Het veertigjarig Regeeringsjubileum van
H.H. de Koningin
De feestelijke intocht in de hoofdstad.
Amsterdam in feesttooi bejubelt de Landsvrouwe
tijdens triomftocht door de stad.
GROOT ENTHOUSIASME
Dit is dan eindelijk de groote dag
voor Amsterdam, een hoogtijdag, zooals
in de geschiedenis van de hoofdstad
slechts met groote tusschenpoozen voor
komt. Vandaag houdt koningin Wilhel-
mina hier haar feestelijken intocht, niet,
zooals telken jare opnieuw voorkomt,
om slechts eenige dagen temidden van
Haar onderdanen in de hoofdstad te toe
ven, maar om hier den dag te herden
ken, waarop Zij, veertig jaar geleden, in
diezelfde hoofdstad gekroond werd tot
koningin der Nederlanden.
Daarom heerscht in Amsterdam niet
slechts de vreugde, die men hier immer
voelt wanneer gedurende een aantal dagen
de koninklijke standaard van het paleis op
den Dam wappert, maar naast deze vreugde
is de hoofdstad in feeststemming, omdat
juist in deze luisterrijke hoogtijdagen onze
koningin in de oude veste aan Am r.tel en IJ
zal toeven, omdat juist in deze dagen daar
mee opnieuw getoond wordt, dat Amster
dam en zonder naijver voelt ieder Neder
lander het aldus nog altijd het levende
centrum, het kloppende hart, de hoofdstad
van Nederland is.
Vreugdevol en in feeststemming heeft
Amsterdam vanmiddag de koningin inge
haald, nadat het zich, in verbluffend korten
tijd, getooid had en opgesierd en een boven
verwachting feestelijken aanblik bood. Men
had getwijfeld aan de mogelijkheid, met de
beperkte middelen waarover men beschikte,
de stad in een waardig feestkleed te kunnen
steken, doch goede wil en kunstzinnige
smaak hebben op verrassende wijze aange
vuld wat men aan middelen tekort kwam,
en ondanks de soberheid, die moest worden
betracht als gevolg van den ernst der ty den.
waaronder vooral de hoofdstad gebukt gaat,
zijn alle belangrijke punten der stad, en is
ook de geheele intochtsweg smaakvol en
feestelijk versierd, terwijl de feeststemming,
welke vandaag een hoogtepunt doormaakt,
eigenlijk reeds sedert 31 Auugstus niet meer
uit de straten der stad Is geweken.
Amsterdam in feeststemming.
Toch was het van morgen vroeg reeds
merkbaar, dat deze dag door een bijzondere
gebeurtenis gekenmerkt zou worden. Het
was, alsof alles, wat in de stad gebeurde,
slechts als bijkomstige noodzakelijkheid
werd verricht omdat een groote gebeurtenis,
waarop zich alles richtte, vandaag slechts
van beteekenis was.
Reeds vroeg in den morgen was het zeer
druk in de binnenstad, maar het was een
andere dan de gewone Maandagmorgen-
drukte. De zakenlieden, die op een gewonen
Maandagochtend het beeld van Damrak en
Kalverstraat beheerschen, vielen, voor zoo
ver zij vanmorgen getracht hebben nog
eenige aandacht aan hun werk te besteden,
en hoewel er vandaag als op Zaterdag
vroegbeurs was, nauwleijks op tusschen de
Oranje-getooide, feestelijke menigte, welke
zich, vooral na het middaguur, langs Kalver
straat, N. Z. Voorburgwal en Leidschestraat,
voortbewoog met de bedoeling, zich ergens
een plaatsje te veroveren langs een der stra
ten of pleinen, welke tezamen den intochts
weg vormen.
Het versierde Haarlemmermeer
station.
Begrijpelijkerwijze stond de plaats van
aankomst, het Haarlemmermeerstation, in
het centrum der belangstelling, en hier en
langs de Lairessestraat had de politie dan
ook tijdig voor een afzetting en maatregelen
tot ordening van het verkeer moeten zor
gen, om vooral ook den Amstelveenscheweg
niet vroegtijdig te laten blokkeeren.
Sober maar smaakvol is het Haarlemmer
meerstation versierd. De dienst van publieke
werken en de dienst der beplantingen van
de gemeente Amsterdam hebben hiervoor
zorg gedragen. De gevel is afgezet met slin
gers groen, terwijl de daklijst van het
stationsgebouwtje een versiering draagt van
groen en oranjekleurige bloemen. Terzijde
van den ingang zijn oranjedoeken en vlag-
gedoek in de nationale kleuren gedrappeerd.
