Het veertigjarig Regeeringsjubileum van H.H. de Koningin De feestelijke intocht in de hoofdstad. Amsterdam in feesttooi bejubelt de Landsvrouwe tijdens triomftocht door de stad. GROOT ENTHOUSIASME Dit is dan eindelijk de groote dag voor Amsterdam, een hoogtijdag, zooals in de geschiedenis van de hoofdstad slechts met groote tusschenpoozen voor komt. Vandaag houdt koningin Wilhel- mina hier haar feestelijken intocht, niet, zooals telken jare opnieuw voorkomt, om slechts eenige dagen temidden van Haar onderdanen in de hoofdstad te toe ven, maar om hier den dag te herden ken, waarop Zij, veertig jaar geleden, in diezelfde hoofdstad gekroond werd tot koningin der Nederlanden. Daarom heerscht in Amsterdam niet slechts de vreugde, die men hier immer voelt wanneer gedurende een aantal dagen de koninklijke standaard van het paleis op den Dam wappert, maar naast deze vreugde is de hoofdstad in feeststemming, omdat juist in deze luisterrijke hoogtijdagen onze koningin in de oude veste aan Am r.tel en IJ zal toeven, omdat juist in deze dagen daar mee opnieuw getoond wordt, dat Amster dam en zonder naijver voelt ieder Neder lander het aldus nog altijd het levende centrum, het kloppende hart, de hoofdstad van Nederland is. Vreugdevol en in feeststemming heeft Amsterdam vanmiddag de koningin inge haald, nadat het zich, in verbluffend korten tijd, getooid had en opgesierd en een boven verwachting feestelijken aanblik bood. Men had getwijfeld aan de mogelijkheid, met de beperkte middelen waarover men beschikte, de stad in een waardig feestkleed te kunnen steken, doch goede wil en kunstzinnige smaak hebben op verrassende wijze aange vuld wat men aan middelen tekort kwam, en ondanks de soberheid, die moest worden betracht als gevolg van den ernst der ty den. waaronder vooral de hoofdstad gebukt gaat, zijn alle belangrijke punten der stad, en is ook de geheele intochtsweg smaakvol en feestelijk versierd, terwijl de feeststemming, welke vandaag een hoogtepunt doormaakt, eigenlijk reeds sedert 31 Auugstus niet meer uit de straten der stad Is geweken. Amsterdam in feeststemming. Toch was het van morgen vroeg reeds merkbaar, dat deze dag door een bijzondere gebeurtenis gekenmerkt zou worden. Het was, alsof alles, wat in de stad gebeurde, slechts als bijkomstige noodzakelijkheid werd verricht omdat een groote gebeurtenis, waarop zich alles richtte, vandaag slechts van beteekenis was. Reeds vroeg in den morgen was het zeer druk in de binnenstad, maar het was een andere dan de gewone Maandagmorgen- drukte. De zakenlieden, die op een gewonen Maandagochtend het beeld van Damrak en Kalverstraat beheerschen, vielen, voor zoo ver zij vanmorgen getracht hebben nog eenige aandacht aan hun werk te besteden, en hoewel er vandaag als op Zaterdag vroegbeurs was, nauwleijks op tusschen de Oranje-getooide, feestelijke menigte, welke zich, vooral na het middaguur, langs Kalver straat, N. Z. Voorburgwal en Leidschestraat, voortbewoog met de bedoeling, zich ergens een plaatsje te veroveren langs een der stra ten of pleinen, welke tezamen den intochts weg vormen. Het versierde Haarlemmermeer station. Begrijpelijkerwijze stond de plaats van aankomst, het Haarlemmermeerstation, in het centrum der belangstelling, en hier en langs de Lairessestraat had de politie dan ook tijdig voor een afzetting en maatregelen tot ordening van het verkeer moeten zor gen, om vooral ook den Amstelveenscheweg niet vroegtijdig te laten blokkeeren. Sober maar smaakvol is het Haarlemmer meerstation versierd. De dienst van publieke werken en de dienst der beplantingen van de gemeente Amsterdam hebben hiervoor zorg gedragen. De gevel is afgezet met slin gers groen, terwijl de daklijst van het stationsgebouwtje een versiering