E WIND BLAAST. EGMOND AAN ZEE UITGEEST HET PUK EN DE GEMEENTEN. Ook het Foren.en-vr.eg.tuk wordt gerogeld. Natuurlijk zijn bij de indiening der mil- lioenennota ook beschouwingen gewijd aan de financieele positie der gemeenten. Ook de gemeenten moeten in het alge- meen gaan bezuinigen. Ongeveer 700 gemeenten behoeven geen bijzondere hulp, zij kunnen ziel. zelf red den en hebben zelfs in deze voor Over heidsbudgetten zoo moeilijke crisisjaren het evenwicht in haar begrootingen kun nen handhaven. De overige gemeenten hebben hiertoe geen kans gezien en ver- keeren in dezelfde positie als het Rijk Waar de positie gelijk was, zou een ont houding van hulp uit de Rijkskas aan die gemeenten te verdedigen zijn geweest, omdat zoodanige hulp niet met werkelijk beschikbare middelen kon wonden ver leend, doch slechts tot effect had, dat de tekorten van de gemeenten geconcentreerc werden bij het Rijk, Niettemin heeft de verhouding tusschen het RUk en de gemeenten zich in andere richting in de afgeloopen jaren ontwik keld. In het Werkloosheidssubsldiefonds werd een middel gezien om de gemeenten met budgetalre tekorten te helpen en daar naast bleef het Rijk de gemeenten, die des ondanks niet voldoende geholpen konden worden, rechtstreèks steunen. In de ge geven omstandigheden was deze toestand aanvankelijk bevredigend. Wel moest van Rijkswege een controle op een zuinig beleid dezer gemeenten worden uitge oefend, doch waar reeds een zeer vérgaan de nivelleering tusschen uitgaven en in komsten van de verschillende gemeenten bU de wet op de financieele verhouding tusschen het Rijk en de gemeenten en de wet op het Werkloosheidssuteidiefonds was ingevoerd en desondanks zulke groote verschillen tusschen de gemeenten onder ling bleven bestaan, dat een iCO gemeen ten aanvankelijk meer, op eigen beenen konden staan ,en de overige bijzondere hulp noodig haddon, moest de tijdelijke inperking van de gemeentelijke zelfstan digheid als een noodzakelijk gevolg van de abnormale omstandigheden worden aan viard. De snelle achteruitgang had evenwel al ras tot gevolg, dat het Werkloosheidsub- sldiefonds niet meer bij maentu was in de begrotingstekorten te voorzier. Toen de tekorten van dit Fonds zich gingen accu- muieeren, werden de bijdragen in de te korten voor een doel in den vorm van een renteloos voorschot en voor het overige als bijdrage fonds perdu verstrekt De Regeering koestert het voor nemen voor te stellen, dat deze bij dragen voortaan rechtstreeks uit 's Rijks kas volledig fonds perdu zullen worden verstrekt. Indien dit voorstel wordt gevolgd, zal dus van de nieuwe belastingmiddelen, tot invoering waarvan het voors.el wordt ge daan ,een bedrag van 21.6 millioen die nen ter verstrekking van bijdragen a fonds perdu aan de gemeenten ter vervanging van rentelooze voorschotten Deze wijziging - uiteraard van groot belang voor de gemeenten. Hiermede zijn de gemeenten evenwel in haar financieel beleid nog niet zelfstandig geworden. Wil men tot die zelfstandigheid geraken, dan zal het noodig zijn er naar te streven voor de toe te kennen bijdragen objectieve normen te vinden, waarvan de consequentie echter niet mag zijn, dat in müS üf minder« mate aan tal van ge- hehh.