En tegen den voorgevel rechts van den uit
gang, is met behulp van een groot baldakijn
een soort loge gebouwd, waarin Hare Ma
jesteit aanstonds zal plaats nemen om de
zanghulde van het Toonkunstkoor in ont
vangst te nemen. De bovenkant van het bal
dakijn, waarvan zware franje's afhangen,
wordt gevormd door een gedrapeerd velum,
terwijl de achtergrond van de loge, die tegen
den muur van het stationsgebouw is aange
bracht, bestaat uit blauw fluweel, waarop
oranjebanen een smaakvolle versiering
vormen, zoodat het geheel, Nassau-blauw en
Oranje, is gehouden in de heraldieke kleu
ren van ons koninklijk huis.
Ter weerszijden wordt de loge min of
meer afgesloten door hooge, groene planten
en een smaakvolle bloemversiering, welke
ook aan den binnenkant is aangebracht.
Masten met verticaal neerhangend vlag-
gedoek voltooien het feestelijke beeld van
de plaats, waar de koningin haar intocht in
de hoofdstad zal beginnen. Tegen twee uur
is het, achter de afzettingen, zwart van de
menschen, waarvan sommigen reeds uren
hebben gewacht om zich een plaatsje in de
voorste rijen te verzekeren.
In afwachting langs den intochtsweg.
Het gedeelte van de Corn. Krusemanstraat
aan den kant van het Haarlemmermeer
station, is echter ten deele vrij gehouden,
want kort na half twee nemen hier de
infanterietroepen, welke langs het eerste
stuk van den intochtsweg de afzetting zullen
vormen, hun plaatsen in. Zij staan ter weers
zijden langs de Krusemanstraat, en even
voorbij den hoek van den Amstelveensche
weg tot aan de Lassusstraat, en dan volgt,
tot den hoek van de Dufaystraat, een eere
front van reserve-officieren. Ongemerkt
gaat de Krusemanstraat over in de Lairesse
straat, waar langs het eerstvolgende, iets
breedere gedeelte, de Amsterdamsche Vrij-
wilige Burgerwacht staat opgesteld. En ver
der achter deze troepen, verder voorbij deze
afzettingen, en ook op balcons, uit ramen en
zelfs op daken, slechts menschen, gespannen
en feestelijk afwachtende menschen, die den
geheelen fraaien, breeden en smaakvol ver
sierden verkeersweg omzoomen. Want op
eenvoudige wijze heeft men in Corn. Kruse
manstraat en De Lairessestraat een zeer
kunstzinnig effect weten te bereiken, door
het aanbrengen van schuin geplaatste meta
len draagstangen aan elke lantaarnpaal
waarvan in drie gescheiden banen de kleu
ren van onze nationale vlag afhangen, welke
banen in een ruime boog vallen en aan den
achterkant van de draagstang, dus dicht bij
de paal, worden opgehouden. En dan heb
ben de bewoners zich evenmin onbetuigd
gelaten. In de Corn Krusemanstraat waar de
fraaie blokken middenstandswoningen van
verschillende bouwvereenigingen staan,
maar ook verder in de De Lairessestraat.
zijn op regelmatigen afstand oranje of rood-
wit-blauwe velums van boven naar beneden
langs de gevels gespannen, terwijl vele ge
vels, portieken en raamkozijnen met slin
gers groen en oranje-bloemen zijn versierd.
Vooral de bewoners van tal van kapitale
heerenhuizen in de De Lairessestraat heb
ben hiervan veel werk gemaakt en zeer
veel fraaie versieringen zyn hier aange
bracht. Opvallende versieringen tooien
eenige schoolgebouwen "angs den weg, het
gebouw der Vrije Universiteit en het Scheep
vaartmuseum óp den hoek van de Corn.
Schuytstraat, terwijl ook het voorplein van
het Amsterdamsche Lyceum met zijn fraaie
poortbogen de aandacht trekt.
