I s WERKZAME NIEREN De zaak-Oss voor het ambtenarengerecht. O nder de aanwezigen Rechtszaken Voortzetting der getuigen-verhooren. Uitvoerig betoog van den procureur-generaal teoseoee JixulioptOQCMUHiO ZORG VOOR jBhutmtaHd Verheers ongelukken TWEEDE BLAD. In de middagzitting van het Ambte narengerecht is gisteren het getuigen verhoor in de zaak-Oss voortgezet. Het eerst wordt gehoord de wacht meester der marechaussee de Gier. Getuige verklaart o.m., dat de gang van zaken het wel eens noodzakelijk kunnen maken om een zeer langdurig verhoor af te nemen, en dan de betrokkenen een tijdlang vast te houden. Ook de arbeider de Wolf is een nacht vastgehouden en in deze zaak had eveneens wachtmeester van den Berg het onderzoek in handen. Over mishandeling van de Wolf heeft ge tuige niets gehoord, terwijl evenmin de Wolf bij getuige daarover heeft geklaagd. Geutige verklaart voorts met wacht meester van Renes bij den officier te zijn geweest om te spreken over de zaak van den bankier van der Hoven. De officier wil de toen zoo spoedig mogelijk van der Hoven laten arresteeren en de administratie in be slag nemen, doch van Renes heeft aange raden om nog even daarmede te wachten, omdat hij nog meer bewijs zou kunnen krij gen. Getuige heeft toen van der Hoven weer vrijgelaten en aan dezen gevraagd: hebt u nog klachten? Dit geschiedde overeenkom stig de voorschriften. De heer van der Hoven heeft op deze vraag geantwoord, dat hij integendeel cor rect was behandeld en dat hij in dit opzicht niet te klagen had. De president vindt een dergelijke vraag niet voor de hand liggend. Volgens hem heeft de heer van der Hoven verklaard, dat get. hem gevraagd heeft: „hebt u het hier goed gehad" en dat hij daarop heeft geant woord: integendeel. Getuige: ik blijf bij mijn verklaring en ik kan mij het gesprek zeer goed herinneren. Uit de verklaringen van getuige opper wachtmeester Curfs blijkt, dat de arrestatie in overleg met den officier is geschied. Daarna komt de kwestie van de opzichters bij de werkverschaffing ter sprake. President: waarom is u, toen u opdracht van den officier had gekregen, om de zaak ter kennis te brengen van den burgemees ter, toch door gegaan met het hooren van andere getuigen. Getuige: ik moest eerst de verbalen nog opmaken, doch heb geen nieuwe getuigen meer gehoord. President: uit uw verbalen blijkt echter het tegendeel, want u zegt in uw verbaal zelf: „op 16 October kreeg ik van den offi cier opdracht de zaak ter kennis te brengen van den burgemeester, daarna hoorde ik op 16 October nog de volgende getuigen". Eerst op 19 October is u by den burge meester geweest. Wat de zaak-Boelens betreft, is getuige van te voren er van op de hoogte gesteld dat deze zou worden aangehouden. Naar het oordeel van getuige was het vasthouden van Boelens gedurende een nacht alleszins ge rechtvaardigd en wanneer dergelijke geval len zich wéér zouden voordien, zou getuige er geen bezwaar tegen hebben, er opnieuw toe over te gaan. De president acht den gang van zaken geenszins voor de hand liggend en absoluut noodzakelijk. Wat het onderzoek tegen de beide geestelijken betreft, zegt getuige, dat ny hierover bij den officier is geweest, die tegen hem gezegd heeft, met het onder zoek door te gaan en rapport uit te brengen en zoonoodig over te gaan tot het opmaken van een proces-verbaaL President: het lijkt me toch niet waar schijnlijk, dat de officier u