VORS
COBRA
0
RHEUMATISCHE
PIJNEN KWELDEN
KLOOSTERBALSEM
Wij varen met de Brandaris naar de Karimata
HeuUlelo*t
Financieel Overzicht.
Het zand op de woelige Westergronden werkt gestadig.
ONGUNSTIGE WEERBERICHTEN.
ZIJPE
OUDEN HEER VAN 60 JAAR
Dank zij dun KlOOSTERBflLStK
Is hij nu «eer kras en monter
AKKER'S ORteiNtll TE* INZJtaa
DERDE RLAD.
(Van onzen byzonderen verslaggever).
WEST-TERSCHELLING, 9 Juni.
„Hallo, reddingboot Brandaris,
Brandaris, hier de kustwachtHier
de kustwachtIk hoorde je zoo
even wel, maar niet goed door de
motoren! Je gaat naar de Karimata,
hè. Als ze een paar staafjes goud te
pakken hebben en je mocht zelf
ruimte over hebbenneem er dan
wat voor me mee. Ov jrrrrrr
Radio-telefonisch heeft de vuurtoren
Brandaris aan zijn varenden naamgenoot
een welgemeenden wensch gegeven en
voort gaat het naar de Karimata.
In den grijzen stillen morgen is de
Karimata weggevaren naar de Wester
Gronden. Statig voer de sleep langs het
havenhoofd over een spiegelgladde zee en
vergleed in de nevelige verten. Het begin
is verloopen op een wijze, die niet anders
dan ideaal genoemi kan worden. Niets
heeft een beletsel gevormd in deze vaart.
Reeds twee uren na den aanvang van de
reis lag de tinbaggermolen boven de
Lutine. Des middags vaart de Brandaris,
de motorreddingboot van Terschelling, uit
om een bezoek te brengen aan de Kari
mata. Aan boord bevindt zich de heer H. T.
de Booy, secretaris van de Noord- en Zuid-
Hollandsche Redding Mij. Kapitein Douwe
Tot staat aan het roer en de machinist M.
Zwart, tevens beheerder van het thans
voor reddingbooten onontbeerlijke radio
apparaat, verzorgt zijn motoren.
De regen, die eenige uren grijs en
naargeestig neerplensde heeft opge
houden. De wind is weer gaai. liggen.
Men behoeft niet bang te zijn voor
zeeziekte. De zee ligt voor ons. Nevels
aan den horizon belemmeren haar
verte. Van de molen is nog niets te
zien.
De Volharding vaart aan stuurboord
voor ons uit. De nieuwe ploeg bevindt zich
aan boord, de arbeidstijd van acht uren
gaat weer voor hen in. Hoe lang zal dit
duren? Niemand zal het kunnen zeggen.
Behalve misschien de menschen voor het
eugenhuis. Maar voorhands zal de Volhar
ding wel op en neer varen tusschen de
Wester Gronden en de veilige Terschellin-
ger haven. De Brandaris loopt harder, het
bruisend schuim glijdt snel langs het
schip, welks twee schroeven een machtige
deining veroorzaken en even later ligt de
Volharding achter. Schipper Tot tuurt
scherp naar de plek waar de Karimata
moet liggen: Het schip vervolgt ristig zijn
weg langs de vaarboeien, die wijd van het
eiland af liggen. Gevaarlijke gronden daar,
die Wester Gronden. De vele wrakken, die
er liggen, zijn de voor ons echter onzicht
bare getuigen. Maar de verklaringen van
schipper Tot zijn niet gelijk aan die van
het Leugenhuis, daarvoor is de zee voor
hem een te ernstig onderwerp van bespre
king. Verloor hij niet zijn broer, die stuur
man was op de eerste Brandaris, die in
1921 bewesten de Vlierond met man en
muis verging? Noch van het schip, noch
van de bemanning heeft men ooit iets weer
gevonden. Op eens komt een grijze omtrek
in de verte uit een lichtere omgeving te
voorschijn, ook een paar donkere stippen
naar rechts worden zichtbaar. De Kari
mata met de sleep- en hulpbooten. Een
kwartiertje varen en het Lutine-gebied is
bereikt.
Bij de Karimata.