Onnoodig te zeggen, dat bijna huis aan
huis de nationale driekleur is uitgestoken,
terwijl het kleurige beeld van de te volgen
route nog wordt verhoogd door de lange
rij van vaandels, die men aanschouwt als
men langs de afzetting kijkt. Want op
eenigen afstand voor de afzetting en op
korten afstand van elkaar staan langs den
geheelen weg, van de plaats, waar de
militaire afzetting ophoudt tot daar, waar
zij nabij den Dam weer begint, de vaandel
delegaties van bijna 650 vereenigingen en
organisaties op verschillend gebied, vaandel
dragers met een of twee gedelegeerden, die
langs den geheelen weg de koningin namens
de tienduizenden Nederlanders, die zij ver
tegenwoordigen, een vaandelhulde brengen.
In de binnenstad.
In dichte drommen staan de menschen
bij het Jan Willem Brouwersplein en in de
Van Baerlestraat, waar de route langs het
versierde Concertgebouw loopt om even
later rechtsaf de Paulus Potterstraat in te
buigen, waar op het middenpad tegenover
het Stedelijk Museum banken zijn ge
plaatst, welke plaats bieden aan yneer dan
600 ouden van dagen, verpleegden uit ge
stichten, die hier rustig en zonder te veel
inspanning den stoet kunnen zien pas-
seeren. Links van het Rijksmuseum buigt
de haag van menschen langs de Stadhouders
kade naar het Leidscheboschje en over de
brug naar het Leidscheplei. Beide pleinen
zijn fraai versierd met hooge palen, waar
van kleurige wimpels en wapendoeken af
hangen. Feestelijk is de indruk, die de hooge
gebouwen, zakengebouwen, hotels en het
modemagazijn van Hirsch, maken. Ook hier
hebben, zooals overal langs de route, reeds
uren van tevoren honderden zich van een
plaats verzekerd en gelukkig prijzen zich
degenen, die voor de ramen van de hooge
gebouwen een prachtig overzicht van den
stoet zullen krijgen, van het moment, dat
deze bij het Leidscheboschje zal ver
schijnen, totdat zij de smalle Leidschestraat
inbuigt, de drukke, doch gedistingeerde
winkelstraat die een zeer fraaien doorkijk
biedt, dank zij de prachtige versiering van
prof. Huib Luns, zware wapenschilden met
kleurige labarums en zware koorden, welke
op negen plaatsen als prachtige eerepoorten
de straat overwelven.
Voller en drukker wordt het naarmate
men dichter bij den Dam komt, langs Ko
ningsplein, Singel en N.Z. Voorburgwal,
waar tusschen de fraai versierde zakenge
bouwen, vooral de versieringen der groote
dagbladgebouwen opvallen. En dichtbezet
en vol is het natuurlijk vooral op den Dam.
Reeds lang voor twee uur, als de vorstin nog
niet aan het Haarlemmermeerstation in de
hoofdstad is aangekomen, staat het publiek
achter de afzettingen dicht opeengedrongen,
hoewel pas tegen vier uur de koninklijke
stoet hier kan worden verwacht.
Het uur nadert.
Bij het Haarlemmermeerstation merkt
men echter wel, dat de groote gebeurtenis
nu weldra een aanvang zal nemen. Tegen
twee uur arriveert het eere-escorte van het
eerste regiment huzaren, dat de stoet zal
begeleiden. De honderd onderofficieren en
manschappen, in veldtenue met lichte be
pakking, onder commando van een rit
meester en drie luitenants, stellen zich op
in twee gelederen, op den Amstelveensche
weg, met het front naar het station.
Voor het station heeft zich een eerewacht
in militair-aandoenden, doch bij de weer
macht onbekenden uniform, opgesteld. Het
zijn de studenten-weerbaarheidscorpsen van
het Utrechtsche, Leidsche en Amsterdam
sche Studentencorps, tezamen ongeveer 200
man onder commando van den heer G. J.
Kolff, commandant der Utrechtsche Stu
denten-weerbaarheid.
Links van den uitweg is een speciaal
houten podium aangebracht, ten behoeve
van persfotografen en filmoperateurs, die
reeds lang van tevoren bezig zijn hun toe
stellen op te stellen om een juiste instelling
te vinden. Rechts van het stationsgebouw,
terzijde van de koninklijke loge, welke door
het fraaie baldakijn wordt gevormd, hebben
zich de zangers opgesteld, van het Toon
kunstkoor, tezamen met de 20 blazers die de
zanghulde zullen begeleiden. In de buurt
van het dirigeergestoelte zien wij prof. dr.
Willem Mengelberg, die zoo aanstonds de
zangers zal dirigeeren.
