEUR GEDAGVAARD. Van het „Nationale dagblad" in verband met de affaire-Oss. De officier van justitie te 's-Gravenhage heeft den hoofdredacteur van „het nationale dagblad", den heer Rost van Tonningen, gedagvaard tegen Donderdag 12 Mei ter zake van beleediging van minister Goseling in een artikel in het blad van 13 April, welk artikel was gewijd aan de affaire- Oss. jNed. bewerking door MARIE [DEBELMONTE 40) Door MARK CHANNING En ze bracht Chlrine op de hoogte van wat zy vanaf haar observatiepost had ge zien. Het vlugge verstand van Chirini doorzag terstond het door den Cobra in elkaar ge zette plannetje, om aan Diana de danseres te toonen in de armen van Gray; nadat zij de ander gerust gesteld had, vervolgde ze: „Indien ik me niet vergis zal de ctrank, dien hij aan je sahib gegeven heeft geen na- deelige gevolgen hebben. Zoodra hij weer ontwaakt, zal hij er niets meer van mer ken. Maar nu moet je eerst eens hooren, wat ik te vertellen heb. Goed nieuws", ging ze nadenkend door, „want het verschaft ons een nuttigen bondgenoot". En ze deed het verhaaL dat ze van den Galcha had ge hoord. „Zou je den Khan niet liever nog van avond waarschuwen?" vroeg Diana, zich de valsche, gluiperige tronie herinnerend van Khoon tijdens het feest in de groote hal. Al was Alam Khan ook nog zoo'n duivel uitgezonderd voor Chirine Diana wist heel goed, dat zijn dood op dit oogenblik een ramp zou beteekenen. En vooral voor de vrouwen van den Cobra; wie de Mongool niet voor zich zelf begeerde, zouden onder zijn aanhangers verdeeld worden; zij rilde bij de gedachte. „Neen," zei Chirine kalm, „vanavond zeg ik 't hem niet. Mijn plan is klaar: ik zal dat vette varken Jaffir dreigen door te zeggen, dat ik dingen van hem weet, zonder te ver tellen wat. Als die ellendeling helpen wil om jou en je sahib te laten vluchten, dan zal ik hem tijd geven om er zelf ook van door te gaan. En anders...." Een schater lach riep echo's op. „Hoe kun je nou lachen, Chirine?" vroeg Diana verwijtend. ,,'t Was maar een voorspel van den lach die daveren zal, wanneer ik dat verdoemde zwijn op het marktplein door woedende stieren uit elkaar zie trekken," antwoordde Chirine verwoed. „En Gulbundun zal nog veel meer pret hebben, dan ik. En nu moet je naar bed, Diana-met-een-gezicht-van- sneeuw. Je zult zien, alles komt terecht." Bemoedigend klopte ze Diana op naar schouder. „Kom je vannacht bij mij slapen," smeek te het Engelsche meisje, wier overspannen zenuwen in het minste gerucht gevaar vreesden. „Ja, straks, zoodra ik terug ben." „Waarom laat je me alleen Chirine?" De Perzische legde een koelen vinger op Diana's lippen. „S. s. s. t.!" luisterde ze, „ik laat je al leen, omdat ik naar je sahib ga." HOOFDSTUK XXI. Ontmoeting van Gay en Diana. In den morgen kwam opnieuw bericht van den „Man met den Sluier", hij zou over een paar uur komen en hij beval de voor posten van de beide naar het dal leidende passen te verdubbelen. Met eenige woorden bevestigde hy zijn vorige missive, waarin sprake was van een dreigend gevaar. Deze tijding bracht den Cobra buiten zich zelf van woede. Hy ontving ze in zyn slaapkamer, waar den ongelukkigen boodschapper toegang verleend was, om, volgens zijn orders, den brief persoonlijk te overhandigen. Nadat Alam Khan dezen gelezen had. liep hy met groote stappen op den bode toe; met één slag van zijn degen deed hij het hoofd van den man in een hoek van het vertrek rollen. De vrees, dat Diana Lindsay er niet in zou slagen van Gray het cijferschrift te verkrijgen, maakte hem nog