« bijdragen niet noodig u_ „n' ®v«n««ns nieuwe middelen toeval- ',8 verantwoord, de opbrengst e nJ®uwe belastingen voor een be- ?i *e bestemmen voor gemeen ten, welke daaraan geen strikte behoefte neooen, Intusschen maakt de thans ge- gloeide toestand van bijpassing van tekor ten in zoovele gemeenten het gevaar geens zins denkbeeldig, dat het verantwoordelijk heidsgevoel voor het financieele beleid verslapt, hetwelk gevolgen teweeg kan brengen, welker voorkoming een offer rechtvaardigt. Saneering der gemeentelijke financiën. Aangezien het streven naar de vaststelling van objectieve normen stellig ten gevolge zal hebben, dat een kleine verruiming van de voor 1939 strikt noodige bijdragen moet plaats vinden, heeft de minister van fi nanciën termen gevonden, in de opstelling van het reëele budgetalre tekort een bedrag van 5 millioen op te nemen voor de sa neering van de gemeentelijke financiën. Dit bedrag, in combinatie met de thans voor bijdragen in de begrootlngstekorten uitge trokken bedragen, zal moeten dienen voor een zoodanige herziening van de financieele uitkeerlngsregelen, dat een aanmerkelijk grooter aantal gemeenten haar zelfstandig heid weder verkrijgt Het vraagstuk van de noodlijdende ge meenten kan langs dezen weg van verdere nivelleering en grootere bijdragen wellicht tijdelijk tot geringe proporties worden te ruggebracht, Doch een afdoende oplossing, voor zoover daarvan althans in deze tijden sprake kan zijn, zal aleen mogelijk zijn, in dien in veel sterkere mate dan thans 't ge val is, de eigen verantwoordelijkheid der gemeenten voor het doen van uitgaven we der wordt ingeschakeld en allerwegen ver staan wordt dat het centraal gezag de ver antwoordelijkheid voor het financieel be heer der gemeenten niet kan en mag over nemen. Vooral in de huidige omstandigheden, waarin bezuiniging op het Overheidsappa raat zoo dringend noodig is, kan deze meest reëele waarborg voor een zuinig beheer niet worden gemist, In welke richting de regeering dezen waarborg meent te kunnen verstevigen, kan blijken uit het ontwerp van wet tot wijziging van de wet tot steun aan de nood lijdende gemeenten, hetwelk zeer binnen kort wordt aangeboden, Eveneens zal een regeling van het forensenvraagstuk, waarvan het doel o.m, is een betere financieele verhou ding tusschen de gemeenten onderling te scheppen, gelijktijdig worden aange boden. De regeering heeft het vertrouwen, dat deze verschillende middelen in combinatie met elkaar in staat zullen zijn de saneering van de gemeentelijke financiën daadwerkelijk te bevorderen. Als voorwaarde van haar medewerking aan deze saneering moet zij in 's Lands be lang, zoolang de omstandigheden niet ver anderen blijven stellen den eisch van ver sobering van de gemeentelijke huishouding en van beperking van de gemeentelijke taak tot het noodzakelijke, Zij overweegt, of ter waarborging van zoodanig beleid nadere wettelijke maatregelen noodig zijn. Met 6VOROL poetsen geeft een frlssche mond met witte tanden. Ivorol (Nieuw recept). Tube 60-40 en 25 ct. QetneetUecaden Laitate vergadering met den heer van Kleef. In de gistermiddag gehouden raadsverga dering waren afwezig de heeren Prins en Visser, eerstgenoemde met kennisgeving. Na opening door den voorzitter, burge meester C. J. Eyma, werden de notu len, gelezen door den secretaris, mr. J. J. Spit, zonder op- of aanmerking goedge keurd. Voor kennisgeving werd aangenomen een bericht van Ged. Staten, mededeelende de goedkeuring van het raadsbesluit tot ruiling van grond met de Reddingmaatschappij. Een zelfde beslissing werd genomen op de me- dedeeling van den minister van sociale za ken, dat hij niet kan