De belasting-ontduikingen te Schagen,
Spoet
Rechtszaken
Juridisch steekspel tusschen O.M,
en verdedigers.
Een schitterend pleidooi.
ALKMAARSCHE COURANT VAN WOENSDAG 4 MEI 1938.
Het requisitoir.
Zooals wij gister nog konden opnemen,
was 10 voor half drie het woord aan den
Officier van Justitie mr. v. d. Feen de Lille,
die in zijn breed en gedocumenteerd betoog
voorop stelde, dat deze zaak een gevolg was
van het feit, dat S. 100 terug ontvangen
successierechten niet had uitbetaald. Later
was dit wel geschied, doch voor iemand die
boeken voor anderen bijhoudt gaf dit te
denken. De justitie vond daarin aanleiding
de honderden dossiers ter beschikking te stel
len van de Rijksaccountants, die het spe
ciaal opgeborgen dossier van verdachte Bolte
onder de loupe namen.
Verdachte S. volgde het, voor iemand die
wat te verbergen heeft, foutieve systeem
om alle aanteekeningen te bewaren.
Dit conservatisme werd hem noodlottig.
Gevonden werd o.a. een brief van Bolte
aan Bischof in Zaandam, waaruit bleek, dat
verdachte Bolte schrijft een 5000 goederen
achterwege te hebben gelaten, om niet te
veel belasting te betalen en om een reserve
te maken.
Volgens spr. is het hoofddoel geweest
niet te veel aan belasting te betalen, wat
in het bewone spraakgebruik beteekent
minder betalen dan men verschuldigd is.
Spr. oordeelde, dat reserveering niet het
doel was, maar weglaten van een voorraad,
om tot een totaal te laag bezit te komen. Wat
overbleef kreeg een aftrek van 331/3
Onverschillig was het spr. welke om
schrijving men aan een balans gaf. Eens
was men het toch zeker, dat een balans een
toestand weergeeft op een zekeren datum.
Als men had willen reserveeren, dan had
men dit ook op de balans tot uitdrukking
moeten brengen.
Spr. oordeelde het primair aan B. ten
laste gelegde bewezen.
Het bezwaar van den verdediger ging z. L
niet op. Men moet het geheele geschrift be
schouwen.
Het geheel wordt als balans door den fis
cus aanvaard.
Voor de politie erkende verdachte, even
als voor den rechter-commissaris.
B. werkte samen met S., die de lijnen
aangaf. Niet is komen vast te staan, wie
gesuggereerd heeft een deel van de goede
ren op de balans te verzwijgen. Spr. komt
het voor, dat de gedachte van B. is uitge
gaan en dat S. die heeft uitgewerkt.
Spr. oordeelde het merkwaardig dat een
accountant zich daartoe leende, omdat hij
daardoor niet alleen zich zelve, maar ook
anderen in het ongeluk stortte.
Zijn redeneering: „Ik waarschuwde, doch
Met het aan mijn cliënten over", is van nul
en geener waarde.
Hij had moeten weigeren.
Vermoedelijk handelde hij uit vrees
cliënten te verliezen. Spr. heeft den indruk
gekregen, dat S. weinig aan zijn cliënten
berekende.
Hij werkte tegen zeer lage, te lage tarie
ven. Vermoedelijk was hij zoo toeschietelijk
voor zijn cliënten om er meer te krijgen.
S. heeft in ieder geval zijn medewerking
yerleend.
Er moge een schijnbare tegenspraak zijn,
doch in wezen is het een.
Over de definitie van een balans bestaat
er weinig jurisprudentie. Door een toeval is
hier gebleken, dat de balans valsch was.
Spr. oordeelde aan de hand van een schrij
ven van prof. Cleveringa, dat het juist was,
dat een balans dient als geschrift tot het
bewijs van eenig feit.
Spr. wees er voorts op, dat in het Wetboek
van Koophandel van 1922 het woord „ba
lans" was opgenomen, dat er in 1934 weer
werd uitgelaten, doch niet om den toestand
van voor 1922 te herstellen.