zou opdragen een rapport uit te brengen, ook al zouden er geen strafbare feiten zjjn. Getuige: dat gebeurt wel meer. Ik krijg zooveel opdrachten van den officier om rap porten over bepaalde personen uit te bren gen. Volgende getuige is wachtmeester van Renes. Deze is op 12 Maart met de Gier bij den officier geweest om te spreken over den bankier van der Hoven. Toen is ook over de geestelijken gesproken. De officier van den Burg heeft daarbij gezegd, dat de Gier maar door moest gaan en alles moest onder zoeken. Hij voegde daaraan toe, dat we ook reke ning moesten houden met den geestelijken stand en dat ook wanneer de zaak niet tot een strafrechterlijke vervolging zou leiden, het tocht wel goed zou zijn alles ter kennis te brengen van de kerkelijke autoriteiten. Verder heeft getuige met dit onderzoek niet te maken gehad. Wel is hij belast geweest met het onder zoek in de zaak van bankier van der Hoven. Hierna verklaart de wachtmeester-titulair van den Berg, dat hij de Wolf in de mare chaussee-kazerne te woord heeft gestaan. Hij was opgeroepen wegens overtreding van de vuurwapenwet en wegens verboden nederlage. Hy beweerde revolver en siga rettenpapier te hebben gevonden, en aan gezien zulks zeer onwaarschijnlijk was, heeft getuige hem in de cel gesloten. In een stal heeft hij niet vertoefd en getuige heeft hem ook niet mishandeld. Den volgenden ochtend is de man weer vrijgelaten. Op een vraag van mr. James deelt ge tuige nog mede, dat in de gangen van het parket de rijksklerk Vermeulen hem namens den officier heeft gezegd, dat het rapport over de twee geestelijken moest worden ge sloten en ingeleverd. Dit moest getuige aan wachtmeester de Gier overbrengen. Hierna wordt gehoord wachtmeester Rof fel. Deze verklaart t.a.v. de aan van der Hoven gestelde vraag by zijn invrijheidstel ling betreft, dat het gewoonte is deze vraag te stellen. De volgende getuige, de marechaussee van Ree, verklaart, dat de officier in zijn tegenwoordigheid aan de Gier opdracht heeft gegeven door te gaan met het ver zamelen van de feiten tegen de beide geeste lijken. Met de Gier is getuige daarna naar Den Haag geweest om mevr. S. R. te hooren. Dit onderzoek heeft echter geen resultaat opgeleverd, aangezien mevr. R. wilde heb ben dat haar man bij het verhoor tegen woordig was, waarop de Gier zeide daarop geen prijs te stellen. Ook getuigen marechaussees Van Essen en van Kuilenburg zeggen, dat van der Hoven bij zijn vrijlating heeft gezegd, dat hij zoo goed was behandeld. Hij wilde daar over een stukje in de krant zetten. Ook bood hij eenige sigaren aan, welke getuige niet, doch de wachtmeester wel heeft aangeno men. Bij het vertrek gaf van der Hoven ieder een hand. De procureur-generaal getuigt. Na een korte pauze werd als getuige- deskundige gehoord de procureur-gene raal bij het gerechtshof te 's-Hertogen- bosch, baron Speyart van Woerden. Spr. zet uitvoerig de reden uiteen, welke aanleiding is geweest voor de opdracht aan den officier van justitie om op 15 November 1937 de brigade te Oss haar opsporingsbevoegdheid te ont nemen in zake gemeentelijke aange legenheden. Deze opdracht heeft spr. ontleend aan art. 40 Wetboek van Strafvordering, nadat hem verschillende zaken ter kennis waren gekomen, waarbij de marechaussée optrad zonder dat er aanleiding was van eenig strafbaar feit. Een onderzoek, dat spr. in de kwestie bij de werkverschaffing, ook op verzoek