VOOR ONZE KINDEREN.
VAN KABOUTER FLIP EN ZIJN VRIENDJE WIP.
a® i
i
a
ÉR
JB R®
m
11
i
li
i
h
0
4
iii
1
nog net ontsnapt
raadsels:
op de scheepshelling.
Wagenrennen in de oude tijd.
Schaakuétiek
i
mm
11 Rgixfe "«wie
J>ud<deaéciek
m
WÊ
m
m
m
j>
m
mm
1
DERDE BLAD.
Redacteur J. H. GOUD, Utrecht.
PROBLEEM No. 32
W. ENKLAAR te Utrecht
(Eerste publicatie)
Zwart (6)
m m
a b c d t g h
Wit (10)
Dr i e z e t
Wit: Kb7, Td8 en e2, Ra7 en g6, Pf3,
pionnen c3, c6, g3 en h5.
Zwart: Kd6, De6, Rd7, pionnen d4, d5
en g7.
Oplossing van probleem no. 29 (W.
Enklaar) 1. Tb3b2.
Oplossing van het eindspel van Eijlman.
1. Dg5—g8 Kf8e7; 2. TelXeöf Ke7Xe6;
3. Thl—el Ke6—f5 of Ke6Xf6; 4. Dg8—
g5tt-
Oplossing van de „Kruistocht": 1. Ph3
g5 2. Pf3: 3. Pe5: 4. Pd3: 5. Pc5. 6. Pb3ft.
Zwart heeft telkens maar één zet.
Oplossing var. „Een reis naar de maan".
1. Pfl—e3f Kblb2
2. Rf8—a3t Kb2c3
3. Pe3—dit Kc3—d4
4. c2—c3t Kd4—e5
5. Ra3—d6t Ke5—f6
6. e4—e5f Kf6—g7
7. f5f6f Kg7h8
8. g6g7ft
HET TOURNOOl TE MARGATE.
Zooals wel te voorzien was, is Aljechin
in dit tournooi onbestreden als no. 1 uit
gekomen.
Hij zorgde ditmaal ook weer voor een
sensationeele partij, waarin alras een volle
toren werd geofferd. Men dacht eerst dat
het offer niet geheel correct was, doch het
vervolg stelde den wereldkampioen in het
gelijk.
Hier volgt deze fraaie partij.
Wit: Zwart:
Dr. Aljechin. Böök.
Aangenomen Damegambiet
1. d2d4 d7d5
2. c2c4 d5Xc4
3. Pgl—f3 Pg8—f6
4. e2e3 e7e6
Zwart doet geenerlei moeite om pion
c4 te verdedigen en dit is goed gezien,
omdat zulks altijd op nadeel uitloopt.
5. RflXc4 c7c5
6. 00 Pb8c6
7. Ddle2 a7a6
8. Pbl—c3 b7b5
9. Rc4b3 b5b4?
Deze zet is vermoedelijk oorzaak, dat
zwart de partij verliest. Het is over 'iet
algemeen genomen niet goed, de pionnen
zoo ver naar voren te brengen als men zijn
figuren nog niet ontwikkeld heeft. En
zwart heeft nog niet eens gerokkeerd!
I.0 d4—d5 Pc6a5
Op 10e6Xd5 zou volgen 11.
Pc3Xdf Pf6Xd5.
12. Tfl—dl
II. Rb3a4f Rc8—d7
12. d5Xe6 f7Xe6
13. Tfl—dlü
Een zeer diep berekend offer.
13b4Xc3
Vermoedelijk was hiei 13Dd8c7
later z.m. gevolgd door 000 beter ge-
Wêfist
14. TdlXd7! Pf6Xd7
15. Pf3e5 Ta8a7
16. b2Xc3 Ke8—e7
Er dreigde o.m. Dh5f.
17. e3e4
Het begint er al heel onbehagelijk voor
zwart uit te zien. Thans dreigt ^cl
't Kan nóg alles gedekt worden.