De genoodigden bij de ontvangst.
Inmiddels rijden auto's af en aan met de
autoriteiten, die bij de ontvangst van Hare
Majesteit aanwezig zullen zijn. Zij verza
melen zich in de wachtkamer van het
stationsgebouw. De zaal is voor deze ge
legenheid ontruimd en met behulp van ta
pijten, planten en bloemen, herschapen in
een fraaie receptiegelegenheid. Voor één der
fraaie tapijten, waarachter het buffet ge
heel schuil gaat, staat de zetel, waarop de
Landsvrouwe aanstonds, tydens de be
groetingsrede, zal plaats nemen. Tegen twee
uur waren hier o.a. bijeen de burgemeester
van Amsterdam, dr. W. de Vlugt, die getooid
was met zijn ambtsketen, de commissaris der
koningin in de provinci Noordholland, mr.
dr. A. baron Röell, en jhr. F. J. E. van
Lennep. Verder de leden van het dage-
lijksch bestuur der gemeente, de wethou
ders en de gemeente-secretaris, mr. S. J. van
Lier, alsmede de leiders van bijna alle
fracties van den Amsterdamschen gemeen
teraad en verscheidene raadsleden, tezamen
26 in getal, alsmede verscheidene militaire
autoriteiten, o.a. de bevelhebber van de
vierde militaire afdeeling, generaal-majoor
A. R. van den Bent, adjudant in buitenge
wonen dienst van H.M. de koningin, in zijn
functie van gouverneur van de hoofdstad,
de commandant der Marine te Willemsoord,
Schout by Nacht H. Jolles, de commandant
der Maritieme Middelen te Amsterdam, ka
pitein ter zee N. A. Rost van Tonningen, ad
judant in buitengewonen dienst van H.M. de
koningin en de garnizoenscommandant van
Amsterdam, luitenant-kolonel W. A. Bos
wijk. Al deze officieren waren door hun ad
judanten vergezeld. En voorts waren hier de
leden van de commissie van den intocht van
de Huldigingscommissie 1938, waartoe o.a.
behoorden de voorzitter en secretaris der
Huldigingscommissie mr. L. J. A. Trip,
president van de Nederlandsche Bank en
C. G. Vattier Kraane.
Het achterste, tegenover de wachtkamer
gelegen perron, van het gewoonlijk zoo
rustige, onopvallende Haarlemmermeer-
station, heeft eveneens een metaforfose
ondergaan. Met behulp van getimmerde,
oranje en blauw geschilderde houten zuilen,
waaroverheen een gedrapeerd velum is aan
gebracht, heeft dit perron een smaakvol
aandoende overkapping gekregen, terwijl
het verder met bloemen en groen is ver
sierd, evenals de weg, die van het perron
naar de tot ontvangzaal ingerichte wacht
kamer leidt.
Ter rechterzijde, met het front naar den
kant, waar de koninklijke trein zal voor
rijden, staat sedert kwart voor twee de
eerewacht opgesteld, bestaande uit 100 man,
met acht tamboers, vaandel en vaandel-
wacht, van het vijfde regiment infanterie, in
veldtenue zonder bepakking, onder com
mando van een kapitein met drie luitenants
als sectie-commandanten. Op den rechter
vleugel, naast de tamboers en hoornblazers,
staat het muziekcorps van het vijfde regi
ment infanterie.
De aankomst.
Het is nu weldra half drie, de groote
wijzer der statiosnklok nadert de 6 steeds
dichter en in spanning turen allen langs de
rails, die echter op korten afstand van
het stationnetje reeds een bocht maken
en uit het gezicht verdwijnen. Maar reeds is
de trein Amstelveen gepasseerd, het kan nog
slechts enkele minuten duren en ja, dan
komt ook inderdaad een locomotief in het
gezicht, trotsch voorop den koninklijken
standaard voerend en in matigen vaart den
koninklijken trein trekkend, welke bestaat,
behalve uit eenige stootwagons, uit het
bruihe salonrijtuig van de directie der
Nederlandsche Spoorwegen, waarin hebben
plaats genomen, de directeur der Spoor
wegen, prof. ir. Goudriaan, de inspecteur van
het vervoer ir. Berdenis van Berlekom, ir.
Schulte van Weg en Werken, en ir. Goedkoop
van de afdeeling tractie.
Dan volgen, glanzend blauw en versierd
met gouden gekroonde W. twee koninklijke
salonrytuigen en een bagagerijtuig.