meewerken tot het ver- hoogen van de iteunnormen voor deze ge- meente, waarvoor hij als reden aangaf, dat de huishuren in Egmond aan Zee eerder la- ger dan hooger zijn dan in omliggende ge meenten. De voorzitter zei nog, dat B. en W. nogmaals zullen probeeren de ge wenschte beslissing uit te lokken. De geloofsbrieven van het nieuwgekozen raadslid, den heer A, Blok, werden door een commissie, gevormd door de heeren Snoeks en Halff, nagezien en in orde bevon den, waarna eerstgenoemde den raad advi seerde den heer Blok als raadslid toe te laten. Aldus werd besloten, Afscheidswoorden. Wanneer men een bekwaam, eerlijk, ijve rig, trouw en betrouwbaar medewerker ziet vertrekken aldus begon de voorzitter een afscheidswoord tot den heer van Kleef, die voor de laatste maal een raadsvergade ring dezer gemeente bijwoonde stemt dat tot weemoed. In dat geval verkeeren wy, en lk in het bijzonder, door het vertrek van pastoor van Kleef. Spr. wilde weemoedig en dankbaar gedenken alles wat de heer van Kleef In en voor de gemeente heeft gedaan, en hij wist namens velen te spreken, als hij dit zelde, Spr. wilde slechts wijzen op het geen de vertrekkende wist te bereiken in tal van commlsslën (o.a. het armbestuur, thans Maatschappelijk Hulpbetoon, en het Witte Kruis), waar hij met groot optimisme en een helderen kijk op de dingen zeer veel goeds mee tot stand bracht. Dat alles hebben wij ten zeerste geapprecieerd en we zijn u er dankbaar voor, zei spr. Ook dank ik u, dat ge Indertijd het raadslidmaatschap hebt willen aanvaarden en later ook de functie van wethouder. In al die zaken hebben we u gezien als een ijverig, trouw en betrouw baar medewerker, en persoonlijk dank ik u voor de vriendschap, welke ik van u heb mogen ondervinden. Wij wenschen u toe, dat gij in uw nieuwen werkkring voldoening zult vinden, dat het u en uw gezin in de nieuwe woonplaats goed zal gaan. De heer van Kleef was gevoelig voor de waardeerende woorden, zoo hartelijk en spontaan gesproken. Inderdaad was de sa menwerking zeer goed, doordat wij altijd uitgingen van de gedachte: wat is er te be- reiken in het belang van de heele gemeente? Ik dank u voor uw vriendschap en hulp vaardigheid en voor de wijze, waarop gij naar mijn wenschen en ideeën hebt willen luisteren. Door goede samenwerking kon den goede resultaten worden verkregen. Spr. dankte ook de raadsleden, die evenmin bepaalde groepen of kleuren dienden, maar ook de belangen van heel de gemeente zochten te behartigen. Ook hun dankte hij voor hun hulpvaardigheid, vriendschap en het persoonlijk contact. Spr, eindigde met den wensch uit te spre ken, dat de gemeente onder het beleid van den burgemeester een gelukkiger en tevre- den stellende toekomst tegemoet zal gaan. De heer Snoeks dankte den pastoor voor de goede en prettige samenwerking, welke ht) steeds had nagestreefd. Wethouder Broék bracht hem dank voor de medewerking, welke hU als wethou der en als raadslid^Viad betoond en hoopte dat deze vergadering lang in herinnering zal blijven. De heer Halff herinnerde eraan, dat hij den heer van Kleef eigenlijk in het crisis comité had leeren kennen, waar hij mede werkte aan de weder-oprichting van Eg- mond. Spr. had hem steeds gevonden een eerlijk en betrouwbaar mensch, iemand met gevoel, die niet voör zichzelf, maar vooral voor anderen leefde. Spr. hoopte dat de scheidende In Amersfoort een goeden, pret- tigen werkkring zal vinden en Egmond niet zal