razender. Zelfs de soldaten van zijn lijf wacht, allen pootige kerels en voor geen kleintje vervaard, weken terug telkens wanneer hij naderde b(j zijn heen en weer geloop door het groote vertrek, steeds pluk kende aan zijn langen baard. De mannen wisten de één na den ander te ontkomen, en Alam Khan bleef alleen met Shiv, zyn tijgerin, by het lyk van den booschapper. Het dier sloop spinnende naar den bloed plas; een lange sjaal, eigendom van Gul bundun en door de tijgerin verscheurd, slierde achter het gestreepte monster aan Driftig schoot haar woedende meester toe en rukte den krans van versche bloemen van een richel langs den wand, waar één der knechts, toen hy als gewoonlijk Shiv's tooi sel had binnengebracht, het haastig had neergelegd uit vrees van anders ook ver moord te worden. Onbarmhartig striemde de Cobra kop en snuit van het dier met de zware guirlande tot de heele vloer bezaaid was met de witte bloemblaadjes. Daarop richtte hij zich op en scheurde de sjaal, die geheel aan flarden was, uit den muil van Shiv en met een nydigen schop legde hij haar vast aan de ketting. „Jaffir, hond, hier!" brulde hy. Het paffig gezicht van den eunuch ver scheen in de omlijsting van de deur. „Heeft de verheven meester me geroe pen?" De kolos, door schrik bevangen, beefde als een rietje. „Breng de Engelsche miss naar djen sahib", snauwde Alam Khan. „En dadelijk. Zij kent mijn bevelen. Zorg jij er voor aan die van jou te gehoorzamen." „Wat is er van 't verlangen van de Tegenwoordigheid?" „Dat je hun gesprek afluistert, evenals ik dit zal doen. Bedient een van beiden zich van die vermaledijde Engelsche taal, dan scheidt je ze. Ik ga naar de kamer met het kijkgat, om getuige te zijn van hun liefdesduo." Na Diana naar het vertrek gebracht te hebben, liet de eunuch haar alleen. Bij haar binnenkomen viel haar blik direct op den lagen divan in het midden van het vertrek, waar ze dat paartje had zien zitten. Zelfs de wetenschap van wat haar taak was, was niet bij machte haar oogen ervan los te maken. Ze had het gevoel, dat van boven iemand haar begluurde, met een schamperen, mee- doogenloozen blik, een uitdrukking, waarin gloeiende haat en jaloezie vermengd was. Er was niemand in het vertrek te zien. „Majoor Gray!" riep ze. Geen antwoord op die vreemde, zwakke stem, die toch de hare was. Ze riep weer, doch vergeefs. Onder een boog doorgaande, die tot een balcon toe gang gaf, zag ze opeens Gray, die op een rustbed lag te slapen. Hij wist klaarblijke lijk niets van haar komstMisschien die drank? Bij het zien van de scherpe trekken, waar uit zoowel goedheid als beslistheid spra ken, kreeg ze een gevoel van medelijden en tevens van geluk. „Majoor Gray! Ik ben 't, Diana Lindsay!" Bij het hooren van haar naam kwam hij verschrikt overeind. „Ljeve hemel.., ja, natuurlijk.... tk wist, dat u hier wasMaakt u het goed? Hebben ze u mishandeld? My hebben ze voor de tweede maal een soort verdoo- vingsmiddel gegeven, de duivel hale ze. Excuseer meWilt u niet gaan zitten?" „Is u ziek?" vroeg ze fluisterend. „Ik ben bestmaar we moeten zien u hier vandaan te krijgen. Alam Khan By het noemen van dezen geduchten naam herinnerde zij zich weer de woorden van den Cobra: je praat in onze taal, op dat ik wat je zegt begrijpen zal. „Hijhij bespiedt ons. Hy luistert", viel zij haastig fluisterend hem in de rede. We moeten daarginds praten in in Yani. Ergens luidde de gong. Hetzelfde geluid had ze al in de spionnagekamer gehoord. „Oh kom toch gauw!" (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 6