Spr. achtte wettig en overtuigend be
wezen, dat B. valschheid in geschrifte heeft
gepleegd en dat S. medeplichtig is aan het
opzettelijk middelen verschaffen tot dit
misdrijf.
Vast stond ook, dat B. zijn vermogen te
Iadg had aangegeven en eveneens, dat hij
zijn inkomen over twee jaar te laag heeft
aangegeven, al is niet komen vast te staan,
dat de genoemde bedragen van f 2000 en
900 juist zijn. Deze bedragen berusten op
een berekening van den rijksaccountant en
ovendien heeft B, erkend. Ook voor deze
delicten heeft Schoorl zijn medewerking
verleend.
Spr. oordeelde het ten laste gelegde in
zijn vollen omvang bewezen.
Komende tot de waardeering, noemde spr.
het eigenaardig, dat de dader zich op vrije
voeten bevindt en de medeplichtige in voor
arrest zit. De rede, dat verdachte S. is ge
detineerd, vindt zijn grond in het feit, dat
S. verschillende clienten op dezelfde wijze
heeft geholpen, waardoor deze annex is,
aan vele belastingontduikingen. Een en an
der heeft tengevolge gehad, dat al 2000 aan
achterhaalde belasting is geïnd.
Wanneer S. toegeeft dat er meer dergelijke
zaken zijn, is er voor spr. aanleiding daar
mede rekening te houden en de zaken, die
naar voren zijn gekomen, als afgedaan te
beschouwen, al behoudt spr. zich vrijheid
voor ten aanzien van zaken, die nog voor
den dag kunnen komen.
De eisch.
Tegen S. eischte spr. een zwaardere straf
dan tegen B. met het oog op de meerdere
zaken en om een straf in eens te bepalen,
zoodat S. toch beter af is, dan wanneer hij
ook voor de andere gevallen gestraft zou
worden.
Tegen B. vorderde spr. gezien het doen
van „een te lage aangifte" een gevan
genisstraf van 6 maanden en tegen S.
een dito van 1 jaar.
Op een vraag van den president erkende
S. B. ter zijde te hebben gestaan als boek
houder en als belastingadviseur.
Voorts verklaarde hij, dat dit geval op
zich zelf stond. Als er meerdere gevallen van
denzelfden aard zijn, dan bestaan die buiten
zijn medewerking.
Depresident vond dit bevreemdend,
gezien de verklaringen van S. tegenover de
rijksaccountants.
Verdachte S. hield vol, dat hij buiten on
juiste opgaven stond van de andere cliënten,
indien die bestonden.
De verdediging van mr. Buiskool.
Allereerst was het woord aan den verde
diger van verdachte B., mr. Buiskool, die
mededeelde, dat hij met mr. Scholten over
een was gekomen, tezamen ieder voor een
deel te pleiten, om herhalingen te voorko
men.
Spr. verwierp de bekentenissen op grond
van de wet en betwistte voorts, dat hier
overeenkomstig de wet deskundigen zijn ge
hoord. B. heeft erkend verkeerd te hebben
gehandeld, maar niet, dat hij den opzet heeft
gehad van de valschheid in geschrifte welke
hem ten laste wordt gelegd.
De deskundige rapporten die in het dossier
voorkomen zijn volgens de wet geen bewijs
stukken.
Met den meesten nadruk ontkende spr.,
dat hier een balans was in den zin van art.
6 van het Wetboek van Koophandel.
De balans in den zin van het wetboek van
koophandel is het balansboek, dat niet is ge-
teekend.
Ook ontkende pleiter, dat ook wat de in
houd betreft hier van een balans sprake is.
Voor de aangifte van de vermogensbelas
ting kan een balans alleen dan als bewijs
stuk dienen als voldaan is aan de eischen die
de wet stelt en aan die eischen voldoet het
stuk niet.
Spr. oordeelde, dat de conclusies van de
accountants, dat het stuk valschelijk is opge
maakt, omdat men een deel van de goederen
niet heeft opgenomen, te ver gaan.
Het komt er op aan hoe men gewaardeerd
heeft. Het is mogelijk dat men sommige goe
deren niet waardeert, maar andere te hoog,
zoodat het eindcijfer juist kan zijn.