vergeten. Wethouder Dekker dankte den heer van Kleef voor wat Mi in Egmond heeft Re- daan en wenschte hem een gelukkige toe komst. De grond verkoop gaat niet door. Omdat omwonenden bezwaar hadden ge maakt tegen den verkoop van grond aan de Bergstraat en de Visschersstraat aan de hee ren A. ten Wolde en P. Zwart, stelden B. en W. voor dezen grond niet te verkoopen. Alzoo werd besloten. Salarisverhoogingen. B. en W, stelden voor om, in verband met de overname van het gasbedrijf van de gemeente Egmond-Binnen, het salaris van den tweeden fitter, den heer Bakker Jr„ te verhoogen van f 980 tot 1240 en dat van den meter-opnemer, den heer van der Plas, met 100 tot 1434. Ook dit voorstel werd zonder bespreking goedgekeurd. 0oo©e©ee JladiopcogtÜHUtiU Donderdag 22 September. HILVERSUM, 1875 M. (AVRO- uitz.) 8.— Gr.pl. (8,15 Ber.) 10.— Morgenwijding. 10.15 Gr.pl, 10.30 Omroeporkest en deel. (12.15 Ber.) 12.30 Gr.pl. 1.15 De Palladians. 2.— Interview. 2.30 Ensemble J. Kroon en gr.pl. 4.Voor de zieken. 4.30 Violavoordr. met planobegeleiding. 5,— Voor de kinderen. 5,30 Avro- Amusementsorkest. 0.30 Sportpr. 7.— Avro-dansorkest mmv. soliste. 7.30 „Is Pan-Arabië het levens werk van Ibn-Saoed een uto pie?" causerie. 8,ANP-ber., me- dedeelingen. 8.15 Omroeporkest, de Koninkl. Oratoriumver. „Kerk gezang" en soHaten. 9.15 Radlo- tooneel. 9.45 Avro-Amusements- orkest mmv. soliste. 10.30 Gr.pl. met toelichting. 11.ANP-ber„ gr.pl, 11,4512.— Orgelspel. HILVERSUM, 301,5 en 415,5 M. (8.—9.15 en 11.—2.— KRO, de NCRV van 10.—11.— en 2.12. uur). 8.—9,15 Gr.pl. (8.15 Ber.) 10.— Gr.pl. 10.15 Morgendienst. 10,45 Gr.pl, 11.30 Godsd. causerie. 12.— Ber. 12,15 Gr.pl. 12.30 KRO- orkest, (1.—1.20 Gr.pl.) 2.— Hand- werkuurtje. 3.— Gr.pl. 3.45 Bijbel lezing. 4.45 Gr.pl, 5.— Cursus han denarbeid voor de jeugd. 5.30 Or gelspel. (8.—6.05 Pauze). 6.30 Gr. pï 7,— Ber. 7.15 Journalistiek weekoverzicht. 7.45 Rep., evtl, gr.pl, 8,— ANP- en herh. SOS-ber. 8.15 NCRV-orkest, 8,30 Waarom een Christ. Padvindersver;?, causerie. 8,45 Verv, concert. 9,05 Causerie over het werk van de Neder!, Chr. Ver, van Padvinders, 9.20 Verv. concert, 9.45 Gr.pl. 10.— ANP-ber. 10.05 Verv, concert. 10.45 Gymnas tiekles. 11.— Gr.pl. 11.50—12,— Schriftlezing. DROITWICH, 1500 M. 11,25 Het Keltische trio. 11.50 Orgelspel, 12,35 Gr.pl. 12.50 Vioolveordr. 1.20 Gr.pl, 1,50 Pianovoordr, 2,20 Gr.pl. 2.50 Roland Powell's kwintet. 3.20 Zang en piano. 3.35 Het Sted. orkest van Bournemouth m, m. v. solist, 5,05 Gr.pl. 5.50 Het Norbert Wethmar Trio, 6.20 Ber. 8,45 BBC- Harmonie-orkest. 7.40 Peter Yorke en zijn orkest, 8.20 Juridische cau serie, 8,35 BBC-Symph,-orkest en solisten. 10,— Ber. 10,25 Korte kerkdienst. 10.45 BBC-orkest, -koor en solisten. 11.40 Joe Loss en zijn Band. 11.50—12.20 Dansmuziek gramofoonplaten RADIO PARIS, 1648 M. 8.10—9 20 en 10.30 Gr.pl. 12.40 Het BalUy- orkest. 2.35 Gr.pl. 3.20 Pianovoor dracht. 4.20 Zang. 4.35 Gr.pl. 5.20 Radiotooneel. 7.20 Pianovoordr. 7.35 Gr.pl. 8.35 Zong. 8.50 Nat. orkest mmv. soliste. 10.50—11.05 Gramofoonplaten. KEULEN, 456 M. 6.50 Gr.pl. 7.30 O. Fricke's orkest. 8.50 Omroep- dansorkest. 10.20 Volksliederen- concert. 12.20 Omroeporkest. 2.30 Populair concert. 3.40 Gr.pL 4.20 Amusementsorkest mmv. solisten. C.50 Zang en piano. 7.20 De „Drei Muslkanten". 8.30 Omroeporkest en -koor. 10.35 Gr.pl. 10.50 Omroep- klelnorkest, Balalaika-orkest en solisten, 12.20—3.20 Danziger Lan- desorkest en solist. BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 en 1.30—2.20 Omroeporkest. 