van den betrokken minister, heeft ingesteld, heeft uitgewezen, dat er hier niets onregelmatigs was gebeurd en dat er geen enkel strafbaar feit was gepleegd. Toch ging de marechaussee door met haar onderzoek. De verklaringen van een 50-tal jongens by deze werkverschaffing nu moes ten strekken tot een aanklacht tegen het be leid van den burgemeester en de gemeente politie, die misstanden bij de werkverschaf fing voor de jeugd zouden willen goed praten. Ook uit een onderzoek, ingesteld door ambtenaren van het departement van sociale zaken, is gebleken, dat er geen en kele aanwijzing was van eenig strafbaar feit. Zoo waren er nög meer zaken, en het voortdurend wantrouwen van de mare chaussee tegen het gemeentelijk beleid is voor spr. aanleiding geweest om te beslissen, dat het daarmee uit moest zijn. Toen is de opdracht van 15 Novem ber gegeven. Nieuwe feiten. Eenigen tijd bleef het daarna rustig, tot dat een nieuwe reeks van feiten zich voor deed. Het eerste was dat van 21 Maart j.1., toen spr. uit de ochtendbladen las van de arrestatie van den bankier. Spr. heeft het dossier nagegaan en daaruit is gebleken, dat er geen enkele reden was om dezen bankier te arresteeren. Uitvoerig ging spr. daarna de in de pro cessen-verbaal opgenomen feiten na, welke meerendeels reeds verjaarde feiten waren. In vele opzichten leden deze proces sen-verbaal aan ernstige fouten. De boeken van van der Hoven waren keu rig in orde en ook hier is van geen straf baar feit gebleken, want bij het gevonden geld behoorde ook nog een bedrag van 3000 op een spaarbankboekje ten name van het waterschap. Toen dan ook de rechtbank te beslissen had over de gevangenhouding, heeft spr. den president opgebeld en hem er op ge wezen, dat men met deze zaak voorzichtig moest zijn. Zoo heeft de zaak-van der Hoven een ein de genomen, niettegenstaande het zeer on deskundig optreden van het personeel der Ossche brigade. De zaak tegen de geestelijken. Wat de zaak tegen de geestelijken betreft, zegt spr. opgebeld te zijn door den bisschop van Den Bosch, die zeide bezoek te hebben gehad van twee geestelijken, die hem mede deelden, dat er een onderzoek tegen hen werd ingesteld wegens beweerde zedenmis drijven. Onmiddellijk heeft spr. toen mr. van den Burg opgebeld, en deze zeide, dat hem bekend was, dat er een onderzoek gaande was. Spr. heeft toen inzage gewenscht van de stukken en daarop is de opdracht van den officier gevolgd om een rapport in te dienen. Uit dat rapport bleken slechts verklarin gen, welke in geen enkel verband stonden met het Wetboek van Strafrecht. Spr. heeft zich toen weder afgevraagd, uit welken hoofde de marechaussee de be voegdheid ontleende op eigen gelegenheid hier een onderzoek in te stellen. Dat het echter geenszins de bedoeling is geweest het onderzoek geheel stop te zetten, blykt ook wel uit de verklaring van den be trokken wachtmeester, die uit de ontvangen opdracht die beteekenis geenszins heeft af geleid. Wel heeft wachtmeester de Gier geschre ven aan den officier: in overleg met u wordt op gronden ontleend aan het algemeen be lang, het onderzoek in deze zaak gesloten. Spr. wenscht vast te stellen, dat er na het geven van de opdracht om een rapport in te dienen, geen nader contact is geweest tus- schen den officier en de Gier. Toen spr. dit schrijven dan ook las, heeft hy direct den officier gevraagd, waarom hij het onderzoek gesloten had, waarop