Een machtig schouwspel is het wat
wij zien. De molen opgebouwd op
ponton het lijkt een drijvend eiland
waar een fabriek op gebouwd is. De
steenen goot steekt ver uit van het
achterschip. De ladder echter is ge
deeltelijk reeds in het water. De be
geleidende booten zijn deels voor
anker gegaan, deels varen zij lang
zaam af en aan om werkzaamheden te
verrichten. Ankers, die de Karimata
op haar plaats dienen te houden, zijn
reeds uitgebracht. Enkele echter moe
ten nog uitgebracht worden.
Op zichzelf reed»- een reuzen werk. Vier
ankers waren reeds geplaatst, vóórdat de
Karimata arriveerde. Hun plaats was aan
gegeven door rood. boeien. Thans is het de
taak van de sleepbooten, deze ankerkabels
weer op te visschen en te bevestigen aan
de kabels, die van de Karimata uit gevierd
zullen worden. Me.i stelle zich voor, staal
kabels van duizend kilo gewicht en vele
vadems lengte, die uitgebracht moeten
worden.
Het zand op de gronden werkt zoo, dat
slechts met moeite de ankerkabels, die
eenigen tijd geleden gezakt waren opge-
vischt konden worden. Thans wordt met
de motorflat de verbindingskabel uitge
bracht, aan boord geheschen van de Texel
en dan bevestigd aan de sluitringen, die
aan de naar de oppervlakte gebrachte
kabels bevestigd worden. Twee ankers
moeten van de Karimata zelf worden ge
presenteerd.
De Texel vaart langszij om een der ge
vaarten over te nemen. De Holland, die
tot voor kort ten anker was gegaan, stoomt
thans langzaam op om de Texel te assistee-
ren. Immers niet alleen het anker moet in
zee gebracht worden, achter het anker
hangen duizenden kilo's staaldraad. Voor
de Texel een te zware taak om alleen te
volcvoeren. Wat men als leek als een reu
zen arbeid beschouwt, vindt een matroos
van de Holland heel gewoon. Wel zegt hij,
dat het een langdurige arbeid is, maar
lastig, nee.
„Ach, je takelt het anker aan boord
van de Texel, wij stoomen op om de
Texel te helpen en het anker en de
staalkabel moet uitgevierd worden.
Nou, als je op de plek bent, waar het
anker gepresenteerd moet worden, dan
roepen ze aan boord: „Lekko en dan
gaat-ie".
Ideaal leek het weer voor den arbeid,
dien de Karimata zal verrichten. Maar even
later moet deze mtening veranderd wor
den. De wind steekt op. De vlaggen, die
tot dusver slap hingen, wapperen fier uit.
De zee begint te werken, een zware nevel
komt opzetten. De Karimata, die zich lut
tele oogenblikken tevoren scherp aftee-
kende in alle fijnheid, is thans wat het
bovendeel betreft, gehuld in grijze dam
pen! De arbeid, die aan boord verricht
wordt, en buiten boord, wordt onzichtbaar
voor het oog. De kabels, waarvan er reeds
eenige strak gespannen stonden, zijn niet
meer de zien. De Lutine-arbeid omhult
zich weder in een waas. Eenige uren later
is het weer opgeklaard. De grijze wolken
zijn grootendeels verdwenen en zoo waar
is een weer blauwe hemel te zien, waaraan
de zon zich schpchter vertoont. De wind
evenwel blijft uit het Noorden tot Noord
westen komen. Duitsche weerberichten
luiden nog steeds ongunstig. Naar men
meende bestaat er groote kans dat heden
de Karimata echter nog met baggeren zal
beginnen.
Zulks is Vrijdag inderdaad nog
schied, zooals reeds gemeld is.
ge
werd aangegaan inzake het toelaten van
leerlingen op O. L.-scholen aldaar.
De heer Bommezij meende, dat het on
derwijs op de O. L.-school overal gelijk is.
De voorzitter dacht ook, dat elke O. L.-
school in staat is om de leerlingen aan een
middelbare school af te leveren.
Van Ged. Staten was ontvangen een nota
van opmerkingen om voor 1938 voor rijks-
steun in aanmerking te komen. Deze zal
worden verstrekt als fonds perdu.
Het B. A. is geen instituut voor levenson
derhoud.
Als eerste voorwaarde dient het B. A.
alsnog nagegaan of geen verhaal mogelijk
is.
Overleg met den armenraad is noodig en
elk geval zal moeten worden onderzocht.