Voorts betwistte spr. de mogelijkheid, dat
door gebruik van de z.g. balans nadeel kon
ontstaan. Het nadeel, dat de fiscus kon lij
den, vloeide niet voort uit de balans, maar
uit de valsche aangifte.
Spr. stelde voorop, dat hij de gevolgde me
thode van verdachten volkomen onjuist
vond.
Doordat een deel van de goederen er zijn
uitgenomen, is het echter nog niet juist, dat
daardoor een te laag kapitaalcjjfer is gesteld,
dit kapitaalcijfer moet door alle vermogens-
bestanddeelen tot stand komen.
HOOGE GASTEN OP HUIZE DOORN.
Ter bijwoning van het huwelijk van prins Louis Ferdinand von Hohenzollern met grootvorstin Kyra van Rusland vertoeven
op Huize Doorn o.a. (V.l.n.r.): de gemalin van prins Oscar, prins Eitel Friedrich, prins August Wilhelm, Prins Oscar en de broef
en zuster van den bruidegom prins Friedrich en prinses Cecile.
Van links naar rechts, boven een nieuwe
zogel der Spaansche regeering voor de
verdediging van Madrid, één exemplaar
van een serie van 4 Russische zegels met
dezelfde beeltenis en een exemplaar van
een serie van 3 Russische zegels met een
zelfde andere beeltenis, beide series uitge
geven ter eere van de drie NoordpoolvLie-
VOOR POSTZEGELLIEFHEBBERS.
gers. Onder: twee Fransche zegels
resp.
voorstellende een groep mijnwerkers
(links) en de burcht Carcassonne, en een
nieuwe Zwitsersche luchtpostzegel (rechts)
Deze postzegels werden ter reproductie
afgestaan door de postzegelclub „Insu-
linde".
Door taxatie is komen vast te staan, dat
het ontroerend goed 5000 te hoog is opge
nomen. Ook is niets gesteld voor dubieuse
debiteuren en zijn geldleeningen voor 100
pCt. getaxeerd.
Pleiter was overtuigd, dat verdachte te
goeder trouw meende met zijn opgave een
juisten toestand van zijn bezit te hebben ge
geven. Over de drie jaren had voor de goe
deren nog een prijsdaling plaats van 15 pCt.
Daarom was er geen sprake van reservee
ring, maar opvanging van prijsdalingen. Niet
bewezen achtte pleiter, dat inderdaad ten on
rechte een kapitaalsaldo van 38.633 zou zijn
opgegeven.
Voorts betoogde pleiter, dat, ondanks de
bekentenissen van B. niet vast staat, dat de
aangifte van de inkomstenbelasting te laag
is geweest. Men moet de bekentenis objec
tief bekijken en dan staat het zoo, dat de
bekentenis slaat op het uit de balans als be
zit houden van een hoeveelheid goederen.
Pleiter concludeerde tot vrijspraak. Oor
deelt de rechtbank anders, dan wil spr. er
op wijzen, dat voor een man als B. 6 maan
den gevangenisstraf wel zeer zwaar zullen
zijn. B. is al meer dan voldoende gestraft
door de geheele geschiedenis en pleiter hoop
te, dat de rechtbank verdachte niet naar de
gevangenis zal verwijzen.
De verdediging van mr. Scholte.
Deze wees er op, dat plotseling een bom
barstte, toen tegen verdachte S., die in
Schagen een eervolle positie bekleedde, een
vervolging werd ingesteld, in verband met
de successiebelasting, welke tot niets leidde.
De geruchten om deze zaak zijn zeer over
dreven.
Het is volgens pleiter wel gebleken, dat de
naar het oordeel van den officier duidelijkste
zaak, uit de vele dossiers, niet zoo duidelijk
is, als de officier veronderstelde. Wat de
meerdere zaken betreft, daarover zijn geen
instructies geopend. De verdachte is althans
nog slechts in weinige zaken gehoord.
Uitvoerig betoogde pleiter in een schit
terend pleidooi, het beste dat wij sinds lang
hoorden, dat een N.V. wel openlijke reserves
mag maken, doch een particulier koopman
niet. B. nu heeft stille reserves gemaakt.
