Vraag en aanbod
1898 on°er 1938
NEDERLAND
KONINGIN WILHELMINA
De maatschappelijke samenleving.
„40 jaren Koningin
der Nederlanden"
3&uuuttland
Bij 't zwemmen verdronken
Verkeersongelukken
Branden.
Mooie, charmante zonnebruining
Nog geen nieuws van de Karimata
Gevangene ontvlucht.
Denkt U er aan Uw
voor Woensdag op te geven?
..UTFW
TWEEDE BLAD.
Zaterdagavond is in het Vuile Gat te
Zuidbeyerland de 19-jarige landarbeider
P. van Brakel.bij het zwemmen in een kuil
geraakt en verdronken.
BIJ REDDINGSPOGINGEN
VERDRONKEN.
De 39-jarige Bechthold uit Den Bosch
die met zijn twee kinderen in de Maas bij
Kerkdriel aan het pootje-baden was, is
Zaterdagmiddag verdronken. Op een ge
geven oogenblik zag hij hoe zijn beide
kinderen onder water schoten. Hij trachtte
zijn kinderen te redden, maar is hierbi
zelf verdronken. De kinderen werden ge
red door een zekeren van Hirtum uit
Gewande, die het ongeluk zag gebeuren.
IN EEN ZWEMBAD DEN DOOD
GEVONDEN.
In het Amstelparkbad te Amsterdam is
Zaterdagavond een tragisch ongeluk ge
beurd. Toen even na sluitingstijd het per
soneel een laatste ronde door de inrichting
maakte, ontdekte het, dat zich in een der
kleedhokjes nog een volledig stel kleeren
bevond, hoewel geen enkele bezoeker meer
aan het zwemmen was. Onmiddellijk wer
den de bassins afgedregd en na eenigen
ty'd haalde men het lijk op, van een naar
schatting 30-jarigen man. Men kon niet
zeggen, wie de drenkeling was, doordat op
zijn kleeren geen papieren of anderszins
werden gevonden.
KON NIET VOLDOENDE ZWEMMEN
In de Nieuwe Binckhorsthaven te Den
Haag, v/aar in deze warme dagen vry druk
wordt gezwommen, is gistermiddag de 15-
jarige J. C. R., woenende aan den Sinjeur
Semijnszweg, verdronken. De jongen, die
de zwemkunst niet voldoende machtig was,
bleek zich in het diepe gedeelte van de
haven te hebben gewaagd.
LIJK OPGEHAALD.
Aan het strand te Kijkduin is gister
ochtend het lijkje opgehaald van het elf
jarige meisje A. J. M., wonende aan de
Velpschestraat te Den Haag, welk kind op
3 Augustus nabij een golfbreker in zee was
gaan baden, doch door een onderstroom
was weggesleurd.
IN DEN RIJN VERDRONKEN.
Bij het baden is Zondag te Opheusden Ce
26-jarige G. v. d. Wardt verdronken. Ver
geefs hadden eenige zwemmers getracht
den jongeman, die zelf niet zeer goed
zwom, te redden. Na anderhalf uur dreg
gen was het lijk'nog niet opgehaald.
AANRIJDING MET DOODELIJKEN
AFLOOP.
Zaterdagmiddag is de 55-jarige wielrij
der H. Kuylenburg, chef van een bijkan
toor der P. T. T. te Rotterdam, bij het over
steken van den rijweg op den nieuwen
rijksweg in de gemeente Oegstgeest aange
reden door een autobus. Het slachtoffer
kreeg een klap van het linker voorspat-
scherm, werd opgenomen en over een af
stand van ongeveer 25 meter meegesleurd.
De man bleef toen op den weg liggen en
was na eenige oogenblikken overleden.
Het onderzoek ter plaatse en de verklarin
gen van ooggetuigen wezen uit, dat den
bestuurder van de autobus geen schuld
treft.
PLOTSELING DEN RIJWEG
OVERGESTOKEN.
Zaterdag is in de Pieter Nielandstraat te
Amsterdam een kindje van drie jaar, dat
op het trottoir speelde, stak plotseling de
straat over, werd door een vrachtauto
overreden en gedood. Het ingestelde poli
tieonderzoek bracht de onschuld van den
bestuurder van den vrachtwagen aan het
licht.