Verder is de norm van 8 per gezin plus
0.50 per kind te hoog. Deze moet worden
teruggebracht op 6.50 plus 0.50, gelijk
met de steunregeling.
De post „steun kleine tuinders" moet
vervallen, de rijksregeling moet hierin
voorzien. Op andere wijze mag niet meer
worden gesteund.
Het Wogmeerder rietbosch.
De heer Bas vroeg wat de arbeiders
moeten in het rietbosch, die met een loon
van 10 of minder thuiskomen. Die kun
nen toch niet rondkomen. Als er door het
B. A. niet meer mag worden gesteund,
moet de arbeider een behoorlijk loon ver
dienen.
De besten komen niet hooger dan 12.
De voorzitter meende, dat dit ongeveer de
norm is.
Weth. Wit heeft met den opzichter na een
bezoek aan het rietbosch de zaak besproken
en de lijsten gecontroleerd. Over de ge-
heele maand April is gemiddeld 12.80 uit
betaald.
Weth. Oudejans heeft de arbeiders uit de
Wogmeer gevraagd en geen klachten ver
nomen. Zij verdienden de vorige week 29 ct. I loozen, die als straks de werkverschaffing
per uur. Het werkverschaffingsloon moet nu stop staat, geen f 12 kunnen halen in de
eenmaal beneden dat in het vrije bedrijf
blijven.
De heer Bommezij zeide. dat men er van
ruim 12 onmogelijk kan komen.
De voorzitter zeide, dat wij daar niets aan
kunnen doen, maar als men het werk neer
legt, is alles verloren. Voor den goed willen
den arbeider is spr. altijd te vinden, men
wil blijkbaar zijn eigen rechter spelen. Als
men bij ons komt, zal alles in het werk
worden gesteld om waar noodig verbetering
aan te brengen.
Weth. Wit zeide, dat het rietbosch ook
voor hem geen aangenaam werkobject is,
daar wordt 10 pCt. bijgedragen en wij
moeten hier 25 pCt. bijbetalen. Maar in den
beginne gingen de arbeiders toen het vrij
bedrijf was, gaarne naar de Wogmeer en
kwamen met een flink loon thuis.
Nu heeft men geen zin meer en wordt
niet de volle arbeid gepresteerd. Ook over
het baggeren, dat eerst goed ging, hoort
men weer klachten. De arbeiders hier zullen
als het zoo door gaat, hun eigen graf graven.
De voorzitter deelde mede, dat voor de
goedwillende arbeiders steeds alles zal
worden gedaan.
De gemeentebegrooting werd aangevuld en
de loopende rekening verhoogd.
Op voorstel van B. en W. werd besloten
de rente van de tuinderscredieten voor 30
pCt. voor rekening der gemeente te nemen.
Het voorstel van B. en W. om van de
geconverteerde leening 9699 af te lossen
wegens verkoop van het G. E. B., werd
goedgevonden.
De heer Bas vroeg of de tuinders bericht
krijgen over de aanvrage van kleinen tuin-
derssteun en of er nog beroep is.
De voorzitter zeide, dat allen bericht ont
vangen, doch beroep is niet mogeliik.
Hetzelfde raadslid vroeg naar de werk-
Wogmeer, kan daar dan iets voor worden
gedaan?
De voorzitter zeide, dat 13 Juni de werk
verschaffing wordt stopgezet tot 27 Augus
tus. Als er zijn, die klachten hebben en hier
komen, zal alles worden gedaan om ieder
aan passenden arbeid te helpen.
Daarna sluiting.
Donderdagmiddag vergaderde de raad
dezer gemeente onder leiding van burge
meester mr. D. Breebaart.
Na de opening werd mededeeling gedaan
van de goedkeuring van verschillende raads
besluiten door Ged. Staten.
Ingekomen waren jaarverslag over 1937
o.a. van de vrijwillige verkeersinspectie in
Noordholland en de stichting Middenstands-
borgstellingsfonds Hollands Noorderkwar
tier.
Voorts werden nog mededeelingen gedaan
naar aanleiding van het gesprokene omtrent
bepaalde zaken in de raadsvergadering van
25 Januari 1938, o.. inzake aanschaffing van
motorijwielen voor de politie. Na eenige
discussie werd besloten deze aangelegenheid
nader onder oogen te zien bij de behande
ling van de concept-gemeentebegTooting
dienst 1939.