Evenals mr. Buiskool zal spr. zich onthou
den na te gaan, wie de schuldigste is. Wel
oordeelde hij het noodig, er op te wijzen,
dat verdachte B. belang had bij de aan
gifte van een geringere goederenvoorraad en,
dat S. voor zijn medewerking geen extra
betaling heeft gehad. Uitvoerig betoogde
pleiter, dat er ook jaren zijn geweest, waar
in B. meer belasting heeft betaald, dan hij
verschuldigd zou zijn geweest als hij niet
gereserveerd had en wel doordat gemaakte
stille reserves weer in de zaak waren op
genomen.
Het deelsommetje van den rijksaccountant
over de meerdere inkomsten van B. had
naar het oordeel van pleiter geen bewijs
kracht.
De bekentenissen van verdachten voor de
r.-c. kunnen alleen berusten op hetgeen
men hun heeft voorgelegd, maar mogen niet
gehouden worden als het bewijs.
De lagere aangifte van 900 voor de in
komstenbelasting 1935 berust op een schrijf
fout, wat den officier uit de stukken kan
blijken.
Spr. oordeelde, dat de rijksaccountants op
een dwaalspoor zijn gekomen door het ge
bruik van het woord „reserves" in deze
zaak.
Meer uitvoerig verklaarde spr. deze ziens
wijze. Pleiter was ook van oordeel, dat de
waardeeringsmethode niet deugde, doch
wees er op, dat mr. Buiskool reeds had aan
getoond, dat het kapitaal uit verschillende
bestanddeelen bestaat. Het staat niet vast,
dat B. een te laag bezit heeft opgegeven.
Het is aannemelijk, dat verdachten den
opzet hebben gehad een te lage aangifte te
doen, maar het staat niet vast, dat ze daarin
zijn geslaagd.
Ook pleiter was met mr. Buiskool van
oordeel, dat B. geen balans heeft over
gelegd. De koopman moet zijn balans 30
jaar bewaren, zoodat het afgegeven stuk de
balans niet kan zijn. Met mr. Polak is spr.
van oordeel, dat de balans een lijst is van
alle bezittingen, waarden en alle schulden,
terwijl daarop tevens het saldo wordt aange
geven, maar dan klopt de interpretatie niet,
die de accountant Steenken er aan heeft
gegeven.
Komende tot de vraag, in hoeverre hier
valschheid in geschrifte aanwezig is, zelfs
aannemende, dat het overgelegde stuk een
balans was, en erkennende, dat de balans
als eenig bewijs kan dienen, betwistte
pleiter, na de wetswijziging 1934, dat de
balans bestemd zou zijn tot eenig bewijs te
dienen. Spr. verwijst naar arresten van den
Hoogen Raad, die een aanwijzing zijn, dat
dit hoogste rechtscollege de balans slechts
als bewijsstuk erkent van de directie tegen
over aandeelhouders. Volgens arresten van
den Hoogen Raad bewijst de balans niets
tegenover den fiscus. Koopmansboeken als
journalen kunnen wel als bewijzen van
feiten dienen.
Op juridische gronden betoogde spr. voorts
dat hier geen sprake is van het opzettelijk
weglaten van een deel van de goederen.
De waarde van de goederen komt hoog
stens te laag voor, maar kan ook te hoog
zijn. Met nadruk verwierp spr. de ten laste
gelegde valschheid in geschrifte.
Pleiter kende veel balansen van groote
instellingen, waarop schitterende gebouwen
en inventarissen uit voorzichtigheid slechts
voor 1 zijn opgenomen. Wanneer het
valsch is, dat B. zijn goederenvoorraad voor
33000 opneemt, dan is het ook valsch, dat
Philips zijn gebouwen voor 1 op zijn
balans plaatst. Dit kan onjuist zijn, maar is
niet valsch.
Verdachte Schoorl, aldus pleiter, was vol
komen op de hoogte van den zakelijken toe
stand van het bedrijf van B. Hij heeft
gezien, dat er geknoeid werd, maar voor
een accountant is het zeer moeilijk de
waarde van den goederenvoorraad te beoor-
deelen.