draagt van groen en oranjekleurige bloemen. Terzijde van den ingang zijn oranjedoeken en vlag- gedoek in de nationale kleuren gedrappeerd. En tegen den voorgevel rechts van den uit gang, is met behulp van een groot baldakijn een soort loge gebouwd, waarin Hare Ma jesteit aanstonds zal plaats nemen om de zanghulde van het Toonkunstkoor in ont vangst te nemen. De bovenkant van het bal dakijn, waarvan zware franje's afhangen, wordt gevormd door een gedrapeerd velum, terwijl de achtergrond van de loge, die tegen den muur van het stationsgebouw is aange bracht, bestaat uit blauw fluweel, waarop oranjebanen een smaakvolle versiering vormen, zoodat het geheel, Nassau-blauw en Oranje, is gehouden in de heraldieke kleu ren van ons koninklijk huis. Ter weerszijden wordt de loge min of meer afgesloten door hooge, groene planten en een smaakvolle bloemversiering, welke ook aan den binnenkant is aangebracht. Masten met verticaal neerhangend vlag- gedoek voltooien het feestelijke beeld van de plaats, waar de koningin haar intocht in de hoofdstad zal beginnen. Tegen twee uur is het, achter de afzettingen, zwart van de menschen, waarvan sommigen reeds uren hebben gewacht om zich een plaatsje in de voorste rijen te verzekeren. In afwachting langs den intochtsweg. Het gedeelte van de Corn. Krusemanstraat aan den kant van het Haarlemmermeer station, is echter ten deele vrij gehouden, want kort na half twee nemen hier de infanterietroepen, welke langs het eerste stuk van den intochtsweg de afzetting zullen vormen, hun plaatsen in. Zij staan ter weers zijden langs de Krusemanstraat, en even voorbij den hoek van den Amstelveensche weg tot aan de Lassusstraat, en dan volgt, tot den hoek van de Dufaystraat, een eere front van reserve-officieren. Ongemerkt gaat de Krusemanstraat over in de Lairesse straat, waar langs het eerstvolgende, iets breedere gedeelte, de Amsterdamsche Vrij- wilige Burgerwacht staat opgesteld. En ver der achter deze troepen, verder voorbij deze afzettingen, en ook op balcons, uit ramen en zelfs op daken, slechts menschen, gespannen en feestelijk afwachtende menschen, die den geheelen fraaien, breeden en smaakvol ver sierden verkeersweg omzoomen. Want op eenvoudige wijze heeft men in Corn. Kruse manstraat en De Lairessestraat een zeer kunstzinnig effect weten te bereiken, door het aanbrengen van schuin geplaatste meta len draagstangen aan elke lantaarnpaal waarvan in drie gescheiden banen de kleu ren van onze nationale vlag afhangen, welke banen in een ruime boog vallen en aan den achterkant van de draagstang, dus dicht bij de paal, worden opgehouden. En dan heb ben de bewoners zich evenmin onbetuigd gelaten. In de Corn Krusemanstraat waar de fraaie blokken middenstandswoningen van verschillende bouwvereenigingen staan, maar ook verder in de De Lairessestraat. zijn op regelmatigen afstand oranje of rood- wit-blauwe velums van boven naar beneden langs de gevels gespannen, terwijl vele ge vels, portieken en raamkozijnen met slin gers groen en oranje-bloemen zijn versierd. Vooral de bewoners van tal van kapitale heerenhuizen in de De Lairessestraat heb ben hiervan veel werk gemaakt en zeer veel fraaie versieringen zyn hier aange bracht. Opvallende versieringen tooien eenige schoolgebouwen "angs den weg, het gebouw der Vrije Universiteit en het Scheep vaartmuseum óp den hoek van de Corn. Schuytstraat, terwijl ook het voorplein van het Amsterdamsche Lyceum met zijn fraaie poortbogen de aandacht trekt. Onnoodig te zeggen, dat bijna huis aan huis de nationale driekleur is uitgestoken, terwijl het kleurige beeld van de te volgen route nog wordt verhoogd door de lange rij van vaandels, die men aanschouwt als men langs de afzetting kijkt. Want op eenigen afstand voor de