Tenslotte werd mededeeling gedaan van
een eventueele oprichting van een autobus
dienst SchagerbrugPetten v.v., waarvoor
bereids concessie is aangevraagd door den
C.V. Autobusdienst „Noordholland".
Goedgekeurd werd een voorstel van B.
en W. tot invoering van vergoeding ad 3
voor de raadsleden voor het bijwonen van
vergaderingen van raadscommissiën.
Hierna kwam aan de orde een voorstel in
zake het verstrekken van extra hulp aan
Door
MARK CHANNING
Ntd. bewerking
door MARlfc.
[DEBELMONTE
75)
Thans kon Gray zich de talrijke reizen
verklaren voor „geheime enquêtes" van den
officier van den Geheimen Dienst, waar
over sir John hem gesproken had.
Gray bemachtigde een dikke agenda, in
rood leer gebonden, die hij in zijn zak
stak, om ze op zijn gemak door te zien.
Aan den binnenrand van de tafel trokken
drie electrische stroomwisselaars zijn aan
dacht, hij had ze wel willen probeeren,
maar hij liet het na uit voorzichtigheid en
hij had er wel reden voor.
Vervolgens ging hij in het laboratorium
van den Man-met-den-Sluier, waarvan de
ingang door een Byzantijnsch weefsel,
achter den grooten ebbenhouten zetel ge
hangen, verborgen was. Hij had geen tijd
voor een degelijk onderzoek. Overigens zou
hij onmogelijk hebben kunnen vaststellen
waarvoor al die glinsterende electrische
toestellen van koper en van ivoor gebruikt
moesten worden platen, stroomwisse
laars, vreemdsoortige smeltkroezen en che
mische producten. Gray herinnerde zich,
dat sir John Lindsay hem verteld had, dat
Mohammed Shah zoowel dokter in de we
tenschappen te Cambrigde was, als gegra
dueerd aan de universiteit te Calcutta.
Achter in het laboratorium diende klaar
blijkelijk een kleine dynamo om een radio
zender in werking te brengen. Hij probeer
de het tevergeefs.
De tijd verliep snel. Een zware, metalen
staaf opnemend, maakte hij zich er geen
gewetenszaak van, alles kort en klein te
slaan.
„Colin! Ze komen", riep de stem van
Diana.
Hij liep hard naar haar toe. Een luid
geschreeuw in de verte, dat scheen te ko
men van achter den muur links van den
ebbenhouten zetel, drong tot zijn ooren
door. Weer hadden de vervolgers hen ont
dekt.
Met een hevigen ruk trok hij het weefsel
weg en zag erachter een opening van on
geveer een voet in 't vierkant: weer zoo'n
koker om door te spionneeren en wonder
baarlijk goed ingericht wat de acoustiek
betrof.
,,'t Zal nog wel even duren, vóór ze hier
zijn", riep hij. „Waar is Limbu?"
„Present!" antwoordde de kleine Gurkha,
die onder aan de trap stond.
„En?" vroeg Gray kortaf.
„De trap, sahib", leidt naar een ronde
tafel, waarop de levende wereld staat af
gebeeld", rapporteerde Limbu op verschrik
ten toon.
„Ze gaat tot boven in een toren, Colin",
voegde Diana er aan toe. „Ik ben er ge
weest. 't Is eigenaardig. Je kunt het heele
landschap mijlen ver in 't rond afgebeeld
zien op een ronde tafel, zooals Limbu zegt.
Je krijgt den indruk min of meer of je
door een telescoop kijkt".
„Dan zou je zeggen, dat die spiegel vai»
Priester Johannis eenvoudig de donkere
kamer van een photografietoestel is", zei
Gray. (Waarin hij gelijk had).
„Laten we toch in 's hemels naam weg
gaan!" riep Diana, met zenuwachtige vin
gers in haar krullen woelend.
„Indien het oude manuscript, dat ik ge
lezen heb, waarheid bevat, loopt een onder-
aardsche rivier onder den toren van den
Spiegel, Di. Die moeten we zien te vinden.
Dat is onze eenige kans. Rondom in de om
geving moeten er bergen zijn Oh ja, zeg
's, wat voor weer was het, te oordeelen
naar dat toestel van de donkere kamer?"
„Onstuimig", antwoordde Diana. Strepen,
zon op de bergen, 't Was zoo heerlijk de
buitenwereld weer te zien, Colin!"