de officier verklaarde, dat dit niet juist was, aangezien hy zelfs het dosiser nog niet kende. Ook wist de officier niet, dat reeds zeven jaar geleden eveneens tegen een der pas toors een vervolging was ingesteld, welke toen op niets is uitgeloopen. De marechaussee heeft in deze zaak een onderzoek ingesteld, waarbij tal van kinde ren werden ondervraagd in verband met art. 248 bis, zoodat vele ouders daaraan niet hebben willen medewerken. Over deze wijze van optreden was spr. in hooge mate ontstemd, en hy heeft wacht meester de Gier by zich laten komen. Het onderhoud met de Gier toen heeft inder daad lang geduurd en aan het eind daar van heeft de Gier de bekende verklaring onderteekend. Op verzoek van den president breekt spr. hier zijn rede af. De president verdaagt hierna de zitting tot hedenmorgen 10 uur. Zaterdag 25 Juni. HILVERSUM, 301,5 M. (VARA- uitz.) 8.— Gr.pl. (8.16 Ber.) 10.20 Voor arbeiders in de Continubedr. 12.—1.45 Gr.pl. (12.15 Ber.) 2.— Filmpraatje. 2.15 Gr.pl. 3.Rep. 3.30 VARA-orkest en solist. 4.30 Esperanto-uitz. 4.50 Utr. Sted. Or kest en solisten (gr.opn.) 5.40 Lit. causerie. 6.Orgelspel. 6.30 Uit de Roode Jeugdbeweging. 7.Film land. 7.30 Rep. 8.05 Herh. SOS- en 8.07 ANP-ber., VARA-Varia. 8.20 VARA-orkest. 9.— Toespraak, hier na gr.pl. 9.15 Gev. concert. 10.30 ANP-ber. 10.35 Gr.pl. 11.— Cor Steyn's accordeonorkest en solist. 11.3012.De Ramblers. HILVERSUM, 1875 en 415,5 M. (KRO-uitz.) 8.—9.15 Gr.pl. (8.20 Ber.) 10.Gr.pl. 11.30 Godsd. halfuur. 12.— Ber. 12.15 KRO- orkest. (1.1.20 Gr.pl.)' 2.Voor de rijpere jeugd. 2.30 Gr.pl. 3. Kinderuur. 4.Ber., hierna de KRO-melodisten en solist. 4.45 KRO-orkest. 5.30 Esperantonieuws. 5.45 De KRO-Nachtegaaltjes. 6.15 Gr.pl. 6.20 Journ. weekoverzicht. 6.45 Gr.pl. 7— Ber. 7.15 Het Wit- Gele Kruis, causerie. 7.35 Act. aetherflitsen. 8.ANP-ber., mede- deelingen. 8.15 Overpeinzing met muz. omlijsting. 8.35 KRO-melodis ten, solisten, deel. en gr.pl. 10.30 ANP-ber. 10.40 Sportpr. 10.55 12.Gramofoonplaten. DROITWICH, 1500 M. 11.25 Piano- voordr. 11.50 BBC-Northern orkest en soliste. 12.50 Sportrep. 1.Het Gershom Parkington-kwintet. 1.40 Sportrep. 1.55 Orgelspel. 2.35 Sport rep. 2.50 Troise's Mandoline-orkest en solist. 3.35 Gr.pl. 4.05 Sportrep. 4.35 Gr.pl. 4.50 Sportrep. 4.55 Gr.pl. 5.20 Sportrep. 5.30 Sid Millward en zijn Band en sportrep. 6.20 Ber. 6.45 Sportrep. 7.Discussie. 7.20 BBC- orkest. 7.50 Radiojournaal. 8.20 Variété-progr. 9.20 Ber. 9.40 Uit Amerika: Weekoverzicht. 9.55 Het Blech-strijkkwartet. 10.35 BBC- Theater-orkest en solisten. 11.35 Ambrose en zijn orkest e.a. 12.10 12.20 Ber. RADIO PARIS, 1648 M. 8.10—9.30 en 10.05 Gr.platen. 12.35 Giardino- orkest. (1.50 Zang). 3.20, 4.05 en 8.35 Zang. 8.50 Radiotooneel. 9.30 Variété-progr. 10.25 Symphonie- concert. 11.201.20 Jo Bouillon's orkest. KEULEN, 456 M. 6.50 Gr.pl. 7.30 W. Schönfeld's orkest. 8.50 Danzi- ger Landesorkest. 12.20 Weensch Symph.-orkest. 2.30 Gr.pl. 4.20 Her- mann Hagestedt's Amusements orkest en solisten. 7.50 L. Eysoldt'3 dansorkest. 8.35 Die lustsige Witwe, operette. 10.55 Gr.pL 11.20 A. Go- ronzy en Fritz Wagner met hun orkesten. 2.20—3.20 Orkest van het Opper-Silezische Landestheater. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 en 1.30 Omroep orkest. 1.50 Gr.pl. 2.20 J. Steurs" accordeonorkest en soliste. 3.20 Gr. pl. met toelichting. 