Het „geeft-achtsignaal" voor de op het
perron opgestelde eerewacht heeft geklon
ken. Stram in de houding staan de mannen
als de trein, die over Gouda, Woerden,
Breukelen, Nieuwersluis, Hoofddorp en Am
stelveen uit den Haag is gekomen, lang
zaam langs het perron schuift en precies op
de juiste plaats stopt, zoodat het trapje,
waarlangs de hooge reizigster uit het ko
ninklijke rijtuig het perron kan betreden,
juist by den uitgang van het salonrijtuig
staat.
Snel heeft burgemeester de Vlugt zich
naar het salonrijtuig begeven om de ko
ningin in de hoofdstad te verwelkomen.
Een enkel kort bevel en de eerewacht pre
senteert het geweer op het moment, dat de
Vorstin zich aan den uitgang van het sa
lonrijtuig vertoont en allen staan stil, zij
die niet in uniform zyn met de hooge hoe
den in de hand, als de muziek van het vijfde
infanterieregiment statig het oude Wilhel
mus doet hooren.
Dan, nadat de koningin snel de eerewacht
geinspecteerd heeft, begeeft Zy zich, bege
leid door burgemeester de Vlugt, met wien
Zij zich vriendelijk onderhoudt, langs het
perron, en het met bloemen versierde plat
form naar de wachtkamer.
Het gevolg bestaat uit de Dame du Palais
mevrouw van Loon, de hofdames freule van
Tets en baroner van Asbeck, vice-admiraal
Bauduin, adjudant generaal en chef van
het militaire huis van H. M. de koningin,
de grootmeester van H. M. de koningin
graaf Dumonceau, de particuliere secretaris
Baron Sixma van Heemstra, de eerste stal
meester Jhr. Verheyen en de adjudant van
H. M. de koningin, de luitenant ter zee le
klasse Jhr. Van Holthe.
Het publiek, dat .wachtende buiten het
station, aan den kant van den Amstelveen
scheweg, weinig van dit alles heeft kunnen
zien, heeft op onnaspeurlijke wyze gemerkt,
dat de koningin is gearriveerd, en juicht uit
bundig, ook al kan men in dit stadsgedeel
te niets hooren, van de minuutschoten, wel
ke in de haven door Hr. Ms. nieuwsten
flottilleleider, de „Tromp" van het moment
van aankomst af worden gegeven, totdat de
koninklijke stoet ten Paleize zal zyn gear
riveerd.
In de wachtkamer werden de aanwezigen
door den burgemeester aan Hare Majesteit
voorgesteld.
Nadat de koningin op de daartoe bestem
de zetel had plaats genomen en allen zich
in een grooten kring daaromheen hadden
geschaard begroette de burgemeester van
Amsterdam, dr. W. de Vlugt, de hooge be
zoekster met de volgende woorden:
Rede burgemeester van Amsterdam.
Mevrouw,
Het gemeentebestuur van de hoofdstad is
het een eer en een voorrecht Uwe Majes
teit op dit oogenblik hartelijk welkom te
mogen heeten. Is Uw bezoek aan Amster
dam der burgerij en ons steeds een oorzaak
tot vreugde en vindt Uwer Majesteit voort
durende belangstelling in het wel en wee
van ons gemeentelijk leven hier groote
waardeering, ditmaal komt dit alles in nog
sterker mate tot uiting en mogen wij Uwe
Majesteit in dankbare feeststemming be
groeten
Ipimers besloot Uwe Majesteit Haar zoo
gewaardeerd bezoek aan onze stad te
brengen op een tijdstip, dat samenviel
met de herdenking van het feit, dat Zij voor
veertig jaren de regeering van ons land
aanvaardde, dat hier de plechtge huldiging
plaats vond en de band tusschen Uwe Ma
jesteit en het Volk van Nederland werd
bevestigd.
Ons welkom is dientengevolge hooger ge
stemd, dieper en nog warmer van toon,
overmits zich daarin een gevoel van groote
en oprechte dankbaarheid mengt voor het
voorrecht gedurende zoo vele jaren aan
Uwe Majesteit en aan ons Volk geschonken.