WIELRIJDSTER AANGEREDEN
EN GEDOOD.
Zondagmiddag om twaalf uur is op den
Lekkumerweg bij Giekerk (Fr.) een wiel-
rijdster, een gehuwde dame uit Leeuwar
den, aangereden door een auto van den
heer G. A. de Jong uit Stiens. Zij liep een
ernstige hersenschudding en inwendige
kneuzingen op. In een der ziekenhuizen is
de vrouw na eenige uren overleden.
IN CONGREGATIE TE DONGEN.
Zaterdagmorgen omstreeks half twaalf
werd de burgemeester van Dongen gewaar
schuwd voor een grooten brand in de Gerar-
dus Majella-kweekschool van de Congregatie
der Broeders van O.L. Vrouw van Lourdes te
Dongen, welker leerlingen momenteel met
vacantie zijn. Terstond werd het alarm
„groote brand" doorgegeven aan de gemeen
telijke brandweer en een tiental minuten
later werd reeds met vijf stralen water gé-
geven.
Terwyl stroomen water in het gebouw
werden geworpen, werden in allerijl alle
kostbare boekwerken en andere stukken
naar buiten gebracht.
Dank zij een grooten brandmuur konden
de rechter- en linkervleugel alsmede de
kapel behouden blijven en is alleen het
groote middenstuk uitgebrand. De geheele
bovenverdieping is verwoest, terwijl de be
neden gelegen leslokalen ernstige water
schade hebben verkregen.
Een der brandweerlieden moest tengevolge
van een, gelukkig gering, ongeval den dienst
staken.
De retraite, die gister zou beginnen, moest
worden afgelast. De oorzaak van den brand
is vooralsnog onbekend, men denkt evenwel
aan kortsluiting.
en geen verbranden en vervellen met Amilda-Zonnebruin. Flacon 90, üqos 50 en 25 ct.
IN CINEMA PARISIEN TE AMSTERDAM.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
heeft een korte doch zeer felle brand gewoed
op de zolderverdieping van Cinema Parisien
gelegen in den bocht van den Nieuwendijk
te Amsterdam.
Het was omstreeks kwart voor drie, toen
de brandweer werd gealarmeerd dgt de
vlammen uit de kap van de bioscoop sloe
gen. Binnen korten tijd was zy het vuur
meester. Persoonlijke ongelukken deden zich
niet voor.
De zolder, de vierde verdieping, waarop
oude requisieten lagen opgestapeld, brandde
geheel uit en het dak stortte voor een ge
deelte in.
De bioscoopzaal heeft geen schade opge-
loopen.
De exploitant, de heer Clabau, die boven
de bioscoop woont, was met vacantie afwe
zig.
Eigenaar van de bioscoop is de heer de
Smet. Verzekering dekt de schade.
Het is niet onmogelijk, dat kortsluiting de
oorzaak van dit felle, gevaarlijke brandje
was. De politie stelt hiernaar een onder
zoek in.
IN LANDBOUWSCHUUR TE
RAVENSTEIN (N.B.)
Gistermiddag omstreeks één uur is door
onbekende oorzaak brand uitgebroken in de
groote landbouwschuur van de gebrs. Ele-
mans te Ravenstein (N.B.) Door de groote
droogte was de geheele schuur in een mini
mum van tijd een vlammenzee, zoodat aan
blusschen niet te denken viel. De in de
schuur geborgen roggeoogst alsmede alle
landbouwmachines, waaronder een electri-
sche dorschmachine, zijn geheel verloren ge
gaan. De in de onmiddellijke nabijheid staan
de woning bleef dank zy de gunstige wind
richting gespaard.
Verzekering dekt slechts gedeeltelijk de
schade.
EEN HOND EN EEN PETROLEUMSTEL.
Gisteravond omstreeks half 9 werden de
bewoners van de Nieuwe Molstraat een
zijstraat van de Boekhorststraat te Den
Haag opgeschrikt door een feilen brand
in het perceel no. 54, waar verscheidene
kostgangers wonen. Het echtpaar H., dat dit
volkspension exploiteert, was om 5 uur naar
Rotterdam gegaan, om hun kinderen, die
daar logeerden, te bezoeken. Van de kost
gangers was er slechts één thuis, n.1. de 30-
;arige A. J., die, door buren gewaarschuwd,
over het dak zich met een hondje in veilig
heid heeft kunnen stellen. Kort daarna
sloegen de vlammen reeds door de ramen
naar buiten.