afzetting en op korten afstand van elkaar staan langs den geheelen weg, van de plaats, waar de militaire afzetting ophoudt tot daar, waar zij nabij den Dam weer begint, de vaandel delegaties van bijna 650 vereenigingen en organisaties op verschillend gebied, vaandel dragers met een of twee gedelegeerden, die langs den geheelen weg de koningin namens de tienduizenden Nederlanders, die zij ver tegenwoordigen, een vaandelhulde brengen. In de binnenstad. In dichte drommen staan de menschen bij het Jan Willem Brouwersplein en in de Van Baerlestraat, waar de route langs het versierde Concertgebouw loopt om even later rechtsaf de Paulus Potterstraat in te buigen, waar op het middenpad tegenover het Stedelijk Museum banken zijn ge plaatst, welke plaats bieden aan yneer dan 600 ouden van dagen, verpleegden uit ge stichten, die hier rustig en zonder te veel inspanning den stoet kunnen zien pas- seeren. Links van het Rijksmuseum buigt de haag van menschen langs de Stadhouders kade naar het Leidscheboschje en over de brug naar het Leidscheplei. Beide pleinen zijn fraai versierd met hooge palen, waar van kleurige wimpels en wapendoeken af hangen. Feestelijk is de indruk, die de hooge gebouwen, zakengebouwen, hotels en het modemagazijn van Hirsch, maken. Ook hier hebben, zooals overal langs de route, reeds uren van tevoren honderden zich van een plaats verzekerd en gelukkig prijzen zich degenen, die voor de ramen van de hooge gebouwen een prachtig overzicht van den stoet zullen krijgen, van het moment, dat deze bij het Leidscheboschje zal ver schijnen, totdat zij de smalle Leidschestraat inbuigt, de drukke, doch gedistingeerde winkelstraat die een zeer fraaien doorkijk biedt, dank zij de prachtige versiering van prof. Huib Luns, zware wapenschilden met kleurige labarums en zware koorden, welke op negen plaatsen als prachtige eerepoorten de straat overwelven. Voller en drukker wordt het naarmate men dichter bij den Dam komt, langs Ko ningsplein, Singel en N.Z. Voorburgwal, waar tusschen de fraai versierde zakenge bouwen, vooral de versieringen der groote dagbladgebouwen opvallen. En dichtbezet en vol is het natuurlijk vooral op den Dam. Reeds lang voor twee uur, als de vorstin nog niet aan het Haarlemmermeerstation in de hoofdstad is aangekomen, staat het publiek achter de afzettingen dicht opeengedrongen, hoewel pas tegen vier uur de koninklijke stoet hier kan worden verwacht. Het uur nadert. Bij het Haarlemmermeerstation merkt men echter wel, dat de groote gebeurtenis nu weldra een aanvang zal nemen. Tegen twee uur arriveert het eere-escorte van het eerste regiment huzaren, dat de stoet zal begeleiden. De honderd onderofficieren en manschappen, in veldtenue met lichte be pakking, onder commando van een rit meester en drie luitenants, stellen zich op in twee gelederen, op den Amstelveensche weg, met het front naar het station. Voor het station heeft zich een eerewacht in militair-aandoenden, doch bij de weer macht onbekenden uniform, opgesteld. Het zijn de studenten-weerbaarheidscorpsen van het Utrechtsche, Leidsche en Amsterdam sche Studentencorps, tezamen ongeveer 200 man onder commando van den heer G. J. Kolff, commandant der Utrechtsche Stu denten-weerbaarheid. Links van den uitweg is een speciaal houten podium aangebracht, ten behoeve van persfotografen en filmoperateurs, die reeds lang van tevoren bezig zijn hun toe stellen op te stellen om een juiste instelling te vinden. Rechts van het stationsgebouw, terzijde van de koninklijke loge, welke door het fraaie baldakijn wordt gevormd, hebben zich de zangers opgesteld, van het Toon kunstkoor, tezamen met de 20 blazers die de zanghulde zullen begeleiden. In de buurt van het dirigeergestoelte zien wij prof. dr. Willem