5.20 Omroepdancorkest en gr.pl. 6.50 en 7.23 Gr.pL 8.20 Omroep orkest en gr.pl. 10.30—11.20 Om- roepdansorkest, 484 M.: 12.20 Gr. pl. 1.— en 1.30 Omroepkleinorkest. 1.50—2.20 en 5.20 Gr.pL 6.35 Om roepkleinorkest. 7.35 en 6.50 Grpl. 9.20 Omroepsymph.-orkest mmv. soliste. 10.30—11.20 Gr.pl. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.30 BerlUnsch Phllh. orkest. (9.20 —9.35 Deel.) 10.20 Ber. 10.50 Cello en plano. 11.05 Ber. 11.20 Gr.pL 12,20—2.20 Nachtconcert. GEMEENTELIJKE RADIO DISTRIBUTIE. Lijn i: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.—10.50, Parijs Radio 10.50—12,05, Radio PTTNord 12.05—12.20, Parijs R. 12.20—13.20, Brussel VI. 13.20—14.20, Keulen 14.20—15.20, Lond. Rog. 18.20 16.20, Keulen 16.20—17.20, Brussel Fr. 17.20—17.50, Radio PTT Nord 17.50—18,20, Lond, Reg, 18.20 19.20, Keulen 19.20-20.20, Brussel Fr. 20,20—20.50, Parijs Radio 20.50 —22,50, Keulen 22,50—24.—. Lijn 4: Brussel VI. 8.—9.20, Lu xemburg 0.20—10.35, Lond. Reg. 10.35—11.50, Droitwlch 11.50-24 Lijn 5: Diversen. Gemeenterekeningen over 1937, De heer Halff bracht namens de com missie voor het nazien der gemeentereke ningen daarover rapport uit, Er was geen aanleiding gevonden tot het stellen van vra gen daarover, zoodat de commissie voorstel de de rekeningen goed te keuren op de vol gende eindbedragen: Gemeenterekening, gewone dienst ont vangsten 288.414.45, uitgaven 279.750.41, voordeelig saldo 8664.04; kapitar.ldienst uitgaven f 282.668.55, inkomsten 261.471.52, nadeelig slot f 21.197.03; gasfabriek, baten 38.894.26, lasten 38.816.89, winst 77.37; kapitaaldienst uit gaven 66.000.68, ontvangsten f 63.578.50, nadeelig slot 2422.18; waterleiding, baten f 14.626,39, lasten 13.389.34, winst f 1237.05; kapitaaldienst ontvangsten f 44.090.18, uitgaven 43.403.54, voordeelig saldo f 686.64; electriciteitsbedrijf, baten f 23.795.05, las ten 22.910.88, winst f 884.17; kapitaal dienst uitgaven f 78.353.64, ontvangsten f 77.787.19, nadeelig slot f 566.45; Maatschappelijk Hulpbetoon uitgaven 20.836.03, inkomsten 20.399.41, nadeelig slot 436.62; R, P. Jonker, beiden met elgemeene stem men. Afrekeningen bijzondere lagere scholen. Goedgekeurd werden de afrekeningen voor de christelijke school over 1035, 1936 en 1937 met een nog aan haar te betalen bedrag van totaal f 188.85 en van de r.k. school over de jaren 1934, 1935 en 1936 met een door de gemeente nog te betalen bedrag van 89.66; hierbij deelde de voorzitter mede, dat laatstbedoelde school over 1937 te veel heeft ontvangen 1.78, waarmede haar tegoed dus vermindert. Na rondvraag, waarbij geen der leden iets had te zeggen, volgde sluiting. Dinadag kwam de raad dezer gemeente in vergadering bijeen waarbij door den burgemeester den heer Groot als nestor, den heer Krom als wethouder en den heer Klaver wijlen den heer Twaalfhoven her dacht werd. Vervolgens ging men over tot het onder zoek der geloofsbrieven van het nieuw be- Gasthuisfonds ontvangsten f 5069,06, uit-^noemde lid, den heer A. Zonje welk accoord werden bevonden, De vereischte eeden werden afgelegd. Na de rondvraag die niets belangrijks opleverde werd de openbare vergadering gesloten en ging men over in comité waar in thans door het Hoogheemraadschap Noordholands Noorderkwartier een toelich ting werd gegeven met teekeningen inzake den eventueel te maken weg Uitgeest-Aker sloot. gaven