De brand moet in een achterkamer op de
eerste verdieping zyn uitgebroken en Van
daar naar de tweede verdieping zijn over
geslagen, waar genoemde J. zijn kamer had.
Het bovenhuis is vrijwel geheel uitge
brand.
In het gelijkvloersche gedeelte van het
perceel bevindt zich een pakhuis van oud
papier en lompen. Hier werd alleen water
schade ondervonden.
Wachten blijft de boodschap
(Van een specialen verslaggever.)
Altijd weer opnieuw is de spanning het
hoogst als de aflossingsboot terugkomt van
den strijd tusschen de Karimata en de
Lutine. Telkens weer pakt men samen om te
vernemen hoe of het nu toch wel was, en
ook, hoe het weer worden zal. Het enthou
siasme is vooral hoog opgelaaid sinds de
Karimata datgene op de Lutine nam, dat zy
begeerde: het goud. Sinds de eerste verove
ringe is echter geen nader nieuws bekend
geworden, tenminste geen nieuws waar het
om gaat. Wel haalt men hout, stukken ka
non en ook kogels naar boven, doch om
kanonnen gaat het niet, om wrakstukken
evenmin en zelfs de oude knoopen van den
kapitein leggen geen gewicht in de schaal
by dat eene: het goud. Ën juist dat goud
komt niet snel. Ook van den nacht van Za
terdag op Zondag is geen nieuws te vertel
len. Niets anders dan een klein kanon is op
gehaald. Maar een kanon is helaas niet van
goud. Bij het ophalen van het stukje F. B. B
57 was alles in roep en roer, en ieder wilde
het zien, of ook maar even betasten. Maar
de kanonnen zijn niet gewild. Alleen in oor
logstijd steunt men op kanonnen. Geen
nieuws, want het is geen goud. Maar toch
spanning, spanning, want als het komt!!
Daar zijn de pessimisten, daar zijn de optl
misten. De eene zegt: het komt toch niet en
denkelijk ook wel nooit, maar daar zijn ook
de optimisten, ze zeggen: het komt wel, het
komt zeker. Er zit goud in, en de Karimata
zal overwinnen. Zei ook de burgemeester
van Terschelling, de heer Rynders, het niet:
„Als het er zit, dan haalt deze sinjeur het er
wel uit". En over het algemeen denkt een
ieder er zoo over. Ook wij wachten af in het
hotel onder den Brandaris, tot de roep weer
gaat, de stoomfluiten loeien en de vlaggen
worden geheschen. Ook wij wachten af of
het goud komt. We wachten, en een ieder
wacht mee, en lacht mee bij den roep:
„Weer goud!"
De tralies van de Scheveningsche
strafgevangenis waren niet stevig
genoeg.
Zaterdagmiddag heeft de 35-jarige
F. Musch, die door de Amsterdamsche
rechtbank tot 6 maanden gevangenis
straf was veroordeeld, kans gezien uit
de bijzondere strafgevangenis aan den
Pompstationsweg te ontvluchten.
Ondanks alle nasporingen door de politie
is het nog niet .gelukt een spoor van den
vluchteling te ontdekken.
Musch woonde in Amsterdam en werd
na zyn arrestatie en veroordeeling naar
Scheveningen overgebracht- Zyn straftijd
was 17 Juni j.I. ingegaan. Zaterdagochtend
omstreeks 11 uur was hij in een der gangen
van de cellenbarakken van de strafge
vangenis bezig met het mengen van cement.
De oorzaak van den brand moet vermoe- -De hewaker, die. het toezicht in deze gang
delyk worden gezocht in een petroleumstel,
dat de genoemde pensiongast J. in een
kamer op de eerste verdieping had ge
bruikt om er twee strijkbouten op te ver
warmen voor het oppersen van een panta
lon.
