FLITSEN
WITTE DOEK.
Joan Crawford's nieuwe film.
GEORGE GERSHWIN, ïfiïïïïU!
Q
Zl
fDe Vrouw in 't Rood"
af zien gaan.
Regisseur en Filmspeler
ONZE BIOSCOPEN.
DERDE BLAD.
in 't Rood ten
Evenals bij Greta Garbo
komt er langzamerhand een
groote lijn in de vrouwen
figuren, die Joan Crawford
gedurende dc laatste jaren te
splen kreeg. Sinds Dancing
Lady en Sadie McKee zijn
het door fijne, geraffineerde
nuances onderscheiden,
maar in de groote motieven
op elkaar lijkende, als het
ware uit elkaar voortkomen
de gestalten van uiterlijk
misschien wufte, maar inner
lijk diep me.rschelijke, haast
tragische vrouwen.
Een hoogtepunt bereikt deze
serie moderne en belang
wekkende „"vrouwenportret
ten" in de nieuwe Metro
Goldwyn-Mayer film De
Vrouw in 't Rood. Franz
Molnar, deze tooneelschrij-
ven de vrouwenpsycholoog bij
uitnemendheid, leverde het
scenario: „Das Madchen von
Triëst", na „Liliom" een van
Molnar's beroemdste succes
sen, ligt aan De Vrouw
grondslag.
Het is het verhaal van een onaanzienlijk
barmeisje uit de havenwijken van het
onstuimig levende Triëst, een meisje, dat
op niet al te fraaie wijze haar brood ver
dienen moet, maar juist daardoor een on
bedwingbare levensdrift, een zucht naar
beter, mooier en rijker leven in zich heeft.
Op een avond schijnt zij haar groote kans
■te krijgen: een oude, rijke nietsnut geeft
haar uit een gril een chèque om voor veer
tien dagen haar omgeving te vergeten en
ir. een luxe-hotel in de Dolomieten de
groote dame uit te hangen. Zij speelt haar
rol, meer tragisch dan geraffineerd, zij
schijnt den jongen man te zullen krijgen,
die voor haar comedie valt. Doch op het
laatste oogenblik breekt de illusie. De ijle
lucht der hooge bergen schijnt het hart
van deze jonge vrouw gezuiverd te hebben
en de trouwe, jonge, romantische postbode,
wiens liefde zoo weinig aan haar grooten
staat scheen te beantwoorden, wint het
echte hart van het meisje en niet haar
wanhopige poging van meer te schijnen
dan zij was. De iets overdreven, roode
avondjapon, waarin zijn meende te schit
teren en de wereld daan haar voeten te
vinden, wordt overgedaan aan de arme
kamenier van het hotel, aan haar vriendin
van vroeger.
Het is het bijzondere van deze film, dat
zij geregisseerd werd door de eenige vrouw,
die in de studio's van Hollywood den scep
ter zwaait: Dorothy Arzner. Zeven moei
lijke jaren brachten Dorothy Arzner tot
dezen grooten kans. Zij begon als typiste
op een der studio-bureaux, werd script
girl, kwam in de cutting-room voor de
montages en maakte twee jaar geleden
haar eerste film voor M. G. M. Craig's
Wife, met Rosalind Russell. En wie beter
dan een vrouw zou de tallooze subtiele
ondertonen van De Vrouw in 't Rood in
den merveilleuzen dialoog van Molnar tot
uitdrukking hebben kunnen brengen, dan
een vrouw, de regie voerende over een zoo
buitengewone vrouwelijke ster als Joan
Crawford is?
Joan Crawford is de vrouw in 't rood.
Zij is zoowel het schaamtelooze, met zich
zelf ontevreden barmeisje als de „grande
coquette", die haar gewaagd spel niet
heelemaal zoo ondoorzichtig kan spelen,
dat de eenvoudigen van hart er niet de
onoprechtheid van voelen, en zij is ook dc
arme, kleine, gewonde vogel, die aan het
slot naast den simpelen postbode op het
ratelende v/agentje eenzaam door de Dolo
mieten rijdt. In De Vrouw in 't Rood zal
Joan Crawford bovendien voor de eerste
maal, na een training van drie jaar, een
lied zingen, n.1. „Who wants Love?'" van
Franz Waxman.