f 4599.94, voordeelig saldo 469.12. Alle rekeningen werden overeenkomstig het advies goedgekeurd. Benoemingen. In de vacature-Bosschaart werd tot lid van de commissie van schoolverzuim be noemd de heer L. de Graaff en tot lid van het Maatschappelijk Hulpbetoon werd geko- zen in de vacature-C. Plulmgraaff de heer fauMetm D Door DONN BYRNE. Uit hot Engelsch door J. van P 42) Maar hy was voor eeuwig gedoemd hier te blijven, op deze troostelooze, weenende plek, plek van regen, plek van neve^s' grauwe keien en klagende winden? Moest hij in de Vallei van het Zwarte Varken blijven tot het Zwijn zonder Borstels uit het rossige Weiten log kwam aanloopen, als uitgehongerd etende, etende -van bu - gemaakte zielen, totdat hij zich neerlegde in obscenen slaap en de sterren een voor een uitsputterenden als kaarsen, de zon met een hevige explosie uiteenspatte, de "ia*n een handvol turfasch werd en het geheele heelal als een kanonschot uiteenviel en de overblijfselen van alle geschapen dingen naar beneden vielen als een gescheurde muur? Sneller, sneller, sneller, waarheen, waarheen, waarheen? VI. Een zeeman in een trui en jekker vatte hem bij den arm in de Avenida de Mayo. „Allen gemonsterd", zelde Campbell bruusk. „Dat is het niet". Campbell stak de hand in zijn zak om een geldstuk te zoeken. „Je schijnt de valleien van Antrim ver geten te zijn, Shane Campbell", Shane bloosde, het geldstuk brandde hem tusschen de vinger». „Hoe kan ik weten, dat je uit de vallei- en ven Antrim komt?" „Je hebt me een paar keer gezien, hoe wel je me nauwelijks zou kennen. Simon Fraser van Ballycastle. Je zou me werkelijk niet herkennen door mijn witte haren. Ik zat vier jaar gestrand op de kust van Bor- neo; toen ik er kwam, was mijn haar zwart misschien wat grijze haartjes maar wat je zwart kunt noemen; en toen ik werd opgepikt en mezelf in een spiegel zag, was het wit. Ze kenden me niet, toen ik in Bal- lycastle terug kwam". „Wil je een borrel, Simon?" „Ik geef er niet om, Shane Campbell, en als ik erg naar een borrel verlang, heb ik altijd het geld ervoor. Ik zou niet willen, dat je dacht, det ik Je aanhield om een borrel te schooien. Ik ben niet zoo. Maar ik was bi) je oom Alan toen hij stierf, of, om secuur te zijn, ik zag hem even voor zijn dood. Ik was juist in Cushendun, ik heb een halfbroer daar, die je misschien kent, Tames McNeil, Roole Tam noemen ze hem. En toen ik da»r was, zag ik Alan Dopn verdrinken". „M'n oom Alan dood! Ach man, je bent gek". „Je oom Alan is dood". „Je hebt het mis man, het moet iemand ander» geweest zijn". „Je oom Alan ls dood en wat meer zegt, ik heb een boodschap van hem voor je". „Maar. dan zou ik het toch wel gehoord hebben?" „Ik kwam uit op een stoomboot; het stuitte me wel tegen de borst, maar ik voer uit onder stoom. Van Belfast met een nieuwe boot van Queen's Island Alan Donn is dood, daarom heb ik je aangehou den, om je te zeggen, dat je oom Alan is heengegaan". „Kom mee, hierheen", zeide Shane ver suft; hij trok den man een bar binnen en ging in-een hoekje zitten: „Vertel op", „Het was zoowat negen uur 's morgens en het was een vreeselijk grauwe dag met een zwaren zeegang en een Noord-Ooster en de spanten weraen uit dien schoenor gebeukt. Het boventuig was geheel verlo ren gegaan en we konden niet zien, hoe het er daaronder uitzag door de hooge golven. Het was een Franschman of een Portugees en hij was verloren. We waren allen aan het strand