Na dit werkje was J. naar boven gegaan
en had vergeten den brander van het petro--
leumtoestel uit te doen. De mogelijkheid
bestaat, dat het hondje eenigen tijd later
tegen het petroleumstel is opgeloopen, ten
gevolge waarvan dit zou zyn omgevallen.
MOTORJACHT DOOR BRAND VERNIELD.
Gistermiddag omstreeks half drie is op
het Noordhollandsch Kanaal te Den Helder,
tegenover de opslagplaats van de gemeente
reiniging een aan den kant liggend motor
jacht, toebehoorend aan den heer Feldman,
meubelfabrikant te Den Helder, in brand
geraakt. De heer Feldman, die met familie
leden en kennissen een vaartochtje in het
Noordhollandsch Kanaal maakte, bevond
zich met eenige andere opvarenden aan den
kant, toen een vriend den motor aanzette
om weer verder te varen.
De motor sloeg echter terug en veroor
zaakte brand. In een minimum van tijd was
het jachtje een fakkel gelijk. Al spoedig
waren de trossen, waaraan het vaartuig
gemeerd lag, doorgebrand en dreef het
brandende vaartuig met den wind mee naar
den Overkant. De inzittenden hadden zich
juist nog in veiligheid kunnen stellen.
Er kon echter niet verhinderd worden, dat
het bootje geheel uitbrandde. Door de hitte
waren verschillende gaten in den stalen
wand ontstaan waardoor het water naar
binnen drong. Het uitgebrande vaartuig
werd met stalen kabels aan een ter plaatse
liggende zolderschuit vastgebonden, om zin
ken te voorkomen. Behalve de boot-inven
taris, keukengerei enz. gingen ook kleeren
en beddegoed verloren.
HEIDEBRAND TUSSCHEN DONDEREN
EN NORG (Dr.)
Zondagmiddag omstreeks drie uur is brand
uitgebroken op het terrein van het Staats-
boschbeheer tusschen Donderen en Norg.
Vijf hectaren heide werden door het vuur
vernield. Met behulp van militairen en van
burgers is het aanwezige personeel er ten
slotte in geslaagd het vuur te bedwingen.
lederen dag brandt de Nederlandsche
Heide Maatschappij van deze gronden een
strook grond af om deze te ontginnen. Ook
Zaterdag was dit het geval en men ver
moedt, dat het vuur is blijven smeulen.
Militairen bleven gedurende den nacht
van Zondag op Maandag ter bewaking op
het terrein.
Alléén 2de handsch goederen.
35 ct. p, 5 regeli, uitsluitend contant.
moest uitoefenen, was genoodzaakt den man
een oogenblik alleen te laten. Van deze
gelegenheid heeft hy gebruik gemaakt een.
cel binnen te dringen, welke niet in ge
bruik was. In deze cel waren eenige houten
binten, en Musch heeft kans gezien met een
dezer de tralies voor het venster om te
buigen. Hij wist zich door het raam te
wringen en kwam zoo op het dak van de
cellengang. Over een geheele rij van daken
is hij geloopen, totdat hij aan het einde was
gekomen en in den tuin der gevangenis kon
springen. Ook dit gelukte den vluchteling,
zonder dat iemand hem bemerkte. Nu rest
te hem nog de buitenmuur. Deze is 4 m.
hoog, doch hij kon er vrij gemakkelijk op
komen, omdat er eenige lagere muurtjes
vóór staan, welke als het ware een trap
vormen naar den hoogen muur.
Musch, wien het zeker niet aan ahtleti-
sche gaven ontbreekt, klom erop en sprong
er aan de andere zijde af. Toen stond hij
in de duinen en was vry.
Waar hy gebleven is, weet de politie nog
niet.
De pet van den ontvluchten gevangene
vond men in een der gangen. Een politie
hond werd erbij gehouden en deze gaf
nauwkeurig den weg aan, welken Musch
genomen had om in de vrije wereld te ko
men. In de duinen raakte het dier het spoor
echter kwijt.
Het ligt voor de hand, dat de vluchteling
naar Scheveningen is gegaan, waar het hem
niet veel moeite zal hebben gekost zyn
kleeren aan het strand voor een ander pak
te ruilen.
VERKOOP ZOIVJERPOSTZEGELS.