„We zullen er spoedig genoeg zijn, in die
heerlijke bergenhernam opgewekt Gray.
„Kom, mijn lieve kind. Laten we gaan".
Op het oogenblik, dat ze alle drie haastig
het vertrek verlieten, gleed langzaam het
weerkaatste beeld van een klein troepje
ruiters in galop over de witte oppervlakte
van de tafel in den toren van den Spiegel.
Chirine en Firoz vluchtten.
Toen Khoon de dwerg zich by de hulp-
kolonne gevoegd had, bestormde kolonel
werkloozen (B-steun) in 1938, welk voorste»
werd aangenomen. De kosten hiervan zijn
voor de gemeente f 346.
Conform een voorstel van B. en W. werd
besloten tot vaststelling van een nieuwe ge
meenschappelijke regeling omtrent de toe
lating van leerlingen uit Zijpe tot de o.!.
scholen te Alkmaar.
Aangenomen werd een voorstel van B. en
W. tot vaststelling van een gemeenschappe
lijke regeling tusschen Den Helder en 9 an
dere gemeenten nopens het voor die ge
meenten instellen van een geneeskundig
schooltoezicht.
Ook werd aangenomen een voorstel van
B. en W. tot vaststelling van een nieuw
straatverlichtingscontract met het P.E.N.,
hetwelk voor de gemeente een voordeel van
ongeveer 100 per jaar zal beeekenen.
Aan den heer P. Brouwer, landarbeider,
wonende te Oudesluis, werd een bedrag van
2430 toegestaan, ingevolge de Landarbei-
derswet, voor de verkrijging van een
plaatsje groot 0.75.20 H.A. aan de Groote
Sloot nabij Oudesluis.
Ook werd aangenomen een voorstel van
B. en W. om aan F. W. de Waard te Burger-
vlotbrug 3600 te verstrekken ter verkrij
ging van een plaatsje, zijnde 1 H.A. land,
aan den Belkmerweg.
Op voorstel van B. en W. werd vervol
gens besloten tot demping van de sloot, ge
legen tusschen het terrein van de o.L school
te St. Maartensbrug en den openbaren weg.
Aangenomen werd een voorstel van B. en
W. tot uitbreiding der straatverlichting door
bijplaatsing van 5 nieuwe lantaarns te 't
Zand, St. Maartensbrug en Oudesluis.
Overeenkomstig een voorstel van B. en W.
werd besloten tot verbetering (stofvrij ma
ken) van den weg, genaamd Oosteinde, te
Petten, terwijl tevens het plein bij het raad
huis in orde zal worden gemaakt en de toe
stand in de Achterbuurt onder oogen zal
worden gezien.
Bij de rondvraag informeerde de heer
Doedens naar de afrekeningen van den ver
bouw van het raadhuis en den bouw van de
ambtswoning voor den gemeente-secretaris,
waarop de voorzitter antwoordde, dat hier
omtrent inlichtingen zijn te verkrijgen bij
de behandeling van de gemeenterekening,
dienst 1937.
De heer Veltman vroeg inlichtingen in
zake tewerkstelling van arbeiders in de cen
trale werkverschaffing, waarop de voorzit
ter meedeelde, deze inlichtingen in de eerst
volgende raadsvergadering te zullen ver
strekken.
Lichte kentering in de beursstem-
ming. Gering prijsherstel op de
goederenmarkt. De Amerikaansche
regeering bespoedigt haar steun uit
gaven. Het jaarverslag der Neder-
landsche Bank. Tegen kunstmatige
stimuleering van het bedrijfsleven.
Pessimistische beoordeeling van den
toestand der staatsfinanciën. De
conversiebeweging stagneert.
Duitschland betaalt geen Oostenrijk-
sche leeningen. Gunstige jaarver
slagen van H.V.A. en Koninklijke
Petroleum.
By de hervatting van zaken na de Pink
sterdagen was er een lichte kentering in de
stemming ter beurze te constateeren. Geheel
geweken is de terughouding ten aanzien var,
de ontwikkeling op politiek en economisch
gebied v/eliswaar nog niet en het betrekke
lijk kleine koersherstel heeft zich nog niet
eens ten volle kunnen handhaven, maar
toch schijnt er iets meer „grond in de markt"
te zitten. In het tegenwoordige koerspeil,
vooral van de Amerikaansche fondsen, is
dan ook wel heel wat ongunstigs verdis
conteerd en zelfs mag men aannemen, dat de
beurs in sommige gevallen, zooals gewoon
lijk in tijden van depressie, bij het verdis-
conteeren der ongunstige factoren in over
drijving is vervallen. Een correctie hierop
kan niet uitblijven, zoodra er eenige licht
punten zichtbaar worden, hetzij in de alge-
meene economische situatie dan wel voor de
afzonderlijke bedrijven.