Tegenover Joan Crawford staat voor
den zevenden keer sinds Dancing Lady die
prachtige, intelligente en in al zijn diep-
kervende rollen zoo oprechte acteur Fran-
chot Tone als de postbode. Robert Young,
snel naar voren gekomen in enkele groote
rollen van subtiel karakterspel, heeft de
moeilijke, maar met groote allure en
waarachtige diepte vertolkte rol van den
jongen bon viveur, die voor het al 'e
vurige rood in de japon van Crawford (en
men voelt en weet door de prachtige sfeer
en de zeldzame fotografie van deze film,
dat deze japon rood is) zijn evenwicht
kwijt raakt. Hoewel De Vrouw in 't Rood
Crawford en Franchot Tone in „De Vrouw in 't Rood"
De hoofdrolspelers Robert Young, Joan Young, Joan
naar Molnar's tooneelstuk.
Franchot Tone en Joan Crawford als de
brievenbesteller en het meisje.
een uitgesproken ernstige, in haar gevoe
lige variaties op een rijk ei belangwekkend
thema tot nadenken stemmende film is,
werd de komische noot allerminst ver
waarloosd. Zij wordt in deze film gevormd
door het brillante duo Reginald Owen, ge
boren clown, en de sprankelend geestige
Billie Burke.
De machtige, nobele sfeer der ijle ber
gen bepaalt den achtergrond en de reine,
zuivere stemming van deze film. Al deze
scènes werden daartoe opgenomen in de
afgelegen Siërra's van Californië, waar het
hoogste punt der Vereenigde Staten, Mount
Whitney, slechts 90 mijl van het laagste
punt, Death Valley verwijderd is en welk
landschap de Dolomieten op treffende
wijze nabij komt.
De vrouw, die de film maakte.
„Wat U wilt, kan niet!"
Dit was het antwoord, dat Dorothy
Arzner, de vrouw, die de nieuwe M>
tro-Goldwyn-Mayer film met Joan
Crawford, De Vrouw in 't Rood, re
gisseerde, elf jaar geleden te hooren
kreeg.
Het was voldoende voor Dorothy Arzner
om de wereld te bewijzen, dat het onmoge
lijke wèl kon. Dorothy Arzner was een uit
zondering onder de velen, die op een
gegeven ooger.iblik een enkele reis biljet
Hollywood koopen of krijgen. Zij is een
der weinigen, die Hollywood als kind ge
kend heeft. Haar vader had n.1. het eertijds
zoo beroemde café Hofiman, waar helden
uit de eerste jaren der filmgeschiedenis,
D. W. Griffith, William S. Hart, Charly
Chaplin e. a. elkaar rendez-vous gaven.
Maar haar vader had geen filmplannen
met haar en zij was ingeschreven aan de
universiteit van Los Angeles, toen zij bij
het uitbreken van den oorlog vrijwillig
dienst nam als verpleegster in het Emer-
gercy Ambulance Corps. Na den wapen
stilstand ontmoette zij William de Mille,
den minder beroemden broer van Cecil,
in het Hoffman café. Zij werd zijn steno
typiste en legde zich speciaal toe op het
overtypen en langzamerhand bewerken der
scenario's.
„Geen job was mij te onbelangrijk om
mee te beginnen", z.u Dorothy Arzner, „en
ik leerde zoodoende een massa over de
dramatische emoties e.. de karakters."
Daarna kreeg zij een eerste kans om als
assistente te werk gesteld te worden bij
het snijden der Rudolf Valentino film
Bloed en Zand. James Cruze, de eertijds
zoo beroemde regisseur van de Ameri-
kaansche persiflage Jazz, waarin de mon
tage reeds een groote rol speelde, en van
het niet minder bekend gewerden The
Covered Wagon, zag haar kwaliteiten en
vroeg haar voor wat een der grootste en
meest opwindende gebeurtenissen van
Hollywood geweest is: het over-monteeren
en snijden van de door Cruze in zijn vrijen
tijd onafhankelijk gemaal te film Old Iron
Seas. Dorothy Arzner deed dit Werk geheel
alleen. Daardoor rijpte ir. haar de harte-
wer.sch om zélf regie te voeren: een taak,
waarin reeds eenige vrouwen haar waren
voorgegaan, zonder dat deze succes hadden
geboekt.