Byna 9000 méér dan verleden
jaar.
V olgens de voorloopige opgaven zijn de
navolgende aantallen zomerpostzegels 1938
verkocht: van 3 cent 769.584, van 5 cent
801.406, van 6 cent 637.553, van 8 cent
1.095.294, van 16 cent 646.955. De op
brengst boven de frankeerwaarde hiervan
bedraagt 95.825.18)4, of 8.903.23H
méér dan de uitgifte 1937, toen de op
brengst 86.921.95 bedroeg.
De opbi engst 1938 moet nog worden
verminderd met eenige daarop vallende
kosten.
nog geen
VERLAGING LEERLINGENSCHAAL?
De regeering heeft
beslissing genomen.
Dezer dagen werden door den minister
van algemeene zaken in audiëntie ontvan
gen een vijftal vertegenwoordigers der vijf
onderwijzersorganisaties, die gezamenlijk
actie voeren tot verlaging der leerlingen-
schaal.
Hoewel er weinig hoopvolle perspectie
ven zijn geopend, werd de verzekering ge
geven, dat de begrooting nog niet defini
tief was vastgesteld en dat de zaak van de
leerlingenschaal-verlaging nog ernstig
door de regeering zou worden overwogen.
Vervolg.
Indien, gedurende de veertigjarige regee
ring van onze Koningin, een aspect ver
anderd is, dan ongetwijfeld dat, hetwelk
men als „maatschappelijke samenleving"
kan samenvatten. Zoozeer is men geneigd
het veranderd te noemen, dat men zich af
vraagt of degenen, die deze wereld verlieten,
voordat de Koningin den troon harer vade
ren besteeg, haar nog zouden herkennen,
waren zij in de gelegenheid weer binnen te
treden. En toch was reeds de maatschappe
lijke samenleving, die Koningin Wilhelmina
in 1898 aantrof er een, die opmerkelijk ver
schilde van wat wy uit de boeken en uit de
prenten kennen als de samenleving van het
einde der achttiende of het begin der negen
tiende eeuw. Toen vormde het leven op het
land, al naarmate van de provinciën, waarin
men woonde, een soort van afgesloten ge
heel; toen drong het nieuws van de deelen
van het kleine Nederland slechts langzaam
onderling door; toen waren trekschuit en
diligence nog het eenige denkbaar middel
van vervoer. Dat Nederland denken wij ons
natuurlijk niet. Wel echter het Nederland
van de tachtiger jaren, waarin de spoor
wegen reeds een bekend middel van ver
voer uitmaakten; waarin de grondslagen
werden gelegd voor die organisaties, die tot
de ontwikkeling van wat men maatschappe
lijk verkeer noemt, zooveel hebben bijge
dragen. Eerst echter na 1898 is gekomen de
geweldige toeneming van het verkeer, niet
alleen door de uitbreiding der spoorwegen,
maar vooral door de invoering van geheel
nieuwe vervoermiddelen als rijwiel en auto
mobiel. Men vergete niet, dat in 1898 eerste,
nauwelijks geslaagde proeven op het terrein
der vliegtechniek werden ondernomen; dat
Marconi zyn eerste proeven met draadlooze
telegrafie deed! En ook eerst na 1898 is voor
ons land gekomen de geweldige vergrooting
van de steden, die ons in Amsterdam en
Rotterdam plaatsen heeft geschonken, welke
als wereldsteden zyn te beschouwen, terwijl
zy Den Haag, nog immer het mooiste dorp
van Europa, ook geheel andere allures heeft
doen aannemen. Eerst na 1898 ook is geko
men, dat de kunst ging spreken tot geheel
het volk en niet meer eigendom bleef van
een of meer bevoorrechte klassen. Éérst na
1898 tevens is gebleken de drang naar eigen
ontwikkeling van bijna elke categorie in
onze samenleving. Huizen, gelijk wij die
vóór 40 jaren kenden, bestaan niet of nau
welijks meer, en worden beschouwd als
krotten, die onbewoonbaar dienen te worder.