Mengelberg, die zoo aanstonds de zangers zal dirigeeren. De genoodigden bij de ontvangst. Inmiddels rijden auto's af en aan met de autoriteiten, die bij de ontvangst van Hare Majesteit aanwezig zullen zijn. Zij verza melen zich in de wachtkamer van het stationsgebouw. De zaal is voor deze ge legenheid ontruimd en met behulp van ta pijten, planten en bloemen, herschapen in een fraaie receptiegelegenheid. Voor één der fraaie tapijten, waarachter het buffet ge heel schuil gaat, staat de zetel, waarop de Landsvrouwe aanstonds, tydens de be groetingsrede, zal plaats nemen. Tegen twee uur waren hier o.a. bijeen de burgemeester van Amsterdam, dr. W. de Vlugt, die getooid was met zijn ambtsketen, de commissaris der koningin in de provinci Noordholland, mr. dr. A. baron Röell, en jhr. F. J. E. van Lennep. Verder de leden van het dage- lijksch bestuur der gemeente, de wethou ders en de gemeente-secretaris, mr. S. J. van Lier, alsmede de leiders van bijna alle fracties van den Amsterdamschen gemeen teraad en verscheidene raadsleden, tezamen 26 in getal, alsmede verscheidene militaire autoriteiten, o.a. de bevelhebber van de vierde militaire afdeeling, generaal-majoor A. R. van den Bent, adjudant in buitenge wonen dienst van H.M. de koningin, in zijn functie van gouverneur van de hoofdstad, de commandant der Marine te Willemsoord, Schout by Nacht H. Jolles, de commandant der Maritieme Middelen te Amsterdam, ka pitein ter zee N. A. Rost van Tonningen, ad judant in buitengewonen dienst van H.M. de koningin en de garnizoenscommandant van Amsterdam, luitenant-kolonel W. A. Bos wijk. Al deze officieren waren door hun ad judanten vergezeld. En voorts waren hier de leden van de commissie van den intocht van de Huldigingscommissie 1938, waartoe o.a. behoorden de voorzitter en secretaris der Huldigingscommissie mr. L. J. A. Trip, president van de Nederlandsche Bank en C. G. Vattier Kraane. Het achterste, tegenover de wachtkamer gelegen perron, van het gewoonlijk zoo rustige, onopvallende Haarlemmermeer- station, heeft eveneens een metaforfose ondergaan. Met behulp van getimmerde, oranje en blauw geschilderde houten zuilen, waaroverheen een gedrapeerd velum is aan gebracht, heeft dit perron een smaakvol aandoende overkapping gekregen, terwijl het verder met bloemen en groen is ver sierd, evenals de weg, die van het perron naar de tot ontvangzaal ingerichte wacht kamer leidt. Ter rechterzijde, met het front naar den kant, waar de koninklijke trein zal voor rijden, staat sedert kwart voor twee de eerewacht opgesteld, bestaande uit 100 man, met acht tamboers, vaandel en vaandel- wacht, van het vijfde regiment infanterie, in veldtenue zonder bepakking, onder com mando van een kapitein met drie luitenants als sectie-commandanten. Op den rechter vleugel, naast de tamboers en hoornblazers, staat het muziekcorps van het vijfde regi ment infanterie. De aankomst. Het is nu weldra half drie, de groote wijzer der statiosnklok nadert de 6 steeds dichter en in spanning turen allen langs de rails, die echter op korten afstand van het stationnetje reeds een bocht maken en uit het gezicht verdwijnen. Maar reeds is de trein Amstelveen gepasseerd, het kan nog slechts enkele minuten duren en ja, dan komt ook inderdaad een locomotief in het gezicht, trotsch voorop den koninklijken standaard voerend en in matigen vaart den koninklijken trein trekkend, welke bestaat, behalve uit eenige stootwagons, uit het bruihe salonrijtuig van de directie der Nederlandsche Spoorwegen, waarin hebben plaats genomen, de directeur der Spoor wegen, prof. ir. Goudriaan, de inspecteur van het vervoer ir. Berdenis van Berlekom, ir. Schulte van Weg en Werken, en ir. Goedkoop van de afdeeling tractie. Dan volgen, glanzend blauw