Zij ging Laurence Stallings,
den scenario-schrijver var. What Prince
Glory, en van Stallings naar den old
timer uit Hollywood Josse L. Lasky. En
Lasky gaf haar de kans, waarop zij ge
wacht had, met Fashions for
Women. Mrar niettemin zou
het nog jaren duren voor
Dorothy Arzner gelijk kreeg
in haar opvatting, dat er
sommige en juist psycholo
gisch verfijnde films zijn, die
even goed. zoo niet beter,
subtieler door een vrouw ge
regisseerd kunnen worden.
Graig's Wife met Rosalind
Russell, was haar eerste in
ternationale succes, thans
gevolgd door Metro-Gold-
wyn-Mayer's Crawford film
De Vrouw in 't Rood, naar
het bekende succes van Mol
nar „Das Madchen von
Triëst": een film, waarvan de
spelregie en dialoogbehan-
deling zelfs de verwendste
critici in verrukking ge
bracht hebben.
En Dorothy Arzner's naam
zal men nog dikwijls als een
waarmerk van vrouwelijke
subtiliteit en torillant vak
manschap aan de films voor
Leslie Howard, die op het oogenblik
gemeenschappelijk met Anthony Asquith
de regie voert van de Engelsche film
Pygmalion, zal na de voltooiing daarvan
de titelrol spelen in Nelson, een film die
eveneens in Londen zal worden vervaar
digd en waarvoor de slag bij Trafalgar
„op ware grootte" zal worden gerecon
strueerd; de rol van lady Hamilton zal
door een nog ongenoemde Amerikaansche
filmactrice worden vertolkt, die van
William Pitt door Wilfred Lawson, de
„Doolittle" uit Pygmalion. Later in het
jaar zal Leslie Howard weer als film
regisseur werkzaam zijn. Hij zal de regie
voeren van een nieuwe film naar Carl
Meyer s scenario Der Letzte Mann (in
Engeland The Last Laugh geheeten). De
rol van den ouden hotelportier, die der
tien jaar geleden in de stomme, te Berlijn
vervaardigde film, naar hetzelfde scenario
werd gespeeld door Emil Jannings (F. W.
Murnau voerde toen de regie) zal nu door
Wilfred Lawson vervuld worden.
Rowland V. Lee zal de regie voeren van
een film, die in Hollywood naar Kate
Douglas Wiggin's vermaarden roman Mo
ther Carey s Chickens zal worden ver
vaardigd. Joan Bennett en Anne Shirley
zullen in deze film de hoofdrollen spelen»
Ben Travers heeft het scenario geschre
ven voor een nieuwe Engelsche film, die
Old Iron zal heeten. Het is een tragicome-
die, waarin het conflict tusschen een zeer
wi^kiachtigen vader en zijn even wils-
krachtigen zoon wordt behandeld. Tom
Walls, die de regie van de film voert, zal
tevens zelf de rol van den vader vervul
len; de rol van den jongeman wordt
gespeeld door Richard Ainley. Cecil Par
ker, Eva Moore en David Tree vertolken
de overige hoofdrollen.
Gastspiel lm Paradies" is de titel van
een film, die thans door Karl Hartl wordt
geregisseerd en waarvoor hij zelf, in
samenwerking met Heinz Andam, het
manuscript heeft geschreven. De voor
naamste rollen worden gespeeld door Al-
bert Matterstock, Hilde Krahl, Oskar
Sima, Edwin Jürgensen, Gustav Waldau
en Max Güulstorff.