verklaard. De inrichting heeft, mede dank
zjj de verspreiding der moderne techniek,
een geheel ander aanzien gekregen; niet
slechts is comfort en hygiëne daarbij toege
nomen, maar hoeveel smaakvoller is zelfs de
eenvoudigste woning niet geworden. Neder
land was reeds voor 40 jaren het land van
bloemen bij uitnemendheid, maar men zag
deze, zelfs in de nabijheid van groote tuin
bouwcentra, niet in de huizen en voor de
ramen der minder bevoordeelden. Rijd nu
eens door den zelfkant van een onzer groote
steden, en het is in die deelen des jaars, die
zich daartoe zoo bij uitstek eigenen, ééne
voortdurende bloemenafwisseling, die den
vreemdeling niet ten onrechte treft. Veran
deringen, wy weten het wel, die elk voor
zich van betrekkelijk secundaire beteekenis
zijn, maar tezamen vormen een complex van
omstandigheden, waarvan de invlred zich
onweerstaanbaar eiken dag doet gevoelen.
Vandaar het geheel afwijkend beeld, dat
1898 en 1938 bieden. Middenstand en arbei
dersbevolking hebben een geheel andere
plaats in de samenleving gekregen; zij zijn
als een integreerend deel van die samen
leving erkend. De afstand tusschen de ver
schillende klassen is geringer geworden, ten
deele dank zjj de techniek, die moderne ge
makken voor een ieder bereikbaar maakt;
ten deele echter ook dank zij het onderwijs,
dat voor allen open staat. Men weet tegen
woordig, dat de scholen bezocht worden
door kinderen uit de meest uiteenloopende
deelen der samenleving; dat men slechts op
particuliere scholen, voor weinige beurzen
bereikbaar, zijn kinderen kan houden bin
nen den engen kring, die men veelal nog
den eigen kring noemt. En tot het wegvallen
van deze scheidsmuren heeft het toenemen
van het reizen, binnen- en buitenslands,
krachtig bijdragen. Hollanders, die elkander
in den vreemde ontmoeten, zyn aanmerke
lijk meer geneigd tot toenadering dan Hol
landers in eigen land. Het reizen verruimt
den gezichtseinder; het stélt in staat nieuwe
indrukken op te doen; te leeren ervaren, dat
Nederland maar een deel is van de groote,
groote wereld daaromheen. Het stelt in staat
om van den vooruitgang of wat men als
zoodanig gelieft te beschouwen, overal ken
nis te nemen. Het rijwiel, aanvankelijk luxe
middel, is thans ter beschikking van ieder
een; de auto wordt met den dag goedkooper,
en in groote mate meer voor practische dan
voor luxe-doeleinden gebruikt. Met het
vliegtuig gaat het reeds dezelfde richting
uit, al blijven daar de kosten nog een rol
spelen. Dat dit alles zijn schaduwzijde niet
heeft gehad, wie zal het ontkennen. Er is
een drang naar luxe, dikwerf goedkoope en.
schijnbare weelde gekomen, die tot verhef
fing van het maatschappelijk peil lang niet.
altijd heeft bijgedragen. Er is in kleeding en
interieur der huizen een neiging om mei
goedkoope middelen te willen navolgen ook
datgene, wat slechts met betrekkelijk dure
middelen een voldoening gevend effect kan
opleveren. In dat opzicht is onzen tyd een
tijd der scherpe tegenstellingen, want naast
een toenemende vereenvoudiging, dank zjj
de techniek, staat een onnoodig ingewikkeld
maken van het maatschappelijke leven.
Naast de toeneming van de vergeestelijking
van het leven, staat een onmiskenbare ver
groving, die den schijn voor het wezen
neemt, en die, zoo voor jong als voor oud,
tot ontgoocheling moet leiden.
Bij het afwijkend beeld treedt de emanci
patie, die de vrouw zich in deze veertig
jaren heeft verworven, op den voorgrond.