18. Rel—g5 DdS- -f
19. Rg5—f4 Dc7—b6
Tempoverlies. Zwart had direct 18
Db6 kunnen spelen.
20. Tal—dl %-f
21. Rf4g5 Rf8—g7
22. Pe5—d7
De ring wordt gesloten, er is geen ont
komen aan. Ta7><d7
23 TdlXd7f Ke7
25. e4e5
En zwart gaf het op.
Partijstand no. 1.
WW'/''
Wit speelt en
a b o d
wint door een combinatie.
Onze Vijfde April-Opgave.
Een nieuwe vermenigvuldifsom.
De door ons bedoelde vermenigvuldiging
zag er geheel volledig als volgt u*t
8107254
3ö9
door
W. HAGENS.
Heel ver weg, in het uiterste puntje van
Noorwegen, woonden Sven en zijn vrouw
Ingar met nog drie mannen en één vrouw in
een paar kleine houten huisjes. Sven en de
mannen moesten daar onderzoekingen doen
en Ingar en de andere vrouw, die Marga
heette, waren meegegaan om voor de man
nen te zorgen. Het leven was erg eentonig
in de kleine nederzetting. De mannen waren
bijna de hele dag weg om hun onderzoekin
gen te doen, Ingar en Marga maakten in die
tijd de huizen netjes zorgden voor het eten.
Er was niet veel in orde te maken in de
kleine huisjes en ze waren 's middags met
alles klaar en wisten niet wat ze al die tijd
verder doen moesten, want de mannen kwa
men om half 6 pas thuis, omdat het dan
helemaal donker was buiten. Dan aten ze en
gingen altijd heel vroeg naar bed, omdat het
elke avond vreselijk koud was, ook al
stookten ze nog zo hard.
Het hele „kamp", zoals ze het noemden,
bestond uit drie huizen en twee schuren,
waar al hun gereedschap in stond en waar
ook de honden sliepen en de sleden stonden.
Twee jaren moesten ze daar blijven, dan
zouden de onderzoekingen afgelopen zijn
en konden ze weer naar het Zuiden gaan.
Eens in de drie maanden gingen twee van
de mannen naar het Zuiden, naar het dichtst
bij zijnde' plaatsje om verse levensmiddelen
te halen en een nieuwe voorraad meel, waar
de vrouwen weer brood van konden bak
ken. Ze moesten twee hele dagen reizen met
hun sleden en het was een erg inspannende
tocht. Ook was het nogal gevaarlijk, omdat
ze wel eens wolven tegen kwamen. Daarom
mochten Ingaf of Marga ook nooit mee.
Nu was de tijd weer aangebroken om op
reis te gaan. Het was nog niet zeker wie
deze keer zouden gaan, maar in ieder geval
zou Sven gaan. Ingar vroeg of zij niet eens
een keer mee mocht gaan, omdat ze er zo
erg naar verlangde om weer eens mensen
te zien en te spreken, maar Sven wilde er
niets van weten. Toen werd Ingar zo ver
drietig, dat Sven besloot, dat Ingar dan
maar eens mee moest gaan. Ze zou dan wel
zien, dat het heus niet zo prettig was.
En zo vertrokken ze twee dagen later,
heel warm ingepakt en ieder met een ge
weer. De eerste dag ging alles goed, het
was erg koud, maar ze hadden zich zo warm
aangekleed, dat ze dat niet zo erg voelden.
Toen het nacht werd maakte Sven een
vuurtje en half slapende, half wakende, met
een grote deken toegedekt, brachten ze de
nacht door. De volgende morgen heel vroeg
gingen ze weer op weg. Na een tijdje
merkten ze, dat de honden onrustig werden
en ineens wees Sven naar een donkere vlek
in de verte en zei: „Daar komen wolven!"
En werkelijk een troep van acht wolven
kwam steeds dichterbij. „Let goed op en
neem je geweer", zei Sven tegen Ingar. Ze
deed wat hij gezegd had, di honden begon
nen luid te janken. Toen de wolven al vrij
dichtbij waren, legde Sven zijn geweer
aan en plotseling klonk een schot over de
wijde sneeuwvlakten en viel één van de
wolven neer. De anderen werden nijdig en
begonnen vreselijk te huilen.