en versierd met gouden gekroonde W. twee koninklijke salonrytuigen en een bagagerijtuig. Het „geeft-achtsignaal" voor de op het perron opgestelde eerewacht heeft geklon ken. Stram in de houding staan de mannen als de trein, die over Gouda, Woerden, Breukelen, Nieuwersluis, Hoofddorp en Am stelveen uit den Haag is gekomen, lang zaam langs het perron schuift en precies op de juiste plaats stopt, zoodat het trapje, waarlangs de hooge reizigster uit het ko ninklijke rijtuig het perron kan betreden, juist by den uitgang van het salonrijtuig staat. Snel heeft burgemeester de Vlugt zich naar het salonrijtuig begeven om de ko ningin in de hoofdstad te verwelkomen. Een enkel kort bevel en de eerewacht pre senteert het geweer op het moment, dat de Vorstin zich aan den uitgang van het sa lonrijtuig vertoont en allen staan stil, zij die niet in uniform zyn met de hooge hoe den in de hand, als de muziek van het vijfde infanterieregiment statig het oude Wilhel mus doet hooren. Dan, nadat de koningin snel de eerewacht geinspecteerd heeft, begeeft Zy zich, bege leid door burgemeester de Vlugt, met wien Zij zich vriendelijk onderhoudt, langs het perron, en het met bloemen versierde plat form naar de wachtkamer. Het gevolg bestaat uit de Dame du Palais mevrouw van Loon, de hofdames freule van Tets en baroner van Asbeck, vice-admiraal Bauduin, adjudant generaal en chef van het militaire huis van H. M. de koningin, de grootmeester van H. M. de koningin graaf Dumonceau, de particuliere secretaris Baron Sixma van Heemstra, de eerste stal meester Jhr. Verheyen en de adjudant van H. M. de koningin, de luitenant ter zee le klasse Jhr. Van Holthe. Het publiek, dat .wachtende buiten het station, aan den kant van den Amstelveen scheweg, weinig van dit alles heeft kunnen zien, heeft op onnaspeurlijke wyze gemerkt, dat de koningin is gearriveerd, en juicht uit bundig, ook al kan men in dit stadsgedeel te niets hooren, van de minuutschoten, wel ke in de haven door Hr. Ms. nieuwsten flottilleleider, de „Tromp" van het moment van aankomst af worden gegeven, totdat de koninklijke stoet ten Paleize zal zyn gear riveerd. In de wachtkamer werden de aanwezigen door den burgemeester aan Hare Majesteit voorgesteld. Nadat de koningin op de daartoe bestem de zetel had plaats genomen en allen zich in een grooten kring daaromheen hadden geschaard begroette de burgemeester van Amsterdam, dr. W. de Vlugt, de hooge be zoekster met de volgende woorden: Rede burgemeester van Amsterdam. Mevrouw, Het gemeentebestuur van de hoofdstad is het een eer en een voorrecht Uwe Majes teit op dit oogenblik hartelijk welkom te mogen heeten. Is Uw bezoek aan Amster dam der burgerij en ons steeds een oorzaak tot vreugde en vindt Uwer Majesteit voort durende belangstelling in het wel en wee van ons gemeentelijk leven hier groote waardeering, ditmaal komt dit alles in nog sterker mate tot uiting en mogen wij Uwe Majesteit in dankbare feeststemming be groeten Ipimers besloot Uwe Majesteit Haar zoo gewaardeerd bezoek aan onze stad te brengen op een tijdstip, dat samenviel met de herdenking van het feit, dat Zij voor veertig jaren de regeering van ons land aanvaardde, dat hier de plechtge huldiging plaats vond en de band tusschen Uwe Ma jesteit en het Volk van Nederland werd bevestigd. Ons welkom is dientengevolge hooger ge stemd, dieper en nog warmer van toon, overmits zich daarin een gevoel van groote en oprechte dankbaarheid mengt voor het voorrecht gedurende zoo vele jaren aan Uwe Majesteit en aan ons Volk geschonken. In dat gevoel, in die groote en oprechte dankbaarheid deelt de burgerij met onge kende hartelijkheid en staat zij gereed Uwe Majesteit dit straks te doen blijken 18981938. Veertig lange jaren De verleiding is