Nadat in Frankrijk tien jaar geleden La
Passion De Jeanne D'Arc onder regie van
Karl Dreyer met Folconetti in de titelrol
werd vervaardigd en Duitschland daarop
drie jaar geleden volgde met Johanna Von
Orleans, gespeeld door Angela Salokker,
komt nu Engeland aan de beurt voor ver
filming van hetzelfde onderwerp. Ber-
nard Shaw's tooneelspel St. Joan zal ten
grondslag liggen aan de Engelsche film,
waarin Elisabeth Bergner de rol, die zij
honderden malen op het tooneel heeft ge
speeld, voor de camera zal vervullen. De
film zal worden vervaardigd onder regie
van Elisabeth Bergner's echtgenoot, Dr.
Paul Zzinner.
Pierre Chenal heeft deze week een be
gin gemaakt met de opnemingen voor zijn
nieuwe film La Maison Du Maltais, naar
den roman van Jean Vignaud, voor de
film bewerkt door Louis Companez. De
voornaamste rollen zijn bezet met Viviane
Romance, Dalio, Pierre Renoir en Louis
Jouvet.
De schrijver-tooneelspeler Emlyn Wil
liams. die bekend is geworden als auteur
van het drama Night Must Fall en als
vertolker van de hoofdrol in de Engelsche
film Dead Men Teil No Tales, heeft het
scenario geschreven voor een nieuwe
detective-film met den titel Murder In
Suburbia. De film zal in een der Londen-
sche studio's gedurende den zomer wor
den vervaardigd, met den schrijver zelf m
de mannelijke hoofdrol.
In de nieuwe KRO Radofilm
„Het Meisje in de Taxi" met
Fred Astaire, Joan Fontaine
en Burns en Allen in de
hoofdrollen, wordt de tradi
tie voortgezet dat een der
vooraanstaandste song-com
ponisten der wereld de mu
ziek voor Astaire heeft ge
schreven. Acht prachtige
melodieën zijn door deze
vroolijke historie gevlochten.
Irving Berlin, Jerome Kern,
Vincent Youmans, Mark
Gordon en Harry Revel, Con
Conrad en Herb Magidson,
Cole Porter, Dorothy Fields,
Gus Kahn, Jimmie McHugh,
Otto Harbach en Edward
Eliscu zijn eenige der be
roemde en bekende toon- en
tekst-dichters, die bijgedra
gen hebben tot de eerste
succesfilms met Astaire en
Ginger Rogers, en George
Gershwin componeerde met
zijn broer Ira de muziek
voor de jongste film van dit
tweetal „Shall we Damme".
Eveneens voor „Het Meisje
in de Taxi", de eerste Astaire
film zónder Ginger Rogers
als partner, ontwierpen de
Gershwins slechts een paar
weken voor den ontijdigen
dood van George Gershwin,
een aantal melodieën welke
populair zijn. Zij varieeren tusschen pasto
ralen, romantische balladen en moderne
danswijsjes. De beide balladen zijn „A
Foggy Day in London", een meesterlijk
gefotografeerd stemmingsbeeld waar de
neuriënde Astaire door de dampende
weiden loopt te dwalen, en „Things Are
Looking Up" als Astaire met de bekoorlijke
Joan Fontaine door de velden, tuinen, over
bruggetjes, tusschen hekken en boomen
door danst, een ononderbroken opname
die deze episode een ongemeene romanti
sche bekoring geeft en bovendien een
vondst van den regisseur Stevens is, die
van groot showmanship getuigt.
„I Can't Be Bothered Now" en „Nice
Work If You Can Get It" welke afwisse
lend gezongen of gespeeld worden door
Astaire, Burns en Allen, of Ray Noble met
een orkest. En twee ouderwetsche koor
zangen, gezongen door een geparodieerd
koor, worden tijdens de scènes op het
kasteel ten gehoore gebracht. Het zijn
„Sign of Spring" en „The Jolly Tar and
the Milkmaid", muzikaal geniale vondsten.