In 1898 was, om het meest teekenend voor
beeld te noemen, het studeerend jonge
meisje een uitzondering; thans is zij een ge
woon verschijnsel, dat zeker niet meer de
aantrekkelijkheid van het nieuwe en het
exceptioneele heeft. In 1898 was de werken
de vrouw nog een vrij zeldzame verschij
ning; bepaalde bedrijven, ambten waren
voor de vrouw gedeeltelijk gereserveerd,
maar lang niet in elke positie werd zij toe
gelaten, al werd zy misschien ook toen niet
wettelyk of formeel geweerd. Thans is er
bijna geen positie, die voor de vrouw niet te
bereiken valt. Vooral niet sedert wy vrou
welijke wethouders hebben, gekregen, vrou
welijke dominee's op den kansel,'vrpuwé-".'
lijke advocaten in de rechtszaal, straks
vrouwelijke notarissen, vrouwelijke burge
meesters. Waarom niet, sedert de Amster
damsche beurs, conservatiever instelling dan
welke instelling ook, een vrouwelijke com-
missionnair haar heiligdom zag binnentre
den. Of deze emancipatie echter de vroeger
stille, doch daarom niet minder groote macht
van de vrouw heeft doen toenemen, is een
andere vraag.
Hebt u reeds, als abonné van de
Alkmaarsche Courant, ingeteekend op
onze premie-uitgave
een prachtig boekwerk, met ongeveer
400 foto's uit het leven van onze
koningin?
Het boek verschijnt in Augustus,
waarschijnlijk begin volgende week.
Verzekert u van zoo'n boek door nog
heden te bestellen. Dealbumszijn
uitsluitend bij vooruitbetaling,
zoodat ge door inzending van het be
drag na verschijnen het album kunt
ontvangen. De prijs bedraagt 0.75
afgehaald aan ons bureau, fr. p. post
0.95. Postgiro 37960 N.V. Boek- en
Handelsdrukkerij v/h. Herms. Coster
en Zoon, Alkmaarsche Courant.
ONGELUKKIG GEVALLEN.
Op het drukke Weesperzandpad onder
de gemeente Weesperkarspel is gistermid
dag een 19-jarig meisje, T. L„ dat met haar
verloofde aan het fietsen was, ongelukkig
komen te vallen, doordat de sturen in
elkaar raakten. De jonge menschen, die
gearmd reden, vielen van het verhoogde
rijwielpad. Het meisje, dat in Amsterdam
woont, sloeg daarbij met het hoofd tegen
den bermrand en bleef met een hersen
schudding bewusteloos liggen en moest
naar het Binnengasthuis te Amsterdam
vervoerd worden.
ERNSTIG ONGEVAL.
Paard sloeg op hol.
Toen Zaterdagavond de 21-jarige land
bouwerszoon G. ter Braak, wonende aan
den Goorscheweg te Haaksbergen, met een
vrachtwagen, geladen met rogge, thuis
kwam, ging hij even naar binnen om een
emmer water voor zijn paard te halen. Toen
hij terugkwam en het paard te drinken
wilde geven, sloeg dit, ondanks de zware
vracht rogge, plotseling op hol; Ter B. wil
de het paard grijpen, doch kwam onder
den wagen terecht en kreeg een der wie
len over zijn lichaam. Het paard liep door,
de rogge viel van den wagen en eindelijk
wist men het paard in een weide te grijpen.
Ier Braak bleek er zeer ernstig aan toe
te zyn. Behalve een ernstige verwonding
aan zijn hals, liep hij zeer ernstige inwen
dige kwetsuren op. Hy werd overgebracht
naar het ziekenhuis te Haaksbergen, waar
hy gisteravond is overleden.
DOOR WARMTE BEVANGEN.
Vóór den trein gevallen.
De 51-jarige verpleegstei C. Rens,
wonende aan den Oudedijk te Rotterdam,
is gistermiddag op het perron van het
station Delftschepoort aldaar door de
warmte bevangen en van het perron tus
schen de rails gevallen. Juist op dat mo
ment zette een trein, die van Rotterdam
naar Den Haag vertrekt, zich in beweging.
D ebestuurder, die tijdig <->o het ongeval
opmerkzaam kon worden pemaakt, tracht
te door sterk té remmen nog een aanrij
ding te voorkomen. Heelemaal gelukte dat
niet, het slachtoffer kreeg nog een duw
van den wagen, maar doordat de
trein op zeer korten afMond tot stilstand
kwam, werd zij niet overreden. Zij klaagde
over inwendige pijnen, zoodat zij naar het
Diaconessenhuis is overgebracht; daar is
zij vermoedelijk met inwendige kneuzingen
opgenomen.