De handelwijze van S. verdiende afkeuring.
Hij heeft echter geen enkel gewin voor zijn
handelingen genoten.
Meer dan 3 maanden zit hij reeds in voor
arrest. Verwerpt de rechtbank het verweer,
dan verzoekt spr., bij de strafbepaling daar
mede rekening te houden, ook met het feit,
dat zijn geheele drukke boekhouderspractijk
is vernietigd. Primair vroeg pleiter echter
vrijspraak.
Na re- en dupliek werd de uitspraak be
paald op heden over 8 dagen.
Vo e tb aL
REITSMA TRAINER VAN ALCMARIA.
De voetbalver. „Alcmaria Victrix" hield
gisteravond ten huize „van Doorn" opnieuw
een buitengewone algemeene ledenvergade
ring.
Het voornaamste punt van de agenda
werd gevormd door een bestuursvoorstel,
inhoudende maatregelen te treffen om de
training die door het aan trainer Mein-
ders overkomen ernstig ongeval stagneerde
tijdelijk door een anderen te doen voort
zetten.
De voorzitter, de heer Bonsema,
opende met een woord van welkom deze
vergadering, die door droeve omstandighe
den noodzakelijk werd. Hij sprak zijn beste
wenschen uit voor het algeheel en voor
spoedig herstel van den trainer.
Na voorlezing der notulen, stelde de voor
zitter het punt bespreking „training" aan de
orde. Aangezien het nog geruimen tijd kan
duren aleer Alcmaria's huidige trainer
weer geheel beschikbaar zal zijn, had het
bestuur naar een plaatsvervanger rondge
zien.
Trainer Pognam, die ook het vorige sei
zoen tijdelijk bij Alcmaria werkzaam was,
bleek thans niet beschikbaar. Toen werden
besprekingen geopend met den per 1 Juni
a.s. aftredenden trainer van „Helder", den
oud-Alcmariaan H. G. Reitsma.
Deze besprekingen hebben tot resultaat
gehad, dat het bestuur thans voorstelde,
Reitsma ingaande 15 Mei a.s. voor 2
avonden per week alsmede zoo noodig
des Zondags, als oefenmeester te engagee-
ren, zoolang zijn collega Meinders niet in
staat is zijn werk te hervatten.
Meerdere leden voerden over dit voorstel
het woord, dat tenslotte met algemeene
stemmen werd aangenomen.
Bij de rondvraag informeerde de heer
Lutterot naar het bestuursstandpunt inzake
het adres van de vereeniging van 2e, 3e en
4e klassers met betrekking tot een even-
tueele uitbreiding van de competitie en
afschaffing van de promotie- en degradatie
wedstrijden.
Naar spr. meening zit aan uitbreiding
automatische afschaffing van de degradatie
wedstrijden vast.
De voorzitter deelde mede, dat Alcmaria
wel voor uitbreiding van de competitie is,
onder voorbehoud, dat daaraan geen auto
matische afschaffing van de degradatie
wedstrijden wordt gekoppeld.
Verder deelde de voorzitter nog mede, dat
a.s. Zondag Alcmaria op haar terrein een
vriendschappelijke ontmoeting tegen de
„Alkmaarsche Boys" zal spelen en hoopte
op een prettig verloop.
Na een krachtige opwekking, om thans
eendrachtig achter den nieuwen trainer te
staan, sloot spr. de vergadering.
Schaken.
HET A.VJt.O.-TORNOOL
Het Avro-schaaktornooi zal van 5 tot SI
Nov. a.s. worden gehouden. De verschil*
lende ronden zullen te Amsterdam, Rotter*
dam en den Haag worden gespeeld, maar
ook zullen waarschijnlijk andere plaatsen
van Nederland voor een ronde in aanmer
king komen, Het ligt in de bedoeling, dat
in de avonduren zal worden gespeeld. Al*
wedstrijdleider zal de Nederlandsche kam
pioen S. Landau fungeeren.