De dansen van den ongeëvenaarden
tapdancer Astaire zijn a la George Stevens,
die ook „Swing Time" regisseerde, gemo
tiveerd in de intrigue van deze muzikale
romance gevlochten, welke gebaseerd is
op den geestigen roman „Het Meisje in de
Taxi" van P. G. Woudehouse.
reeds zeer
William A. Seiter voert de regie van de
Amerikaansche film Three Blind Mice,
naar het tooneelstuk van Sstephen Powys,
die op het oogenblik tot de grootste suc
cessen van het Landensche tooneel be
hoort. De voornaamste rollen worden ge
speeld door Loretta Young, Binnie Bar
nes, Joel McCrea, David Niven, Stuart
Erwin, Marjorie Weaver en Pauline
Moore.
Kurt Bernhardt begint dezer dagen te
Parijs met het regisseeren van zijn eerste
HET VERLIEFDE SPOOK.
Victoria-théater.
Een spookgeschiedenis, zooals zoovele
andere: schrikaanjagend, beangstigend en
om er eén nachtmerrie van te krijgen?
Neen, integendeel: een amusante geschie
denis met somwijlen een mysterieus tintje,
b.v. als de heer en mevr. Kerby, die men
in een auto zag zitten, plotseling onzicht
baar zijn geworden en de auto als „uit zich
zelf" rijdt. Zulke verdwijningen gebeuren
in deze film herhaaldelijk en dan ziet men
plotseling papieren enz. door een vertrek
vliegen, de aanwezigen krijgen een duw
enz. Men gaat dan zoeken, maar vindt de
oorzaak niet en komt dan tot de conclusie
dat het „spookt."
En dat alles wordt door Kerby en zijn
vrouw op touw gezet om een goede daad te
doen, die dan moet bestaan in het tot een
ander mensch maken van den bankdirec
teur Topper, die danig onder de pantoffel
zit. Het experiment van de goede daad
brengt hem voor den politierechter wegens
vechten met en verzet tegen de politie
eigenlijk waren het de spoken die het
deden er komen foto's in de kranten,
die met groote koppen vertellen van het
gebeurde en mevr. Topper huilt van woede
en vreest, dat niemand meer met hen zal
willen omgaan. Maar 't wordt juist anders
om! Men vindt den bankdirecteur nu juist
sympathiek en zoekt zijn vriendschap.
Evenwel is hiermede het echtelijk drama
nog niet afgeloopen, er moet nog heel wat
gebeuren eer Clara inziet, dat ze haar man
anders dient te verzorgen dan tot nu toe.
En dan komt er een goed einde!
Zooals gezegd, een amusante geschiede
nis, waarin de spelers (de voornaamsten
zijn Roland Young als Topper, Constance
Bennett als mevr. Kendy en Cary Grant)
het komische van begin tot eind prachtig
volhouden.
Vooraf gaan drie journalen met een
schat van geïllustreerd wereldnieuws, een
gekleurde teekenfilm en een film over
zweegvliegen.
HET MEISJE IN DE TAXI.
City-Theater.
Het meisje in de taxi is een jeugdig
gravinnetje met een exentrieken vader en
een nog exentrieker tante. Zij is verloofd
met een zekeren Reggie, maar dat is de
ware Joseph niet, althans niet in het oog
van het gravinnetje, die meer van echte
mannen houdt.
Zij wordt bewaakt op bevel van de
tante door den buttler van het kasteel
en om dien te ontloopen kruipt zij op een
goeden dag in een taxi en komt te laat tot
de ontdekking, dat er al iemand inzit.
Die iemand is een beroemde zanger
althans een Jazz-zanger die door de
vrouwen wordt verafgood en bovendien 'n
tapdanser van meer dan gewoon talent is.
Het ligt voor de hand, dat de eerste kennis
making van beide zijden nogal meevalt,
maar als je gravinnetje bent en je hebt een
tante als tante Carolina, dan is 't niet gemak
kelijk om een tapdanser te ontmoeten met
wien je in het geheim zoudt willen trouwen.