Nog een schot en nog één en weer vielen
twee wolven neer. Nu werden de andere
beesten bang, ze draaiden zich ineens om en
renden weg. „Dat was net op het nippertje",
zei Sven, toen hij zich naar Ingar om
draaide, die met een doodsbleek gezicht bij
de slee stond. „Zie je nu, dat het heus niet
zo ongevaarlijk is om naar het dorp te
reizen?" Ingar kon een tijd lang niets zeggen
van de schrik. Gelukkig verliep de reis ver
der kalm en toen ze hun inkopen hadden
gedaan en na een rustige terugreis weer in
hun kamp waren aangekomen, was het eerste
wat Ingar tegen Marga zei: „Het is heus
geen tocht voor vrouwen. Als Sven niet zo
flink was geweest, had je me hier niet meer
terug gezien. Wat ben ik blij, dat ik weer in
ons eigen fijne huis terug ben!"
1. Een woord met twee medeklinkers is
met a een voorwerp waarin men iets
kan opbergen, met e een lichaams
deel van een dier, met o een dier,
met oe iets dat ieder wel bezit, met
ee een watervlakte en met eu een
boom.
Welk is dat woord?
2. Verborgen vruchten.
Stap eer je een bekeuring krijgt,
liever van je fiets.
Onno, Otto en Frits gingen samen naar
school.
Durban aan de Indische Oceaan ligt
in Zuid-Afrika.
Een gezelschap pelgrims begaf zich
naar de bedevaartplaats.
„Miep, ruim de tafel eens af", riep
moeder uit de achterkamer.
3. De slager en zijr. dochter, dt bakker en
zijn vrouw zaten gezamenlijk aan
tafel en toch waren er maar drie
menschen in de kamer.
Hoe kan dat?
OPLOSSING DER RAADSELS UIT
ONS VORIG NUMMER.
De oplossing van de raadsels uit ons
vorig nummer is:
1. Hooge bomen vangen veel wind.
2. slag.
3. smid, slager, tuinman, schilder, boek
binder.
WAT JE UIT LUCIFERSDOOSJES MAKEN
KUNT.
Weten jullie wel, dat je uit gewone luci
fersdoosjes zoveel aardige dingen maken
kunt? Je kan heel goed een poppenhuis in
richten met meubeltjes, die je allemaal
van die doosjes maakt.
Als je geen poppenhuis hebt, moet je
eens zoeken of je niet ergens een oude
doos hebt liggen. Die doos kan je verven of
met mooi papier beplakken en dan is de
poppenkamer klaar. Nu gaan we er meu
bels in zetten. Eerst zoeken we een paar
lucifersdoosjes op en nu moet je maar eens
opletten, wat we daar allemaal van gaan
maken.
We nemen uit twee doosjes ieder één
zijkant weg en lijmen ze dan met de onder
kant tegen elkaar, zoals je op figuurtje I
kunt zien. De stoel is nu al klaar. Nu vra
gen we aan Moeder of ze misschien nog
een klosje garen heeft (het garen moet er
natuurlijk af zijn). We knippen nu van een
stukje karton een ronde schijf en lijmen
die op het klosje garen. De tafel van ons
poppenhuis is nu ook al klaar. We nemen
weer twee andere doosjes en halen daar
één lange zijkant en de twee korte kantjes
af. Deze korte kantjes buigen we een beet
je naar buiten en plakken dan de dne
kantjes van het éne doosje op een stukje
karton en daarna de kantjes van het andere
doosje tegen de onderkant van dat stukje
karton. Kijk maar goed naar het plaatje. Op
deze manier blijft de divan stevig staan.
We gaan nu ook nog een wiegje maken.
Dat is wel erg gemakkelijk. Van twee
stukjes karton knippen we de zijkant van
het wiegje. Als je de onderkant een beetje
rond maakt, kan het zelfs schommelen. Het
staat heel aardig wanneer je er een klein
hartje in knipt, dan is het een echt boe-
renwiegje. We maken nu een lucifersdoos
je tussen de beide stukjes karton vast en
klaar is Kees!