In dat gevoel, in die groote en oprechte
dankbaarheid deelt de burgerij met onge
kende hartelijkheid en staat zij gereed Uwe
Majesteit dit straks te doen blijken
18981938. Veertig lange jaren
De verleiding is groot by deze periode
stil te staan. Intusschen het zou naar
mijne meening in dit korte woord van har
telijk welkom kwalijk passen te spreken
over hetgeen in die veertig lange jaren in
het persoonlijk leven van Uwe Majesteit
plaats greep of over hetgeen zich hier
en elders in dat tijdvak voltrok.
Uwe Majesteit vergunne mij te volstaan
met te constateeren, dat in geheel onze his
torie moeilijk een regeeringsperiode van
even langen duur is aan te wijzen waarin
zóó belangrijke veranderingen op schier elk
gebied plaats vonden. En nog zijn deze niet
tot staan gekomen.
Nog duurt de verwarring in de wereld
ronom ons voort.
Nog werpt zy nieuwe problemen op, die
de zorg en de moeite Uwer Majesteits regee
ring vergrooten, de taak der plaatselijke
besturen in niet geringe mate verzwaren
en een groot deel van ons volk het uitzicht
op soulaas ontnemen.
Drukken deze omstandigheden haar stem
pel op deze jubileumsdagen en geschiedt
dan ook overeenkomstig den wensch van
Uwe Majesteit de herdenking in soberheid,
toch is en blijft er reden tot vreugde en
dank. Daartoe stemt aanstonds eene verge
lijking met den toestand elders, met het
geen in zoo vele landen van Europa plaats
greep.
Daartoe stemt ook de omstandigheid, dat
wij dank God's goedheid nog zijn die
wy zijn, een vrij volk, welks onafhankelijk
bestaan niet alleen ongerept bleef, maar
dat ver buiten onze grenzen aan achting en
beteekenis won.
Doch daartoe stemt vooral, dat wy ons
mogen verheugen in het bezit van Uwe
Majesteit, die, na veertig uiterst moeilijke
en zorgvolle regeeringsjaren, nog onver
zwakt den scepter voert, telkens opnieuw
het belang van land en volk dienende en in
onbezweken trouw de woorden van Uwen
Koninklijken Vader, voor veertig jaren
ook tot de Hare gemaakt, toepassende:
„Oranje kan nooit, ja nooit genoeg doen
voor Nederland!"
Nederland en Oranje! Symbool van een
groote meeslepende kracht! Symbool van
een kracht die zich ook in de blyde dagen
dezer herdenking manifesteert in eene
saamhoorigheid en in een eenheid rondom
den Troon, welke even grootsch is als be
wonderenswaardig.
2
Daarom zijn de dagen van Uwer Majes
teits veertigjarig regeeringsjubileum feest
dagen van Nederland, feestdagen ook voor
Amsterdam. Daarom laten wij voor een
oogenblik de zorgen van eiken dag rusten
en voegt zich aan het daverende „Wilhel
mus van Nassouwe" de blijde jubel van het
Oranje Boven" in onze straten en op onze
wegen.
En hoe zeer het boven ons welvende wol
kendek aan de zonnestralen van een meer
gunstigen tijd het doorschieten nog belet
en hoe somber dientengevolge de levensom
standigheden voor velen ook mogen zijn, in
het rotsvaste vertrouwen op God's leiding
óók in het wereldbestel en in het leven
van land en volk gaan wij op het voor
beeld van Uwe Majesteit, onder de banier
van Oranje met moed en volharding voor
waarts, wetende, dat Hij die het Al bestiert,
ook deze tijden ten goede keeren kan.
En het is deze wetenschap, die ons oot
moedig het hoofd doet buigen en ons sa
menvoegt in de bede, dat de Almachtige
Uwe Majesteit lang èn voor Haar Huis én
voor ons Vaderland sparen moge, rijkelijk
omringe met Zijn gunst en geve dat Neder
land hier als overzee onder Haar re
geering weder jaren beleven moge, waarin
welvaart en bloei zich aan breede geeste
lijke ontwikkeling zullen sparen.
HET HULDEBLIJK VAN DE
AMSTERDAMSCHE VROUWEN AAN
H. M. DE KONINGIN.
Toen de huldigingscommissie 1938 voor
Amsterdam was samengesteld, bleek dat
slechts een klein percentage van de leden
vrouwen waren.
Dit werd door velen met spijt geconsta
teerd, immers het betrof hier een vrouw,
die gehuldigd zou worden.