In de afgeloopen week heeft men die in de
Ver. Staten nog wel niet duidelijk te zier»
gekregen, maar enkele gunstige aanwijzin
gen waren er toch wel. Zoo zijn de wagon-
verladingen by de spoorwegen volgens de
laatste opgave aanmerkelijk gestegen, en
zelfs meer, dan alleen op grond van sei-
zoens-invloeden had kunnen worden ver
wacht. De verhouding tusschen de open
baar-nutsbedrijven (gas- en electriciteits-
ondernemingen e.d.) en de autoriteiten, die
geruimen tijd zeer gespannen is geweest, is
Haughton hem met vragen; op elk ant
woordde hy terstond openhartig. Het had
er allen schijn van of zijn aanbod om de
Britsche expeditie als gids te dienen ten
einde den Man-met-den-Sluier gevangen
te nemen, oprecht was.
„En wat denkt u van dien Russischen
agent Petrinoff, wiens propaganda de grens
tegen de sirkar opruit?"
De knikkeroogen van Khoon schitterden.
Venijnige haat rimpelde zyn geel gezicht.
„Dat is een leugenbeest, die heer over
mijn rasgenooten zou willen worden en
dien ik op een goeden dag wel eens zal
dooden".
Hij spuwde.
„Maar, hij jaagt hetzelfde doel na dat
het uwe was", drong de kolonel aan, „de
invasie van Indië en de omverwerping van
den sirkar. Waarom haat u hem dan?"
„Omdat hy met beschouwt zooals trou
wens elke bergbewoner een Tartaar-Mon
gool beschouwt, als een van zijn baanve
gers!" mopperde de dwerg. En toch stam
men de groote volksstammen uit de bergen,
van Ozakzai en van Bungush aan van de
krijgslieden van mijn Tartaarschen voor
vader Timour Subaktajine! Werkelijk
waar, kolonel sahib", vervolgde hy. „Als
die Man-met-den-Sluier maar eenmaal ge
dood is, dan zal ik dien Russischen hond
's leeren stof te likken. Ik heb u al het be
vel overhandigd om mijn troepen naar huis
te zenden. Ik verzoek thans, dat de sirkar,
nu ik haar bondgenoot ben, me een totale
amnestie zal verleenen".
„Indien we dank zij u, miss Lindsay
,Tot mijn 50ste jaar mankeerde ik nooit
iets, maar toen begonnen hevige rheu-
matiek-aanvallen mijn leven te ver
gallen. Reeds begon ik te wanhopen,
toen een vriend van mijn leeftijd mij
vertelde welke wonderbaarlijke onder
vindingen hij had opgedaan met Kloos
terbalsem. Nu ik zelf dit wonderlijke
middel heb toegepast, kan ik verklaren,
dat ik rnjj weer jeugdig en monter
gevoel als een knaap van 30 jaar, al
hoop ik eerstdaags 00 Jaar te worden
J. Vr. te EL
„Geen goud zoo goed"
Onovertroffen b(| brand-en sn(j wonden
Ook ongeëvenaard als wr(jfmiddel bij
Rheumatiek, spit en pijnlijke spieren
Schroefdoos 35 et. Potten: 62J4 ct en 1.06
verbeterd, zoodat men de toekomst van deze
bedrijven weer tamelijk hoopvol inziet. Op
c'e goederenmarkt trad een licht prijsherstel
in, zich weerspiegelend in een stijging van
het groothandels-indexcijfer van 130.1 op
1 Juni j.L tot 131.8 op 8 Juni. Tegenover
nieuwe teleurstelling over het passeeren
van het dividend door verschillende maat
schappijen stond, dat de dividenddeclaratie
van enkele andere meeviel, zoo b.v. het on
veranderde dividend ad 0.50 dollar per aan
deel der American Smelting Refining Co.