en begrepen niet, waarom ze niet in Greenock of Stanrear binnenliepen, of wat voor zeelui dat waren", „Toen komt je oom Alan en hij zegt: Is er iemand naar buiten gegaan om die arme bliksem» te helpen? zegt-ie". „Geen kans, Alan Donn, zeggen wij", „Toen zegt-ie: Hoe voor den donder weet jelui dat?, zegt-le", „En we antwoorden: „Kun je het zelf niet zien Alan Donn, met zulk een zee en de wind, die er waai en den stroom, dat er geen kans is om ze te helpen?" „Dus jelui gaat niet? vraagt-ie", „Ach, Alan Donn, wees verstandig, zeg gen we". „Als jelui niet gaan, dan zal ik gaan!" „Hij keerde zich tot een van de mannen daar, een viascher, Raffarty van naam, cn zegt: Hughie, maak die kleine boot van je klaar met dat pittige stagzeiltje en het klei ne gaffelzeil zonder boom". „Toen zeiden wij: Je gaat niet, Alan Donn". „Wie zal me tegenhouden? zegt-ie en we moesten aldoor schreeuwen om dien ge weldigen wind. We hebben te veel met je op, om je te laten gaan, Alan Donn". „Als een van jelui vervloekte lummels me een haarbreedte in den weg legt, dan zal ik hem zijn verdomden nek omdraaien!" „Toen zegt Hugie Raffarty tegen ons je weet, Hughie 1» een zwijgzaam man, een wija man zegt-ie. Hij zal vijftig yard ver komen, honderd yards van de kust mis schien en dan niet verder en dan zal-ie zeggen, nou, ik heb mijn best gedaan, adieu, loop naar de hel en sterf als man nen! En dan komt-ie terug.. En, als de boot omslaat, zegt Hughie Rafferty dan kan-ie zwemmen als een rat en hij zal binnen een paar minuten vloekend bij ons terug zijn, zooals die goeie kerel nu eenmaal is". „Toen zei Hughie Raffarty: Ik zal met uwe hoogheid meegaan, Alan Donn'". „Om den donder niet, zegt Alan Donn, je blijft bij je kinderen en de moeder van je kinderen". „Toen sprak een oude man, een doedel- zalspaler, hy stond in tweeën gebogen t.e leunen over een esschetak in zyn rechter hand, de linker hield hy op zyn rug. ,,'t Is dwaasheid wat je gaat doen, Alan Donn, zegt-ie; hoe kun je die arme men- schen afbrengen?" „Ik behoef die armen menschen niet af te brengen, Shamus-a-Feeba, Jacob de Pijper, maar er is geen rots, geen wind, geen stroom, geen golf zelfs van de Moyle, die ik niet ken en ik reken er op een soort zee anker te kunnen maken, zegt Alan Donn en, zegt ie, de domme buitenlanders te zeg gen dat ze de masten moeten kappen en den storm afrijden. Maak je maar niet be zorgd, Shamus-a-Feeba. „Dat was zoo de manier van je oom Alan Donn Campbell, hy was erg ruw met de sterken maar erg meegaand met de ouden en zeer jongen. Hy zou ruw zyn tegen den koning van Engeland, maar heel beleefd tegen een oud man". „Och, is Alan Donn dood?" Shane was tot tranen bewogen. „Sterven zulke men schen als Alan Don. „Juist, die sterven ook", zeide Simon Fra ser, „en de schurken biyven leven, 't Is vreemd!... De boot was klaar om ln zee te gaan, toen je oom my aan den rand van een troep kykers ziet staan; hy komt recht •ep mij af, je weet nog wel, hoe Alan Donn door een menigte menschen placht te dringen. „Ben jy niet de Zeeman, zegt-ie, die een halfbroer is van dien Rooien Tam McNeill van de Tien Roeden? „Ja meneer, Alan Donn. Is het om met u mee te gaan, zeg ik„ dan ga ik. „Neen, neen zegt-ie, dat ia het niet. Wat anders. Je kent mijn broers zoon wel, Shane Oge Campbell, die schipper is op zee? „Ik heb hem eens of tweemaal ontmoet en heb over hem gehoord. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 7