4.20 Viool en cello. In de pauze gr.pl. 5.20 Gr.pl. 6.35 Zang. 7.20 Gr.pl. 8.20 Omroep orkest en solist. 9.05 RadiotooneeL 9 25 Verv. concert. 10.30 Dansmu ziek (gr.pl.) 11.20—12.20 Populair concert. 484 M.: 12.20 Gr.pl. 12.50 en 1.30 J. Schnyders' orkest. 1.50— 2.20 Gr.pl. 3.20 Omroepsalonorkest. 3.50 Pianovoordr. 4.05 Vervolg con cert. 4.20 Omroepdansorkest. 5.35 Selectie uit de operette „Die Baja dère". 6.35 en 7.05 Omroepsalon orkest en soliste. 7.35 en 8.20 Gr.pl. 8.35 RadiotooneeL 9.05 Omroepsym- phonie-orkest en solisten. 10.30 Om roepdansorkest en soliste. 11.20 12.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.20 Populair concert. 8.20 Gev. progr. 10.20 Ber. 10.40 Sportrep. 10.50 Cello en piano. 11.05 Ber. 11.20 Omroepdansorkest, Omroep- schrammelensemble en solisten. 12.202.20 Nachtconcert (gr.opn.) 1.151.26 Tijdsein). GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.10.20, Parijs R. 10.20—11.05, Radio PTT Nord 11.05 —12.20. Keulen 12.20—13.20, Brus sel VI. 13.20—14.20, Keulen 14.20— 15.35, Brussel Fr. 15.35—16.20, Keu len 16.20—18.20, Lond. Reg. 18.20— 19.Brussel Fr. 19.19.20, Brussel VI. 19.20—19.50, Keulen 19.50— 22.20, Brussel VI. 22.20—22.30, Boe dapest 22.3022.55, Keulen 22.55— 24.—. Lijn 4: Brussel VL 8.9.20, Lu xemburg 9.2010.35, Lond. Reg. 10.3513.55, Droitwich 13.5519. Lond. Reg. 19.19.20, Droitwich 19.20—24.—. Lijn 5: Diversen. MIEMAND verdraagt veretopplng der Inge- 1wanden, maar traag functionneerende nieren, die ernstige gevolgen kunnen hebben, worden dikwijle verwaarloosd. Rugpijn, ver stoorde slaap, duizeligheid, rheumatiek, Ischias of spit zijn de er vaak uit voortkomende gevol gen. Deze verschijnselen waarschuwen u. dat de werking der nieren verstoord raakt. Houd derhaive uw nieren in goeden staat door een diuretisch middel. Stel uw gezondheid niet In de waagschaal, maar laat Foster's Rugpijn Nieren Pillen u nieuwe kracht en vitaliteit geven. Foster's Pillen bevatten geen gevaar lijke bestanddeelen en hebben In Holland ruim 30 jaren ongeëvenaard succes behaald. ERNSTIG ONGELUK OP ONBEWAAKTEN OVERWEG. Jongeman en zijn verloofde door trein gegrepen. Op den onbewaakten overweg van den Haarlemmermeerspoorweg aan de Nieuwe Meer laan, bij den Amstelveen- scheweg te Amsterdam, zijn gisteravond de 18-jarige jongeman P. Terpstra en zijn 17-jarige verloofde, mej. C. Muller, beiden wonende aan de De Wittenkade te Amsterdam, die daar per rywiel pas seerden, door den locaaltrein, welke om 19.11 uur van Amsterdam naar Aals meer was vertrokken, aangereden en ernstig gewond. De twee menschen kwamen uit de rich ting van de nieuwe roeibaan in het Bosch plan, van welke zijde men een volkomen vrij uitzicht op de spoorbaan heeft. Waar schijnlijk heeft het tweetal op overmoedige wijze getracht nog juist voor den trein de rails over te steken. Zij werden door den linkerkant van de locomotief gegrepen en tegen den grond geslingerd. De jongen kreeg tal van ernstige wonden over het geheele lichaam, terwijl het meisje ernstig letsel aan het hoofd opliep. Per ambulance-auto van den geneeskundigen dienst zijn de slachtof fers naar het Wilhelminagasthuis vervoerd. De trein, die spoedig tot stilstand kon wor den gebracht, had een half uur vertraging. HET AUTO-ONGELUK TE RHENEN. Nadere bijzonderheden. Over het auto-ongeluk, dat gistermorgen op den gevaarlijken, slechts 6.40 meter bree- den weg over den Grebbeberg twee dooden heeft geëischt, vernemen wy nader, dat