groot by deze periode stil te staan. Intusschen het zou naar mijne meening in dit korte woord van har telijk welkom kwalijk passen te spreken over hetgeen in die veertig lange jaren in het persoonlijk leven van Uwe Majesteit plaats greep of over hetgeen zich hier en elders in dat tijdvak voltrok. Uwe Majesteit vergunne mij te volstaan met te constateeren, dat in geheel onze his torie moeilijk een regeeringsperiode van even langen duur is aan te wijzen waarin zóó belangrijke veranderingen op schier elk gebied plaats vonden. En nog zijn deze niet tot staan gekomen. Nog duurt de verwarring in de wereld ronom ons voort. Nog werpt zy nieuwe problemen op, die de zorg en de moeite Uwer Majesteits regee ring vergrooten, de taak der plaatselijke besturen in niet geringe mate verzwaren en een groot deel van ons volk het uitzicht op soulaas ontnemen. Drukken deze omstandigheden haar stem pel op deze jubileumsdagen en geschiedt dan ook overeenkomstig den wensch van Uwe Majesteit de herdenking in soberheid, toch is en blijft er reden tot vreugde en dank. Daartoe stemt aanstonds eene verge lijking met den toestand elders, met het geen in zoo vele landen van Europa plaats greep. Daartoe stemt ook de omstandigheid, dat wij dank God's goedheid nog zijn die wy zijn, een vrij volk, welks onafhankelijk bestaan niet alleen ongerept bleef, maar dat ver buiten onze grenzen aan achting en beteekenis won. Doch daartoe stemt vooral, dat wy ons mogen verheugen in het bezit van Uwe Majesteit, die, na veertig uiterst moeilijke en zorgvolle regeeringsjaren, nog onver zwakt den scepter voert, telkens opnieuw het belang van land en volk dienende en in onbezweken trouw de woorden van Uwen Koninklijken Vader, voor veertig jaren ook tot de Hare gemaakt, toepassende: „Oranje kan nooit, ja nooit genoeg doen voor Nederland!" Nederland en Oranje! Symbool van een groote meeslepende kracht! Symbool van een kracht die zich ook in de blyde dagen dezer herdenking manifesteert in eene saamhoorigheid en in een eenheid rondom den Troon, welke even grootsch is als be wonderenswaardig. 2 Daarom zijn de dagen van Uwer Majes teits veertigjarig regeeringsjubileum feest dagen van Nederland, feestdagen ook voor Amsterdam. Daarom laten wij voor een oogenblik de zorgen van eiken dag rusten en voegt zich aan het daverende „Wilhel mus van Nassouwe" de blijde jubel van het Oranje Boven" in onze straten en op onze wegen. En hoe zeer het boven ons welvende wol kendek aan de zonnestralen van een meer gunstigen tijd het doorschieten nog belet en hoe somber dientengevolge de levensom standigheden voor velen ook mogen zijn, in het rotsvaste vertrouwen op God's leiding óók in het wereldbestel en in het leven van land en volk gaan wij op het voor beeld van Uwe Majesteit, onder de banier van Oranje met moed en volharding voor waarts, wetende, dat Hij die het Al bestiert, ook deze tijden ten goede keeren kan. En het is deze wetenschap, die ons oot moedig het hoofd doet buigen en ons sa menvoegt in de bede, dat de Almachtige Uwe Majesteit lang èn voor Haar Huis én voor ons Vaderland sparen moge, rijkelijk omringe met Zijn gunst en geve dat Neder land hier als overzee onder Haar re geering weder jaren beleven moge, waarin welvaart en bloei zich aan breede geeste lijke ontwikkeling zullen sparen. HET HULDEBLIJK VAN DE AMSTERDAMSCHE VROUWEN AAN H. M. DE KONINGIN. Toen de huldigingscommissie 1938 voor Amsterdam was samengesteld, bleek dat slechts een klein percentage van de leden vrouwen waren. Dit werd door velen met spijt geconsta teerd, immers het betrof hier een vrouw, die gehuldigd zou worden. In overleg en samenwerking met de hul digingscommissie werd derhalve het huldi gingscomité vin Amsterdamsche vrouwen opgericht en dit