De voornaamste oorzaak van de meer opti
mistische opvattingen was echter de verwach
ting, dat de regeering in den ongunstigen
toestand van de belangrijke bedrijfstakken
aanleiding zal vinden, haar uitgaven ter
stimuleering van het zakenleven te be
spoedigen. Inderdaad zyn er reeds plannen
in voorbereiding, om door de onmiddellijke
uitvoering van publieke werken, woning
bouw enz. tot een totaal bedrag van 600
millioen dollar grooter vraag te scheppen
naar ijzer, staal en ander bouwmateriaal,
waardoor de desbetreffende ondernemingen
meer arbeiders zouden kunnen te werk
stellen. In totaal voorziet het ontwerp der
steun- en herstelwet in credieten ten be
drage van 3.723 millioen dollar, terwijl
bovendien voor de uitvoering van openbare
werken 1425 millioen dollar beschikbaar
zal worden gesteld. Berekend wordt, dat
met behulp van laatstgenoemd bedrag alleen
al in de eerste zeven maanden aan 2.800.000
werkloozen arbeid verschaft zal kunnen
worden, welk aantal in de wintermaanden
tot 3 millioen zou kunnen stijgen.
Over de economische politiek der Ameri
kaansche regeering; inmenging in het parti
culiere bedrijfsleven en beknotting van het
particuliere initiatief eenerzij ds en daar
tegenover stimuleering van het door
deze maatregelen zelf verlamde zaken
leven door middel van regeeringsuitgaven
is reeds veel geschreven. Niettemin verdient
de uiteenzetting, welke in het jaarverslag
van De Nederlandsche Bank aan dit onder
werp wordt'gewijd, bijzondere aandacht'.
Ernstig waarschuwt de president van De
Nederlandsche Bank tegen de uitvoering
van ppenbare werken op groote schaal door
het opnemen van staatsleeningen, wat een
aanzienlijke verzwaring van de reeds thans
boven de uiterste grens opgevoerde belas
tingen met zich zou brengen, en tot een ont
wrichting van de staatsbudgetten en de
schuldenpositie moet leiden en in verschil
lende gevallen (Amerika!) reeds geleid
heeft. Mr. Trip ziet niet voorbij, dat de
aandrang tot uitvoering van openbare wer
ken by velen berust op den wensch, om het
ernstige euvel der werkloosheid te bestrij
den. Hy ontkent echter, dat hiermede het
beoogde doel, dat toch bestaan moet in een
duurzame toeneming van de werkge
legenheid, bereikt zou worden. Wel zou een
zeker aantal werkloozen gedurende eenigen
tijd aan arbeid geholpen worden, doch de
oorzaken van het euvel zouden niet worden
aangetast en zelfs zouden de moeilijkheden
er aanmerkelijk door toenemen, zooals trou
wens de ervaring reeds heeft geleerd. In het
wezen der zaak komt de aanbevolen ge
weervinden en majoor Gray", zei de kolo
nel, „zult u waarschijnlijk verhoord wor
den. Maar ik kan niet instaan voor mijn
gouvernement. Zoolang ik geen bevelen
heb gekregen, moet u zich als mijn ge
vangene beschouwen".
U zult ze stellig weervinden, of ik zou
geen Tartaar-Mongool, maar een vervl
bergbewoner zijn", antwoordde Khoon.
Waarop hy zyn misvormd lichaam een
buiging deed maken, zich op zyn hakken
omdraaide en wegging, gevolgd door een
gewapende geleide.
De officier, belast met zijn persoon, was
een grijzende Sikh en heette Rissaldar
Sher Singh.
HOOFDSTUK XLII.
De ondergrondfche rivier.
Een korte glooiend afloopende gang, die
uitkwam op een kleine arcade, opende zich
voor de drie gevangenen.
Een kring van wit licht uit de zaklan
taarn, door Gray in het laboratorium van
den Man-met-den-Sluier gevonden, danste
zigzagsgewijze vanaf het lage plafond tot
op den muur.
Gray, die voorop li®P» slaakte plotseling
een kreet van afgrijzen, welke door Diana
en Limbu beëchood werd.
Op een rij, rechts langs den muur, op
zeven ijzeren staven, waarvan een onder
den luguberen last bezweken was, staken
zeven verdroogde, menschelyke hoofden.
Eerst meende Gray, dat het hoofden van
bergbewoners waren, doch datgene, dat op
den grond gevallen was, had rossig haar.
(Wordt vervolgd).