De jonge man slaagt er 'n paar maal in on
opgemerkt in het kasteel te komen. Een
maal mengt hij zich onder de bezoekers, die
eiken Donderdag tegen een shilling entree
het oude kasteel kunnen bezichtigen en
eenmaal doet hij het voorkomen, dat hij bij
een zangersgroep behoort, die op het kasteel
een uitvoering komt geven. Beide keeren be
leeft hij wonderlijke avonturen en de lust
om met gravinnetjes te flirten zou mis
schien voorgoed vergaan zijn als de jonge
man en het meisje niet voor elkaar geboren
waren en elkaar dus toch moeten krijgen.
Het slot van de historie is natuurlijk een
gelukkig huwelijk waarbij de bruidegom
nog eens laat bewonderen welk talent hij in
zijn wonderlijke Jazz-beenen bezit. Het is
phenomenaal hoe Fred Astaire hier springt
en zingt en danst, en de heele geschiede
nis, waarin tal van goede acteurs voor hu
moristische tooneeltjes zorgen, is ten slotte
tot een onderhoudende film met vele zeer
fraaie opnamen geworden, een film, die
iedereen deze week maar eens nader moet
bekijken.
Vooiaf gaat een alleraardigste éénacter,
veel wereldnieuws en een zeer geslaagde
screensong, een der beste welke wij tot dus
ver gezien hebben.
Fransche film, nadat hij eenige jaren in
Londen heeft gewerkt. De titel van de
film is Carrefour; de voornaamste rollen
zijn toevertrouwd aan Charles Vanel en
Suzy Prim.
De Engelsche regisseur Herbert Wilcox,
die de film Victoria The Great vervaar
digd heeft en nu aan een soortgelijk
werk, Sixty Glorious Years, bezig is, zal
na voltooiing van deze laatste film het
leven van de beroemde Engelsche actrice
en operette-zangeres Mary Lloyd verfil
men onder den titel Queen Of The Halls.
De film speelt in het tijdvak tusschen 1890
en 1920 en zal in kleuren worden opgeno
men, met Anna Nealge, de „koningin
Victoria" uit Wilcox' vorige film, in de
hoofdrol. In het scenario, dat Jack Marks
en Edward Whiting hebben geschreven,
komen ook Sarah Bernhardt, Flo Zieg-
feld, Sir Augustus Harris (van Drury
Lane) en andere vermaarde personen van
het tooneel in Mary Lloyd's glorietijd
voor.
LIEFDESPARADE.
Bioscoop Theater Harmonie.
Deze week zal men als hoofdnummer op
het Harmonieprogramma aantreffen één der
groote succesfilms van het duo Je&oette
MacDonaldMaurice Chevalier en wel in
Liefdesparade. Deze film uit hun eerste
periode beleefde eenige jaren geleden een
triomftocht door ons land en men heeft
ihans de film weer in roulatie gebracht om
hen, die haar nog niet kenden, in de
gelegenheid te stellen, Jeanette en Maurice
te bewonderen als Louise en Alfred, ko
ningin en prins-gemaal van Sylvanië.
Graaf Alfred, die als militair attaché van
Sylvanië in Parijs een heel vroolijk leven
leidt, wordt naar zijn land teruggeroepen en
moet zich daar melden bij de koningin, die
van zijn slecht gedrag in Parijs op de hoogte
is. Hij maakt op de nog ongetrouwde ko
ningin een zeer gunstigen indruk en het
gevolg is het zoo lang verwachte huwelijk.
Als Alfred echter bedankt voor zijn derde-
plansrol in de regeering van Sylvanië, komt
het tot minder prettige verhoudingen. Maar
Alfred houdt vol en behaalt de overwinning,
waarna voor de vorstelijke familie een ge
lukkig leven aanbreekt.
De bekende muziek van Schertzinger heeft
tot het succes van Liefdesparade steeds veel
bijgedragen en is nog altijd een attractie.
Maurice Chevalier is uitstekend op dreef en
Jeannette MacDonald speelt en zingt prima.
Aardig zijn Lupius Lane en Lillian Roth in
de geestige bijrollen.
Ook de hof personen zijn mooi getypeerd.
Wij gelooven dat deze Liefdesparade het nog
best zal doen.
In het voorprogramma een mooi journaal,
een aardige muzikale film en een sportieve
opname van een Amerikaanschn kampioen
in het schieten met pijl en boog.