stelde zich tot taak een huldeblijk samen te stellen dat door vrou wen vervaardigd was. De keuze viel op een boek, handelend over de plaats, die door de vrouw in de af- geloopen veertig jaren op verschillend ge bied is ingenomen. Vrijdag zal het geschenk worden aange boden. Ongeveer 75 vrouwen, vooraanstaande op haar gebied, hebben er haar beste krach ten aan gewijd. Het resultaat is geweest een met de hand geschreven werk, bestaande uit dertien hoofdstukken, een voorrede, van mevrouw C. de VlugtFlentrop, een inhoudsopgave en een opdracht van het comité aan H. M. de koningin, elk onderdeel •afzonderlijk samengebonden door een Saf fiaan lederen rug in oranje rood, het geheel samengevat in een doos bekleed met groen Marokkaansch leer. Het ontwerp is van mej. C. van den Wall Bake. Zij heeft ge tracht door het geheel zoo eenvoudig mo gelijk te houden, den smaak van H M. de kpningin te benaderen. tffet feit dat iedere schrijfster haaf artikel met de hand heeft geschreven, geeft hét geheel een levendig en persoonlijk karaktpp. Gestreefd is een eerlijk en overzichtelijk beeld te geven van den vrouwenarbeid in de laatste veertig jaren. DE FEESTVERLICHTING IN DE HOOFDSTAD HEEFT PROEFGEBRAND. De hoofdstedelijke wethouders, de ge meente-secretaris, mr van Ler, vele raads leden, hoofden van bedrijven, de hoofd- comissaris van politie, de heer Versteeg en hun dames hebben gisteravond op uitnoo- diging van het gemeentelijk electriciteits- bedrijf met autobussen een rondrit door de feestelijk verlichte Amsterdam gemaakt. De feestverlichtng brandde proef en behalve dit officieele gezelschap stadsbestuurderen waren vele duizenden Amsterdammers naar de City gegaan om volop te genieten van de honderden verrassingen, die de stad in dit feestelijk avondgewaad biedt Des avonds is de oude stad met haar grachten en pleinen, haar fraaie torens en mooie gebouwen reeds een lust voor de oogen, doch thans aan den vooravond van een der heugelijkste feesten, die de oude veste ooit binen haar poorten heeft aan schouwd, wekt Amsterdam herinneringen op aan episoden uit de sprookjeswereld. ONTHULLING MONUMENT TE DELFT. Onder zeer groote belangsteling heeft Za terdagmiddag in de Nieuwe Plantage te Delft de onthulling plaats gehad van een monument, dat in verband met het regee ringsjubileum van de koningin is opgericht door de vereeniging Oranjedag, met mede werking van de vereeniging Delfia en oranjelievend Delft. Het gedenkteeken be staat uit een ovalen vijver, aan de achter zijde waarvan bloembakken zyn gemetseld. Aan het hoofdeinde van den vijver, midden uit den bloembak, rijst een muurtje op met een halfronde schacht, waarop de beeltenis van de koningin is geplaatst. Links en rechts van den muur bevinden zich de ge beeldhouwde wapens van Nederland met koningskroon en van Delft. Het beeldhouw werk werd uitgevoerd door den Delftschen beeldhouwer H. J. Etienne, het metselwerk door de jeugdige werkloozen van Delft. Aan de achterzijde van het monument is een gedenkplaat met inscriptie aangebracht. MONUMENT ONTHULD TE EINDHOVEN. Een der hoogtepunten van de viering der Jubileumfeesten te Eindhoven is Za terdagnamiddag geweest de aanbieding van een monument door de „Princevlag De heer H. v. d. Putt, lid der Tweede amer, onthulde het monument en droeg het aan het gemeentebestuur over, ng- meos hetwelk de burgemeester van Eind- oven het met een toespraak aanvaardde, et gedenkteeken in gele baksteen, met een rustbank aan den gevleugelden voet, verrijst als een naar boven breed uitloo- pende platte zuil, met een relief van Ko- ningin Wilhelmina in brons, op een riante P e tegen hoog geboomte langs de groote speelweide van het Philips de Jongh-wan-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 6