de personenauto met een snelheid, welke groo- ter was dan de veiligheid ter plaatse toe laat, uit de richting Rhenen, den berg af kwam. Hierdoor kon de bestuurder de ge vaarlijke, door waarschuwingsborden aan- Uit het Engelsch Tan l ARTHURSOMERS ROCHE Door Mr. P.v. D. 7) „Dank je wel", zei ik sarcastisch. „Ik meen het", zei hij. „Jy zou, zooals je bent, niet op die manier een meisje kunnen trouwen. Maar als je niet van plan bent haar te berooven, en evenmin om haar te trouwen wel, wat wil je dan?" „Dat zou je toch niet kunnen begrijpen", zei ik. „O, ik denk van wel", antwoordde hij vlot. „Beïnvloed door de kinderlijke onschuld van een lief jong meisje, sloop er wroeging in het hart van den verharden schurk Lacy, ik ben naar de film geweest. Wel en zijn toon werd dreigend, „wij zullen dat niet dulden, Lacy". Ik probeerde het op een accoordje te gooien. „Kijk eens, jongelui", zei ik, „jullie geeft toe, dat ik jullie goudmijn ben. Jullie geeft toe, dat ik jullie by groote dingen heb ge holpen. Wel, waarom dan niet een beetje erkentelijkheid te toonen? Als ik nu de samenwerking verbrak om op mijn eigen houtje verder te gaan maar dat doe ik niet. Jongens, jullie zijt me wat schuldig. Jullie hebt mij gedwongen mij bij jullie aan te sluiten. Wij zijn zes jaar samen geweest. Indien ik nu wil weggaan, waarom laat je mij dan niet gaan?" „Wie eens steelt, is altijd een dief", hoonde SlavinL „Hou op met dat gezeur. Behoor je nog bij ons, of moeten we „drukte" maken?" Hij meende het. Daarvan was ik zoo zeker als wat. Terwijl ik over mijn woorden stond te wikken, ging de telefoon. Ik nam de telefoon aan. „Mijnheer Crandall?" „U spreekt met Crandall", zei ik. „En u met Jeanne Seeley". Alsof ik dat niet had geweten; alsof de in tonatie van haar stem mijn hart niet had doen opspringen. „Hoe maakt u het?" vroeg ik. „Gebelgd", antwoordde zy. „Gebelgd?" zei ik als echo. „De Majestic liep vier dagen geleden binnen. U waart van plan mij op te bellen.." „Ik wilde u den tijd laten om in New-York wat op orde te komen", zei ik. „U zei niets van dien aard op de boot", verweet zij mij. „Ik moest zooiets niet doen. Als een man niet goed genoeg denkt over het meisje, dat hy heefteh, wanneer hy zelfs niet opbeltdan beteekent een meisje kussen misschien niet eens, dat hy om haar geeft..." Lief, onschuldig, ongecompliceerd meisje! Ik wist wat voor folteringen van gekwetsten trots zy had moeten lijden. Ik wist, wat het haar kostte mij op te bellen. „Meent u dat werkelijk?" riep ik uit. Ik vergat de luisteraars in de kamer. „Eens, liefste, zul je begrijpen Een heftige be weging van de zijde van Slavini bracht mij by zinnen... „Wanneer mag ik bij je komen?" vroeg ik. „Morgen?" stelde zij voor. „Wanneer? En waar?" „Zou je met mij willen gaan lunchen? By de Colony?" vroeg zij. „Dat zou ik heerlijk vinden", verzekerde ik haar. „Dus de Colony, om half twee", zei zij. „Ik zal op je wachten". Ik legde de telefoon op den haak en keerde naar mijn bezoekers terug. Ik nam een houding aan van wat-kan-het-me-bommen, die mij nog de meeste kansen gaf. „Het schijnt wel, dat jullie me hebt, waar je me hebben wilt", zei ik. Andy Hom ging vlug praten. „Luister, Lacy", zei hy, „erger je niet. Wel beschouwd, weet je, kan geen zakelijke be trekking worden gestaakt zonder vooraf gaande opzegging. En wij staan in zakelijke verhouding, in alle opzichten, ook al zijn wij niet op de beurs