In overleg en samenwerking met de hul
digingscommissie werd derhalve het huldi
gingscomité vin Amsterdamsche vrouwen
opgericht en dit stelde zich tot taak een
huldeblijk samen te stellen dat door vrou
wen vervaardigd was.
De keuze viel op een boek, handelend
over de plaats, die door de vrouw in de af-
geloopen veertig jaren op verschillend ge
bied is ingenomen.
Vrijdag zal het geschenk worden aange
boden.
Ongeveer 75 vrouwen, vooraanstaande op
haar gebied, hebben er haar beste krach
ten aan gewijd. Het resultaat is geweest een
met de hand geschreven werk, bestaande
uit dertien hoofdstukken, een voorrede,
van mevrouw C. de VlugtFlentrop, een
inhoudsopgave en een opdracht van het
comité aan H. M. de koningin, elk onderdeel
•afzonderlijk samengebonden door een Saf
fiaan lederen rug in oranje rood, het geheel
samengevat in een doos bekleed met groen
Marokkaansch leer. Het ontwerp is van
mej. C. van den Wall Bake. Zij heeft ge
tracht door het geheel zoo eenvoudig mo
gelijk te houden, den smaak van H M. de
kpningin te benaderen.
tffet feit dat iedere schrijfster haaf artikel
met de hand heeft geschreven, geeft hét
geheel een levendig en persoonlijk karaktpp.
Gestreefd is een eerlijk en overzichtelijk
beeld te geven van den vrouwenarbeid in
de laatste veertig jaren.
DE FEESTVERLICHTING IN DE
HOOFDSTAD HEEFT PROEFGEBRAND.
De hoofdstedelijke wethouders, de ge
meente-secretaris, mr van Ler, vele raads
leden, hoofden van bedrijven, de hoofd-
comissaris van politie, de heer Versteeg en
hun dames hebben gisteravond op uitnoo-
diging van het gemeentelijk electriciteits-
bedrijf met autobussen een rondrit door de
feestelijk verlichte Amsterdam gemaakt. De
feestverlichtng brandde proef en behalve
dit officieele gezelschap stadsbestuurderen
waren vele duizenden Amsterdammers naar
de City gegaan om volop te genieten van
de honderden verrassingen, die de stad in
dit feestelijk avondgewaad biedt
Des avonds is de oude stad met haar
grachten en pleinen, haar fraaie torens en
mooie gebouwen reeds een lust voor de
oogen, doch thans aan den vooravond van
een der heugelijkste feesten, die de oude
veste ooit binen haar poorten heeft aan
schouwd, wekt Amsterdam herinneringen
op aan episoden uit de sprookjeswereld.
ONTHULLING MONUMENT TE DELFT.
Onder zeer groote belangsteling heeft Za
terdagmiddag in de Nieuwe Plantage te
Delft de onthulling plaats gehad van een
monument, dat in verband met het regee
ringsjubileum van de koningin is opgericht
door de vereeniging Oranjedag, met mede
werking van de vereeniging Delfia en
oranjelievend Delft. Het gedenkteeken be
staat uit een ovalen vijver, aan de achter
zijde waarvan bloembakken zyn gemetseld.
Aan het hoofdeinde van den vijver, midden
uit den bloembak, rijst een muurtje op met
een halfronde schacht, waarop de beeltenis
van de koningin is geplaatst. Links en
rechts van den muur bevinden zich de ge
beeldhouwde wapens van Nederland met
koningskroon en van Delft. Het beeldhouw
werk werd uitgevoerd door den Delftschen
beeldhouwer H. J. Etienne, het metselwerk
door de jeugdige werkloozen van Delft. Aan
de achterzijde van het monument is een
gedenkplaat met inscriptie aangebracht.
MONUMENT ONTHULD TE
EINDHOVEN.
Een der hoogtepunten van de viering
der Jubileumfeesten te Eindhoven is Za
terdagnamiddag geweest de aanbieding
van een monument door de „Princevlag
De heer H. v. d. Putt, lid der Tweede
amer, onthulde het monument en droeg
het aan het gemeentebestuur over, ng-
meos hetwelk de burgemeester van Eind-
oven het met een toespraak aanvaardde,
et gedenkteeken in gele baksteen, met
een rustbank aan den gevleugelden voet,
verrijst als een naar boven breed uitloo-
pende platte zuil, met een relief van Ko-
ningin Wilhelmina in brons, op een riante
P e tegen hoog geboomte langs de groote
speelweide van het Philips de Jongh-wan-