In een vraaggesprek, hetwelk gisteravond
voor de Avro-microfoon plaats vond, waariii
o.m. dr. Euwe, Spielmann, Kmoch, Landau
en enkele schaakautoriteiten aan het woord
kwamen, deelde dr. Euwe mede, dat hij
zich vooral physiek op het komende zware
tornooi zal voorbereiden. In schaaktheore-
tisch opzicht meende de ex-wereldkampioen
geheel gereed te zijn, doch hij zal zich iB
de komende maanden vporal nog practiscH
oefenen. Volgens dr. Euwe zal zijn match
tegen Capablanca wel geen doorgang vin
den, doch daar staat tegenover dat de mo
gelijkheid groot is, dat een tweekamp tus
schen hem en Keres zal worden gehouden.
INTERNATIONAAL TORNOOI TE
NOORDWIJK.
In de eerste helft van JaaL
Reeds geruimen tijd is het bestuur van
de Noordwijksche schaakclub bezig met hei
organiseeren van een internationaal tornooi,
dat begin Juni in de Noordzeebadplaata
zou worden gehouden en waarvoor een aan
tal van de sterkste buitenlandsche meesters
een uitnoodiging zouden ontvangen.
Naar wij vernemen bevinden dese
plannen zich op het oogenblik in een
dergelijk stadium, dat aangenomen mag
worden, dat het tornooi doorgang zal
vinden. Uitnoodigingen zijn o.m. gezon
den aan de beide Esthlanders Keres en
Schmidt, aan dr. Tartakower, sir G. A.
Thomas, Spielmann, dr. Bernstein, Elis-
kases en den Nederlandschen kampioen
Landau. Alle meesters hebben de invi
tatie nog niet aanvaard, doch de defi
nitieve bezetting van tien spelers zal
wel niet veel van deze namen afwijken.
Hans Kmoch treedt als wedstrijdleider
op.
Het tornooi zal op 7 of 8 Juni aanvangen,
dus na den- wedstrijd EngelandNeder
land, welke op de beide Pinksterdagen te
Londen wordt gespeeld en een tiental da
gen zal duren.
Lawntennis.
ONZE DAVIS CUP-PLOEG
SAMENGESTELD.
Van Swol zeer goed op dreef.
De Nederlandsche Davis Cup-ploeg, die
a.s. week-end op d*> M.E.T.S.-banen te Sche-
veningen tegen de Franschen zal uitkomen,
bestaat slechts uit twee spelers, n.1. Hughan
en van Swol, die zoowel in het dubbelspel
als in de enkelspelen zullen uitkomen. Deze
beslissing heeft de keuze-commissie gister
middag genomen, nadat van Swol en Tesch-
macher elkaar nog in drie sets op de M. E.
T S.-banen bekampt hadden.
Evenals Zaterdagmiddag in Noordwijk,
toen Teschmacher wegens een been-bles
sure niet de volle honderd procent kon
geven, was van Swol overtuigend de meer
dere. Minder nog dan in de cijfers (63,
61, 60) kwam dat in zijn spel tot uiting.
Het vertoonde veel meer kracht, veel meer
snelheid en veel meer vastheid dan dat van
Teschmacher. Wel demonstreerde Teschma
cher af en toe eens een aardige tactiek, doch
waar deze niet gesteund werd door vol
doende vastheid en techniek, was die weinig
productief. En als overtuigende troef had
van Swol nog zijn services, waarvan de
productiviteit misschien nog wel iets opge
voerd kan worden, maar die toch een mach
tig wapen vormen. Alles bij elkaar geno
men, kunnen we wel zeggen, dat van Swol
op het oogenblik in zeer goeden vorm is.
Wanneer hij zich door den tegenstand der
Franschen niet laat neerdrukken, doch in
tegendeel zijn snelheid nog iets kan opvoe
ren, kan een mooie wedstrijd tegemoet wor
den gezien.
De Brauw en Teschmacher fungeeren dus
nis reserves in onze ploeg. De Franschen
zullen, naar wij vernemen, a s Donderdag
in den Haag aankomen, behalve Destre-
meau, die een dag later komt.
Ziet gü muggen, lang van poot,
Aarzelt niet, maar slaat ze dood.