ingeschreven." „Laten wij er niet verder over praten", zei ik bruusk. „Ik heb toegegeven. Net als je zegt, maatschappijen kunnen niet plotseling worden gestaakt. Maar ik zeg jullie nu op. Vanaaag over zes maanden ben ik van jullie af". Ik zag, hoe Jimmy Greco ongeduldige be wegingen maakte. Zijn mond ging open, maar Hom voorkwam hem. „Niemand zal kunnen zeggen, dat dit geen redelijk voorstel is", stemde hij toe. „Hoe sta jy er tegenover. Jimmy? En wat heb jij er op te zeggen, Pots?" De toon, waarop hij de vragen stelde, vroeg om bevestigend antwoord. Slavini stemde direct toe, en de trager denkende Greco keek eerst eens naar Pots. „Wy kunnen niemand dwingen voor goed bij ons te blijven", zei Hom. „Alleenhet leek ons niet netjes om er mee uit te scheiden zonder ons te waarschuwen „Volkomen eens", viel ik in. „Nu, dat heb ik ook niet gedaan. Is dit alles?" „Zeker, dat is alles", zei Horn. „Datdat was juffrouw Seeley, die juist opbelde, niet?" „Ik verzocht je", zei ik strak, „haar er buiten te laten. Ik meen het". „Spijt me. Niet zoo bedoeld", zei Horn. Hij stond op en noodigde met een blik de twee anderen uit zyn voorbeeld te volgen. „Wel, ik denk wel, dat dit alles is. Binnen een dag of wat zullen we aan den slag gaan, Lacy. Slavini heeft een paar plannetjes „Prachtig", zei ik, en liet het hierbij. Hiermee vertrokken zij, mij in twijfel achterlatend. Zonder voorafgaande waarschuwing was de liefde in mijn leven gekomen. En boven dien, de liefde had haar intree gedaan in Jeanne Seeley's leven. Toen ik haar had gekust en haar op de Majestic had achter gelaten, was ik tot een besluit gekomen. Zy zou my niet meer zien. Zy mocht mij dan een proleet vinden, of mii verachten. Dat was altijd nog veel beter dan een gebroken hart. Want haar hart zou nu niet breken. Zeker, zij hield van my. Maar dit was haar eerste liefdeshistorie. Zij was pas negentien. Maar wanneer ik haar bleef zien, wanneer een meisjesbevlieging rijpte tot een brandende vrouwenliefde, zou dit haar blijvend kunnen schaden. Terwijl, indien ik haar niet meer zag, haar trots haar te hulp zou komen. Er zouden een paar tranen vloeien en daarna zou haar verachting voor my haar liefde overwinnen. Grootsche droomen slopen in myn geest. Ik was niet altijd een dief geweest. Waarom moest ik er altijd een blijven? Waarom kon ik niet uitscheiden? Natuurlijk kon ik. Ik kon zelfs nog meer doen. Ik zou op een goeden dag iederen stuiver, dien ik op oneerlijke wijze had verworven, kunnen terugbetalen. Dit liep in de honderdduizen den, maar wat kwam dat er op aan? Ik was nog jong; ik had een goed verstand; wan neer ik maar werkte, en mijn best deed, zou ik kunnen slagen. Jaren zouden kunnen verstrijken, voordat ik fortuin had gemaakt. Maar wanneer ik dat zou hebben gemaakt, wanneer ik met rente iederen stuiver, dien ik had gestolen, zou hebben terugbetaald, dan zou ik naar Jeanne gaan. Zij zou dan getrouwd zijn, en in haar herinnering zou ik niets dan een vage verschijning zijn. Desniettemin zou ik haar aan de Majestic herinneren. Ik zou haar vertellen, waarom ik uit haar leven was weggegaan; ik zou haar zeggen, dat haar invloed mij tot een beter mensch had ge maakt, en zij zou mij de reeds vergeten kwetsuur vergeven, die ik haar had toege bracht, toen zy negentien was. Dwaas? Natuurlijk, maar goed van be doeling. (Wordt vervolgd!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 6