Zo kunnen jullie nog wel meer meubel
tjes maken. Die moeten jullie dan maar
zelf bedenken Het is heus niet moeilijk. We
zullen tot slot nog samen een wagentje ma
ken.
Daarvoor plakken we aan een lucifers
doosje vier stukjes karton vast. Door die
stukjes karton steken we een lucifersstokje
en daar maken we een knoopje of een
rond stukje karton aan vast. Nu nog een
lucifersstokje vóóraan het doosje en je hebt
een aardig wagentje.
Wanneer je de meubeltjes en het wa
gentje nu nog mooi kleurt, zal je eens zien
hoe leuk dat staat!
In het voorjaar, als de visvangst weer
begint, worden de schepen op de scheeps
helling gebracht, waar zy grondig worden
verfje is meestal ook niet overbodig. In-
plaats van verf gebruiken de vissers ook wel
een soort van teer om hun schuiten mee te
nagezien en zo nodig gerepareerd, maar een „dichten", zoals dat heet.
In vroegere eeuwen deden de mensen
ook aan sport, hoewel aan heel andere
takken van sport dan tegenwoordig. Voet
bal, korfbal en al dergelijke spelen kende
men toen nog nie' zeer geliefd was daar
entegen het „wagenrennen".
Wagens, speciaal door deze feesten ge
maakt, werden door twee of vier vurige
paarden getrokken, terwijl de bestuurder
in de wagen stond en de dieren steeds
meer aanzette om te trachten het eerst
aan het einddoel te zijn. Dikwijls gebeurde
het, dat de wagens tegen elkaar botsten
of dat de paarden verward raakten in
eikaars leidsels en dan komen er natuur
lijk ongelukken van. Als jullie nu zo'n
renwagen wilt zien, die juist door de poort
de arena binnenrijdt, knip dan de verschil
lende stukjes zorgvuldig uit en leg ze
daarna in elkaar. Voor de stevigheid eerst
opplakken op een stevig vel papier en
daarna de stukken uitknippen, kan geen
kwaad.
72965286
48643524 f
1321762
-s3l57üïz
Toekenning April-prys.
Bij 't controleeren der lijst bleek dat de
April-prije a 2.50 gewonnen door Mev.
Hassels, Catsstraat te Heiloo, met 148 p. en
goede April-oplossingen. Deze prijs is
vanaf Maandag by onze Administratie af
te halen.
Stand der hoogstgep laat sten per 1 Mei
volgende rubriek.
Onze Nieuwe Opgave. No. 1 der Mei-serie.
Cijfers en letters.
In de volgende regel stelt dezelfde letter
steeds hetzelfde cijfer voor:
ABCD x ACBD COCC 6 3 DA
(het tweede cijfer van links in het ant
woord is een nul).
Gevraagd wordt deze som geheel vol
ledig in te zenden.
Oplossingen (2 p.) liefst zoo vroegtijdig
mogelijk doch uiterlijk tot Viijdag 13 Mei
12 uur aan den Puzzle-Redacteur van de
Alkmaarsche Courant.
éOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCC
De ruggegraat
van elk reclame-p!8n:
DAGBLAD-RECLAME!
(XXXXXXXXXXXX>0000<XXXXXXXXX>000
289. Rinaldo vertelde Peter steeds de
namen van de steden waar ze doortrok
ken. Eens, op een morgen, ontdekten ze in
de verte tal van torens en spitsen, die hun
verzekerden, dat ze in de nabijheid van
een grotere stad kwamen.
290. Direct vroeg Peter: „Hoe heet die
stad en hoe komen we daar lan8®_
naldo knikte: „Ik hoop daar tegende
avond tc zyn. Wat je daar ziet is Valla
dolid". Peter zei niets en slenterde onver
schillig weg. Flip trok hem van louter
plezier aan zijn oren.